NL1037106C2 - Scherminrichting en daarvan voorziene kas. - Google Patents

Scherminrichting en daarvan voorziene kas. Download PDF

Info

Publication number
NL1037106C2
NL1037106C2 NL1037106A NL1037106A NL1037106C2 NL 1037106 C2 NL1037106 C2 NL 1037106C2 NL 1037106 A NL1037106 A NL 1037106A NL 1037106 A NL1037106 A NL 1037106A NL 1037106 C2 NL1037106 C2 NL 1037106C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
screen
foregoing
profile
cloths
cloth
Prior art date
Application number
NL1037106A
Other languages
English (en)
Other versions
NL1037106A (nl
Inventor
John Zwinkels
Ruud Vlottes
Original Assignee
Leen Huisman B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Leen Huisman B V filed Critical Leen Huisman B V
Priority to NL1037106A priority Critical patent/NL1037106C2/nl
Publication of NL1037106A publication Critical patent/NL1037106A/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1037106C2 publication Critical patent/NL1037106C2/nl

Links

Classifications

    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02ATECHNOLOGIES FOR ADAPTATION TO CLIMATE CHANGE
    • Y02A40/00Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production
    • Y02A40/10Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production in agriculture
    • Y02A40/25Greenhouse technology, e.g. cooling systems therefor

Landscapes

  • Operating, Guiding And Securing Of Roll- Type Closing Members (AREA)
  • Greenhouses (AREA)

Description

SCHERMINRICHTING EN DAARVAN VOORZIENE KAS
5 De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een scherminrichting voor gebruik in gewasteelt, zoals is weergegeven in de aanhef van de navolgende conclusie 1.
Dergelijke inrichtingen zijn algemeen bekend, in het bijzonder ter afscherming van gewassen in een kas tegen inval van licht. Met name wanneer het gevelschermen en hellende schermen zoals bij een zogenaamd dekscherm betreft gaat het doorgaans 10 om enkeldoek schermen die wel of niet uitgerold kunnen zijn: het bedieningsmechanisme voor een gevel dan wel hellingsscherm omvat ten minste een van een motor voorziene buis waarmee het doek wordt opgewikkeld. Tenzij twee schermen naast elkaar geplaatst zouden zijn, hetgeen vanwege ruimte- en lichtbeslag in een kas onwenselijk is dient het schermdoek indien gewenst, veelal afhankelijk van 15 jaargetijde en/of gewassoort, te worden vervangen door een doek met een andere doorlatendheidsfactor voor licht. Hiertoe zijn bijvoorbeeld doeken met meer of minder brede stroken van in grotere dan wel mindere mate licht doorlatend materiaal bekend.
Ondanks de bestaande veelvoud aan keuzemogelijkheden in soorten schermdoek, wordt in de praktijk node een aan de wisseling van het licht snel 20 aanpasbaar scherm gemist, zoals dat bijvoorbeeld bij horizontale scherminstellingen wel al bekend is uit NL1027091. De uit dit document bekende schermen kunnen voor een instelbaar percentage beschaduwing zorgen door onderlinge verschuiving van in feite op elkaar liggende schermen met meer of minder licht doorlatende stroken. Voor het onderling verschuiven van de schermen wordt op een bijzondere wijze gebruik 25 gemaakt van de bedieningsorganen en de reeds voorziene beweging van de schermen voor het openen en sluiten van de scherminrichting. De bedieningsorganen omvatten doorgaans een trek-element zoals kabel of bedieningstang, waaraan lijsten zijn gekoppeld welke aangrijpen op een rand van een schermdoek, ten einde dit in beweging te kunnen brengen. Dit bedienings-systeem is in de praktijk echter niet 30 overdraagbaar op een verticaal scherm, omdat het gewicht van een opwaarts te verplaatsen scherm te grote krachten in de installatie zou doen ontstaan. Ook indien dit technisch niet bezwaarlijk zou zijn wordt het niet gunstig geacht om bijvoorbeeld in niet uitgeklapte toestand van het scherm een pakket met opgevrot scherm aan de onderzijde, dan wel aan de bovenzijde van de kasruimte te hebben. De uitvinding stelt 35 zich dan ook ten doel te komen tot een scherminrichting, en bediening daarvoor 1037106 2 waarin de mogelijkheid tot variabel instelbare beschaduwing van het gewas ook in een zogenaamd rolgevescherm mogelijk is, en wel op een zowel technisch als economisch verantwoorde wijze.
Conform de onderhavige uitvinding wordt de in het voorgaande omschreven 5 doel van de uitvinding bereikt met het toepassen van een constructie volgens het kenmerkend deel van de navolgende conclusie 1. In een dergelijke constructie omvat de inrichting twee ten opzichte van elkaar verschuifbare schermdoeken, welke zijn voorzien van banen schermdoek met een afwisselende mate van doorlatendheid voor licht, welke elk separaat en met enige onderlinge afstand aan zowel een bovenste en 10 een onderste buis zijn bevestigd, en waarbij de inrichting is ingesteld om in uitgerolde toestand van het scherm zodanige bewegingscombinaties van de onderste en de bovenste buis te maken dat de inrichting door daarbij optredende onderlinge verschuiving van de beide schermdoeken een varieerbare doorlatendheid van het scherm teweeg brengt. Met een dergelijke constructie wordt tegen redelijke kosten 15 een goed functionerende scherminrichting verkregen welke op economisch rendabele wijze inzetbaar is.
De uitvinding zal thans bij wijze van voorbeeld nader worden toegelicht aan de hand van een tekening waarin:
Figuur 1 is een schematische weergave van een dwarsdoorsnede van een 20 scherminrichting volgens de uitvinding, weergegeven in vier verschillende toestanden.
Figuur 2 illustreert een uitvoering met onronde bovendrager en aandrijving uitsluitend aan de onderdrager;
Figuur 3 illustreert een uitvoering waarbij de beide doeken onderling zijn verbonden; 25 Figuur 4 illustreert een uitvoering voor handmatige verstelling van de doorlatendheid van het scherm.
In de figuren zijn overeenkomstige constructieve delen met gelijke verwijzingstekens aangeduid.
30 Met betrekking tot het werkingsprincipe is de diafragma rolsectie zoals het in de figuren zichtbare deel van de scherminrichting ook wel wordt aangeduid, opgedeeld in 2 vlakken. Het bovenste vlak V1 bestaat uit een enkele baan schermdoek met een vaste afschermwaarde, dat wil zeggen geheel doorlatend, geheel ondoorlatend, dan wel doorlatend volgens een vast percentage tussen deze 35 twee uitersten in. In het onderste vlak V2, bevinden zich het zogenoemde Diafragma 3 schermdoek. Dit schermdoek is uitgevoerd met een strepenpatroon van licht doorlatende en licht dicht/dimmend/reflecterende materialen. In de constructie volgens de uitvinding zijn twee doeken naast elkaar opgenomen en zijn deze, boven en onder elk afzonderlijk, hier door middel van een zogenaamde bevestigingsgroef 5 met een gemeenschappelijke onderste buis 2, respectievelijk bovenste buis 1 verbonden. De buizen kunnen ook zijn gevormd door een andersoortig profiel dat geschikt is om het doek mee op te wikkelen, en dat geschikt is, ten einde het beoogde toepassinggebied van kassen, om zeer grote kassecties van wel 100 meter, dan wel aanzienlijke delen daarvan te overbruggen zonder noemenswaardige 10 doorbuiging van een profiel.
Na het totaal afwikkelen van de schermdoeken van Buis B1 en Buis B2 kan door een bewegingscombinatie van de schermdoek Buis B1 en Buis B2 een streeppatroon van de diafragma schermdoeken ten opzichte van elkaar worden verplaatst. Door deze verplaatsing worden of strepen lichtdoorlatend materiaal van de twee 15 afzonderlijke doeken op elkaar gelegd, dan wel naast elkaar gelegd. Wanneer deze op elkaar liggen kan het licht van de ene zijde door de twee lichtdoorlatende stroken naar de andere zijden van het scherm. Wanneer deze naast elkaar liggen wordt het licht direct dan wel indirect geblokkeerd, dan wel gedimd, dan wel gereflecteerd door respectievelijk, al naar keuze aangebrachte lichtdichte, ~dimmende, dan wel 20 reflecterende stroken. Beide doeken betreffen bij voorkeur zogenaamde gesloten, dat wil zeggen althans nagenoeg sluitende doekconstructies of doekweefsels.
In het tussenliggende gebied tussen 0 en 100% diafragma ofwel lichtafscherming, in figuur 1 D0%, D50% respectievelijk D100%, wordt er ten gevolge van de constructie van de uitvinding, met op enige onderlinge afstand aan een 25 gemeenschappelijke buis bevestigde schermdoeken, een thermisch isolerende lucht spouw gecreëerd tussen de twee afzonderlijke Diafragma schermdoeken. Dit draagt positief bij aan de energie besparing in de desbetreffende ruimte achter het Diafragma rolscherm.
De verhouding tussen vlak V1 en vlak V2 hangt samen met de diameter 30 verhouding van schermdoek rolbuis B1 en schermdoek rolbuis B2. Wanneer schermdoek buis B1 één enkele omwenteling maakt wikkelt deze 3 lagen schermdoek op. De diametertoename van buis B1 is hier dus 6 lagen schermdoek. Door de kleine diameter van buis B1 klimt/daalt wikkelbuis B1 per omwenteling minimaal. Wanneer schermdoek buis B2 één enkele omwenteling maakt wikkelt deze 35 2 lagen schermdoek op. De diametertoename van buis B2 is hier dus 4 lagen 4 schermdoek. Door de grote diameter van buis B2 klimt en daalt buis B2 per omwenteling vele malen sneller dan buis B1. Hiermee valt de verdeling van vlak V1 en vlak V2 samen. Door het opwikkelen van de Diafragma schermdoeken door buis B2 ontstaat er lengte verschil tussen de twee afzonderlijke Diafragma schermdoeken.
5 Het binnenste wordt langer ten opzicht van het buitenste. Dit lengteverschil wordt gecompenseerd doordat buis B1 in tegengestelde richting de Diafragma doeken opwikkelt ten opzichte van buis B2.
Figuur 2 illustreert dat het niet noodzakelijk is om het bovenste buisprofiel, al dan niet rond, en in dit voorbeeld in een driehoeksprofiel vormgegeven, te voorzien 10 van een motor aandrijving. Dit wordt volgens een verder aspect van de uitvinding mogelijk gemaakt door het juist bepalen van het zwaartepunt van het profiel, ten einde dit tot kanteling te laten komen. Een dergelijk profiel, ook wel als kantelprofiel aan te duiden, kantelt door gewichtverplaatsing naar het voorste dan wel achterste doek. Met een dergelijk constructie blijft de hoogte van vlak V1 voortdurend 15 gehandhaafd, doch wordt voor het grootste deel, dat wil zeggen in vlak V2, wel het voordeel van het zogenaamde diafragmaprincipe bereikt. In opgerolde toestand bevindt de rolbuis zich op het niveau van het kantelprofiel.
Figuur 3 illustreert een uitvoering waarbij door middel van een constructie met een verbinding, bij voorkeur zoals in dit voorbeeld uit doekmateriaal, tussen de twee 20 doeken met identieke patroon. Met een dergelijke constructie kan niet alleen de kwaliteit van afscherming worden vergroot, maar wordt ook de verlenging van het binnendoek ten opzichte van het buiten doek geborgd gedurende het oprollen van het scherm, dat wil zeggen gunstig verdeeld over de hoogte van het schermdeel. De verbeterde kwaliteit van afscherming uit zich in een bereik aan afscherming dat zich 25 uitstrekt tussen 1/3 tot aan 3/3 deel, ofwel tussen een plat gevouwen z-vorm naar wel vlakgetrokken Z-vorm in dwarsdoorsnede van het diafragmascherm. De verbindingsconstructie zijn bij voorkeur uitgevoerd in stroken die evenwijdig aan de stroken in beide doeken zijn opgenomen. De verbindingsstroken kunnen onder behoud van de gedachte van de uitvinding hetzij zijn uitgevoerd in helder, hetzij in 30 lichtwerend, dan wel lichtdempend materiaal.
Figuur 4 illustreert conform verder aan de huidige uitvinding ten grondslag liggend inzicht dat de aandrijving van het diafragmascherm evenzeer handmatig kan geschieden. In dit voorbeeld is dit gerealiseerd met behulp van één enkele aandrijfeenheid A die ter hoogte van een gording is opgenomen. De aandrijfeenheid 35 A, hetzij vanuit handmatige, hetzij vanuit elektrische bekrachtiging drijft een flexibel 5 aandrijfelement Fa aan, bijvoorbeeld een snaar dan wel een ketting. Deze is gekoppeld met een uiteinde van de in het scherm opgenomen rolbuizen, hier de uitvoering conform figuur 1 met buis B1 en buis B2, welke aan dit uiteinde zijn voorzien van een eigen overbrengingsmechanisme. Dit overbrengingsmechanisme 5 zorgt voor de juiste overbrengvertraging tussen het aandrijfelement en het doek op de betreffende wikkelbuis. Een dergelijk overbrengmechanisme is gekoppeld met een geleidingsconstructie. Deze is gemeenschappelijk voor twee buizen, buis B1 en buis B2 in de scherminrichting.
De uitvinding heeft behalve op het in het voorgaande beschrevene eveneens 10 betrekking op alle details in de figuren, althans voor zover deze onmiddellijk en eenduidig voor een vakman herleidbaar zijn, en op al hetgeen is beschreven in het navolgende stel conclusies.
1037106

Claims (20)

1. Scherminrichting voor het afschermen van een verticaal dan wel hellend raam of gevel zoals kasgevel, voorzien van ten minste een onderste roterend 5 aandrijfbare buis voor het oprollen van schermdoek van de inrichting, met het kenmerk dat de inrichting twee ten opzichte van elkaar verschuifbare schermdoeken omvat welke elk zijn voorzien van ten minste twee banen dan wel andersoortige delen schermdoek met een verschillende mate van doorlatendheid voor licht, en welke doeken elk separaat aan zowel een bovenste en een onderste profiel zijn bevestigd, 10 en waarbij ten minste het onderste profiel wikkelbaar in de inrichting is opgenomen.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de beide doeken naast elkaar in de inrichting zijn opgenomen en met enige onderlinge afstand aan een profiel zijn bevestigd.
3. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de inrichting is ingesteld 15 om in uitgerolde toestand van het scherm zodanige bewegingscombinaties van het onderste en het bovenste profiel te maken, dat de inrichting door daarbij optredende onderlinge verschuiving van de beide schermdoeken een varieerbare doorlatendheid van het tussen de profiele opgenomen schermvlak teweeg brengt.
4. Inrichting volgens conclusie 1, 2 of 3, met het kenmerk, dat een der beide 20 profielen is voorzien van een kleinere omtrek dan de andere.
5. Inrichting volgens de vorige conclusie, met het kenmerk, dat het bovenste profiel de kleinste omtrek heeft.
6. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de doeken, in uitgerolde, althans uit-gewikkelde toestand van de inrichting aan respectievelijk een 25 onderzijde en aan een bovenzijde van het bovenste en het onderste profiel zijn bevestigd.
7. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het bovenste profiel in uitgerolde, althans uit-gewikkelde toestand van het scherm op enige afstand van de bovenzijde van de inrichting aanwezig is, en een bovenste en 30 kleinste schermvak (Vak 1) definieert waarin een enkel schermdoek aanwezig is, althans geen variatie in beschaduwingsgraad is voorzien.
8. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ten minste het onderste profiel buisvormig is, ofwel als zogenaamde oprolbuis is uitgevoerd. 1037106
9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het bovenste profiel zodanig is uitgevoerd en in de inrichting opgenomen, dat deze bij verplaatsing van het gewicht van het ene naar het andere doek uit de inrichting, een kanteling ondergaat, zodanig dat de ene verbinding van dit profiel met een 5 schermdoek onder de ophanghoogte van het profiel terecht komt, en de verbinding van het profiel met het andere schermdoek hierboven.
10. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het bovenste profiel in doorsnede driehoekig is uitgevoerd.
11. Inrichting volgens de voorgaande conclusie, met het kenmerk, dat gezien in 10 dwarsdoorsnede, de hoogte van de driehoek, geringer is dan de breedte daarvan.
12. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat beide profielen zijn aangedreven.
13. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ten minste het onderste profiel motorisch is aangedreven.
14. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de beide doekdelen van verschillende doorlatendheid in een repeterend patroon in een doek zijn opgenomen.
15. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de beide schermdoeken in nagenoeg sluitend weefsel zijn uitgevoerd.
16. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de beide schermdoeken overeenkomstig zijn uitgevoerd.
17. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de beide schermdoeken onderling zijn verbonden.
18. Inrichting volgens de voorgaande conclusie, met het kenmerk dat de 25 verbindingsconstructie stroken doek omvat welke evenwijdig zijn opgenomen aan de stroken in de beide schermdoeken.
19. Kas voorzien van een inrichting volgens een of meer der voorgaande conclusies.
20. Kas voorzien van een inrichting volgens een of meer der voorgaande 30 conclusies, met het kenmerk dat de scherminrichting zich in breedterichting uitstrekt over een veelvoud aan raampanelen. 1037106
NL1037106A 2009-02-12 2009-07-08 Scherminrichting en daarvan voorziene kas. NL1037106C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1037106A NL1037106C2 (nl) 2009-02-12 2009-07-08 Scherminrichting en daarvan voorziene kas.

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1036562 2009-02-12
NL1036562 2009-02-12
NL1037106A NL1037106C2 (nl) 2009-02-12 2009-07-08 Scherminrichting en daarvan voorziene kas.
NL1037106 2009-07-08

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL1037106A NL1037106A (nl) 2010-08-16
NL1037106C2 true NL1037106C2 (nl) 2011-06-21

Family

ID=43269110

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1037106A NL1037106C2 (nl) 2009-02-12 2009-07-08 Scherminrichting en daarvan voorziene kas.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1037106C2 (nl)

Also Published As

Publication number Publication date
NL1037106A (nl) 2010-08-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP3286386B1 (fr) Dispositif d'occultation multifonctions a modules, notamment pour pergola
JP4012992B2 (ja) 窓覆い
US6834701B2 (en) Bottom-up/top-down retractable cellular shade
KR102010218B1 (ko) 구획식 가리개 조립체 및 그 구성 방법
US20070251652A1 (en) Segmented roll up covering for architectural openings
US20020157796A1 (en) Cordless blind
US7252132B2 (en) Window covering
KR20110106305A (ko) 슬래트형 롤러 블라인드
AU2004201737A1 (en) Roman Shade capable of Adjusting Light Transmittance
NL1037106C2 (nl) Scherminrichting en daarvan voorziene kas.
NL8103355A (nl) Inrichting ter regeling van licht- en/of warmtestraling onder gebruikmaking van lamellen, geschikt voor plaatsing onder een dakconstructie.
US4979551A (en) Sunblind assembled into an arcuate form
JP5854475B2 (ja) ブラインド
NL1003682C2 (nl) Raambekleding met neerlaatbare jaloezie en gordijn.
US20180171704A1 (en) Window blind
NL2001828C2 (nl) Kas of warenhuis met lamellen.
BE1028728B1 (nl) Dakinrichting voor een overkapping, set onderdelen voor het opbouwen van de dakinrichting, en overkapping omvattende de dakinrichting
NL1027091C2 (nl) Kas en scherminrichting.
BE1029721B1 (nl) Lamellendak, terrasoverkapping omvattende hetzelfde, en een set onderdelen en een werkwijze voor het opbouwen daarvan
NL1019930C2 (nl) Inrichting voor het wikkelen van doek.
NL1009658C2 (nl) Scherminrichting en kas waarin zulks is toegepast.
JP2000248856A (ja) ブラインド及びブラインド付き二重窓
NL1022083C2 (nl) Scherminrichting, profiel en kas waarin zulks is toegepast.
US20070006981A1 (en) Window blind with hollow slats
KR102620593B1 (ko) 통합형 블라인드

Legal Events

Date Code Title Description
PLED Pledge established

Effective date: 20140812

MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20150801