NL1021848C2

NL1021848C2 - Beveiligingssysteem gebaseerd op standaard eurocilinder.

Info

Publication number: NL1021848C2
Application number: NL1021848A
Authority: NL
Inventors: Johannes Harm Lukas Hogen Esch
Original assignee: Nedap Nv
Priority date: 2002-11-06
Filing date: 2002-11-06
Publication date: 2004-05-07
Also published as: EP1418295A1

Description

-1- 5 Beveiligingssysteem gebaseerd op standaard eurocilinder

De uitvinding betreft een beveiligingssysteem dat gebaseerd is op het profiel van een standaard eurocilinder, die wordt toegepast als sluitmechanisme in de slotbehuizin-10 gen van deursloten.

Bij de toepassing van elektrische of elektronische sloten is in de meeste gevallen veel installatiewerk nodig, omdat deze sloten vaak afwijkende maten hebben en omdat energievoorziening en bedieningslijnen moeten worden aan-15 gelegd. Vooral in bestaande gebouwen gaat deze installatie gepaard met relatief hoge kosten. Dit is met name het geval als het gebruik van elektrische sloten een tijdelijk karakter heeft, zoals bijvoorbeeld in de zorgsector, waar verplegers patiënten thuis verplegen en waar het sleutel-20 beheer van huissleutels een groot probleem vormt. Hier is men gebaat bij een eenvoudig installeerbaar elektrisch slot. Een voorwaarde hierbij is echter, dat deze sloten vanuit de zorgcentrale moeten kunnen worden voorzien van autorisatie informatie.

25 Een andere voorwaarde is, dat de sloten moeten voldoen aan de normen en veiligheidseisen die hiervoor gelden, zoals de Nederlandse norm NEN 5089 met betrekking tot inbraakveilig-heid.

De onderhavige uitvinding beoogt een oplossing voor 30 deze problematiek te bieden en zal aan de hand van enkele figuren in het vervolg worden verklaard.

Figuur 1 toont een lengtedoorsnede van een zogenaamde eurocilinder volgens de uitvinding, met daarbij een dwarsdoorsnede A-A.

35 Figuur 2 toont een detail van het vergrendelmecha- nisme van deze eurocilinder.

Figuur 3 toont een zogenaamde "exploded view" van de 1 Π .'· ; :·· .-··

Ay· H componenten van dit vergrendelmechanisme.

Door het onderbrengen van het slotmechanisme binnen het profiel van een standaard eurocilinder, waarbij tenminste aan één zijde geen onderdelen uitsteken buiten het 5 profiel van deze cilinder, is de installatie uitermate eenvoudig. Met behulp van slechts één schroef kan deze cilinder bij een geopende deur in een bestaande slotbehui- I zing worden geschoven en gemonteerd, waarvoor geen gespecia- liseerde vakmensen nodig zijn. Bij het slotmechanisme 10 volgens de uitvinding worden geen sleutels toegepast, maar in plaats daarvan vindt de ontgrendeling op elektronische wijze plaats met behulp van een contactloze chipkaart, welke als sleutel fungeert. Deze contactloze chipkaart bevat een uniek identificatienummer waarmee het slot geopend kan I 15 worden, tenminste indien dit slot vooraf is voorzien van de I autorisatie voor dit unieke identificatienummer. Bij het beveiligingssysteem volgens de uitvinding kan deze autorisa- tie op contactloze wijze plaatsvinden, bijvoorbeeld vanuit de voornoemde zorgcentrale.

20 In de doorsnede van figuur 1 wordt de baard (1) in het slothuis (2) van de eurocilinder niet zoals I gebruikelijk door een sleutel bediend, maar door middel van een bedieningslip welke permanent aanwezig is, waarbij deze I lip met behulp van een elektromotor (3) wordt gekoppeld aan I 25 de baard (1) . Behalve het vergrendelmechanisme is het H slotmechanisme volgens de uitvinding, met behulp van dezelf- I de onderdelen, symmetrisch opgebouwd waarbij, onafhankelijk I van elkaar, zowel bediening vanaf de binnenzijde, als I bediening vanaf de buitenzijde van de deur mogelijk is.

I 30 Vanaf de buitenzijde van de deur wordt de beweging van I bedieningslip (29) via een verbindingsstrip (30) en tandwiel (31) overgebracht naar as (23) welke aan beide uiteinden I voorzien is van twee kleine tandwielen, waarvan er één in I ingrijping is met tandwiel (31) en de andere met tandwiel I 35 (21) in figuur 2. Tandwiel (21) is identiek aan tandwiel I (31) en draait dus exact synchroon met bedieningslip (29).

I De omleiding van deze beweging langs het cilindrische -3- gedeelte van het slothuis (2) is noodzakelijk omdat, zoals aangegeven in figuur 1, de ruimte in dit cilindrische gedeelte nodig is voor het onderbrengen van een standaard batterij (36). Vanaf de binnenzijde van de deur wordt deze 5 beweging op dezelfde wijze overgebracht naar as (24) en tandwiel (22) in figuur 2.

In de detailtekening van figuur 2 en de "exploded view" van figuur 3 is te zien hoe het vergrendelmechanisme werkt. De elektromotor (3), met ingebouwd vertragingsmecha-10 nisme en aangebouwde elektronische regelmodule (4), is via ring (5) gemonteerd in slothuis (2) en is gekoppeld met as (6) waarop nokschijf (7) vast gemonteerd is. Nokschijf (8) welke is voorzien van grendelnokken, die ingrijpen in de met slothuis (2) verbonden nokkenring (9), schuift over as (6) 15 en wordt met behulp van veer (10) tegen nokschijf (7) geduwd, waarbij in de getekende ruststand de grendelnokken van nokschijf (8) in ingrijping zijn met de nokkenring (9) en rotatie om as (6) niet mogelijk is. Nokschijf (7) heeft aan de linkerzijde een segment dat door de optoschakelaar 20 (11) draait, waarmee de blokkeerpositie, hetgeen de ruststand is, gedetecteerd wordt. De overige posities van as (6) worden afgeleid met behulp van de regelmodule (4), welke via Hall sensoren de stand van de rotor detecteert en op deze wijze de stand van as (6) ten opzichte van de ruststand 25 kan bepalen.

Nokschijf (8) is via de eerder genoemde nokken, die corresponderen met openingen in de baard (1), gekoppeld met baard (1) en kan daardoor wel schuiven maar niet verdraaien ten opzichte van de baard (1). Op deze wijze is de baard (1) 30 in de ruststand dus ook vergrendeld ten opzichte van slothuis (2). Deze vergrendeling van de baard (1) vindt plaats onder een hoek die groter is dan de in de Nederlandse norm NEN 5089 voorgeschreven minimale hoek van 20 graden ten opzichte van de hartlijn door het buiten het cilindrische 35 deel uitstekende gedeelte van het slotprofiel aangegeven in detail A-A van figuur 1.

Baard (1) is aan de linkerzijde eveneens voorzien H van een segment dat draait in twee optoschakelaars (12), die onder een hoek van 90 graden ten opzichte van elkaar geposi- tioneerd zijn en waarmee de stand van baard (1) ten opzichte van het slothuis (2) in vier kwadranten bepaald kan worden.

5 Behalve nokschijf (7) is op as (6) een curveschijf (13) bevestigd, waaromheen bus (14) schuift, die voorzien is van een pen (15) welke in de curve van curveschijf (13) loopt. Pen (20) welke in het motorhuis bevestigd is zorgt I ervoor, dat bus (13) uitsluitend kan schuiven en niet kan 10 roteren ten opzichte van het slothuis (2).

I Om bus (13) draaien twee nokringen (16) en (17) welke met behulp van veer (18) uit elkaar worden geduwd doch met behulp van veerring (19) worden opgesloten op bus (14).

De nokken van deze ringen schuiven in corresponderende 15 openingen in baard (1) en kunnen dus ten opzichte van baard (1) niet roteren maar uitsluitend schuiven.

I Bij het openen van het slot vanaf de buitenzijde van I de deur wordt as (6) rechtsom gedraaid over een hoek van ca.

I 120 graden, waarbij achtereenvolgens met behulp van nok- 20 schijf (7), nokschijf (8) uit de vergrendeling wordt gescho- H ven en vervolgens bus (14) via curveschijf (13) naar rechts wordt geschoven, waarbij nokring (16) in ingrijping komt met tandwiel (21) welke eveneens is voorzien van met deze nokken I corresponderende openingen. Mocht de stand zodanig zijn dat 25 de nokken van nokring (16) niet in de openingen van tandwiel (21) schuiven, dat wordt veer (18) ingedrukt. Indien bedieningslip (29) in figuur 1 vervolgens wordt gedraaid en de nokken van nokring (16) in figuur 2 voor de openingen in tandwiel (21) komen dan schuift nokring (16) onder druk van 30 veer (18) alsnog in deze openingen en vindt ingrijping I plaats waarna de baard (1) bewogen kan worden door aan bedieningslip (29) te draaien, zodat het slot van de deur I geopend of gesloten kan worden of in de nachtstand kan I worden gedraaid.

35 Bij het openen van het slot vanaf de binnenzijde van I de deur wordt, met behulp van elektromotor (3), as (6) I linksom gedraaid over een hoek van ca. 120 graden, waarbij I λ Λ r» -i -5- op dezelfde wijze achtereenvolgens met behulp van nokschijf (7), nokschijf (8) uit de vergrendeling wordt geschoven en vervolgens bus (14) via curveschijf (13) naar links wordt geschoven, waarbij nokring (17) in ingrijping komt met tand-5 wiel (22). Mocht de stand zodanig zijn dat de nokken van nokring (17) niet in de openingen van tandwiel (22) schuiven, dat wordt eveneens veer (18) ingedrukt. Indien de bedieningslip aan de binnenzijde van de deur vervolgens wordt gedraaid en de nokken van nokring (17) voor de 10 openingen in tandwiel (22) komen dan schuift nokring (17) onder druk van veer (18) alsnog in deze openingen en vindt ingrijping plaats waarna de baard (1) vanaf de binnenzijde van de deur bewogen kan worden.

De bediening van het slot vanaf de binnenzijde van 15 de deur is dus volledig onafhankelijk van de bediening vanaf de buitenzijde van de deur, waarbij de bediening vanaf de binnenzijde voorrang heeft op de bediening vanaf de buitenzijde van de deur. Op deze wijze is het ook mogelijk om het slot vanaf de binnenzijde van de deur in de dagstand te 20 laten staan, waarbij het slot van binnenuit zonder contactloze chipkaart bediend kan worden.

Het slotmechanisme wordt beschermd door twee geharde schijven (25) en (26) in figuur 2 waardoor het niet mogelijk is het slot uit te boren met behulp van een boor en de 25 volgens NEN 5089 vereiste boorbeveiliging aanwezig is.

Schijf (25) dient eveneens als afdichting van de batterij-houder (35) waarin de batterij (36) zich bevindt. Het verwisselen van de batterijen kan geschieden door de cilinder uit het slothuis van de deur te demonteren en de 30 batterijhouder omhoog te klappen om draaipunt (37).

De elektronica van het elektronische slot is ondergebracht op verschillende printjes, waarvan de belangrijkste print (32) zich bevindt in de ruimte waar normaal de aftast-pennen van de sleutel zich bevinden. Op deze print bevindt 35 zich een zender/ontvanger, bijvoorbeeld in de 868 MHz band welke met behulp van antenne (39) ongeveer een bereik heeft van 20 meter en kan communiceren met een soortgelijke * Λ O ·< « H zender/ontvanger die is ondergebracht in een niet getekende adaptermodule die in een stopcontact kan worden gestoken en waarin tevens een GSM modem is ondergebracht, zodat de autorisatiecodes via een draadloze telefoonverbinding vanuit I 5 bijvoorbeeld de zorgcentrale naar het elektronische slot kunnen worden overgebracht.

In de overeenkomstige ruimte aan de andere zijde van de cilinder bevindt zich een print waarmee de energiever- I zorging wordt geregeld, waarbij in het geval van leegge- I 10 raakte batterijen via een externe aansluiting in opening I (38) energie van buitenaf kan worden aangevoerd.

I Print (33) welke zowel aan de buitenzijde als aan de binnenzijde van de deur in het uitstekende gedeelte van het slothuis (2) is aangebracht bevat de kaartlezer voor de I 15 contactloze chipkaart. Achter een lensje in opening (34) is I een lichtgevende diode met twee kleuren aangebracht, waarmee informatiesignalen aan de gebruiker kunnen worden gegeven.

I Behalve voor de vergrendeling en ontgrendeling van I de baard (1) in figuur 2 zorgt de motor (3) er tevens voor 20 dat de baard in ruststand onder de voorgeschreven hoek vergrendeld wordt. Hiervoor is op nokschijf (8) een extra I nok (27) aangebracht en aan curveschijf (13) een extra nok I (28). Mocht nokschijf (8) niet in de vergrendelstand H schuiven doch boven op de nokkenring (9) en dus in een naar H 25 rechts geschoven positie blijven staan, dan grijpen de nokken (27) en (28) in elkaar en wordt de nokschijf (8) en I daarmee dus de baard (1) meegenomen door de curveschijf (13) totdat nokschijf (8) wel in kan grijpen in de nokkenring (9) I en er vergrendeling optreedt, waarbij de baard (1) in de I 30 voorgeschreven minimale hoek van 20 graden ten opzichte van I de hartlijn door het buiten het cilindrische deel I uitstekende gedeelte staat. Deze eigenschap vormt een I kernbes tandde el van de onderhavige uitvinding en komt bij I geen enkele van de bekende elektrische cilindersloten voor.

I 35 De miniaturisatiegraad van het beveiligingssysteem I volgens de uitvinding waarbij alle genoemde functies zijn I ondergebracht binnen het profiel van een standaard -7- eurocilinder is eveneens uniek.

Behalve het gebruik van een contactloze chipkaart is het natuurlijk ook mogelijk om een contactloos label, bijvoorbeeld in de vorm van een sleutelhanger of ingebouwd 5 in een horloge, toe te passen. Ook kan de beveiliging verbeterd worden door een zogenaamd "challenge/response" systeem toe te passen, bijvoorbeeld volgens het standaard DES protocol.

Met behulp van de optoschakelaars is het mogelijk om 10 de verdraaiing van de baard te detecteren en daarmee vast te stellen in welke stand het slot zich bevindt. Verder is op print (32) in het buiten de deur uitstekende gedeelte van de cilinder een infrarood zender en ontvanger aangebracht, welke het, tezamen met een retro reflectief spiegeltje op de 15 binnenzijde van de deurpost, mogelijk maakt om te detecteren dat de deur al dan niet gesloten is. Deze informatie kan eveneens via de 868 MHZ zender/ontvanger worden doorgegeven naar het centrale autorisatiesysteem.

Behalve met behulp van de contactloze chipkaart kan 20 het slot uiteraard ook bediend worden via de contactloze zender/ontvanger in de 868 MHz band. Hiermee is het mogelijk een afstandsbediening te maken waarmee bijvoorbeeld een patiënt de deur op afstand kan openen.

1 Π V -i

Claims

2. Een beveiligingssysteem waarbij het elektronische slot I is gebaseerd op het profiel van een standaard euroci- linder volgens de voorgaande conclusie met het kenmerk, 20 dat de bediening van het slot geschiedt met behulp van een contactloze chipkaart of een andersoortig contact- loos label.
3. Een beveiligingssysteem waarbij het elektronische slot I 25 is gebaseerd op het profiel van een standaard euroci- I linder volgens één of beide voorgaande conclusie(s) met I het kenmerk, dat de bediening vanaf de buitenzijde en I de bediening vanaf de binnenzijde onafhankelijk van H elkaar functioneren. I 30
4. Een beveiligingssysteem waarbij het elektronische slot I is gebaseerd op het profiel van een standaard euroci- I linder volgens één of meerdere voorgaande conclusie(s) I met het kenmerk, dat de bediening vanaf de binnenzijde I 35 voorrang heeft op de bediening vanaf de buitenzijde. -9-
5. Een beveiligingssysteem waarbij het elektronische slot is gebaseerd op het profiel van een standaard euroci-linder volgens één of meerdere voorgaande conclusie(s) met het kenmerk, dat het slot voorzien is van een 5 zender/ontvanger, bijvoorbeeld in de 868 MHz band, waarmee communicatie over grotere afstand mogelijk is.
6. Een beveiligingssysteem waarbij het elektronische slot is gebaseerd op het profiel van een standaard euroci- 10 linder volgens de voorgaande conclusie met het kenmerk, dat via de zender/ontvanger autorisatiecodes kunnen worden overgebracht, zodat op afstand geregeld kan worden welke chipkaarten toegang hebben.
7. Een beveiligingssysteem waarbij het elektronische slot is gebaseerd op het profiel van een standaard euroci-linder volgens één of meerdere voorgaande conclusie(s) met het kenmerk, dat het slot behalve het vergrendel-mechanisme symmetrisch is opgebouwd met gebruikmaking 20 van dezelfde onderdelen.
8. Een beveiligingssysteem waarbij het elektronische slot is gebaseerd op het profiel van een standaard euroci-linder volgens één of meerdere voorgaande conclusie(s) 25 met het kenmerk, dat met behulp van sensoren bepaald kan worden in welke stand het slot zich bevindt.
9. Een beveiligingssysteem waarbij het elektronische slot is gebaseerd op het profiel van een standaard euroci- 30 linder volgens één of meerdere voorgaande conclusie(s) met het kenmerk, dat met behulp van een licht emitterende diode en een sensor via een spiegeltje in de deurpost bepaald kan worden of de deur geopend, dan wel gesloten is. ) ïi, - Ü h g N,, ' v.r· I -10-
10. Een beveiligingssysteem waarbij het elektronische slot is gebaseerd op het profiel van een standaard euroci- linder volgens één of meerdere voorgaande conclusie(s) I met het kenmerk, dat het slot voorzien is van een 5 beveiliging tegen boren, bijvoorbeeld in de vorm van I geharde schijfjes.
11. Een beveiligingssysteem waarbij het elektronische slot is gebaseerd op het profiel van een standaard euroci- 10 linder volgens één of meerdere voorgaande conclusie(s) I met het kenmerk, dat in het geval dat de batterijen leeg zijn energie van buitenaf kan worden toegevoerd om het slot te laten functioneren.
12. Een beveiligingssysteem waarbij het elektronische slot is gebaseerd op het profiel van een standaard euroci- linder volgens één of meerdere voorgaande conclusie(s) met het kenmerk, dat met behulp van lichtgevende diodes informatiesignalen aan de gebruiker worden gegeven. I 20
13. Een beveiligingssysteem waarbij het elektronische slot I is gebaseerd op het profiel van een standaard euroci- I linder volgens één of meerdere voorgaande conclusie(s) I met het kenmerk, dat de contactloze chipkaart, als 25 extra beveiliging, voor het openen van het slot gebruik maakt van een challenge/response systeem, bijvoorbeeld volgens het standaard DES protocol.
14. Een beveiligingssysteem waarbij het elektronische slot 30 is gebaseerd op het profiel van een standaard euroci- I linder volgens één of meerdere voorgaande conclusie(s) I met het kenmerk, dat het slot ook op afstand via de I zender/ontvanger, bijvoorbeeld in de 868 MHz band, I bediend kan worden. A A Λ a id