NL1019102C2 - Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van vloerdelen, alsmede een vloerdeel. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van vloerdelen, alsmede een vloerdeel. Download PDF

Info

Publication number
NL1019102C2
NL1019102C2 NL1019102A NL1019102A NL1019102C2 NL 1019102 C2 NL1019102 C2 NL 1019102C2 NL 1019102 A NL1019102 A NL 1019102A NL 1019102 A NL1019102 A NL 1019102A NL 1019102 C2 NL1019102 C2 NL 1019102C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
saws
sawing
board
plank
opposite
Prior art date
Application number
NL1019102A
Other languages
English (en)
Inventor
Jacob Gnodde
Jan Gorter
Original Assignee
Luxwood Systems B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Luxwood Systems B V filed Critical Luxwood Systems B V
Priority to NL1019102A priority Critical patent/NL1019102C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1019102C2 publication Critical patent/NL1019102C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B23MACHINE TOOLS; METAL-WORKING NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • B23DPLANING; SLOTTING; SHEARING; BROACHING; SAWING; FILING; SCRAPING; LIKE OPERATIONS FOR WORKING METAL BY REMOVING MATERIAL, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • B23D45/00Sawing machines or sawing devices with circular saw blades or with friction saw discs
    • B23D45/10Sawing machines or sawing devices with circular saw blades or with friction saw discs with a plurality of circular saw blades
    • B23D45/105Sawing machines or sawing devices with circular saw blades or with friction saw discs with a plurality of circular saw blades operating within the same plane
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B27WORKING OR PRESERVING WOOD OR SIMILAR MATERIAL; NAILING OR STAPLING MACHINES IN GENERAL
    • B27MWORKING OF WOOD NOT PROVIDED FOR IN SUBCLASSES B27B - B27L; MANUFACTURE OF SPECIFIC WOODEN ARTICLES
    • B27M3/00Manufacture or reconditioning of specific semi-finished or finished articles
    • B27M3/04Manufacture or reconditioning of specific semi-finished or finished articles of flooring elements, e.g. parqueting blocks
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B32LAYERED PRODUCTS
    • B32BLAYERED PRODUCTS, i.e. PRODUCTS BUILT-UP OF STRATA OF FLAT OR NON-FLAT, e.g. CELLULAR OR HONEYCOMB, FORM
    • B32B21/00Layered products comprising a layer of wood, e.g. wood board, veneer, wood particle board
    • B32B21/04Layered products comprising a layer of wood, e.g. wood board, veneer, wood particle board comprising wood as the main or only constituent of a layer, which is next to another layer of the same or of a different material
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F13/00Coverings or linings, e.g. for walls or ceilings
    • E04F13/07Coverings or linings, e.g. for walls or ceilings composed of covering or lining elements; Sub-structures therefor; Fastening means therefor
    • E04F13/08Coverings or linings, e.g. for walls or ceilings composed of covering or lining elements; Sub-structures therefor; Fastening means therefor composed of a plurality of similar covering or lining elements
    • E04F13/10Coverings or linings, e.g. for walls or ceilings composed of covering or lining elements; Sub-structures therefor; Fastening means therefor composed of a plurality of similar covering or lining elements of wood or with an outer layer of wood
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F15/00Flooring
    • E04F15/02Flooring or floor layers composed of a number of similar elements
    • E04F15/04Flooring or floor layers composed of a number of similar elements only of wood or with a top layer of wood, e.g. with wooden or metal connecting members
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F2201/00Joining sheets or plates or panels
    • E04F2201/02Non-undercut connections, e.g. tongue and groove connections
    • E04F2201/023Non-undercut connections, e.g. tongue and groove connections with a continuous tongue or groove

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Wood Science & Technology (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Manufacturing & Machinery (AREA)
  • Forests & Forestry (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)

Description

t
Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van vloerdelen, alsmede een vloerdeel
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van delen 5 zoals vloerdelen, omvattende de stappen van: (a) het voorzien in een in dwarsdoorsnede rechthoekige eerste plank (b) het op tegenoverliggende lange zijden van de dwarsdoorsnede van die eerste plank verlijmen van de eerste plank met telkens een tweede plank ter vorming van een meerlaagspaneel 10 (c) het volgens de lange zijden van die dwarsdoorsnede doorzagen van het meerlaagspaneel door het middenvlak van de eerste plank.
De publicatie DE-28 51 582 beschrijft een werkwijze voor het vervaardigen van een profielplank, waarbij met een eerste plank van decoratief hout aan de beide zijden daarvan telkens een tweede plank van goedkoper materiaal wordt verlijmd. Het op deze 15 wijze gevormde meerlaagspaneel wordt door een snede in het midden van het decoratieve hout gedeeld. Daarbij zijn twee panelen gevormd.
De plank van decoratief hout kan uit massief hout bestaan, bijvoorbeeld eiken of grenen. Een dergelijke plank is pas na droging geschikt voor verdere verwerking in bijvoorbeeld vloerdelen. Tijdens het drogen wordt vocht sneller onttrokken aan de 20 buitenzijde van het hout dan in het binnenste van de plank. Hierdoor ontstaat een inwendige spanning in het hout. Na de vervaardiging van de vloerdelen is deze inwendige spanning nog steeds in het hout aanwezig. Het hout gaat hierdoor werken onder invloed van schommelingen in luchtvochtigheid en temperatuur. Een parketvloer of laminaatvloer met dergelijke vloerdelen is niet stabiel. Er kunnen naden ontstaan 25 tussen de gelegde delen of de vloerdelen kunnen gaan "schotelen", waardoor de vloer niet meer vlak is.
Een doel van de uitvinding is een werkwijze te verschaffen waarbij vloerdelen worden gevormd die niet of nauwelijks kromtrekken of werken.
Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt doordat het zagen van die eerste 30 plank wordt uitgevoerd vanaf twee tegenoverliggende korte zijden van die dwarsdoorsnede. Het toepassen van twee of meer zaagsneden voor het volledig doorzagen van het meerlaagspaneel door het middenvlak van de houten plank zorgt ervoor dat de spanning uit het hout verdwijnt. De inwendige spanning in de massief 2 houten plank is door het drogen daarvan ontstaan. In het middenvlak van de houten plank is deze inwendige spanning echter nagenoeg afwezig. Het delen van het meerlaagspaneel in twee vloerdelen vanaf twee zijden is bijzonder effectief. Er worden geen nieuwe spanningen in het hout gebracht. De toplaag van de op deze wijze 5 gevormde vloerdelen is nagenoeg spanningsvrij. Een parketvloer of laminaatvloer die met dergelijke vloerdelen is gelegd, zal niet of nauwelijks kromtrekken of werken.
Het zagen omvat bij voorkeur het vanaf die twee tegenoverliggende zijden aanbrengen van een cirkelzaagsnede. Cirkelzagen zijn zeer geschikt voor toepassing bij de uitvinding. Het verdient de voorkeur dat bij gebruik van cirkelzagen deze in 10 tegengestelde richting roteren. Het effect hiervan is dat het induceren van spanningen in het hout verder wordt verminderd.
De rotatierichting van de cirkelzagen is bij voorkeur de richting met de beweging van het meerlaagspaneel ten opzichte van de cirkelzagen mee. Ook hierdoor wordt de spanningsvrije toplaag van de vloerdelen gunstig beïnvloed.
15 Een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat de zagen tijdens het doorzagen zaagsneden aanbrengen die zich vanaf de tegenoverliggende langsranden zodanig diep uitstrekken, dat deze zaagsneden elkaar dwars op de langs-richting overlappen. De cirkelzagen omvatten zaagbladen die zijn voorzien van zaagtanden. Deze zaagtanden kunnen spanningsconcentraties in het hout veroorzaken. Deze 20 spanningsconcentraties worden echter door het zaagblad van de tegenoverliggende cirkelzaag gecompenseerd.
Bij voorkeur is de tweede plank multiplex. Multiplex bestaat uit dunne laagjes hout die in gekruiste richtingen op elkaar zijn gelijmd. Omdat de richtingen van de nerven van de laagjes hout gekruist zijn, is multiplex op zichzelf ongevoelig voor 25 vochtinwerking. Multiplex staat vocht af in droge omgevingslucht en neemt vocht op in natte omgevingslucht, maar werkt nauwelijks. Door het verlijmen van de massieve houten plank met multiplex worden met de werkwijze volgens de uitvinding vloerdelen gevormd die zeer stabiel zijn.
Bij voorkeur is het multiplex berken, omdat dit de meest stabiele soort multiplex 30 is.
Volgens een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding is het multiplex watervast verlijmd. De lijm tussen de laagjes hout van het multiplex is niet of slechts zeer moei 3 lijk oplosbaar in water. Dit is van voordeel in vochtige omstandigheden, zoals voor de toepassing bij vloerdelen, die met bijvoorbeeld water worden gereinigd.
Het verdient de voorkeur dat de houten plank voor het zagen een hout-vochtgehalte van 8% tot 10% heeft. Het houtvochtgehalte is de massa van het in het 5 hout aanwezige water, uitgedrukt in een percentage van de massa van het absoluut droge hout. Het absoluut droge hout is overigens een norm, die nog een zekere hoeveelheid water kan bevatten. Een dergelijk houtvochtgehalte is gunstig voor toepassing bij vloerdelen.
Een uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding heeft het kenmerk, 10 dat de houten plank wordt gekalibreerd na het drogen daarvan en voor het verlijmen daarvan met telkens een plank van minderwaardig materiaal. Kalibreren wil zeggen dat de houten plank vierzijdig wordt geschaafd. De oppervlakken zijn hierdoor zeer geschikt voor verdere verwerking, zoals lijmen.
Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding 15 wordt het meerlaagspaneel gelijktijdig doorgezaagd en gekalibreerd. Bij de op deze wijze vervaardigde vloerdelen treedt nauwelijks vervorming op.
Na het doorzagen van het meerlaagspaneel kunnen de vloerdelen worden voorzien van messing en groef aan de langsranden en de kopse randen daarvan. Daarbij strekt de messing zich bij voorkeur uit aan weerszijden van het vlak waar het massieve 20 hout op het minderwaardig materiaal is gelijmd. Vanaf de toplaag gezien bestaat de messing uit massief hout. Als de vloerdelen enigszins uit elkaar liggen, zijn geen hinderlijke kleurverschillen zichtbaar. De messing is immers gezien vanaf de toplaag van hetzelfde materiaal als de toplaag zelf.
De uitvinding heeft verder betrekking op een inrichting voor het uitvoeren van 25 een werkwijze zoals hierboven beschreven. De uitvinding heeft tevens betrekking op een vloerdeel vervaardigd met de werkwijze zoals hierboven beschreven.
Vervolgens zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van de bijgaande tekening: Hierin toont:
Fig. 1 een zijaanzicht van een meerlaagspaneel dat is vervaardigd tijdens het 30 toepassen van de werkwijze volgens de uitvinding;
Fig. 2 een bovenaanzicht van een meerlaagspaneel dat wordt doorgezaagd;
Fig. 3 een zijaanzicht van een vloerdeel dat is vervaardigd met een werkwijze volgens de uitvinding.
4
Voor het vervaardigen van vloerdelen volgens de uitvinding wordt uitgegaan van twee samen te voegen materialen. Deze materialen zijn bijvoorbeeld massief hout en multiplex. Voor het toepassen van de werkwijze volgens de uitvinding wordt het 5 massieve hout eerst op maat gezaagd, bijvoorbeeld tot een eerste plank met een lengte van 1600 mm, breedte 205 mm en dikte 29 mm. De eerste plank heeft een rechthoekige dwarsdoorsnede. Het massieve hout is bijvoorbeeld eiken, beuken, jatoba, tatajuba, robijn en dergelijke.
Het houtvochtgehalte van de massief houten plank is in het algemeen te hoog 10 voor verwerking bij de vervaardiging van vloerdelen. Daarom worden de massieve houten planken gedroogd tot een houtvochtgehalte van 8 a 10%. Het houtvochtgehalte is de massa van het in het hout aanwezige water, uitgedrukt in een percentage van de massa van het absoluut droge hout. Het absoluut droge hout is overigens een norm, die nog een zekere hoeveelheid water kan bevatten. Het verdient de voorkeur dat het hout 15 vervolgens gedurende een periode, bijvoorbeeld een week, wordt opgeslagen om te acclimatiseren.
Na droging wordt het hout geschaafd. Uitgaande van de hierboven genoemde voorbeeldafmetingen, worden de afmetingen van de plank daarbij gereduceerd, zoals tot 1600 mm lang, 190 mm breed en 23 mm dik.
20 Deze houten eerste plank 1 wordt vervolgens op de tegenoverliggende lange zijden 8 daarvan verlijmd met telkens een tweede plank van multiplex, waarbij het in fig. 1 getoonde meerlaagspaneel 3 wordt gevormd. Het verdient de voorkeur, dat het verlijmen plaatsvindt binnen twee uur na het schaven of calibreren van het hout. Dit meerlaagspaneel of sandwichpaneel 3 heeft als kern de massief houten plank 1 met aan 25 weerszijden daarvan de multiplex plank 5. Deze multiplex plank is bijvoorbeeld 10 of 12 mm dik. Het verlijmen is bij voorkeur watervast, zodat het meerlaagspaneel niet kan delamineren.
Het meerlaagspaneel 3 wordt vervolgens geschaafd en bij voorkeur gelijktijdig doorgezaagd. Het zagen wordt uitgevoerd vanaf de twee tegenoverliggende korte zijden 30 7 van de dwarsdoorsnede van de massief houten plank. De zaagsnede strekt zich daarbij uit door het middenvlak 10 van de eerste plank. Hierdoor verdwijnt de spanning uit het hout aan het zaagoppervlak.
5
Zoals weergegeven in fig. 2 wordt een cirkelzaagsnede aangebracht door twee cirkelzagen 9. De cirkelzagen 9 roteren in tegengestelde richting. De rotatierichting van de cirkelzagen is bij voorkeur met de beweging van het meerlaagspaneel ten opzichte 5 van de cirkelzagen mee, dat wil zeggen het meerlaagspaneel beweegt in de richting van de pijl A.
Zoals getoond in fig. 2 brengen de zagen tijdens het doorzagen zaagsneden aan die zich vanaf de tegenoverliggende langsranden 7 zodanig diep uitstrekken, dat deze zaagsneden elkaar dwars op de langsrichting van het meerlaagspaneel 3 overlappen.
10 Na het doorzagen zijn twee houten panelen ontstaan. Aansluitend op de hierboven genoemde voorbeeldafmetingen hebben de houten panelen elk een lengte van 1600 mm, een breedte van 185 mm en een dikte van 22 mm. De dikte van de houten panelen is vanzelfsprekend afhankelijk van de dikte van de zaagsnede.
Vervolgens worden de panelen geschaafd tot vloerdelen 12 (fig. 3), alsmede 15 voorzien van messing 14 en groef 16. De kopse kanten van de vloerdelen worden vervolgens volkomen haaks eveneens voorzien van messing en groef.
Vanzelfsprekend zijn nabewerkingen, zoals schuren, lakken, beitsen en dergelijke eveneens mogelijk.
De uiteindelijke afmetingen van de op deze wijze gevormde vloerdelen zijn 20 bijvoorbeeld 18 x 170 x 1500 mm.

Claims (18)

1. Werkwijze voor het vervaardigen van delen, zoals vloerdelen, omvattende de stappen van: 5 (a) het voorzien in een in dwarsdoorsnede rechthoekige eerste plank (b) het op tegenoverliggende lange zijden van de dwarsdoorsnede van die eerste plank verlijmen van de eerste plank met telkens een tweede plank ter vorming van een meerlaagspaneel (c) het volgens de lange zijden van die dwarsdoorsnede doorzagen van het 10 meerlaagspaneel door het middenvlak van de eerste plank, met het kenmerk, dat het zagen van die eerste plank wordt uitgevoerd vanaf twee tegenoverliggende korte zijden van die dwarsdoorsnede.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij het zagen het vanaf die twee 15 tegenoverliggende zijden aanbrengen van een cirkelzaagsnede omvat.
3. Werkwijze volgens conclusie 2, waarbij de zaagsneden vervaardigd worden door zagen die in tegengestelde richting roteren.
4. Werkwijze volgens conclusie 3, waarbij de rotatierichting van de zagen de richting is met de beweging van het meerlaagspaneel ten opzichte van de cirkelzagen mee.
5. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de zagen tijdens het doorzagen zaagsneden aanbrengen die zich vanaf de tegenoverliggende langsranden 25 zodanig diep uitstrekken, dat deze zaagsneden elkaar dwars op de langsrichting overlappen.
6. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de tweede plank multiplex omvat. 30
7. Werkwijze volgens conclusie 6, waarbij het multiplex berken is.
8. Werkwijze volgens een van de conclusies 6 of 7, waarbij het multiplex watervast is verlijmd.
9. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de eerste plank voor 5 het zagen een houtvochtgehalte van 8% tot 10% heeft.
10. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de eerste plank tussen stap (a) en stap (b) wordt gekalibreerd.
11. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het meerlaagspaneel tijdens stap (c) gelijktijdig wordt doorgezaagd en gekalibreerd.
12. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de vloerdelen na stap (c) worden voorzien van messing en groef aan de langsranden en de kopse randen 15 daarvan.
13. Zaaginrichting voor het uitvoeren van een werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, omvattende: - opneemmiddelen voor het opnemen van een te zagen in dwarsdoorsnede 20 rechthoekige plank; - tenminste twee zagen, die in hoofdzaak in een gemeenschappelijk zaagvlak liggen, welk vlak tijdens bedrijf in hoofdzaak samenvalt met het middenvlak van de te zagen plank, en waarbij de zagen op afstand tegenover elkaar liggend zijn opgesteld ter vorming van twee naar elkaar toegekeerde zaagzijden, waartussen de 25 te zagen plank met de tegenoverliggende korte zijden van de dwarsdoorsnede daarvan opneembaar is; - verplaatsingsmiddelen voor het ten opzichte van elkaar verplaatsen van de zagen en de te zagen plank in het zaagvlak.
14. Zaaginrichting volgens conclusie 13, waarbij de zagen cirkelzagen zijn. Λ
15. Zaaginrichting volgens conclusie 14, waarbij een cirkelzaag van een zaagzijde roteerbaar is in tegengestelde richting ten opzichte van een cirkelzaag van de tegenoverliggende zaagzijde.
16. Zaaginrichting volgens een van de conclusies 13-15, waarbij de verplaatsingsmiddelen zijn ingericht voor het verplaatsen van de eerste plank ten opzichte van de zagen in de richting die overeenkomt met de rotatierichting van de zagen.
17. Zaaginrichting volgens een van de conclusies 14-16, waarbij de cirkelzagen elkaar dwars op de langsrichting van de te zagen plank overlappen.
18. Vloerdeel vervaardigd met een werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies.
NL1019102A 2001-10-03 2001-10-03 Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van vloerdelen, alsmede een vloerdeel. NL1019102C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1019102A NL1019102C2 (nl) 2001-10-03 2001-10-03 Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van vloerdelen, alsmede een vloerdeel.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1019102A NL1019102C2 (nl) 2001-10-03 2001-10-03 Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van vloerdelen, alsmede een vloerdeel.
NL1019102 2001-10-03

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1019102C2 true NL1019102C2 (nl) 2003-04-04

Family

ID=19774122

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1019102A NL1019102C2 (nl) 2001-10-03 2001-10-03 Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van vloerdelen, alsmede een vloerdeel.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1019102C2 (nl)

Citations (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3125139A (en) * 1964-03-17 Circular saw blades for operation in a common kerf
DE2851657A1 (de) * 1978-11-13 1980-05-22 Lindner Werk Gmbh Kreissaege
DE2851582A1 (de) * 1978-11-29 1980-06-12 Gerbl Karl Heinz Profilbrett fuer wand-, deckenverkleidungen o.dgl. und verfahren zur herstellung des profilbrettes
WO1989001857A1 (en) * 1987-08-31 1989-03-09 Olav Hoel Method for manufacturing floorboards, and floorboard manufactured according to the method
EP0487925A1 (de) * 1990-11-28 1992-06-03 WASA Massivholzmöbel GmbH Laminatfussboden
FR2673222A1 (fr) * 1991-02-27 1992-08-28 Blanc Fils Sarl Ets Jean Element de revetement boise tel qu'un lambris et procede de fabrication d'un tel element.
EP0727292A1 (en) * 1995-01-17 1996-08-21 Triangle Pacific Corporation Low profile hardwood flooring strip and method of manufacture
EP0947273A2 (en) * 1998-03-31 1999-10-06 GIBEN IMPIANTI S.p.A. A panel sawing device

Patent Citations (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3125139A (en) * 1964-03-17 Circular saw blades for operation in a common kerf
DE2851657A1 (de) * 1978-11-13 1980-05-22 Lindner Werk Gmbh Kreissaege
DE2851582A1 (de) * 1978-11-29 1980-06-12 Gerbl Karl Heinz Profilbrett fuer wand-, deckenverkleidungen o.dgl. und verfahren zur herstellung des profilbrettes
WO1989001857A1 (en) * 1987-08-31 1989-03-09 Olav Hoel Method for manufacturing floorboards, and floorboard manufactured according to the method
EP0487925A1 (de) * 1990-11-28 1992-06-03 WASA Massivholzmöbel GmbH Laminatfussboden
FR2673222A1 (fr) * 1991-02-27 1992-08-28 Blanc Fils Sarl Ets Jean Element de revetement boise tel qu'un lambris et procede de fabrication d'un tel element.
EP0727292A1 (en) * 1995-01-17 1996-08-21 Triangle Pacific Corporation Low profile hardwood flooring strip and method of manufacture
EP0947273A2 (en) * 1998-03-31 1999-10-06 GIBEN IMPIANTI S.p.A. A panel sawing device

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP1688228B1 (en) Process for the manufacture of a veneer
US5050653A (en) Laminated wood process for using waste offcut strips and products thereof
US20030010434A1 (en) Process of making a lamellated wood product
US9393714B2 (en) Construction timber
RU2007129132A (ru) Паркетная доска (варианты) и способ ее изготовления
HUT51953A (en) Method and apparatus for producing laminated boards from sawn timber
NL1019102C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van vloerdelen, alsmede een vloerdeel.
SE0101226D0 (sv) Metod för tillverkning av limfogsskivor och limträbalkar från vankantiga brädor och plankor
WO1997038187A1 (en) Floorboard made from laminated veneer lumber
WO1989001857A1 (en) Method for manufacturing floorboards, and floorboard manufactured according to the method
AU2010100491A4 (en) Timber components
US6042680A (en) Laminated siding pieces and method of producing the same
KR200334715Y1 (ko) 겹층 집성판재
EP1532326B1 (en) A panel having a wooden body made by board-shaped building elements
US20060185304A1 (en) Method of manufacturing a flooring panel
RU2049661C1 (ru) Паркетная плита и способ ее изготовления
EP1930523A2 (en) Method of fabricating a parquet slab base
JP3487531B2 (ja) 長尺複合幅広幅はぎ板の製造方法
RU2017912C1 (ru) Щитовая деревянная доска и способ ее изготовления
KR200272935Y1 (ko) 장식용 원목패널
US20070204560A1 (en) Man-made studs and lumber
AU2014101377A4 (en) Decking Component
RU2159700C1 (ru) Способ изготовления деревянных панелей путем склеивания и панель, полученная этим способом
FI84447B (fi) Foerfarande foer tillverkning av traebraede, planka eller liknande.
RU2216443C1 (ru) Способ подготовки древесины для сушки

Legal Events

Date Code Title Description
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20060501