NL1025923C2 - Inrichting en werkwijze voor het koppelen van een vaartuig met een stationair object. - Google Patents
Inrichting en werkwijze voor het koppelen van een vaartuig met een stationair object. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1025923C2 NL1025923C2 NL1025923A NL1025923A NL1025923C2 NL 1025923 C2 NL1025923 C2 NL 1025923C2 NL 1025923 A NL1025923 A NL 1025923A NL 1025923 A NL1025923 A NL 1025923A NL 1025923 C2 NL1025923 C2 NL 1025923C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- walkway
- tube
- vessel
- coupling member
- coupling
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B63—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
- B63B—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING
- B63B27/00—Arrangement of ship-based loading or unloading equipment for cargo or passengers
- B63B27/14—Arrangement of ship-based loading or unloading equipment for cargo or passengers of ramps, gangways or outboard ladders ; Pilot lifts
- B63B27/143—Ramps
Landscapes
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Combustion & Propulsion (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Ocean & Marine Engineering (AREA)
- Earth Drilling (AREA)
- Lining Or Joining Of Plastics Or The Like (AREA)
- Refuge Islands, Traffic Blockers, Or Guard Fence (AREA)
- Escalators And Moving Walkways (AREA)
- Auxiliary Devices For And Details Of Packaging Control (AREA)
- Supplying Of Containers To The Packaging Station (AREA)
Description
Inrichting en werkwijze voor het koppelen van een vaartuig met een stationair object
De uitvinding betreft een inrichting in overeenstemming met de aanhef van conclusie 1. Een dergelijke inrichting is be-5 kend uit WO 0220343. Het nadeel van de bekende inrichting is dat het aanbrengen van het koppelorgaan om de buis moeilijk is omdat onder invloed van golven het koppelorgaan steeds blijft bewegen en deze beweging door de aandrijfmid-delen moeilijk te compenseren is.
10 Ten einde dit nadeel te vermijden is de inrichting uitgevoerd in overeenstemming met het kenmerk van conclusie 1. Hiermee wordt bereikt dat de loopbrug eerst op de horizontale buis kan worden geplaatst zodat het koppelorgaan daarna op eenvoudige wijze om de horizontale buis kan worden 15 gebracht.
In overeenstemming met een verbetering is de inrichting uitgevoerd overeenkomstig conclusie 2. Hierdoor kan de loopbrug scheef op de buis liggen voordat het koppelorgaan om de buis valt.
20 In overeenstemming met een verdere verbetering is de inrichting uitgevoerd overeenkomstig conclusie 3. Hierdoor kan de loopbrug in gekoppelde toestand een hoek maken met de buis.
In overeenstemming met een verdere verbetering is de in-25 richting uitgevoerd overeenkomstig conclusie 4. Hierdoor richt het koppelorgaan zich tijdens het koppelen naar de richting van de buis.
In overeenstemming met een verdere verbetering is de inrichting uitgevoerd overeenkomstig conclusie 5. Hierdoor 30 staat het koppelorgaan voorafgaande aan het koppelen in de voor het koppelen geschikte positie.
* : 1025923 2 j
In overeenstemming met een verdere verbetering is de inrichting uitgevoerd overeenkomstig conclusie 6. Hierdoor wordt een betrouwbare koppeling verkregen tussen het vaartuig en het object.
5 In overeenstemming met een verdere verbetering is de inrichting uitgevoerd overeenkomstig conclusie 7. Hierdoor kunnen na het koppelen de aandrijfmiddelen van de loopbrug uitgeschakeld worden.
In overeenstemming met een verdere verbetering is de in-10 richting uitgevoerd overeenkomstig conclusie 8. Hierdoor is in de besturing de belasting en/of overbelasting van de constructie bekend en kunnen eventueel maatregelen genomen worden. Hierdoor kan schade aan de inrichting voorkomen of beperkt worden.
15 In overeenstemming met een verdere verbetering is de inrichting uitgevoerd overeenkomstig conclusie 9. Hierdoor wordt schade bij overbelasting voorkomen en tevens dat bij ontkoppelen van de loopbrug van de buis de loopbrug naar beneden zakt.
20 In overeenstemming met een verdere verbetering is de inrichting uitgevoerd overeenkomstig conclusie 10. Hierdoor is het niet nodig dat het vaartuig nauwkeurig recht voor de buis ligt om de loopbrug aan het object te koppelen.
In overeenstemming met een verdere verbetering is de in-25 richting uitgevoerd overeenkomstig conclusie 11. Hierdoor is het niet nodig dat de buis een constante hoogte heeft ten opzichte van het wateroppervlak om de loopbrug aan het object te koppelen.
In overeenstemming met een verbetering is de inrichting 30 uitgevoerd overeenkomstig conclusie 12. Hierdoor kan tijdens het koppelen aan het object de loopbrug op eenvoudige wijze boven de horizontale buis gepositioneerd worden.
1025923 3 ‘ 1 1 .
Tevens omvat de uitvinding een werkwijze in overeenstemming met de aanhef van conclusie 13. Een dergelijke werkwijze is bekend uit WO 0220343. Het nadeel van de bekende werkwijze is dat het koppelen van de loopbrug aan het object een 5 nauwkeurige besturing nodig maakt.
Ten einde dit nadeel te vermijden wordt de werkwijze uitgevoerd overeenkomstig conclusie 13. Hierdoor wordt de loopbrug op eenvoudige wijze met het object gekoppeld, waarbij moeilijke positioneringshandelingen vermeden worden.
10 In overeenstemming met een verbetering wordt de werkwijze uitgevoerd overeenkomstig conclusie 14. Hierdoor is het koppelen verder vereenvoudigd.
De uitvinding wordt hierna toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld met behulp van een tekening. In de te-15 kening toont
Figuur 1 een zijaanzicht van een vaartuig met een loopbrug.
Figuur 2 een bovenaanzicht van het vaartuig van figuur 1,
Figuur 3 een perspectivisch aanzicht van het vaartuig van figuur 1 gekoppeld bij een platform, j 20 Figuur 4 een perspectivisch onderaanzicht van de koppeling van het vaartuig van figuur 1 met het platform,
Figuur 5 een zijaanzicht met partiële doorsnede van de loopbrug ter plaatse van de koppeling met het platform,
Figuur 6 een onderaanzicht van de loopbrug ter plaatse van 25 de koppeling met het platform,
Figuur 7 een doorsnede VII-VII van de loopbrug ter plaatse van de koppeling met het platform, en Figuur 8 een zijaanzicht en doorsnede VIII-VIII van de loopbrug ter plaatse van de koppeling met het platform.
30 In figuur 1 en figuur 2 is een vaartuig 1 getoond met een voortstuwing onder meer bestaande uit propellers 3 en een boegschroef 2. Aan de achterzijde van het vaartuig 1 is een draaipunt 5 geplaatst waaraan een loopbrug L is bevestigd 1025923 4 met een eerste loopbrugdeel 7 en een daarin schuifbaar tweede loopbrugdeel 8. Het eerste loopbrugdeel 7 is aan het draaipunt 5 bevestigd met een scharnieras 6 en kan in het verticale vlak bewogen worden door een hefcilinder 4. De 5 loopbrug L kan door middel van een niet getoonde aandrijving om een verticale as van het draaipunt 5 roteren waardoor de loopbrug L op het achterdek van het vaartuig 1 gelegd kan worden tijdens transport. Tijdens gebruik wordt de loopbrug L achter het vaartuig 1 gebracht.
10 Het uiteinde van het tweede loopbrugdeel 8 is op hierna aan te geven wijze voorzien van koppelmiddelen K waarmee de loopbrug L gekoppeld kan worden aan een koppelbuis 9, die deel uitmaakt van een stationair object 14 dat in zee is geplaatst, zoals een boorplatform, zie figuur 3. Doordat de 15 loopbrug L om de verticale as van het draaipunt 5 kan roteren, het tweede loopbrugdeel 8 inschuifbaar is in het eerste loopbrugdeel 7 en de loopbrug L om de scharnieras 6 hefbaar is kunnen de koppelmiddelen K een werkgebied W bestrijken dat naast of bij voorkeur achter het vaartuig 1 20 ligt waarbij de koppelmiddelen K een instelbare hoogte boven het wateroppervlak kunnen krijgen. Hierdoor kan de koppelbuis 9 een wisselende hoogte hebben boven het wateroppervlak waardoor gebruik onafhankelijk is van de waterstand.
25 In de figuren 3 en 4 is getoond hoe het vaartuig 1 gekoppeld is aan een platform 14 zoals een boorplatform. Op een koppelbuis 13 van het platform 14 is een koppelbuis 9 bevestigd. Aan een van de einden van de koppelbuis 9 is een steun 12 geplaatst, hier uitgevoerd als verticale buis. Het 30 uiteinde het tweede loopbrugdeel 8 rust met de koppelmiddelen K om de koppelbuis 9. Het eerste loopbrugdeel 7 en het tweede loopbrugdeel 8 zijn aan de bovenzijde voorzien van i ; 1025923 5 een looppad 11 met aan weerszijden een hekwerk 16 (dat in figuur 3 voor de duidelijkheid niet getoond is).
Op het vaartuig 1 is het looppad 11 via een of meer trappen en een stationair bordes 10 verbonden met het achterdek van 5 het vaartuig 1. Op het platform 14 is zijn eveneens voorzieningen zoals bordessen om het looppad 11 met een ladder 15 te verbinden. Eventueel is het tweede loopbrugdeel 8 aan het einde voorzien van een niet getoond neerklapbaar deel dat aansluit op een bordes dat leidt naar de ladder 15.
10 Door het vaartuig 1 door middel van de loopbrug L te koppelen met het platform 14 kunnen bezoekers het platform 14 van het vaartuig 1 af betreden of verlaten.
Voor het naar het platform 14 brengen van bezoekers vaart het vaartuig 1 naar het platform 14. Met behulp van de 15 voortstuwing en onder eventueel gebruik van een dynamic po-sitioning system of met behulp van aan ankers of aan het platform 14 bevestigde trossen positioneert het vaartuig 1 zich bij het platform 14 op zodanige wijze dat de koppel-buis 9 in het bereik van de koppelmiddelen K aan het uit-20 einde van het tweede loopbrugdeel 8 ligt. Tijdens het koppelen van het vaartuig 1 beweegt het vaartuig 1 ten opzichte van het platform 14 ondermeer tengevolge van deining, stroming en dergelijke. Met behulp van de voorstuwing wordt het vaartuig 1 naar het platform 14 gevaren totdat de kop-25 pelbuis 9 binnen het werkgebied W komt en door aanpassen van de richting, helling en lengte van de loopbrug L worden de koppelmiddelen K aan het uiteinde van de loopbrug L boven de koppelbuis 9 gebracht en wordt de koppeling met het platform 14 geëffectueerd. Eventueel wordt het vaartuig met 30 trossen die aan ankers of aan het platform 14 bevestigd zijn gepositioneerd bij het platform 14.
In de figuren 5-8 is het uiteinde van de loopbrug L met de koppelmiddelen K getoond. Aan de zijkanten van het looppad 1025923 • 6 i 11 is langs de zijkanten van het uiteinde van het tweede loopbrugdeel 8 een stootrand 27 aangebracht en aan het uiteinde van het tweede loopbrugdeel 8 een stootrand 20. De koppelraiddelen K zijn aangebracht aan de onderzijde in een 5 uitsparing aan het uiteinde van het tweede loopbrugdeel 8. Aan het tweede loopbrugdeel 8 is een as 18 bevestigd met een hartlijn 17 die loodrecht op het looppad 11 staat. Om de as 18 kan een koppelstuk .22 van uit een middenpositie naar elke zijde roteren om de hartlijn 17 over een eerste 10 hoek af waardoor de richting van het koppelstuk 22 zich aan kan passen aan de richting die de te omklemmen koppelbuis 9" heeft ten opzichte van de loopbrug L. Het tweede loopbrugdeel 8 is daartoe ook plaatselijk dunner uitgevoerd en heeft een uitsparing met schuine vlakken 26, zodanig dat 15 een ingeklemde koppelbuis 9" bij rotatie van het koppelstuk 22 over een eerste hoek α niet in aanraking komt met de loopbrug L. Eventueel zijn er blokkeringsmiddelen die maximale waarden van de eerste hoek α beperken. In een voorkeur suitvoering zijn er niet getoonde middelen die de het 20 koppelstuk 22 elastisch in het midden van het tweede loopbrugdeel 8 gericht houden, waarbij de eerste hoek α gelijk aan nul is. De maximale waarde van de eerste hoek o is ongeveer dertig tot vijfenveertig graden.
Aan het koppelstuk 22 zijn twee klemmen 21 bevestigd, die 25 beweegbaar zijn om een as 19 door middel van een niet getoonde klemaandrijving en die de koppelbuis 9" kunnen omvatten en vastklemmen. De klemaandrijving is zodanig uitgevoerd dat bij te hoge belasting de klemmen 21 openen en de koppelbuis 9 los kan komen van de klemmiddelen K. Daartoe 30 is het koppelstuk 22 en/of de aandrijving van de klemmen 21 voorzien van sensoren die de krachten kunnen meten die de koppelbuis 9" op het koppelstuk uitoefent. Ook zijn er sensoren die de aanwezigheid van koppelbuis 9"in klemmiddelen 1025923 7 ; K vaststellen. Deze sensoren zijn verbonden met een besturingssysteem van de inrichting.
De onderzijde van het tweede loopbrugdeel 8 is nabij de koppelmiddelen K aan het uiteinde in het midden voorzien 5 van een steunrand 24. De onderzijde van het tweede loopbrugdeel 8 is aan weerszijden van de steunrand 24 voorzien van afschuiningen 25, hierdoor kan het vlak van het looppad 11 van het tweede loopbrugdeel 8 een tweede hoek β maken met de richting van de koppelbuis 9'. In de praktijk is de 10 maximale waarde van de tweede hoek β in een vlak loodrecht op de loopbrug L vijftien tot twintig graden, deze hoek is ondermeer afhankelijk van de hoek tussen de loopbrug L en de koppelbuis 9 en de hoogte van de horizontale buis 9 ten opzichte van de scharnieras 6 van de loopbrug L. Het kop-15 pelstuk 22 en de klemmen 21 zijn zodanig vormgegeven dat de koppelbuis 9" ook in gekoppelde toestand een tweede hoek β kan maken met het vlak van het looppad 11.
Bij het koppelen van de loopbrug L aan het platform 14 wordt het vaartuig 1 in een min of meer stationaire positie 20 nabij het platform 14 gebracht. Vervolgens wordt het uiteinde van de loopbrug L boven de koppelbuis 9 gebracht en wordt de stootrand 27 aan de zijkant van de loopbrug L tegen de steun 12 gebracht en daar met een aandrukkracht tegenaan gedrukt. Aansluitend of afhankelijk van de omstan-25 digheden direct laat de operator de loopbrug L zakken tot deze met de steunrand 24 op de koppelbuis 9 ligt en wordt de hefcilinder 4 ontlast zodat de loopbrug L met de steunrand 24 door zijn eigen gewicht op de koppelbuis 9 blijft liggen, waarbij de zijkant tegen de steun 12 aangedrukt 30 wordt. Vervolgens wordt het tweede loopbrugdeel 8 in het eerste loopbrugdeel 7 getrokken waarbij de steunrand 24 over de koppelbuis 9 schuift. 1 fö® m - 8
Als de koppelbuis 9 aan het einde van de steunrand 24 is beweegt het uiteinde van de loopbrug L naar beneden waarbij het koppelstuk 22 de koppelbuis 9 gaat omvatten. Daarbij draait het koppelstuk 22 om de hartlijn 17 doordat de kop-5 pelbuis 9 langs een steunvlak 23 van het koppelstuk 22 dat ligt tussen den steunrand 24 en de hartlijn 16 naar het hoogste punt ervan glijdt en komt in de positie zoals in figuur 6 met onderbroken lijnen getoond. De aanwezigheid van de koppelbuis 9" wordt door de sensor gedetecteerd en 10 doorgegeven aan de besturingsmiddelen. Vervolgens worden den klemmen 21 geactiveerd waardoor de koppelbuis 9" wordt vastgeklemd en worden de aandrijvingen van de loopbrug L voor het heffen, roteren en uitschuiven spanningsloos gemaakt. Hierdoor kan het vaartuig 1 enigszins ten opzichte 15 van het platform 14 bewegen en kan het vaartuig 1 de kleinere bewegingen van deining en stroming volgen zonder dat er grote krachten op de constructie komen. De voorstuwing en/of de verankering van het vaartuig 1 zorgen er voor dat er geen grote bewegingen plaats vinden. Indien het door 20 storing of te sterke wind, deining of stroming toch te grote verplaatsingen optreden detecteert de sensor in de kop-pelmiddelen de grootte van de krachten. Eventueel wordt de voorstuwing en/of positionering van het vaartuig 1 aangepast. Als de gemeten krachten te groot worden opent de klem 25 21 en worden onder invloed van een besturingssysteem de aandrijvingen van de loopbrug L weer ingeschakeld en wordt de loopbrug L teruggebracht op het vaartuig 1.
Naast de hiervoor beschreven uitvoering zal het de vakman duidelijk zijn dat er voor de inrichting vele alternatieve 30 uitvoeringen zijn. Het is bijvoorbeeld mogelijk om de kop-pelmiddelen niet aan het uiteinde van het tweede loopbrug-deel 8 aan te brengen, maar op enige afstand ervan. Bij het koppelen van de loopbrug L wordt de lengte dan niet verkort 1025923 t 9 maar verlengd. Ook zijn er uitvoeringen mogelijk waarbij het koppelstuk 22 geen klemmen 21 heeft maar dat het koppelstuk uitsluitend door de vorm de koppelbuis 9 stevig omsluit.
1025923
Claims (14)
1. Inrichting voor het maken van een looppad van een vaartuig (1) naar een ten opzichte van het vaartuig min of meer stationair object (14) omvattende een 5 aan het vaartuig bevestigde loopbrug (L) met een bovenvlak (11) en nabij het uiteinde van de loopbrug een koppelorgaan (K) voor het omvatten van een aan het stationaire object bevestigde buis (9), waarbij de loopbrug L voorzien is van eerste aan-10 drijfmiddelen (4) voor het ten opzichte van het vaartuig om een eerste as (6) en een daarop min of meer loodrechte staande tweede as (5) roteren van de loopbrug en van tweede aandrijfmiddelen voor het in lengte verstellen van de loopbrug en van bestu-15 ringsmiddelen voor het tijdens het koppelen bestu ren van de inrichting met het kenmerk dat de buis (9) min of meer horizontaal is, het koppelorgaan (K) onder het bovenvlak (11) is aangebracht en de loopbrug (L) nabij het koppelorgaan aan de onder-20 zijde in de lengterichting van de loopbrug een smalle steunrand (24) heeft voor het afsteunen van de loopbrug op de buis (9')·
2. Inrichting volgens conclusie 1 waarbij de onderzijde van de loopbrug (L) aan weerszijden van de 25 steunrand (24) boven een V-vormig profiel ligt.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2 waarbij het koppelorgaan (K, 21, 22) roteerbaar is om een derde as (18) die min of meer loodrecht op het bovenvlak (11) staat. t ; 1025923 j
4. Inrichting volgens conclusie 3 waarbij het koppel-orgaah (K, 21, 22) een van de steunrand (24) naar het bovenvlak (11) lopend steunvlak (23) heeft dat tussen de derde as (18) en de steunrand ligt.
5. Inrichting volgens conclusie 3 of 4 waarbij het koppelorgaan (K, 21, 22) is voorzien elastische middelen voor het in een middenpositie brengen van het koppelorgaan.
6. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies 10 waarbij het koppelorgaan (K, 22) een klem (21) heeft voor het in gekoppelde toestand omvatten van de buis (9").
7. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies waarbij de besturingsmiddelen een eerste sensor om- 15 vatten voor het detecteren van de aanwezigheid van de buis (9") in het koppelorgaan (K, 21, 22).
8. Inrichting volgens conclusie 6 of 7 waarbij de besturingsmiddelen een tweede sensor omvatten voor het detecteren van de belasting en/of overbelasting 20 van de klem (21).
9. Inrichting volgens conclusie 8 waarbij de besturingsmiddelen zijn ingericht voor het openen van de klem (21) en/of inschakelen van de eerste aandrijf-middelen (4) na het detecteren van overbelasting 25 van de klem (21).
10. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies waarbij het koppelorgaan (K, 21, 22) en de loopbrug (L) zodanig zijn uitgevoerd dat een gekoppelde buis (9") evenwijdig aan het bovenvlak (11) gemeten een 30 hoek (a) van ten minste dertig tot vijfenveertig graden kan maken met een lijn loodrecht op de lengterichting van de loopbrug. 1025923 12 ' t
11. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies waarbij het koppelorgaan (K, 21, 22) zodanig is uitgevoerd dat een gekoppelde buis (9") een hoek (β) van ten minste tien tot twintig graden met het 5 bovenvlak (11) kan maken.
12. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies waarbij boven de buis (9) een steun (12) is aangebracht voor het in horizontale richting begrenzen van de bewegingen van de loopbrug (L).
13. Werkwijze voor het maken van een looppad van een vaartuig (1) naar een ten opzichte van het vaartuig min of meer stationair object (14) door aanbrengen van een loopbrug (L) tussen het vaartuig (1) en het object waarbij de loopbrug aan het vaartuig is be-15 vestigd en ondermeer voorzien is van eerste aan- drijfmiddelen (4) voor het heffen en zwenken van de loopbrug, van tweede aandrij fmiddelen voor het van lengte veranderen van de loopbrug en aan de onderzijde voorzien is van een koppelorgaan (K) voor het 20 koppelen van de loopbrug aan een aan het object be vestigde buis (9) met het kenmerk dat tijdens het koppelen de loopbrug (L) op de horizontale buis (9) gelegd wordt waarna de lengte van de loopbrug door de tweede aandrij fmiddelen wordt aangepast tot het 25 koppelorgaan (K) om de buis (9") valt.
14. Werkwijze volgens conclusie 13 waarbij boven de horizontale buis (9) een steun (12) is aangebrachte en de loopbrug (L) tegen de steun gedrukt wordt voordat de loopbrug op de buis gelegd wordt. 1025923
Priority Applications (10)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1025923A NL1025923C2 (nl) | 2004-04-09 | 2004-04-09 | Inrichting en werkwijze voor het koppelen van een vaartuig met een stationair object. |
CA2562426A CA2562426C (en) | 2004-04-09 | 2005-04-05 | Device and method for coupling a vessel to a stationary object |
DK05733686T DK1740448T3 (da) | 2004-04-09 | 2005-04-05 | Indretning og fremgangsmåde til sammensætning af et fartöj og et stationært objekt |
AT05733686T ATE386680T1 (de) | 2004-04-09 | 2005-04-05 | Vorrichtung und verfahren zur koppelung eines wasserfahrzeugs an ein feststehendes objekt |
EP05733686A EP1740448B1 (en) | 2004-04-09 | 2005-04-05 | Device and method for coupling a vessel to a stationary object |
US11/578,017 US7665170B2 (en) | 2004-04-09 | 2005-04-05 | Device and method for coupling a vessel to a stationary object |
PCT/NL2005/000255 WO2005097591A1 (en) | 2004-04-09 | 2005-04-05 | Device and method for coupling a vessel to a stationary object |
DE602005004906T DE602005004906T2 (de) | 2004-04-09 | 2005-04-05 | Vorrichtung und verfahren zur koppelung eines wasserfahrzeugs an ein feststehendes objekt |
ES05733686T ES2302193T3 (es) | 2004-04-09 | 2005-04-05 | Dispositivo y metodo para acoplar un barco a un objeto estacionario. |
PT05733686T PT1740448E (pt) | 2004-04-09 | 2005-04-05 | Dispositivo e método para acoplar uma embarcação a um objecto estacionário |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1025923A NL1025923C2 (nl) | 2004-04-09 | 2004-04-09 | Inrichting en werkwijze voor het koppelen van een vaartuig met een stationair object. |
NL1025923 | 2004-04-09 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1025923C2 true NL1025923C2 (nl) | 2005-10-11 |
Family
ID=34964319
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1025923A NL1025923C2 (nl) | 2004-04-09 | 2004-04-09 | Inrichting en werkwijze voor het koppelen van een vaartuig met een stationair object. |
Country Status (10)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US7665170B2 (nl) |
EP (1) | EP1740448B1 (nl) |
AT (1) | ATE386680T1 (nl) |
CA (1) | CA2562426C (nl) |
DE (1) | DE602005004906T2 (nl) |
DK (1) | DK1740448T3 (nl) |
ES (1) | ES2302193T3 (nl) |
NL (1) | NL1025923C2 (nl) |
PT (1) | PT1740448E (nl) |
WO (1) | WO2005097591A1 (nl) |
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
WO2016130002A1 (en) | 2015-02-09 | 2016-08-18 | Kymmell B.V. | Marine transfer system |
Families Citing this family (13)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB2394498B (en) * | 2002-10-23 | 2006-08-09 | Engineering Business Ltd | Mounting of offshore structures |
GB0306547D0 (en) * | 2003-03-21 | 2003-04-23 | Engineering Business Ltd | Apparatus for creating a local reduction in wave height |
ATE414010T1 (de) * | 2004-08-03 | 2008-11-15 | Ihc Engineering Business Ltd | Zugangsverfahren zwischen schiffskonstruktionen und gerät |
GB2428656B (en) * | 2005-08-01 | 2009-08-05 | Engineering Business Ltd | Gangway apparatus |
GB2434823A (en) | 2006-02-06 | 2007-08-08 | Engineering Business Ltd | Transport and installation of offshore structures |
NO328516B1 (no) * | 2009-04-07 | 2010-03-08 | Olav Olsen As Dr Techn | Arrangement og fremgangsmate for a forbinde et fartoy med en installasjon |
US8407840B2 (en) * | 2009-09-01 | 2013-04-02 | Lockheed Martin Corporation | Self releasing cable system |
NL2003728C2 (nl) | 2009-10-30 | 2011-05-03 | P & R Systems | Werkwijze voor het stabiliseren van een drijvend vaartuig tegen een stationair object. |
WO2012007002A2 (en) * | 2010-07-12 | 2012-01-19 | Vestas Wind Systems A/S | Offshore unloading |
GB2476858C (en) * | 2010-11-19 | 2021-07-21 | Stephen Mattey Ronald | Jaw apparatus for stabilising a floating craft against a stationary structure |
EP2487102B1 (en) | 2011-02-11 | 2015-08-19 | OSBIT Power Limited | Access apparatus for transferring from vessels to fixed structures |
EP4206068A4 (en) * | 2021-02-22 | 2023-11-22 | Sustainable Works Corporation | SEA STRUCTURE, DEFENSE DEVICE FOR SEA STRUCTURE, AND METHOD FOR MOVING TOWARDS A STRUCTURAL BODY CONSTITUTING AN SEA STRUCTURE |
CN116691939B (zh) * | 2023-07-25 | 2023-10-24 | 三峡新能源海上风电运维江苏有限公司 | 一种分离式风机登靠装置 |
Citations (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US4366591A (en) * | 1980-11-12 | 1983-01-04 | Zimmerman Mahlon N | Automatic safety gangplank |
US4590634A (en) * | 1984-12-20 | 1986-05-27 | The Boeing Company | Marine transfer device |
WO1987002723A1 (en) * | 1985-11-01 | 1987-05-07 | Lockheed Shipbuilding Company | Articulated ramp |
GB2246992A (en) * | 1991-09-20 | 1992-02-19 | Alan Cundall | Gangway |
WO2000015489A1 (en) * | 1998-09-17 | 2000-03-23 | Ägir Konsult AB | Mooring device |
US6131224A (en) * | 1998-04-16 | 2000-10-17 | Texaco Inc. | Coupling device for transfer between a static structure and a dynamic structure |
WO2002020343A1 (en) | 2000-09-06 | 2002-03-14 | P & R Systems | A vessel, provided with a gang plank for coupling to an offshore pole structure |
Family Cites Families (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US4003473A (en) * | 1974-08-30 | 1977-01-18 | Ryan Ramp, Inc. | Combined marine ramp transfer and mooring system |
US4043288A (en) * | 1975-10-23 | 1977-08-23 | Sun Shipbuilding And Dry Dock Co. | Ship loading ramp |
NO139296C (no) * | 1977-07-18 | 1979-02-07 | Marine Aluminium Aanensen & Co | Anordning ved landgang. |
US4169296A (en) * | 1978-03-21 | 1979-10-02 | Ingenieursbureau Marcon (Marine Consultants) B.V. | Connecting bridge for personnel to connect two mutually movable marine structures |
FR2471311A1 (fr) * | 1979-12-12 | 1981-06-19 | Chambon Ste Gle Remorquag Trav | Dispositifs et procede de transbordement entre un bateau et une structure fixe situee en pleine mer |
US4473916A (en) * | 1982-02-24 | 1984-10-02 | Gec Mechanical Handling Limited | Access means |
US6923140B1 (en) * | 2004-03-03 | 2005-08-02 | Aluminum Ladder Company | Boat access stairway |
-
2004
- 2004-04-09 NL NL1025923A patent/NL1025923C2/nl not_active IP Right Cessation
-
2005
- 2005-04-05 PT PT05733686T patent/PT1740448E/pt unknown
- 2005-04-05 ES ES05733686T patent/ES2302193T3/es active Active
- 2005-04-05 EP EP05733686A patent/EP1740448B1/en active Active
- 2005-04-05 DK DK05733686T patent/DK1740448T3/da active
- 2005-04-05 DE DE602005004906T patent/DE602005004906T2/de active Active
- 2005-04-05 WO PCT/NL2005/000255 patent/WO2005097591A1/en active IP Right Grant
- 2005-04-05 CA CA2562426A patent/CA2562426C/en not_active Expired - Fee Related
- 2005-04-05 AT AT05733686T patent/ATE386680T1/de not_active IP Right Cessation
- 2005-04-05 US US11/578,017 patent/US7665170B2/en active Active
Patent Citations (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US4366591A (en) * | 1980-11-12 | 1983-01-04 | Zimmerman Mahlon N | Automatic safety gangplank |
US4590634A (en) * | 1984-12-20 | 1986-05-27 | The Boeing Company | Marine transfer device |
WO1987002723A1 (en) * | 1985-11-01 | 1987-05-07 | Lockheed Shipbuilding Company | Articulated ramp |
GB2246992A (en) * | 1991-09-20 | 1992-02-19 | Alan Cundall | Gangway |
US6131224A (en) * | 1998-04-16 | 2000-10-17 | Texaco Inc. | Coupling device for transfer between a static structure and a dynamic structure |
WO2000015489A1 (en) * | 1998-09-17 | 2000-03-23 | Ägir Konsult AB | Mooring device |
WO2002020343A1 (en) | 2000-09-06 | 2002-03-14 | P & R Systems | A vessel, provided with a gang plank for coupling to an offshore pole structure |
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
WO2016130002A1 (en) | 2015-02-09 | 2016-08-18 | Kymmell B.V. | Marine transfer system |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
WO2005097591A1 (en) | 2005-10-20 |
US7665170B2 (en) | 2010-02-23 |
DK1740448T3 (da) | 2008-06-09 |
EP1740448B1 (en) | 2008-02-20 |
EP1740448A1 (en) | 2007-01-10 |
CA2562426A1 (en) | 2005-10-20 |
ES2302193T3 (es) | 2008-07-01 |
DE602005004906T2 (de) | 2009-02-19 |
CA2562426C (en) | 2012-07-03 |
DE602005004906D1 (de) | 2008-04-03 |
ATE386680T1 (de) | 2008-03-15 |
US20080289126A1 (en) | 2008-11-27 |
PT1740448E (pt) | 2008-04-18 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL1025923C2 (nl) | Inrichting en werkwijze voor het koppelen van een vaartuig met een stationair object. | |
RU2324614C2 (ru) | Выдвижная подножка | |
US8671869B2 (en) | Segmented platform | |
CN105480907B (zh) | 隧道缩径防卡车载侧壁雷达伺服举送装置 | |
DK2516250T3 (en) | Crane on a ship | |
KR101763817B1 (ko) | 갱웨이 장치 | |
CN110546064B (zh) | 靠泊装置船舶 | |
CN1087250C (zh) | 用于设置在船舶上的起重机的副桁架 | |
GB2292911A (en) | Improvements relating to boarding ramps. | |
NL2015790B1 (en) | Method and apparatus for transferring loads between a vehicle and a transfer area spaced apart from said vehicle. | |
US7261351B1 (en) | Spreader including a detection system | |
NL1024196C2 (nl) | Vaartuig voorzien van een met een offshore paallichaam koppelbare loopbrug. | |
KR20120061775A (ko) | 항공기 이동 시스템 | |
NL2015891B1 (en) | System and method for transfer of cargo and/or personnel. | |
NL1015924C2 (nl) | Vaartuig voorzien van een inrichting voor het verwijderen resp. plaatsen van een onderstructuur van een boor- of productieplatform. | |
KR200476310Y1 (ko) | 선박승선용 사다리 | |
JP2013525206A (ja) | 船舶用折り畳み式ランプウェイに結合される装置 | |
EP2942314B1 (fr) | Niveleur de quai telescopique permettant de suivre les deplacements d'un vehicule lors de son chargement et/ou dechargement | |
CN114214932B (zh) | 一种具有移动结构的桥梁检测装置 | |
KR20160147827A (ko) | 선박 램프에서의 처리법 및 상기 처리법을 성취하기 위한 장치 | |
US20210371061A1 (en) | System for Stabilizing a Vessel Against a Stationary Object | |
JP2536053B2 (ja) | 船***置検出装置 | |
EP0448561B1 (en) | Ramp for ferry berths or the like | |
EP0970883A1 (en) | Ship and method for the transport of containers and the like | |
KR200209214Y1 (ko) | 선박의 승하선장치 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
SD | Assignments of patents |
Owner name: FABRICOM OIL & GAS B.V. Effective date: 20051026 |
|
VD1 | Lapsed due to non-payment of the annual fee |
Effective date: 20091101 |