NL1038495C2

NL1038495C2 - Oplaadpunt voor een elektrisch aangedreven voertuig.

Info

Publication number: NL1038495C2
Application number: NL1038495A
Authority: NL
Inventors: Marcel Antonius Wilhelmus Maria Fortuin
Original assignee: Rimetaal Holding B V
Priority date: 2011-01-07
Filing date: 2011-01-07
Publication date: 2012-07-10

Description

Oplaadpunt voor een elektrisch aangedreven voertuig

Terrein van de uitvinding 5 De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het overdragen van elektrische energie naar een elektrisch aangedreven voertuig welke inrichting een onderdeel voorzien van een contactdoos omvat. Het gaat dan om een oplaadpunt, bijvoorbeeld een oplaadpaal, voor het opladen van één of meer accu’s of batterijen in een elektrisch aangedreven voertuig. Het voertuig kan volledig elektrisch aangedreven zijn of deels, 10 zoals bij een hybride auto.

Achtergrond van de uitvinding

Het aantal elektrisch aangedreven voertuigen neemt toe en zal naar verwachting in de 15 nabije toekomst snel verder toenemen. Het opladen van accu’s of batterijen in een dergelijk voertuig kan thuis geschieden. Vooral gezien de beperkte actieradius van dergelijke voertuigen, is daarnaast een infrastructuur met oplaadpunten in de openbare ruimte, bijvoorbeeld op parkeergelegenheden of in parkeergarages, vereist dan wel wenselijk. Zo vinden we in FR2716228A1 een parkeergelegenheid voor elektrische 20 voertuigen, voorzien van elektrische rails voor het middels borstels opladen van de accu’s in de voertuigen. Betaald kan worden met een betaalpas. In FR2740921A1 een inrichting voor het inductief opladen van de accu(’s) in een elektrisch aangedreven voertuig. In W02009090813A1 een identificatiesysteem te gebruiken bij een elektrisch oplaadstation voor voertuigen. In US2009259603A1 een aflever-, meet- en 25 betaalsysteem voor het opladen van elektrische voertuigen. In WO2010115929A2 tenslotte, een sokkel voor een oplaadpaal. Bekend zijn dus allerlei inrichtingen, zoals een oplaadpaal, voor het opladen van de accu(’s) in een elektrisch aangedreven voertuig. Daarbij kan de identificatie op allerlei manieren plaatsvinden en de afgenomen hoeveelheid elektrische energie direct of indirect betaald worden, bijvoorbeeld zoals bij 30 benzinestations.

1 0 3 8 4 9 5 2

Een oplaadpunt of een onderdeel daarvan kan in bepaalde situaties een hinderlijk fysiek en/of visueel obstakel vormen. Bovendien is de contactdoos steeds toegankelijk, hetgeen uit het oogpunt van veiligheid doorgaans onwenselijk is. Bovendien is zo de kans op clandestien afiiemen van elektrische energie of knoeien aan de inrichting door 5 onbevoegden relatief groot. De onderhavige uitvinding nu verschaft een verbeterd oplaadpunt dat genoemde problemen niet of in mindere mate kent.

Samenvatting van de uitvinding 10 De uitvinding verschaft daartoe een inrichting voor het overdragen van elektrische energie naar een elektrisch aangedreven voertuig welke inrichting een onderdeel voorzien van een contactdoos omvat, daarin gekenmerkt, dat het onderdeel beweegbaar is en zich in een eerste positie in hoofdzaak in een daartoe voorziene opneemruimte bevindt en in een tweede positie zich ten minste deels buiten de opneemruimte uitstrekt.

15 De opneemruimte kan zich bijvoorbeeld in de grond of in een bouwwerk bevinden. Bij voorkeur is de plaatsing van de contactdoos ten opzichte van het onderdeel zodanig dat de contactdoos in de eerste positie niet toegankelijk is en in de tweede positie wel toegankelijk is. Zo kan het onderdeel uit de weg of uit het zicht worden geschoven en/of gedraaid wanneer het oplaadpunt niet wordt gebruikt. Het onderdeel vormt dan geen 20 fysiek en/of visueel obstakel, en de contactdoos is dan niet toegankelijk. Clandestien afnemen van elektrische energie of knoeien aan de inrichting door onbevoegden wordt zo onmogelijk gemaakt dan wel in hoge mate bemoeilijkt. Dat alles komt tevens de veiligheid ten goede.

25 Het onderdeel kan bijvoorbeeld een translerende en/of roterende beweging maken en/of deel uitmaken van een telescopisch geheel. Daartoe omvat de inrichting bij voorkeur tevens bewegingsmiddelen voor het bewegen van het onderdeel. Hiervoor is vooral een elektrisch aangedreven motor geschikt daar de benodigde elektrische energietoevoer reeds aanwezig is. Bij voorkeur omvat de inrichting tevens afsluitingsmiddelen voor het 30 afsluiten van de opneemruimte en bij nadere voorkeur tevens vergrendelingsmiddelen voor het vergrendelen van de afsluitingsmiddelen, bij voorkeur bedienbaar met een code. Daarbij kunnen de afsluitingsmiddelen en de vergrendelingsmiddelen in meer of 3 mindere mate geïntegreerd zijn. Zo kan de opneemruimte, bijvoorbeeld na gebruik, met het onderdeel en contactdoos daarin opgenomen, al dan niet automatisch, worden afgesloten en vergrendeld. Een gebruiker kan, bijvoorbeeld met een toegewezen code, de afsluitingsmiddelen weer ontgrendelen en de opneemruimte weer openen zodat het 5 onderdeel zich weer uit de opneemruimte kan bewegen en de contactdoos weer toegankelijk wordt.

Korte beschrijving van de figuren 10 De uitvinding wordt in het navolgende nader toegelicht aan de hand van twee uitvoeringsvoorbeelden van een inrichting volgens de uitvinding, min of meer schematisch weergegeven in de figuren. Daarin toont: - figuur 1 een eerste uitvoeringsvoorbeeld van een inrichting volgens de uitvinding; en 15 - figuur 2 een tweede uitvoeringsvoorbeeld van een inrichting volgens de uitvinding.

Uitvoeringsvoorbeelden

Het in figuur 1 getoonde eerste uitvoeringsvoorbeeld (1) van een inrichting volgens de 20 uitvinding omvat een beweegbaar onderdeel (4) voorzien van een contactdoos (5). Het onderdeel (4) maakt deel uit van een telescopisch geheel dat middels een elektromotor (niet getoond) kan worden in- en uitgeschoven. In een eerste positie (A) bevindt het onderdeel (4) zich in een opneemruimte (6) welke zich in de grond (7) bevindt. In een tweede positie (B) strekt het onderdeel (4) zich buiten de opneemruimte (6) uit. In de 25 tweede positie (B) is de contactdoos (5) toegankelijk en kan daarin een contactstop (10) worden ingebracht. De inrichting omvat tevens afsluitingsmiddelen (11) voor het afsluiten van de opneemruimte (6), en tevens vergrendelingsmiddelen (12) voor het vergrendelen van de afsluitingsmiddelen (11). De vergrendelingsmiddelen (12) kunnen bedienbaar zijn met een code die uitsluitend aan bevoegde gebruikers wordt verstrekt. 30 Clandestien afnemen van elektrische energie of knoeien aan de inrichting door onbevoegden wordt zo onmogelijk gemaakt dan wel in hoge mate bemoeilijkt.

4

Het in figuur 2 getoonde tweede uitvoeringsvoorbeeld (2) van een inrichting volgens de uitvinding omvat weer een beweegbaar onderdeel (4) voorzien van een contactdoos (5). Het onderdeel (4) is nu echter een scharnierend bevestigde zwenkarm. In een eerste positie (A’) bevindt het onderdeel (4) zich weer in een opneemruimte (6), welke zich in 5 dit geval in een bouwwerk (8) c.q. een verticale muur bevindt, en is de contactdoos (5) niet toegankelijk. In een tweede positie (B’) strekt het onderdeel (4) zich weer buiten de opneemruimte (6) uit en is de contactdoos (5) toegankelijk en kan daarin een contactstop (10) worden ingebracht. Het beweegbaar onderdeel (4) c.q. de zwenkarm kan bedienbaar zijn met een code die uitsluitend aan bevoegde gebruikers wordt 10 verstrekt.

Het zal duidelijk zijn dat de uitvinding niet beperkt is tot de gegeven uitvoeringsvoorbeelden, maar dat binnen het kader van de uitvinding allerlei varianten mogelijk zijn. Essentieel is dat de inrichting een, in en uit een opneemruimte, 15 beweegbaar onderdeel voorzien van een contactdoos omvat. Het gaat dan bijvoorbeeld om een, tijdens inactiviteit, in de grond weggezonken oplaadpaal. Een gebruiker kan, bijvoorbeeld middels een toegewezen code, de paal activeren, waarna deze uit de grond omhoog komt en gereed is voor gebruik. Na gebruik kan de oplaadpaal, al dan niet automatisch, weer in de grond zakken waarna de opneemruimte bijvoorbeeld, weer al 20 dan niet automatisch, wordt afgesloten en vergrendeld.

1038495

Claims

1. Inrichting (1,2) voor het overdragen van elektrische energie naar een elektrisch aangedreven voertuig (3) welke inrichting een onderdeel (4) voorzien van een 5 contactdoos (5) omvat, met het kenmerk, dat het onderdeel beweegbaar is en zich in een eerste positie (A,A’) in hoofdzaak in een daartoe voorziene opneemruimte (6) bevindt en in een tweede positie (B,B’) zich ten minste deels buiten de opneemruimte uitstrekt.

2. Inrichting (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de opneemruimte zich in de 10 grond (7) bevindt.

3. Inrichting (2) volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de opneemruimte zich in een bouwwerk (8) bevindt.

4. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de plaatsing van de contactdoos ten opzichte van het onderdeel zodanig is dat de contactdoos in 15 de eerste positie niet toegankelijk is en in de tweede positie wel toegankelijk is.

5. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het onderdeel een translerende beweging kan maken.

6. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het onderdeel een roterende beweging kan maken.

7. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het onderdeel deel uitmaakt van een telescopisch geheel.

8. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de inrichting tevens bewegingsmiddelen, bij voorkeur omvattende een elektrisch aangedreven motor, voor het bewegen van het onderdeel omvat.

9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de inrichting tevens afsluitingsmiddelen (11) voor het afsluiten van de opneemruimte omvat.

10. Inrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de inrichting tevens vergrendelingsmiddelen (12), bij voorkeur bedienbaar met een code, voor het 30 vergrendelen van de afsluitingsmiddelen omvat. 1038495