NL2000018C2 - Inrichting voor het op een deel van het menselijk of dierlijk lichaam aanbrengen van een smeerbare samenstelling. - Google Patents

Inrichting voor het op een deel van het menselijk of dierlijk lichaam aanbrengen van een smeerbare samenstelling. Download PDF

Info

Publication number
NL2000018C2
NL2000018C2 NL2000018A NL2000018A NL2000018C2 NL 2000018 C2 NL2000018 C2 NL 2000018C2 NL 2000018 A NL2000018 A NL 2000018A NL 2000018 A NL2000018 A NL 2000018A NL 2000018 C2 NL2000018 C2 NL 2000018C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
sleeve
core
applicator
holder
spreadable
Prior art date
Application number
NL2000018A
Other languages
English (en)
Inventor
Jan Hendricus Witte
Marlies Van Dullemen
Jan Philip Herweijer
Eleonora Doucet-Liem
Original Assignee
Jph Invest B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority to NL2000018A priority Critical patent/NL2000018C2/nl
Application filed by Jph Invest B V filed Critical Jph Invest B V
Priority to KR1020087024105A priority patent/KR20090007305A/ko
Priority to BRPI0707060-8A priority patent/BRPI0707060A2/pt
Priority to AU2007221522A priority patent/AU2007221522B2/en
Priority to PCT/NL2007/050083 priority patent/WO2007100252A1/en
Priority to EA200870309A priority patent/EA200870309A1/ru
Priority to CN2007800076278A priority patent/CN101394889B/zh
Priority to CA002644397A priority patent/CA2644397A1/en
Priority to JP2008557227A priority patent/JP2009528125A/ja
Priority to US12/281,213 priority patent/US20090169286A1/en
Priority to EP07715901.0A priority patent/EP1993656B1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2000018C2 publication Critical patent/NL2000018C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A45HAND OR TRAVELLING ARTICLES
    • A45DHAIRDRESSING OR SHAVING EQUIPMENT; EQUIPMENT FOR COSMETICS OR COSMETIC TREATMENTS, e.g. FOR MANICURING OR PEDICURING
    • A45D34/00Containers or accessories specially adapted for handling liquid toiletry or cosmetic substances, e.g. perfumes
    • A45D34/04Appliances specially adapted for applying liquid, e.g. using roller or ball
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61MDEVICES FOR INTRODUCING MEDIA INTO, OR ONTO, THE BODY; DEVICES FOR TRANSDUCING BODY MEDIA OR FOR TAKING MEDIA FROM THE BODY; DEVICES FOR PRODUCING OR ENDING SLEEP OR STUPOR
    • A61M35/00Devices for applying media, e.g. remedies, on the human body
    • A61M35/003Portable hand-held applicators having means for dispensing or spreading integral media

Landscapes

  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Anesthesiology (AREA)
  • Biomedical Technology (AREA)
  • Heart & Thoracic Surgery (AREA)
  • Hematology (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Animal Behavior & Ethology (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • Veterinary Medicine (AREA)
  • Containers And Packaging Bodies Having A Special Means To Remove Contents (AREA)
  • Coating Apparatus (AREA)
  • Medical Preparation Storing Or Oral Administration Devices (AREA)

Description

Inrichting voor het op een deel van het menselijk of dierlijk lichaam aanbrengen van een smeerbare samenstelling
De uitvinding betreft een inrichting voor het op een deel van het menselijk of dierlijk 5 lichaam aanbrengen van een smeerbare samenstelling, waarbij de inrichting een de smeerbare samenstelling bevattende houder, een applicator voor de smeerbare samenstelling en middelen voor het vanuit de houder tot in contact met de applicator drijven van de smeerbare samenstelling omvat. Onder een smeerbare samenstelling wordt bijvoorbeeld een zalf, een gel of een crème verstaan. Een dergelijke inrichting is 10 bekend in de vorm van een tube en een dot watten, waarbij de tube een smeerbare samenstelling omvat. Door knijpen in de tube kan een hoeveelheid van de smeerbare samenstelling op de dot watten worden geplaatst en vervolgens op een deel van het lichaam worden aangebracht.
15 Het aanbrengen van de smeerbare substantie op de dot watten gaat veelal met knoeien gepaard; de toepassing van deze tot de stand van de techniek behorende inrichting vereist de nodige handvaardigheid om knoeien te vermijden.
Om de bovengenoemde problemen te vermijden verschaft de onderhavige uitvinding 20 met de houder verbonden positioneermiddelen voor het positioneren van de applicator in een positie waarin uit de houder gedreven samenstelling tot in contact met de applicator kan worden gebracht.
Als gevolg van deze maatregelen wordt het proces van het aanbrengen van de 25 smeerbare substantie op de applicator veel beter beheersbaar zodat knoeien wordt vermeden.
Dezelfde effecten worden verkregen door werkwijze voor het op een deel van het menselijk of dierlijk lichaam aanbrengen van een smeerbare samenstelling, omvattende 30 het vanuit een houder tot in contact met een applicator brengen van de smeerbare samenstelling en het vanaf de applicator tot op het deel van lichaam aanbrengen van de smeerbare samenstelling, waarbij de applicator door met de houder verbonden positioneermiddelen in een positie wordt geplaatst waarin uit de houder gedreven samenstelling tot in contact met de applicator kan worden gebracht.
2
Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm is de houder van een uitstroomopening voorzien en zijn de positioneermiddelen ingericht voor het positioneren van de applicator in een positie in de nabijheid van de uitstroomopening, in de bewegingsrichting van de uit de 5 uitstroomopening tredende smeerbare samenstelling.
Deze maatregelen vermijden het gebruik van geleidemiddelen voor het van de uitstroomopening naar de applicator leiden van de smeerbare samenstelling, hetgeen de constructie van de inrichting vereenvoudigt en reinigingshandelingen sterk beperkt. Hierbij wordt gewezen op het belang van de reiniging; de applicator wordt veelal 10 gebruikt op en in delen van het lichaam, waarbij infectiegevaar aanzienlijk is; het gemakkelijk kunnen reinigen van de applicator en van die delen van de houder die met de applicator is contact komen is van het grootste belang. Tevens maakt deze maatregel het mogelijk dat de applicator meermaals wordt gebruikt.
15 Weer een andere voorkeursuitvoeringsvorm verschaft de maatregel dat de houder een houder is van de soort waarvan het inwendige volume verkleinbaar is door uitwendige op de houder werkende krachten. Hiermede wordt het proces van het op de applicator aanbrengen van de smeerbare samenstelling beter beheersbaar.
20 Een eenvoudige en goedkope voorkeursuitvoeringsvorm verschaft de maatregel dat de houder door een tube wordt gevormd.
Om het proces van het aanbrengen van het smeerbare samenstelling op de applicator voor de gebruiker te vereenvoudigen, hetgeen bijvoorbeeld van belang is voor 25 gebruikers met beperkingen, is het aantrekkelijk wanneer de houder een starre buitenwand heeft en wanneer houder buiten de smeerbare samenstelling een drijfgas bevat.
Een technisch optimale constructie wordt verkregen wanneer de houder is voorzien van 30 een inwendige beweegbare wand aan een zijde waarvan de smeerbare samenstelling aanwezig is en aan de andere zijde waarvan het drijfgas aanwezig is. Deze maatregel maakt de keuze van een drijfgas gemakkelijker.
3
Weer een andere voorkeursuitvoeringsvorm verschaft de maatregel dat de houder is voorzien van een ventiel dat bedienbaar is door de door de positioneermiddelen gepositioneerde applicator. Hierdoor wordt de bediening sterk vereenvoudigd en wordt de kans op knoeien verkleind.
5
Knoeien bij het aanbrengen van de smeerbare substantie op de applicator wordt uitgesloten wanneer het ventiel slechts bedienbaar is door een door de positioneermiddelen gepositioneerde applicator.
10 Om te voorkomen dat de smeerbare samenstelling wordt opgenomen in de applicator, hetgeen bij toepassing een van poreus materiaal zoals watten of schuim vervaardigde applicator mogelijk zou zijn, is het aantrekkelijk wanneer de applicator is voorzien van een kern met een gesloten, dat wil zeggen niet poreuze buitenwand, welke kern is ingericht voor contact met de smeerbare samenstelling. De gesloten buitenwand van de 15 kern voorkomt immers dat de smeerbare samenstelling in de applicator intrekt en niet meer terecht komt op de gewenste plaats. Bovendien biedt het gesloten oppervlak van de applicator de mogelijkheid deze te reinigen en opnieuw te gebruiken.
Een specifieke uitvoeringsvorm verschaft de maatregel dat de kem een eerste en een 20 tweede deel met een onderling verschillende vorm hebben waarbij beide delen in de positioneermiddelen plaatsbaar zijn en beide delen zijn ingericht om in contact te komen met de smeerbare samenstelling. Het gebruik van delen met een onderling verschillende vorm biedt de mogelijkheid de een keuze te maken op welk deel de smeerbare substantie wordt aangebracht. Deze keuze kan de gebruiker af laten hangen 25 van de hoedanigheid van de plaats van het lichaam waar de smeerbare substantie moet worden aangebracht, zoals een lichaamsholte. De smeerbare substantie wordt dan aangebracht op het eerste deel terwijl het andere deel wordt gebruikt voor het aangrijpen van de kem.
30 De constructie van de kern wordt vergemakkelijkt wanneer de kem rotatiesymmetrisch is.
De gebruiksmogelijkheden van de applicator nemen toe wanneer deze buiten de kem tevens een zich rondom de kem uitstrekkende huls is aangebracht. Deze huls kan dan 4 gebruikt worden voor het vasthouden van de smeerbare substantie tussen de kern en de huls tijdens transport tussen de houder de huid. Hiertoe is de huls bij voorkeur zodanig gevormd dat deze een ruimte insluit tussen de huls en de kern. Deze ruimte kan dan met de smeerbare substantie gevuld worden. Hierbij kan de huls zijn aangebracht rondom 5 het eerste of het tweede deel van de kern, maar de huls kan eveneens rondom beide delen van de kern worden aangebracht.
Deze effecten worden eveneens bereikt door een werkwijze waarbij de smeerbare samenstelling vanuit de houder tot in een in de applicator gevormde ruimte wordt 10 gebracht.
Volgens een volgende uitvoeringsvorm is de huls voorzien van openingen. Deze openingen worden gebruikt voor het aanbrengen van de smeerbare samenstelling. Hierdoor is de applicator in het bijzonder geschikt voor het aanbrengen van de 15 smeerbare samenstelling in lichaamsholten. De smeerbare samenstelling treedt immers niet alleen uit aan de punt, maar ook aan de zijden, zodat de samenstelling goed over de zijvlakken van de lichaamsholten wordt verdeeld.
Ook bij een werkwijze waarbij de smeerbare substantie tenminste gedeeltelijk door de 20 vulopening heen tot in en uit de ruimte wordt gevoerd, worden deze voordelen bereikt.
Bij voorkeur wordt, wanneer sprake is van een houder welke van een drijfgas is voorzien, gebruik gemaakt van een werkwijze waarbij door bediening van een ventiel van de houder door de applicator de smeerbare samenstelling uit de houder tot in de in 25 de applicator gevormde ruimte treedt.
Voor het vergemakkelijken van het vullen en ledigen van de ruimte is het aantrekkelijk wanneer de huls in axiale richting ten opzichte van de kern beweegbaar is. Hiermede wordt het immers mogelijk, in samenhang met een desbetreffende vormgeving van de 30 kern en de huls, het volume van de ruimte tussen de kern en de huls te variëren, hetgeen in het bijzonder bij het aanbrengen van de smeerbare substantie gebruikt kan worden voor het uitdrijven van de smeerbare substantie.
5
Ditzelfde effect wordt bereikt door een werkwijze, waarbij de smeerbare samenstelling door verkleining van het volume van de in de applicator gevormde holte van de applicator naar het lichaam wordt gedreven.
5 Om de onderlinge beweging van de huls ten opzichte van de kem met de hand te kunnen aandrijven of bedienen, is het aantrekkelijk wanneer de huls is voorzien van een zich hoofdzakelijk in radiale richting uitstrekkende kraag. Deze kraag kan dan met de vingers worden aangegrepen.
10 Het uit de ruimte tussen de kem en de holte drijven van de smeerbare substantie wordt vergemakkelijkt wanneer de huls is ingericht voor het over een substantieel deel van zijn bewegingstraject inwendig te worden afgesloten door de kem. De kem fungeert dan immers als zuiger binnen de als cilinder fungerende huls.
15 De constructie van de een applicator volgens de hierboven genomen maatregelen wordt vereenvoudigd wanneer het inwendige van de huls cilindrisch is. Hierdoor kan de kem op de wijze van een zuiger in een cilinder heen en weer glijden in de huls.
Voor sommige toepassingen kan het aantrekkelijk zijn de huls aan zijn buitenzijde 20 conisch uit te voeren. Het is dan wel mogelijk de binnenzijde van de huls cilindrisch uit te voeren, opdat de hierboven genoemde maatregelen kunnen worden toegepast, maar het is eveneens mogelijk gebruik te maken van een overwegend conisch holte, waarbij de huls van zodanig flexibel materiaal is vervaardigd opdat deze zodanig vervormbaar is dat deze door de cilindrische kem wordt afgedicht.
25
Het vullen van de applicator wordt bovendien vergemakkelijkt wanneer de huls aan zijn van de kem afgekeerde einde van een vulopening is voorzien voor het vullen van de ruimte tussen de kem en de huls met de smeerbare samenstelling. Hierbij is het aantrekkelijk wanneer de vulopening niet al te groot is, om te voorkomen dat bij het 30 aanbrengen van de smeerbare samenstelling een groot deel hiervan via deze vulopening uittreedt.
Het is echter eveneens mogelijk dat de kern hol is en dat de kem van een vulopening is voorzien voor het vullen van de mimte tussen de kem en de huls met de smeerbare 6 samenstelling. Hierbij kan de kern met zijn holle ruimte in aansluitng met het ventiel van de houder geplaatst worden. Het is dan aantrekkelijk wanneer het ventiel bedienbaar is door de kern, bijvoorbeeld doordat de kern in aangrijping is met het ventiel.
5
De vulopening is uiteraard ingericht voor het vullen van de ruimte tussen kem en huls, maar deze vulopening kan eveneens gebruikt worden voor het uitdrijven van de smeerbare samenstelling tijdens het aanbrengen ervan.
10 Om de dosering van de smeerbare samenstelling te vergemakkelijken is op de kem een maatverdeling aangebracht. Deze kan worden gebruikt bij het vullen van de ruimte. De kem steekt immers uit de huls, zodat een op kem aangebrachte schaalverdeling gemakkelijk afleesbaar is.
15 Ook een werkwijze waarbij tijdens het vullen van de ruimte tussen kem en huls de inhoud van de ruimte wordt afgelezen leidt tot deze voordelen.
Wanneer de huls en de kem zijn ingericht voor het ten opzichte van de huls verplaatsen van de kem bij het door de in de huls aangebrachte vulopening heen vullen van de 20 ruimte tussen de kem en de huls, kan bij het vullen de kem op de wijze van een zuiger naar buiten worden bewogen om plaats te bieden aan de smeerbare samenstelling.
De vulprocedure van de applicator wordt sterk vereenvoudigd wanneer de huls is ingericht voor het bedienen van het ventiel van de houder. Voor het vullen van de 25 applicator behoeft dan immers slechts met de vingers op de huls te worden gedrukt tot een voldoende hoeveel van de smeerbare samenstelling in de applicator is getreden.
De overbrenging tussen de huls en het ventiel wordt vereenvoudigd wanneer de huls is ingericht om aan te grijpen op een bedieningselement van het ventiel.
30
Om zijdelingse bewegingen van de applicator te voorkomen is het aantrekkelijk dat wanneer de positioneermiddelen zijn ingericht voor het door middel van een klikverbinding fixeren van de huls.
De bediening van het vulproces wordt vergemakkelijkt wanneer de klikverbinding is ingericht voor het toelaten van een beweging in axiale richting van de huls ten opzichte van de positioneermiddelen.
7 5 Uiteraard is het mogelijk de kern en de huls beide of elk afzonderlijk voor eenmalig gebruik te bestemmen. Het is echter aantrekkelijk tenminste een van de huls of de kern voor meermalig gebruik te bestemmen; beide delen, maar in het bijzonder de kern kan goed worden gereinigd na gebruik. In sommige gevallen kan het echter aantrekkelijk zijn na elke gebruik de huls te vervangen omdat deze immers door de aanwezigheid van 10 de openingen wat minder goed reinigbaar is.
Wanneer de holte in de huls is gevuld en de applicator in zijn geheel moet worden afgenomen, bestaat het gevaar dat door de afsluiting tussen het ventiel en de huls, in de huls een onderdruk ontstaat die de inhoud van de holte naar buiten dringt terwijl de kern 15 naar binnen beweegt. Om dit probleem te voorkomen stelt een specifieke voorkeursuitvoeringsvorm voor om de kern in de huls te arreteren. Hierbij wordt weliswaar wel een onderdruk opgebouwd, maar slechts totdat de vulopening los is gekomen van het ventiel.
20 Om deze arretering zo gemakkelijk mogelijk uit te voeren, heeft het de voorkeur dat tenminste een deel van de huls samendrukbaar is en dat bij het samendrukken van de huls, de kern in de huls wordt gearreteerd.
Deze samendrukbaarheid kan op een gemakkelijke wijze worden verkregen door de 25 huls aan weerszijden van zijn holte van insnijdingen te voorzien.
Een belangrijke toepassing van de inrichting wordt voorzien voor het aanbrengen van de smeerbare samenstelling in een lichaamsholte, zoals de keelholte, de oren, de neusgaten, de oksels of de vagina.
30
Als meest aantrekkelijke toepassing wordt thans het aanbrengen van de smeerbare substantie in de anus voorzien.
δ
De uitvinding betreft eveneens een houder die is ingericht als houder in een inrichting volgens een van de voorafgaande conclusies en zij betreft eveneens een applicator die is ingericht als applicator in een inrichting volgens een van de voorafgaande conclusies.
5 Vervolgens zal de onderhavige uitvinding worden toegelicht aan de hand van de bijgaande figuren, waarin voorstellen:
Fig. IA : een doorsnede-aanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding met een toedieningskem in een eerste positie;
Fig. 1B : een doorsnede-aanzicht van de in figuur IA weergegeven 10 uitvoeringsvorm met een toedieningskem in een tweede positie;
Fig. 2 : een doorsnede-aanzicht van een tweede uitvoeringsvorm;
Fig. 3A-3B : doorsnede-aanzichten van een derde uitvoeringsvorm in diverse toestanden;
Fig. 4 : een doorsnede-aanzicht van een variant van de derde uitvoeringsvorm; 15 en
Fig. 5 : een doorsned-aanzicht van een vierde uitvoeringsvorm.
In figuur 1 is een tube 1 getoond, welke dienst doet als houder en welke gevuld is met een smeerbare substantie zoals een crème of een zalf. De tube 1 is op de gebruikelijke 20 wijze voorzien van een opening 2, die wordt omgeven door een ringvormig element 3 dat aan zijn buitenzijde van een schroefdraad is voorzien. Op de schroefdraad is een positioneerelement in de vorm van een cilinder 4 geschroefd. Hiertoe is het positioneerelement voorzien van een opening die voorzien is van inwendige schroefdraad. Aan zijn van de opening afgekeerde zijde is het positioneerelement 25 voorzien van een positioneerring 5. Deze positioneerring 5 dient voor het positioneren van een applicator 6.
De in figuur 1 afgebeelde applicator 6 omvat een hoofdzakelijk cilindrisch deel 7 dat van een afgeronde top 8 is voorzien en een hoofdzakelijk kegelvormig deel 9 dat van 30 een rond grondvlak 10 is voorzien, en waarvan de top overgaat naar het cilindrische deel 7. Hierbij is de applicator 6 ingericht voor het op het lichaam aanbrengen van het smeerbare materiaal in de vorm van een zalf of een crème. De vorm van de applicator hangt af van de plaats van het lichaam waar de zalf of crème wordt aangebracht, zoals een lichaamsholte.
9
Bij gebruik van deze uitvoeringsvorm plaatst de gebruiker de applicator met de gewenste toedieningszijde op de positioneerinrichting, waarbij de positie van de applicator wordt bepaald door de positioneemng 5. Vervolgens drukt de gebruiker op 5 de tube 1, waardoor een vermindering van het volume van de inhoud van de tube optreedt en smeerbare samenstelling uit de opening 2 van de tube 1 treedt en de samenstelling in het inwendige van de positioneerinrichting terechtkomt en in contact komt met het bolle vlak 10 van de applicator 6. Vervolgens wordt de applicator afgenomen en wordt deze gebruikt voor het op de gewenste plaats op of in het lichaam 10 aanbrengen van de zalf of crème.
Het is echter eveneens mogelijk, zoals getoond is in figuur 1B, om de andere zijde van de applicator 6 te gebruiken. Ook hier kan gebruik gemaakt worden van de positioneening 5 voor het positioneren van de applicator 6 in zijn andere positie. Hierbij 15 komt het cilindrische deel 7 van de applicator in contact met de aan te brengen zalf of crème. Deze laatste positie van de applicator 6 is in het bijzonder geschikt voor het aanbrengen van de zalf of creme in een lichaamsholte zoals de anus.
In plaats van de hierboven toegelicht tube 1 kan als houder gebruik worden gemaakt 20 van een houder met starre wanden die - af gezien van de smeerbare samenstelling - gevuld is met een drijfgas voor het naar buiten drijven van de smeerbare substantie. Een dergelijke houder 11 is weergegeven in figuur 2. Deze houder 11 is voorzien van starre wanden 12, en de houder is op op zichzelf bekende wijze aan zijn bovenzijde afgesloten door een bovenwand 12 waarin een bedienbaar ventiel 13 is geplaatst. Deze 25 uitvoeringsvorm is voorzien van een inwendige wand 14 van flexibel materiaal die dienst doet als scheiding tussen het drijfgas, dat zich aan de buitenzijde van deze hoofdzakelijk zakvormige wand 14 bevindt en de zich aan de binnenzijde bevindende smeerbare samenstelling. Hierbij dient er zorg voor te worden gedragen dat de binnenzijde van de wand 14 aansluit op het ventiel opdat bij bediening van het ventiel 30 de smeerbare samenstelling naar buiten treedt. Voor positionering van de applicator wordt gebruik gemaakt van een als positioneringselement fungerend opzetstuk 15, dat losmaakbaar op de bovenwand van de houder is bevestigd. Dit opzetstuk is ingericht voor het positioneren van zowel het bolle deel 17 als het scherpe deel 18 van de applicator 16. De losmaakbaarheid dient om het opzetstuk te kunnen reinigen.
10
Hierbij is het van belang dat de positionering zodanig plaatsvindt dat voldoende ruimte overblijft opdat de crème of de zalf de applicator kan bereiken en met deze in contact kan treden. Hiertoe kan een zekere mater van speling noodzakelijk zijn. Verder is de hierbij de geslotenheid of ondoordringbaarheid van de applicator van belang, enerzijds 5 om te bereiken dat de crème of de zalf niet tot in de applicator dringt, maar bovendien om bij meermalig gebruik de applicator goed te kunnen reinigen.
De in de figuren 3A-3F getoonde uitvoeringsvorm wijkt af van de voorgaande uitvoeringsvorm door de afwijkende structuur van de applicator. Hierbij wordt de 10 applicator in essentie gevormd door een kern 16 die overeenkomt met de applicator 16 in zijn geheel volgens de voorgaande uitvoeringsvorm. Rondom deze kern 16 is een huls 20 aangebracht, die een hoofdzakelijk een kegel vormig deel 21 omvat, dat aan zijn brede einde is voorzien van een kraag 22. De onderzijde van het kegelvormige deel is voorzien van een vulopening 23. In de nabijheid van deze vulopening 23 is voorts een 15 aantal openingen 24 in het kegelvormige deel 21 geplaatst. Hierbij is de materiaalkeuze van de huls 20 en de kern 16 zodanig dat de kern 16 over een beperkt traject kan glijden binnen de huls 20 en waarbij de kern op de wijze van een zuiger over dit traject binnen een cilinder afsluit. Aldus ontstaat tussen de kern en de huls een ruimte 25 met een variabel volume. Het zal duidelijk zijn dat ook op andere wijzen een dergelijk variabel 20 volume kan worden verkregen, bijvoorbeeld door gebruik te maken van cilindervormige elementen. Dan kan worden volstaan met starre materialen voor de kem en de huls.
De houder volgens deze uitvoeringsvorm wijkt af van de aan de hand van figuur 2 toegelichte houder door de afwezigheid van de flexibele wand binnen de houder. Voorts 25 is in het opzetstuk 15 een passtuk 26 aangebracht. Dit passtuk 26 dient voor de betere geleiding van de smeerbare samenstelling. Aan zijn bovenzijde is het passtuk 26 in de axiale richting van de overigens cilindrische houder 11 beweegbaar in het opzetstuk 15 gelagerd. Aan zijn onderzijde is het passtuk 26 verbonden met het ventiel 13 en wel op zodanige wijze dat bij het naar beneden bewegen van het pas stuk 26 het ventiel 13 van 30 de houder wordt bediend. Ook is het passtuk 26, evenals het opzetstuk 15 afneembaar om reiniging mogelijk te maken. Ter bescherming van de op de houder 11 geplaatste delen is een afneembare kap 27 aangebracht.
11
Vervolgens zal de werking van deze inrichting worden beschreven. Uitgaande van de situatie die in figuur 3A is afgebeeld en waarin de kap 27 zich op de houder 11 bevindt, wordt aanvankelijk de kap 27 verwijderd. Dan is de situatie verkregen die in figuur 3B is weergegeven. Hierbij is de applicator 16, 20 toegankelijk.
5
Door drukken op de kraag 22 van de huls 20 wordt het samenstel van huls 20, kern 16 en passtuk 26 naar beneden bewogen. Deze situatie is weergegeven in figuur 3C. Door het naar beneden bewegen van het passtuk 26 wordt het ventiel 13 bediend waardoor het ventiel 13 opent en smeerbare samenstelling van uit de houder het ventiel 13 verlaat. 10 Tijdens dit proces vult de smeerbare samenstelling de ruimte 25 tussen de kern 16 en de huls 20, waarbij de kern 16 naar boven wordt gedrongen. Wanneer voldoende smeerbare samenstelling in de ruimte 25 aanwezig is, stopt de gebruiker met het drukken op de kraag 20.
15 Vervolgens kan de applicator in de vorm van het samenstel van huls 20 en kern 16 worden uitgenomen, zoals getoond is in figuur 3D. Het uitgenomen samenstel kan vervolgens gebracht worden tot naar de plaats op het lichaam of tot in de lichaamsholte waar de smeerbare samenstelling moet worden aangebracht. Door de huls 20 naar het verdikte deel 17 van de kem 16 te bewegen wordt de ruimte 25 tussen de huls 20 en het 20 verdikte deel 17 verkleind waardoor de in deze ruimte 25 aanwezige materie door de openingen 23, 24 heen naar buiten wordt gedrongen. Dit is in figuur 3E weergegeven.
Hierna kan de applicator 16, 20 worden gereinigd, evenals het passtuk, bijvoorbeeld onder de hete kraan zoals in figuur 3F is getoond. Daarna kunnen de onderdelen weer 25 terug worden geplaatst op de houder 11.
In figuur 4 is een variant van de in de figuren 3A-3F afgebeelde uitvoeringsvorm meer in detail afgebeeld. Deze variant wijkt af door de aanwezigheid van een cilindrische kem 16 die in de cilindrische ruimte in de huls 20 beweegbaar is waarbij een goede 30 afdichting tussen de kem 16 en de huls 20 wordt gewaarborgd. Dit is in tegenstelling tot de in de figuren 3A-3F afgebeelde uitvoeringsvorm waarbij de afdichting wordt verkregen door vervorming van hoofdzakelijk de hoofdzakelijk conische huls 20. Bij de onderhavige uitvoeringsvorm is de huls 20 slechts in de nabijheid van de vulopening 23 12 conisch. Voorts is de kern van een schaalverdeling 28 voorzien. Hiermede is het mogelijk de dosering van de smeerbare samenstelling goed te bepalen.
Bij de hierboven toegelichte uitvoeringsvormen is steeds sprake van een huls waarin 5 een zuiger verplaatsbaar is voor het verkrijgen van een ruimte met een variabel volume. Het is overigens eveneens mogelijk een variabel volume te verkrijgen door gebruik te maken van een balgachtige applicator, waarbij een holle kern wordt gebruikt en waarbij de holte van de kern aansluit op een balg met een variabel volume. Ook hier kan de punt van de kern gebruikt worden voor het bedienen van het ventiel van de houder. Bij 10 het bedienen van de ventiel zal de balg met smeerbare samenstelling worden gevuld en bij het verkleinen van het volume van de balg zal de samenstelling uit in de kem aangebrachte openingen treden.
De in figuur 5 weergegeven vierde uitvoeringsvorm wijkt af van de eerder toegelichte 15 uitvoeringsvormen door de aanwezigheid van twee in de tekening niet weergegeven, zich in de axiale richting van de kraag 22 uitstrekkende sleuven in de huls 21. Deze sleuven strekken zich uit tot op een zekere afstand van de onderzijde van de huls 21. Als gevolg van de aanwezigheid van de sleuven is het bovenste deel van de huls 21 samendrukbaar. Deze samendrukbaarheid wordt gebruikt voor het vastklemmen van de 20 kem 16 na het vullen van de applicator tijdens het afnemen van het ventiel. Dan bestaat immers het gevaar dat de inhoud van de ruimte tussen huls 21 en kern 16 wordt weggezogen. Door de kem 16 vast te klemmen wordt volumevermindering voorkomen. Om het vastklemmen van de kem 16 te vergemakkelijken is de kraag 22 , die uiteraard eveneens in twee delen verdeeld is door de sleuven, verbonden met een cilindrisch deel 25 30 dat onder de kraag 22 is geplaatst. Ook dit cilindrische deel 30 is door de sleuven in wee stukken verdeeld om de twee resulterende stukken van het deel 30 te kunnen samendrukken.
Het zal duidelijk zijn dat de in diverse uitvoeringsvormen getoonde maatregelen kunnen 30 worden gecombineerd. Uiteraard kunnen talloze variaties op de hier getoonde uitvoeringsvormen worden toegepast binnen het kader van de uitvinding.

Claims (41)

1. Inrichting voor het op een deel van het menselijk of dierlijk lichaam aanbrengen van een smeerbare samenstelling, waarbij de inrichting omvat: 5. een de smeerbare samenstelling bevattende houder; een applicator voor de smeerbare samenstelling; en middelen voor het vanuit de houder tot in contact met de applicator drijven van de smeerbare samenstelling, gekenmerkt door met de houder verbonden positioneermiddelen voor het positioneren 10 van de applicator in een positie waarin uit de houder gedreven samenstelling tot in contact met de applicator kan worden gebracht.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de houder van een uitstroomopening is voorzien en dat de positioneermiddelen zijn ingericht voor het 15 positioneren van de applicator in een positie in de nabijheid van de uitstroomopening, in de bewegingsrichting van de uit de uitstroomopening tredende smeerbare samenstelling.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de houder een houder is van de soort waarvan het inwendige volume verkleinbaar is door uitwendige op de 20 houder werkende krachten.
4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de houder door een tube wordt gevormd.
5. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de houder een starre buitenwand heeft en dat houder buiten de smeerbare samenstelling een drijfgas bevat.
6. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de houder is voorzien van een inwendige beweegbare wand aan een zijde waarvan de smeerbare samenstelling 30 aanwezig is en aan de andere zijde waarvan het drijfgas aanwezig is.
7. Inrichting volgens conclusie 5 of 6, met het kenmerk, dat de houder is voorzien van een ventiel dat bedienbaar is door de door de positioneermiddelen gepositioneerde applicator.
8. Inrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat het ventiel slechts bedienbaar is door een door de positioneermiddelen gepositioneerde applicator.
9. Inrichting volgens een van de voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat de applicator is voorzien van een kern met een gesloten buitenwand, welke kern is ingericht voor contact met de smeerbare samenstelling.
10. Inrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de kern een eerste en een 10 tweede deel met een onderling verschillende vorm omvat waarbij beide delen in de positioneermiddelen plaatsbaar zijn en beide delen zijn ingericht om in contact te komen met de smeerbare samenstelling.
11. Inrichting volgens een conclusie 9 of 10, met het kenmerk, dat de kern 15 rotatiesymmetrisch is.
12. Inrichting volgens conclusie 9,10 of 11, met het kenmerk, dat rondom de kern een huls is aangebracht.
13. Inrichting volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de huls is voorzien van openingen voor het door deze openingen heen aanbrengen van de smeerbare samenstelling.
14. Inrichting volgens conclusie 12 of 13, met het kenmerk, dat de huls in axiale 25 richting ten opzichte van de kern beweegbaar is.
15. Inrichting volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de huls is voorzien van een zich hoofdzakelijk in radiale richting uitstrekkende kraag.
16. Inrichting volgens een van de conclusies 12-15, met het kenmerk, dat de huls is ingericht voor het over een substantieel deel van zijn bewegingstraject inwendig te worden afgesloten door de kern.
17. Inrichting volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat het inwendige van de huls cilindrisch is.
18. Inrichting volgens conclusie 16 of 17, met het kenmerk, dat de huls 5 vervormbaar is.
19. Inrichting volgens een van de conclusies 14-18, met het kenmerk, dat de huls aan zijn van de kern afgekeerde einde van een vulopening is voorzien voor het vullen van de ruimte tussen de kern en de huls met de smeerbare samenstelling. 10
20. Inrichting volgens een van de conclusies 14-18, met het kenmerk, dat de kern hol is en dat de kern van een vulopening is voorzien voor het vullen van de ruimte tussen de kern en de huls met de smeerbare samenstelling.
21. Inrichting volgens conclusie 19 of 20, met het kenmerk, dat de vulopening is ingericht voor het bij het verkleinen van het volume van de ruimte tussen de huls en de kem naar buiten laten treden van de smeerbare samenstelling
22. Inrichting volgens een van de conclusies 16-21, met het kenmerk, dat op de 20 kem een maatverdeling is aangebracht.
23. Inrichting volgens conclusie 20,21 of 22, met het kenmerk, dat de huls en de kem zijn ingericht voor het ten opzichte van de huls verplaatsen van de kem bij het door de in de huls of in de kem aangebrachte vulopening heen vullen van de ruimte tussen de 25 kem en de huls.
24. Inrichting volgens conclusie 23, met het kenmerk, dat de huls is ingericht voor het bedienen van het ventiel van de houder.
25. Inrichting volgens conclusie 24, met het kenmerk, dat de vulopening in de huls is ingericht om aan te grijpen op een bedieningselement van het ventiel.
26. Inrichting volgens een van de voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat de positioneermiddelen zijn ingericht voor het door middel van een klikverbinding fixeren van de huls.
27. Inrichting volgens conclusie 26, met het kenmerk, dat de klikverbinding is ingericht voor het toelaten van een beweging in axiale richting van de huls ten opzichte van de positioneermiddelen.
28. Inrichting volgens een van de conclusies 12-27, met het kenmerk, dat de huls 10 vervangbaar is gekoppeld met de kern.
29. Inrichting volgens een van de conclusies 12-18, met het kenmerk, dat de kern in de huls arreteerbaar is.
30. Inrichting volgens conclusie 29, met het kenmerk, dat tenminste een deel van de huls samendrukbaar is en dat bij het samendrukken van de huls de kern in de huls wordt gearreteerd.
31. Inrichting volgens conclusie 30, met het kenmerk, dat de huls van twee zich 20 aan weerszijden van zijn holte uitstrekkende inkepingen is voorzien.
32. Inrichting volgens een van de voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat de applicator is ingediend voor het aanbrengen van de smeerbare samenstelling in een lichaamsholte. 25
33. Inrichting volgens conclusie 32, met het kenmerk, dat de applicator is ingericht voor het aanbrengen van de smeerbare samenstelling in de anus.
34. Houder, met het kenmerk dat deze is ingericht als houder in een inrichting 30 volgens een van de voorafgaande conclusies.
35. Applicator, met het kenmerk, dat deze is ingericht als applicator in een inrichting volgens een van de voorafgaande conclusies.
36. Werkwijze voor het op een deel van het menselijk of dierlijk lichaam aanbrengen van een smeerbare samenstelling, omvattende het vanuit een houder tot in contact met een applicator brengen van de smeerbare samenstelling en het vanaf de applicator tot op het deel van lichaam aanbrengen van de smeerbare samenstelling, met 5 het kenmerk dat de applicator door met de houder verbonden positioneermiddelen in een positie wordt geplaatst waarin uit de houder gedreven samenstelling tot in contact met de applicator kan worden gebracht.
37. Werkwijze volgens conclusie 36, met het kenmerk, dat de smeerbare 10 samenstelling vanuit de houder tot in een in de applicator gevormde ruimte wordt gebracht.
38. Werkwijze volgens conclusie 37, met het kenmerk, dat door bediening van een ventiel van de houder door de applicator de smeerbare samenstelling uit de houder tot in 15 de in de applicator gevormde ruimte treedt.
39. Werkwijze volgens conclusie 35 of 36, met het kenmerk, dat de smeerbare samenstelling door verkleining van het volume van de in de applicator gevormde holte van de applicator naar het lichaam wordt gedreven. 20
40. Werkwijze volgens conclusie 39, met het kenmerk, dat de smeerbare substantie tenminste gedeeltelijk door de vulopening heen tot in en uit de ruimte wordt gevoerd.
41. Werkwijze volgens een van de conclusies 36-40, met het kenmerk, dat bij het 25 vullen van de ruimte tussen kern en huls de inhoud van de ruimte wordt afgelezen.
NL2000018A 2006-03-02 2006-03-02 Inrichting voor het op een deel van het menselijk of dierlijk lichaam aanbrengen van een smeerbare samenstelling. NL2000018C2 (nl)

Priority Applications (11)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2000018A NL2000018C2 (nl) 2006-03-02 2006-03-02 Inrichting voor het op een deel van het menselijk of dierlijk lichaam aanbrengen van een smeerbare samenstelling.
BRPI0707060-8A BRPI0707060A2 (pt) 2006-03-02 2007-03-01 dispositivo para aplicar uma composição espalhável sobre parte do corpo humano ou animal
AU2007221522A AU2007221522B2 (en) 2006-03-02 2007-03-01 Device for applying a spreadable composition to a part of the human or animal body
PCT/NL2007/050083 WO2007100252A1 (en) 2006-03-02 2007-03-01 Device for applying a spreadable composition to a part of the human or animal body
KR1020087024105A KR20090007305A (ko) 2006-03-02 2007-03-01 인간 또는 동물의 신체 일부에 도포가능 물질을 도포하는 장치
EA200870309A EA200870309A1 (ru) 2006-03-02 2007-03-01 Устройство для нанесения пастообразного состава на часть тела человека или животного
CN2007800076278A CN101394889B (zh) 2006-03-02 2007-03-01 用于将可涂抹成分涂抹至人体或动物体的一部分的装置
CA002644397A CA2644397A1 (en) 2006-03-02 2007-03-01 Device for applying a spreadable composition to a part of the human or animal body
JP2008557227A JP2009528125A (ja) 2006-03-02 2007-03-01 ヒトまたは動物の身体の一部に塗る展延性組成物を提供するための装置
US12/281,213 US20090169286A1 (en) 2006-03-02 2007-03-01 Device for applying a spreadable composition to a part of the human or animal body
EP07715901.0A EP1993656B1 (en) 2006-03-02 2007-03-01 Device for applying a spreadable composition to a part of the human or animal body

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2000018A NL2000018C2 (nl) 2006-03-02 2006-03-02 Inrichting voor het op een deel van het menselijk of dierlijk lichaam aanbrengen van een smeerbare samenstelling.
NL2000018 2006-03-02

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2000018C2 true NL2000018C2 (nl) 2007-09-04

Family

ID=37607229

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2000018A NL2000018C2 (nl) 2006-03-02 2006-03-02 Inrichting voor het op een deel van het menselijk of dierlijk lichaam aanbrengen van een smeerbare samenstelling.

Country Status (11)

Country Link
US (1) US20090169286A1 (nl)
EP (1) EP1993656B1 (nl)
JP (1) JP2009528125A (nl)
KR (1) KR20090007305A (nl)
CN (1) CN101394889B (nl)
AU (1) AU2007221522B2 (nl)
BR (1) BRPI0707060A2 (nl)
CA (1) CA2644397A1 (nl)
EA (1) EA200870309A1 (nl)
NL (1) NL2000018C2 (nl)
WO (1) WO2007100252A1 (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US11986078B1 (en) * 2019-01-10 2024-05-21 Beau Nelson Cosmetics applicator
CN113368382B (zh) * 2021-06-16 2022-07-29 张国大 一种神经内科便携式防感染上药装置
US11724077B2 (en) * 2021-07-28 2023-08-15 Subhash Dhawan Therapeutic swabs for treating upper respiratory infections

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5490736A (en) * 1994-09-08 1996-02-13 Habley Medical Technology Corporation Stylus applicator for a rehydrated multi-constituent medication
WO1999038561A1 (en) * 1998-01-30 1999-08-05 Minnesota Mining And Manufacturing Company Surgical prep solution dispenser and method
WO1999049797A1 (en) * 1998-03-30 1999-10-07 Wartner B.V. Apparatus for dispensing an amount of fluid coolant and a dispensing unit
EP1205126A1 (fr) * 2000-11-07 2002-05-15 L'oreal Dispositif de conditionnement comportant une unité amovible

Family Cites Families (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5945076A (en) * 1997-11-07 1999-08-31 S. C. Johnson & Son, Inc. Combined brush and storage container/disinfecting system
FR2792296B1 (fr) * 1999-04-16 2001-06-01 Oreal Capsule applicatrice et ensemble d'application equipe d'une telle capsule applicatrice
FR2814651B1 (fr) * 2000-10-03 2003-08-15 Oreal Dispositif de conditionnement et d'application comportant un element d'application compressible servant a l' application du produit et un logement pour recevoir l' element d'application charge en produit
FR2816181B1 (fr) * 2000-11-07 2003-09-05 Oreal Recipient equipe d'un tube plongeur et d'un element d'application
CN2738789Y (zh) * 2004-07-27 2005-11-09 上海寿德龙药业科技有限公司 带有涂抹杆的霜剂、软膏剂、凝胶剂药瓶

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5490736A (en) * 1994-09-08 1996-02-13 Habley Medical Technology Corporation Stylus applicator for a rehydrated multi-constituent medication
WO1999038561A1 (en) * 1998-01-30 1999-08-05 Minnesota Mining And Manufacturing Company Surgical prep solution dispenser and method
WO1999049797A1 (en) * 1998-03-30 1999-10-07 Wartner B.V. Apparatus for dispensing an amount of fluid coolant and a dispensing unit
EP1205126A1 (fr) * 2000-11-07 2002-05-15 L'oreal Dispositif de conditionnement comportant une unité amovible

Also Published As

Publication number Publication date
EP1993656B1 (en) 2016-05-18
AU2007221522B2 (en) 2013-06-20
KR20090007305A (ko) 2009-01-16
WO2007100252A1 (en) 2007-09-07
AU2007221522A1 (en) 2007-09-07
JP2009528125A (ja) 2009-08-06
CA2644397A1 (en) 2007-09-07
CN101394889B (zh) 2012-07-18
BRPI0707060A2 (pt) 2011-04-19
US20090169286A1 (en) 2009-07-02
EA200870309A1 (ru) 2009-02-27
CN101394889A (zh) 2009-03-25
EP1993656A1 (en) 2008-11-26

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US6364854B1 (en) Applicator for semi-solid medications
US5332325A (en) Applicator tube for liquid or semi-liquid products
US3728035A (en) Plastic fountain toothbrush
JPH0314483A (ja) 分与装置
NL2000018C2 (nl) Inrichting voor het op een deel van het menselijk of dierlijk lichaam aanbrengen van een smeerbare samenstelling.
RU2342167C2 (ru) Устройство для выталкивания жидкого или вязкого продукта
US5009534A (en) Piston dispenser for paste or solid products
JPH0559748B2 (nl)
US5167462A (en) Applicator for solidified products
US2630804A (en) Single dose cavity dispenser
JP2002087479A (ja) 物質の包装小出し器具
EP1056658B1 (en) Dispenser with reciprocating action
JP4541682B2 (ja) 塗布体付き容器
EP0310448B1 (en) Dispenser
TW202341898A (zh) 用於施塗化妝品產品的筆式施塗器系統
US3322307A (en) Devices for supplying materials
US20210353042A1 (en) Skin treatment head with integrated release system
EP1066852A1 (en) Cannula for medicinal ointments.
US8657513B2 (en) System for reducing residual material retained in a dispenser
JPH061081Y2 (ja) 練状物注出容器
KR20160126269A (ko) 스포이드형 화장품 용기
US699594A (en) Applicator.
KR200482402Y1 (ko) 용기
KR200482403Y1 (ko) 용기
JP2582568Y2 (ja) 液状口紅容器

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
SD Assignments of patents

Effective date: 20110705

PD Change of ownership

Owner name: YOUMEDICAL BRANDS B.V.; NL

Free format text: DETAILS ASSIGNMENT: VERANDERING VAN EIGENAAR(S), OVERDRACHT; FORMER OWNER NAME: NOVACLIN B.V.

Effective date: 20160316

PD Change of ownership

Owner name: YOUMEDICAL B.V.; NL

Free format text: DETAILS ASSIGNMENT: CHANGE OF OWNER(S), ASSIGNMENT; FORMER OWNER NAME: YOUMEDICAL BRANDS B.V.

Effective date: 20170206