NL2001054C2 - Koeler en werkwijze voor koeling van drankhouders zoals flessen en blikjes. - Google Patents

Koeler en werkwijze voor koeling van drankhouders zoals flessen en blikjes. Download PDF

Info

Publication number
NL2001054C2
NL2001054C2 NL2001054A NL2001054A NL2001054C2 NL 2001054 C2 NL2001054 C2 NL 2001054C2 NL 2001054 A NL2001054 A NL 2001054A NL 2001054 A NL2001054 A NL 2001054A NL 2001054 C2 NL2001054 C2 NL 2001054C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
inner container
container
cooling
cooler
beverage containers
Prior art date
Application number
NL2001054A
Other languages
English (en)
Inventor
Hans-Peter Voss
Patrick Johannes Blom
Ronald Johannes Mooijer
Original Assignee
Heineken Supply Chain Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Heineken Supply Chain Bv filed Critical Heineken Supply Chain Bv
Priority to NL2001054A priority Critical patent/NL2001054C2/nl
Priority to PCT/NL2008/050765 priority patent/WO2009072876A1/en
Priority to JP2010536867A priority patent/JP2011505544A/ja
Priority to EP08856439A priority patent/EP2232176A1/en
Priority to BRPI0820589-2A priority patent/BRPI0820589A2/pt
Priority to MX2010006043A priority patent/MX2010006043A/es
Priority to US12/745,837 priority patent/US8516849B2/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2001054C2 publication Critical patent/NL2001054C2/nl
Priority to ZA2010/04509A priority patent/ZA201004509B/en

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F25REFRIGERATION OR COOLING; COMBINED HEATING AND REFRIGERATION SYSTEMS; HEAT PUMP SYSTEMS; MANUFACTURE OR STORAGE OF ICE; LIQUEFACTION SOLIDIFICATION OF GASES
    • F25DREFRIGERATORS; COLD ROOMS; ICE-BOXES; COOLING OR FREEZING APPARATUS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • F25D16/00Devices using a combination of a cooling mode associated with refrigerating machinery with a cooling mode not associated with refrigerating machinery
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F25REFRIGERATION OR COOLING; COMBINED HEATING AND REFRIGERATION SYSTEMS; HEAT PUMP SYSTEMS; MANUFACTURE OR STORAGE OF ICE; LIQUEFACTION SOLIDIFICATION OF GASES
    • F25DREFRIGERATORS; COLD ROOMS; ICE-BOXES; COOLING OR FREEZING APPARATUS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • F25D17/00Arrangements for circulating cooling fluids; Arrangements for circulating gas, e.g. air, within refrigerated spaces
    • F25D17/02Arrangements for circulating cooling fluids; Arrangements for circulating gas, e.g. air, within refrigerated spaces for circulating liquids, e.g. brine
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F25REFRIGERATION OR COOLING; COMBINED HEATING AND REFRIGERATION SYSTEMS; HEAT PUMP SYSTEMS; MANUFACTURE OR STORAGE OF ICE; LIQUEFACTION SOLIDIFICATION OF GASES
    • F25DREFRIGERATORS; COLD ROOMS; ICE-BOXES; COOLING OR FREEZING APPARATUS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • F25D31/00Other cooling or freezing apparatus
    • F25D31/006Other cooling or freezing apparatus specially adapted for cooling receptacles, e.g. tanks
    • F25D31/007Bottles or cans
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F25REFRIGERATION OR COOLING; COMBINED HEATING AND REFRIGERATION SYSTEMS; HEAT PUMP SYSTEMS; MANUFACTURE OR STORAGE OF ICE; LIQUEFACTION SOLIDIFICATION OF GASES
    • F25CPRODUCING, WORKING OR HANDLING ICE
    • F25C2700/00Sensing or detecting of parameters; Sensors therefor
    • F25C2700/02Level of ice
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F25REFRIGERATION OR COOLING; COMBINED HEATING AND REFRIGERATION SYSTEMS; HEAT PUMP SYSTEMS; MANUFACTURE OR STORAGE OF ICE; LIQUEFACTION SOLIDIFICATION OF GASES
    • F25DREFRIGERATORS; COLD ROOMS; ICE-BOXES; COOLING OR FREEZING APPARATUS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • F25D2331/00Details or arrangements of other cooling or freezing apparatus not provided for in other groups of this subclass
    • F25D2331/80Type of cooled receptacles
    • F25D2331/803Bottles
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F25REFRIGERATION OR COOLING; COMBINED HEATING AND REFRIGERATION SYSTEMS; HEAT PUMP SYSTEMS; MANUFACTURE OR STORAGE OF ICE; LIQUEFACTION SOLIDIFICATION OF GASES
    • F25DREFRIGERATORS; COLD ROOMS; ICE-BOXES; COOLING OR FREEZING APPARATUS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • F25D2331/00Details or arrangements of other cooling or freezing apparatus not provided for in other groups of this subclass
    • F25D2331/80Type of cooled receptacles
    • F25D2331/809Holders
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F25REFRIGERATION OR COOLING; COMBINED HEATING AND REFRIGERATION SYSTEMS; HEAT PUMP SYSTEMS; MANUFACTURE OR STORAGE OF ICE; LIQUEFACTION SOLIDIFICATION OF GASES
    • F25DREFRIGERATORS; COLD ROOMS; ICE-BOXES; COOLING OR FREEZING APPARATUS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • F25D2500/00Problems to be solved
    • F25D2500/02Geometry problems
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F25REFRIGERATION OR COOLING; COMBINED HEATING AND REFRIGERATION SYSTEMS; HEAT PUMP SYSTEMS; MANUFACTURE OR STORAGE OF ICE; LIQUEFACTION SOLIDIFICATION OF GASES
    • F25DREFRIGERATORS; COLD ROOMS; ICE-BOXES; COOLING OR FREEZING APPARATUS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • F25D2700/00Means for sensing or measuring; Sensors therefor
    • F25D2700/16Sensors measuring the temperature of products
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F25REFRIGERATION OR COOLING; COMBINED HEATING AND REFRIGERATION SYSTEMS; HEAT PUMP SYSTEMS; MANUFACTURE OR STORAGE OF ICE; LIQUEFACTION SOLIDIFICATION OF GASES
    • F25DREFRIGERATORS; COLD ROOMS; ICE-BOXES; COOLING OR FREEZING APPARATUS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • F25D31/00Other cooling or freezing apparatus
    • F25D31/002Liquid coolers, e.g. beverage cooler
    • F25D31/003Liquid coolers, e.g. beverage cooler with immersed cooling element

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Thermal Sciences (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Devices That Are Associated With Refrigeration Equipment (AREA)

Description

P83290NL00
Titel: Koeler en werkwijze voor koeling van drankhouders zoals flessen en blikjes.
De uitvinding heeft betrekking op een koeler voor drankcontainers zoals flesjes en blikjes.
Drank zoals bier en frisdranken wordt gebruikelijk gekoeld gedronken. In sommige gevallen wordt zelfs de voorkeur gegeven aan 5 koeling van de drank tot nabij of onder 0°C. Voor koeling kan de drank, in drankhouders zoals flesjes en blikjes, in een koelkast worden gelegd, teneinde af te koelen van kamertemperatuur naar de gewenste temperatuur. Nadeel daarvan is dat het relatief lang duurt voordat de drank de gewenste temperatuur bereikt. Bovendien kan een dergelijke 10 koeling energetisch onvoordelig zijn, met name wanneer de koelkast slechts gedeeltelijk is gevuld.
De uitvinding beoogt een koeler te verschaffen waarmee drankhouders kunnen worden gekoeld.
In een eerste aspect wordt een koeler gekenmerkt doordat een buitenhouder 15 en ten minste een binnenhouder zijn voorzien, waarbij de binnenhouder is opgenomen in de buitenhouder. In de binnenhouder is ten minste een reeks opneemposities voorzien voor drankcontainers, terwijl een koelinrichting is voorzien voor vorming van een ijslaag tussen de ten minste ene binnenhouder en de buitenhouder. Bovendien zijn pompmiddelen voorzien 20 voor het vanuit de binnenhouder afzuigen van koelvloeistof en opvoeren van de koelvloeistof tussen de binnenhouder en de buitenhouder. Tenminste een overloop is voorzien voor het terug in de binnenhouder invoeren van op gevoerde koelvloeistof.
In een tweede aspect kan een koeler worden gekenmerkt doordat 25 deze ten minste gedeeltelijk is gevuld met drankhouders, waarbij een 2 opneempositie een drankhouder over ten minste een gedeelte van de hoogte van de drankhouder relatief nauw omsluit.
In een verder aspect kan de uitvinding worden gekenmerkt door een werkwijze voor het koelen van drankhouders, waarbij drankhouders in 5 een binnenhouder worden opgesteld en een koelvloeistof over en/of langs de drankhouders wordt geleid, in vloeistof contact met de drankhouders. De koelvloeistof wordt afgezogen uit de binnenhouder en langs een koelinrichting geleid, ten minste gedeeltelijk opgesteld tussen de binnenhouder en een buitenhouder, en daardoor wordt gekoeld. De gekoelde 10 koelvloeistof wordt opgevoerd tot voorbij een overloop van de binnenhouder en via de overloop terug over en/of langs de drankhouders geleid. Door de koelinrichting wordt daarbij een ijslaag opgebouwd en/of in stand gehouden tussen de binnenhouder en de buitenhouder.
Ter verduidelijking van de uitvinding zullen uitvoeringsvormen 15 van een koeler en werkwijze nader worden toegelicht aan de hand van de tekening. Daarin toont:
Fig. 1 in perspectivisch aanzicht een koeler met gedeeltelijk weggebroken wand;
Fig. 2 in bovenaanzicht schematisch twee binnenhouders; 20 Fig. 3 in doorgesneden zijaanzicht schematisch een koeler;
Fig. 3A schematisch in zijaanzicht een gedeelte van een alternatieve uitvoeringsvorm van een koeler;
Fig. 4A - C in perspectivische aanzichten respectievelijk een koeler in gevulde, gedeeltelijk gesloten toestand, in lege, geopende toestand en in 25 een toestand met weggenomen binnenhouders;
Fig. 5 in perspectivisch aanzicht een koeler met weggenomen buiten- en binnenhouder;
Fig. 6 in perspectivisch bovenaanzicht een koeler, met gedeeltelijk weggenomen buitenhouder; en 3
Fig. 7 schematisch een gedeelte van een koeler met een ijssensor en een ijslaag.
In deze beschrijving hebben gelijke of corresponderende delen gelijke of corresponderende verwijzingscijfers. De getoonde 5 uitvoeringsvormen zijn slechts ter illustratie getoond en dienen geenszins beperkend te worden uitgelegd.
In fig. 1 is in perspectivisch aanzicht van een koeler 1 getoond, voorzien van een buitenhouder 2 en twee daarin opgenomen binnenhouders 3. De buitenhouder 2 is in dit geval in hoofdzaak bakvormig en heeft een 10 bodem 4 en een wand 5. De bodem 4 en wand 5 zijn thermisch geïsoleerd. De buitenhouder 2 is vloeistofdicht, en aan de bovenzijde 6 voorzien van een opening 7. Een deksel 8 zoals een of meer schuivende dekseldelen, een klapdeksel of een wegneembaar deksel of combinaties daarvan kan zijn voorzien voor het afdekken van de buitenhouder 2. Bij voorkeur is een 15 dergelijk deksel thermisch isolerend. De buitenhouder 2 is voorzien van een kamer 9 waarin een compressor 10 en een condensor 11 zijn opgenomen. Deze maken deel uit van een koelinrichting 12, welke voorts een op de compressor 10 en de condensor 11 aangesloten leidingstelsel 13 omvatten. Het leidingstelsel 13 omvat een of meer leidingen 14 die zich aan de 20 binnenzijde van de buitenhouder 2 langs de wand 5 uitstrekken, bijvoorbeeld spiraalvormig of zigzag verlopend, zodanig dat over in hoofdzaak de gehele binnenzijde van de wand 5 een patroon van leidingen 14 is verkregen. Bij voorkeur liggen de leidingen 14 enigszins op afstand van de wand 5, bijvoorbeeld een afstand Dl van enkele millimeters of meer. 25 Het leidingstelsel 13 is gevuld met een uit de koeltechniek bekend koelmiddel. Dat kan door de compressor 10 worden rondgepompt door het leidingstelsel, en langs of door de condensor 11. Het leidingstelsel 13 vormt een verdamper V van de koelinrichting 12, in de koeler 1. Daarmee kan tijdens gebruik een ijslaag 15, zoals getoond in fig. 3, 4 en 7, op het 4 leidingstelsel 13 en tegen de wand 5 worden gevormd. Dit zal nog nader worden beschreven.
Binnen de buitenhouder 2 is zijn de binnenhouders 3 opgesteld, naast elkaar. In het getoonde voorbeeld zijn de binnenhouders 3 5 spiegelsymmetrisch. Er zal veelal slechts een dergelijke binnenhouder 3 worden besproken. De binnenhouders 3 hebben elk in hoofdzaak een bakvorm met een bodem 16 en een wand 17. Tussen de wand 17 van elke binnenhouder 3 en de leidingen 13 aan de wand 5 van de buitenhouder 2 is steeds enige afstand bewaard, bijvoorbeeld een afstand D2 van enkele 10 millimeters tot enkele centimeters. De bodem 16 van elke binnenhouder 3 is op de bodem 4 van de buitenhouder 2 geplaatst. De bodem 16 van elke binnenhouder is voorzien van een patroon van openingen 18.
Tussen de bodem 16 van de binnenhouder 3 en de bodem 4 van de buitenhouder 2 is een holle sokkel 19 aangebracht, bijvoorbeeld als deel van 15 de buitenhouder 2, de binnenhouder 3, beide of als apart deel. Dit is schematisch in doorgesneden zijaanzicht getoond in fig. 3. De of elke opening 18 in de bodem 16 van de binnenhouder 3 staat in vloeistof verbinding met de ruimte 26 bepaald door de sokkel 19, de bodem 4 en de bodem 16. In of op de bodem 4 is onder de bodem 16, op de ruimte 26 binnen 20 de sokkel 19 een aanzuigleiding 20 aangesloten, met een aanzuigopening 21 binnen de sokkel 19. De aanzuigleiding 20 is verbonden met een pomp 22. De pomp 22 is voorzien van een afvoerstomp 23 die uitmondt, eventueel via een afvoerleiding 24, in de ruimte 25 tussen de binnenhouders 3 en de buitenhouder 5. In een uitvoeringsvorm kunnen beide aanzuigleidingen 20 25 zijn aangesloten op dezelfde pomp 22. In een andere uitvoeringsvorm kan voor elke binnenhouder 3 een pomp 22 zijn voorzien. In een verdere alternatieve uitvoeringsvorm kan een pomp 22 direct op de uitvoeropeningen 18 zijn aangesloten. In fig. 3A is een alternatieve uitvoeringsvorm getoond, waarbij de pomp 22 een aanzuigstomp of -opening 30 20A heeft die uitmondt in de ruimte 26 binnen de sokkel 19, en een 5 afvoerstomp 23 die reikt door de wand van de sokkel 19. Hiermee kan vloeistof vanuit de binnenhouder 3 direct via de openingen 18 in de ruimte 26 in de sokkel worden gezogen en van daaruit naar de ruimte 25 tussen de binnenhouder 3 en buitenhouder 2. Slangen en dergelijke kunnen daarmee 5 achterwege brengen, terwijl relatief weinig afdichtingen hoeven te worden voorzien, hetgeen technisch voordelig is, zowel in opbouw als bedrijf.
De binnenhouder 3 kan zijn voorzien van een vakverdeling 27. Daardoor bepaalde vakken 28 vormen opneemposities 29 voor drankhouders 30. In fig. 2 is een voorbeeld van een mogelijk patroon van opneemposities 10 29 weergegeven. In deze uitvoeringsvorm heeft elke binnenhouder 3 twaalf opneemposities, waardoor in totaal vierentwintig drankhouders 30 tegelijkertijd in de binnenhouders 3 kunnen worden opgenomen. In fig. 4 is een uitvoeringsvorm getoond waarbij de vakken niet-gesloten wanden hebben, bijvoorbeeld gevormd door pylonen. In fig. 6 is een verdere 15 uitvoeringsvorm getoond waarbij één binnenhouder is opgenomen, verdeeld in twee compartimenten 3A, 3B, die elk twaalf opneemposities 29 omvatten, bepaald door gesloten wanden. Uiteraard zijn andere aantallen opneemposities en/of andere configuraties van de vakverdelingen 27 mogelijk. Onder elk vak 28 bevindt zich ten minste één opening 18 en bij 20 voorkeur een patroon van openingen 18. Bij voorkeur is voor alle vakken 27 zodanig voorzien in openingen 18 dat tijdens gebruik per tijdseenheid daaruit ongeveer een gelijke hoeveelheid vloeistof kan stromen. De vakverdeling 27 is opgebouwd uit wanden 35, die onderling zijn verbonden, zodanig dat in hoofdzaak elk vak 28 van naastgelegen vakken 28 is 25 gescheiden. De wanden 29 kunnen als losse delen zijn voorzien en tot een vakverdeling 27 zijn samengebouwd. Het verdient evenwel de voorkeur dat de vakverdeling 27 eendelig is vervaardigd, bijvoorbeeld eendelig met de bodem 16 en wand 17. De binnenhouder 3 kan bijvoorbeeld eendelig worden gespuitgiet.
6
Zoals met name zichtbaar in fig. 1, 3 4 en 7 heeft de vakverdeling 27 een bovenste langsrand 31, of ten minste een bovenvlak. De vakken 28 hebben elk een in hoofdzaak gelijke vorm en gelijke afmetingen. De hoogte Hl van de vakverdeling, gemeten aan de binnenzijde, is kleiner dan de 5 hoogte H2 van de wand 16 van de binnenhouder 3, gemeten aan de binnenzijde. De hoogte H3 van de buitenhouder 2, gemeten aan de binnenzijde, is groter dan de hoogte H2. In het getoonde uitvoeringsvoorbeeld zijn de vakken 28 in hoofdzaak cilindrisch, met een diameter D3. De wand 5 van de binnenhouder 3 is voorzien van ten minste 10 één overloop 32. In het getoonde uitvoeringsvoorbeeld wordt de overloop 32 in hoofdzaak bepaald door een serie openingen 33 die zijn aangebracht in de wand 16, op afstand H4 onder de langsrand 34 van de wand 16. De afstand H4 is kleiner dan het verschil tussen de hoogten Hl en H2. De afstand H4 is bijvoorbeeld een derde of minder van dat verschil, meer in het bijzonder een 15 kwart of minder.
In het getoonde uitvoeringsvoorbeeld in fig. 3 is elk vak 28 ingericht voor het opnemen van een flesje als drankhouder 30. Het flesje 30 heeft een lijf 51 en een hals 52. Het lijf 51 heeft een hoogte H5 die ongeveer gelijk is aan de hoogte Hl van de vakverdeling 27. Het üjf 51 heeft 20 bovendien een in hoofdzaak cilindrische vorm met een doorsnede D4 die enigszins kleiner is dan de diameter D3 van de vakken 28. Het verschil in diameter is bij voorkeur relatief klein, bijvoorbeeld enige millimeters. In een uitvoeringsvorm kan het verschil in diameter zodanig zijn dat tussen de wand 35 van het vak 28 en het lijf 51 van het flesje 30 een spleet 36 wordt 25 gevormd met een gemiddelde breedte B, gemeten als kortste afstand tussen wand 35 en lijf 51, tussen ongeveer nul en vijf millimeter, meer in het bijzonder tussen ongeveer nul en drie millimeter. In een uitvoeringsvorm kan de breedte B tussen ongeveer een halve en drie millimeter liggen. Een voordelige breedte B kan bijvoorbeeld twee millimeter zijn. De hoogte H6 30 van het flesje 30 kan groter zijn dan het verschil tussen de hoogte H3 van de 7 wand 5 en de afstand H4 tussen de rand 34 en de openingen 33, waardoor een boveneinde 44 van het flesje 30, bijvoorbeeld open of afgesloten door een dop, zich boven het niveau van de overloop 32 bevindt. Overigens kan het flesje 30 ook een andere hoogte hebben, bijvoorbeeld zodanig dat het onder 5 het niveau van de overloop 32 blijft.
In fig. 3 is schematisch getoond dat in de binnenhouder 3 een vloeistof niveau Vi kan bestaan dat lager ligt dan de openingen 33 en bovendien lager dan een vloeistof niveau Vu in de ruimte 25 tussen de binnenhouder 3 en de buitenhouder 2 doch bij voorkeur boven de rand 31 10 van de wanden 30. Het vloeistof niveau Vu kan voordelig liggen boven de openingen 33 maar onder de langsrand 34, terwijl het vloeistof niveau Vi voordelig kan zijn gelegen tussen de langsrand 30 van de vakverdeling 27 en de openingen 33. Bij de bepaling van de positie van de openingen 33 zal steeds worden uitgegaan van de ligging van een midden daarvan, tenzij 15 nadrukkelijk anders is aangegeven. De pomp is zodanig gekozen of geregeld dat het opvoerniveau daarvan zorgt voor de gewenste vloeistof niveaus Vi en, met name, Vu. Tijdens gebruik zal water door de door de openingen 33 gevormde overloop 32 stromen, waarbij het vloeistof niveau Vu zorgt voor een door alle openingen 33 in hoofdzaak gelijke of ten minste constante 20 stroom vloeistof. De openingen 33 kunnen zodanig zijn geplaatst dat bijvoorbeeld de vloeistof tegen een hals 52 van een flesje 30 stroomt, of juist tussen de flesjes 30. Het niveau Vi ligt bij voorkeur op een hoogte tussen de langsranden 30 en het boveneinde 44 van de flesjes 30, bijvoorbeeld nabij een middengebied van de hals 52. Doordat het vloeistof niveau Vi zich 25 enigszins boven de langsranden 30 bevindt, zal de vloeistof druk op elk van de opneemposities steeds ongeveer gelijk zijn, waardoor een evenwichtig vloeistof stromingspatroon langs de flesjes 30 kan worden behouden, ook wanneer bijvoorbeeld de koeler 1 niet geheel waterpas staat. Langs alle flesjes 30 zal steeds een ongeveer gelijke vloeistofstroom optreden, zodat de 30 flesjes 30 ongeveer gelijkmatig gekoeld worden. Ten minste om 8 vergelijkbare redenen kan de ligging van de openingen 33 onder het vloeistofniveau Vu voordelig zijn. Dit kan plaatsing van de koeler eenvoudiger doen zijn.
Zoals schematisch getoond in fig. 7 is aan de binnenzijde van de 5 wand 5 van de buitenhouder 2 een ijssensor 37 voorzien. Dit is bijvoorbeeld een weerstandsmeter en kan bijvoorbeeld twee op afstand van elkaar geplaatste en van elkaar geïsoleerde elektroden 38, 39 omvatten. Zolang zich daartussen geen ijs bevindt zullen de elektroden een bijzonder hoge weerstand meten. Indien ijs tussen de elektroden 38, 39 is gevormd zal een 10 stroom tussen de elektroden kunnen lopen met een relatief lage weerstand. Aldus kan een ijslaag worden gemeten met een dikte W die ten minste ongeveer overeenkomt met de afstand tussen de elektroden 38, 39. Deze dikte W kan worden gebruikt als een grenswaarde, zoals nog zal worden toegelicht. Een regelinrichting 40 is verbonden met de koelmiddelen 9, in 15 het bijzonder met de compressor 10, voor het aansturen daarvan. Bovendien is ten minste de sensor 37 met de regelinrichting 40 verbonden. Voorts kan een temperatuursensor 41 met de regeünrichting 40 zijn verbonden, waarmee de temperatuur in de koeler 1 kan worden gemeten, bijvoorbeeld van zich daarin bevindende koelvloeistof 42. Daarmee kan bijvoorbeeld een 20 indicatie worden verkregen van een temperatuur van de houders 30.
In fig. 4A - C is een uitvoeringsvorm van een koeler 1 getoond waarbij in de bodem 4 (fig. 4C) de sokkels 19 zijn geïntegreerd, als verdieping. Duidelijk zichtbaar is een aanzuigopening 21 in elk van de sokkels 19. De sokkel 19 heeft een enigszins verdiepte langsrand 43 waarop 25 de bodem 16 van de binnenhouder 3 kan aansluiten, in vloeistofdichte en bij voorkeur ook gasdichte afdichting. In fig. 4 is duidelijk een deel van het leiding stelsel 13 zichtbaar, alsmede een patroon van openingen 18 in de bodem 16 van de binnenhouder 3. Bovendien is in fig. 4A een tweedelig schuivend deksel getoond, en zijn flesjes 30 in de opneemposities 30 opgenomen. Aan een zijde is in een bovenzijde van de buitenhouder 2 een 9 ventilatierooster 50 voorzien. In de buitenhouder kunnen ventilatoren 45 zijn voorzien (zie fig. 6) waarmee lucht door en langs de buitenhouder 2 kan worden geleid, voor bijvoorbeeld het koelen van de pomp (en) 22 en langs de compressor 10 en condensor 11. Lucht kan worden aangezogen door een 5 rooster 46 nabij de onderzijde (fig. 5).
In fig. 5 is een mogelijke opstelling van met name de koelinrichting 9 en de pompen 22 met bijbehorende leidingen getoond. Duidelijk zal zijn dat dit slechts een voorbeeld is van een mogelijke configuratie en dat deze geenszins beperkend dient te worden uitgelegd. In deze uitvoeringsvorm is 10 het leidingstelsel 13 weergegeven als een spiraalvormig verlopende, doorgaande leiding 14, aangesloten op de compressor 10 en de condensor 11. Ongebruikelijk voor koelinrichtingen is dat de verdamper zich hier in de buitenhouder 2, dat wil zeggen in de te koelen ruimte bevindt, in contact met een te koelen vloeistof 42, ten minste zolang zich geen ijslaag 15 heeft 15 gevormd op de verdamper. Anders dan gebruikelijk is bovendien bij een koeler 1 volgens de uitvinding de bedoeling dat zich op de verdamper V, bijvoorbeeld tegen de wand 5 een ijslaag 15 vormt, op nog nader te beschrijven wijze gestuurd, waarmee een koude buffer wordt opgebouwd. In de uitvoeringsvorm van fig. 5 is de condensor 11 onder de binnenhouder 3 20 geplaatst, in de uitvoeringsvorm van fig. 6 achterin de buitenhouder 2, bijvoorbeeld direct onder de ventilatoren 45.
Een koeler 1 kan als volgt worden gebruikt. De koeler 1 wordt gevuld met drankhouders 30, in de getoonde voorbeelden bijvoorbeeld vierentwintig flesjes 30, die worden opgesteld in de opneemposities 29, 25 bijvoorbeeld zoals weergegeven en besproken. De lijven 51 zijn in hoofdzaak opgenomen in de vakken 28, de halzen 52 steken daarbovenuit. De koeler 1 wordt gevuld met een koelvloeistof, bijvoorbeeld water, water met een antivries middel of een andere koelvloeistof, zodat de vloeistof niveaus Vu en Vi kunnen worden ingesteld. Vervolgens worden de pomp 22 en de 30 koelinrichting 9 in werking gesteld. De ijssensor 37 zal geen ijslaag 10 constateren en zal via de regelinrichting 40 de compressor 10 in werking stellen, waardoor koelmiddel door de verdamper wordt geleid en daarop ijsvorming zal ontstaan. De ijsvorming zal doorgaan tot bijvoorbeeld ten minste een ijslaag 15 is gevormd met een grenswaarde W als dikte. De 5 regelinrichting 40 is bij voorkeur zodanig ingesteld dat gedurende enige tijd nadat de grenswaarde W is bereikt de compressor 10 ingeschakeld blijft, zodat de ijsvorming doorgaat, bijvoorbeeld tot een dikte Weind van de ijslaag 15 die bijvoorbeeld ongeveer 1,25 tot 2 keer de grenswaarde W heeft. De tijd dat de compressor 10 ingeschakeld blijft nadat de grenswaarde W is bereikt 10 kan geschikt worden gekozen en kan bijvoorbeeld enkele minuten tot enkele uren zijn. Deze tijd kan bijvoorbeeld afhankelijk zijn van de grootte van de koeler 1, de koelcapaciteit en dergelijke. Als de compressor 10 niet direct bij het bereiken van de grenswaarde W wordt uitgeschakeld kan het voordeel worden bereikt dat de compressor 10 minder vaak aan en uit wordt 15 geschakeld. Bovendien biedt de relatief dikke ijslaag 15 een grote koude buffer. Daarmee kan bijvoorbeeld de lage temperatuur van de vloeistof 42 relatief lang worden behouden, ook wanneer de koeler gedurende enige tijd is uitgeschakeld. Verder biedt het gebruik van de ijslaag 15 het voordeel dat met relatief weinig koelvloeistof 42 zoals water kan worden volstaan, terwijl 20 toch gedurende langere tijd continu flesjes kunnen worden gekoeld. Daarbij kan gebruik worden gemaakt van een relatief kleine compressor omdat een relatief kleine directe koelcapaciteit kan worden gebruikt en de ijslaag 15 een indirecte koelcapaciteit kan bieden.
De koelvloeistof 42 wordt in de binnenhouder 3 langs de flesjes en 25 in het bijzonder langs de lijven daarvan gezogen door de pomp 22, via de spleet 36. Doordat de spleet 36 relatief smal is, bijvoorbeeld ongeveer 2 mm, wordt een hoge stromingssnelheid verkregen, en een innig contact tussen de koelvloeistof 42 en het flesje 30, waardoor een goede warmteoverdracht wordt verkregen. De koelvloeistof 42 wordt door de openingen 18 afgezogen 30 en via de pomp 22 en de invoeropening 23 terug in de ruimte 25 tussen 11 binnenhouder 3 en buitenhouder 2 gevoerd. Daar stroomt de koelvloeistof 42 langs de ijslaag 15 omhoog en wordt daarbij afgekoeld. Vervolgens stroomt de koelvloeistof 42 terug door de openingen 33 in de binnenhouder 3. De koelvloeistof wordt in de ruimte 25 opgevoerd tot het niveau Vu boven de 5 openingen 33 maar onder de rand 34, zodat door alle openingen 33 een gelijke hoeveelheid koelvloeistof 42 stroomt, goed gedoseerd en gepositioneerd. Eventueel kunnen de binnenhouders 3 onderling in vloeistofverbinding staan, waardoor niveau nivellering tussen de binnenhouders 3 kan plaatsvinden. De binnenhouder 3 kan ook eendelig 10 zijn, zoals getoond in fig. 6. De ijslaag 15 zorgt gedurende lange tijd voor een koude buffer. Bovendien kan de koelvloeistof 42 tot bijzonder lage temperatuur worden gekoeld, zonder dat deze bevriest. Zo kan bijvoorbeeld tot onder de 6 graden Celsius of zelfs onder de 4 graden Celsius worden gekoeld. Bij voorkeur wordt in voorkomende gevallen tot ongeveer 2 graden 15 Celsius of minder gekoeld, bijvoorbeeld tot ongeveer 0 graden Celsius of zelfs lager. Daarbij kan een antivries middel aan de koelvloeistof 42 zijn toegevoegd, en/of een vriespunt verlagend additief, zoals bijvoorbeeld doch niet beperkt tot NaCl.
In deze beschrijving dient onder binnenhouder tenminste doch niet 20 uitsluitend te worden begrepen elke constructie binnen de buitenhouder 2 waarin en/of waarop containers zoals flesjes, blikjes en dergelijke drankhouders kunnen worden opgesteld en waarbij nabij een onderzijde van de drankhouders koelvloeistof kan worden afgezogen of aangevoerd, en kan worden teruggevoerd naar de ruimte tussen de binnenhouder en de 25 buitenhouder respectievelijk daarvandaan kan worden aangezogen, voor recirculatie van de koelvloeistof langs de containers en tussentijdse koeling. De binnenhouder 3 kan ook geheel of gedeeltelijk worden gevormd door vast met de buitenhouder verbonden delen zoals, maar niet beperkt tot, met de wand 5 en/of de bodem 4 verbonden wanden, vakverdelingen, pylonen en 30 dergelijke.
12
In een koeler 1 kunnen bijvoorbeeld flesjes 30 in relatief korte tijd worden gekoeld tot nabij de temperatuur van de koelvloeistof 42. Dat kan bijvoorbeeld in een tijdsbestek tussen enkele minuten en een uur, bijvoorbeeld in ongeveer 15 tot 20 minuten. Dit is evenwel niet beperkend 5 voor een koeler 1 volgens de uitvinding. In een voorkomend geval kunnen in de tijd in fase verschoven eerst de ene en dan de andere binnenhouder 3 worden gevuld en in dezelfde volgorde worden geleegd, waardoor een nagenoeg continu aanbod van gekoelde flesjes 30 kan worden verkregen. Het zal duidelijk zijn dat eenzelfde type koeler 1 ook voor andere flesjes, 10 blikjes en dergelijke geschikt kan worden zijn.

Claims (23)

1. Koeler voor drankcontainers, omvattende een buitenhouder en ten minste een binnenhouder, op genomen in de buitenhouder, voorzien van: ten minste een reeks opneemposities in de binnenhouder, voor drankcontainers; 5. een koelinrichting voor vorming van een ijslaag tussen de ten minste ene binnenhouder en de buitenhouder; pompmiddelen voor het vanuit de ten minste ene binnenhouder afzuigen van koelvloeistof en opvoeren van de koelvloeistof tussen de binnenhouder en de buitenhouder; en 10 - ten minste een overloop voor het terug in de binnenhouder invoeren van op gevoerde koelvloeistof.
2. Koeler volgens conclusie 1, waarbij de ten minste ene binnenhouder is voorzien van uitvoeropeningen nabij een onderzijde van de opneemposities, waarbij de pompmiddelen op de uitvoeropeningen zijn 15 aangesloten.
3. Koeler volgens conclusie 2, waarbij de ten minste ene binnenhouder is voorzien van een serie uitvoeropeningen die zodanig verdeeld zijn onder de opneemposities dat tijdens bedrijf uit elke opneempositie per tijdseenheid ongeveer evenveel koelvloeistof wordt 20 afgezogen.
4. Koeler volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de ten minste ene binnenhouder een bovenrand heeft, waarbij de overloop een serie openingen omvat, op afstand van de bovenrand.
5. Koeler volgens conclusie 4, waarbij de pompmiddelen een 25 opvoerhoogte voor de koelvloeistof bepalen, in hoofdzaak tot boven de openingen.
6. Koeler volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de ten minste ene binnenhouder is voorzien van een vakverdeling, waarbij ten minste een aantal van de vakken en bij voorkeur elk vak een opneempositie bepaalt.
7. Koeler volgens conclusie 6, waarbij de vakverdeling ten minste gedeeltelijk wordt bepaald door wanden, waarbij de wanden een bovenste langsrand hebben die lager ligt dan de ten minste ene overloop.
8. Koeler volgens conclusie 7, waarbij de bovenste langsranden van de wanden gezamenlijk ongeveer een vlak bepalen dat ongeveer evenwijdig ligt 10 aan een bovenzijde van de binnenhouder.
9. Koeler volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de koelmiddelen een buizenstelsel omvatten tussen de buitenhouder en de ten minste ene binnenhouder, welke in vloeistofcontact kunnen zijn met de koelvloeistof, welke buizenstelsel ten minste onderdeel vormt van een 15 verdamper van de koelinrichting.
10. Koeler volgens conclusie 9, waarbij het buizenstelsel is aangesloten op ten minste een compressor en een verdamper, waarbij koelmiddel is voorzien in het buizenstelsel voor het tijdens gebruik op het buizenstelsel vormen van een ijslaag.
11. Koeler volgens een der voorgaande conclusies, waarbij tussen de buitenhouder en de ten minste ene binnenhouder een ijssensor is voorzien.
12. Koeler volgens conclusie 11, waarbij een regelinrichting is voorzien, aangesloten op de ijssensor, waarmee de koelinrichting kan worden ingeschakeld en uitgeschakeld.
13. Koeler volgens conclusie 12, waarbij de regelinrichting is ingericht voor het uitschakelen van de koelinrichting na verloop van een doorlooptijd nadat de ijssensor een eerste dikte ijslaag detecteert.
14. Koeler volgens een der voorgaande conclusies, waarbij ten minste een indicator is voorzien waarop een temperatuurindicatie van de 30 drankhouders kan worden afgelezen.
15. Koeler volgens een der voorgaande conclusies, ten minste gedeeltelijk gevuld met drankhouders, waarbij een opneempositie een drankhouder over ten minste een gedeelte van de hoogte van de drankhouder relatief nauw omsluit.
16. Koeler volgens conclusie 15, waarbij een opneempositie een wand omvat die een drankhouder over een gedeelte van de hoogte van de drankhouder omsluit, zodanig dat tussen wand en de drankhouder een ruimte wordt ingesloten met een gemiddelde breedte van minder dan ongeveer vijf millimeter, meer in het bijzonder minder dan 3 millimeter en 10 bij voorkeur tussen 0.5 en 3 millimeter.
17. Koeler volgens conclusie 15 of 16, waarbij de drankhouders een lijf en een hals hebben, waarbij de overloop zich ter hoogte van de hals van de drankhouders uitstrekt, of daarboven.
18. Koeler volgens conclusie 17, waarbij de opneempositie een wand 15 heeft met een bovenste langsrand die zich ter hoogte van de hals uitstrekt.
19. Koeler volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de koelinrichting is ingesteld voor het koelen van de koelvloeistof tot minder dan ongeveer 4°C, in het bijzonder minder dan ongeveer 2°C, meer in het bijzonder tot minder dan ongeveer 0eC.
20. Werkwijze voor het koelen van drankhouders, waarbij drankhouders in een binnenhouder worden opgesteld en een koelvloeistof over en/of langs de drankhouders wordt geleid, in vloeistof contact met de drankhouders, welke koelvloeistof wordt afgezogen uit de binnenhouder en langs een koelinrichting wordt geleid, op gesteld tussen de binnenhouder en 25 een buitenhouder, en daardoor wordt gekoeld, waarbij de gekoelde koelvloeistof wordt op gevoerd tot voorbij een overloop van de binnenhouder en via de overloop terug over en/of langs de drankhouders wordt geleid, waarbij door de koelinrichting een ijslaag wordt opgebouwd en/of in stand wordt gehouden tussen de binnenhouder en de buitenhouder.
21. Werkwijze volgens conclusie 20, waarbij de koelvloeistof relatief snel over en/of langs de drankhouders wordt geleid en relatief langzaam langs de koelinrichting.
22. Werkwijze volgens conclusie 20 of 21, waarbij de koelinrichting een 5 ijslaag opbouwt tot een grensdikte, waarbij wanneer de grenswaarde wordt gedetecteerd door een ijssensor de koelinrichting gedurende een doorlooptijd de ijslaag verder opbouwen tot een dikte groter dan de grensdikte.
23. Werkwijze volgens een der conclusies 20 - 22, waarbij de koelvloeistof via de overloop wordt ingevoerd in de binnenhouder, en tussen 10 de binnenhouder en de buitenhouder een vloeistofniveau in stand wordt gehouden boven de overloop.
NL2001054A 2007-12-04 2007-12-04 Koeler en werkwijze voor koeling van drankhouders zoals flessen en blikjes. NL2001054C2 (nl)

Priority Applications (8)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2001054A NL2001054C2 (nl) 2007-12-04 2007-12-04 Koeler en werkwijze voor koeling van drankhouders zoals flessen en blikjes.
PCT/NL2008/050765 WO2009072876A1 (en) 2007-12-04 2008-12-03 Cooler and method for cooling beverage containers such as bottles and cans
JP2010536867A JP2011505544A (ja) 2007-12-04 2008-12-03 瓶および缶等の飲料容器を冷却するための冷却器および冷却方法
EP08856439A EP2232176A1 (en) 2007-12-04 2008-12-03 Cooler and method for cooling beverage containers such as bottles and cans
BRPI0820589-2A BRPI0820589A2 (pt) 2007-12-04 2008-12-03 Refrigerador para recipientes de bebida, e, método para refrigerar recipientes de bebida
MX2010006043A MX2010006043A (es) 2007-12-04 2008-12-03 Enfriador y metodo para enfriar recipientes de bebida tales como botellas y latas.
US12/745,837 US8516849B2 (en) 2007-12-04 2008-12-03 Cooler and method for cooling beverage containers such as bottles and cans
ZA2010/04509A ZA201004509B (en) 2007-12-04 2010-06-25 Cooler and method for cooling beverage containers such as bottles and cans

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2001054A NL2001054C2 (nl) 2007-12-04 2007-12-04 Koeler en werkwijze voor koeling van drankhouders zoals flessen en blikjes.
NL2001054 2007-12-04

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2001054C2 true NL2001054C2 (nl) 2009-06-08

Family

ID=39580335

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2001054A NL2001054C2 (nl) 2007-12-04 2007-12-04 Koeler en werkwijze voor koeling van drankhouders zoals flessen en blikjes.

Country Status (8)

Country Link
US (1) US8516849B2 (nl)
EP (1) EP2232176A1 (nl)
JP (1) JP2011505544A (nl)
BR (1) BRPI0820589A2 (nl)
MX (1) MX2010006043A (nl)
NL (1) NL2001054C2 (nl)
WO (1) WO2009072876A1 (nl)
ZA (1) ZA201004509B (nl)

Families Citing this family (35)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2471865B (en) 2009-07-15 2011-06-29 Bright Light Solar Ltd Refrigeration apparatus
FR2959003B1 (fr) * 2010-04-14 2016-06-03 Entreprise Bretonne De Tuyauterie Et Chaudronnerie Inox Dispositif de maintien en temperature de produits
BR112014018324B1 (pt) * 2012-01-27 2022-05-17 The Sure Chill Company Limited Aparelho de refrigeração
GB2503191A (en) * 2012-01-27 2013-12-25 True Energy Ltd Refrigeration apparatus comprising fluid reservoirs
AT512799B1 (de) * 2012-04-19 2017-12-15 Wild Johannes Kühlvorrichtung für Getränke
US9297499B2 (en) * 2012-12-06 2016-03-29 Cook Medical Technologies Llc Cryogenic storage container, storage device, and methods of using the same
US9845988B2 (en) * 2014-02-18 2017-12-19 Supercooler Technologies, Inc. Rapid spinning liquid immersion beverage supercooler
GB201301494D0 (en) * 2013-01-28 2013-03-13 True Energy Ltd Refrigeration apparatus
WO2015011477A1 (en) 2013-07-23 2015-01-29 The Sure Chill Company Limited Refrigeration apparatus and method
US10149487B2 (en) 2014-02-18 2018-12-11 Supercooler Technologies, Inc. Supercooled beverage crystallization slush device with illumination
US10302354B2 (en) 2013-10-28 2019-05-28 Supercooler Technologies, Inc. Precision supercooling refrigeration device
JP6482174B2 (ja) * 2014-01-21 2019-03-13 ホシザキ株式会社 飲料冷却装置
BR102014013038B1 (pt) * 2014-05-29 2022-07-26 Ambev S/A Refrigerador automático para bebidas e método de refrigeração de bebidas
US20170241704A1 (en) * 2014-05-30 2017-08-24 Aldo SOSSAI Evaporator for a refrigeration cycle machine and machine comprising such evaporator
US10386117B2 (en) * 2015-01-15 2019-08-20 Pepsico, Inc. Quick-chill beverage cooler with post-chill storage chamber
CN104748505B (zh) * 2015-03-06 2017-04-12 青岛海尔股份有限公司 饮料速冷柜
US9648964B2 (en) 2015-05-22 2017-05-16 Dan L. Morrow Plastic cup dispensing cooler and method of use
USD778687S1 (en) 2015-05-28 2017-02-14 Supercooler Technologies, Inc. Supercooled beverage crystallization slush device with illumination
CN104896834A (zh) * 2015-07-01 2015-09-09 宁波荣捷特机械制造有限公司 一种快速制冷***
US20170001785A1 (en) * 2015-07-03 2017-01-05 Waste Repurposing International, Inc. Thermal Container Including a Thermal Unit
CN108351146B (zh) 2015-09-11 2021-04-20 确保冷藏有限公司 便携式制冷设备
US10464731B2 (en) 2016-04-07 2019-11-05 Charles Paul Grogan Temperature controlled transport enclosure with tracking technology utilizing thermoelectric devices
WO2017216033A1 (de) * 2016-06-15 2017-12-21 Kohler Michaela Verwendung und verfahren/vorrichtung zum temperieren eines flaschengetränks
US11248838B2 (en) 2016-07-11 2022-02-15 Praxair Technology, Inc. Transportable container, charger system, method and kit for generation of carbon dioxide snow block in-situ within the transportable container for preservation of items stored there within
US10712072B2 (en) * 2016-07-11 2020-07-14 Praxair Technology, Inc. Transportable container, charger system, method and kit for generation of carbon dioxide snow block in-situ within the transportable container for preservation of items stored therewithin
JP6733907B2 (ja) * 2016-11-04 2020-08-05 アサヒビール株式会社 冷却器
US10119774B1 (en) * 2017-09-20 2018-11-06 Umit Kosa Instantaneous cooler/freezer using orbital shake method
US20190212048A1 (en) * 2017-12-28 2019-07-11 Garner Group Llc Rapid food and beverage chill system
US10876780B1 (en) 2018-03-19 2020-12-29 Michael Nicholas Tarantino Cooler beverage inserts
US11614279B2 (en) * 2018-07-12 2023-03-28 Pepsico, Inc. Beverage cooler
CN112368080A (zh) * 2018-07-16 2021-02-12 普兰德有限两合公司 用于实验室器皿的温度控制装置
CN112823265B (zh) * 2018-10-11 2023-05-05 百事可乐公司 饮料冷冻器
US10914515B2 (en) * 2019-01-28 2021-02-09 Brian Scott Deisley Beverage cooling apparatus and method
US11543178B2 (en) * 2020-06-23 2023-01-03 David Morgan Insulated cooler with a submersible internal circulating pump
KR102554655B1 (ko) * 2021-07-23 2023-07-13 박정열 액체음료 과냉각장치

Citations (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US1937797A (en) * 1932-07-30 1933-12-05 Edwin D Stafney Milk cooling apparatus
US2072347A (en) * 1933-11-08 1937-03-02 Eagle Foundry Company Refrigerator
US2418300A (en) * 1944-06-22 1947-04-01 Earl Hovey C Constant level tank for vending machines
US2572508A (en) * 1940-03-18 1951-10-23 Muffly Glenn Ice maker and bottle cooler
US3049890A (en) * 1957-10-16 1962-08-21 Booth Fisheries Corp Immersion freezer
EP0491671A1 (fr) * 1990-12-17 1992-06-24 F.R.J. Concept Dispositif pour rafraîchir des liquides contenus dans des récipients
US5191773A (en) * 1989-08-22 1993-03-09 Cassell Allan J Recirculating chilling apparatus with a submerged electric motor and impeller
US20030200757A1 (en) * 2002-04-30 2003-10-30 Lancer Partnership, Ltd. Cooling bank control assembly for a beverage dispensing system
JP2005127608A (ja) * 2003-10-23 2005-05-19 Smc Corp 恒温液槽

Family Cites Families (13)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS57145978U (nl) * 1981-03-11 1982-09-13
JPS58179479U (ja) * 1982-05-25 1983-12-01 東芝機械株式会社 冷却室を併設した飲料冷却注出機
US5168712A (en) * 1990-03-19 1992-12-08 Instacool Inc. Of North America Rapid cooling through a thin flexible membrane
US5861183A (en) * 1996-04-22 1999-01-19 Feldpausch; David Preparation of frozen dessert precursor
JP2000097539A (ja) * 1998-09-22 2000-04-04 Hoshizaki Electric Co Ltd 冷塩水処理装置
US6474093B1 (en) * 2000-10-23 2002-11-05 Cosmo Tech Development, Inc. Expanding barrel system for cooling beverages
US6564992B1 (en) * 2000-11-15 2003-05-20 The Jel Sert Company Combination product package and disposable cooler
US7097034B2 (en) * 2002-05-17 2006-08-29 Gunter Woog Carrier
US6626006B1 (en) * 2002-06-15 2003-09-30 Carl Kenneth Tedder Stackable cooler shelving system
US6945450B2 (en) * 2002-08-27 2005-09-20 Coors Global Properties, Inc. Beverage cooler carton
US7024882B2 (en) * 2003-09-16 2006-04-11 William Scott Carmichael Cooler with ordered refilling
US6990831B2 (en) * 2004-04-23 2006-01-31 Cory Fiene Split beverage cooling collar
US6895778B1 (en) * 2004-06-10 2005-05-24 William Ackerman Compartmentalized portable cooler with cooling gradient

Patent Citations (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US1937797A (en) * 1932-07-30 1933-12-05 Edwin D Stafney Milk cooling apparatus
US2072347A (en) * 1933-11-08 1937-03-02 Eagle Foundry Company Refrigerator
US2572508A (en) * 1940-03-18 1951-10-23 Muffly Glenn Ice maker and bottle cooler
US2418300A (en) * 1944-06-22 1947-04-01 Earl Hovey C Constant level tank for vending machines
US3049890A (en) * 1957-10-16 1962-08-21 Booth Fisheries Corp Immersion freezer
US5191773A (en) * 1989-08-22 1993-03-09 Cassell Allan J Recirculating chilling apparatus with a submerged electric motor and impeller
EP0491671A1 (fr) * 1990-12-17 1992-06-24 F.R.J. Concept Dispositif pour rafraîchir des liquides contenus dans des récipients
US20030200757A1 (en) * 2002-04-30 2003-10-30 Lancer Partnership, Ltd. Cooling bank control assembly for a beverage dispensing system
JP2005127608A (ja) * 2003-10-23 2005-05-19 Smc Corp 恒温液槽

Also Published As

Publication number Publication date
BRPI0820589A2 (pt) 2015-06-16
US20100293970A1 (en) 2010-11-25
ZA201004509B (en) 2011-03-30
MX2010006043A (es) 2010-06-25
EP2232176A1 (en) 2010-09-29
US8516849B2 (en) 2013-08-27
WO2009072876A1 (en) 2009-06-11
JP2011505544A (ja) 2011-02-24

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL2001054C2 (nl) Koeler en werkwijze voor koeling van drankhouders zoals flessen en blikjes.
US7703301B2 (en) Rapid fluid cooling system and refrigeration device having same
US20170000291A1 (en) Dynamic Mixer Apparatuses for Beverage Dispensers
US10859303B2 (en) Refrigerator with ice mold chilled by air exchange cooled by fluid from freezer
US9766005B2 (en) Refrigerator with ice mold chilled by fluid exchange from thermoelectric device with cooling from fresh food compartment or freezer compartment
US9115922B2 (en) Fresh ice
EP2325134B1 (en) Beverage dispenser
AU2017217901B2 (en) Supply device for beverage-dispensing machines
US20060277939A1 (en) Refrigerated display and dispensing assembly
US20140150459A1 (en) Convertible ice storage
US3341077A (en) Multi-beverage dispenser
KR200472311Y1 (ko) 음료의 보냉을 위한 이송 시스템
US20230053940A1 (en) Beverage dispenser
JP7192402B2 (ja) 冷蔵庫
KR20140102082A (ko) 냉장고
US1895859A (en) Refrigerating mechanism
US20220026143A1 (en) Stand-alone beverage dispenser and cooling system
WO2023131079A1 (zh) 用于制冷电器的制冰组件及制冷电器
US20230108527A1 (en) Beverage-dispensing appliance having a chilled carbonator
KR200390212Y1 (ko) 순환 소금물 속에 칸막이가 된 냉장고
CN114929616A (zh) 饮料分配***
JPH04363570A (ja) 冷飲料供給装置
JPH04359774A (ja) 冷飲料供給装置

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up