NL1034218C - AXIAL PISTON MACHINE. - Google Patents

AXIAL PISTON MACHINE. Download PDF

Info

Publication number
NL1034218C
NL1034218C NL1034218A NL1034218A NL1034218C NL 1034218 C NL1034218 C NL 1034218C NL 1034218 A NL1034218 A NL 1034218A NL 1034218 A NL1034218 A NL 1034218A NL 1034218 C NL1034218 C NL 1034218C
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
cylinder
axial piston
piston machine
support plate
spring
Prior art date
Application number
NL1034218A
Other languages
Dutch (nl)
Other versions
NL1034218A1 (en
Inventor
Joerg Dantlgraber
Heino Foersterling
Original Assignee
Bosch Gmbh Robert
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Bosch Gmbh Robert filed Critical Bosch Gmbh Robert
Publication of NL1034218A1 publication Critical patent/NL1034218A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1034218C publication Critical patent/NL1034218C/en

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F04POSITIVE - DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS FOR LIQUIDS OR ELASTIC FLUIDS
    • F04BPOSITIVE-DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS
    • F04B1/00Multi-cylinder machines or pumps characterised by number or arrangement of cylinders
    • F04B1/12Multi-cylinder machines or pumps characterised by number or arrangement of cylinders having cylinder axes coaxial with, or parallel or inclined to, main shaft axis
    • F04B1/20Multi-cylinder machines or pumps characterised by number or arrangement of cylinders having cylinder axes coaxial with, or parallel or inclined to, main shaft axis having rotary cylinder block
    • F04B1/22Multi-cylinder machines or pumps characterised by number or arrangement of cylinders having cylinder axes coaxial with, or parallel or inclined to, main shaft axis having rotary cylinder block having two or more sets of cylinders or pistons
    • F04B1/24Multi-cylinder machines or pumps characterised by number or arrangement of cylinders having cylinder axes coaxial with, or parallel or inclined to, main shaft axis having rotary cylinder block having two or more sets of cylinders or pistons inclined to the main shaft axis
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F04POSITIVE - DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS FOR LIQUIDS OR ELASTIC FLUIDS
    • F04BPOSITIVE-DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS
    • F04B1/00Multi-cylinder machines or pumps characterised by number or arrangement of cylinders
    • F04B1/12Multi-cylinder machines or pumps characterised by number or arrangement of cylinders having cylinder axes coaxial with, or parallel or inclined to, main shaft axis
    • F04B1/20Multi-cylinder machines or pumps characterised by number or arrangement of cylinders having cylinder axes coaxial with, or parallel or inclined to, main shaft axis having rotary cylinder block
    • F04B1/2014Details or component parts
    • F04B1/2021Details or component parts characterised by the contact area between cylinder barrel and valve plate
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F04POSITIVE - DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS FOR LIQUIDS OR ELASTIC FLUIDS
    • F04BPOSITIVE-DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS
    • F04B1/00Multi-cylinder machines or pumps characterised by number or arrangement of cylinders
    • F04B1/12Multi-cylinder machines or pumps characterised by number or arrangement of cylinders having cylinder axes coaxial with, or parallel or inclined to, main shaft axis
    • F04B1/20Multi-cylinder machines or pumps characterised by number or arrangement of cylinders having cylinder axes coaxial with, or parallel or inclined to, main shaft axis having rotary cylinder block
    • F04B1/2014Details or component parts
    • F04B1/2035Cylinder barrels
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F04POSITIVE - DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS FOR LIQUIDS OR ELASTIC FLUIDS
    • F04BPOSITIVE-DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS
    • F04B1/00Multi-cylinder machines or pumps characterised by number or arrangement of cylinders
    • F04B1/12Multi-cylinder machines or pumps characterised by number or arrangement of cylinders having cylinder axes coaxial with, or parallel or inclined to, main shaft axis
    • F04B1/20Multi-cylinder machines or pumps characterised by number or arrangement of cylinders having cylinder axes coaxial with, or parallel or inclined to, main shaft axis having rotary cylinder block
    • F04B1/2014Details or component parts
    • F04B1/2078Swash plates

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Reciprocating Pumps (AREA)

Description

l· 41 · 4

Axiale zuigermachineAxial piston machine

De uitvinding heeft betrekking op een axiale zuigermachine overeenkomstig de aanhef van conclusie 1.The invention relates to an axial piston machine according to the preamble of claim 1.

Een dergelijke axiale zuigermachine, die bijvoorbeeld wordt beschreven in het later gepubliceerde document DE 10 5 2005 056 631.6, heeft twee groepen zuigers die in een axiale richting ongeveer tegenover elkaar zijn geplaatst en die in verbinding staan met cilindertrommels die elk zijn afgesteund tegen de voorkant van een wigvormige schijf en die meerdere cilinderbussen bevatten die kantelbaar zijn gelagerd op en 10 afgesteund tegen een voorvlak van een trommelbodem van een cilindertrommel. De groepen zuigers hebben elk meerdere zuigers die elk bewegen in een cilinderbus van de cilindertrommel en die zijn verbonden met een as die afhankelijk van de uitvoering van de axiale zuigermachine als 15 ingaande of als uitgaande as werkt. Als gevolg van de schuine stand van de cilindertrommels treed bij de rondgaande beweging van de zuigers om de machine-as een relatieve verplaatsing op tussen de zuigers en de cilindertrommels die mogelijk wordt gemaakt doordat de cilinderbussen over de 20 vlakke trommelbodem kunnen verschuiven of doordat de voorvlakken van de trommelbodems zijn voorzien van bolvormige verhogingen waarop de cilinderbussen aan de onderkant rusten zodat de cilinderbussen ten opzichte van de wigvormige schijf kantelbaar zijn gelagerd. Om voldoende afdichting tussen de 25 cilinderbussen en de trommelbodem te waarborgen worden de cilinderbussen door middel van verende elementen die aangrijpen op steunvlakken die tegenover de afdichtinglocatie zijn gelegen onder voorspanning tegen de bolvormige verhogingen van de trommelbodem drukt.Such an axial piston machine, which is described, for example, in document DE 10 5 2005 056 631.6 published later, has two groups of pistons which are positioned approximately opposite to each other in an axial direction and which are connected to cylinder drums each supported against the front of a wedge-shaped disc and comprising a plurality of cylinder bushes which are tiltably mounted on and supported against a front surface of a drum bottom of a cylinder drum. The groups of pistons each have a plurality of pistons that each move in a cylinder sleeve of the cylinder drum and which are connected to an axis which, depending on the design of the axial piston machine, acts as an input or output shaft. As a result of the oblique position of the cylinder drums, a relative movement occurs between the pistons and the cylinder drums during the circular movement of the pistons about the machine axis, which is made possible because the cylinder bushes can move over the flat drum bottom or because the front surfaces of the drum bottoms are provided with spherical elevations on which the cylinder bushes rest at the bottom so that the cylinder bushes are mounted for tilting relative to the wedge-shaped disc. To ensure adequate sealing between the cylinder bushes and the drum bottom, the cylinder bushes are biased against the spherical elevations of the drum bottom by means of resilient elements which engage on support surfaces opposite the sealing location.

10342181034218

PP

22

Dergelijke axiale zuigermachines hebben het nadeel dat als gevolg van een schuivende beweging tussen de cilinderbussen en de op de tegenover de afdichting gelegen steunvlakken van de cilinderbussen werkende veerelementen een 5 kantelmoment kan optreden dat ertoe leidt dat de cilinderbussen van de bolvormige verhogingen af kantelen waardoor er vloeistof lekkage gaat optreden en de volumetrische opbrengst of de effectiviteit van de axiale zuigermachine verslechterd. Een ander nadeel is dat wanneer 10 bij ongunstige condities de cilinderbussen van de bolvormige verhogingen afglijden er krassen of andere beschadigingen kunnen ontstaan op de wigvormige schijf of in de cilinderbussen.Such axial piston machines have the disadvantage that as a result of a sliding movement between the cylinder sleeves and the spring elements acting on the supporting surfaces of the cylinder sleeves, a tilting moment can occur which leads to the cylinder sleeves tilting away from the spherical elevations, causing liquid leakage will occur and the volumetric yield or the effectiveness of the axial piston machine will deteriorate. Another disadvantage is that if the cylinder bushes slide off the spherical elevations under unfavorable conditions, scratches or other damage may occur on the wedge-shaped disc or in the cylinder bushes.

Een hoofddoelstelling van de huidige uitvinding is 15 daarom het beschikbaar maken van een axiale zuigermachine waarbij het weg kantelen van de cilinderbussen effectief wordt verhinderd.A main objective of the present invention is therefore to make available an axial piston machine whereby the tilting of the cylinder bushes is effectively prevented.

Deze doelstelling wordt bereikt met een axiale zuigermachine met de kenmerken die in conclusie 1 zijn 20 genoemd.This object is achieved with an axial piston machine with the features mentioned in claim 1.

De axiale zuigermachine volgens de uitvinding heeft tenminste één wigvormige schijf waartegen een cilindertrommel rust met daarop meerdere cilinderbussen die tegen een voorvlak van de trommelbodem van de cilindertrommel rusten en 25 waarin zuigers bewegen die verbinding staan met een ingaande of uitgaande as waarbij de cilinderbussen elk via een afdichtgedeelte door tenminste één verend element tegen een bolvormige verhoging van de trommelbodem aan worden gedrukt. Volgens de uitvinding drukt het verende element in de buurt 30 van het afdichtgedeelte tegen de cilinderbus. Deze oplossing heeft het voordeel dat de verende elementen in vergelijking met de stand van de techniek zoals die beschreven in DE 10 2005 056 631.6 werken in de buurt van het afdichtvlak zodatThe axial piston machine according to the invention has at least one wedge-shaped disc against which a cylinder drum rests with a plurality of cylinder bushes resting thereon against a front surface of the drum bottom of the cylinder drum and in which pistons move which are connected to an input or output shaft, the cylinder buses each via a sealing portion are pressed against at least one resilient element against a spherical elevation of the drum bottom. According to the invention, the resilient element presses against the cylinder sleeve in the vicinity of the sealing section. This solution has the advantage that the resilient elements, in comparison with the prior art such as those described in DE 10 2005 056 631.6, operate in the vicinity of the sealing surface so that

VV

3 een kantelmoment dat optreed als gevolg van de glijdende beweging tussen de cilinderbussen en de verende elementen wordt vermeden of tenminste sterk wordt verkleind. Daardoor wordt het weg kantelen van de cilinderbussen van de 5 bolvormige verhogingen van de trommelbodem effectief verhinderd.3 a tilting moment occurring as a result of the sliding movement between the cylinder bushes and the resilient elements is avoided or at least greatly reduced. As a result, the tilting of the cylinder bushes from the spherical elevations of the drum bottom is effectively prevented.

De cilinderbussen kunnen kantelbaar op verhogingen van de cilindertronunel of verschuifbaar op de cilindertrommel gelagerd zijn.The cylinder sleeves can be tilted on elevations of the cylinder drum or slidably mounted on the cylinder drum.

10 Volgens een eerste voorkeursuitvoering van de uitvinding bestaat de cilinderbus uit een buisvormige cilinderwand waarin steeds een zuiger kan bewegen met aan de voorkant een steunplaat waarop een afdichtkant of een afdichtvlak van het afdichtgedeelte is aangebracht en die bij 15 het afdichtgedeelte tenminste één aanligvlak voor een verend element of een uitsteeksel van een verend element heeft.According to a first preferred embodiment of the invention, the cylinder sleeve consists of a tubular cylinder wall in which a piston can always move with at the front a support plate on which a sealing edge or a sealing surface of the sealing section is arranged and which at least one abutment surface for the spring section element or has a protrusion of a resilient element.

Het is daarbij als bijzonder nuttig ervaren als de steunplaten gedeeltelijk zijn aangepast aan de diameter van de buisvormige cilinderwand en tenminste twee diametraal 20 tegenover elkaar staande steungedeelten bezitten die uitstaan vanaf de cilinderwand en die elk een aanligvlak vormen voor tenminste een verend element of een uitstekend gedeelte van een verend element. Door de contour van de steunplaat gedeeltelijk aan te passen aan de diameter van de buisvormige 25 cilinderwand wordt een zo compact mogelijke opstelling van de cilinderbussen op de cilindertrommel bereikt. In een uitvoeringsvorm van de uitvinding van de axiale zuigermachine zijn de steunplaten elk voorzien van tenminste twee steungedeelten die elk samenwerken met een verend element of 30 met een uitstekend gedeelte van een verend element.It is found to be particularly useful in this case if the support plates are partially adapted to the diameter of the tubular cylinder wall and have at least two diametrically opposed support sections which extend from the cylinder wall and which each form a contact surface for at least one resilient element or a protruding part of a resilient element. By partially adapting the contour of the support plate to the diameter of the tubular cylinder wall, the most compact possible arrangement of the cylinder sleeves on the cylinder drum is achieved. In an embodiment of the invention of the axial piston machine, the support plates are each provided with at least two support sections which each cooperate with a resilient element or with a protruding part of a resilient element.

Voor het positioneren van de verende elementen op de steunplaat zijn de afsteungedeeltes bij voorkeur elk voorzien van tenminste één positoneerelement. Als positioneerelement 4 kan bijvoorbeeld een vanuit het afsteungedeelte omhoog gebogen bevestigingselement dienen dat zodanig is gevormd dat het tenminste gedeeltelijk door het verend element dan wel door een uitstekend gedeelte van het verend element heen valt 5 en door haar vorm het verend element op de steunplaat borgt tegen zijdelings wegglijden.For positioning the resilient elements on the support plate, the support sections are preferably each provided with at least one positioning element. As positioning element 4, for example, a fastening element bent upwards from the supporting part can be used which is shaped in such a way that it falls at least partially through the resilient element or through a protruding part of the resilient element and because of its shape the resilient element on the support plate is secured against slide sideways.

Om een zo compact mogelijke opstelling van cilinderbussen te bereiken wordt er bij deze uitvinding de voorkeur aangegeven de buitenomtrek van tenminste een 10 voorkant van de steunplaat tenminste gedeeltelijk aan te passen aan de omtreksvorm van een aangrenzende voorkant van een steunplaat zodat op de trommelbodem van de cilindertrommels een opstelling wordt bereikt waarbij de cilinderbussen zo dicht mogelijk bij elkaar staan.In order to achieve the most compact possible arrangement of cylinder bushes, it is preferred in this invention to adjust the outer circumference of at least a front side of the support plate at least partially to the peripheral shape of an adjacent front side of a support plate so that on the drum bottom of the cylinder drums an arrangement is achieved in which the cylinder buses are as close as possible to each other.

15 De steunplaat heeft bij voorkeur een ongeveer cirkelvormige bijvoorbeeld als boorgat uitgevoerde uitsparing waarvan de diameter kleiner is dan de binnendiameter van de buisvormige cilinderwand zodat een radiaal naar binnen gericht vlak ontstaat waarmee de cilinderbus tegen een 20 bolvormige verhoging van de trommelbodem aanligt. Ten gevolge van de hydraulische druk die werkt op het binnen de cilinderbus gelegen gedeelte van het radiale vlak wordt de cilinderbus alvast tegen de bolvormige verhoging aangedrukt zodat de verende elementen worden ondersteund door de kracht 25 die op het ringvormige vlak werkt.The support plate preferably has an approximately circular recess, for example designed as a borehole, whose diameter is smaller than the inner diameter of the tubular cylinder wall, so that a radially inwardly directed surface is formed with which the cylinder sleeve abuts a spherical increase in the drum bottom. As a result of the hydraulic pressure acting on the part of the radial plane located within the cylinder sleeve, the cylinder sleeve is already pressed against the spherical elevation so that the resilient elements are supported by the force acting on the annular surface.

De steunplaat is bij voorkeur zo met de buisvormige cilinderwand verbonden dat er geen lekkage optreed en er een kracht kan worden overgebracht en/of dat de vorm geheel aansluit of ze kunnen als één geheel worden uitgevoerd. De 30 buisvormige cilinderwand kan bijvoorbeeld door middel van een lasverbinding met de steunplaat zijn verbonden. Daarbij is het gunstig de cilinderbus in de buurt van de verbinding af te schuinen om het contactvlak en daarmee de stroomsterkte > 5 bij het weerstandslassen, vooral bij condensator-impulslassen klein te houden. In een andere uitvoeringsvorm valt de buisvormige cilinderwand tenminste gedeeltelijk over een pasflens van de steunplaat en is ze door middel van een 5 persverbinding vastgezet.The support plate is preferably connected to the tubular cylinder wall in such a way that no leakage occurs and a force can be transmitted and / or that the mold fits completely or they can be designed as a whole. The tubular cylinder wall can for instance be connected to the supporting plate by means of a welded connection. In this case, it is advantageous to bevel the cylinder bush in the vicinity of the connection in order to keep the contact surface, and hence the current,> 5 low during resistance welding, especially for capacitor pulse welding. In another embodiment, the tubular cylinder wall at least partially falls over a fitting flange of the support plate and is fixed by means of a press connection.

Volgens een voorkeursuitvoering van de uitvinding is het bij alle cilinderbussen van een cilindertrommel behorend verend element uitgevoerd als blad/buigveer in de vorm van een vingerveer die op de cilindertrommel is gefixeerd en 10 onder voorspanning met een verend element tegen het steungedeelte van een steunplaat aandrukt.According to a preferred embodiment of the invention, the resilient element belonging to all cylinder buses of a cylinder drum is designed as a leaf / bending spring in the form of a finger spring which is fixed on the cylinder drum and pressed against the support part of a support plate under bias with a resilient element.

Een dergelijke vingerveer bestaat bij voorkeur uit een in principe ringvormige grondplaat met radiaal naar buiten lopende verende elementen die zijn aangepast aan de 15 diameter van de buisvormige cilinderwand en die in de richting van de steunplaat zijn omgebogen en waarbij in de buurt van de grondplaat een tweede verend element is afgebogen dat tegen een in de buurt liggende steunplaat drukt zodat er steeds twee verende elementen samenwerken met elke 20 steunplaat.Such a finger spring preferably consists of a basically annular base plate with radially outwardly extending resilient elements which are adapted to the diameter of the tubular cylinder wall and which are bent in the direction of the supporting plate and wherein a second The resilient element is deflected which presses against a nearby support plate so that two resilient elements always cooperate with each support plate.

Volgens een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding worden de steunplaten onder voorspanning tegen de bolvormige verhogingen van de cilindertrommel gedrukt door middel van voorgespannen veren, vooral schroefveren, die zich elk 25 bevinden tussen een aanligvlak van de steunplaat en een daar tegenover liggende contraplaat die op de cilindertrommel is gefixeerd. Bij voorkeur is de contraplaat uitgevoerd als lagerplaat met omgebogen verbindingselementen die als positioneerelementen dienen voor het positioneren van de 30 voorgespannen veren.According to another embodiment of the invention, the support plates are biased against the spherical elevations of the cylinder drum by means of pre-stressed springs, in particular helical springs, which are each located between an abutment surface of the support plate and an opposite counter plate which is on the cylinder drum. is fixed. The counter plate is preferably designed as a bearing plate with bent connecting elements which serve as positioning elements for positioning the pre-tensioned springs.

Andere voorkeursuitvoeringen van de uitvinding worden beschreven in de afhankelijke conclusies.Other preferred embodiments of the invention are described in the dependent claims.

66

In het nu volgende worden voorkeursuitvoeringen van de uitvinding aan de hand van schematische tekeningen nader toegelicht. Daarbij is:In the following, preferred embodiments of the invention will be explained in more detail with reference to schematic drawings. In addition:

Figuur 1 een langsdoorsnede door een axiale 5 zuigermachine overeenkomstig een eerste voorkeursuitvoering van de uitvinding;Figure 1 shows a longitudinal section through an axial piston machine according to a first preferred embodiment of the invention;

Figuur 2 een detailweergave van de axiale zuigermachine uit figuur 1;Figure 2 shows a detail view of the axial piston machine of Figure 1;

Figuur 3 een bovenaanzicht op een cilinderbus uit 10 figuur 2;Figure 3 shows a top view of a cylinder sleeve from figure 2;

Figuur 4 een detailweergave van een cilinderbus overeenkomstig een eerste voorkeursuitvoering;Figure 4 shows a detail view of a cylinder sleeve according to a first preferred embodiment;

Figuur 5 een detailtekening van een cilinderbus met een veerelement overeenkomstig een eerste 15 voorkeursuitvoering;Figure 5 shows a detail drawing of a cylinder sleeve with a spring element according to a first preferred embodiment;

Figuur 6 een bovenaanzicht van het aanligvlak van de cilinderhuls uit figuur 5;Figure 6 is a top view of the abutment surface of the cylinder sleeve of Figure 5;

Figuur 7 een uitvoeringsvorm van een cilinderbus met schroefveren; 20 Figuur 8 een voorkeursopstelling van de cilinderbussen uit figuur 7 enFigure 7 shows an embodiment of a cylinder sleeve with coil springs; Figure 8 shows a preferred arrangement of the cylinder sleeves of Figure 7 and

Figuur 9 een weergave van cilinderbussen met verende elementen die als vingerveer zijn uitgevoerd.Figure 9 shows a representation of cylinder buses with resilient elements that are designed as finger springs.

Figuur 1 is een langsdoorsnede door een axiale 25 zuigermachine 1 overeenkomstig de uitvinding die zowel als hydromotor of als pomp kan worden gebruikt.Figure 1 is a longitudinal section through an axial piston machine 1 according to the invention that can be used both as a hydromotor or as a pump.

De axiale zuigermachine 1 heeft een behuizing 2 die hier door middel van een onderbroken lijn is aangegeven met daaraan een niet weergegeven zuigaansluiting en een niet 30 weergegeven drukaansluiting. De behuizing 2 bestaat uit meerdere delen en heeft twee deksels 4, 6 waartussen een hulsvormig middengedeelte 8 is ingespannen als begrenzing van een binnenruimte 10. Door de binneruimte 10 loopt een 7 aandrijfas 12 die in de behuizing 2 gelagerd is door middel van een kegellager 14 dat in een uitdraaiing 16 van het deksel 4 is geplaatst en door een kegellager 18 dat in een uitdraaiing 20 van het deksel 6 is aangebracht. Een buiten de 5 behuizing 2 uitstekend vrij eindgedeelte 22 van de aandrijfas 12 kan worden verbonden met een aandrijfmotor die hier niet is weeregegeven. In de binnenruimte 10 zijn tegen de deksels 4, 6, geborgd tegen verdraaiing twee wigvormig schijven 24, 26, elk met een schuin op de hartrichting W van de aandrijfas 10 12 staand steunvlak 28, 30 geplaatst waarvan eventueel de helling kan worden ingesteld. Tegen deze schijven rusten op de aandrijfas 12 gelagerde cilindertrommels 32, 34 die meerdere cilinderbussen 36, 38 hebben in elk waarvan een zuiger 40, 42 steekt die deel uitmaakt van een verzameling 15 zuigers 44, 46. De cilindertrommels 32,34 zijn kantelbaar op de aandrijfas 12 gelegerd zodat als gevolg van een schuine stand gedurende een omwenteling van de aandrijfas 12 een kantelbeweging tot stand komt. Daarbij worden de cilindertrommels 32, 34 in draairichting meegenomen door twee 20 meeneemstiften 52 die in een omtrekswand 48, 50 van de cilindertrommels 32, 34 vallen en die elk gedeeltelijk zijn ingestoken in een dwarsgat 58, 60 dat is aangebracht in een bolvormig gedeelte 54,56 van de lagers van de aandrijfas 12. De cilindertrommels 32, 34 rusten elk met hun bodem 62, 64 25 tegen de respectievelijke steunvlakken 28, 30 waarbij ze tegen de respectievelijke steunvlakken 28, 30 worden aangedrukt door middel van opspanveren 66, 68 die zich respectievelijk bevinden tussen steunringen 70, 72 die kunnen kantelen op de lagergedeelten 54, 56 en tussen borgringen 30 78,80 die zijn aangebracht in rondlopende groeven 74, 76 in de trommelbodems 62, 64. Zoals in figuur 1 is weergegeven zijn de wigvormige schijven 24, 26 symmetrisch ten opzichte van een verticaal lopend symmetrivlak M geplaatst waarbij de 8 steunvlakken 28, 30 elk schuin staan ten opzichte van het symmetrivlak M. Verdere bijzonderheden van de axiale zuigermachine 1 worden aan de hand van de gedetailleerde weergave van de cilindertrommel 34 in figuur 2 nader 5 toegelicht.The axial piston machine 1 has a housing 2 which is indicated here by means of a broken line with a suction connection (not shown) and a pressure connection (not shown) attached thereto. The housing 2 consists of several parts and has two covers 4, 6 between which a sleeve-shaped central part 8 is clamped as a boundary of an inner space 10. A drive shaft 12 runs through the inner space 10 and is mounted in the housing 2 by means of a tapered roller bearing 14 which is placed in a projection 16 of the cover 4 and by a tapered roller bearing 18 which is arranged in a projection 20 of the cover 6. A free end portion 22 of the drive shaft 12 protruding outside the housing 2 can be connected to a drive motor which is not shown here. In the inner space 10 two wedge-shaped discs 24, 26 are secured against the covers 4, 6 against rotation, each having a supporting surface 28, 30 which is inclined to the center direction W of the drive shaft 10 12 and whose inclination may be adjusted. Against these discs, cylinder drums 32, 34 mounted on the drive shaft 12 have a plurality of cylinder sleeves 36, 38 in each of which protrudes a piston 40, 42 which forms part of a collection of pistons 44, 46. The cylinder drums 32, 34 are tiltable on the drive shaft 12 so that, as a result of an inclined position, a tilting movement is effected during one revolution of the drive shaft 12. The cylinder drums 32, 34 are herein taken in the direction of rotation by two carrier pins 52 which fall into a circumferential wall 48, 50 of the cylinder drums 32, 34 and which are each partially inserted into a transverse hole 58, 60 which is arranged in a spherical portion 54, 56 of the bearings of the drive shaft 12. The cylinder drums 32, 34 each rest with their bottom 62, 64 against the respective supporting surfaces 28, 30, while being pressed against the respective supporting surfaces 28, 30 by means of tensioning springs 66, 68 which are located, respectively, between support rings 70, 72 which can tilt on the bearing parts 54, 56 and between locking rings 78.80 which are arranged in circumferential grooves 74, 76 in the drum bottoms 62, 64. As shown in Figure 1, the wedge-shaped discs are 24 26 positioned symmetrically with respect to a vertically running symmetry surface M, the 8 supporting surfaces 28, 30 each being inclined with respect to the symmetry surface M. Further special The properties of the axial piston machine 1 are explained in more detail on the basis of the detailed representation of the cylinder drum 34 in Figure 2.

Zoals in figuur 2 is te zien zijn de zuigers 42 min of meer kegelvormig en vormen ze samen met de zuigers 40 tegenover elkaar liggende eindsegmenten van een duozuiger 82 waarvan een middengedeelte 84 in een draadgat 86 in het 10 radiaal uitstekende aandrijfflens 88 van de aandrijfas 12 is geschroefd. De afstand waarover het middengedeelte 84 kan worden ingeschroefd wordt begrenst door een rondom lopende radiaal uitstekende rand 90 van de duozuiger 82 waarvan de voorkant uiteindelijk aan gaat liggen tegen een vlak 92 van 15 de aandrijfflens 88. De zuigers 42 bestaan elk uit een steel 94 die begint bij het middengedeelte 84 en die smaen met de bolvormige zuigerkop 96 in een cilinderboring 98 van de cilinderbus 38 steekt en dichtend aan ligt tegen een buitenwand 100 van de cilinderbus 38 en die een 20 cilinderruimte 102 afsluit. In elke zuigerkop 96 is aan de voorkant een kelkvormige, naar de cilinderruimte 102 gerichte, open zuigerholte 104 aangebracht die overgaat in een potgat 108 met een binnendraad 106 en die het mogelijk maakt dat er tijdens een compressieslag op de binnenwand 154 25 van de zuigerkop 96 een verhoogde druk gaat werken zodat de zuigerkop 96 zich geometrisch aan gaat passen bij de cilinderbus 38 waarvan de diameter tijdens een compressieslag van de zuigers 40, 42 enig zins toeneemt. Voor het verkleinen van het compressievolume dat wordt gevromd door de 30 cilinderruimte 102 en de zuigerholte 104 en voor het verkleinen van het dode volume kan in de zuigerholte 104 een inzetstuk 110 worden geplaatst dat op z'n plaats wordt gehouden door een doorlopende schroef 112 die in de 9 binnendraad 106 wordt geschroefd. Het inzetstuk 110 heeft een spleet zodat tijdens een compressieslag de zuigerkop 96 radiaal kan uitzetten om aanzienlijke lekkage te verhinderen.As can be seen in Figure 2, the pistons 42 are more or less cone-shaped and together with the pistons 40 form opposite end segments of a dual piston 82, a central portion 84 of which in a threaded hole 86 in the radially projecting drive flange 88 of the drive shaft 12. is screwed. The distance over which the central portion 84 can be screwed in is bounded by a circumferentially extending radially extending edge 90 of the dual piston 82, the front end of which rests against a plane 92 of the drive flange 88. The pistons 42 each consist of a stem 94 which starts at the central portion 84 and which, with the spherical piston head 96, protrudes into a cylinder bore 98 of the cylinder sleeve 38 and abuts against an outer wall 100 of the cylinder sleeve 38 and which closes off a cylinder space 102. In each piston head 96, a cup-shaped, open piston cavity 104 facing the cylinder space 102 is provided at the front, which recesses into a pot hole 108 with an internal thread 106 and which makes it possible for a compression stroke on the inner wall 154 of the piston head 96 an increased pressure starts to work so that the piston head 96 will adjust geometrically to the cylinder sleeve 38, the diameter of which increases somewhat during a compression stroke of the pistons 40, 42. To reduce the compression volume that is filled by the cylinder space 102 and the piston cavity 104 and to reduce the dead volume, an insert 110 can be placed in the piston cavity 104 which is held in place by a continuous screw 112 which is screwed into the 9 internal thread 106. The insert 110 has a gap so that during a compression stroke the piston head 96 can expand radially to prevent significant leakage.

De cilinderbussen 38 worden elk door middel van een 5 verend element 116 via een afdichtgedeelte 114 tegen een bolvormig uitsteeksel 118 van de trommelbodem 64 gedrukt. Het verende element 116 drukt in de buurt van de afdichting 114 tegen de cilinderbus 38 zodat een kantelmoment als gevolg van de glijdende beweging tussen de cilinderbus 38 en het 10 veerelement 116 wordt vermeden of tenminste sterk wordt verkleind. Daardoor wordt effectief verhinderd dat de cilinderbussen 38 van de bolvormige uitsteeksels 118 kantelen en wordt tevens verhinderd dat er lekkage optreed of dat er krassen of andere beschadigingen ontstaan op de wigvormige 15 schijven 26 of op de cilinderhulzen 38. De cilinderbussen 38 bestaan bij de hier besproken uitvoeringsvorm in feite uit een cilinderbuis 120 waarin een zuiger 42 past met aan de voorkant een steunplaat 122 waarop een afdichtzijde 124 van het afdichtgedeelte 114 en aan de kant van de afdichting 20 aanligvlakken 126 voor het verend element 116 zijn aangebracht. In de hier getekende uitvoeringsvorm is het verend element 116 uitgevoerd als een vingerveer 128 die door middel van een ongeveer ringvormige bodemplaat 130 op z'n plaats wordt gehouden tegen een vooroppervlak 132 van het 25 buitengedeelte 50 van de cilindertrommel 34 en die door middel van veerpoten 134, 136 wordt voorgespannen tegen de aanligvlakken 126 van de steunplaat 122. De veerpoten 134 zijn bij een eerste uitvoeringsvorm die in figuur 2 is weergegeven uitgevoerd als een ongeveer L-vormige bladveer en 30 ze lopen vanaf de bodemplaat 130 van de vingerveer 128 ongeveer evenwijdig aan de cilinderbuis 120. In een tweede uitvoeringsvorm die in figuur 2 boven is weergegeven lopen de veerpoten 136 ongeveer golfvormig in de richting van de 10 aanligvlakken 146 en vormen ze een buigveer. De veerpoten 134, 136 drukken steeds tegen de steunplaat 122 via een evenwijdig aan het aanligvlak 126 naar boven afgebogen eindgedeelte 138. In de hier getekende voorbeelduitvoering is 5 de cilinderbuis 120 via een lasverbinding 146 verbonden met de steunplaat 122. Hierbij wordt vooral aanbevolen de cilinderbussen 38 bij de verbinding te voorzien van een afgeschuind vlak 148 om de contactvlakken en daarmee de stroomsterkte bij het weerstandslassen, en vooral bij het 10 condensator-impulslassen zo klein mogelijk te houden. De steunplaat 122 heeft een cirkelvormige uitsparing 150 waarvan de diameter kleiner is dan de diameter van de boring van de cilinderbuis 120 zodat er een radiaal naar binnen lopend schoudergedeelte 152 ontstaat waarmee de cilinderbussen 15 38 via de afdichtkant 124 lekvrij en kantelbaar worden afgesteund tegen de bolvormige uitsteeksels 118. Door de vingerveer 128 wordt de cilinderbussen 38 onder voorspanning tegen de bolvormige uitsteeksels 118 gedrukt zodat kan worden afgezien van extra afdichtingselementen tussen de 20 cilinderbussen 38 en de bolvormige uitsteeksels 118. Als gevolg van het op het binnenste gedeelte van de plaat 152 werkende hydraulische druk wordt de cilinderbus 38 alvast tegen het bolvormig uitsteeksel 118 aangedrukt zodat de vingerveer 128 wordt ondersteund door een kracht die op het 25 ringoppervlak 156 van de schouderplaat 152 werkt waardoor er gebruik kan worden gemaakt van een minder sterke veer. Om een hydraulische verbinding tot stand te brengen tussen de cilinderruimten 102 en een zuig- respectievelijk persaansluiting van de axiale zuigermachine 1 loopt er door elk 30 van de bolvormige uitsteeksels 118 een open doorgang 158 vanaf de cilinderruimte 102 die steeds eindigt in een uitsparing 162 van de trommelbodem 64 zodat, zoals weergegeven, de doorgang 158 als het ware door de 11 trommelbodem 64 wordt verlengd en dan kan worden opgelijnd met stuurnokken van de wigvormige schijf 26 die hier niet zijn weergegeven zodat afhankelijk van de draaistand van de cilindertrommel 34 (binnenste, buitenste dode punt) een 5 verbinding tot stand wordt gebracht met een zuig- of persaansluiting om een hydraulische vloeistof in de cilinderruimte 102 aan te zuigen of onder hoge druk af te voeren naar een verbruiksmachine. De bolvormige uitsteeksels 118 kunnen, zoals weergegeven, zijn uitgevoerd als bolvormige 10 uitsteeksels die één geheel vormen met de trommelbodem 64 of als bolkop elementen die worden geplaatst, of meer in het bijzonder worden geperst, in bijbehorende uitsparingen van de trommelbodem 64. Daarbij is het aan te bevelen dat de steunplaten 122 van de cilinderbussen 38 op enige afstand 15 liggen van een voorvlak 160 van de trommelbodem 64 zodat de cilinderhulzen 38 bij een zijlingse beweging niet tegen het voorvlak 160 aanlopen en van de bolvormige uitsteeksels 118 afgetild worden.The cylinder sleeves 38 are each pressed by means of a resilient element 116 via a sealing portion 114 against a spherical projection 118 of the drum bottom 64. The resilient element 116 presses against the cylinder sleeve 38 in the vicinity of the seal 114 so that a tilting moment as a result of the sliding movement between the cylinder sleeve 38 and the spring element 116 is avoided or at least greatly reduced. This effectively prevents the cylinder bushes 38 from tilting from the spherical protrusions 118 and also prevents leakage from occurring or scratching or other damage occurring on the wedge-shaped discs 26 or on the cylinder sleeves 38. The cylinder bushes 38 exist in the areas discussed here. embodiment of a cylinder tube 120 in which a piston 42 fits, with a support plate 122 on the front, on which a sealing side 124 of the sealing portion 114 and on the side of the seal 20 abutment surfaces 126 for the resilient element 116 are arranged. In the embodiment shown here, the resilient element 116 is embodied as a finger spring 128 which is held in place by means of an approximately annular bottom plate 130 against a front surface 132 of the outer portion 50 of the cylinder drum 34 and which by means of spring legs 134, 136 are biased against the abutment surfaces 126 of the support plate 122. In a first embodiment shown in Figure 2, the spring legs 134 are designed as an approximately L-shaped leaf spring and run approximately parallel from the bottom plate 130 of the finger ring 128. to a cylinder tube 120. In a second embodiment shown in Figure 2 above, the spring struts 136 extend approximately wave-like in the direction of the abutment surfaces 146 and form a bending spring. The spring struts 134, 136 always press against the support plate 122 via an end portion 138 which is bent upwards parallel to the abutment surface 126. In the exemplary embodiment shown here, the cylinder tube 120 is connected to the support plate 122 via a weld connection 146. The cylinder bushes are particularly recommended. 38 at the connection provided with a beveled face 148 so as to keep the contact surfaces and thus the current intensity during resistance welding, and especially during capacitor pulse welding, as small as possible. The support plate 122 has a circular recess 150, the diameter of which is smaller than the diameter of the bore of the cylinder tube 120, so that a radially inwardly extending shoulder portion 152 is formed with which the cylinder sleeves 38 are supported leak-proof and tiltably against the spherical shape via the sealing edge 124. protrusions 118. The finger bushes 128 press the cylinder bushes 38 under bias against the spherical protrusions 118 so that additional sealing elements between the cylinder bushes 38 and the spherical protrusions 118 can be dispensed with. As a result of the effect on the inner part of the plate 152 Due to the hydraulic pressure, the cylinder sleeve 38 is pressed against the spherical protrusion 118 so that the finger spring 128 is supported by a force acting on the ring surface 156 of the shoulder plate 152 so that a less strong spring can be used. In order to establish a hydraulic connection between the cylinder spaces 102 and a suction or press connection of the axial piston machine 1, an open passage 158 runs through each of the spherical projections 118 from the cylinder space 102, which always ends in a recess 162 of the drum bottom 64 so that, as shown, the passage 158 is, as it were, extended through the drum bottom 64 and can then be aligned with control cams of the wedge-shaped disc 26 which are not shown here so that depending on the rotational position of the cylinder drum 34 (inner, outer dead point) a connection is established with a suction or discharge connection to suck in a hydraulic fluid in the cylinder space 102 or to discharge it under high pressure to a consuming machine. The spherical protrusions 118 may, as shown, be embodied as spherical protrusions integral with the drum bottom 64 or as globe head elements that are placed, or more particularly pressed, into associated recesses of the drum bottom 64. recommend that the support plates 122 of the cylinder bushes 38 be at some distance from a front surface 160 of the drum bottom 64 so that the cylinder sleeves 38 do not abut against the front surface 160 in a lateral movement and are lifted off the spherical projections 118.

Zoals uit figuur 3, die een bovenaanzicht laat zien 20 van een cilinderbus 38 uit figuur 2, kan worden afgeleid zijnde steunplaten 122 gedeeltelijk aangepast aan de diameter van de cilinderbuis 120 en hebben ze tenminste 2 steungedeelten 140 die radiaal en diametraal vanaf de cilinderbuis 120 naar buiten lopen en die elk een aanligvlak 25 126 voor tenminste één veerpoot 134, 136 van een verend element 116 vormen (zie figuur 2). Dankzij deze gedeeltelijk aan de diameter van de cilinderbuis 120 aangepaste contour van de steunplaat 122 wordt een zo compact mogelijk plaatsing van de cilinderbussen 38 op de cilindertrommel 62, 30 64 bereikt (zie figuur 1). In de hier weergegeven uitvoering zijn aan de steunplaat 122 drie steungedeelten 140 aangebracht die volgens figuur 2 elk samenwerken met een veerpoot 134, 136 van het als vingerveer 128 uitgevoerde 12 verend element 116 dat is vastgezet tegen de cilindertrommel 64 en voorgespannen is tegen de steungedeelten 140 van de steunplaten 122. Voor het positioneren van de veerpoten 134, 136 op de steunplaat 122 zijn de steungedeelten 140 elk 5 voorzien van een positioneerelement in de vorm van een omhoog gebogen tong 142 die zodanig uit de steungedeelten 140 is weg gebogen dat deze uitsparingen 144 in de eindgedeelten 138 (zie figuur 2 ) van de veerpoten 134, 136 vallen en deze door hun vorm op de aanligvlakken 126 van de steunplaat 122 borgen 10 tegen zijdelings wegglijden. Dankzij de op drie steungedeelten 140 werkende veerpoten 134, 136 van de vingerveer 128 wordt met minimale productie inspanningen een statisch bepaalde afsteuning van de cilinderbus 38 bereikt en daarmee een hoge veiligheid tegen kantelen.As from Figure 3, which shows a top view of a cylinder sleeve 38 from Figure 2, support plates 122 can be derived partially adapted to the diameter of the cylinder tube 120 and have at least 2 support portions 140 that extend radially and diametrically from the cylinder tube 120 to running outside and each forming an abutment surface 126 for at least one spring leg 134, 136 of a resilient element 116 (see Figure 2). Thanks to this contour of the support plate 122, partially adapted to the diameter of the cylinder tube 120, a most compact possible placement of the cylinder sleeves 38 on the cylinder drum 62, 64 is achieved (see figure 1). In the embodiment shown here, three support sections 140 are provided on the support plate 122, each of which, according to Figure 2, cooperates with a spring leg 134, 136 of the resilient element 116 designed as finger spring 128 which is fixed against the cylinder drum 64 and is biased against the support sections 140 of the support plates 122. For positioning the spring legs 134, 136 on the support plate 122, the support sections 140 are each provided with a positioning element in the form of an upwardly bent tongue 142 which is bent away from the support sections 140 such that these recesses 144 fall into the end portions 138 (see Fig. 2) of the spring struts 134, 136 and, by their shape, secure them on the abutment surfaces 126 of the support plate 122 against sliding sideways. Thanks to the spring legs 134, 136 of the finger spring 128 operating on three support sections 140, a statically determined support of the cylinder bush 38 is achieved with minimal production efforts and thus a high safety against tilting.

15 Bij een andere in figuur 4 weergegeven variant van een cilinderhuls 38 valt de cilinderbuis 120 om een pasflens 166 die axiaal uitsteekt vanaf het aanlegvlak 126 van de steunplaat 122 en ligt ze met een voorvlak 168 tegen het aanligvlak 126 van de steunplaat 122 en is ze via een 20 persverbinding daarmee verbonden. Als gevolg van de hydraulische druk die werkt op een ringvormig oppervlak 170 van de inwendige pasflens 166 wordt zoals eerder besproken de cilinderbus alvast tegen het bolvormig uitsteeksel 118 (zie figuur 2) aangedrukt zodat het verend element 116 wordt 25 ondersteund door een kracht die op het ringvormig oppervlak 170 van de pasflens 166 werkt waardoor er met een zwakkere veer gewerkt kan worden.In another variant of a cylinder sleeve 38 shown in Figure 4, the cylinder tube 120 falls around a fitting flange 166 which extends axially from the contact surface 126 of the support plate 122 and rests with a front surface 168 against the abutment surface 126 of the support plate 122 and is connected thereto via a press connection. As a result of the hydraulic pressure acting on an annular surface 170 of the internal fitting flange 166, the cylinder sleeve is already pressed against the spherical projection 118 (see Figure 2) so that the resilient element 116 is supported by a force acting on the annular surface 170 of the fitting flange 166 works so that a weaker spring can be used.

Overeenkomstig figuur 5 waarin een andere uitvoeringsvorm van de cilinderbus 38 met veerelement 116 is 30 te zien, bestaat de veerpoot 171 in deze uitvoeringsvorm uit een ongeveer evenwijdig aan de cilinderbuis 120 lopend recht stuk 174 dat via een schuin naar buiten lopend gedeelte 176 overgaat in een tweede recht gedeelte 178 met een radiaal 13 naar binnen gebogen eindgedeelte 180 dat tegen het aanligvlak 126 van de steunplaat 122 duwt. In figuur 6 is een deel van het aanligvlak 126 van de cilinderbus 38 uit figuur 5 te zien waaruit blijkt dat het eindgedeelte 180 is voorzien van een 5 gat 182 dat is aangepast aan het naar boven staand verbindingsstuk 142 en dat van bovenaf over het verbindingsstuk 142 van het steungedeelte 164 heen wordt geplaatst zodat het steungedeelte 142 door het cirkelvormig afgeronde einddeel 180 heen steekt en de veerpoot 172 op de 10 steunplaat 122 wordt vastgehouden.According to Figure 5, in which another embodiment of the cylinder bush 38 with spring element 116 can be seen, the spring strut 171 in this embodiment consists of a straight piece 174 which runs approximately parallel to the cylinder tube 120 and which, via an obliquely outwardly extending part 176, becomes a second straight portion 178 with a radially 13 inwardly bent end portion 180 which pushes against the abutment surface 126 of the support plate 122. Figure 6 shows a part of the abutment surface 126 of the cylinder sleeve 38 of figure 5, from which it appears that the end portion 180 is provided with a hole 182 which is adapted to the upstanding connecting piece 142 and that from above over the connecting piece 142 is placed away from the support portion 164 so that the support portion 142 extends through the circularly rounded end portion 180 and the spring strut 172 is retained on the support plate 122.

Zoals blijkt uit figuur 7, die een andere uitvoeringsvorm van de cilinderbus 36 met schematisch weergegeven zuiger 40 en cilindertrommel 32 laat zien, worden de steunplaten in deze versie onder voorspanning tegen de 15 bijbehorende bolvormige uitsteeksels 118 gedrukt door middel van schroefveren 184 die zich bevinden tussen een aanligvlak 126 van de steunplaat 122 en een daartegenover liggend evenwijdig lopend steunvlak 186 van een contraplaat 188 die door middel van schroeven 164 is verbonden met het 20 omtreksgedeelte 48 van de cilindertrommel 32. De contraplaat 188 is uitgevoerd als lagerplaat met bevestigingspunten 190 die in de richting van de steunplaat 122 naar buiten zijn gebogen voor het positioneren van de schroefveren 184 op de steunvlakken 186. De buitenomtrek van de lagerplaat 188 is in 25 principe aangepast aan de omtrek van de steunplaat 122 zodat aangrenzende cilinderbussen 36 zo dicht mogelijk bij elkaar kan worden geplaatst.As can be seen from Figure 7, which shows another embodiment of the cylinder sleeve 36 with a schematically shown piston 40 and cylinder drum 32, the support plates in this version are pressed under pretension against the associated spherical protrusions 118 by means of coil springs 184 located between an abutment surface 126 of the support plate 122 and an oppositely parallel supporting surface 186 of a counter plate 188 which is connected by screws 164 to the circumferential portion 48 of the cylinder drum 32. The counter plate 188 is designed as a bearing plate with mounting points 190 which are in the are bent outwards in the direction of the support plate 122 for positioning the coil springs 184 on the support surfaces 186. The outer circumference of the bearing plate 188 is in principle adapted to the circumference of the support plate 122 so that adjacent cylinder bushes 36 can be brought as close together as possible. placed.

Zoals uit figuur 8, waarin een voorkeursopstelling van de cilinderbussen 36, 38 is te zien, blijkt is de 30 buitenomtrek van tenminste een voorkant 192 van de steunplaat 122 gedeeltelijk aangepast aan de buitenomtrek van de aangrenzende voorkant 194 van de steunplaat 122 zodat de cilinderbussen 36, 38 op de niet weergegeven trommelbodems 14 62, 64 van de cilindertrommels 32, 34 zo dicht mogelijk bij elkaar kan worden geplaatst.As can be seen from Figure 8, in which a preferred arrangement of the cylinder sleeves 36, 38 is shown, the outer circumference of at least one front side 192 of the support plate 122 is partially adapted to the outer circumference of the adjacent front side 194 of the support plate 122 so that the cylinder sleeves 36 38 on the drum bottoms 14 62, 64 of the cylinder drums 32, 34 (not shown) can be placed as close together as possible.

In figuur 9 is een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding weergegeven met cilinderbussen 36, 38 en een als 5 vingerveer 196 uitgevoerd verend element 116 dat op de cilindertrommels 32, 34 wordt gefixeerd (zie figuur 1) en dat steeds onder voorspanning met veerpoten 198, 200 tegen het aanligvlak 126 van een steunplaat 122 duwt. Een dergelijke vingerveer 196 bestaat in principe uit een ringvormige basis 10 202 met, aangepast aan de diameter van de cilinderbuis 120, radiaal naar buiten lopende en in de richting van de steunplaat 122 omgebogen veerpoten 198 van waaruit in de buurt van de basis 202 steeds een tweede veerpoot 200 is omgebogen die tegen een in de buurt liggende steunplaat 122 15 duwt zodat er steeds twee veerpoten 198, 200 diagonaal tegenover elkaar in verbinding staan met de steunplaat 122.Figure 9 shows another embodiment of the invention with cylinder bushes 36, 38 and a resilient element 116 designed as a finger spring 196, which is fixed on the cylinder drums 32, 34 (see Figure 1) and which is always biased with spring legs 198, 200 pushes against the abutment surface 126 of a support plate 122. Such a finger spring 196 consists in principle of an annular base 202 with, depending on the diameter of the cylinder tube 120, radially outwardly extending springs bent in the direction of the support plate 122, from which in the vicinity of the base 202 there is always a the second spring leg 200 is bent over which pushes against a supporting plate 122 located in the vicinity so that there are always two spring legs 198, 200 diagonally opposite each other in connection with the supporting plate 122.

De veerpoten 198 volgen gedeeltelijk de buitencontouren van de cilinderbuis 120 en zijn zodanig gebogen dat ze onder een scherpe hoek op een voorkant 204 van het aanligvlak 126 van 20 de steunplaat 122 staan. De van deze eerste veerpoten 198 afgebogen veerpoten 200 zijn in deze versie boogvormig gekromd en staan via een eindgedeelte 206 in verbinding met de steunplaat 122. In de hier weergegeven uitvoeringsvorm hebben de steunplaten 122 zijvlakken 210 die steeds 25 evenwijdig lopen aan de zijvlakken 208 van aangrenzende steunplaten 122 en van in omtreksrichting evenwijdig aan elkaar lopende gebogen eindvlakken 212, 214 zodat de cilinderbussen 36, 38 zo dicht mogelijk bij elkaar kunnen worden geplaatst. Een dergelijke vingerveer 196 kan zeer 30 efficiënt als enkelvoudig gebogen plaatdeel worden vervaardigd.The struts 198 partially follow the outer contours of the cylinder tube 120 and are bent such that they stand at an acute angle on a front surface 204 of the abutment surface 126 of the support plate 122. The spring struts 200 deflected from these first spring legs 198 are curved in this version and are connected via an end portion 206 to the support plate 122. In the embodiment shown here, the support plates 122 have side faces 210 which are always parallel to the side faces 208 of adjacent support plates 122 and curved end faces 212, 214 parallel to each other in circumferential direction so that the cylinder bushes 36, 38 can be placed as close as possible to each other. Such a finger spring 196 can be produced very efficiently as a single-curved plate part.

Er is hier een axiale zuigermachine 1 beschreven met tenminste een wigvormig schijf 24, 26 waartegen een 15 cilindertrommel 32, 34 is afgesteund met daarop meerdere cilinderbussen 36, 38 die over een vlakke trommelbodem kunnen glijden of die kunnen kantelen op bolvormige uitsteeksels 118 die zijn aangebracht op een voorvlak 160 van een trommelbodem 5 62, 64 van een cilindertrommel 32, 34 waarbij er in de cilinderbussen zuigers 40,42 zijn aangebracht die in verbinding staan met een aandrijfas 12, waarbij elke cilinderbus 36, 38 via een afdichtingsgedeelte 114 door tenminste een verend element 116 onder voorspanning tegen een 10 bijbehorend bolvormig uitsteeksel 118 van de trommelbodem 62, 64 wordt gerukt. Overeenkomstig de uitvinding duwt het verend element 116 in de buurt van het afdichtingsgedeelte 114 tegen de cilinderbussen 36, 38.An axial piston machine 1 has been described here with at least one wedge-shaped disc 24, 26 against which a cylinder drum 32, 34 is supported with a plurality of cylinder sleeves 36, 38 which can slide over a flat drum bottom or which can tilt on spherical projections 118 arranged on a front surface 160 of a drum bottom 62, 64 of a cylinder drum 32, 34 with pistons 40, 42 being arranged in the cylinder bushes which are connected to a drive shaft 12, each cylinder bush 36, 38 passing through a sealing portion 114 through at least one resilient element 116 is biased against an associated spherical protrusion 118 of the drum bottom 62, 64. According to the invention, the resilient element 116 pushes against the cylinder bushes 36, 38 in the vicinity of the sealing portion 114.

10342181034218

Claims (16)

1. Een axiale zuigermachine met tenminste één wigvormige schijf 24, 26 als ondersteuning van een cilindertrommel 32, 34 met meerdere cilinderbussen 36, 38 die rusten op een voorvlak 160 van een trommelbodem 62, 64 van 5 een cilindertrommel 32, 34 en waarin zuigers 40, 42 bewegen die in verbinding staan met een aandrijfas 12 waarbij de cilinderbussen 36, 38 via een afdichtgedeelte 114 onder voorspanning tegen de trommelbodem 62, 64 worden gedrukt door middel van tenminste een verend element 116, daardoor 10 gekenmerkt dat het verend element 116 in de buurt van het afdichtgedeelte 114 tegen de cilinderbus 36, 38 drukt.An axial piston machine with at least one wedge-shaped disc 24, 26 supporting a cylinder drum 32, 34 with a plurality of cylinder sleeves 36, 38 resting on a front surface 160 of a drum bottom 62, 64 of a cylinder drum 32, 34 and in which pistons 40 42, which are connected to a drive shaft 12, wherein the cylinder sleeves 36, 38 are pressed against the drum bottom 62, 64 via a sealing section 114 by means of at least one resilient element 116, characterized in that the resilient element 116 in the presses against the cylinder sleeve 36, 38 in the vicinity of the sealing portion 114. 2. De axiale zuigermachine volgens conclusie 1 waarbij de cilinderbussen 36, 38 verschuifbaar of kantelbaar op bolvormige verhogingen 118 op de trommelbodem 62,64 zijn 15 afgesteund.2. The axial piston machine according to claim 1, wherein the cylinder sleeves 36, 38 are slidably or tiltably supported on spherical elevations 118 on the drum bottom 62,64. 3. De axiale zuigermachine volgens conclusie 1 of 2 waarbij de cilinderbussen 36, 38 bestaan uit een cilindervormige buiswand 120 waarin een zuiger 40, 42 heen een weer kan bewegen en een aan de onderkant aangebrachte 20 steunplaat 122 waarop een afdichtkant 124 of afdichtvlak van het afdichtgedeelte 114 is gevormd en die aan de kant van het afdichtgedeelte tenminste een aanligvlak 126 voor het verend element 116 heeft.3. The axial piston machine according to claim 1 or 2, wherein the cylinder sleeves 36, 38 consist of a cylindrical tube wall 120 in which a piston 40, 42 can move again and a support plate 122 arranged on the underside on which a sealing edge 124 or sealing surface of the sealing portion 114 is formed and which on the sealing portion side has at least one abutment surface 126 for the resilient element 116. 4. De axiale zuigermachine volgens conclusie 3 25 waarbij de steunplaten 122 gedeeltelijk zijn aangepast aan de diameter van de cilindervormige buiswand 120 en tenminste twee diametraal tegenover elkaar gelegen en vanaf de buisvormige cilinderwand 120 naar buiten uitstaande steungedeelten 140 hebben die elk een aanligvlak 126 vormen 30 voor tenminste een verend element 116 of voor een veerpoot 134, 136, 172, 198, 200 van een verend element 116. 10342184. The axial piston machine as claimed in claim 3, wherein the supporting plates 122 are partially adapted to the diameter of the cylindrical tube wall 120 and have at least two diametrically opposed supporting parts 140 projecting outwardly from the tubular cylinder wall 120, each of which forms an abutment surface 126. for at least one resilient element 116 or for a spring leg 134, 136, 172, 198, 200 of a resilient element 116. 1034218 5. De axiale zuigermachine volgens conclusie 4 waarbij de steunplaten 122 elk drie steungedeelten 140 hebben die elk in verbinding staan met een verend element 116 of met een veerpoot 134, 136, 172, 198, 200 van en verend element 5 116.The axial piston machine according to claim 4, wherein the support plates 122 each have three support sections 140, each of which is connected to a resilient element 116 or to a spring leg 134, 136, 172, 198, 200 of a resilient element 116. 6. De axiale zuigermachine volgens conclusie 4 of 5 waarbij de steungedeelten 140 tenminste één positioneerelement 142 en meer in het bijzonder een vanaf het steungedeelte 140 naar boven gebogen verbindingselement 10 hebben voor het positioneren van het verend element 116 of van een veerpoot 134, 136, 172, 198, 200 van een veerelement 166 op de steunplaat 122.The axial piston machine according to claim 4 or 5, wherein the support portions 140 have at least one positioning element 142 and more particularly a connecting element 10 bent upwards from the support portion 140 for positioning the resilient element 116 or a spring strut 134, 136, 172, 198, 200 of a spring element 166 on the support plate 122. 7. De axiale zuigermachine volgens conclusies 3 tot en met 6 waarbij de buitenomtrek van tenminste een voorkant 15 192 van een steunplaat 122 is aangepast aan de buitenomtrek van een aangrenzende voorkant 194 van een steunplaat 122.The axial piston machine according to claims 3 to 6, wherein the outer circumference of at least one front side 192 of a support plate 122 is adapted to the outer circumference of an adjacent front side 194 of a support plate 122. 8. De axiale zuigermachine volgens één van de conclusies 3 tot en met 7 waarbij de steunplaat 122 een cirkelvormige uitsparing 150 heeft waarvan de diameter 20 kleiner is dan de binnendiameter van de buisvormige cilinderwand 120 zodat een radiaal naar binnen gelegen vlak 152 ontstaat waarmee de cilinderbus 36, 38 onder voorspanning tegen de bolvormige verhoging 118 op de trommelbodem 62, 64 rust.The axial piston machine according to any of claims 3 to 7, wherein the support plate 122 has a circular recess 150, the diameter of which is smaller than the inside diameter of the tubular cylinder wall 120, so that a radially inwardly facing surface 152 is formed with which the cylinder sleeve 36, 38 rest against the spherical elevation 118 on the drum bottom 62, 64 under bias. 9. De axiale zuigermachine volgens één van de conclusies 3 tot en met 8 waarbij de steunplaat 122 zodanig met de cilindervormige buiswand 120 is verbonden dat er geen lekkage optreed, dat er een kracht kan worden overgebracht en/of dat de vorm geheel aansluit of waarbij ze één geheel 30 vormt met de cilindervormige buiswand.The axial piston machine according to any of claims 3 to 8, wherein the support plate 122 is connected to the cylindrical tube wall 120 in such a way that no leakage occurs, that a force can be transmitted and / or that the mold fits completely or wherein it forms one whole with the cylindrical tube wall. 10. De axiale zuigermachine volgens conclusie 9 waarbij de cilindervormige buiswand 120 door middel van een lasverbinding 146 is verbonden met de steunplaat 122.The axial piston machine of claim 9 wherein the cylindrical tubular wall 120 is connected to the support plate 122 by a weld connection 146. 11. De axiale zuigermachine volgens conclusie 9 waarbij de cilindervormige buiswand 120 tenminste gedeeltelijk over een pasflens 166 van de steunplaat 122 heen valt en via een persverbinding is verbonden.The axial piston machine according to claim 9, wherein the cylindrical tube wall 120 at least partially falls over a fitting flange 166 of the support plate 122 and is connected via a press connection. 12. De axiale zuigermachine volgens één van de conclusies 3 tot en met 11 waarbij het verend element 166 is uitgevoerd als vingerveer 128, 196 die tegen de cilindertrommel 32, 34 wordt gefixeerd en waarvan steeds een veervinger of veerpoot 134, 136, 172, 198, 200 onder 10 voorspanning tegen een steungedeelte 140 van de steunplaat 122 drukt.The axial piston machine according to one of claims 3 to 11, wherein the resilient element 166 is designed as a finger spring 128, 196 which is fixed against the cylinder drum 32, 34 and of which each time a spring finger or spring strut 134, 136, 172, 198 200 presses against bias against a support portion 140 of the support plate 122. 13. De axiale zuigermachine volgens conclusie 12 waarbij de vingerveer 196 bestaat uit een in principe ringvormige grondplaat 202 en uit vandaar af naar buiten 15 lopende veervingers of poten 198 die zijn aangepast aan de diameter van de buisvormige cilinderwand 120 en die zijn omgebogen in de richting van de steunplaat 122 en van waaraf in de buurt van de grondplaat 202 een tweede veervinger of poot 200 is afgebogen die ook tegen een in de buurt liggende 20 steunplaat 122 drukt zodat er steeds twee veervingers of poten 198, 200 samenwerken met één steunplaat 122.13. The axial piston machine according to claim 12, wherein the finger spring 196 consists of a basically annular base plate 202 and spring fingers or legs 198 extending therefrom which are adapted to the diameter of the tubular cylinder wall 120 and which are bent in the direction from the support plate 122 and from which a second spring finger or leg 200 is deflected in the vicinity of the base plate 202 which also presses against a nearby support plate 122 so that two spring fingers or legs 198, 200 always cooperate with one support plate 122. 14. De axiale zuigermachine volgens één van de conclusies 1 tot en met 11 waarbij de steunplaten 122 tegen de bijbehorende bolvormige verhoging 118 onder voorspanning 25 worden aangedrukt door middel van een spanveer en bij voorkeur een schroefveer 184 die zich bevindt tussen het aanligvlak 126 van de steunplaat 122 en een daar tegenover contraplaat 188 die is gefixeerd op de cilindertrommel 32, 34.The axial piston machine according to any of claims 1 to 11 wherein the support plates 122 are pressed against the associated spherical elevation 118 under bias 25 by means of a tension spring and preferably a coil spring 184 located between the abutment surface 126 of the support plate 122 and an opposed counter plate 188 fixed on the cylinder drum 32, 34. 15. De axiale zuigermachine volgens conclusie 14 waarbij de contraplaat 188 is uitgevoerd als lagerplaat die voor het positioneren van de spanveren 122 is voorzien van positioneerelementen 190 bij voorkeur in de vorm vanuit het plaatvlak gebogen verbindingselementen.The axial piston machine according to claim 14, wherein the counter plate 188 is designed as a bearing plate which is provided with positioning elements 190 for positioning the tension springs 122, preferably in the form of connecting elements bent from the plate surface. 16. De axiale zuigermachine volgens één van de conclusies 3 tot en met 15 waarbij de steunplaten 122 zich op 5 enige afstand bevinden van het voorvlak 160 van de trommelbodem 62, 64. 1034218The axial piston machine according to any of claims 3 to 15, wherein the support plates 122 are at some distance from the front surface 160 of the drum bottom 62, 64. 1034218
NL1034218A 2006-09-26 2007-07-31 AXIAL PISTON MACHINE. NL1034218C (en)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE200610045444 DE102006045444A1 (en) 2006-09-26 2006-09-26 Axial piston engine comprises a spring element interacting with cylinder sleeves in the region of a sealing section
DE102006045444 2006-09-26

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL1034218A1 NL1034218A1 (en) 2008-03-27
NL1034218C true NL1034218C (en) 2010-03-16

Family

ID=39134150

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1034218A NL1034218C (en) 2006-09-26 2007-07-31 AXIAL PISTON MACHINE.

Country Status (2)

Country Link
DE (1) DE102006045444A1 (en)
NL (1) NL1034218C (en)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE102010052067A1 (en) * 2010-11-19 2012-05-24 Robert Bosch Gmbh Hydraulic piston machine
DE102012222172A1 (en) * 2012-12-04 2014-06-05 Robert Bosch Gmbh Axial piston machine with conical piston

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20060120881A1 (en) * 2002-12-18 2006-06-08 Bosch Rexroth Ag Axial piston engine
WO2006083163A1 (en) * 2004-12-06 2006-08-10 Innas Bv Hydraulic device
WO2007059866A1 (en) * 2005-11-25 2007-05-31 Bosch Rexroth Ag Axial piston machine

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20060120881A1 (en) * 2002-12-18 2006-06-08 Bosch Rexroth Ag Axial piston engine
WO2006083163A1 (en) * 2004-12-06 2006-08-10 Innas Bv Hydraulic device
WO2007059866A1 (en) * 2005-11-25 2007-05-31 Bosch Rexroth Ag Axial piston machine

Also Published As

Publication number Publication date
DE102006045444A1 (en) 2008-04-03
NL1034218A1 (en) 2008-03-27

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US20070277763A1 (en) Cam Roller Pin With Transverse Grooves
US5967923A (en) Tensioner for belts and chains
NL1034218C (en) AXIAL PISTON MACHINE.
CN107709711B (en) Roller tappet for piston pump, and piston pump
KR20080071117A (en) Piston comprising a circumferential radial recess located below an annular groove
US20030180159A1 (en) Piston pump
CN104358664A (en) Non-axial force biserial radial piston pump distributing oil on end surface
JPH08501856A (en) Axial piston device
CN104395598A (en) Plunger
US20090199705A1 (en) Axial piston machine and control plate for an axial piston machine
US4952121A (en) Radial piston pump with means preventing ovalization of piston chamber
US20140255227A1 (en) Plunger assembly for a high-pressure fuel pump, and high-pressure fuel pump
US20180142553A1 (en) Hydraulic axial piston unit with central fixed hold down device
EP0746682B1 (en) Hydraulic axial piston machine
US7661937B2 (en) Axial piston machine and a control plate for an axial piston engine
EP3685920A1 (en) Bi-directional cone crusher
US8382449B2 (en) Fluid machine with radial cylinders
CN104279014B (en) New anti-rotation roller lifts tappet
CN104389754A (en) Hydraulic compensated radial plunger pump adopting manner of valve plate flow distribution
JP6185985B2 (en) Load reduction
US7845916B2 (en) Axial piston machine in swashplate construction
CN110998090B (en) Camshaft for a pump, in particular a high-pressure fuel pump, and pump having a camshaft
EP2660458B1 (en) High-pressure pump
JP2005201175A (en) Variable displacement swash plate type hydraulic rotating machine
WO2023120269A1 (en) Valve seat unit

Legal Events

Date Code Title Description
AD1A A request for search or an international type search has been filed
RD2N Patents in respect of which a decision has been taken or a report has been made (novelty report)

Effective date: 20100113

V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20140201