NL1043853A

NL1043853A - Method and device for dismantling roofing sheets

Info

Publication number: NL1043853A
Application number: NL1043853A
Authority: NL
Inventors: Johannes Bernardus Maria Visser Joris
Original assignee: Visser Hoogeloon B V
Priority date: 2020-03-09
Filing date: 2020-11-27
Publication date: 2021-10-22
Also published as: NL1043853B1; NL1043593B1

Abstract

Beschreven is een werkwijze voor het van een schuin dak verwijderen van op gordingen (G) liggende dakplaten (P), waarbij aan de onderzijde van een dakplaat, op een plaats tussen twee gordingen in, een steun (1 O; 51) wordt geplaatst in een oriëntatie die conformeert aan de schuine oriëntatie van de dakplaat; de steun in verticale en/of horizontale richting wordt verplaatst om de dakplaat op te tillen van de gordingen; de steun in horizontale richting naar buiten wordt verplaatst tot een bovenrand van de dakplaat gepositioneerd is voorbij de bovenste van de twee gordingen; de steun wordt gekanteld om de dakplaat een kleinere hellingshoek te geven, zodanig dat de dakplaat in verticale richting tussen de twee gordingen past; de steun in horizontale richting naar binnen wordt verplaatst om de dakplaat het desbetreffende gebouw in te transporteren.A method is described for removing roof plates (P) lying on purlins (G) from a pitched roof, whereby a support (1 O; 51) is placed on the underside of a roof plate, at a place between two purlins. an orientation that conforms to the oblique orientation of the roof sheet; the support is moved vertically and/or horizontally to lift the roof sheet from the purlins; the support is moved outwardly in a horizontal direction until an upper edge of the roof sheet is positioned beyond the upper of the two purlins; the support is tilted to give the roof sheet a smaller angle of inclination such that the roof sheet fits vertically between the two purlins; the support is moved inwards in a horizontal direction to transport the roof plate into the relevant building.

Description

ref. P 2020 NL 018 Titel: Werkwijze en inrichting voor het demonteren van dakplatenref. P 2020 NL 018 Title: Method and device for dismantling roofing sheets

GEBIED VAN DE UITVINDING De uitvinding heeft betrekking op het demonteren van buitenzijdige dakplaten van schuine daken. Meer in het bijzonder gaat het om langwerpige dakplaten die liggen op horizontale draagbalken (gordingen), waarbij zij de onderlinge afstand tussen ten minste twee naburige gordingen overbruggen.FIELD OF THE INVENTION The invention relates to the dismantling of external roof sheets from pitched roofs. More in particular, these are elongate roof panels which lie on horizontal girders (purlins), bridging the mutual distance between at least two adjacent purlins.

ACHTERGROND VAN DE UITVINDING Bij het aanbrengen van dakbekleding op schuine daken kan men bijvoorbeeld gebruik maken van golfplaten, en in het verleden werd er veel gebruik gemaakt van asbesthoudende golfplaten. Wanneer deze golfplaten verwijderd moeten worden, dient dat voorzichtig te gebeuren, met zo min mogelijk schade aan de platen, om het vrijkomen van asbestvezels te vermijden.BACKGROUND OF THE INVENTION Corrugated sheets can be used, for example, in the application of roof cladding to pitched roofs, and corrugated sheets containing asbestos have been widely used in the past. When these corrugated sheets have to be removed, this must be done carefully, with as little damage as possible to the sheets, in order to avoid the release of asbestos fibres.

Het is tot nog toe gebruikelijk dat de golfplaten vanaf de buitenzijde worden verwijderd. De platen worden losgemaakt, en dan opgetild. Daarvoor moet een op de grond staande hijskraan worden ingezet. Het losmaken, optillen cq vastmaken aan de hijskraan gebeurt door mensenhanden, zoals bijvoorbeeld geïllustreerd in DE-It has hitherto been customary for the corrugated sheets to be removed from the outside. The plates are loosened, and then lifted. A crane standing on the ground must be used for this. Detaching, lifting or attaching to the crane is done by human hands, as illustrated for example in DE-

19618212. Als de mensen niet op het dak kunnen of mogen staan, moeten zij in een door een hijskraan gedragen werkbak boven het dak worden getild. Het : desbetreffende gebouw is niet altijd makkelijk toegankelijk voor een nabije hijskraan, zodat een op grotere afstand staande, en daarmee grotere en duurdere, hijskraan nodig is.19618212. If people cannot or are not allowed to stand on the roof, they must be lifted above the roof in a work basket carried by a crane. The building in question is not always easily accessible for a nearby crane, so that a crane standing at a greater distance, and thus larger and more expensive, is required.

SAMENVATTING VAN DE UITVINDING Een doel! van de uitvinding is het verschaffen van een alternatief waardoor het niet meer nodig is dat er werklui buiten op het schuine dak staan, en waardoor het niet meer nodig is om hijskranen in te zetten.SUMMARY OF THE INVENTION A Purpose! The aim of the invention is to provide an alternative whereby it is no longer necessary for workmen to stand outside on the sloping roof, and whereby it is no longer necessary to use lifting cranes.

Volgens een eerste aspect van de onderhavige uitvinding worden de dakplaten verwijderd vanaf de onderzijde, oftewel vanaf de binnenzijde van het desbetreffende gebouw. De bevestigingsbouten waarmee de dakplaten bevestigd zijn, worden aan de onderzijde doorgeknipt of gezaagd. Daarna worden de dakplaten op een ondersteuning liggend, opgetild van de gordingen, verder naar buiten verplaatst, naar een horizontale stand gedraaid, en vervolgens tussen de gordingen door naar binnen gehaald.According to a first aspect of the present invention, the roof panels are removed from the underside, i.e. from the inside of the relevant building. The mounting bolts with which the roof panels are attached are cut or sawn at the bottom. Then the roof sheets are lying on a support, lifted from the purlins, moved further out, turned to a horizontal position, and then brought in between the purlins.

Volgens een tweede aspect van de onderhavige uitvinding wordt een ondersteunend tilhulpmiddel verschaft voor het uitvoeren van de werkwijze,According to a second aspect of the present invention there is provided a supporting lifting aid for performing the method,

KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN Deze en andere aspecten, kenmerken en voordelen van de onderhavige uitvinding zullen nader worden verduidelijkt door de volgende beschrijving van één of meerdere uitvoeringsvoorbeelden onder verwijzing naar de tekeningen, waarin gelijke verwijzingscijfers gelijke of vergelijkbare onderdelen aanduiden, waarin aanduidingen "onder/boven", "hoger/lager", "links/rechts" etc uitsluitend betrekking hebben op de in de figuren weergegeven oriëntatie, en waarin: figuur 1 schematisch een dwarsdoorsnede toont van een gebouw met een schuin | dak dat is bekleed met dakplaten; figuur 2 schematisch een inrichting toont volgens de onderhavige uitvinding; de figuren 3-7 schematisch het gebruik van de inventieve inrichting illustreren.BRIEF DESCRIPTION OF THE DRAWINGS These and other aspects, features and advantages of the present invention will be further illustrated by the following description of one or more exemplary embodiments with reference to the drawings, in which like reference numerals designate like or similar parts, in which references "under/ above", "higher/lower", "left/right" etc exclusively relate to the orientation shown in the figures, and in which: figure 1 shows schematically a cross-section of a building with an oblique | roof clad with roofing sheets; figure 2 schematically shows a device according to the present invention; Figures 3-7 schematically illustrate the use of the inventive device.

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE UITVINDING Figuur 1 toont schematisch een dwarsdoorsnede van een gebouw B met een schuin dak, welk dak horizontale gordingen G omvat, en op die gordingen gemonteerde dakplaten P.DETAILED DESCRIPTION OF THE INVENTION Figure 1 shows schematically a cross-section of a building B with a pitched roof, which roof comprises horizontal purlins G, and roof sheets P mounted on said purlins.

Figuur 2 toont schematisch een inrichting 1 volgens de onderhavige uitvinding voor het van binnenuit verwijderen van die dakplaten P. Hierbij wordt met "van binnen uit" bedoeld, dat de inrichting 1 zich bevindt in het gebouw B onder de dakplaten P.Figure 2 shows schematically a device 1 according to the present invention for removing said roof plates P from the inside. Here "from the inside" means that the device 1 is located in the building B under the roof plates P.

De inrichting 1 is bedoeld voor montage aan een werkarm van een tractor of loader of dergelijk werkvoertuig V, en omvat daartoe een snelkoppeladaptor 70 voor koppeling met het uiteinde van die werkarm.The device 1 is intended for mounting on a working arm of a tractor or loader or similar working vehicle V, and for this purpose it comprises a quick-coupling adapter 70 for coupling to the end of said working arm.

De inrichting 1 omvat verder een onderframe 10 met een proximaal uiteinde 11 nabij de snelkoppeladaptor 70, en een distaal uiteinde 12 op afstand van de snelkoppeladaptor 70. De richting van proximaal uiteinde naar distaal uiteinde zal worden aangeduid als laterale richting; een horizontale richting loodrecht op de laterale richting zal worden aangeduid als dwarsrichting.The device 1 further includes a lower frame 10 having a proximal end 11 proximal to the quick coupler adapter 70, and a distal end 12 remote from the quick coupler adapter 70. The direction from proximal end to distal end will be referred to as lateral direction; a horizontal direction perpendicular to the lateral direction will be referred to as transverse direction.

De inrichting 1 omvat verder een op het onderframe liggend bovenframe 20 met een proximaal uiteinde 21 en een distaal uiteinde 22. De distale uiteinden 12; 22 van het onderframe 10 en het bovenframe 20 zijn scharnierend met elkaar gekoppeld door een scharnier 30 met een in genoemde dwarsrichting gerichte scharnieras 31.The device 1 further comprises an upper frame 20 resting on the lower frame having a proximal end 21 and a distal end 22. The distal ends 12; 22 of the lower frame 10 and the upper frame 20 are pivotally coupled to each other by a hinge 30 having a pivot shaft 31 directed in said transverse direction.

De inrichting 1 omvat ten minste één aanstuurbaar instelorgaan 40 voor het instellen van een scharnierstand van het bovenframe 20 ten opzichte van het onderframe 10;The device 1 comprises at least one controllable adjusting member 40 for adjusting a pivotal position of the upper frame 20 relative to the lower frame 10;

in de weergegeven uitvoeringsvorm is dat aanstuurbaar instelorgaan 40 uitgevoerd als een hydraulische cylinder/zuiger-combinatie.in the embodiment shown, said controllable adjusting member 40 is designed as a hydraulic cylinder/piston combination.

Op het bovenframe 20 is een aanstuurbare steuntransporteur 50 gemonteerd voor het ondersteunen van dakplaten P en voor het in laterale richting ten opzichte van het bovenframe 20 verplaatsen van die dakplaten.Mounted on top frame 20 is a controllable support conveyor 50 for supporting roof sheets P and for displacing said roof sheets in lateral direction relative to top frame 20 .

Die steuntransporteur kan bijvoorbeeld een transportband omvatten.Said support conveyor can for instance comprise a conveyor belt.

In de weergegeven uitvoeringsvorm is de steuntransporteur een wieltransporteur, en omvat een stel aan de bovenzijde van het bovenframe 20 aangebrachte wielen 51, die roteerbaar zijn om in genoemde dwarsrichting gerichte rotatieassen 52. De wielen 51 zijn bij voorkeur voorzien van luchtbanden, om de te dragen dakplaten zo min mogelijk te beschadigen.In the embodiment shown, the support conveyor is a wheel conveyor, and comprises a set of wheels 51 arranged on the top of the upper frame 20, which are rotatable about rotation axes 52 directed in said transverse direction. The wheels 51 are preferably provided with pneumatic tires for carrying the to damage roof panels as little as possible.

De steuntransporteur 50 omvat aandrijfmiddelen 53 om de wielen 51 gesynchroniseerd aan te drijven voor rotatie.The support conveyor 50 comprises drive means 53 for synchronously driving the wheels 51 for rotation.

In een uitvoeringsvorm kunnen die aandrijfmiddelen 53 een hydrauliekmotor omvatten, en kan de uitgaande motoras via V-snaren gekoppeld zijn met de respectieve wielen.In one embodiment, said drive means 53 may comprise a hydraulic motor, and the output motor shaft may be coupled to the respective wheels via V-belts.

Het aantal wielen 51 is op geschikte wijze gelijk aan vier, waarbij er twee wielen gemonteerd zijn bij het proximale uiteinde 21 en twee bij het distale uiteinde 22, steeds op transversale afstand van elkaar.The number of wheels 51 is suitably equal to four, with two wheels mounted at the proximal end 21 and two at the distal end 22, always transversely spaced from each other.

De respectieve wielassen zijn met elkaar uitgelijnd.The respective wheel axles are aligned with each other.

Ook kunnen de twee proximale wielen gemonteerd zijn op een | gemeenschappelijke as, om aldus altijd in gelijke mate te roteren, en hetzelfde geldt voor de distale wielen.Also, the two proximal wheels can be mounted on a | common shaft, so as to always rotate equally, and the same applies to the distal wheels.

Er kunnen desgewenst meer wielen aanwezig zijn per as, en er kunnen desgewenst meer wielassen aanwezig zijn.If desired, more wheels can be present per axle, and if desired more wheel axles can be present.

De snelkoppeladaptor 70 is bij zijn onderzijde scharnierbaar gekoppeld met het onderframe 10, scharnierbaar ten opzichte van een in dwarsrichting gerichte scharnieras 71. Een borgorgaan 72, getoond als een van gaten voorziene borgstrip, met daarin passende borgpennen 73, fixeert een gekozen scharnierstand van de snelkoppeladaptor 70 ten opzichte van het onderframe 10. Hierdoor wordt effectief een scharnierstand van het onderframe 10 ten opzichte van de werktuigarm gedefinieerd, waardoor het mogelijk is om een werkhoogte aan te passen. | Onder verwijzing naar de figuren 3-7 zal het gebruik van de inventieve inrichting 1 worden uitgelegd.The quick coupler adapter 70 is pivotally coupled at its underside to the lower frame 10, pivotally relative to a transversely directed pivot shaft 71. A locking member 72, shown as a perforated locking strip, with matching locking pins 73 therein, fixes a selected pivot position of the quick coupler adapter. 70 relative to the lower frame 10. This effectively defines a pivotal position of the lower frame 10 relative to the tool arm, making it possible to adjust a working height. | With reference to Figs. 3-7, the use of the inventive device 1 will be explained.

Figuur 3 toont, dat de inrichting 1 wordt opgetild en onder de te verwijderen dakplaat P wordt geplaatst, waarbij het bovenframe 20 zodanig wordt gescharnierd | ten opzichte van het onderframe 10, dat de oriéntatie van het bovenframe 20 conformeert aan de schuine oriéntatie van de dakplaat P en de wielen 51 de dakplaat P raken (in de figuur zijn de wielen 51 op afstand van de dakplaat P getoond). Bevestigingselementen (niet weergegeven ter wille van de eenvoud) die de dakplaat P op de gordingen G bevestigen, kunnen nu worden verwijderd, of waren al van te voren verwijderd.Figure 3 shows that the device 1 is lifted and placed under the roof plate P to be removed, wherein the top frame 20 is pivoted in such a way | with respect to the lower frame 10, which the orientation of the upper frame 20 conforms to the oblique orientation of the roof plate P and the wheels 51 touch the roof plate P (in the figure, the wheels 51 are shown remote from the roof plate P). Fastening elements (not shown for the sake of simplicity) which fasten the roof sheet P to the purlins G can now be removed, or have already been removed beforehand.

Figuur 4 toont, dat de inrichting 1 nu een weinig in verticale en/of horizontale richting wordt verplaatst om de dakplaat P op te tillen van de gordingen G. Dit kan doordat het stilstaand voertuig V zijn werktuigarm beweegt, en/of doordat het voertuig V een weinig naar voren rijdt.Figure 4 shows that the device 1 is now moved slightly in vertical and/or horizontal direction in order to lift the roof plate P from the purlins G. This is possible because the stationary vehicle V moves its implement arm, and/or because the vehicle V a little forward.

Figuur 5 toont, dat de inrichting 1 vervolgens in horizontale richting verder naar buiten wordt verplaatst, tot een bovenrand P1 van de dakplaat P gepositioneerd is voorbij de buitenste rand G1 van de bovenste van de twee gordingen G. Dit kan doordat het stilstaand voertuig V zijn werktuigarm beweegt, en/of doordat het voertuig V een weinig naar voren rijdt. Het is ook mogelijk dat de wielen 51 worden aangedreven om de dakplaat 51 naar buiten te transporteren ten opzichte van het bovenframe 20.Figure 5 shows that the device 1 is then moved further outwards in the horizontal direction until an upper edge P1 of the roof plate P is positioned beyond the outer edge G1 of the upper of the two purlins G. This may be because the stationary vehicle is V. implement arm moves, and/or because the vehicle V moves slightly forward. It is also possible that the wheels 51 are driven to transport the roof plate 51 outwardly relative to the top frame 20.

Het bovenframe 20 wordt omlaag gescharnierd naar het onderframe 10 toe, waarbij de bovenrand P1 van de dakplaat P de buitenste rand G1 van de bovenste van de twee gordingen G passeert en de dakplaat een kleinere hellingshoek krijgt, zodanig dat de dakplaat in verticale richting tussen de twee gordingen past. De dakplaat P kan hierbij precies horizontaal komen te liggen maar dat is niet nodig. De dakplaat kan zelfs door horizontaal heen worden gescharnierd naar een in figuur 6 getoonde stand.The upper frame 20 is pivoted downwards towards the lower frame 10, with the upper edge P1 of the roof sheet P passing the outermost edge G1 of the upper of the two purlins G and the roof sheet is given a smaller angle of inclination, such that the roof sheet is vertically between the fits two purlins. The roof plate P can come to lie exactly horizontal, but this is not necessary. The roof plate can even be pivoted horizontally to a position shown in figure 6 .

Figuur 6 toont, dat de inrichting 1 met de daarop rustende dakplaat P in horizontale richting naar binnen wordt verplaatst, het gebouw B in. Het werkvoertuig V kan zijn werkarm nu laten zakken, zodat de inrichting 1 naar de vloer wordt verplaatst. Hierbij kan de inrichting als geheel schuin worden gehouden, en/of het bovenframe 20 kan worden gekanteld ten opzichte van het onderframe 10, en de wielen 51 worden aangedreven om, zoals getoond in figuur 7, de dakplaat P zachtjes neer te leggen op de vloer, of op een stapel eerder verwijderde dakplaten.Figure 6 shows that the device 1 with the roof plate P resting thereon is moved horizontally inwards into the building B. The working vehicle V can now lower its working arm, so that the device 1 is moved to the floor. In this case, the device as a whole can be held at an angle, and/or the top frame 20 can be tilted relative to the bottom frame 10, and the wheels 51 can be driven to gently lay the roof plate P down on the floor, as shown in figure 7 , or on a pile of previously removed roofing sheets.

De inrichting 1 is dan direct klaar voor het verwijderen van een volgende dakplaat. Steeds zal de inrichting 1 tussen twee gordingen in worden geplaatst onder een dakplaat, om deze plaat een horizontale oriëntatie te geven en tussen de gordingen in naar binnen te trekken. Door het juiste gebruik van de werkarm van het werkvoertuig zal de inrichting 1 een groot werkbereik hebben in hoogte.The device 1 is then immediately ready for the removal of a next roof plate. The device 1 will always be placed between two purlins under a roof plate in order to give this plate a horizontal orientation and to pull it in between the purlins. Due to the correct use of the working arm of the working vehicle, the device 1 will have a large working range in height.

Het zal voor een deskundige duidelijk zijn dat de uitvinding niet is beperkt tot de in het voorgaande besproken uitvoeringsvoorbeelden, maar dat diverse varianten en modificaties mogelijk zijn binnen de beschermingsomvang van de uitvinding zoals gedefinieerd in de aangehechte conclusies.It will be clear to a person skilled in the art that the invention is not limited to the exemplary embodiments discussed above, but that various variants and modifications are possible within the scope of protection of the invention as defined in the appended claims.

Zelfs indien bepaalde kenmerken zijn vermeld in verschillende afhankelijke conclusies, heeft de onderhavige uitvinding ook betrekking op een uitvoeringsvorm die deze kenmerken gezamenlijk heeft.Even if certain features are stated in several dependent claims, the present invention also relates to an embodiment having these features in common.

Zelfs 5 indien bepaalde kenmerken in combinatie met elkaar zijn beschreven, heeft de onderhavige uitvinding ook betrekking op een uitvoeringsvorm waarin één of meerdere van die kenmerken zijn weggelaten.Even if certain features are described in combination with each other, the present invention also relates to an embodiment in which one or more of those features are omitted.

Kenmerken die niet uitdrukkelijk zijn beschreven als zijnde essentieel, mogen ook worden weggelaten.Features not expressly described as being essential may also be omitted.

Eventuele in een conclusie gebruikte verwijzingscijfers dienen niet te worden uitgelegd als beperkend voor de omvang van die conclusie.Any reference numerals used in a claim are not to be construed as limiting the scope of that claim.

Claims

CONCLUSIESCONCLUSIONS

1. Werkwijze voor het van een schuin dak verwijderen van op gordingen (G) liggende dakplaten (P), waarbij - aan de onderzijde van een dakplaat, op een plaats tussen twee gordingen in, een steun (10; 51) wordt geplaatst in een oriëntatie die conformeert aan de schuine oriëntatie van de dakplaat; i - de steun in verticale en/of horizontale richting wordt verplaatst om de dakplaat op te tillen van de gordingen; - de steun in horizontale richting naar buiten wordt verplaatst tot een bovenrand van de dakplaat gepositioneerd is voorbij de bovenste van de twee gordingen; | - de steun wordt gekanteld om de dakplaat een kleinere hellingshoek te geven, zodanig dat de dakplaat in verticale richting tussen de twee gordingen past; - de steun in horizontale richting naar binnen wordt verplaatst om de dakplaat het desbetreffende gebouw in te transporteren.Method for removing roof plates (P) lying on purlins (G) from a pitched roof, wherein - on the underside of a roof plate, at a place between two purlins, a support (10; 51) is placed in a orientation conforming to the sloped orientation of the roof sheet; i - the support is moved vertically and/or horizontally to lift the roof sheet from the purlins; - the support is moved outwards in a horizontal direction until an upper edge of the roof plate is positioned beyond the upper of the two purlins; | - the support is tilted to give the roof sheet a smaller angle of inclination, such that the roof sheet fits vertically between the two purlins; - the support is moved in a horizontal direction in order to transport the roof plate into the relevant building.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij vervolgens de steun wordt neergelaten en gekanteld om de dakplaat neer te leggen, bijvoorbeeld op een vloer of op een stapel eerder verwijderde dakplaten.A method according to claim 1, wherein the support is subsequently lowered and tilted to lay down the roofing sheet, for example on a floor or on a stack of roofing sheets previously removed.

3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, waarbij de dakplaten golfplaten zijn.Method according to claim 1 or 2, wherein the roof sheets are corrugated sheets.

4. Werkwijze volgens een willekeurige der voorgaande conclusies, waarbij de dakplaten asbesthoudend zijn.A method according to any one of the preceding claims, wherein the roof plates contain asbestos.

6. Inrichting (1) voor het uitvoeren van de werkwijze volgens een willekeurige der voorgaande conclusies, omvattende: - een onderframe (10) met een proximaal uiteinde (11), een distaal uiteinde (12), een van proximaal uiteinde naar distaal uiteinde gerichte laterale richting, en een horizontale dwarsrichting loodrecht op de laterale richting; - een op het onderframe liggend bovenframe (20) met een proximaal uiteinde (21) en een distaal uiteinde (22); - een scharnier (30) dat de distale uiteinden (12; 22) van het onderframe (10) en het bovenframe (20) scharnierend met elkaar koppelt, met een in genoemde dwarsrichting gerichte scharnieras (31);Device (1) for performing the method according to any one of the preceding claims, comprising: - a lower frame (10) with a proximal end (11), a distal end (12), one oriented from proximal end to distal end; lateral direction, and a horizontal transverse direction perpendicular to the lateral direction; - an upper frame (20) lying on the lower frame and having a proximal end (21) and a distal end (22); - a hinge (30) pivotally coupling the distal ends (12; 22) of the lower frame (10) and the upper frame (20) to each other, with a pivot axis (31) directed in said transverse direction;

- ten minste één aanstuurbaar instelorgaan (40) voor het instellen van een scharnierstand van het bovenframe (20) ten opzichte van het onderframe (10); - een op het bovenframe (20) gemonteerde, aanstuurbare steuntransporteur (50) voor het ondersteunen van dakplaten en voor het in laterale richting ten opzichte van het bovenframe (20) verplaatsen van die dakplaten; - een bij het proximale uiteinde (11) met het onderframe (10) verbonden snelkoppeladaptor (70) voor koppeling met het uiteinde van een werkarm van een tractor of loader of dergelijk werkvoertuig.- at least one controllable adjusting member (40) for adjusting a pivotal position of the upper frame (20) relative to the lower frame (10); - a controllable support conveyor (50) mounted on the top frame (20) for supporting roof sheets and for moving said roof sheets in lateral direction relative to the top frame (20); - a quick-coupling adapter (70) connected at the proximal end (11) to the lower frame (10) for coupling to the end of a working arm of a tractor or loader or similar work vehicle.

6. Inrichting volgens conclusie 5, waarbij het aanstuurbaar instelorgaan (40) ten minste één hydraulische cylinder/zuiger-combinatie omvatDevice according to claim 5, wherein the controllable adjusting member (40) comprises at least one hydraulic cylinder/piston combination

7. Inrichting volgens conclusie 5 of 6, waarbij de aanstuurbare steuntransporteur (50) omvat: - een stel wielen (51), aangebracht aan de bovenzijde van het bovenframe (20), roteerbaar om in genoemde dwarsrichting gerichte rotatieassen (52); - aandrijffmiddelen (53) om de wielen (51) gesynchroniseerd aan te drijven voor rotatie.Device according to claim 5 or 6, wherein the controllable support conveyor (50) comprises: - a set of wheels (51), arranged on the top side of the top frame (20), rotatable about rotation axes (52) directed in said transverse direction; - drive means (53) for synchronously driving the wheels (51) for rotation.

8. Inrichting volgens conclusie 7, waarbij de wielen (51) zijn voorzien van luchtbanden. |Device according to claim 7, wherein the wheels (51) are provided with pneumatic tires. |

9. Inrichting volgens conclusie 7 of 8, waarbij de aandrijfmiddelen (53) omvatten een motor die door middel van V-snaren is gekoppeld met de wielen.Device according to claim 7 or 8, wherein the drive means (53) comprise a motor which is coupled to the wheels by means of V-belts.

10. Inrichting volgens een willekeurige der voorgaande conclusies 7-9, waarbij de aandrijfmiddelen (53) een hydrauliekmotor omvatten.10. Device as claimed in any of the foregoing claims 7-9, wherein the drive means (53) comprise a hydraulic motor.

11. Inrichting volgens een willekeurige der voorgaande conclusies 7-10, waarbij er steeds twee of meer wielen gemonteerd zijn op een gemeenschappelijke as, en waarbij die as gekoppeld is met de motor.11. Device as claimed in any of the foregoing claims 7-10, wherein there are always two or more wheels mounted on a common shaft, and wherein said shaft is coupled to the motor.

12. Inrichting volgens een willekeurige der voorgaande conclusies 7-11, waarbij de aanstuurbare steuntransporteur (50) omvat twee wielen (51) op onderlinge transversale afstand van elkaar bij het proximale uiteinde (21) van het bovenframe (20) en twee wielen (51) op onderlinge transversale afstand van elkaar bij het distale uiteinde (22) van het bovenframe (20).Apparatus according to any one of the preceding claims 7-11, wherein the controllable support conveyor (50) comprises two wheels (51) at a mutual transverse distance from each other at the proximal end (21) of the top frame (20) and two wheels (51 ) spaced transversely from each other at the distal end (22) of the upper frame (20).

13. Inrichting volgens een willekeurige der voorgaande conclusies 5-12, waarbij de snelkoppeladaptor (70) scharnierbaar is gekoppeld met het onderframe (10).Apparatus according to any one of the preceding claims 5-12, wherein the quick coupling adapter (70) is pivotally coupled to the lower frame (10).

14. Inrichting volgens een willekeurige der voorgaande conclusies 5-12, voorts voorzien van een verstelbaar fixeerorgaan voor het fixeren van een ingestelde scharnierstand tussen de snelkoppeladaptor (70) en het onderframe (10).Device as claimed in any of the foregoing claims 5-12, further provided with an adjustable fixing member for fixing a set hinge position between the quick coupling adapter (70) and the lower frame (10).