NL1032222C2 - Bevestigingsplug voor het bevestigen van een draageenheid voor elektrisch installatiemateriaal aan een kabelgoot. - Google Patents
Bevestigingsplug voor het bevestigen van een draageenheid voor elektrisch installatiemateriaal aan een kabelgoot. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1032222C2 NL1032222C2 NL1032222A NL1032222A NL1032222C2 NL 1032222 C2 NL1032222 C2 NL 1032222C2 NL 1032222 A NL1032222 A NL 1032222A NL 1032222 A NL1032222 A NL 1032222A NL 1032222 C2 NL1032222 C2 NL 1032222C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- legs
- head
- sides
- opening
- plug
- Prior art date
Links
- 238000010616 electrical installation Methods 0.000 title claims abstract description 6
- 230000007423 decrease Effects 0.000 claims description 4
- 230000003247 decreasing effect Effects 0.000 claims 1
- 238000010276 construction Methods 0.000 description 2
- 230000037431 insertion Effects 0.000 description 2
- 238000003780 insertion Methods 0.000 description 2
- 230000002349 favourable effect Effects 0.000 description 1
- 230000002787 reinforcement Effects 0.000 description 1
- 230000007704 transition Effects 0.000 description 1
Classifications
-
- H—ELECTRICITY
- H02—GENERATION; CONVERSION OR DISTRIBUTION OF ELECTRIC POWER
- H02G—INSTALLATION OF ELECTRIC CABLES OR LINES, OR OF COMBINED OPTICAL AND ELECTRIC CABLES OR LINES
- H02G3/00—Installations of electric cables or lines or protective tubing therefor in or on buildings, equivalent structures or vehicles
- H02G3/02—Details
- H02G3/08—Distribution boxes; Connection or junction boxes
- H02G3/10—Distribution boxes; Connection or junction boxes for surface mounting on a wall
- H02G3/105—Distribution boxes; Connection or junction boxes for surface mounting on a wall in association with a plinth, channel, raceway or similar
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16B—DEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
- F16B19/00—Bolts without screw-thread; Pins, including deformable elements; Rivets
- F16B19/04—Rivets; Spigots or the like fastened by riveting
- F16B19/08—Hollow rivets; Multi-part rivets
- F16B19/10—Hollow rivets; Multi-part rivets fastened by expanding mechanically
- F16B19/1027—Multi-part rivets
- F16B19/1036—Blind rivets
- F16B19/1081—Blind rivets fastened by a drive-pin
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16B—DEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
- F16B21/00—Means for preventing relative axial movement of a pin, spigot, shaft or the like and a member surrounding it; Stud-and-socket releasable fastenings
- F16B21/06—Releasable fastening devices with snap-action
- F16B21/08—Releasable fastening devices with snap-action in which the stud, pin, or spigot has a resilient part
- F16B21/086—Releasable fastening devices with snap-action in which the stud, pin, or spigot has a resilient part the shank of the stud, pin or spigot having elevations, ribs, fins or prongs intended for deformation or tilting predominantly in a direction perpendicular to the direction of insertion
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- General Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Architecture (AREA)
- Civil Engineering (AREA)
- Structural Engineering (AREA)
- Installation Of Indoor Wiring (AREA)
- Details Of Connecting Devices For Male And Female Coupling (AREA)
- Clamps And Clips (AREA)
- Details Of Indoor Wiring (AREA)
- Insertion, Bundling And Securing Of Wires For Electric Apparatuses (AREA)
Description
t
Korte aanduiding: Bevestigingsplug voor het bevestigen van een draageenheid voor elektrisch installatiemateriaal aan een kabelgoot.
De uitvinding heeft betrekking op een bevestigingsplug voor het 5 bevestigen van een draageenheid voor elektrisch installatiemateriaal aan een kabelgoot volgens de aanhef van conclusie 1. Een dergelijke plug is bekend uit US-A-3 939 752.
Uit de praktijk zijn verschillende andere uitvoeringen van bevestigingselementen van de bovengenoemde soort bekend. Deze bekende 10 pluggen hebben een ronde kop.
Een eerste, uit de praktijk bekende plug heeft twee verende benen waarvan de het verst van de kop gelegen uiteinden met elkaar verbonden zijn. Tussen de benen is een plat hulpbeen gevormd dat net als de andere benen van de kop uitgaat. Het hulpbeen dient voor het 15 opvangen van krachten die in een vlak dwars op een vlak door de benen op het steelgedeelte van de plug uitgeoefend worden. Het hulpbeen strekt zich in het vlak dat dwars op het vlak door de benen gaat uit over een afstand die bijna even groot is als de diameter van een ronde opening van de kabelgoot waar de plug ingestoken wordt.
20 Hierdoor zorgt het hulpbeen voor versteviging van de plug en voor een tamelijk nauwe passing in de ronde opening.
Een tweede, uit de praktijk bekende plug heeft een in hoofdzaak plat, langwerpig lijf dat van de kop uitgaat. Van het vrije uiteinde van het lijf gaan aan weerszijden van het lijf twee benen uit die 25 zich met toenemende onderlinge afstand naar en tot enige afstand van de kop uitstrekken.
De uit de praktijk bekende pluggen hebben als bezwaar dat zij alleen voor ronde openingen gebruikt kunnen worden. Na het insteken kan een dergelijke plug namelijk ongewild, zoals door trillingen, om 30 een hartlijn ervan draaien. In dat geval en wanneer de plug in een langwerpige opening gestoken zou zijn is het mogelijk dat de weerhaakelementen van de benen vrij van het materiaal rond de opening komen, waardoor de plug ongewild uit de opening kan vallen.
1032222 - 2 -
Een ander bezwaar van de bekende pluggen is dat zij een tamelijk zwakke constructie hebben.
Een doel van de uitvinding is om de bovengenoemde bezwaren van de bekende techniek op te heffen.
5 Volgens de uitvinding wordt het genoemde doel in de eerste plaats bereikt door het verschaffen van een plug volgens conclusie 1. Hierdoor wordt bereikt dat wanneer de plug in een langwerpige opening gestoken is het niet ongewild kan draaien, zodat het uit de opening vallen van de plug verhinderd wordt, waarbij de plug gemakkelijk in 10 een opening van een wand gestoken kan worden.
Bij voorkeur heeft de plug een uitvoering volgens conclusie 4. Hierdoor verkrijgt de plug een grotere sterkte en wordt ongewild afbreken van de benen geminimaliseerd.
De uitvinding wordt hierna verder toegelicht met verwijzing naar 15 een voorkeursuitvoeringsvorm zoals getoond in de bijgevoegde tekening. In de tekening:
Fig. 1 toont een vooraanzicht van een eerste bekend samenstel van een door middel van bevestigingspluggen aan een kabelgoot bevestigde draageenheid; 20 Fig. 2 toont in perspectief een bekende bevestigingsplug van het samenstel van fig. 1;
Fig. 3 toont een vooraanzicht van een tweede bekend samenstel van een zonder gebruik van bevestigingspluggen aan een kabelgoot bevestigde draageenheid; 25 Fig. 4 toont in perspectief een aanzicht van een uitvoeringsvorm van een bevestigingsplug volgens de uitvinding;
Fig. 5 toont in een ander perspectief de in fig. 4 getoonde plug;
Fig. 6 toont een doorsnede door een gedeelte van een samenstel 30 als dat van fig. 3 waarin een plug als getoond in fig. 5 toegepast is;
Fig. 7 toont een doorsnede volgens de lijn VII-VII van fig. 6;
Fig. 8 toont een doorsnede volgens de lijn VIII-VIII van fig. 6; en 35 Fig. 9 toont een bovenzicht van een gedeelte van het in fig. 6 getoonde samenstel.
Het in fig. 1 getoonde eerste bekende samenstel omvat een kabelgoot 1, een in hoofdzaak plaatvormige draageenheid 2 en een « - 3 - elektrische contactdoos 3. De contactdoos 3 is een voorbeeld van elektrisch installatiemateriaal. De kabelgoot 1 heeft in tenminste een wand ervan openingen 4. De draageenheid 2 heeft een gedeelte 5 dat tegen een wand van de goot met openingen 4 is geplaatst. Het 5 aanleggedeelte 5 van de draageenheid 2 heeft openingen 6 (fig. 3) die tegenover openingen 4 van de goot 1 geplaatst zijn. Door elk paar tegenover elkaar liggende openingen 4, 6 is een bekende plug 7 gestoken.
Fig. 2 toont een voorbeeld van de bekende plug 7. De plug 7 10 heeft een kop 8 en een van de kop uitgaand steelgedeelte dat verende benen 9 omvat. De uiteinden van de benen 9 zijn op afstand van de kop 8 verenigd. Tussen de verende benen 9 heeft het steelgedeelte een hulpbeen 10, dat voor stevigheid en een verbeterde passing in een opening 4 dient. De benen 9 hebben een vorm die weerhaakelementen 15 vormen die na het passeren van een opening 4, gezien in de insteekrichting van de plug 7, achter de wand van de goot 1 over een randgebied van de opening 4 reiken en die een uit de openingen 4 trekken van de ingestoken plug 7 verhinderen.
De openingen 4 van de kabelgoot 1 van fig. 1 zijn rond. Dat 20 betekent dat wanneer voor een langwerpige opening een voor een ronde opening 4 geschikte plug 7 gebruikt zou worden de plug 7 uit de langwerpige opening kan vallen.
In het tweede bekende samenstel volgens fig. 3 is ten opzichte van het in fig. 1 getoonde eerste bekende samenstel de kabelgoot 1 25 met ronde openingen 4 vervangen door een kabelgoot 11 met langwerpige openingen 12. Omdat de draageenheid 2 niet door middel van pluggen 7 aan de kabelgoot 11 bevestigd kan worden wordt de draageenheid 2 aan de kabelgoot 11 geklemd door middel van een verende tong 13 van het aanleggedeelte 5 van de draageenheid 2, die door een langwerpige 30 opening 12 is gestoken, en een tegen de binnenzijde van de wand van de kabelgoot 11 steunende flap (niet getoond) van het aanleggedeelte 5 van de draageenheid 2. Deze constructie vereist het gebruik van een draageenheid 2 met een dergelijke tong 13, wat de kosten van een draageenheid 2 verhoogt.
35 De in de fig. 4 tot en met 8 getoonde uitvoeringsvorm van een plug 20 volgens de uitvinding omvat tenminste een kop 22 en twee van de kop 22 uitgaande benen 24. De kop 22 kan elke vorm hebben die verhindert dat de kop 22 door een langwerpige opening 12 van de - 4 - kabelgoot 11 kan gaan. De in de fig. 4 tot en met 9 getoonde kop 22 is langwerpig. De benen 24 zijn in hoofdzaak plat. De benen 24 zijn zodanig tegenover elkaar aangebracht dat hun hoofdvlakken zich in de lengterichting van de kop 22 uitstrekken. Een afstand 28 tussen van 5 elkaar afgekeerde hoofdvlakken van de basisgedeelten 26 van de benen 24 is kleiner dan een kleinste afmeting 30 (fig. 9) van een langwerpige opening 12 van de kabelgoot 11. Een afmeting 32 van de basisgedeelten 26, gezien in de lengterichting van de langwerpige kop 22, is groter dan de kleinste afmeting 30 van de langwerpige opening 10 12 maar kleiner dan een grootste afmeting 34 van de langwerpige opening 12. De basisgedeelten 26 van de benen hebben, gemeten loodrecht op een hoofdvlak van de kop 22, een hoogte 36, die groter is dan een dikte van de wand rond de opening 12 van de kabelgoot 11 plus de dikte van de opening 6 van het aanleggedeelte 5 van de 15 draageenheid 2.
In de fig. 7 tot en met 9 is een opening van het aanleggedeelte 5 van de draageenheid 2 voor het daar doorsteken van een plug 20 getoond als een langwerpige opening 38 met iets grotere afmetingen dan een omtrek rond de basisgedeelten 26 van de benen 24. Of een 20 opening voor het daar doorsteken van een plug 20 langwerpig moet zijn is afhankelijk van het al of niet voor beide typen kabelgoten 1 en 11 willen kunnen gebruiken van de plug 20 en dus van de afmetingen van de ronde openingen 4 en van de langwerpige openingen 12 daarvan.
De benen 24 zijn vanaf de basisgedeelten 26 en eventueel vanaf 25 de kop 22 naar de randen 40 van de benen 24 die zich het verst van de kop 22 bevinden niet planparallel. Hierdoor zijn de benen 24 in een vlak evenwijdig aan een hoofdvlak van de kop 22 niet evenwijdig.
Bij de overgangen van de basisgedeelten 26 naar de rest van de benen 24 zijn de van elkaar afgekeerde zijden van de benen 24 van 30 elkaar versprongen, zodat zij verbredingen 41 met aanslagvlakken 42 bepalen die naar de kop 22 gekeerd zijn en die evenwijdig aan een hoofdvlak van de kop 22 zijn. De aanslagvlakken 42 hebben evenwijdig aan een hoofdvlak van de kop 22 een afmeting die in een locatie 44 met een grootste afstand tussen de benen 24 groter is dan de kleinste 35 afmeting 30 van de opening 12 van de kabelgoot 11. In een locatie 46 met een kleinste afstand tussen de benen 24 is de genoemde afmeting van de aanslagvlakken 42 kleiner dan de kleinste afmeting 30 van de opening 12. Van de locatie 44 naar de locatie 46 neemt de genoemde - 5 - afmeting van de aanslagvlakken 42 geleidelijk af. Hierdoor, en doordat het materiaal van het steelgedeelte van de plug 20 geschikt elastisch is, bepalen de verbredingen met de aanslagvlakken 42 van de benen 24 weerhaakelementen.
5 Vanaf de lange eindranden van de aanslagvlakken 42 naar de eindranden 40 van de benen 24 neemt een afstand tussen de van elkaar afgekeerde zijden van de benen geleidelijk af naar een afmeting die tenminste recht boven de locatie 46 (gezien vanaf de kop 22) kleiner is dan de kleinste afmeting 30 van de opening 12 van de kabelgoot 11. 10 Vanaf een uiteinde van de rand 40 van elk been 24 in een locatie 48 met een grootste afstand 50 tussen de van elkaar afgekeerde zijden van de benen 24 naar een locatie 52 bij het andere uiteinde van de rand 40 met een kleinste afstand 54 tussen de van elkaar afgekeerde zijden van de benen 24 neemt een afstand (de hoogte) tot de kop 22 15 toe.
Doordat het steelgedeelte van de plug 20 evenwijdig aan een hoofdvlak van de kop 22 een langwerpige basisdoorsnede met de hiervoor toegelichte afmetingen heeft wordt verhinderd dat de plug 20 in een langwerpige opening 12 van een kabelgoot 11 draait, zodat 20 verlies als gevolg van rotatie van de plug vermeden wordt.
Doordat, bij voorkeur, de benen 24 relatief grote afmetingen hebben verbeteren zij de sterkte en vormvastheid van de plug 20.
De relatief grote afmetingen van de platte benen 24 van de plug 20 geven bovendien grote aanslagvlakken 42 van de weerhaakelementen 25 waardoor een verbeterde borging van de plug 20 in een opening 12 van een kabelgoot 11 verschaft wordt.
Doordat, bij voorkeur, de benen 24 gezien in een vlak evenwijdig aan een hoofdvlak van de kop 22 niet evenwijdig zijn wordt het in een opening 12 steken van de plug 20 vergemakkelijkt, waarbij de plug 20 30 schuin met eerst het gedeelte van de benen 24 bij de locatie 52 met de kleinste afstand tussen de van elkaar afgekeerde zijden in de opening 12 gestoken wordt. Door de plug 20 vervolgens zo te kantelen dat een hoofdvlak van de kop 22 evenwijdig aan het randgebied van de opening 12 komt wordt de rest van de benen in de opening 12 gedraaid 35 zonder dat de benen 24 naar elkaar toe geknepen hoeven te worden.
Omdat geen knijphandeling vereist is kunnen de benen 24 relatief dik zijn, wat gunstig is voor de sterkte ervan.
- 6 -
Doordat, bij voorkeur, een kleinste afstand tussen de van elkaar afgekeerde zijden van de benen 24 vanaf de weerhaakelementen 41 verder van de kop 22 af afneemt tot een grootte 54 die kleiner is dan de kleinste afmeting van de opening 12 van de kabelgoot, kan het 5 gedeelte van de benen 24 dat bij voorkeur het eerst in de opening 12 gestoken wordt, te weten het gedeelte met de locatie 52 van elk been 24, nog gemakkelijker in de opening 12 gestoken worden en kan de plug 20 vervolgens gemakkelijker gekanteld worden om de benen volledig in de opening 12 te plaatsen.
10 Doordat, bij voorkeur, de hoogte vanaf de randen 40 van de benen 24 tot de kop 22 gaande van de locatie 48 naar de locatie 52 van elk been 24 toeneemt kan het gedeelte van de benen 24 dat bij voorkeur het eerst in een opening 12 van een kabelgoot 11 gestoken wordt, te weten het gedeelte met de locatie 52 van elk been 24, nog 15 gemakkelijker in de opening 12 gestoken worden en kan de plug 20 vervolgens gemakkelijker gekanteld worden om de benen volledig in de opening 12 te plaatsen.
De oriëntatie van de van elkaar afgekeerde zijden van de benen 24 is voor de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm samen te vatten als 20 dat meetkundige vlakken van de van elkaar afgekeerde zijden van de benen 24 elkaar snijden in een lijn die niet evenwijdig loopt aan het hoofdvlak van de kop 22 en die niet loodrecht staat op het hoofdvlak van de kop 22. Met behoud van die oriëntatie kunnen de genoemde zijden van de benen 24 ook anders gevormd, bijvoorbeeld gewelfd, 25 zijn.
Bij voorkeur heeft de plug 20 een verbindingsstuk 56 dat de benen 24 vanaf de kop 22 langs de locaties 46 en 52 met elkaar verbindt. Bij voorkeur vormen de benen 24 en het verbindingsstuk 56 een integraal geheel. Het verbindingsstuk 56 verbetert de sterkte en 30 stevigheid van de plug 20 aanzienlijk.
1032222
Claims (9)
1. Bevestigingsplug (20) voor het bevestigen van een draageenheid (2) voor elektrisch installatiemateriaal (3) aan een kabelgoot (11), 5 welke bevestigingsplug een kop (22) en een van de kop uitgaand steelgedeelte omvat, waarbij het steelgedeelte twee benen (24) omvat, die ten opzichte van de kop elastisch naar en van elkaar beweegbaar zijn en die elk een weerhaakelement (41) hebben, waarbij de kop zodanige afmetingen heeft dat de kop niet door een opening (38) van 10 de draageenheid (2) kan gaan, het steelgedeelte onder elastische verplaatsing van de benen naar elkaar eerst door een opening (38) van de draageenheid en dan door de opening (12) van een wand van de kabelgoot gestoken kan worden, en de weerhaakelementen zich na een voldoende ver insteken voorbij de wand over een rand van de opening 15 (12) van de kabelgoot uitstrekken, met het kenmerk, dat een afstand (28) tussen een zijde van een eerste been en een zijde van het tweede been, welke zijden van elkaar afgekeerd zijn in een eerste richting, genomen tussen de weerhaakelementen en de kop, kleiner is dan een kleinste afmeting (30) van een opening (12) van een wand van de 20 kabelgoot, dat de benen (24) in een tweede richting, die evenwijdig aan een hoofdvlak van de kop (20) en dwars op de eerste richting is, een afmeting (32) hebben die groter is dan de kleinste afmeting van de opening (12) van de kabelgoot (11), en dat een afstand tussen genoemde zijden van de benen (24) op een van de kop (22) afgekeerd 25 gelegen eerste hoekpunt (52) van genoemde zijden van de benen (24) kleiner is dan een afstand tussen genoemde zijden van de benen (24) op een tegenoverliggend, van de kop (22) afgekeerd gelegen tweede hoekpunt (48) van genoemde zijden van de benen (24).
2. Bevestigingsplug (20) volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat een afstand tussen genoemde zijden van de benen (24) op een nabij de kop (22) gelegen derde hoekpunt (46) van genoemde zijden van de benen (24) gelijk is aan een afstand tussen genoemde zijden van de benen (24) op een diagonaal tegenoverliggend tweede hoekpunt (48) van 35 genoemde zijden van de benen (24).
3. Bevestigingsplug (20) volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat een afstand tussen genoemde zijden van de benen (24) van het derde 1032222 - 8 - hoekpunt (46) verder van de kop (22) af afneemt naar een grootte (54) die kleiner is dan de kleinste afmeting (30) van de opening (12) van de kabelgoot (11).
4. Bevestigingsplug (20) volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat genoemde grootte (54) kleiner is dan genoemde afstand (28) tussen genoemde zijden van de benen, genomen tussen de weerhaakelementen en de kop (22) .
5. Bevestigingsplug (20) volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de benen (24) gaande van het eerste hoekpunt (52) naar het tweede hoekpunt (48) een afnemende afmeting loodrecht op het hoofdvlak van de kop (22) hebben.
6. Bevestigingsplug (20) volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een afstand tussen genoemde zijden van de benen op het derde hoekpunt (46) van genoemde zijden van de benen (24) kleiner is dan een afstand tussen genoemde zijden van de benen (24) op een tegenoverliggend, nabij de kop (22) gelegen vierde hoekpunt 20 (44) van genoemde zijden van de benen (24), voor het vormen van de weerhaakelementen (41).
7. Bevestigingsplug (20) volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat meetkundige vlakken van genoemde zijden van de 25 benen (24) elkaar snijden in een lijn die niet evenwijdig loopt aan het hoofdvlak van de kop (22) en die niet loodrecht staat op het hoofdvlak van de kop (22).
8. Bevestigingsplug (20) volgens een van de voorgaande conclusies, 30 met het kenmerk, dat tussen van de kop (22) uitgaande, opstaande randgebieden van de benen (24) nabij de eerste hoekpunten (52) een verbindingsstuk (56) gevormd is.
9. Bevestigingsplug (20) volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de 35 benen (24) en het verbindingsstuk (56) geïntegreerd zijn. 1032222
Priority Applications (6)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1032222A NL1032222C2 (nl) | 2006-07-21 | 2006-07-21 | Bevestigingsplug voor het bevestigen van een draageenheid voor elektrisch installatiemateriaal aan een kabelgoot. |
EP07075620A EP1881577B1 (en) | 2006-07-21 | 2007-07-20 | Fastening plug for fastening a support unit for electrical installation material to a cable channel |
DE602007013148T DE602007013148D1 (de) | 2006-07-21 | 2007-07-20 | Befestigungsstecker zur Befestigung einer Stützeinheit für einen Elektroinstallationsartikel an einem Kabelkanal |
ES07075620T ES2364958T3 (es) | 2006-07-21 | 2007-07-20 | Tapón de fijación para fijar una unidad de soporte para un material de instalación eléctrica a un canal para cables. |
AT07075620T ATE502424T1 (de) | 2006-07-21 | 2007-07-20 | Befestigungsstecker zur befestigung einer stützeinheit für einen elektroinstallationsartikel an einem kabelkanal |
DK07075620.0T DK1881577T3 (da) | 2006-07-21 | 2007-07-20 | Fastgøringsprop til fastgøring af en holdeenhed for elektrisk installationsmateriel |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1032222A NL1032222C2 (nl) | 2006-07-21 | 2006-07-21 | Bevestigingsplug voor het bevestigen van een draageenheid voor elektrisch installatiemateriaal aan een kabelgoot. |
NL1032222 | 2006-07-21 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1032222C2 true NL1032222C2 (nl) | 2008-01-22 |
Family
ID=37781886
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1032222A NL1032222C2 (nl) | 2006-07-21 | 2006-07-21 | Bevestigingsplug voor het bevestigen van een draageenheid voor elektrisch installatiemateriaal aan een kabelgoot. |
Country Status (6)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP1881577B1 (nl) |
AT (1) | ATE502424T1 (nl) |
DE (1) | DE602007013148D1 (nl) |
DK (1) | DK1881577T3 (nl) |
ES (1) | ES2364958T3 (nl) |
NL (1) | NL1032222C2 (nl) |
Families Citing this family (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL1034615C2 (nl) * | 2007-11-01 | 2009-05-06 | Abb Bv | Langwerpige goot met contacthouder. |
ES1173383Y (es) * | 2016-12-16 | 2017-03-27 | Unex Aparellaje Electrico Sl | Taco de union para realizar una union deslizante entre dos placas |
Citations (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US3871430A (en) * | 1973-10-26 | 1975-03-18 | Usm Corp | Retainer clip |
US3939752A (en) * | 1974-12-23 | 1976-02-24 | Illinois Tool Works Inc. | Fastener structure |
NL1016989C2 (nl) * | 2000-12-22 | 2002-06-25 | Abb Bv | Verbindingselement, werkwijze voor het bevestigen van een kabeldoos aan een verbindingselement. |
-
2006
- 2006-07-21 NL NL1032222A patent/NL1032222C2/nl not_active IP Right Cessation
-
2007
- 2007-07-20 DK DK07075620.0T patent/DK1881577T3/da active
- 2007-07-20 DE DE602007013148T patent/DE602007013148D1/de active Active
- 2007-07-20 EP EP07075620A patent/EP1881577B1/en not_active Not-in-force
- 2007-07-20 AT AT07075620T patent/ATE502424T1/de not_active IP Right Cessation
- 2007-07-20 ES ES07075620T patent/ES2364958T3/es active Active
Patent Citations (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US3871430A (en) * | 1973-10-26 | 1975-03-18 | Usm Corp | Retainer clip |
US3939752A (en) * | 1974-12-23 | 1976-02-24 | Illinois Tool Works Inc. | Fastener structure |
NL1016989C2 (nl) * | 2000-12-22 | 2002-06-25 | Abb Bv | Verbindingselement, werkwijze voor het bevestigen van een kabeldoos aan een verbindingselement. |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP1881577A1 (en) | 2008-01-23 |
DE602007013148D1 (de) | 2011-04-28 |
ATE502424T1 (de) | 2011-04-15 |
DK1881577T3 (da) | 2011-05-23 |
EP1881577B1 (en) | 2011-03-16 |
ES2364958T3 (es) | 2011-09-19 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US10358838B2 (en) | Footing anchor device | |
JP4892009B2 (ja) | 押し込み接続部を有する接続システム | |
CN107683100A (zh) | 墙壁锚定组件 | |
US6583363B1 (en) | Fence or post mounted insulator | |
US7938300B2 (en) | Nestable hanger with integrated cascade hook | |
US4924646A (en) | Wire guard | |
US7326855B2 (en) | Device for stacking wires or cables | |
US8353133B2 (en) | Anchor for handling construction elements comprising fixed divergent arms | |
NL1032222C2 (nl) | Bevestigingsplug voor het bevestigen van een draageenheid voor elektrisch installatiemateriaal aan een kabelgoot. | |
JP5166191B2 (ja) | 絶縁除去端子 | |
US20190085589A1 (en) | Modular fence post assembly | |
BR112012019274B1 (pt) | estrutura de conexão e conector | |
RU2007147121A (ru) | Электрический соединитель (варианты) и электропроводящее устройство | |
JP6909414B2 (ja) | 端子 | |
KR20080041680A (ko) | 범용 파워 소켓 | |
CN101627512B (zh) | 电插座、活门和适配器 | |
US20100050397A1 (en) | Connecting means for two crossing cable strands of cable play systems | |
US11391057B2 (en) | Winged slat | |
JP2001076815A (ja) | コネクタ | |
CN111655951B (zh) | 用于瓷砖的平整器 | |
US10374348B2 (en) | Terminal fitting | |
JP6546491B2 (ja) | フラットケーブル固定構造 | |
EP1725801A1 (en) | Joint device for cable trays of the kind which is comprised of longitudinal and transversal metal wires | |
US9837744B2 (en) | Female terminal with resilient piece having contact mark and a slide contact mark that do not overlap so that contact resistance with a male terminal is low | |
ES2213068T3 (es) | Dispositivo para la fijacion de un cable plano. |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
TD | Modifications of names of proprietors of patents |
Effective date: 20110222 |
|
PLED | Pledge established |
Effective date: 20120606 |
|
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20130201 |