NL1028770C2

NL1028770C2 - Inrichting voor het vormen van een verpakkingstray en werkwijze voor het overbrengen van een plano.

Info

Publication number: NL1028770C2
Application number: NL1028770A
Authority: NL
Inventors: Hermanus Henricus Schouten; Theodorus Martinus Maria Rijn
Original assignee: Lantech Com B V
Priority date: 2005-04-14
Filing date: 2005-04-14
Publication date: 2006-11-01

Description

r

INRICHTING VOOR HET VORMEN VAN EEN VERPAKKINGSTRAY EN WERKWIJZE VOOR HET OVERBRENGEN VAN EEN PLANO

5 De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het vormen van een verpakkingstray volgens de aanhef van conclusie 1. Daarnaast heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het overbrengen van een plano volgens de aanhef van conclusie 14.

10 Een dergelijke inrichting en werkwijze is bijvoorbeeld bekend uit US 3,952,635. De inrichting is voorzien van een voorraadmagazijn voor het opslaan van een stapel plano's waarbij de plano's een schuine stand innemen.

Een roterende arm zorgt voor het één voor één uit het 15 voorraadmagazijn verwijderen en positioneren van de plano's.

De plano's worden in een vorminrichting voor het vouwen van de plano tot een opgerichte tray gepositioneerd. Het voorraadmagazijn is boven het niveau voor het positioneren van de plano's gelegen. Dit wordt als nadelig ervaren 20 aangezien een stapel plano's met de hand in het magazijn moet j worden geplaatst en dit als gevolg van de locatie van het j voorraadmagazijn in de inrichting op hoog niveau plaatsvindt.

Een verder nadeel van deze bekende inrichting en werkwijze bestaat uit het feit dat de plano's een schuine stand 25 innemen, waarbij tijdens het verwijderen van een plano uit het magazijn onder invloed van het gewicht van de overige plano's en vacuümwerking tussen de plano's onderling het risico bestaat dat niet één, maar meer plano's tegelijkertijd uit het voorraadmagazijn worden gelost. Een voorraadmagazijn 30 ingericht voor plano's die een schuine positie innemen leidt zodoende tot relatief veel storingen.

Het Amerikaanse octrooi US-B-6,620,085 beschrijft een systeem voor het met een ronddraaiend mechanisme individueel ? o? p 7 70 ’

«I

2 r overbrengen van plano's vanuit een voorraadmagazijn naar een hoger gelegen vorminrichting. De plano's worden door het ronddraaiende mechanisme vanuit een staande positie naar een liggende positie overgebracht.

5 Het doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een verbeterde inrichting en werkwijze voor het vormen van een verpakkingstray. Dit doel wordt bereikt met de inrichting en werkwijze volgens respectievelijk conclusie 1 en 15. Met een laag opgesteld voorraadmagazijn 10 kan het magazijn op eenvoudige wijze, en zonder dat daarbij veel kracht nodig is, worden gevuld. Door de beweging van de plano door twee afzonderlijke middelen te laten plaatsvinden, respectievelijk de overbrengmiddelen en de transportmiddelen, waarbij de overbrengmiddelen op en neer bewegen, ofwel een 15 reciprocerende beweging uitvoeren, wordt een efficiënt mechanisme verschaft.

Bij voorkeur is het voorraadmagazijn ingericht om de stapel plano's in een staande positie op te nemen. Hierdoor ! kunnen de plano's één voor één uit het magazijn worden 20 verwijderd zonder dat daarbij het risico bestaat dat meerdere plano's worden gelost. Immers, het gewicht van de resterende plano's in het magazijn heeft geen invloed op de eerstvolgende plano die uit het magazijn moet worden weggenomen.

25 Bij voorkeur omvat de toevoerinrichting overbrengmiddelen voor het telkens vanuit een staande positie naar een liggende positie overbrengen van een plano. De plano's worden in de vorminrichting vanuit een liggende positie tot een opgerichte tray gevormd met behulp van een in 30 verticale richting verplaatsbare stempel. De overbrengmiddelen brengen de plano's vanuit een staande positie naar een liggende positie om positionering daarvan in de vorminrichting mogelijk te maken.

3

Verder omvat de toevoerinrichting dan transportmiddelen voor het telkens van de overbrengmiddelen naar de vorminrichting transporteren van een plano. Door ontkoppeling van rotatie en positionering van de plano kunnen 5 de bewegingen onafhankelijk worden uitgevoerd en wordt tijdwinst behaald.

In een bijzonder voordelige uitvoeringsvorm van de uitvinding omvatten de overbrengmiddelen een de plano vastgrijpend orgaan dat althans in rotatiezin aandrijfbaar 10 is. De plano wordt direct vanuit zijn staande positie naar zijn liggende positie geroteerd, hetgeen wederom tijdwinst oplevert.

In een voorkeursuitvoeringsvorm omvat de aandrijving van het vastgrijporgaan een krukdrijfstangmechanisme, waarbij 15 het vastgrijporgaan aan een uiteinde van de drijfstang is verbonden. Een dergelijk mechanisme voorziet in een snelle beweging en heeft een zeer korte cyclus.

Wanneer de drijfstang tussen het vastgrijporgaan en een scharnierpunten met de kruk in rechtlijnige beweging 20 wordt geleid in een geleidingsorgaan zal gewaarborgd zijn dat het krukdrijfstangmechanisme zijn juiste beweging uitvoert.

Bij voorkeur is het geleidingsorgaan roteerbaar. Door een dergelijke constructie is het vastgrijporgaan in staat een hoofdzakelijk roterende beweging uit te voeren van een 25 staande positie naar een liggende positie van een daarmee verbonden plano, terwijl in de uiterste posities een min of meer rechtlijnige eindbeweging volgt. Deze rechtlijnige bewegingen in het krukdrijfstangmechanisme zijn zeer belangrijk voor een goede werking van de inrichting, zoals 30 hieronder zal worden verduidelijkt.

Het vastgrijporgaan omvat bij voorkeur een frame en een op het frame aangebrachte vacuümmiddelen voor het met vacuüm vastgrijpen van de plano. Een plano kan zonder gevaar 4 r voor beschadiging eenvoudig worden vastgegrepen en gehanteerd.

Verder omvatten de transportmiddelen ten minste twee verplaatsbare grijpers die de plano aan weerszijden aan de 5 omtrekrand daarvan vastgrijpen. Doordat de grijpers naar en van de plano bewegen is ruimte vrij om van onderuit een plano tussen de grijpers te brengen. Indien de grijpers in de teruggaande beweging zijn, is de ruimte voor ontvangst van de volgende plano vrij. De plano kan tijdens de retourslag van 10 de grijpers al in positie worden gebracht. Verder kunnen de , grijpers de plano op de juiste positie in de vorminrichting plaatsen, terwijl de overbrengmiddelen alvast een volgende plano kunnen verwijderen uit het voorraadmagazijn. Hiermee wordt een zeer snelle inrichting voor het vormen van een 15 verpakkingstray verkregen.

De grijpers zijn bij voorkeur niet alleen in een richting van en naar de vorminrichting verplaatsbaar maar eveneens in een richting evenwijdig aan de vast te grijpen omtreksrand van de plano.

20 In een voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de grijpers elk een paar grijpdelen die van een geopende stand naar een gesloten stand en omgekeerd kunnen worden gebracht. Door de grijpdelen naar een gesloten stand te brengen wordt de plano vastgegrepen en overgenomen van de overbrengmiddelen.

25 Bij voorkeur worden de grijpers tijdens het naar de vast te grijpen omtreksrand van de plano te verplaatsen daarvan van een geopende stand in een gesloten stand gebracht. Wederom wordt hierdoor tijdwinst verkregen resulterend in een snelle inrichting nu bewegingen 30 tegelijkertijd plaatsvinden.

De uitvinding heeft daarnaast betrekking op een werkwijze voor het overbrengen van een plano volgens conclusies 14-17.

5 r

De uitvinding zal aan de hand van de bij gevoegde tekeningen nader worden verduidelijkt. In de tekeningen toont:

Figuur 1 een schematisch aanzicht van een inrichting 5 voor het vormen van een verpakkingstray volgens de onderhavige uitvinding;

Figuur 2 een gedetailleerder aanzicht van een deel van de inrichting van figuur 1 in een eerste stand;

Figuur 3 het detail van figuur 2 in een tweede stand; 10 Figuur 4 het detail van figuur 2 in een derde stand;

Figuur 5 het detail van figuur 2 in een vierde stand;

Figuren 6A-6G verschillende standen van een krukdrijfstangmechanisme volgens de uitvinding, schematisch weergegeven; 15 Figuur 7A een gedetailleerder aanzicht van transportmiddelen van de inrichting volgens de stand van figuur 4, en

Figuur 7B een gedetailleerder aanzicht van de transportmiddelen van de inrichting volgens de stand van 20 figuur 5.

In figuur 1 wordt een inrichting voor het vormen van een verpakkingstray van een enkele kartonnen plano schematisch weergegeven. De inrichting omvat een voorraadmagazijn 1 voor het opslaan van een stapel plano's, 25 een toevoerinrichting 2 voor het één voor één uit het voorraadmagazijn 1 verwijderen en positioneren van de plano's en een vorminrichting 3 voor het vouwen van de plano tot een opgerichte tray. Verder is de inrichting voorzien van een afvoerende rollenbaan 4 door middel waarvan de gevormde trays 30 de inrichting verlaten. De afvoerende rollenbaan 4 is dikwijls op werkhoogte, dat wil zeggen tussen 70 en 90 centimeter, gelegen. De gevormde trays kunnen daardoor handmatig van de rollenbaan 4 worden verwijderd. In de 6 vorminrichting 3 is een in verticale richting werkende stempel 5 geplaatst. Deze stempel 5 drukt een plano door een tegenvorm, waarbij de zij flappen van de plano ten opzichte van het bodemdeel daarvan omvouwen. Doordat de plano door de 5 tegenvorm heen moet worden gedrukt en uiteindelijk op niveau van de afvoerende rollenbaan 4 moet uitkomen, is het niveau j voor het positioneren van de plano in de vorminrichting 3 j enigszins boven het niveau van de afvoerende rollenbaan 4 gelegen. Het voorraadmagazijn 1 is volgens de uitvinding 10 onder het niveau voor het in de vorminrichting 3 positioneren van de plano gelegen. Het voorraadmagazijn 1 bevindt zich nabij de grond waarop de inrichting is geplaatst. Plano's kunnen op eenvoudige wijze in het voorraadmagazijn 1 worden geplaatst. Het voorraadmagazijn 1 is dusdanig van vorm dat 15 het de plano's in een staande positie opneemt. Met staande positie wordt hierin bedoeld een in hoofdzaak verticale stand. Het voorraadmagazijn 1 is aan de voorzijde, dat is de zijde gericht naar de toevoerinrichting 2, voorzien van twee tegenhouders, die een stapel plano's in het voorraadmagazijn 20 1 tegenhouden wanneer de voorste plano uit het magazijn 1 wordt verwijderd. Verwijzingscijfer 6 duidt de aandrukkers aan die de stapel van achteren aandrukken en ervoor zorgen dat de plano's rechtop blijven staan.

De inrichting getoond in figuur 1 is afgezien van de 25 locatie en oriëntatie van het voorraadmagazijn 1 en de uitvoering van de toevoerinrichting 2 identiek aan de reeds uit de stand van de techniek bekende inrichting. De reeds bekende componenten van de inrichting worden hierin niet verder omschreven aangezien zij niet voor de uitvinding van 30 belang zijn. Hoewel de inrichting van figuur 1 een stempel toont dat boven het positioneerniveau is geplaatst, is de uitvinding eveneens van toepassing bij een inrichting waarbij het stempel vanaf de onderzijde werkt en de trays naar boven 7 toe vormt. Daarnaast kan zoals bekend uit de stand van de techniek, tijdens het horizontale transport van de plano naar de vorminrichting 3 lijm worden aangebracht voor het verlijmen van de zij flappen nadat deze zijn gevouwen. Hiertoe 5 wordt de plano bijvoorbeeld onder twee lijmkoppen door getransporteerd om lijmsporen worden aan te brengen.

In figuren 2-5 wordt het voorraadmagazijn 1 en de toevoerinrichting 2 van de inrichting van figuur 1 gedetailleerder weergegeven. De toevoerinrichting 2 bestaat 10 uit twee delen. Het eerste deel is in figuur 2 aangeduid met verwijzingscijfer 7. Dit deel 7 van de toevoerinrichting 2 is in figuur 1 achter een wand 9 van de inrichting gelegen en derhalve niet zichtbaar. Zoals hierboven vermeld, is in principe de inrichting van figuur 1 een bekende inrichting.

15 Bij de bekende inrichting is de ruimte achter de wand 9 onbenut. Een bijkomstig voordeel van de uitvinding is dat deze ruimte thans wordt benut voor het onderbrengen van het eerste deel 7 van de toevoerinrichting 2 volgens de uitvinding.

20 Het tweede deel van de toevoerinrichting 2 wordt in figuur 2 aangeduid met verwijzingscijfer 8 en is op niveau j j van het positioneren van de plano's aangebracht. Bij de uit j de stand van de techniek bekende inrichting bevond het j voorraadmagazijn 1 zich boven dit laatstgenoemde niveau en 25 was de totale inrichting daarmee dan ook hoger dan de inrichting volgens de uitvinding.

Het eerste deel 7 van de toevoerinrichting 2 bestaat uit de hiernavolgende componenten. Verwijzingscijfer 10 duidt een vast opgestelde cilinder aan. De zuiger daarvan is 30 bevestigd aan een geleidingsblok 11. Dit geleidingsblok 11 wordt over een verticaal opgestelde geleidingstang 12 geleid. Het blok 11 is vast verbonden met een eindeloos aandrijf-orgaan 13, bijvoorbeeld in de vorm van een getande riem. Het t 8 aandrijforgaan 13 loopt over twee rollen 14, 15, waarvan de bovenste rol 15 vast is verbonden met een eerste uiteinde van een kruk 16. Aan het tweede uiteinde van de kruk 16 is scharnierend een drijfstang 17 verbonden. Aan het uiteinde 5 van de drijfstang 17 is een frame 18 voorzien van vacuümmiddelen, bijvoorbeeld in de vorm van zuignappen 19 (zie figuren 6A-6G), bevestigd. Op de drijfstang 17 is een geleidestang 20 bevestigd die wordt geleid in een geleidingsblok 21 dat door middel van een lager 22 roteerbaar 10 aan het frame van de inrichting (niet getoond) is bevestigd.

Verder wordt in figuur 2 met verwijzingscijfer 23 een enkele kartonnen plano in staande positie weergegeven. De plano 23 is aan twee tegenover elkaar gelegen omtreksranden voorzien van vier insnijdingen 24 en bevat daarnaast 15 vouwlijnen welke in figuur 2 niet zijn getoond. Met een dergelijke plano is een verpakkingstray te vormen door het over de vouwlijnen vouwen van de zij flappen van de plano. Omdat deze plano en de wijze van het vormen van een tray hieruit tot de stand van de techniek behoort, wordt hierin 20 verder geen beschrijving daarvan gegeven.

Het tweede deel van de toevoerinrichting 2 bestaat uit een aantal grijpers 30, in de uitvoeringsvorm zoals getoond in figuur 2 uit een viertal, echter kunnen dit er ook meer of minder dan vier zijn. De grijpers 30 zijn in het 25 horizontale vlak in een richting van het voorraadmagazijn 1 naar de vorminrichting 3, en omgekeerd, verplaatsbaar in het frame van de inrichting aangebracht. De verplaatsing van de grijpers 30 vindt plaats door middel van eindeloze transportorganen 31. Hierop zijn de grijpers 30 bevestigd 30 door middel van het aandraaien van aangrijporganen 32, die zorgen voor een klemwerking tussen de grijper 30 enerzijds en het eindeloze orgaan 31 anderzijds. Motor 33 zorgt voor de aandrijving van de eindeloze organen 31. Verder omvat elke 9 l grijper een cilinder (zie figuren 7A en 7B) die hydraulisch, elektrisch of pneumatisch wordt gevoed. De voeding van elke grijper wordt via flexibele goten 34 naar de verplaatsbare grijpers 30 gevoerd.

5 Het tweede deel 8 van de toevoerinrichting 2 wordt gedetailleerder getoond in figuren 7A en 7B. In figuur 7A worden de grijpers in een eerste, geopende stand getoond, terwijl in figuur 7B de grijpers 30 in een tweede, gesloten stand zijn afgebeeld. Verder is in figuur 7B nog zojuist een 10 deel van het frame 18 met daaraan bevestigd de zuignappen 19 van het eerste deel 7 van de toevoerinrichting 2 zichtbaar.

In figuur 7A is dit frame 18 onder plano 23 gelegen en wordt in de daarin getoonde stand nog door het frame 18 ondersteund.

15 Elke grijper is als volgt opgebouwd. Aan de achterzijde, dat wil zeggen van de plano afgekeerde zijde is een grijper 30 voorzien van een cilinder 40. Aan de cilinder 40 is bevestigd een eerste grijpdeel 41 met een bodemwand 42 en zijwanden 43 (waarvan er één in figuur 7A zichtbaar is).

20 In het eerste grijpdeel 41 is kantelbaar een grijpbek 45 opgenomen. De grijpbek 45 kantelt om scharnierpen 46 in de zijwanden van het eerste grijpdeel 41. Daarnaast omvat elke grijper 30 nog een tweede grijpdeel 47. Dit tweede grijpdeel 47 is bevestigd aan het vaste frame van de inrichting. Het 25 tweede grijpdeel 47 omvat een bovenwand 48 en een zijwand 49.

Van de zijwand 49 steekt aan de zijde van de grijpbek 45 een scharnierpen 50 uit. De grijpbek 45 en de scharnierpen 50 werken samen om de grijper 30 te sluiten wanneer deze naar de omtreksrand van de plano 23 wordt verplaatst, zodanig dat de 30 plano 23 aan zijn omtreksrand wordt vastgegrepen en door de grijpers 30 naar de vorminrichting 3 kan worden verplaatst.

Met het activeren van de cilinder 40 zal het eerste grijpdeel 41 richting de omtreksrand van de plano 23 worden verplaatst.

_ | 10 i i ψ a

De grijpbek 45 wordt daarmee richting scharnierpen 50 van het tweede grijpdeel 47 bewogen. Aangezien de scharnierpen 50 lager ligt dan het scharnierpunt 46 en de ruimte voor het opnemen van de scharnierpen 50 in de grijpbek, zal de 5 grijpbek 45 om scharnierpunt 46 heen met de klok mee roteren.

Hierdoor zal de neus van de grijpbek 45 in contact komen met de plano 23 en zal de plano 23 tussen de neus van de grijpbek 45 en de bodemwand 42 van het eerste grijpdeel 41 in worden vastgegrepen (zie figuur 7B). Vervolgens kunnen de grijpers 10 in het horizontale vlak richting de vorminrichting 3 worden getransporteerd. Dit zal gebeuren door aandrijving van motor 33 en rotatie van eindeloze transportorganen 31 waarop de grijpers 30 zijn bevestigd. Hierdoor wordt de plano 23 in een horizontale stand in de vorminrichting 3 gepositioneerd.

15 Voor het één voor één uit het voorraadmagazijn 1 verwijderen van een plano en het overbrengen van de plano vanuit een verticale naar een horizontale stand is volgens de ! uitvinding een speciaal krukdrijfstangmechanisme 7 ontworpen | waarvan de werking hieronder zal worden verduidelijkt. De 20 beschrijving vindt plaats aan de hand van de figuren 2 tot en met 5 en figuren 6A tot en met 6G welke verschillende standen van het krukdrijfstangmechanisme tonen. In de eerste stand volgens figuur 2 wordt een eerste plano 23 vastgegrepen door zuignappen 19. De drijfstang 17 neemt een nagenoeg 25 horizontale stand in, terwijl de kruk 16 een nagenoeg verticale stand inneemt. De aandrijfcilinder 10 is geheel

ingetrokken zodat geleidingsblok 11 zich in de eerste I

eindpositie bevindt. Vanuit deze stand wordt cilinder 10 geactiveerd en zal geleidingsblok 11 zich naar beneden toe 30 verplaatsen onder meeneming van het eindeloze aandrijforgaan 13 en rotatie van rol 15. Rotatie van rol 15 zal met de wijzers van de klok mee zijn. De aan de rol 15 bevestigde ! kruk 16 zal eveneens met de wijzers van de klok mee roteren.

» 11

Doordat drijfstang 17 wordt geleid in geleideblok 21 dat kan roteren rond lager 22 aan het frame van de inrichting, zal het uiteinde van de drijfstang 17, dat scharnierend is verbonden met de kruk, een roterende beweging met de klok mee 5 om lager 22 gaan uitvoeren. De aan het andere uiteinde van de drijfstang 17 vastgehouden plano 23 wordt daarmee naar boven toe bewogen terwijl het tegelijkertijd zal gaan kantelen.

Deze stand wordt vervolgens getoond in figuur 3. In de andere eindpositie van het geleidingsblok 11, bij volledig 10 uitgestoten cilinder 10, neemt de kruk 16 een hoofdzakelijk horizontale stand in, terwijl de drijfstang 17 een in hoofdzaak verticale stand inneemt. De kruk 16 is vanuit de in figuur 2 getoonde stand over 270° geroteerd, terwijl de drijfstang 17 over een hoek van 90° is geroteerd. De plano 23 15 is daarmee in een horizontale stand gebracht. In de in figuur 4 getoonde stand van de plano 23 kunnen de grijpers 30 de plano overnemen van het krukdrijfstangmechanisme 7 voor transport in het horizontale vlak. Terwijl de grijpers 30 zorgen voor het positioneren van de plano 23 in de 20 vorminrichting 3, kan het krukdrijfstangmechanisme worden teruggebracht naar zijn uitgangspositie zoals getoond in figuur 2 voor het aanvoeren van een nieuwe plano naar de vorminrichting 3. Aangezien alle bewegingen direct verder kunnen worden uitgevoerd zijn er geen wachttijden en is de 25 inrichting geschikt voor het met hoge snelheid vormen van trays. Het terugbrengen van het krukdrijfstangmechanisme 7 i vindt in omgekeerde richting plaats en wordt getoond in figuren 6A-6G. Het geleidingsblok 11 wordt van onder naar boven toe gebracht over geleidingsstang 12 door het intrekken 30 van de aandrijfcilinder 10, waardoor de kruk 16 linksom zal gaan roteren vanuit de in figuren 4 en 6A getoonde stand. Wederom roteert de kruk 16 over 270°, terwijl de drijfstang 17 over 90° wordt geroteerd. In figuur 6A wordt de ene 12 uiterste stand en in figuur 6G wordt de andere uiterste stand weergegeven. De overige figuren, 6B-6F, tonen tussengelegen standen van het mechanisme. Duidelijk uit de figuren 6A-6G is te zien dat lager 22 met het daaraan verbonden geleidingsblok 5 21 een gefixeerd punt vormt zodat de drijfstang 17, dat hierdoor een over zijn lengte verplaatsbaar rotatiepunt zal hebben, een bijzondere beweging zal gaan uitvoeren welke in hoofdzaak bestaat uit een roterende beweging voor het overbrengen van een plano vanuit zijn verticale stand naar 10 zijn horizontale stand, terwijl in de uiterste posities een min of meer rechtlijnige eindbeweging volgt. Deze eindbewegingen zorgen voor het uit het magazijn 1 halen van de plano 23 en het vrijmaken van de zuignappen 19 wanneer de grijpers 30 de plano 23 voor horizontaal transport hebben 15 overgenomen. Door deze rechtlijnige bewegingen wordt ook voorkomen dat het frame 18 en de zuignappen 19 terug in de plano 23 kantelt tijdens het terugbrengen van het krukdrijfstangmechanisme 7.

De uitvinding is niet beperkt tot de in de figuren 20 getoonde voorkeursuitvoeringsvorm. Zo is de lineaire aandrijving met behulp van cilinder 10 niet van wezenlijk belang voor de uitvinding. Van belang is de draaibeweging van punt 15 in combinatie met de lineaire beweging in draaipunt 22. In plaats van de getoonde lineaire aandrijving kunnen ook 25 andere soorten aandrijvingen worden toegepast die het gewenste effect hebben, bijvoorbeeld een draaicilinder of een motor. De uitvinding is slechts beperkt door de bij gevoegde conclusies.

30 1 0 2 8 7 70

Claims

1. Inrichting voor het vormen van een verpakkingstray vanuit een enkele plano, omvattende: 5. een voorraadmagazijn voor het opslaan van een stapel plano's; - een positioneerinrichting voor het uit het voorraadmagazijn verwijderen en positioneren van de plano's, - een vorminrichting voor het vouwen van de plano tot 10 een opgerichte tray, waarbij: - het voorraadmagazijn zich onder het niveau voor het in de vorminrichting positioneren van de plano bevindt; en - de positioneerinrichting omvat: - overbrengmiddelen voor het overbrengen van een 15 plano vanuit een in hoofdzaak staande positie naar een in hoofdzaak liggende positie, waarbij de overbrengmiddelen op en neer gaan tussen het lager gelegen niveau van het voorraadmagazijn en het hoger gelegen niveau van de vorminrichting; 20. transportmiddelen voor het in een in hoofdzaak horizontaal vlak transporteren van de plano's, waarbij de transportmiddelen de plano's in een in hoofdzaak liggende positie van de overbrengmiddelen ontvangen.

2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de positioneerinrichting voor het uit het voorraadmagazijn verwijderen en positioneren van de plano's een toevoerinrichting (2) is.

3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij het voorraadmagazijn is ingericht om de stapel plano's in een staande positie op te nemen. 1028770 t

4. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de positioneerinrichting overbrengmiddelen omvat voor het telkens vanuit een staande positie naar een liggende positie overbrengen van een plano. 5

5. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de positioneerinrichting transportmiddelen omvat voor het telkens van de overbrengmiddelen naar de vorminrichting transporteren van 10 een plano.

6. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de overbrengmiddelen een de plano vastgrijpend orgaan omvatten dat althans in rotatiezin 15 aandrijfbaar is.

7. Inrichting volgens conclusie 6, waarbij de aandrijving van het de plano vastgrijpend vastgrijporgaan een krukdrijfstangmechanisme omvat, waarbij het vastgrijporgaan 20 is verbonden met een uiteinde van de drijfstang van het krukdrijfstangmechanisme.

8. Inrichting volgens conclusie 7, waarbij de drijfstang tussen het vastgrijporgaan en een scharnierpunt 25 met de kruk in rechtlijnige beweging wordt geleid in een geleidingsorgaan.

9. Inrichting volgens conclusie 8, waarbij het geleidingsorgaan roteerbaar is. 30

10. Inrichting volgens een van de conclusie 6-9, waarbij het vastgrijporgaan een frame en op het frame l' aangebrachte vacuümmiddelen voor het met vacuüm vastgrijpen van de plano omvat.

11. Inrichting volgens een van de voorgaande 5 conclusies, waarbij de transportmiddelen tenminste twee verplaatsbare grijpers omvatten die de plano aan weerszijden aan de omtreksrand daarvan vastgrijpen.

12. Inrichting volgens conclusie 11, waarbij de 10 grijpers in een richting van en naar de vast te grijpen omtreksrand van de plano verplaatsbaar zijn.

13. Inrichting volgens conclusie 12, waarbij de grijpers elk een paar grijpdelen omvatten die van een 15 geopende stand naar een gesloten stand, en omgekeerd, kunnen worden gebracht.

14. Inrichting volgens conclusie 13, waarbij de grijpers tijdens het naar de vast te grijpen omtreksrand van 20 de plano toe verplaatsen daarvan van de geopende stand in de gesloten stand worden gebracht.

15. Werkwijze voor het overbrengen van een plano vanuit een voorraadmagazijn naar een vorminrichting, de 25 werkwijze omvattende de stappen van: - het uit een voorraadmagazijn verwijderen van de plano, waarbij het voorraadmagazijn zich op een lager gelegen niveau bevindt dan waarop een plano wordt gepositioneerd in een vorminrichting; 30. het vanaf een in hoofdzaak staande positie naar een in hoofdzaak liggende positie overbrengen van de plano; i - het door tranportmiddelen ontvangen van de plano, waarbij de plano vanaf de overbrengmiddelen in een in hoofdzaak liggende positie wordt ontvangen; - het door de transportmiddelen in een in hoofdzaak 5 liggend vlak transporteren van de plano; - het door de transportmiddelen in een de vorminrichting positioneren van de plano; en - het uit de plano die op een postioneerniveau in de vorminrichting ligt vormen van een verpakkingstray. 10

16. Werkwijze volgens conclusie 15, waarbij de overbrengmiddelen heen en weer bewegen tussen het lager gelegen niveau van het voorraadmagazijn en het hoger gelegen niveau van de vorminrichting. 15

17. Werkwijze volgens conclusie 15 of 16, waarbij de plano vanuit een in hoofdzaak staande positie in het voorraadmagazijn naar een in hoofdzaak liggende positie in de vorminrichting wordt overgebracht. 20

18. Werkwijze volgens een van de conclusies 15-17, waarbij het overbrengen van de plano vanuit het voorraadmagazijn naar de vorminrichting plaatsvindt door een in hoofdzaak roterende beweging. 25

19. Werkwijze volgens conclusie 18, waarbij de plano na de roterende beweging in hoofdzaak rechtlijnig wordt verplaatst. | 1028770