NL1008425C2 - Werkwijze voor het behandelen van waterige stromen in een bioreactor en een ultrafiltratie-eenheid, alsmede een inrichting voor het behandelen van waterige stromen in een bioreactor en een ultrafiltratie-eenheid. - Google Patents
Werkwijze voor het behandelen van waterige stromen in een bioreactor en een ultrafiltratie-eenheid, alsmede een inrichting voor het behandelen van waterige stromen in een bioreactor en een ultrafiltratie-eenheid. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1008425C2 NL1008425C2 NL1008425A NL1008425A NL1008425C2 NL 1008425 C2 NL1008425 C2 NL 1008425C2 NL 1008425 A NL1008425 A NL 1008425A NL 1008425 A NL1008425 A NL 1008425A NL 1008425 C2 NL1008425 C2 NL 1008425C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- bioreactor
- unit
- stream
- membrane filtration
- product stream
- Prior art date
Links
Classifications
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C02—TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
- C02F—TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
- C02F3/00—Biological treatment of water, waste water, or sewage
- C02F3/02—Aerobic processes
- C02F3/12—Activated sludge processes
- C02F3/1236—Particular type of activated sludge installations
- C02F3/1268—Membrane bioreactor systems
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C02—TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
- C02F—TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
- C02F1/00—Treatment of water, waste water, or sewage
- C02F1/20—Treatment of water, waste water, or sewage by degassing, i.e. liberation of dissolved gases
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C02—TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
- C02F—TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
- C02F1/00—Treatment of water, waste water, or sewage
- C02F1/44—Treatment of water, waste water, or sewage by dialysis, osmosis or reverse osmosis
- C02F1/442—Treatment of water, waste water, or sewage by dialysis, osmosis or reverse osmosis by nanofiltration
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C02—TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
- C02F—TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
- C02F1/00—Treatment of water, waste water, or sewage
- C02F1/44—Treatment of water, waste water, or sewage by dialysis, osmosis or reverse osmosis
- C02F1/444—Treatment of water, waste water, or sewage by dialysis, osmosis or reverse osmosis by ultrafiltration or microfiltration
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C02—TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
- C02F—TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
- C02F2103/00—Nature of the water, waste water, sewage or sludge to be treated
- C02F2103/22—Nature of the water, waste water, sewage or sludge to be treated from the processing of animals, e.g. poultry, fish, or parts thereof
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C02—TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
- C02F—TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
- C02F3/00—Biological treatment of water, waste water, or sewage
- C02F3/02—Aerobic processes
- C02F3/12—Activated sludge processes
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y02—TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
- Y02W—CLIMATE CHANGE MITIGATION TECHNOLOGIES RELATED TO WASTEWATER TREATMENT OR WASTE MANAGEMENT
- Y02W10/00—Technologies for wastewater treatment
- Y02W10/10—Biological treatment of water, waste water, or sewage
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y10—TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
- Y10S—TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y10S210/00—Liquid purification or separation
- Y10S210/902—Materials removed
- Y10S210/903—Nitrogenous
Landscapes
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
- Microbiology (AREA)
- Hydrology & Water Resources (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Environmental & Geological Engineering (AREA)
- Water Supply & Treatment (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Organic Chemistry (AREA)
- Separation Using Semi-Permeable Membranes (AREA)
Description
-1-
Korte aanduiding: Werkwijze voor het behandelen van waterige stromen in een bioreactor en een ultrafiltratie-eenheid, alsmede een inrichting voor het behandelen van waterige stromen in een bioreactor en een ultrafiltratie-eenheid.
5
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het behandelen van waterige stromen in een bioreactor en een ultrafiltratie-eenheid, waarbij het effluent van de bioreactor aan de ultrafiltratie-eenheid wordt toegevoerd en hierin wordt gescheiden in 10 een permeaatstroom en een concentraatstroom. De onderhavige uitvinding heeft verder betrekking op een inrichting voor het behandelen van waterige stromen in een bioreactor en een ultrafiltratie-eenheid, voorzien van de hiertoe noodzakelijke leidingen en pompen, waarbij in de ultrafiltratie-eenheid een scheiding plaatsvindt tussen een permeaatstroom en een 15 concentraatstroom.
Een dergelijke werkwijze is bekend uit de Internationale octrooiaanvrage WO 96/25368, waarbij een sterk geconcentreerde afvalwaterstroom eerst wordt ontdaan van vaste bestanddelen, vervolgens wordt verwarmd tot 30-35 °C en daarna aan een anaërobe fermentatie wordt 20 onderworpen. Het bij de anaërobe fermentatie verkregen effluent wordt aan een ultrafiltratie-eenheid toegevoerd. Volgens deze methode wordt uiteindelijk de waterige afvalstroom gescheiden in een nagenoeg zuivere waterstroom, een methaan bevattende gasstroom en een reststroom waarin zich organische en anorganische bestanddelen bevinden, welke reststroom 25 als uitgangsmateriaal dient voor vloeibare kunstmest. In deze methode vindt geen terugvoer plaats van processtromen. Een nadeel van een dergelijke methode voor het behandelen van waterige stromen in een bioreactor en een ultrafiltratie-eenheid is dat er een reststroom wordt verkregen die weinig waardevolle bestanddelen bezit. Hoewel een dergelijke reststroom als 30 uitgangsmateriaal voor vloeibare kunstmest kan worden toegepast, zal in de praktijk een dergelijke reststroom als een afvalproduct moeten worden beschouwd. De kosten voor het afvoeren van een dergelijke reststroom zullen ten gevolge van de toenemende milieubelasting worden verhoogd, hetgeen de totale verwerkingskosten voor het behandelen van waterige afvalstromen 35 nadelig zal beïnvloeden.
1008425 -2-
Het doel van de onderhavige uitvinding is derhalve een werkwijze en inrichting te ontwikkelen voor het behandelen van waterige stromen waarbij de hiervoor genoemde problemen worden voorkomen.
Een ander doel van de onderhavige uitvinding is het • 5 ontwikkelen van een nieuwe werkwijze en inrichting waarbij afvalwater dusdanig wordt gezuiverd dat een belangrijk deel van het gezuiverde water opnieuw kan worden toegepast voor het verwerkingsproces.
Een ander doel van de onderhavige uitvinding is het ontwikkelen van een nagenoeg gesloten waterhuishouding waardoor een 10 verminderde behoefte ontstaat aan het oppompen van grondwater. Het reeds eerder opgepompte grondwater zal na inzet in het productieproces herhaaldelijk kunnen worden gezuiverd en vervolgens opnieuw als proceswater worden ingezet.
De werkwijze voor het behandelen van waterige stromen 15 zoals vermeld in de aanhef wordt volgens de onderhavige uitvinding gekenmerkt doordat de permeaatstroom afkomstig van de ultrafiltratie-eenheid wordt toegevoerd aan een membraanfiltratie-eenheid en hierin wordt gescheiden in een productstroom en een afvoerstroom, die opgeloste stoffen bevat, welke afvoerstroom wordt toegevoerd aan de bioreactor.
20 In de praktijk is gebleken dat de afvoerstroom, die opgeloste stoffen bevat, nuttig kan worden hergebruikt door deze afvoerstroom opnieuw toe te voeren aan de bioreactor. Aldus vindt in de bioreactor een aanvullende omzetting plaats van de in de afvoerstroom nog microbiologisch om te zetten waardevolle stoffen.
25 In een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de onderhavige werkwijze wordt de bij de membraanfiltratie-eenheid ontstane productstroom teruggeleid naar de te behandelen waterige stromen ter verkrijging van een nagenoeg gesloten waterhuishouding. Onder de term "teruggeleid naar de te behandelen waterige stromen" moet worden verstaan 30 dat het terugleiden naar het grondwater, proceswater of naar het aldus in het productieproces verwerkte grondwater, proceswater plaatsvindt. De term omvat dus zowel de uitvoeringsvorm waarbij het grondwater, proceswater nog niet naar het productieproces is toegevoerd als de uitvoeringsvorm waarbij het grondwater, proces reeds aan het productieproces is toegevoerd. 35 Een nagenoeg gesloten waterhuishouding maakt het mogelijk dat de behoefte aan het steeds opnieuw oppompen van grondwater zal afnemen omdat de volgens 1008425 f -3- de onderhavige werkwijze verkregen productstroom een zodanige kwaliteit bezit dat deze productstroom opnieuw als proceswater kan worden toegepast.
Voor het verkrijgen van hoge biologische omzettingssnelheden in de bioreactor verdient het de voorkeur de van de ultrafiltratie-5 eenheid afkomstige concentraatstroom terug te voeren naar de bioreactor. Volgens deze manier spoelt er geen biomassa uit het systeem waardoor een hoge biomassa-concentratie in de bioreactor is gewaarborgd, hetgeen een gunstige werking heeft op de biologische omzetting. Het moet echter duidelijk zijn dat zich in de bioreactor een hoeveelheid materiaal ophoopt 10 dat niet biologisch afbreekbaar is. Dergelijk materiaal zal het voor de omzetting benodigde reactorvolume doen verkleinen waardoor het gewenst is deze materiaalstroom uit de bioreactor te verwijderen. Een dergelijke materiaalstroom, ook wel bekend als slib, wordt in de praktijk vaak afgevoerd voor verdere verwerking naar een zogenaamd destructiebedrijf. 15 In een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding verdient het de voorkeur dat de productstroom afkomstig van de membraanfiltratie-eenheid aan een nabehandeling wordt onderworpen voordat deze productstroom naar de te behandelen waterige stromen, ook wel proceswater genoemd, wordt 20 teruggeleid. Als geschikte nabehandelingen worden ontgassing, beluchting en pH-correctie genoemd. Ten gevolge van de biologische omzetting in de bioreactor en de achtereenvolgens toegepaste scheiding in de ultrafiltratie- en membraanfiltratie-eenheid is het mogelijk dat de productstroom, om opnieuw als proceswater te worden toegepast, een onvoldoende kwaliteit 25 bezit. Door de productstroom aldus aan een nabehandeling te onderwerpen kan de kwaliteit hiervan in overeenstemming worden gebracht met het proceswater.
Voor het creëren van gunstige biologische omstandigheden in de bioreactor verdient het volgens een bijzondere uitvoeringsvorm van 30 de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding de voorkeur een deel van de permeaatstroom afkomstig van de ultrafiltratie-eenheid terug te leiden naar de bioreactor. De permeaatstroom kan nog bestanddelen bevatten die onvolledig biologisch zijn behandeld waardoor een aanvullende biologische omzetting gewenst is, hetgeen wordt gerealiseerd door een deel van de 35 permeaatstroom, voordat toevoer aan de membraanfiltratie-eenheid plaatsvindt, terug te leiden naar de bioreactor.
1008425 -4-
In een bepaalde uitvoeringsvorm is het tevens gewenst een deel van de productstroom afkomstig van de membraanfiltratie-eenheid terug te leiden naar de bioreactor. Een dergelijke terugvoer van de productstroom is bijvoorbeeld gewenst indien de samenstelling of 5 hoeveelheid van het influent van de bioreactor een zodanige waarde bezit dat het hieraan toevoeren van een aanvullende waterige stroom gewenst is, in het bijzonder het terugvoeren van een deel van de productstroom afkomstig van de membraanfiltratie-eenheid. Het moet duidelijk zijn dat de terug te voeren productstroom al of niet is onderworpen aan een 10 nabehandeling, zoals hiervoor uitvoerig is beschreven.
Hoewel het in een bijzondere uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding mogelijk is om aan de bioreactor één of meer aanvullende waterige stromen terug te voeren, te weten een permeaatsroom, een afvoerstroom, een concentraatstroom, een 15 productstroom of een aan een nabehandeling onderworpen productstroom, moet het duidelijk zijn dat ook grondwater of proceswater als aanvullende waterige stroom in bepaalde uitvoeringsvormen aan de bioreactor kan worden J toegevoerd.
Voor het creëren van gunstige microbiële omstandigheden 20 in de bioreactor verdient het de voorkeur aan de ingaande waterige stroom van de bioreactor, ook wel influent genoemd, bepaalde toevoegmiddelen te doseren. Als voorbeelden van dergelijke middelen kunnen worden genoemd: middelen voor het corrigeren van de pH-waarde, in het bijzonder in een waarde liggend in het gebied 5-9, middelen die de bacteriologische 25 omzetting bevorderen, zoals stikstof bevattende uitgangsmaterialen en dergelijke. Daarnaast is het in bepaalde uitvoeringsvormen gewenst de ingaande waterige stromen van de bioreactor op de voor de microbiologische omzetting gewenste temperatuur te brengen. De omstandigheden in de bioreactor moeten immers zodanig worden gekozen dat de gewenste omzetting 30 van biologische bestanddelen wordt bereikt, welke omstandigheden gedeelte!ijk worden beïnvloed door de temperatuur van de ingaande waterige stroom. Indien de temperatuur van de ingaande waterige stroom van de bioreactor te laag is, verdient het de voorkeur deze temperatuur te verhogen door het toepassen van een warmtewisselaar. Indien de temperatuur 35 van de ingaande stroom te hoog is, verdient het aldus de voorkeur deze temperatuur te verlagen door het toepassen van een warmtewisselaar.
:: ;i 1008425 -5-
De in de onderhavige werkwijze toegepaste membraan-filtratie-eenheid is een membraanfiltratie-eenheid met een poriëngrootte kleiner dan de toegepaste ultrafiltratie-eenheid, te weten een nanofiltra-tie-eenheid of een hyperfiltratie-eenheid is geschikt. De keuze tussen 5 deze twee membraanfiltratie-eenheden wordt bepaald door de in de productstroom aanwezige stoffen. Eénwaardige ionen worden slechts gedeeltelijk tegengehouden door een nanofiltratie-eenheid, terwijl dit bijna voor 100% gebeurt door een hyperfiltratie-eenheid. Afhankelijk van de gewenste functie van deze membraanfiltratie-eenheden wordt voor één 10 van deze twee typen gekozen.
De werkwijze volgens de onderhavige uitvinding is geschikt voor het behandelen van elke waterige stroom waarin zich biologisch afbreekbare bestanddelen bevinden. Als geschikte waterige afvalstromen kunnen worden genoemd: afvalwater afkomstig van de 15 vleesverwerkende industrie, afvalwater afkomstig van huishoudens, afvalwater afkomstig van de voedingsmiddelenindustrie en dergelijke.
De onderhavige uitvinding heeft verder betrekking op een inrichting voor het behandelen van waterige stromen in een bioreactor en een ultrafiltratie-eenheid, welke inrichting is voorzien van de hiertoe 20 noodzakelijke leidingen en pompen, waarbij in de ultrafiltratie-eenheid een scheiding plaatsvindt tussen een permeaatstroom en een concentraat-stroom.
De inrichting volgens de onderhavige uitvinding, zoals hiervoor vermeld, wordt gekenmerkt doordat de permeaatstroom via een 25 leiding is verbonden met een membraanfiltratie-eenheid, in welke eenheid een scheiding plaatsvindt tussen een productstroom en een afvoerstroom, die opgeloste stoffen bevat, welke afvoerstroom via een leiding is verbonden met de bioreactor. De keuze van de toe te passen membraanfiltratie-eenheid wordt bepaald door de gewenste functie hiervan. Eénwaardige 30 ionen worden slechts gedeeltelijk tegengehouden door een nanofiltratie-eenheid, terwijl dit bijna voor 100% gebeurt door een hyperfiltratie-eenheid.
In een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de onderhavige uitvinding verdient het de voorkeur dat 35 de productstroom afkomstig van de membraanfiltratie-eenheid via een leiding is verbonden met de te behandelen waterige stromen ter verkrijging van 1008425 -6- een nagenoeg gesloten waterhuishouding. Volgens een dergel i jke manier wordt de behoefte aan het oppompen van vers grondwater vermeden waardoor een nuttig hergebruik van de afvalstromen in het proces plaatsvindt.
Ter voorkoming van het uitspoelen van biomassa verdient 5 het de voorkeur de concentraatstroom afkomstig van de ultrafiltratie-eenheid via een leiding te verbinden met de bioreactor.
In een andere uitvoeringsvorm van de onderhavige inrichting verdient het de voorkeur dat de productstroom afkomstig van de membraanfiltratie-eenheid, voordat terugvoer naar de te behandelen 10 waterige stromen plaatsvindt, via een leiding is verbonden met een nabehandelingseenheid, bij voorkeur ontgassing, een beluchting of een pH-correctie. In de praktijk is gebleken dat de kwaliteit van de verkregen productstroom in het algemeen onvoldoende is om direct te worden teruggevoerd naar de te behandelen waterige stromen. Door deze product-15 stroom aan een nabehandel ingseenheid toe te voeren wordt de kwaliteit van de productstroom in overeenstemming gebracht met de te behandelen waterige stromen.
Het influent van de bioreactor kan een dusdanige samenstelling of toevoersnelheid bezitten dat de voor de biologische 20 omzetting gunstige omstandigheden in de bioreactor niet worden bereikt waardoor het in een bepaalde uitvoeringsvorm de voorkeur verdient om aan het influent van de bioreactor een leiding te koppelen waarin de permeaatstroom afkomstig van de ultrafiltratie-eenheid wordt toegevoerd. Daarnaast is het ook mogelijk om aan het influent van de bioreactor een 25 leiding te koppelen waarin de productstroom afkomstig van de membraanfiltratie-eenheid wordt geleid. Daarnaast kan het gewenst zijn de uit de nabehandelingseenheid tredende stroom geheel of voor een deel aan de bioreactor direct toe te voeren. Bovendien verdient het in sommige uitvoeringsvormen de voorkeur de te behandelen waterige stroom of het 30 grondwater geheel of voor een deel aan de bioreactor direct toe te voeren.
In een andere uitvoeringsvorm van de onderhavige inrichting verdient het de voorkeur de bioreactor te verbinden met een leiding voor het toedienen van toevoegmiddelen, welke toevoegmiddelen de microbiologische omstandigheden in de bioreactor gunstig beïnvloeden. 35 Daarnaast is het gewenst de ingaande stroom van de bioreactor te verbinden 1008425 -7- met een warmtewisselaar, in welke warmtewisselaar de voor de bioreactor gewenste temperatuur wordt bereikt.
De onderhavige uitvinding zal hierna aan de hand van enkele voorbeelden en bijzondere uitvoeringsvormen nader worden toegelicht 5 waarbij moet worden opgemerkt dat de onderhavige uitvinding in geen geval is beperkt tot dergelijke bijzondere voorbeelden en uitvoeringsvormen.
In figuur 1 is schematisch een stroomdiagram van de inrichting volgens de onderhavige uitvinding weergegeven.
In figuur 2 is het stroomdiagram volgens figuur 1 10 weergegeven waarbij de bij de membraanfiltratie-eenheid gevormde productstroom wordt teruggeleid naar de te behandelen waterige stromen ter verkrijging van een nagenoeg gesloten waterhuishouding.
In figuur 3 is het stroomschema volgens figuur 2 weergegeven, waarbij de productstroom, voordat het terugleiden hiervan 15 plaatsvindt, aan een nabehandeling wordt onderworpen en waarbij de concentraatstroom afkomstig van de ultrafiltratie-eenheid wordt toegevoerd aan de bioreactor.
In figuur 4 is het stroomschema volgens figuur 3 weergegeven, waarbij een deel van de permeaatstroom afkomstig van de 20 ultrafiltratie-eenheid, een deel van de productstroom afkomstig van de membraanfiltratie-eenheid en een deel van de aan een nabehandeling onderworpen productstroom naar de bioreactor worden teruggeleid. Tevens is in deze figuur aangegeven dat aan de bioreactor dosering van toevoegmid-delen plaatsvindt.
25 In figuur 1 is schematisch een stroomdiagram van de onderhavige inrichting weergegeven. Er moet worden opgemerkt dat de in de figuren 1-4 toegepaste verwijzingscijfers steeds voor overeenkomstige organen worden toegepast. Grondwater of proceswater 1 wordt aan verwerkingseenheid 2 toegepast. Onder een dergelijke verwerkingseenheid 2 30 moet volgens de onderhavige uitvinding worden verstaan een plaats waar proceswater of grondwater 1 nuttig wordt toegepast, bijvoorbeeld vleesverwerkende industrie, huishoudens, voedingsmiddelenindustrie en I t dergelijke. In verwerkingseenheid 2 ontstaat vervolgens een te behandelen waterige stroom of influent 3, ook wel afvalwater genoemd, welke te 35 behandelen waterige stroom 3 aan een bioreactor 4 wordt toegevoerd. Het moet duidelijk zijn dat in verwerkingseenheid 2 naast de te behandelen 1008425 -8- waterige stroom 3 ook andere stromen (niet weergegeven) kunnen ontstaan. Als voorbeeld kan een stroom van enigszins vaste bestanddelen worden genoemd, welke stroom ontstaat door een in de verwerkingseenheid 2 toegepaste scheidingshandeling, zoals bijvoorbeeld filtratie, persen en 5 dergelijke. Een dergelijke scheidingshandel ing vindt in het algemeen plaats om de biologische omzetting in bioreactor 4 niet nadelig te beïnvloeden, alsmede om verstopping van ultrafiltratie-eenheid 10 te voorkomen. In de bioreactor 4 vindt een biologische omzetting plaats en de uit de bioreactor 4 tredende stroom 6, ook wel effluent genaamd, wordt toegevoerd aan een 10 ultrafiltratie-eenheid 10. In de ultrafiltratie-eenheid 10 vindt een scheiding plaats tussen permeaatstroom 9 en concentraatstroom 11. Volgens de in figuur 1 weergegeven ultrafiltratie-eenheid 10 wordt concentraatstroom 11 afgevoerd. De in de ultrafiltratie-eenheid 10 verkregen permeaatstroom 9 wordt vervolgens toegevoerd aan een membraanfiltratie-15 eenheid 8, waarbij een scheiding plaatsvindt tussen een productstroom 7 en een afvoerstroom 5, die opgeloste stoffen bevat, welke afvoerstroom 5 naar bioreactor 4 wordt teruggeleid. De aldus verkregen productstroom 7 kan voor verdere doeleinden worden toegepast.
In figuur 2 is de inrichting zoals beschreven in : 20 figuur 1 weergegeven waarbij echter de uit de membraanfiltratie-eenheid 8 tredende productstroom 7 wordt teruggeleid naar proceswater of grondwater 1. Volgens een dergelijke terugvoer van productstroom 7 ontstaat een nagenoeg gesloten waterhuishouding. Ten gevolge van een dergelijke, nagenoeg gesloten waterhuishouding is de behoefte aan het oppompen van 25 vers grondwater 1 afgenomen, hetgeen een aanzienlijke kostenbesparing met zich meebrengt. Indien gewenst kan ook productstroom 7 voor een deel of in zijn geheel aan bioreactor 4 worden toegevoerd.
In figuur 3 is de inrichting volgens figuur 2 weergegeven waarbij echter de bij de ultrafiltratie-eenheid 10 ontstane 30 concentraatstroom 11 wordt teruggevoerd naar de bioreactor 4. Het terugvoeren van de concentraatstroom 11 naar bioreactor 4 zorgt ervoor dat geen biomassa uit het systeem spoelt waardoor een hoge biomassa-concentratie in bioreactor 4 is gewaarborgd, hetgeen een gunstige werking heeft op de biologische omzetting in bioreactor 4. Daarnaast wordt de 35 uit de membraanfiltratie-eenheid 8 tredende productstroom 7 toegevoerd aan een nabehandelingseenheid 12. Als een geschikte nabehandelingseen- 1008425 -9- heid 12 kunnen ontgassing, beluchting of pH-correctie worden genoemd. De uit de nabehandelingseenheid 12 tredende stroom 13 wordt vervolgens teruggevoerd naar grondwater of proceswater 1. Hoewel in figuur 3 het terugvoeren van concentraatstroom 11 naar bioreactor 4 en het aan een 5 nabehandeling onderwerpen van productstroom 7 in nabehandel ingseenheid 12 beide zijn weergegeven, is het voor een deskundige op dit gebied duidelijk dat deze maatregelen ook onafhankelijk van elkaar kunnen plaatsvinden.
In figuur 4 is de in figuur 3 weergegeven inrichting volgens de onderhavige uitvinding weergegeven waarbij een aantal 10 aanvullingen heeft plaatsgevonden. De uit de ultrafiltratie-eenheid 10 tredende permeaatstroom 9 wordt voor een deel via leiding 18 teruggevoerd naar bioreactor 4. Daarnaast wordt ook de uit de membraanfiltratie-eenheid 8 tredende productstroom 7 voor een deel via leiding 17 teruggevoerd aan bioreactor 4. Daarnaast wordt de uit de nabehandelingseen-15 heid 12 tredende stroom 13 ook via een leiding 14 voor een deel teruggevoerd naar bioreactor 4. Hoewel in de schematische weergave van figuur 4 is aangegeven dat de aan de bioreactor 4 teruggevoerde stromen 5, 11, 14, 17, 18 direct aan bioreactor 4 zelf worden toegevoerd, is het voor de deskundigen op dit gebied duidelijk dat één of meer van deze stromen 5, 20 11,14, 17, 18 aan een menger (niet weergegeven) kunnen worden toegevoerd, waarna de aldus gemengde stromen aan bioreactor 4 worden toegevoerd. Het is ook mogelijk een deel van het grondwater of proceswater 1 direct toe te voeren aan bioreactor 4, hoewel deze uitvoering in figuur 4 niet is weergegeven. Een dergelijke voormenging is in bepaalde uitvoeringsvormen 25 gewenst om de homogeniteit van de inhoud van bioreactor 4 te waarborgen. De aan bioreactor 4 toe te voeren waterige stroom 3 kan een zodanige samenstelling bezitten dat het toevoeren van toevoegmiddelen 16 via leiding 15 gewenst is. In een bepaalde uitvoeringsvorm is het gewenst de ingaande stroom 3 aan bioreactor 4 door een warmtewisselaar (niet 30 weergegeven) te leiden om aldus de voor de biologische omzetting vereiste temperatuur in bioreactor 4 te garanderen. Aan een dergelijke warmtewisselaar kunnen natuurlijke alle, aan bioreactor 4 toe te voeren stromen worden toegevoerd. Het moet duidelijk zijn dat de in figuur 4 weergegeven combinatie van maatregelen ook onafhankelijk van elkaar kan worden 35 toegepast en dat de onderhavige uitvinding in geen geval is beperkt tot een bijzondere combinatie van maatregelen.
1008425
Claims (25)
1. Werkwijze voor het behandelen van waterige stromen in een bioreactor en een ultrafiltratie-eenheid, waarbij het effluent van 5 de bioreactor aan de ultrafiltratie-eenheid wordt toegevoerd en hierin wordt gescheiden in een permeaatstroom en een concentraatstroom, met het kenmerk, dat de permeaatstroom afkomstig van de ultrafiltratie-eenheid wordt toegevoerd aan een membraanfiltratie-eenheid en hierin wordt gescheiden in een productstroom en een afvoerstroom, die opgeloste stoffen 10 bevat, welke afvoerstroom wordt toegevoerd aan de bioreactor.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de bij de membraanfiltratie-eenheid ontstane productstroom wordt teruggeleid naar de te behandelen waterige stromen ter verkrijging van een nagenoeg gesloten waterhuishouding.
3. Werkwijze volgens conclusies 1-2, met het kenmerk, dat de concentraatstroom afkomstig van de ultrafiltratie-eenheid wordt toegevoerd aan de bioreactor.
4. Werkwijze volgens conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de productstroom afkomstig van de membraanfiltratie-eenheid aan een 20 nabehandeling wordt onderworpen voordat de productstroom wordt teruggeleid naar de te behandelen waterige stromen.
5. Werkwijze volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat als nabehandeling de productstroom wordt belucht.
6. Werkwijze volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat 25 als nabehandeling de productstroom op een pH-waarde liggend in het gebied 5-9 wordt gebracht.
7. Werkwijze volgens conclusies 1-6, met het kenmerk, dat een deel van de permeaatstroom afkomstig van de ultrafiltratie-eenheid wordt teruggeleid naar de bioreactor.
8. Werkwijze volgens conclusies 1-7, met het kenmerk, dat een deel van de productstroom afkomstig van de membraanfiltratie-eenheid wordt teruggeleid naar de bioreactor.
9. Werkwijze volgens conclusies 1-8, met het kenmerk, dat aan de ingaande waterige stroom van de bioreactor toevoegmiddelen ter 35 bevordering van de microbiële omstandigheden in de bioreactor worden toegevoegd. 1008425 -π ιο. Werkwijze volgens conclusies 1-9, met het kenmerk, dat de ingaande waterige stroom van de bioreactor door een warmtewisselaar wordt geleid.
11. Werkwijze volgens conclusies 1-10, met het kenmerk, 5 dat als membraanfiltratie-eenheid een nanofiltratie-eenheid wordt toegepast.
12. Werkwijze volgens conclusies 1-10, met het kenmerk, dat als membraanfiltratie-eenheid een hyperfiltratie-eenheid wordt toegepast.
13. Werkwijze volgens conclusies 1-12, met het kenmerk, dat als te behandelen waterige stromen afvalwater afkomstig van de vleesverwerkende industrie wordt toegepast.
14. Inrichting voor het behandelen van waterige stromen (1, 3) in een bioreactor (4) en een ultrafiltratie-eenheid (10), voorzien 15 van de hiertoe noodzakelijke leidingen en pompen, waarbij in de ultrafiltratie-eenheid (10) een scheiding plaatsvindt tussen een permeaatstroom (9) en een concentraatstroom (11), met het kenmerk, dat de permeaatstroom (9) via een leiding is verbonden met een membraanfiltratie-eenheid (8), in welke eenheid een scheiding plaatsvindt tussen een 20 productstroom (7) en een afvoerstroom (5), die opgeloste stoffen bevat, welke afvoerstroom (5) via een leiding is verbonden met de bioreactor (4).
15. Inrichting volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de productstroom (7) afkomstig van de membraanfiltratie-eenheid (8) via een leiding is verbonden met de te behandelen waterige stromen (1, 3) ter 25 verkrijging van een nagenoeg gesloten waterhuishouding.
16. Inrichting volgens conclusies 14-15, met het kenmerk, dat de concentraatstroom (11) afkomstig van de ultrafiltratie-eenheid (10) via een leiding is verbonden met de bioreactor (4).
17. Inrichting volgens conclusies 14-16, met het kenmerk, 30 dat de productstroom (7) afkomstig van de membraanfiltratie-eenheid (8) via een leiding is verbonden met een nabehandelingseenheid (12), voordat terugleiding naar de te behandelen waterige stromen (1, 3) plaatsvindt.
18. Inrichting volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat in de nabehandelingseenheid (12) een beluchting plaatsvindt.
19. Inrichting volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat in de nabehandelingseenheid (12) een pH-correctie plaatsvindt. 1008425 -12-
20. Inrichting volgens conclusies 14-19, met het kenmerk, dat de leiding van de permeaatstroom (9) afkomstig van de ultrafiltratie-eenheid (10) is verbonden met een leiding (18) naar de bioreactor (4).
21. Inrichting volgens conclusies 14-20, met het kenmerk, 5 dat de productstroom (7) afkomstig van de membraanfiltratie-eenheid (8) is verbonden met een leiding (17) naar de bioreactor (4).
22. Inrichting volgens conclusies 14-21, met het kenmerk, dat de uit de nabehandelingseenheid (12) tredende stroom (13) is verbonden met een leiding (14) naar de bioreactor (4).
23. Inrichting volgens conclusies 14-22, met het kenmerk, dat de bioreactor (4) is verbonden met een leiding voor het toedienen van toevoegmiddelen (15).
24. Inrichting volgens conclusies 14-23, met het kenmerk, : dat de leiding (3) van de ingaande stroom van de bioreactor (4) is 15 verbonden met een warmtewisselaar.
25. Inrichting volgens conclusies 14-24, met het kenmerk, dat als membraanfiltratie-eenheid (8) een nanofiltratie-eenheid is toegepast.
26. Inrichting volgens conclusies 14-24, met het kenmerk, 20 dat als membraanfiltratie-eenheid (8) een hyperfiltratie-eenheid is toegepast. 1008425
Priority Applications (8)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1008425A NL1008425C2 (nl) | 1998-02-26 | 1998-02-26 | Werkwijze voor het behandelen van waterige stromen in een bioreactor en een ultrafiltratie-eenheid, alsmede een inrichting voor het behandelen van waterige stromen in een bioreactor en een ultrafiltratie-eenheid. |
AT99907962T ATE243168T1 (de) | 1998-02-26 | 1999-02-24 | Verfahren und vorrichtung zur behandlung von abwasser in einem bioreaktor, einer ultrafiltrationseinheit und einer membranfiltrationeinheit |
DE1999608916 DE69908916T2 (de) | 1998-02-26 | 1999-02-24 | Verfahren und vorrichtung zur behandlung von abwasser in einem bioreaktor, einer ultrafiltrationseinheit und einer membranfiltrationeinheit |
AU27491/99A AU2749199A (en) | 1998-02-26 | 1999-02-24 | Method and device for treating aqueous flows in a bioreactor, an ultrafiltrationunit and a membrane filtration unit |
EP99907962A EP1060134B1 (en) | 1998-02-26 | 1999-02-24 | Method and device for treating aqueous flows in a bioreactor, an ultrafiltration unit and a membrane filtration unit |
DK99907962T DK1060134T3 (da) | 1998-02-26 | 1999-02-24 | Fremgangsmåde og indretning til behandling af vandige strømme i en bioreaktor, en ultrafiltreringsenhed og en membranfiltreringsenhed |
PCT/NL1999/000101 WO1999043622A1 (en) | 1998-02-26 | 1999-02-24 | Method and device for treating aqueous flows in a bioreactor, an ultrafiltration unit and a membrane filtration unit |
US09/622,988 US6592763B1 (en) | 1998-02-26 | 1999-02-24 | Method and device for treating aqueous flows in a bioreactor, an ultrafiltration unit and a membrane filtration unit |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1008425A NL1008425C2 (nl) | 1998-02-26 | 1998-02-26 | Werkwijze voor het behandelen van waterige stromen in een bioreactor en een ultrafiltratie-eenheid, alsmede een inrichting voor het behandelen van waterige stromen in een bioreactor en een ultrafiltratie-eenheid. |
NL1008425 | 1998-02-26 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1008425C2 true NL1008425C2 (nl) | 1999-08-30 |
Family
ID=19766616
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1008425A NL1008425C2 (nl) | 1998-02-26 | 1998-02-26 | Werkwijze voor het behandelen van waterige stromen in een bioreactor en een ultrafiltratie-eenheid, alsmede een inrichting voor het behandelen van waterige stromen in een bioreactor en een ultrafiltratie-eenheid. |
Country Status (8)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US6592763B1 (nl) |
EP (1) | EP1060134B1 (nl) |
AT (1) | ATE243168T1 (nl) |
AU (1) | AU2749199A (nl) |
DE (1) | DE69908916T2 (nl) |
DK (1) | DK1060134T3 (nl) |
NL (1) | NL1008425C2 (nl) |
WO (1) | WO1999043622A1 (nl) |
Families Citing this family (17)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE19813255A1 (de) * | 1998-03-25 | 1999-09-30 | Uwatech Gmbh | Verfahren und Vorrichtung zur Verbesserung des Sauerstoffeintrags bei aero-biologischen Aufbereitungsverfahren |
PT1127849E (pt) * | 1999-10-26 | 2003-09-30 | Rochem Ultrafiltrations System | Processo para a depuracao e/ou o tratamento de aguas servidas domesticas e/ou industriais |
FR2829485B1 (fr) * | 2001-09-10 | 2004-01-09 | Algotec Internat | Procede de traitement d'un effluent tel qu'un effluent agricole ou un effluent industriel, par digestion anaerobie |
EP1966093A1 (en) * | 2005-09-07 | 2008-09-10 | Linde, Inc. | Water treatment |
US7510654B2 (en) | 2005-12-29 | 2009-03-31 | Spf Innovations, Llc | Method and apparatus for the filtration of biological samples |
ES2300179B1 (es) * | 2006-04-03 | 2009-06-12 | C.P. Srl Control Of Pollution | Sistema de tratamiento de vertidos de la industria alimentaria. |
US8075779B2 (en) * | 2006-09-05 | 2011-12-13 | Environmental Management Corporation | Water treatment |
CN101209886B (zh) * | 2006-12-26 | 2010-09-01 | 蓝星环境工程有限公司 | 城市污水深度处理回用工艺 |
US7713417B2 (en) * | 2007-03-16 | 2010-05-11 | Envirogen Technologies, Inc. | Method for wastewater treatment with resource recovery and reduced residual solids generation |
WO2010008268A1 (en) * | 2008-07-15 | 2010-01-21 | Universiti Putra Malaysia | A process for treating wastewater |
EP2474506B1 (de) * | 2010-12-14 | 2013-07-10 | Anlagen- und Energietechnik | System und Verfahren zur Wasseraufbereitung |
CN102295362A (zh) * | 2011-06-10 | 2011-12-28 | 南京工业大学 | 一种肠衣加工废水回用处理的方法 |
US8910799B2 (en) | 2011-08-01 | 2014-12-16 | Enveera, Inc. | Integrated membrane system for distributed water treatment |
US9631170B2 (en) | 2011-10-06 | 2017-04-25 | University Of Wyoming | Genetically inducible hydrogen peroxide resistance and production |
AT513378B1 (de) * | 2012-11-13 | 2014-04-15 | Tech Universität Wien | Selektive Abtrennung von Wasser bei gleichzeitiger Biomasse- und Medienkomponentenretention |
KR101792604B1 (ko) * | 2016-09-12 | 2017-11-01 | 영남대학교 산학협력단 | 미세 입자 분리 장치 |
CN108862561A (zh) * | 2018-07-28 | 2018-11-23 | 奥兰川维技术(武汉)有限公司 | 一种低温水产养殖生化处理装置 |
Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPS6369598A (ja) * | 1986-09-11 | 1988-03-29 | Ebara Infilco Co Ltd | リンを含有する有機性汚水の処理方法 |
US5230803A (en) * | 1990-08-08 | 1993-07-27 | Ciba-Geigy Corporation | Ground- and wastewater purification |
DE19614214A1 (de) * | 1996-04-10 | 1997-10-16 | Herhof Umwelttechnik Gmbh | Verfahren und Vorrichtung zur Aufbereitung von Wasser aus einem biologischen Abbauprozeß |
JPH09271771A (ja) * | 1996-04-08 | 1997-10-21 | Shimizu Corp | 逆浸透膜を用いた揮発性有機化合物含有水の浄化方法 |
Family Cites Families (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US4812237A (en) * | 1987-12-21 | 1989-03-14 | Bio Tech, Inc. | Water recycle system |
DE3815271A1 (de) * | 1988-05-05 | 1989-11-16 | Sandoz Ag | Verfahren zur reinigung von industrieabwaessern |
DE69413704T2 (de) * | 1993-10-27 | 1999-05-12 | Crc Waste Man & Poll Contr Ltd | Verfahren und apparat zur wassergewinnung aus einem vorfluter |
US5746920A (en) * | 1994-06-08 | 1998-05-05 | Fraunhofer-Gesellschaft Zur Foerder Der Angewandten Forschung E.V. | Process for purifying dairy wastewater |
US5540836A (en) * | 1994-06-16 | 1996-07-30 | Coyne; Thomas J. | Wastewater treatment system and method |
-
1998
- 1998-02-26 NL NL1008425A patent/NL1008425C2/nl not_active IP Right Cessation
-
1999
- 1999-02-24 WO PCT/NL1999/000101 patent/WO1999043622A1/en active IP Right Grant
- 1999-02-24 AU AU27491/99A patent/AU2749199A/en not_active Abandoned
- 1999-02-24 AT AT99907962T patent/ATE243168T1/de active
- 1999-02-24 DE DE1999608916 patent/DE69908916T2/de not_active Expired - Lifetime
- 1999-02-24 EP EP99907962A patent/EP1060134B1/en not_active Expired - Lifetime
- 1999-02-24 DK DK99907962T patent/DK1060134T3/da active
- 1999-02-24 US US09/622,988 patent/US6592763B1/en not_active Expired - Fee Related
Patent Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPS6369598A (ja) * | 1986-09-11 | 1988-03-29 | Ebara Infilco Co Ltd | リンを含有する有機性汚水の処理方法 |
US5230803A (en) * | 1990-08-08 | 1993-07-27 | Ciba-Geigy Corporation | Ground- and wastewater purification |
JPH09271771A (ja) * | 1996-04-08 | 1997-10-21 | Shimizu Corp | 逆浸透膜を用いた揮発性有機化合物含有水の浄化方法 |
DE19614214A1 (de) * | 1996-04-10 | 1997-10-16 | Herhof Umwelttechnik Gmbh | Verfahren und Vorrichtung zur Aufbereitung von Wasser aus einem biologischen Abbauprozeß |
Non-Patent Citations (2)
Title |
---|
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 012, no. 299 (C - 520) 15 August 1988 (1988-08-15) * |
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 098, no. 002 30 January 1998 (1998-01-30) * |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
WO1999043622A1 (en) | 1999-09-02 |
EP1060134A1 (en) | 2000-12-20 |
DK1060134T3 (da) | 2003-10-13 |
DE69908916T2 (de) | 2004-05-13 |
AU2749199A (en) | 1999-09-15 |
EP1060134B1 (en) | 2003-06-18 |
ATE243168T1 (de) | 2003-07-15 |
US6592763B1 (en) | 2003-07-15 |
DE69908916D1 (de) | 2003-07-24 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL1008425C2 (nl) | Werkwijze voor het behandelen van waterige stromen in een bioreactor en een ultrafiltratie-eenheid, alsmede een inrichting voor het behandelen van waterige stromen in een bioreactor en een ultrafiltratie-eenheid. | |
CN112077128A (zh) | 一种飞灰水洗处理***和方法 | |
US6080317A (en) | Process and apparatus for the purification of waste water | |
KR101887332B1 (ko) | 연속식 단일생물반응조와 역삼투 멤브레인을 적용하고 농축수 처리 시스템을 포함하는 하수고도처리 시스템 | |
JPH07155784A (ja) | 有機性廃水処理方法 | |
KR100673841B1 (ko) | 세라믹 응집제를 이용한 고농도 유기성 부유물질 함유폐수의 처리방법 | |
US6896816B2 (en) | Chemical treatment method | |
US6113787A (en) | Process and device for treatment of water from a biodegradeable process | |
CN105923931A (zh) | 一种抗生素废水深度处理工艺 | |
CN112979038B (zh) | 一种印染废水零排放处理工艺 | |
KR20200000056A (ko) | 세라믹 분리막을 이용한 가축분뇨, 축산폐수 또는 축산세척수의 처리방법 및 처리장치 | |
US20030047499A1 (en) | Waste water cleaning system | |
GB2057415A (en) | A pressurized aerating system for treating waste materials active sludge | |
JP2002192182A (ja) | 超高濃度膜分離活性汚泥法 | |
RU1834859C (ru) | "Способ очистки сточных вод животноводческих комплексов "Экотехпроект" | |
NL1018870C2 (nl) | Werkwijze en inrichting voor het zuiveren van afvalwater. | |
WO2002012138A1 (fr) | Installation et procede d'epuration des eaux usees ou residuaires notamment industrielles | |
JPH02293095A (ja) | 有機性汚水の処理方法 | |
JPH02172598A (ja) | 有機性汚水の処理方法 | |
JP3759055B2 (ja) | 有機性廃水処理装置および方法 | |
US20240182343A1 (en) | Method and system for pre-treating high strength wastewater | |
Portenkirchner et al. | Combined waste air and wastewater treatment plant for the wood panel industry | |
EP0771318B1 (en) | Method for treatment of municipal waste sludge or animal slurry | |
JP2006026478A (ja) | 畜産処理水の脱色方法 | |
Rögener et al. | Modeling of Impurity Concentrations in the Cleaning Zones of Bottle Washing Machines in the Treatment of Alkaline Cleaning Solutions and Rinsing Water |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
SD | Assignments of patents |
Owner name: B.V. BEHEERMAATSCHAPPIJ FRISIA Owner name: VITENS (NWH) N.V. |
|
TD | Modifications of names of proprietors of patents |
Owner name: N.V. NUON WATER FRYSLAN Owner name: VITENS FRYSLAN N.V. Owner name: B.V. BEHEERMAATSCHAPPIJ FRISIA |
|
SD | Assignments of patents |
Owner name: VITENS N.V. Effective date: 20050323 Owner name: B.V. BEHEERMAATSCHAPPIJ FRISIA Effective date: 20050323 |
|
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20140901 |