NL2007816C2 - Transportorgaan voor het transporteren van in een bad te behandelen strookvormige elementen. - Google Patents

Transportorgaan voor het transporteren van in een bad te behandelen strookvormige elementen. Download PDF

Info

Publication number
NL2007816C2
NL2007816C2 NL2007816A NL2007816A NL2007816C2 NL 2007816 C2 NL2007816 C2 NL 2007816C2 NL 2007816 A NL2007816 A NL 2007816A NL 2007816 A NL2007816 A NL 2007816A NL 2007816 C2 NL2007816 C2 NL 2007816C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
strip
clamping
wire
clamping members
shaped element
Prior art date
Application number
NL2007816A
Other languages
English (en)
Inventor
Peter Jacobus Gerardus Loermans
Original Assignee
Meco Equip Eng
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Meco Equip Eng filed Critical Meco Equip Eng
Priority to NL2007816A priority Critical patent/NL2007816C2/nl
Priority to US14/357,924 priority patent/US20140305770A1/en
Priority to EP12794548.3A priority patent/EP2780495A1/en
Priority to PCT/NL2012/050806 priority patent/WO2013073942A1/en
Priority to JP2014542268A priority patent/JP2015501879A/ja
Priority to SG11201402359VA priority patent/SG11201402359VA/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2007816C2 publication Critical patent/NL2007816C2/nl

Links

Classifications

    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C25ELECTROLYTIC OR ELECTROPHORETIC PROCESSES; APPARATUS THEREFOR
    • C25DPROCESSES FOR THE ELECTROLYTIC OR ELECTROPHORETIC PRODUCTION OF COATINGS; ELECTROFORMING; APPARATUS THEREFOR
    • C25D17/00Constructional parts, or assemblies thereof, of cells for electrolytic coating
    • C25D17/06Suspending or supporting devices for articles to be coated
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65GTRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
    • B65G17/00Conveyors having an endless traction element, e.g. a chain, transmitting movement to a continuous or substantially-continuous load-carrying surface or to a series of individual load-carriers; Endless-chain conveyors in which the chains form the load-carrying surface
    • B65G17/12Conveyors having an endless traction element, e.g. a chain, transmitting movement to a continuous or substantially-continuous load-carrying surface or to a series of individual load-carriers; Endless-chain conveyors in which the chains form the load-carrying surface comprising a series of individual load-carriers fixed, or normally fixed, relative to traction element
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65GTRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
    • B65G15/00Conveyors having endless load-conveying surfaces, i.e. belts and like continuous members, to which tractive effort is transmitted by means other than endless driving elements of similar configuration
    • B65G15/30Belts or like endless load-carriers
    • B65G15/58Belts or like endless load-carriers with means for holding or retaining the loads in fixed position, e.g. magnetic
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65GTRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
    • B65G17/00Conveyors having an endless traction element, e.g. a chain, transmitting movement to a continuous or substantially-continuous load-carrying surface or to a series of individual load-carriers; Endless-chain conveyors in which the chains form the load-carrying surface
    • B65G17/30Details; Auxiliary devices
    • B65G17/32Individual load-carriers
    • B65G17/323Grippers, e.g. suction or magnetic
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65GTRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
    • B65G49/00Conveying systems characterised by their application for specified purposes not otherwise provided for
    • B65G49/02Conveying systems characterised by their application for specified purposes not otherwise provided for for conveying workpieces through baths of liquid
    • B65G49/04Conveying systems characterised by their application for specified purposes not otherwise provided for for conveying workpieces through baths of liquid the workpieces being immersed and withdrawn by movement in a vertical direction
    • B65G49/0409Conveying systems characterised by their application for specified purposes not otherwise provided for for conveying workpieces through baths of liquid the workpieces being immersed and withdrawn by movement in a vertical direction specially adapted for workpieces of definite length
    • B65G49/0413Conveying systems characterised by their application for specified purposes not otherwise provided for for conveying workpieces through baths of liquid the workpieces being immersed and withdrawn by movement in a vertical direction specially adapted for workpieces of definite length arrangements for conveyance through the bath
    • B65G49/0418Conveying systems characterised by their application for specified purposes not otherwise provided for for conveying workpieces through baths of liquid the workpieces being immersed and withdrawn by movement in a vertical direction specially adapted for workpieces of definite length arrangements for conveyance through the bath chain or belt conveyors

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • Electrochemistry (AREA)
  • Materials Engineering (AREA)
  • Metallurgy (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Electroplating Methods And Accessories (AREA)
  • Belt Conveyors (AREA)

Description

Korte aanduiding : Transportorgaan voor het transporteren van in een bad te behandelen strookvormige elementen.
BESCHRIJVING
5 De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een transportorgaan voor het transporteren van in een bad te behandelen strookvormige elementen, voorzien van een horizontaal georiënteerde eindloze draagband met daaraan middels hun eigen veerkracht bevestigde veerkrachtige draadvormige klemorganen voor het ter plaatse van draadeinden van de klemorganen vastklemmen van de 10 strookvormige elementen.
Een dergelijk transportorgaan wordt omschreven in de de Amerikaanse octrooiaanvraag US 2006/0081445 A1. Dergelijke transportorganen vinden typisch toepassing in elektrochemische productie processen voor het produceren van elektronische componenten waarbij het bad is gevuld met een 15 elektrolytische oplossing. In zijn algemeenheid betreft de behandeling het aan doen groeien van een laag op één of beide zijden van de strookvormige elementen dan wel het juist verwijderen van één of een aantal lagen. Bij toepassing worden de te behandelen strookvormige elementen nabij de bovenrand daarvan ingeklemd ter plaatse van de draadeinden van de klemorganen. De strookvormige elementen 20 worden vervolgens vrijwel altijd volledig ondergedompeld in de vloeistof in het bad om de betreffende behandeling te ondergaan. Daarbij is het dan onvermijdelijk dat ook een deel van de klemorganen en een deel van de transportband, namelijk die delen die zich binnen de hoogte van het strookvormige element uitstrekken, zich in de vloeistof bevinden en dientengevolge ook onderworpen worden aan de 25 behandeling. Dit heeft tot gevolg dat de betreffende delen met regelmaat ten minste moeten worden gereinigd, bijvoorbeeld gespoeld en gestript. Een verder gevolg van de volledige onderdompeling is dat vanwege de klemming van het strookvormige element maskering optreedt: delen van het strookvormige element die worden bedekt door de dragerband of het klemorgaan zullen de behandeling in het bad niet of 30 slechts in verminderde mate ondergaan. Dit is niet bezwaarlijk indien de betreffende delen uiteindelijk geen deel uitmaken van het eindproduct of indien het niet vereist is dat de betreffende delen in het eindproduct de behandeling zouden ondergaan. Voor sommige eindproducten en daarmee voor de strookvormige elementen die als 2 halfproducten kunnen worden beschouwd geldt echter dat het de sterke technische voorkeur heeft dat het volledige oppervlak van één of beide zijden van het strookvormige element de behandeling ondergaan. Als compromis is het bekend dat dan uiterst kleine stukjes oppervlak van het strookvormige element “beschikbaar” 5 worden gesteld om aldaar aangrijping door de klemorganen plaats te laten vinden. In de praktijk is het moeilijk gebleken om die kleine aangrijpingsstukjes met voldoende nauwkeurigheid aan te kunnen grijpen. Hierdoor ontstaat het risico dat ook delen van het oppervlak die grenzen aan de aangrijpingsstukjes gemaskeerd worden door de klemorganen. Dit is onwenselijk zoals uit voorgaande duidelijk zal zijn.
10 De uitvinding beoogt nu bovengenoemd risico te reduceren. Meer specifiek beoogt de uitvinding het mogelijk te maken dat een zo groot mogelijk deel, anders gezegd nagenoeg het gehele oppervlak van een strookvormig element, ondanks ophanging met behulp van de klemorganen en volledige onderdompeling in een behandelingsvloeistof in een bad, aan de betreffende behandeling kan worden 15 onderworpen. Hiertoe zijn draadeinden van naburige klemorganen tegen over elkaar voorzien voor het daar tussen klemmen van de strookvormige elementen. Daar waar bij de Stand van de Techniek klemming van de strookvormige elementen plaats vindt tussen een draadeinde en de draagband, vindt klemming bij de onderhavige uitvinding plaats tussen twee draadeinden. Het oppervlak van het strookvormig 20 element dat daardoor daadwerkelijk wordt gemaskeerd vanwege het vastklemmen wordt daardoor kleiner waardoor er hetzij een grotere tolerantie toelaatbaar is voor wat betreft de nauwkeurigheid waarmee een strookvormig element wordt aangegrepen, hetzij bij gelijkblijvende mauwkeurigheid een kleiner deel van het oppervlak van het strookvormig element “beschikbaar” kan worden gesteld voor 25 aangrijping.
Teneinde te bewerkstelligen dat een kleiner deel van de draagband of in het uiterste geval zelfs geen enkel deel van de draagband tijdens volledige onderdompeling van een strookvormig element in de vloeistof in het bad, contact maakt met de vloeistof in het bad, kan het mogelijk zijn om de draagband op de 30 lengteposities daarvan waar draadeinden van naburige klemorganen tegen over elkaar zijn voorzien, te voorzien van neerwaarts uitstekende steundelen waartegen één van de klemorganen vanwege zijn eigen veerkracht aanligt. Ten minste wordt in een dergelijke uitvoeringsvorm bereikt dat, vanwege het ontbreken van materiaal van 3 de draagband tussen de neerwaarts uitstekende steundelen daarvan, maskering door de draagband tussen de neerwaarts uitstekende steundelen optreedt.
De toepassing van neerwaarts uitstekende steundelen kan ook voordelig zijn bij transportorganen volgens de Stand van de Techniek. Dan is er 5 sprake van een transportorgaan voor het transporteren van in een bad te behandelen strookvormige elementen, voorzien van een horizontaal georiënteerde eindloze draagband met daaraan middels hun eigen veerkracht bevestigde veerkrachtige draadvormige klemorganen voor het ter plaatse van draadeinden van de klemorganen vastklemmen van de strookvormige elementen waarbij de draagband 10 op de lengteposities daarvan waar de draadeinden zijn voorzien voor het vastklemmen van de strookvormgie elementen, is voorzien van neerwaarts uitstekende steundelen.
Een constructief gunstige uitvoeringsvorm wordt verkregen indien één draadeinde van de naburige klemorganen vanwege zijn eigen veerkracht aanligt 15 tegen de draagband en het draadeinde van de ander van de naburige klemorganen vanwege zijn eigen veerkracht in de richting van het ene draadeinde neigt vanaf de van de draagband afgekeerde zijde van het ene draadeinde. Bij een dergelijk uitgevoerd transportorgaan kan een stabiele positionering van de draadeinden en daarmee een betrouwbare inklemming worden bereikt.
20 Teneinde het maskeringseffect zo klein mogelijk te maken, is het mogelijk dat het klemorgaan waarvan het draadeinde aanligt tegen de draagband is vervaardigd van draad met een kleinere diameter dan de diameter van het draad waarvan het andere klemorgaan is vervaardigd dat in de richting van het ene klemorgaan neigt. De diameter van het draad waarvan het andere klemorgaan is 25 vervaardigd moet in staat zijn de benodigde klemkracht te genereren.
Indien de tegen over elkaar gelegen draadeinden zich onder de draagband uitstrekken wordt het voordeel verkregen dat klemming van de strookvormige elementen geheel onder de draagband kan plaatsvinden. Volledige onderdompeling van de strookvormige elementen in de vloeistof in een bad, brengt 30 dan niet met zich mee dat noodzakelijkerwijs ook een deel van de draagband wordt ondergedompeld. Hierdoor kan het ook minder noodzakelijk zijn om na behandeling van een strookvormig element de draagband te reinigen. Daarnaast wordt het voordeel geboden dat het aldus mogelijk is om een strookvormig element vast te 4 grijpen met een aangrijpingsdeel dat op een zekere afstand onder de bovenrand van het strookvormige element is voorzien. Bovendien is het ook mogelijk om tussen verdikte delen van het strookvormig element, zoals die bijvoorbeeld gevormd kunnen worden door kunstof beschermingslagen die bepaalde delen van het strookvormig 5 element inkapselen, aan te grijpen.
Om er voor zorg te dragen dat ondanks het feit dat klemorganen naast elkaar zijn voorzien, draadeinden van naburige klemorganen toch tegen over elkaar zijn voorzien, is het voordelig indien het draad waarvan één van de twee naburige klemorgaan is vervaardigd, tussen het draadeinde daarvan en een 10 spiraalvormig deel van het klemorgaan deels in de lengterichting van de draagband verloopt.
Alhoewel niet uitsluitend is de uitvinding met name voordelig toepasbaar indien ten minste één van de klemorganen in geleidend contact staat met een elektrische spanningsbron voor het aanbrengen van een elektrische spanning op 15 de strookvormige elementen. Aldus worden de betreffende klemorganen behalve voor het klemmen van de strookvormige elementen ook gebruikt voor het toevoeren van de stroom benodigd voor een electrolytische proces in het bad.
Teneinde te bevorderen dat er sprake is van een betrouwbare inklemming kunnen draadeinden van naburige klemorganen die tegen over elkaar 20 zijn voorzien een neerwaarts gerichte hoek met elkaar insluiten, ten minste in die situatie waarin er geen sprake is van klemming van een strookvormig element en de draadeinden tegen elkaar liggen en in het gebied boven de aanligging. Aldus wordt voorkomen dat er vanwege de dikte van het strookvormig element een naar boven gerichte hoek zou ontstaan waardoor het risico ontstaat dat het strookvormig element 25 neerwaarts tussen de klemmende draadeinden glijdt. In het geval inklemming van het strookvormig element plaats vindt ter plaatse van een opening in het strookvormig element, juist aan de bovenzijde daarvan, kunnen de draadeinden bovendien vanwege de hoek deels in die opening steken.
De optimale hoek zal afhangen van de dikte van de te behandelen 30 strookvormige elementen maar in de praktijk zal het veelal gunstig zijn indien, indien er geen sprake is van klemming van een strookvormig element en de draadeinden tegen elkaar liggen in het gebied boven de aanligging, de grootte van de hoek tussen 3 graden en 30 graden, bij verdere voorkeur tussen 5 graden en 25 graden is 5 gelegen.
Navolgend zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van de omschrijving van drie uitvoeringsvormen onder verwijzing naar de navolgende figuren: 5 Figuren 1a en 1b tonen in twee verschillende perspectivische aanzichten een (deel van) transportorgaan volgens de uitvinding;
Figuur 2 toont verticale dwarsdoorsnede ll-ll in figuur 1a;
Figuur 3 toont een paar van twee naburige klemorganen zoals in veelvoud toegepast in het transportorgaan volgens de figuren 1a en 1b; 10 Figuren 4a en 4b tonen in twee verschillende perspectivische aanzichten een tweede uitvoeringsvorm van een transportorgaan volgens de uitvinding inclusief een te behandelen strookvormig element;
Figuur 5 toont de draagband van het transportorgaan volgens de figuren 4a en 4b in vooraanzicht; 15 Figuur 6 toont een paar van twee naburige klemorganen zoals toegepast in het transportorgaan volgens de figuren 4a en 4b;
Figuur 7 toont verticale dwarsdoorsnede VII-VII in figuur 4a;
Figuur 8 toont in perspectivisch aanzicht een derde uitvoeringsvorm van een transportorgaan inclusief strookvormig element; 20 Figuur 9 toont in perspectivisch aanzicht een paar van een klemorgaan en een contactorgaan zoals deze in veelvoud worden toegepast in het transportorgaan volgens figuur 8;
Figuur 10 toont verticale dwarsdoorsnede volgens X-X in figuur 8.
Figuren 1a en 1b tonen een deel van een transportorgaan 1.Het 25 transportorgaan 1 omvat een eindloze transportband 2 die, zoals de vakman bekend, is geslagen om twee omlooporganen. Volledigheidshalve wordt ter achtergrond informatie in dit verband verwezen naar figuur 3 van EP 382 283 A1 waarin wordt getoond hoe een transportorgaan 10 is geslagen om omloopwielen 8, 9 . Met behulp van klemorganen 14 die aan de draagband 10 zijn bevestigd worden strookvormige 30 elementen 1 aan het transportorgaan opgehangen waarna de strookvormige elementen 1 door een behandelingsvloeistof in bad 6 wordt geleid. Navolgend zal met name worden ingegaan op die aspecten waarin de onderhavige uitvinding zich onderscheid van de stand van de techniek.
6
Draagband 2 is van een elektrisch geleidend materiaal, bij voorkeur van metaal, vervaardigd en is voorzien van een regelmatig patroon van openingen 3a tm 3k, welke openingen al dan niet aansluiten op de bovenrand 5 of de onderrand 6 van draagband 2. Het genoemde patroon heeft een steek met grootte S. In de 5 onderrand 6 zijn neerwaarts uitstekende steundelen 9 voorzien.
Het transportorgaan 1 omvat verder klemorganen (zie ook figuur 3). Deze klemorganen zijn draadveren in twee verschillende uitvoeringsvormen, die om en om over de volledige lengte van draagband 2 middels een eigen veerkracht aan de draagband zijn bevestigd. In de figuren 1a en 1b zijn de klemorganen ten behoeve 10 van de duidelijkheid over slechts een deel van de lengte van draagband 2 weergegeven.
Klemorgaan 10 is spiegelsymmetrisch ten opzichte van een verticaal spiegelvlak vorm gegeven. Aan iedere zijde van dit spiegelvlak omvat klemorgaan 10 een spiraalvormige wikkeling 11. Aan de bovenzijde van klemorgaan 10 zijn de 15 wikkelingen 11 met elkaar verbonden via U-vormig verbindingsdeel 12, waardoorheen het spiegelvlak zich uitstrekt. Aan de onderzijde van de wikkelingen 11 omvat ieder klemorgaan 10 twee neerwaarts gerichte draadeinden 13 die via liggende delen 14 en staande delen 15 met een bijbehorende wikkeling 11 is verbonden. Het verbindingsdeel 12 is via liggende delen 16 met de bijbehorende 20 wikkeling 11 verbonden. In toegepaste vorm steekt het klemorgaan 10 ter plaatse van de overgang tussen liggende delen 16 en verbindingsdeel 12 door opening 3c van draagband 2 en steekt klemorgaan 10 verder ter plaatse van de overgang tussen liggende delen 14 en draadeinden 13 door verticale sleufgaten 3g en 3h van draagband 2. Verbindingsdeel 12 ligt aan tegen de achterzijde van draagband 2 25 terwijl de wikkelingen 11 aanliggen tegen de voorzijde van draagband 2. Draadeinden 13 neigen in de richting van pijl 17 naar de draagband 2 toe. Om ruimte aan de binnenzijde van draadeinden 13 te creëren om een strookvormig element in te kunnen klemmen kan een kracht 18 op een staand deel 15 worden uitgeoefend zoals is weergegeven in figuur 2.
30 Klemorgaan 20 heeft een vergelijkbare opbouw als klemorgaan 10, namelijk met spiraalvormige wikkelingen 21, verbindingsdeel 22, draadeinden 23, liggende delen 24, 26 en staande delen 25. Klemorgaan 20 steekt ter plaatse van de overgang tussen verbindingsdeel 22 en liggende delen 26 door opening 3d en ter 7 plaatse van de overgangen tussen draadeinden 23 en liggende delen 24 door verticale sleufgaten 3g en 3h. Wikkelingen 21 liggen aan tegen de voorzijde van draagband 2. Vanwege hun eigen veerkracht liggen de draadeinden 23 aan tegen draagband 2, in casu meer specifiek tegen de neerwaarts uitstekende delen 9 5 daarvan.
Klemorganen 10 en 20 verschillen van elkaar doordat wikkelingen 21 binnen de breedte van verbindingsdeel 22 zijn voorzien, daar waar wikkelingen 11 juist aan de buitenzijde van verbindingsdeel 12 zijn voorzien. Verder sluiten staande delen 25 aan op de naar elkaar gerichte (binnen)zijden van wikkelingen 21, daar 10 waar staande delen 15 juist aansluiten op de van elkaar afgerichte (buiten)zijden van de wikkelingen 11. Een ander verschil tussen klemorganen 10 en 20 is dat de liggende delen 24 een haakse vorm hebben, daar waar liggende delen 14 rechtlijnig zijn. De haakse vorm van liggend deel 24 wordt bepaald door een eerste haaks deel 24a en een tweede haaks deel 24b. Het eerste haaks deel 24a strekt zich evenwijdig 15 aan liggend deel 14 uit (in hoofdzaak) loodrecht op draagband 2 en sluit aan op draadeinde 23. Het tweede haaks deel 24b strekt zich evenwijdig uit aan de lengterichting van draagband 2 en sluit aan op staand deel 25. Verder is het zo dat het draad waarvan klemorgaan 20 is vervaardigd een kleinere diameter heeft dan het draad waarvan klemorgaan 10 is vervaardigd.
20 Per sleufgat 3g, 3h is een paar van een draaduiteinde 13 behorend bij een klemorgaan 10 en een draadeinde 23 behorend bij klemorgaan 20 voorzien. Deze draadeinden 13, 23 zijn recht tegenover elkaar gelegen en sluiten in de situatie volgens figuur 2 waarin er geen sprake is van inklemming een neerwaarts gerichte hoek van 10 graden in. Draadeinden 23 is daarbij voorzien tussen een draadeinde 13 25 en de achterzijde van draagband 2, ter plaatse van een uitstekend deel 9 daarvan.
In gebruik vindt inklemming van een te behandelen strookvormig element plaats door een kracht uit te oefenen op staande delen 15 waardoor draadeinden 13 tegen de veerwerking van klemorgaan 10 in wijkt van draagband 2. Vervolgens kan (de bovenrand) van een strookvormig element, op een wijze zoals 30 die ook al geopenbaard in EP 382 283 A1 tussen tegenover elkaar gelegen draadeinden 13 en 23 worden gepositioneerd, waarna kracht 18 wordt weggenomen en draadeinden 13 weer terug beweegt in de richting van draagband 2 met strookvormig element tussen de draadeinden 13 en 23 klemmend wordt opgenomen.
8
Vanwege de ronde dwarsdoorsnede van de draden waarvan de klemorganen 10, 20 zijn vervaardigd is er tussen draadeinden 13, 23 enerzijds en het strookvormig element anderzijds sprake van een lijncontact, dan wel puntcontact waardoor slechts een minimaal deel van het oppervlak van het strookvormig element wordt 5 bedekt/gemaskeerd vanwege de inklemming.
Figuren 4a tot en met 7 hebben betrekking op een tweede uitvoeringsvorm van een transportorgaan 51. In de figuren 4a, 4b en 7 is tevens een in een bad te behandelen strookvormig element 52 weergegeven. Het strookvormig element 52 is spiegelsymmetrisch ten opzichte van een horizontaal spiegelvlak door 10 lijn 53. Het strookvormig element 52 betreft een uitgestanst en gevormd, bijvoorbeeld gezet of gefreest, frame van elektrisch geleidend materiaal waarop bepaalde delen met elektronische componenten zijn ingekapseld in opgebrachte kunststof beschermingslagen 54 die in twee tegen over elkaar gelegen rijen zijn voorzien. Aan de buitenzijde van ieder van de beschermingslagen 54 omvat het strookvormig 15 element 52 een naar buiten toe uitstekend deel 55 met daarin een rond gat 56. Paarsgewijs zijn naburige uitstekende delen 55 met elkaar verbonden via brugdelen 60 waarvan het midden van de breedte zich op afstand d van de bovenrand 57 respectievelijk onderrand 58 uitstrekt, nog juist aan de buitenzijden van de bijbehorende beschermingslagen 54. Het centrale deel 59 van het strookvormig 20 element 52, welk centraal deel 59 zich uitstrekt tussen de twee tegenover elkaar gelegen rijen van beschermingslagen 54, staat in elektrisch geleidende verbinding met de uitstekende delen 55 en daarmee met de brugdelen 60.
Transportorgaan 51 vertoont verschillende overeenkomsten met transportorgaan 1 en wordt navolgend met name omschreven voor zover 25 transportorgaan 51 verschilt van transportorgaan 1 en van belang voor een goed begrip van de onderhavige uitvinding. Transportorgaan 51 omvat een eindloze draagband 62 met daarin een regelmatig patroon van gestanste openingen, die al dan niet aansluiten op de bovenrand 65 of de onderrand 66 van draagband 62. De contour van onderrand 66 is dusdanig dat draagband 62 neerwaarts uitstekende 30 delen 69 heeft.
Transportorgaan 51 omvat verder klemorganen 70, 80 die om en om aan draagband 62 zijn bevestigd op een wijze die vergelijkbaar is met de wijze waarop klemorganen 10, 20 aan draagband 2 zijn bevestigd. Een nadere 9 omschrijving is derhalve niet noodzakelijk, te meer daar de figuren 4a, 4b en 7 ook zeer illustratief zijn. Klemorganen 70, 80 vertonen veel overeenkomst met klemorganen 10, 20. Klemorganen 70, 80 verschillen echter van klemorganen 10, 20 doordat één van de draadeinden van ieder van de klemorganen 70, 80 verlengd is.
5 De verlengde draadeinden zijn aangeduid met verwijzingscijfers 73b, 83b, terwijl de andere draadeinden van de klemorganen 70, 80 die dus een vergelijkbare lengte hebben als draadeinden 13, 23, zijn aangeduid met de verwijzingscijfers 73a, 83a. De draadeinden 73b, 83b zijn voor onderlinge klemmende samenwerking tegenover elkaar gepositioneerd en sluiten in de situatie waarbij er geen sprake is van 10 inklemming en de draadeinden 73b, 83b tegen elkaar zijn gelegen een neerwaarts gerichte hoek ter grootte van 20 graden met elkaar in. Tijdens inklemming (zie figuur 7) wordt deze hoek kleiner maar de dikte van het strookvormig element 52 ter plaatse van de inklemming is dusdanig dat de betreffende hoek nooit omhoog gericht zal worden. Draadeinden 73a, 83a zijn ook tegen over elkaar voorzien maar leveren in 15 dit voorbeeld geen bijdrage aan het klemmen van het strookvormig element 52. De afstand P tussen twee naburige paren van verlengde draadeinden 73b, 83b komt overeen met de afstand R tussen twee naburige brugdelen 60. De draadeinden 73b, 83b steken daarbij uit over een hoogte h onder de onderrand 58 van draagband 62. Daardoor kan inklemming van het strookvormig element 52, meer specifiek ter 20 plaatse van de respectievelijke brugdelen 60 daarvan plaatsvinden onder het niveau van de onderrand 58. Tijdens een dergelijke inklemming van het strookvormige element 52 wordt dus uitsluitend de brugdelen 60 aan de bovenzijde van het strookvormig element 52 deels bedekt door het transportorgaan 51. Juist vanwege de ronde vorm van het draad waarvan de klemorganen 70, 80 zijn vervaardigd waardoor 25 lijncontact dan wel puntcontact optreedt tussen de draadeinden 73b, 83b enerzijds en brugdelen 60 anderzijds is het oppervlak van het strookvormige element 52 waar contact optreedt bovendien minimaal. Aldus kan vrijwel het gehele oppervlak van het strookvormig element 52 bloot worden gesteld aan de behandeling in de vloeistof in een bad. Aangezien de bovenrand 57 van het strookvormige element 52 zich nog 30 juist onder het onderste niveau van de onderrand 66 van de draagband 62 bevindt, is het bovendien niet noodzakelijk dat bij volledige onderdompeling van het strookvormige element 52, de draagband 62 in direct contact komt met de vloeistof in het bad. Dit kan voordelig zijn doordat het, na afloop van de behandeling die het 10 strookvormig element 52 ondergaat, reinigen van de draagband 62 daardoor niet of althans in mindere mate noodzakelijk is. De eerder genoemde hoek tussen draadeinden 73b, 83b in combinatie met de aangrijping ter plaatse van brugdelen 60, die in figuur 7 als zodanig niet zichtbaar is maar waarvan de positie wel in figuur 7 is 5 aangegeven, resulteert er bovendien in dat de uiteinden van draadeinden 73b, 83b in de ruimte onder de brugdelen 60 steken waardoor een zeer betrouwbare inklemming wordt verkregen.
De figuren 8 tot en met 10 hebben betrekking op een derde uitvoeringsvorm van een transportorgaan 101 dat draagband 104 met klemorganen 10 110 omvat. Het strookvormig element 102 wordt ingeklemd tussen draadeinden 107 van klemorganen 110 en de draagband 104, juist onder de onderrand 106 van draagband 104 ter plaatse van een neerwaarts uitstekend deel 109 daarvan. Hierdoor staat een neiging tot kanteling om een kantelas die zich evenwijdig aan de lengterichting van strookvormig element 102 uitstrekt. Het strookvormig element 102, 15 dat met behulp van transportorgaan 101 door een bad kan worden geleid, omvat aan de bovenzijde en de onderzijde spiegelsymmetrisch rijen van diëlektrische kunststof ingekapselde delen 103. De twee rijen diëlektrische delen 103 zijn onderling verbonden via middendeel 105 dat ten minste deels van elektrisch geleidend materiaal is vervaardigd. Het middendeel 105 is bestemd om in een bad te worden 20 behandeld.
Voor behandeling, met name elektrochemische behandeling, van het strookvormig element 102 in een bad is het nodig dat een elektrische spanning wordt aangebracht op het middendeel 105 van het strookvormig element 102. De aangrijping van het strookvormig element 102 door inklemming van de bovenste 25 ingekapselde delen 103 tussen de draadeinden 107 van klemorgaan 110 en de draagband 104 biedt, vanwege het diëlektrische karakter van delen 103, niet de mogelijkheid om via klemorgaan 110 elektrische spanning op het elektrisch geleidend middendeel 105 van het strookvormig element 102 aan te brengen. Derhalve omvat transportorgaan 101 tussen naburige klemorganen 110 tevens contactorganen 120. 30 Contactorganen 120 zijn eveneens als draadveer uitgevoerd en vanwege hun eigen veerkracht bevestigd aan draagband 104 van transportorgaan 101. Contactorgaan 120 heeft een verlengde arm 121 die langs de bovenste rij van ingekapselde delen 103 verloopt en een draadeinde 122 heeft dat onder veerspanning contact maakt met 11 het elektrisch geleidende middendeel 105 van het strookvormig element 102. De veerspanning gaat de eerder genoemde neiging tot kantelen tegen. De elektrische spanning die noodzakelijk is voor het laten plaatsvinden van bepaalde elektrochemische processen kan aldus via contactorgaan 120, meer specifiek via 5 draadeinden 122 worden overgebracht op het strookvormige element 102.

Claims (9)

1. Transportorgaan voor het transporteren van in een bad te behandelen strookvormige elementen, voorzien van een horizontaal georiënteerde 5 eindloze draagband met daaraan middels hun eigen veerkracht bevestigde veerkrachtige draadvormige klemorganen voor het ter plaatse van draadeinden van de klemorganen vastklemmen van de strookvormige elementen, met het kenmerk, dat draadeinden van naburige klemorganen tegen over elkaar zijn voorzien voor het daartussen klemmen van de strookvormige elementen.
2. Transportorgaan volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de draagband op de lengteposities daarvan waar draadeinden van naburige klemorganen tegen over elkaar zijn voorzien, is voorzien van neerwaarts uitstekende steundelen waartegen één van de klemorganen vanwege zijn eigen veerkracht aanligt.
3. Transportorgaan volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat één draadeinde van de naburige klemorganen vanwege zijn eigen veerkracht aanligt tegen de draagband en het draadeinde van de ander van de naburige klemorganen vanwege zijn eigen veerkracht in de richting van het ene draadeinde neigt vanaf de van de draagband afgekeerde zijde van het ene draadeinde.
4. Transportorgaan volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het klemorgaan waarvan het draadeinde aanligt tegen de draagband is vervaardigd van draad met een kleinere diameter dan de diameter van het draad waarvan het andere klemorgaan is vervaardigd dat in de richting van het ene klemorgaan neigt.
5 Transportorgaan volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de 25 tegen over elkaar gelegen draadeinden zich onder de draagband uitstrekken.
6. Transportorgaan volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het draad waarvan één van de twee naburige klemorgaan is vervaardigd, tussen het draadeinde daarvan en een spiraalvormig deel van het klemorgaan deels in de lengterichting van de draagband verloopt.
7. Transportorgaan volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ten minste één van de klemorganen in geleidend contact staat met een elektrische spanningsbron voor het aanbrengen van een elektrische spanning op de strookvormige elementen.
8. Transportorgaan volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat draadeinden van naburige klemorganen die tegen over elkaar zijn voorzien een neerwaarts gerichte hoek met elkaar insluiten, ten minste in die situatie waarin er geen sprake is van klemming van een strookvormig element en de 5 draadeinden tegen elkaar liggen en in het gebied boven de aanligging.
9. Transportorgaan volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat inde situatie dat er geen sprake is van klemming van een strookvormig element en de draadeinden tegen elkaar liggen in het gebied van de aanligging, de grootte van de hoek tussen 3 graden en 30 graden, bij verdere voorkeur tussen 5 graden en 25 10 graden is gelegen.
NL2007816A 2011-11-18 2011-11-18 Transportorgaan voor het transporteren van in een bad te behandelen strookvormige elementen. NL2007816C2 (nl)

Priority Applications (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2007816A NL2007816C2 (nl) 2011-11-18 2011-11-18 Transportorgaan voor het transporteren van in een bad te behandelen strookvormige elementen.
US14/357,924 US20140305770A1 (en) 2011-11-18 2012-11-15 Transport member for transporting strip-like elements to be treated in a bath
EP12794548.3A EP2780495A1 (en) 2011-11-18 2012-11-15 Transport member for transporting strip-like elements to be treated in a bath
PCT/NL2012/050806 WO2013073942A1 (en) 2011-11-18 2012-11-15 Transport member for transporting strip-like elements to be treated in a bath
JP2014542268A JP2015501879A (ja) 2011-11-18 2012-11-15 槽内で処理されるべき帯状要素を搬送するための搬送部材
SG11201402359VA SG11201402359VA (en) 2011-11-18 2012-11-15 Transport member for transporting strip-like elements to be treated in a bath

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2007816A NL2007816C2 (nl) 2011-11-18 2011-11-18 Transportorgaan voor het transporteren van in een bad te behandelen strookvormige elementen.
NL2007816 2011-11-18

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2007816C2 true NL2007816C2 (nl) 2013-05-21

Family

ID=47263539

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2007816A NL2007816C2 (nl) 2011-11-18 2011-11-18 Transportorgaan voor het transporteren van in een bad te behandelen strookvormige elementen.

Country Status (6)

Country Link
US (1) US20140305770A1 (nl)
EP (1) EP2780495A1 (nl)
JP (1) JP2015501879A (nl)
NL (1) NL2007816C2 (nl)
SG (1) SG11201402359VA (nl)
WO (1) WO2013073942A1 (nl)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2011117C2 (nl) * 2013-07-08 2015-01-12 Meco Equip Eng Transportorgaan voor het transporteren van in een bad elektrolytisch te galvaniseren plaat vormige substraten, en inrichting en werkwijze voor het elektrolytisch galvaniseren van dergelijke substraten.
KR101577031B1 (ko) 2013-09-04 2015-12-11 유경자 도금용 부품 고정장치

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0382283A1 (en) * 1989-01-31 1990-08-16 Meco Equipment Engineers B.V. Apparatus for treating strip-shaped elements
WO2003016182A1 (en) * 2001-08-17 2003-02-27 Aem-Tech Engineers Pte Ltd Belt apparatus for carrying elements during treatment
US20060081445A1 (en) * 2004-10-19 2006-04-20 Chung Jae S Feeder belt for strip-shaped parts

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0382283A1 (en) * 1989-01-31 1990-08-16 Meco Equipment Engineers B.V. Apparatus for treating strip-shaped elements
WO2003016182A1 (en) * 2001-08-17 2003-02-27 Aem-Tech Engineers Pte Ltd Belt apparatus for carrying elements during treatment
US20060081445A1 (en) * 2004-10-19 2006-04-20 Chung Jae S Feeder belt for strip-shaped parts

Also Published As

Publication number Publication date
EP2780495A1 (en) 2014-09-24
SG11201402359VA (en) 2014-10-30
JP2015501879A (ja) 2015-01-19
WO2013073942A1 (en) 2013-05-23
US20140305770A1 (en) 2014-10-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL2007816C2 (nl) Transportorgaan voor het transporteren van in een bad te behandelen strookvormige elementen.
EP0550327B1 (fr) Dispositif de soutien et de guidage de câbles de transmission de signaux électriques ou lumineux
US8757419B2 (en) Crockery basket comprising height-adjustable racks
FR2498814A1 (fr) Boitier pour circuit integre, moyen pour le montage et procede de fabrication
KR20040043114A (ko) 처리중에 요소를 운반하는 벨트장치
NL1029661C2 (nl) Kunststof pothanger en matrijs voor het vervaardigen daarvan.
JPS6276752A (ja) 電気めつき装置
NL2011117C2 (nl) Transportorgaan voor het transporteren van in een bad elektrolytisch te galvaniseren plaat vormige substraten, en inrichting en werkwijze voor het elektrolytisch galvaniseren van dergelijke substraten.
KR20200067974A (ko) 전자 패키지 모듈
NL2015747B1 (nl) Inrichting voor het galvaniseren van plaatvormige substraten.
JP6024627B2 (ja) コネクタ付電線配列用具
JP5804369B2 (ja) 半導体素子用リードフレーム、樹脂付半導体素子用リードフレームおよび半導体装置、並びに、半導体素子用リードフレームの製造方法、樹脂付半導体素子用リードフレームの製造方法および半導体装置の製造方法
FR2612021A1 (fr) Ressorts de suspension d'une lame vivrante piezoelectrique
CN206758429U (zh) 线圈封装模块
KR101406835B1 (ko) 엘이디 패키지 기판의 도금용 지그
FR2792004A1 (fr) Dispositif modulaire pour l'accrochage de pieces devant etre revetues de peinture par electrodeposition
US4308009A (en) Furnace frame attachment boat and method
KR100536888B1 (ko) 도금 시스템을 위한 컨베이어
KR910008765Y1 (ko) 도금용 걸이대
CN212471517U (zh) 一种自动配药柜机械臂转动结构
US1176697A (en) Dish-drier.
US3154195A (en) Materials handling rack
US1988681A (en) Dipping rack
FR2800049A1 (fr) Pince a ressort en fil metallique, courroie transporteuse de grilles de connexion et systeme de metallisation
FR2593648A1 (fr) Dispositif de connexion electrique, notamment pour boitier support de circuits sans soudures.

Legal Events

Date Code Title Description
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20150601