NL193565C - System for forming a demountable truss structure. - Google Patents

Description

1 1935651 193565

Stelsel voor het vormen van een demonteerbaar vakwerkbouwselSystem for forming a demountable truss structure

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een stelsel voor het vormen van een demonteerbaar vakwerkbouwsel, omvattende een veelvoud van vakwerkstaven of -buizen alsmede knooppunten waar de 5 vakwerkstaven of -buizen bij hun uiteinden met elkaar worden verbonden, en waarbij de verbindingsmiddelen voor elk van de knooppunten omvatten: twee in hoofdzaak cirkelvormige schijven, die zijn voorzien van een centraal, de schijven althans gedeeltelijk doorborend gat voor het opnemen van een verbindingsschroef; waarbij de onderschijf in zijn bovenoppervlak respectievelijk de bovenschijf in zijn onderoppervlak is voorzien van een cirkelvormige groef; een vanaf het uiteinde van een vakwerkstaaf of -buis naar het 10 centrum van het knooppunt gericht, in hoofdzaak plaatvormig koppeldeel, dat op zijn bovenoppervlak is voorzien van een rug waarvan de contour overeenkomt met de contour van de groef in het onderoppervlak van de bovenschijf, terwijl dat koppeldeel op zijn onderoppervlak is voorzien van een rug waarvan de contour overeenkomt met de contour van de groef in het bovenoppervlak van de onderschijf, en waarbij dat koppeldeel zich, gerekend vanaf de betreffende vakwerkstaaf of -buis, naar het centrum van het knooppunt 15 uitstrekt voorbij de genoemde ruggen. Een dergelijk stelsel is bekend uit US-A-1.679.758.The present invention relates to a system for forming a demountable lattice framework, comprising a plurality of lattice bars or tubes as well as nodes where the lattice bars or tubes are joined together at their ends, and wherein the connecting means for each of the nodes comprising: two substantially circular disks, provided with a central hole, at least partially piercing the disks, for receiving a connecting screw; the bottom disc in its top surface and the top disc in its bottom surface, respectively, having a circular groove; a substantially plate-shaped coupling part directed from the end of a lattice rod or tube towards the center of the node, which on its upper surface is provided with a back, the contour of which corresponds to the contour of the groove in the lower surface of the upper disc, while said coupling part has on its lower surface a back, the contour of which corresponds to the contour of the groove in the top surface of the bottom disc, and said coupling part, counting from the respective lattice rod or tube, towards the center of the node 15 extends beyond said ridges. Such a system is known from US-A-1,679,758.

Bij dit bekende stelsel zijn het bovenoppervlak en het onderoppervlak van de uiteinden van de vakwerkstaven gedeeltelijk weggefreesd voor het vormen van groeven die gericht zijn dwars op de lengterichting van de vakwerkstaven. Hierdoor is het plaatvormige koppeldeel gedefinieerd tussen de steeds tegenover elkaar aangebrachte groeven, en worden de ruggen gedefinieerd door twee naast elkaar gelegen groeven. 20 Bij montage van de vakwerkbouwsels worden de ruggen op het koppeldeel geplaatst in de cirkelvormige groef van de knooppuntschijven, die vervolgens door middel van een schroef tegen elkaar aan worden geschroefd. De cirkelvormige groeven in de schijven klemmen hierdoor de ruggen van de koppeldelen vast.In this prior art system, the top and bottom surfaces of the ends of the lattice bars are partially milled away to form grooves oriented transversely of the length of the lattice bars. As a result, the plate-shaped coupling part is defined between the grooves which are always opposite each other, and the ridges are defined by two adjacent grooves. When mounting the truss structures, the ridges are placed on the coupling part in the circular groove of the node discs, which are then screwed together by means of a screw. The circular grooves in the discs thus clamp the ridges of the coupling parts.

Een belangrijk nadeel van dit bekende stelsel is, dat de knooppuntschijven alleen aangrijpen op de opstaande zijden van de ruggen. Hierdoor is de stijfheid van de vakwerkconstructie gering.An important drawback of this known system is that the node discs only engage the upright sides of the ridges. As a result, the rigidity of the truss construction is low.

25 Een belangrijk doel van de onderhavige uitvinding is een stelsel voor het vormen van een demonteerbaar vakwerkbouwsel te verschaffen dat een verhoogde stijfheid heeft.An important object of the present invention is to provide a system for forming a demountable truss structure having increased rigidity.

Daartoe heeft het stelsel volgens de onderhavige uitvinding het kenmerk, dat het in hoofdzaak plaatvormige koppeldeel de vorm heeft van een cirkelsegment; dat de hoogte van de ruggen op het koppeldeel kleiner is dan de diepte van de corresponderende groeven in de schijven; dat elke vakwerkstaaf of -buis bij 30 zijn uiteinde is voorzien van een verbindingsstuk dat, althans aan zijn naar het knooppunt gerichte zijde, is gevormd als een cilindersegment waarvan de contour overeenkomt met de omtrekscontour van de schijven; dat de hoogte van genoemd verbindingsstuk althans in hoofdzaak overeenkomt met de hoogte van de betreffende vakwerkstaaf of -buis; en dat de hoogte van de schijven samen met de hoogte van het koppeldeel, in de gemonteerde toestand van het knooppunt, althans in hoofdzaak overeenkomt met de 35 hoogte van genoemd verbindingsstuk. Hierdoor wordt over een relatief groot oppervlak een kracht-overdragend contact tussen het uiteinde van de vakwerkstaven en de knooppuntschijven gewaarborgd, waardoor de gewenste stabiliteit en stijfheid worden verkregen.To this end, the system according to the present invention is characterized in that the substantially plate-shaped coupling part is in the form of a circle segment; that the height of the ridges on the coupling part is less than the depth of the corresponding grooves in the discs; that each lattice rod or tube is provided at its end with a connecting piece which, at least on its side facing the node, is formed as a cylinder segment whose contour corresponds to the circumferential contour of the discs; that the height of said connecting piece at least substantially corresponds to the height of the respective lattice rod or tube; and that the height of the disks together with the height of the coupling part, in the mounted state of the node, at least substantially corresponds to the height of said connecting piece. This ensures a force-transferring contact between the end of the lattice bars and the node disks over a relatively large surface area, whereby the desired stability and stiffness are obtained.

Bovendien is het voordelig bij het stelsel volgens de onderhavige uitvinding dat na de uitgevoerde montage de knooppunten optisch een eenheid vormen, zodat ook een esthetisch bevredigende oplossing is 40 gevonden. Het stelsel volgens de onderhavige uitvinding maakt het bovendien mogelijk, dat bouwwerken met meerdere verdiepingen vervaardigd kunnen worden, waarbij het door het stelsel gevormde skelet geschikt is voor het bevestigen van bodem-, wand- en afdekdelen.Moreover, it is advantageous in the system according to the present invention that after the assembly has been carried out, the nodes optically form a unit, so that an aesthetically satisfactory solution is also found. The system according to the present invention also makes it possible to construct multi-storey structures, the skeleton formed by the system being suitable for fixing bottom, wall and cover parts.

Opgemerkt wordt, dat op zich uit het Britse octrooischrift 1.206.400 een stelsel bekend is voor het vormen van een demonteerbaar vakwerkbouwsel, waarbij de uiteinden van vakwerkbuizen samenkomen in 45 knooppunten, waarbij elk knooppunt bestaat uit twee onderdelen die door middel van een schroef met elkaar worden verbonden, en waarbij althans één van die onderdelen een buitenoppervlak heeft dat in hoofdzaak samenvalt met het buitenoppervlak van de vakwerkbuizen. Hierbij zijn echter de koppeldelen waarop genoemde knooppunthuisdelen aangrijpen, niet plaatvormig maar cilindervormig, waarbij de hartlijn van het cilindervormige koppeldeel in het verlengde is gelegen van de hartlijn van de vakwerkbuizen. Op het 50 buitenoppervlak van dat cilindervormige koppeldeel zijn omtreksrichels aangebracht, en de knooppunthuisdelen zijn complementair uitgevoerd om die cilindervormige koppeldelen op te nemen en aan te grijpen op die richels. De knooppunthuisdelen zijn daarbij dus niet uitgevoerd als schijven die met hun onderoppervlak aangrijpen op een plaatvormig koppeldeel.It should be noted that British Patent No. 1,206,400 discloses a system for forming a demountable lattice structure in which the ends of lattice tubes come together in 45 nodes, each node consisting of two parts which are screwed together and at least one of those parts has an outer surface that substantially coincides with the outer surface of the lattice tubes. However, the coupling parts on which said node housing parts engage are not plate-shaped but cylindrical, the center line of the cylindrical coupling part being in line with the center line of the lattice tubes. Perimeter ridges are provided on the outer surface of said cylindrical coupling member, and the node housing members are complementary to receive and engage said cylindrical coupling members on said ridges. The node housing parts are therefore not designed as discs which engage their plate surface with a plate-shaped coupling part.

Voorts wordt opgemerkt, dat op zich uit het Britse octrooischrift 292.817 een stelsel voor het vormen van 55 een demonteerbaar vakwerkbouwsel bekend is, waarbij aan tegenover elkaar gelegen zijden van de vakwerkstaven verbindingsstroken zijn bevestigd. Elke verbindingsstrook is aan zijn uiteinde afgeschuind voor het vormen van een taps toelopend koppeldeel, dat is opgenomen tussen twee koppelschijven. De 193565 2 koppelschijven zijn voorzien van cirkelvormige groeven, en de koppeldelen van de koppelstroken zijn voorzien van cirkelsegmentvormige ruggen die passen in de cirkelvormige groeven van de genoemde schijven. Voorts heeft het plaatvormige koppeldeel van deze koppelstroken een cirkelsegmentvormige rug die aanligt tegen het cirkelvormige buitenoppervlak van de knooppuntschijven. Bij deze bekende constructie 5 echter is de stijfheid niet optimaal, omdat niet de vakwerkstaven zelf, onder tussenkomst van het cilindrische verbindingsdeel, aansluiten op knooppuntschijven waarvan de gezamenlijke dikte, gecombineerd met de dikte van de plaatvormige koppeldelen, overeenkomt met de dikte van de koppelstaven. In tegenstelling daarmee vindt bij het stelsel volgens de publicatie de verbinding plaats via de koppelstroken, die relatief dun zijn in vergelijking met de dikte van de vakwerkstaven.It is further noted that from British Pat. No. 292,817 a system for forming 55 is known as a demountable truss structure, in which connection strips are attached on opposite sides of the truss bars. Each connecting strip is chamfered at its end to form a tapered coupling member sandwiched between two coupling discs. The 193565 2 coupling discs are provided with circular grooves, and the coupling parts of the coupling strips are provided with circle segment-shaped ridges that fit into the circular grooves of the said discs. Furthermore, the plate-shaped coupling part of these coupling strips has a circular segment-shaped back which abuts the circular outer surface of the node discs. However, in this known construction 5 the stiffness is not optimal, because the truss rods themselves, through the intermediary of the cylindrical connecting part, do not connect to node disks whose combined thickness, combined with the thickness of the plate-shaped coupling parts, corresponds to the thickness of the coupling bars. In contrast, in the system according to the publication, the connection takes place via the coupling strips, which are relatively thin compared to the thickness of the lattice bars.

1010

De uitvinding zal nader worden verduidelijkt door de hiernavolgende beschrijving van uitvoeringsvoorbeelden onder verwijzing naar de tekening.The invention will be further elucidated by the following description of exemplary embodiments with reference to the drawing.

Daarbij toont respectievelijk tonen: figuur 1 een knooppunt aan een vakwerkstaaf in zijaanzicht, gedeeltelijk in doorsnede; 15 figuur 2: hetzelfde van onderen gezien; de figuren 3 t/m 8: de afzonderlijke verbindingselementen van het knooppunt in afzonderlijke afbeeldingen; figuur 9: de verbinding van vakwerkstaven met knooppuntstaven en -steunen in zijaanzicht, gedeeltelijk opengewerkt; 20 figuur 10: een knooppunt in het aanzicht volgens figuur 1; de figuren 11 en 12: principiële afbeeldingen van vakwerkopstellingen volgens de uitvinding; figuur 13: een variant in de afbeelding volgens figuur 1.In the drawing, figure 1 shows, respectively, a node on a truss rod in side view, partly in section; Figure 2: the same seen from below; Figures 3 to 8: the individual connection elements of the node in separate images; figure 9: the connection of truss bars with node bars and supports in side view, partly cut away; Figure 10: a node in the view according to figure 1; figures 11 and 12: principal representations of truss arrangements according to the invention; figure 13: a variant in the picture according to figure 1.

De figuren illustreren een stelsel voor het vormen van een demonteerbaar vakwerkbouwsel volgens de 25 onderhavige uitvinding, waarbij vakwerkstaven 1, 2 met elkaar worden verbonden door knooppuntschijven 4, 5. De knooppuntschijven 4, 5 zijn uitgevoerd als cirkelvormige schijven, zoals in het bijzonder blijkt uit de figuren 3 t/m 6. De ene schijf 4 bezit een centrale schroefdoorgangsboring 7, terwijl de andere schijf 5 een eveneens centrale schroefdraadboring 8 bezit. Door middel van een schroef 6 kunnen de knooppuntschijven 4, 5 met elkaar worden verbonden. De naar elkaar toegekeerde oppervlakken van de knooppuntschijven 4, 30 5 zijn voorzien van cirkelvormige groeven 9, die concentrisch zijn ten opzichte van de centrale opening 7, 8.The figures illustrate a system for forming a demountable truss structure according to the present invention, in which truss rods 1, 2 are connected to each other by node disks 4, 5. The node disks 4, 5 are designed as circular disks, as can be seen in particular from Figures 3 to 6. One disc 4 has a central screw-through bore 7, while the other disc 5 also has a central thread bore 8. The node disks 4, 5 can be connected to each other by means of a screw 6. The facing surfaces of the node disks 4, 30 are provided with circular grooves 9, which are concentric with respect to the central opening 7, 8.

Aan het vrije uiteinde van een vakwerkstaaf 1, 2 is een element gelast, dat een cilindrisch deel 10 omvat alsmede een cirkelsegmentvormige plaat 11, die in de montagestand in horizontale richting loopt. Op de boven- en onderoppervlakken van de cirkelsegmentvormige verbindingsplaat 11 zijn ruggen 3 gevormd, die gebogen zijn in overeenstemming met de gebogen vorm van de groeven 9 in de knooppuntschijven 4. Deze 35 ruggen steken dus bij montage verticaal uit vanaf de horizontale verbindingsplaat 11. De ruggen 3 grijpen in de corresponderende groeven 9 van de knooppuntschijven 4, 5.Welded to the free end of a lattice rod 1, 2 is an element which comprises a cylindrical part 10 and a circular segment-shaped plate 11, which runs horizontally in the mounting position. On the top and bottom surfaces of the circular segmental connecting plate 11, ridges 3 are formed, which are bent in accordance with the curved shape of the grooves 9 in the node disks 4. Thus, these mounting ridges project vertically from the horizontal connecting plate 11. The ridges 3 engage in the corresponding grooves 9 of the node disks 4, 5.

Het monteren van de cirkelsegmentvormige verbindingsplaten 11 in de knooppuntschijven 4, 5 is volgens de onderhavige uitvinding bijzonder gemakkelijk. In een montagestand is de schroef 6 slechts over een relatief kleine lengte ingeschroefd in de schroefdraadboring 8 van de schijf 5, zodat de schijven 4 en 5 een 40 dusdanige afstand bezitten, dat de verbindingsplaat 11 met de twee daarvan uitstekende ruggen 3 kan worden ingebracht tussen de schijven 4 en 5, waarbij de rug 3 die zich bevindt aan de onderzijde van de verbindingsplaat 11, kan worden gelegd in de groef 9 in de onderste schijf 4. Bij de montage vindt het aanbouwen van verdere vakwerkstaven aan een reeds geheel gemonteerde vakwerkstaaf op een dusdanige wijze plaats, dat de knooppuntschijven 4 en 5 met de slechts gering ingeschroefde schroeven 6 worden 45 neergelegd op de corresponderende verbindingsplaat 11 met de groeven 3 van de gemonteerde vakwerkstaaf, zodat de groef 9 van de bovenste knooppuntschijf 5 ligt over de naar boven uitstekende rug 3 van de verbindingsplaat 11. De overige verbindingsplaten van de overige vakwerkstaven kunnen dan worden ingeschoven in de ruimte tussen de knooppuntschijven 4 en 5, waarbij de naar onder uitstekende ruggen 3 van deze verbindingsplaten 11 worden aangebracht in de groeven 9 aan de bovenzijde van de onderste 50 knooppuntschijven 4. Na het aanbrengen van alle verbindingselementen op dit knooppunt worden de schroeven 6 aangedraaid, welke schroeven bij voorkeur zijn uitgevoerd als binnenmeerkantsschroeven (zeer sterke schroeven), waarna de verbinding op dit knooppunt is voltooid.The mounting of the circular segment-shaped connecting plates 11 in the node disks 4, 5 is particularly easy according to the present invention. In a mounting position, the screw 6 is only screwed into the threaded bore 8 of the disc 5 over a relatively small length, so that the discs 4 and 5 have a distance 40 such that the connecting plate 11 with its two ridges 3 can be inserted between the discs 4 and 5, whereby the back 3, which is located on the underside of the connecting plate 11, can be placed in the groove 9 in the lower disc 4. When mounting, additional truss bars are attached to an already assembled truss rod place in such a way that the node disks 4 and 5 with the only slightly screwed-in screws 6 are laid down on the corresponding connecting plate 11 with the grooves 3 of the mounted truss rod, so that the groove 9 of the top node disk 5 overlies the upwardly projecting back 3 of the connecting plate 11. The other connecting plates of the other truss bars can then be pushed into the space between the node disks 4 and 5, the downwardly projecting ridges 3 of these junction plates 11 being arranged in the grooves 9 at the top of the bottom 50 node disks 4. After all the connecting elements have been applied to this node, the screws 6 are tightened, which screws are preferably designed as internal multi-edge screws (very strong screws), after which the connection at this node is completed.

Door de ringvormige uitvoering van de groeven 9 en de overeenkomstige ringsegmentvormige uitvoering van de ruggen 3 is het mogelijk de vakwerkstaven in verschillende hoekoriëntaties ten opzichte van elkaar 55 aan te brengen op een knooppunt. Bij het getoonde uitvoeringsvoorbeeld is de dimensionering zodanig gekozen, dat bij vier in de knooppunt samenkomende vakwerkstaven uitsluitend een rechthoekige oriëntatie van de vakwerkstaven ten opzichte van elkaar mogelijk is. Indien echter slechts drie van dergelijke 3 193565 vakwerkstaven in dit knooppunt met elkaar verbonden zouden moeten worden, is een onderlinge hoek-oriëntatie mogelijk die afwijkt van de symmetrische 120°-stand.Due to the annular design of the grooves 9 and the corresponding annular segmental design of the ridges 3, it is possible to arrange the lattice bars at a node in different angular orientations relative to each other. In the exemplary embodiment shown, the dimensioning is chosen such that with four lattice bars joining the node only a rectangular orientation of the lattice bars with respect to each other is possible. However, if only three of such 193565 truss rods are to be interconnected at this node, an angular orientation differing from the symmetrical 120 ° position is possible.

De groeven 9 van de knooppuntschijven 4, 5 zijn, evenals de schijven zelf, congruent ten opzichte van elkaar uitgevoerd en aangebracht. Dientengevolge dekt ieder cirkelsegmentvormige verbindingsplaat 11 ten 5 minste ongeveer een kwart cirkel van de bijbehorende knooppuntschijf 4, 5 af. Het cilindervormige verbindingsstuk 10 heeft een contour die overeenkomt met de uitwendige cirkelvorm van de schijven 4 en 5. De hoogte van het verbindingsstuk 10 correspondeert met de hoogte van de vakwerkstaaf 1, en met de hoogte van de schijven 4 en 5 in de bevestigingspositie, zoals deze bijvoorbeeld in figuur 1 is weergegeven. Bijgevolg liggen het bovenvlak van de bovenste schijf 5, de bovenrand van het verbindingsstuk 10, en het 10 bovenvlak van de verbindingsstaaf 1 in één vlak met elkaar. Hetzelfde geldt voor de ondervlakken van genoemde onderdelen. In het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld hebben de ruggen 3 een hoogte die ongeveer overeenkomt met de dikte van de verbindingsplaat 11 waardoor zij worden gedragen. De dikte van de knooppuntschijven 4, 5 is ongeveer drie maal zo groot als de dikte van de verbindingsplaat 11.The grooves 9 of the node disks 4, 5, like the disks themselves, are designed and arranged congruently to one another. As a result, each circle segment shaped connecting plate 11 covers at least about a quarter circle of the associated node disk 4, 5. The cylindrical connector 10 has a contour corresponding to the external circular shape of the disks 4 and 5. The height of the connector 10 corresponds to the height of the lattice rod 1, and to the height of the disks 4 and 5 in the mounting position, such as it is shown in figure 1, for example. Accordingly, the top surface of the top disc 5, the top edge of the connector 10, and the top surface of the connector bar 1 are in one plane with each other. The same applies to the bottom surfaces of said parts. In the illustrated exemplary embodiment, the ridges 3 have a height approximately corresponding to the thickness of the connecting plate 11 by which they are carried. The thickness of the node disks 4, 5 is about three times the thickness of the connecting plate 11.

Zoals bijvoorbeeld blijkt uit de figuren 3, 6 en 8, hebben de groeven 9 en de ruggen 3 een conisch aan 15 elkaar aangepaste vorm, waarbij de groeven 9 enigszins dieper zijn dan de hoogte van de ruggen 3, zodat in de gewenste montagestand, zoals bijvoorbeeld afgebeeld in figuur 1, de in verticale richting liggende eindvlakken van de ruggen 3 op enige afstand liggen van de basis van de groeven 9. Hierdoor wordt een dubbele passing vermeden.As can be seen, for example, from Figures 3, 6 and 8, the grooves 9 and the ridges 3 have a conically matched shape, the grooves 9 being slightly deeper than the height of the ridges 3, so that in the desired mounting position, such as For example, shown in Figure 1, the vertically end faces of the ridges 3 are spaced from the base of the grooves 9. This avoids double fit.

Bij vrijdragend neergelegde vakwerkstaven is de opstelling bij voorkeur zodanig ingericht, dat de koppen 20 van de schroeven 6, die steunen tegen de buitenzijde van de schroefdraadloze knooppuntschijf 4, telkens ten opzichte van de bovenste vakwerkstaaf 1 respectievelijk onderste vakwerkstaaf 2 zijn aangebracht aan de binnenzijde van een vakwerkdrager, terwijl de van schroefdraadboring voorziene knooppuntschijven 5 zijn aangebracht aan de buitenzijde van de vakwerkdrager. Dit is bijvoorbeeld in figuur 10 afgebeeld. Op deze wijze wordt een esthetisch bijzonder geslaagde indruk gewekt, aangezien de schroefkoppen als 25 storend element van buitenaf praktisch niet zichtbaar zijn. Bovendien vormen de schroefkoppen dan ook geen storende uitsteeksels bij het leggen van dek- en grondelementen. In het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld volgens figuur 9 zijn de binnenliggende knooppuntschijven 5 met elkaar verbonden door een knooppuntstaaf 12. De knooppuntstaaf 12 is uitgevoerd als hol profiel. Ter bevestiging van de knooppunt-staaf 12 is aan de knooppuntschijf 5 telkens een aansluitelement 13 gelast, welke aansluitelementen 30 coaxiaal ten opzichte van elkaar gericht zijn. Door middel van overeenkomstige bevestigingsschroeven 14, bij voorkeur binnenmeerkantsschroeven wordt de knooppuntstaaf 12, die aan zijn uiteinden kopplaten 15 bezit die centraal zijn voorzien van een gat, bevestigd. Opdat de schroeven 14 toegankelijk zijn voor een geschikt gereedschap, bezit de knooppuntstaaf openingen 16, waarin op een op zich bekende wijze de buigzame as van een schroevendraaier kan worden ingebracht, zodat de schroeven 14 met behulp van een 35 motor kunnen worden aangedraaid. In figuur 9 wordt eveneens getoond, dat de buitenliggende knooppuntschijven 4 zijn verbonden met een steun 18 respectievelijk een staander 17. Voor de afstelling en standbor-ging is daartoe aan de schijf 4 centrisch een hulsvormig aansluitstuk 19 gelast, waarover een overeenkomstige kopplaat van de steun respectievelijk de staander grijpt. Op deze wijze wordt een voldoende standborging bereikt. Vanzelfsprekend is het ook mogelijk, de steun respectievelijk de staander door middel 40 van een las- of schroefverbinding te koppelen. Om een voldoende bewegingsspeling ten opzichte van de vanaf de onderste vakwerkstaaf 2 respectievelijk bovenste vakwerkstaaf 1 weglopende schuine vakwerk-steun 21 te bereiken en een ten minste bij benadering concentrische inloop van de schuine steunen 21 in het knooppunt te bereiken, zijn de schuine steunen 21 in het aansluitgebied van de schijven 5 respectievelijk 4 voorzien van een uitsparing, waarbij de uitsparing 22 een dusdanige hoogte heeft, dat deze overeen-45 komt met de noodzakelijke afstand tussen de schijven 4 en 5, zodat het invoeren van de ruggen 3 tussen de voorgemonteerde schijven 4 en 5 mogelijk is.In the case of cantilevered lattice bars, the arrangement is preferably arranged such that the heads 20 of the screws 6, which bear against the outside of the threadless node disc 4, are respectively arranged on the inside of the upper lattice rod 1 or bottom lattice rod 2 respectively. a truss carrier, while the threaded node disks 5 are mounted on the outside of the truss carrier. This is shown, for example, in Figure 10. In this way an aesthetically very successful impression is created, since the screw heads are practically invisible from the outside as a disturbing element. In addition, the screw heads do not form disturbing protrusions when laying deck and ground elements. In the illustrated exemplary embodiment according to Figure 9, the inner node disks 5 are connected to each other by a node bar 12. The node bar 12 is designed as a hollow profile. In order to fasten the node bar 12, a connecting element 13 is welded to the node disc 5, which connecting elements 30 are oriented coaxially to each other. The node bar 12, which has end plates 15 centrally provided with a hole, is fastened by means of corresponding fastening screws 14, preferably internal polygonal screws. In order for the screws 14 to be accessible to a suitable tool, the node bar has openings 16 into which the flexible shaft of a screwdriver can be inserted in a manner known per se, so that the screws 14 can be tightened by means of a motor. Fig. 9 also shows that the outer node disks 4 are connected to a support 18 and an upright 17 respectively. For the purpose of adjustment and positioning, a sleeve-shaped connecting piece 19 is welded centrally to the disk 4, over which a corresponding head plate of the support respectively the upright. In this way, an adequate position guarantee is achieved. It is of course also possible to couple the support or the upright by means of a weld or screw connection. In order to achieve a sufficient clearance with respect to the oblique truss support 21 running away from the lower truss rod 2 and top truss rod 1 and to achieve an at least approximately concentric run-in of the oblique supports 21 in the node, the oblique supports 21 are the connection area of the disks 5 and 4, respectively, is provided with a recess, the recess 22 having a height such that it corresponds to the necessary distance between the disks 4 and 5, so that the ridges 3 are inserted between the pre-assembled disks 4 and 5 is possible.

In de figuren 11 en 12 worden twee mogelijk uitvoeringsvarianten van draagconstructies getoond. Bij de uitvoeringsvariant volgens figuur 11 is telkens in het knooppunt van de vakwerkdragers een staander respectievelijk een steun 17 respectievelijk 18 alsmede een knooppuntstaaf 12 aangebracht. Op deze wijze 50 is bijvoorbeeld de uitvoering van bouwconstructies met meerdere verdiepingen mogelijk. Bij de variant volgens figuur 12 is de opstelling zodanig uitgevoerd, dat uitsluitend staanders 17 zijn aangebracht, waarbij ten gevolge van het feit, dat telkens aan het bovenste einde van de staander 17 de schuine steunen van de vakwerkdrager samenkomen, afgezien kan worden van het aanbrengen van aanvullende knooppuntstaven 12. Dit betekent enerzijds een aanzienlijke besparing van kosten en anderzijds wordt op deze wijze aan de 55 buitenzijde van de bouwconstructie een schuin naar buiten lopende uitvoering van het vakwerk mogelijk, zoals dit in figuur 12 aan de linkerzijde wordt getoond.In Figures 11 and 12, two possible embodiments of supporting structures are shown. In the embodiment variant according to Figure 11, a post or a support 17 and 18, respectively, as well as a node bar 12 are each arranged in the node of the lattice girders. In this manner, for example, the construction of multi-storey building constructions is possible. In the variant according to figure 12, the arrangement is designed such that only uprights 17 are arranged, whereby due to the fact that the oblique supports of the lattice girder come together at the upper end of the upright 17 each time, it is possible to dispense with the mounting of additional node bars 12. This means, on the one hand, a considerable saving of costs and, on the other hand, in this way an obliquely outwardly extending construction of the truss is possible on the outside of the building construction, as shown in figure 12 on the left.

De uitvoeringsvoorbeelden vormen in geen enkel opzicht een beperking.The exemplary embodiments are in no way a limitation.

Claims (4)

193565 4 In afwijking van het getoonde uitvoeringsvoorbeeld, kan natuurlijk de kop van de schroef 6 ook in een overeenkomstig getrapte opneemboring van de schijf 4 verzonken zijn aangebracht, waarbij dan bij voorkeur een binnenmeerkantschroef wordt toegepast. Alle onderdelen van de inrichting bestaan bij voorkeur uit staal.193565 4 Contrary to the exemplary embodiment shown, the head of the screw 6 may, of course, also be countersunk in a correspondingly stepped receiving bore of the disc 4, in which case an internal polygonal screw is preferably used. All parts of the device preferably consist of steel. 5 Uit esthetisch oogpunt kan het nog voordelig zijn, dat de schroefdraadboring 8 als blindgat uitgevoerd is, zodat het in montagestand aan de buitenzijde liggende vlak van de schijf 5 glad en zonder uitsparingen is uitgevoerd. Het is ook mogelijk met de volgens de uitvinding uitgevoerde verbindingsdelen dragers buigstijf met elkaar te verbinden, wanneer bijvoorbeeld aan het einde van elk van twee met elkaar te verbinden dragers aanlasdelen 10 gelast worden, die een cirkelsegment van 180° omvatten. Bij de samenbouw van 10 dergelijke dragers met overeenkomstige schijven 4, 5 ontstaat een doorlopende verbinding, die buigstijf in axiale en radiale richting van het verbindingselement is. Het is ook mogelijk dragers met aanlasdelen 10 uit te voeren, die verbindingsstukken 11 bezitten die 90° beslaan van een cirkelsegment, waarbij de vrije ruimte tussen de beide 90°-segmenten dan door overeenkomstige vulstukken (eveneens 90°-segmenten) uitgevuld kunnen worden.From an aesthetic point of view, it can still be advantageous that the threaded bore 8 is designed as a blind hole, so that the surface of the disc 5 lying on the outside in mounting position is smooth and without recesses. It is also possible to bend stiffly together with the connecting parts according to the invention, if, for example, welded-on parts 10 comprising a circle segment of 180 ° are welded to the end of each of two carriers to be connected together. When assembling 10 such carriers with corresponding discs 4, 5, a continuous connection is created, which is rigid in axial and radial direction of the connecting element. It is also possible to design carriers with weld-on parts 10, which have connecting pieces 11 that cover 90 ° of a circle segment, whereby the free space between the two 90 ° segments can then be filled out by corresponding fillers (also 90 ° segments). 15 Het is in het bijzonder bij optredende trekbelastingen voordelig, wanneer de overgang tussen het gebogen aanlasdeel 10 en het segmentvormige verbindingsdeel 11 een radius van bijvoorbeeld 10 mm bezit, waarbij de schijven overeenkomstig de radius conisch zijn afgeschuind. De conische afschuining van de schijven 4, 5 in het radiale, aan de buitenzijde liggende gebied dient daarbij vanaf de aan de binnenzijde gelegen aanligkant tegen het verbindingsdeel 11 maximaal over ongeveer éénderde gedeelte van de hoogte 20 van de schijf 4 respectievelijk 5 te lopen. Door de afschuining van de schijven 4 en 5 wordt aanvullend opnieuw een montagehulp gevormd. Verder is het mogelijk, dat de aanpassing van aanlasdeel 10, ruggen 3 en groeven 9 van de schijven 4, 5 zodanig plaatsvindt, dat bij optredende trekkrachten de in de trekrichting belaste flanken van de ruggen 3 dragend liggen tegen de randen van de groeven 9, terwijl bij optredende drukbelastingen het oppervlak van de aanlasdelen 10 tegen de radiaal aan de buitenzijde liggende vlakken 25 van de schijven 4, 5 ligt. De in de drukbelastingsrichting voorliggende randkant van de ruggen 3 zou dus een zekere afstandsspeling van de overeenkomstige bijbehorende flank van de groef 9 van de schijven 4, 5 hebben. Deze uitvoeringsvariant wordt getoond in figuur 13. De uitvinding is niet beperkt tot de uitvoeringsvoorbeelden, maar binnen het kader van de openbaarma-30 king op velerlei wijzen aan te passen. Alle nieuwe, in de beschrijving en/of tekening openbaar gemaakte enkele en gecombineerde kenmerken worden als wezenlijk element van de uitvinding aangemerkt.It is advantageous in particular with tensile loads that occur when the transition between the bent weld-on part 10 and the segment-shaped connecting part 11 has a radius of, for example, 10 mm, the discs being chamfered in accordance with the radius. The conical chamfer of the discs 4, 5 in the radial, outer area must then run maximally over approximately one third of the height 20 of the disc 4 and 5, respectively, from the inner side against the connecting part 11. Due to the beveling of the discs 4 and 5, an additional mounting aid is formed. It is further possible that the adaptation of the weld-on part 10, ridges 3 and grooves 9 of the discs 4, 5 takes place in such a way that when tensile forces occur, the flanks of the ridges 3 loaded in the pulling direction bear against the edges of the grooves 9, while with pressure loads occurring the surface of the weld-on parts 10 lies against the radially outer surfaces 25 of the discs 4, 5. The edge side of the ridges 3 leading in the pressure loading direction would thus have a certain distance clearance from the corresponding associated flank of the groove 9 of the discs 4, 5. This embodiment variant is shown in figure 13. The invention is not limited to the exemplary embodiments, but can be adapted in many ways within the scope of the disclosure. All new single and combined features disclosed in the description and / or drawing are considered an essential element of the invention. 35 Conclusie Stelsel voor het vormen van een demonteerbaar vakwerkbouwsel, omvattende een veelvoud van vakwerk-staven of -buizen alsmede knooppunten waar de vakwerkstaven of -buizen bij hun uiteinden met elkaar worden verbonden, en waarbij de verbindingsmiddelen voor elk van de knooppunten omvatten: 40. twee in hoofdzaak cirkelvormige schijven (4, 5), die zijn voorzien van een centraal, de schijven althans gedeeltelijk doorborend gat (8) voor het opnemen van een verbindingsschroef (6); waarbij de onderschijf (4) in zijn bovenoppervlak respectievelijk de bovenschijf (5) in zijn onderoppervlak is voorzien van een cirkelvormige groef (9); - een vanaf het uiteinde van een vakwerkstaaf of -buis naar het centrum van het knooppunt gericht, in 45 hoofdzaak plaatvormig koppeldeel (11), dat op zijn bovenoppervlak is voorzien van een rug (3) waarvan de contour overeenkomt met de contour van de groef (9) in het onderoppervlak van de bovenschijf (5), terwijl dat koppeldeel (11) op zijn onderoppervlak is voorzien van een rug (3) waarvan de contour overeenkomt met de contour van de groef (9) in het bovenoppervlak van de onderschijf (4), en waarbij het koppeldeel (11) zich, gerekend vanaf de betreffende vakwerkstaaf of -buis, naar het centrum van het 50 knooppunt uitstrekt voorbij de genoemde ruggen (3); met het kenmerk: - dat het in hoofdzaak plaatvormige koppeldeel (11) de vorm heeft van een cirkelsegment; - dat de hoogte van de ruggen (3) op het koppeldeel (11) kleiner is dan de diepte van de corresponderende groeven (9) in de schijven (4, 5); 55. dat elke vakwerkstaaf of -buis bij zijn uiteinde is voorzien van een verbindingsstuk (10) dat, althans aan zijn naar het knooppunt gerichte zijde, is gevormd als een cilindersegment waarvan de contour overeenkomt met de omtrekscontour van de schijven (4, 5); 5 193565 - dat de hoogte van genoemd verbindingsstuk (10) althans in hoofdzaak overeenkomt met de hoogte van de betreffende vakwerkstaaf of -buis; - en dat de hoogte van de schijven (4, 5) samen met de hoogte van het koppeldeel (11), in de gemonteerde toestand van het knooppunt, althans in hoofdzaak overeenkomt met de hoogte van 5 genoemd verbindingsstuk (10). Hierbij 5 bladen tekeningConclusion System for forming a demountable lattice framework, comprising a plurality of lattice bars or tubes as well as nodes where the lattice bars or tubes are joined together at their ends, and the connecting means for each of the nodes comprising: 40. two substantially circular disks (4, 5), which are provided with a central hole (8) at least partially piercing the disks (8) for receiving a connecting screw (6); the bottom disc (4) in its top surface and the top disc (5) in its bottom surface respectively having a circular groove (9); - a substantially plate-shaped coupling part (11) directed from the end of a lattice rod or tube towards the center of the node, which on its top surface is provided with a back (3) whose contour corresponds to the contour of the groove (9) in the bottom surface of the top disc (5), while that coupling part (11) on its bottom surface is provided with a back (3) the contour of which corresponds to the contour of the groove (9) in the top surface of the bottom disc ( 4), and wherein the coupling member (11), counting from the respective lattice rod or tube, extends to the center of the node beyond said ridges (3); characterized in that - the substantially plate-shaped coupling part (11) has the shape of a circle segment; - that the height of the ridges (3) on the coupling part (11) is less than the depth of the corresponding grooves (9) in the discs (4, 5); 55. that each lattice rod or tube is provided at its end with a connecting piece (10) which, at least on its side facing the node, is formed as a cylinder segment whose contour corresponds to the circumferential contour of the discs (4, 5) ; 193565 - that the height of said connecting piece (10) at least substantially corresponds to the height of the respective lattice rod or tube; - and that the height of the disks (4, 5) together with the height of the coupling part (11), in the assembled state of the node, at least substantially corresponds to the height of said connecting piece (10). Hereby 5 sheets drawing