NL2001633C2 - Uitvouwbaar zonnescherm. - Google Patents

Description

Uitvouwbaar zonnescherm.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een zonnescherm omvattende een drager voor bevestiging aan een gevel, balkon en dergelijke, een daarin opgenomen 5 doekrol en daaraan bevestigde armen welke armen anderzijds aan een voorlijst bevestigd zijn, waarop het doek is aangebracht, waarbij elke arm twee scharnierend met elkaar verbonden armdelen omvat. Dergelijke zonneschermen, die overigens ook als regenscherm of dergelijke uitgevoerd kunnen worden, kunnen aan gevels, balkons en andere constructies bevestigd worden en afhankelijk van de omstandigheden effectief 10 zijn. Bovendien bestaat een opgerolde positie voor het doek waarin het doek niet langer aan weersomstandigheden en dergelijke blootgesteld is. De verplaatsing van het doek wordt gestuurd door aanwezige knikarmen waaraan de voorlijst, waaraan het doek bevestigd is, aangebracht is.

Door de eisen gesteld aan de stabiliteit van de voorlijst met doek en de strakheid 15 van het doek, in de zoveel mogelijk naar buiten gebrachte toestand, worden het aantal en de positie van de knikarmen bepaald. De kracht die een standaardarm kan opnemen is beperkt, evenals het aantal naast elkaar geplaatste armen. Daardoor is de maximale uitvallengte van het doek in de stand der techniek beperkt.

Het is het doel van de onderhavige uitvinding in een verplaatsbaar zonnescherm 20 te voorzien waarmee het mogelijk is grotere verplaatsing van het doek mogelijk te maken zonder dat de stabiliteit van het scherm vermindert en zonder gebruik te maken van een zeer zware arm en/of ophanging daarvan.

Dit doel wordt bij een hierboven beschreven verplaatsbaar zonnescherm verwezenlijkt doordat vier armen aanwezig zijn, waarbij gezien vanaf een zijdelingse 25 eindbegrenzing de eerste twee aangrenzende armen in tegengestelde richting scharnieren, zodanig dat bij het op de doekrol opnemen van doek aangrenzende scharnieren eerst naar elkaar toe bewegen en vervolgens elkaar passeren en waarbij de scharnieren van de twee centrale armen bij het op de doekrol opnemen van elkaar weg bewegen.

30 Volgens de onderhavige uitvinding wordt het hierboven beschreven probleem van de beperking die aan de maximale uitval opgelegd is, door de aanwezigheid van de knikarmen opgelost doordat van de twee paren knikarmen in elk paar een knikarm onder de andere door kan bewegen. Daardoor is in tegenstelling tot de stand der techniek met normaal uitgevoerde armen een uitval van het doek van meer dan 4,50 2 meter, dat wil zeggen 5 meter en verder, mogelijk. Door het van elkaar weg bewegen van de centrale armen volgens de onderhavige uitvinding wordt een stabiele centrale bevestiging van de voorlijst verkregen. Daardoor wordt voorkomen dat de voorlijst plaatselijk hoge spanningen van het doek op moet nemen en daardoor hetzij zwaar 5 uitgevoerd moet worden hetzij krom gaat staan.

Het passeerbaar zijn van de scharnieren van met elkaar verbonden armdelen kan op enige voorstelbare wijze uitgevoerd worden. Het is mogelijk de betreffende armdelen met verschillende kromming of dergelijke uit te voeren. Volgens een van voordeel zijnde uitvoering van de uitvinding is echter de verticale afstand van de 10 bevestiging van de armdelen aan de drager respectievelijk voorlijst voor twee elkaar passerende armen afwijkend. Een en ander wordt bij voorkeur verwezenlijkt in de schamierconstructie die aanwezig is tussen het betreffende armdeel en de drager respectievelijk de voorlijst.

Bovendien is volgens een van voordeel zijnde uitvoering van de uitvinding de 15 effectieve afstand van de centrale armen ten opzichte van het doek verschillend. Dat wil zeggen in principe zouden deze elkaar kunnen passeren, ware het niet dat, zoals hierboven beschreven, deze bij het oprollen van het doek juist uit elkaar bewegen. Een daarmee verkregen voordeel is dat met slechts twee verschillend uitgevoerde armen de hierboven beschreven schermconstructie verkregen kan worden. Begrepen moet 20 worden dat in plaats van vier armen elk aantal groter dan vier armen aanwezig kan zijn.

Door het elkaar laten passeren van de armen ontstaat een veel grotere constructievrijheid voor het uitvoeren van de armdelen. Daardoor wordt het mogelijk het armdeel dat met de drager verbonden is verhoudingsgewijs lang uit te voeren en het armdeel dat met de voorlijst verbonden is verhoudingsgewijs kort. Als voorbeeld wordt 25 een lengte van het met de drager verbonden armdeel genoemd van ongeveer 2/3 van de totale lengte van de betreffende arm. Hierdoor neemt de stabiliteit van de voorlijst toe.

De uitvinding zal hieronder nader aan de hand van een in de tekening afgebeeld uitvoeringsvoorbeeld verduidelijkt worden. Daarbij tonen:

Fig. 1 het zonnescherm volgens de onderhavige uitvinding in volledig werkzame 30 positie schematisch afgebeeld;

Fig. 2 het scherm volgens fïg. 1 in gedeeltelijk naar binnen gebrachte positie;

Fig. 3 het scherm volgens eerdere figuren in verder naar binnen gebrachte positie; en 3

Fig. 4 het scherm in volledig naar binnen gebrachte positie.

In fig. 1 is het zonnescherm volgens de onderhavige uitvinding in het geheel met 1 aangegeven. Dit omvat een afdekkap 2, en muursteunen 25, die op enigerlei wijze aan een gevel, balkon of dergelijke bevestigd kan worden. De bevestiging aan een 5 dergelijke constructie is niet relevant en kan direct of met behulp van hulprofielen en dergelijke uitgevoerd worden. De afdekkap 2 is voorzien van een doekrol 3 waarop doek 4 opgewikkeld/afgewikkeld kan worden. Eveneens is een aan de muursteunen 25 bevestigd draagprofïel 5 aanwezig waaraan knikarmen 6-9 scharnierend bevestigd zijn. Het betreffende scharnier is met 13 aangegeven. De schamierconstructie is voor de 10 armen 6 en 8 identiek en hetzelfde geldt voor de armen 7 en 9. Zoals later nog verder beschreven zal worden bevinden de knikarmdelen 10 van de armen 6 en 8 zoals gezien in fig. 1 zich op een hoger niveau dan de knikarmdelen 10 van de armen 7 en 9. Elke arm bestaat uit knikarmdelen 10 en 11 waarbij knikarmdeel 10 bij voorkeur een grotere lengte heeft dan knikarmdeel 11. De verbinding van de armdelen wordt met behulp van 15 een scharnier 14 gerealiseerd. Knikarmdelen 11 zijn met scharnier 15 verbonden aan voorlijst 12. Ook hier geldt dat de knikarmdelen 11 van de armen 6 en 8 zich, zoals gezien in fig. 1, op een hoger niveau bevinden dan de knikarmdelen 11 van de armen 7 en 9. De afstand in de hoogte van de knikarmen 6 en 8 tot een imaginaire, in dit geval horizontale, lijn 19 is met b aangegeven terwijl diezelfde hoogte voor de armen 7 en 9 20 met a aangegeven is. Het verschil tussen a en b is ten minste de hoogte van de knikarm 6 respectievelijk 8. Dit verschil in hoogte wordt verwezenlijkt door de afstandhouders 16 en 17 aanwezig bij de knikarmen 7 en 9.

In fig. 2 is de toestand getoond bij het enigszins naar binnen bewegen van het doek 4 op de doekrol 3. Daaruit blijkt dat de vanaf zijde 20 respectievelijk zijde 21 25 gezien aangrenzende armen 6, 7 respectievelijk 9, 8 met de scharnieren 14 naar elkaar toe bewegen. Nadat de positie in fig. 2 bereikt is zal bij het verder oprollen van doek 4 op de doekrol 3, langs elkaar bewegen van de scharnieren 14 van de betreffende knikarmen 6,7 respectievelijk 9, 8 plaatsvinden, zoals blijkt uit fig. 3 en fig. 4.

Met de onderhavige uitvinding is het mogelijk om ook bij een grote verplaatsing 30 van het doek, dat wil zeggen een uit val van meer dan 4 meter en meer in het bijzonder tussen 5 en 6 meter, een stabiele ondersteuning van de voorlijst te handhaven zonder dat bij ongunstige weersomstandigheden beschadiging of krom staan van de armen en voorlijst gevreesd hoeft te worden en het doek voldoende strak blijft.

4

Na het lezen van bovenstaande beschrijving zullen bij degenen bekwaam in de stand der techniek dadelijk varianten opkomen die liggen binnen het bereik van de bijgaande beschrijving. Deze liggen binnen het bereik van de conclusies en zijn voor de hand liggend na het bovenstaande. Bovendien worden uitdrukkelijk rechten gevraagd 5 voor de materie beschreven in de volgconclusies als zodanig, dat wil zeggen zonder combinatie met conclusie 1.

Claims (6)

1. Verplaatsbaar zonnescherm (1) omvattende een drager (5) voor bevestiging aan een gevel, balkon en dergelijke, een daarin opgenomen doekrol (3) en daaraan 5 bevestigde armen (6-9) welke armen (6-9) anderzijds aan een voorlijst (12) bevestigd zijn, waarop het doek (4) is aangebracht, waarbij elke arm (6-9) twee scharnierend met elkaar verbonden armdelen (10, 11) omvat, met het kenmerk, dat vier armen (6-9) aanwezig zijn, waarbij gezien vanaf een zijdelingse eindbegrenzing (20; 21) de eerste twee aangrenzende armen (6, 7 respectievelijk 9, 10 8) in tegengestelde richting scharnieren, zodanig dat bij het op de doekrol opnemen van doek aangrenzende scharnieren (14) eerst naar elkaar toe bewegen (fig. 2) en vervolgens elkaar passeren (fig. 3) en waarbij de scharnieren (14) van de twee centrale armen (7, 8) bij het op de doekrol opnemen van elkaar weg bewegen.

2. Scherm volgens conclusie 1, waarbij vanaf de zijdelingse eindbegrenzing (20, 21) gezien de eerste twee aangrenzende armen (6, 7 respectievelijk 9, 8) op verschillende effectieve verticale afstand (a, b) van het doek in open positie scharnierend bevestigd zijn.

3. Scherm volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de centrale armen (7, 8) op verschillende effectieve verticale afstand (a, b) van het doek in open positie scharnierend bevestigd zijn.

4. Scherm volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de afstand tussen de 25 drager (2) en de voorlijst (12) bij volledig van de doekrol afgewikkeld doek (4) ten minste 4,50 m is.

5. Scherm volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de lengte van het met de drager verbonden armdeel (10) ten minste 2/3 van de totale lengte van die arm 30 is.

6. Scherm volgens een van de voorgaande conclusies, omvattende zes armen.