NL1006917C2 - Milking device with a monitoring device and a method for monitoring a milking device. - Google Patents

Milking device with a monitoring device and a method for monitoring a milking device. Download PDF

Info

Publication number
NL1006917C2
NL1006917C2 NL1006917A NL1006917A NL1006917C2 NL 1006917 C2 NL1006917 C2 NL 1006917C2 NL 1006917 A NL1006917 A NL 1006917A NL 1006917 A NL1006917 A NL 1006917A NL 1006917 C2 NL1006917 C2 NL 1006917C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
milk
milking
pressure
line
collector
Prior art date
Application number
NL1006917A
Other languages
Dutch (nl)
Other versions
NL1006917A1 (en
Inventor
Reinhard Frenser
Kurt Kimm
Original Assignee
Westfalia Landtechnik Gmbh
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Westfalia Landtechnik Gmbh filed Critical Westfalia Landtechnik Gmbh
Publication of NL1006917A1 publication Critical patent/NL1006917A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1006917C2 publication Critical patent/NL1006917C2/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01JMANUFACTURE OF DAIRY PRODUCTS
    • A01J5/00Milking machines or devices
    • A01J5/007Monitoring milking processes; Control or regulation of milking machines

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • External Artificial Organs (AREA)
  • Measuring Fluid Pressure (AREA)
  • Dairy Products (AREA)

Description

Korte aanduiding: Melkinrichting met een bewakingsinrich- ting en een werkwijze voor het bewaken van een melkinrichting.Short designation: Milking device with a monitoring device and a method for monitoring a milking device.

De uitvinding heeft betrekking op een melkinrichting volgens de aanhef van conclusie 1, alsmede op een werkwijze voor het bewaken van een melkinrichting.The invention relates to a milking implement according to the preamble of claim 1, as well as to a method for monitoring a milking implement.

In het kader van een automatisering van het melk-5 proces zijn melkinrichtingen ontwikkeld, die meerdere melkplaatsen hebben. Elke melkplaats heeft een melkver-zamelaar, die via telkens een melkslang is verbonden met een melkbeker. De melkverzamelaar is via een melkleiding verbonden met een verzamelleiding. In de verzamelleiding 10 komt de melk van elke melkplaats terecht. Het aanbrengen van de melkbekers vindt automatisch plaats, zoals dit bekend is uit EP-A-0 300 115. Om te waarborgen dat alleen die melk in de verzamelleiding terecht komt, die aan bepaalde criteria voldoet, zijn verschillende con-15 cepten ontwikkeld.In the context of an automation of the milking process, milking devices having multiple milking parlors have been developed. Each milking parlor has a milk collector, which is connected to a teat cup via a milk hose. The milk collector is connected via a milk line to a collection line. The milk from each milking parlor ends up in the collecting line 10. The application of the teat cups takes place automatically, as is known from EP-A-0 300 115. In order to ensure that only that milk ends up in the collection line, which meets certain criteria, various concepts have been developed.

Uit DE-C-40 07 327 is een inrichting bekend, waarbij melk met een hoog gehalte aan schadelijke kiemen gescheiden wordt van de verzamelmelk en naar een speciaal scheidingsreservoir wordt geleid.DE-C-40 07 327 discloses a device in which milk with a high content of harmful germs is separated from the collection milk and passed to a special separating reservoir.

20 Onder omstandigheden kan het noodzakelijk zijn de melk van een dier af te scheiden van de verzamelmelk, als dit wordt aangegeven door een veestapelmanagement-systeem dat data-technisch verbonden is met de melkinrichting. Een dergelijke scheiding van melk is mogelijk 25 met de inrichting volgens DE-A-195 02 688.Under certain circumstances it may be necessary to separate the milk of an animal from the collection milk if this is indicated by a herd management system which is data-technically connected to the milking implement. Such a separation of milk is possible with the device according to DE-A-195 02 688.

Het scheiden van melk van een verzamelmelk vindt plaats door een geschikt schakelen van afsluitkleppen. Bij de bekende concepten voor het automatisch scheiden van een deelhoeveelheid of een totale hoeveelheid melk 3 0 van de verzamelmelk worden de leidingen door een geschikt schakelen van afsluitorganen afgesloten.The separation of milk from a collection milk takes place by suitable switching of shut-off valves. In the known concepts for automatically separating a partial quantity or a total quantity of milk from the collection milk, the pipes are closed by suitable switching of shut-off members.

De onderhavige uitvinding heeft tot doel, een melkinrichting alsmede een werkwijze voor het bewaken van een melkinrichting te verschaffen, door welke gewaar- 1006917 2 borgd wordt, dat de te scheiden melk niet terecht komt in een verzamelleiding.The object of the present invention is to provide a milking implement as well as a method for monitoring a milking implement, by which it is ensured that the milk to be separated does not end up in a collection line.

Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt door een melkinrichting met de kenmerken van conclusie 1 en 5 een werkwijze met de kenmerken van conclusie 8. Voordelige verdere uitvoeringsvormen van de melkinrichting en de werkwijze zijn vastgelegd in de onderconclusies.According to the invention, this object is achieved by a milking implement with the features of claims 1 and 5, a method with the features of claim 8. Advantageous further embodiments of the milking implement and the method are defined in the subclaims.

De melkinrichting volgens de uitvinding kenmerkt zich doordat elke melkslang een derde afsluitorgaan 10 heeft, waarbij tussen het eerste en/of het tweede en/of het derde afsluitorgaan een beluchtingseenheid en ten minste een druksensor zijn aangebracht, waarbij de druk-sensor is verbonden met een bewakingseenheid. Door de in de verzamelleiding heersende onderdruk wordt deze in de 15 melkverzamelaar, in de melkslang tot aan het derde afsluitorgaan, alsmede in de scheidingsleiding tot aan het tweede afsluitorgaan overgedragen. Indien nu door het eerste afsluitorgaan, dat in de melkleiding is aangebracht, de verbinding tussen de melkleiding en de verza-20 melleiding wordt onderbroken, dan heerst in het afgesloten systeem tot het moment van uitschakelen een vastgestelde onderdruk. Deze onderdruk wordt door de beluchtingseenheid afgebouwd. Hieruit resulteert een drukver-loop over de tijd. Indien de afzonderlijke afsluitorga-25 nen volledig in werking zijn, dan is het drukverloop binnen het afgesloten systeem steeds gelijk. Dit inrich-tingskenmerkende drukverloop dient als referentiedruk-verloop, waarmee het daadwerkelijke drukverloop vergeleken wordt. Hiertoe is een bewakingseenheid voorzien, die 30 het gemeten drukverloop over de tijd vergelijkt met een vastgesteld drukverloop, en een signaal afgeeft als het verschil tussen het gemeten en het vastgestelde drukverloop afwijkt van een vastgestelde waarde. Een afwijking van het drukverloop duidt erop dat binnenin het afgeslo-35 ten systeem een disfunctioneren van de afsluitorganen aan de orde kan zijn. In een dergelijk geval wordt de melkplaats voor het melken van een dier afgesloten. Door de melkinrichting volgens de uitvinding wordt voorkomen, dat de te scheiden melk in de verzamelleiding terecht 40 komt.The milking implement according to the invention is characterized in that each milking hose has a third closing member 10, wherein an aeration unit and at least one pressure sensor are arranged between the first and / or the second and / or the third closing member, the pressure sensor being connected to a monitoring unit. Due to the negative pressure prevailing in the collection line, it is transferred in the milk collector, in the milk hose up to the third closing member, and in the separating line up to the second closing member. If now the connection between the milk line and the collection line is interrupted by the first closing member, which is arranged in the milk line, a determined underpressure prevails in the closed system until the moment of switching off. This underpressure is reduced by the aeration unit. This results in a pressure trend over time. If the individual shut-off elements are fully in operation, the pressure development within the closed system is always the same. This device characteristic pressure course serves as a reference pressure course, with which the actual pressure course is compared. For this purpose, a monitoring unit is provided, which compares the measured pressure course over time with a determined pressure course and gives a signal if the difference between the measured and the determined pressure course deviates from a determined value. A deviation from the pressure course indicates that a malfunction of the shut-off members may be involved within the closed system. In such a case, the milking parlor is closed off for milking an animal. The milking device according to the invention prevents the milk to be separated from ending up in the collecting line.

1006917 31006917 3

Naast het testen van het functioneren van de af-sluitorganen kan op grond van de vergelijking tussen een vastgesteld drukverloop en het gemeten drukverloop op lekkages gecontroleerd worden. Ook in het geval dat 5 lekkages optreden wordt de melkplaats afgesloten.In addition to testing the functioning of the shut-off members, the leakage can also be checked on the basis of a comparison between a determined pressure course and the measured pressure course. The milking parlor is also closed in the event that 5 leaks occur.

Opgemerkt wordt dat EP-A-0 534 565 een melkinrichting openbaart waarin een melkleiding een vacuumgevoeli-ge sensor omvat. Deze sensor dient ertoe om vast te stellen of er een voldoende vacuum heerst in de melklei-10 ding en de daarmee verbonden melkbeker. De sensor werkt niet samen met een beluchtingseenheid voor het testen van afsluitorganen en het controleren op lekkages.It is noted that EP-A-0 534 565 discloses a milking device in which a milk line comprises a vacuum sensitive sensor. This sensor serves to determine whether there is a sufficient vacuum in the milk line and the associated teat cup. The sensor does not cooperate with an aeration unit for testing shut-off devices and checking for leaks.

In een voordelige uitvoeringsvorm van de melkinrichting volgens de uitvinding is de beluchtingseenheid 15 uitgevoerd aan de melkverzamelaar. De beluchtingseenheid kan ook met een overdrukbron in verbinding staan. Hierdoor kan een verstopping van de beluchtingseenheid worden tegengegaan. Hierbij betreft het bij voorkeur een met de omgevingslucht in verbinding staande boring, die 20 een diameter tussen 0,4 en 1,2 mm, bij voorkeur tussen 0,6 en 1 mm heeft. Bij een dergelijke uitvoering van de beluchtingseenheid wordt een drukopbouw binnenin het afgesloten systeem bereikt, die een kenmerkend verloop heeft, zodat een drukopbouw binnenin het afgesloten 25 systeem veroorzaakt door kleine lekkages ook verifieerbaar zijn en niet uitsluitend in het tolerantiegebied van de druksensor vallen.In an advantageous embodiment of the milking device according to the invention, the aeration unit 15 is designed on the milk collector. The aeration unit can also communicate with an overpressure source. This can prevent a blockage of the aeration unit. This is preferably a bore communicating with the ambient air, which has a diameter between 0.4 and 1.2 mm, preferably between 0.6 and 1 mm. In such an embodiment of the aeration unit, a pressure build-up inside the closed system is achieved, which has a characteristic course, so that a pressure build-up inside the closed system caused by small leaks are also verifiable and do not fall exclusively within the tolerance range of the pressure sensor.

Volgens een verdere voordelige uitvoeringsvorm van de melkinrichting wordt voorgesteld, dat de druksensor 30 is aangebracht op de melkverzamelaar. Deze plaatsing van de druksensor heeft als voordeel, dat geen extra verbindingsstukken die anders in de drukleidingen zouden moeten worden aangebracht, nodig zijn.According to a further advantageous embodiment of the milking device, it is proposed that the pressure sensor 30 is arranged on the milk collector. The advantage of this placement of the pressure sensor is that no additional connecting pieces that would otherwise have to be fitted in the pressure lines are required.

Voor het analyseren van het gemeten drukverloop 35 over de tijd wordt voorgesteld, dat de bewakingseenheid een microprocessor omvat. Naast de microprocessor kan de bewakingseenheid ook een geheugen hebben, waarin de afzonderlijke bewakingshandelingen, in het bijzonder de gemeten drukverlopen, worden opgeslagen, zodat het ge- 1006917 4 drag van de melkinrichting over een langere tijdsduur geëvalueerd kan worden.To analyze the measured pressure course over time, it is proposed that the monitoring unit includes a microprocessor. In addition to the microprocessor, the monitoring unit can also have a memory in which the individual monitoring operations, in particular the measured pressure courses, are stored, so that the behavior of the milking implement can be evaluated over a longer period of time.

De uitvinding heeft verder betrekking op een werkwijze voor het bewaken van een melkinrichting volgens 5 één van de conclusies 1-7. Volgens de bewakingswerkwijze worden het eerste afsluitorgaan, dat in een melkleiding, die een melkverzamelaar met een verzamelleiding verbindt, is aangebracht, het tweede afsluitorgaan, dat in een scheidingsleiding, die tussen het eerste afsluitor-10 gaan van de melkleiding en de melkverzamelaar in de melkleiding uitmondt, is aangebracht, en het derde afsluitorgaan, dat in een melkleiding, die een melkbeker met de melkverzamelaar verbindt, is aangebracht, in een afsluitstand gebracht. Hierdoor wordt een afgesloten 15 systeem verkregen. Een druksensor meet het drukverloop over de tijd bij een gelijktijdige beluchting van het afgesloten systeem. Het gemeten drukverloop over de tijd wordt door een bewakingseenheid met een vastgesteld drukverloop vergeleken, en een signaal wordt afgegeven 20 als het verschil tussen het gemeten en het vastgestelde drukverloop afwijkt van een vastgestelde waarde. Voor het bereiken van een onderdruk binnenin het afgesloten systeem wordt allereerst het tweede afsluitorgaan, dat in een scheidingsleiding is aangebracht, voor zover deze 25 nog niet gesloten is, in een gesloten stand gebracht. Na een vastgestelde tijdsduur wordt het eerste afsluitorgaan in een afsluitstand gebracht. Aansluitend wordt het drukverloop over de tijd bepaald. Bovengenoemde werkwijze is in het bijzonder voor het testen van een melk-30 plaats voor een melkhandeling geschikt.The invention further relates to a method for monitoring a milking implement according to any one of claims 1-7. According to the monitoring method, the first closing member, which is arranged in a milk line connecting a milk collector to a collecting line, the second closing member, which is in a separating line passing between the first shut-off valve of the milk line and the milk collector in the milk line opening, is arranged, and the third closing member, which is arranged in a milk line connecting a teat cup to the milk collector, is brought into a closing position. A closed system is hereby obtained. A pressure sensor measures the pressure trend over time with a simultaneous aeration of the closed system. The measured pressure course over time is compared by a monitoring unit with a determined pressure course and a signal is issued if the difference between the measured and the determined pressure course deviates from a determined value. In order to achieve an underpressure inside the closed system, first the second closing member, which is arranged in a separating line, insofar as it is not yet closed, is brought into a closed position. After a determined period of time, the first closing member is brought into a closing position. The pressure profile is then determined over time. The above-mentioned method is particularly suitable for testing a milking location for a milking operation.

Indien een testen van de melkplaats na een melkhandeling zou plaatsvinden, dan wordt voorgesteld, dat vóór het losmaken van elke melkbeker van de tepels van een dier, in het bijzonder een koe, de derde afsluitorganen 35 in een afsluitstand worden gebracht, zodat de in de melkleiding, de melkverzamelaar en de melkleiding aanwezige onderdruk in stand gehouden blijft. Aansluitend wordt het eerste afsluitorgaan in de afsluitstand gebracht . Daarna vindt het opnemen van het drukverloop 1006917 5 over de tijd bij een gelijktijdige beluchting van het afgesloten systeem plaats.If a testing of the milking parlor should take place after a milking operation, it is proposed that, before each teat cup is detached from the nipples of an animal, in particular a cow, the third closing members 35 are brought into a closing position, so that the milk line, the milk collector and the milk line present under pressure is maintained. The first closing member is then brought into the closing position. Thereafter, the recording of the pressure course 1006917 5 over time takes place with simultaneous aeration of the closed system.

Bij voorkeur vindt een beluchting van de melkverza-melaar plaats. Voor het beluchten van de melkverzamelaar 5 wordt voorgesteld, dat deze verbonden wordt met de omgevingslucht .Aeration of the milk collector preferably takes place. For aeration of the milk collector 5 it is proposed that it be connected to the ambient air.

De bewakingshandeling vindt bij voorkeur plaats vóór elke melkhandel ing. Door deze werkwijze wordt steeds gewaarborgd, dat besmette melk niet in de verza-10 melleiding terecht komt. Voor het verminderen van de bewakingshandelingen wordt volgens een andere voordelige uitvoeringsvorm van de werkwijze voorgesteld, dat het testen op dichtheid en functioneren van de afsluitorga-nen na een vastgesteld aantal melkhandelingen wordt 15 uitgevoerd.The monitoring operation preferably takes place before each milk trade. This method always ensures that contaminated milk does not end up in the collection line. According to another advantageous embodiment of the method, to reduce the monitoring operations, it is proposed that testing for tightness and functioning of the closing members be carried out after a determined number of milking operations.

Verdere voordelen en kenmerken van de melkinrichting volgens de uitvinding alsmede van de werkwijze voor het bewaken van een melkinrichting worden aan de hand van het in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld 20 toegelicht. Hierin toont: fig. 1 schematisch een melkplaats van een melkinrichting; en fig. 2 een drukverloop in de tijd in de melkverzamelaar.Further advantages and features of the milking implement according to the invention and of the method for monitoring a milking implement are explained with reference to the exemplary embodiment shown in the drawing. Herein: fig. 1 schematically shows a milking parlor of a milking implement; and Fig. 2 shows a pressure trend in time in the milk collector.

25 In fig. 1 is een melkplaats 1 van een melkinrich ting weergegeven. De melkplaats 1 omvat een melkverzamelaar 4, die via telkens een melkslang 2 is verbonden met een melkbeker 3. De melkverzamelaar 4 is via een melk-leiding 9 verbonden met een verzamelleiding 7. Elke 30 melkplaats 1 van de melkinrichting is verbonden met de verzamelleiding 7. Niet weergegeven is een verzamelre-servoir, waarin de verzamelleiding 7 uitmondt. Voor het scheiden van een hoeveelheid melk is een scheidingslei-ding 8 aangebracht, die verbonden is met de melkleiding 35 9. In de melkleiding 9 is een eerste af sluitorgaan 5, waarbij het bij voorkeur een afsluitklep betreft, aangebracht. In de scheidingsleiding 8 is een tweede afsluitorgaan 6 aangebracht.Fig. 1 shows a milking parlor 1 of a milking implement. The milking parlor 1 comprises a milk collector 4, which is connected via a milk hose 2 to a teat cup 3. The milk collector 4 is connected via a milk line 9 to a collecting line 7. Every milking location 1 of the milking implement is connected to the collecting line 7 Not shown is a collection reservoir into which the collection conduit 7 opens. For separating an amount of milk, a separating line 8 is provided, which is connected to the milk line 9. A first closing member 5, which preferably concerns a closing valve, is arranged in the milk line 9. A second closing member 6 is arranged in the separating line 8.

Elke melkslang 2 heeft een derde afsluitorgaan 10. 40 De melkverzamelaar 4 heeft een beluchtingseenheid 11, 1006917 6 die is uitgevoerd in de vorm van een boring 14, via welke de binnenruimte van de melkverzamelaar 4 in verbinding staat met de omgevingslucht.Each milk hose 2 has a third closing member 10. 40 The milk collector 4 has an aeration unit 11, 1006917 6, which is in the form of a bore 14, via which the inner space of the milk collector 4 communicates with the ambient air.

De melkverzamelaar 4 heeft een druksensor 12, die 5 via een electrische leiding 15 verbonden is met een bewakingseenheid 13.The milk collector 4 has a pressure sensor 12, which 5 is connected via an electrical line 15 to a monitoring unit 13.

De druksensor 12 meet de druk binnenin de melkverzamelaar 4. Hiertoe worden het eerste afsluitorgaan 5 in de melkleiding 9, het tweede af sluitorgaan 6 in de 10 scheidingsleiding 8 alsook de derde afsluitorganen 10 in de melkslangen 2 gesloten. Dit af sluittijdstip is in fig. 2 met Tl aangeduid. Tot aan het af sluittijdstip Tl heerst in de melkverzamelaar 4 een onderdruk. Door de beluchting van de melkverzamelaar 4 verandert de onder-15 druk overeenkomstig het verloop van de curve A. Vanaf het tijdstip T4 heerst in de melkverzamelaar 4 de omge-vingsdruk. Het drukverloop overeenkomstig de curve A alsmede het tijdverschil tussen T4 en Tl is inrichtings-afhankelijk. Het tijdverschil (T4-T1) alsook de curve A 20 komt overeen met een goed functionerende melkinrichting.The pressure sensor 12 measures the pressure inside the milk collector 4. For this purpose, the first closing member 5 in the milk line 9, the second closing member 6 in the separating line 8 and the third closing members 10 in the milk hoses 2 are closed. This closing time is indicated by T1 in Fig. 2. Until the closing time T1, there is an underpressure in the milk collector 4. As a result of the aeration of the milk collector 4, the under pressure changes in accordance with the course of the curve A. From the time T4, the ambient pressure prevails in the milk collector 4. The pressure profile according to the curve A as well as the time difference between T4 and Tl is device-dependent. The time difference (T4-T1) as well as the curve A 20 corresponds to a properly functioning milking implement.

Functioneert bijvoorbeeld één van de derde afsluitorganen 10, die in de melkslangen 2 zijn aangebracht, niet goed, dan verkrijgt men een drukverloop overeenkomstig de curve C. Vanaf het tijdpunt T2 heerst in de 25 melkverzamelaar dan de omgevingsdruk. Doordat de melkverzamelaar via één van de derde afsluitorganen 10 in verbinding staat met de omgevingslucht, is de tijdsduur (T2-T1) tot het bereiken van de omgevingsdruk kleiner dan de tijdsduur (T4-T1) bij een goed werkende melkin-30 richting.If, for example, one of the third shut-off members 10, which are arranged in the milk hoses 2, does not function properly, a pressure course corresponding to the curve C is obtained. From the time point T2, the ambient pressure prevails in the milk collector. Because the milk collector is in communication with the ambient air via one of the third shut-off members 10, the time (T2-T1) until the ambient pressure is reached is less than the time (T4-T1) with a properly working milking implement.

Het drukverloop overeenkomstig de curve C kan ook dan optreden, als het tweede af sluitorgaan 6 niet goed werkt en de scheidingsleiding 8 met de omgevingslucht in verbinding staat. In het geval dat de tijdsduur, waar-35 binnen in de melkverzamelaar 4 de omgevingsdruk bereikt wordt, kleiner is dan de tijdsduur (T4-T1) bij goed functionerende afsluitorganen, dan kan geconcludeerd worden, dat het eerste afsluitorgaan 5 in de melkleiding 9 zoals voorgeschreven werkt.The pressure development according to the curve C can then also occur if the second shut-off element 6 does not work properly and the separation pipe 8 is in communication with the ambient air. In the event that the period of time during which the ambient pressure is reached within the milk collector 4 is smaller than the period of time (T4-T1) with properly functioning shut-off members, it can be concluded that the first shut-off member 5 in the milk line 9 such as prescribed works.

1006917 71006917 7

Fig. 2 toont verder het drukverloop overeenkomstig de curve D. Het drukverloop overeenkomstig de curve D toont geen drukverandering binnenin de melkverzamelaar 4, hoewel de afzonderlijke afsluitorganen 10, 6 en 5 5 bediend zijn. Uit dit drukverloop kan geconcludeerd worden, dat het tweede afsluitorgaan 6 alsmede de derde afsluitorganen 10 goed functioneren, en dat het eerste afsluitorgaan 5 niet meer goed functioneert, omdat in de melkverzamelaar 4 door de verzamelleiding 7 een onder-10 druk opgebouwd blijft.Fig. 2 further shows the pressure course according to the curve D. The pressure course according to the curve D shows no pressure change inside the milk collector 4, although the separate shut-off members 10, 6 and 5 are operated. It can be concluded from this pressure course that the second closing member 6 and the third closing members 10 function properly, and that the first closing member 5 no longer functions properly, because an under-pressure remains built up in the milk collector 4 through the collecting line 7.

1006917 8 1 Melkplaats 2 Melkslang 3 Melkbeker 5 4 Melkverzamelaar 5 Eerste afsluitorgaan 6 Tweede afsluitorgaan 7 Verzamelleiding 8 Scheidingsleiding 10 9 Melkleiding 10 Derde afsluitorgaan 11 Beluchtingseenheid 12 Druksensor 13 Bewakingseenheid 15 14 Boring 15 Electrische leiding 10069171006917 8 1 Milking parlor 2 Milk hose 3 Milking cup 5 4 Milk collector 5 First closing member 6 Second closing member 7 Collecting line 8 Separation line 10 9 Milk line 10 Third closing element 11 Aeration unit 12 Pressure sensor 13 Monitoring unit 15 14 Bore 15 Electric line 1006917

Claims (11)

1. Melkinrichting omvattende ten minste één melk-plaats (1) met een melkverzamelaar (4) die via telkens een melkslang (2) is verbonden met een melkbeker (3) , een de melkverzamelaar (4) met een verzamelleiding (7) 5 verbindende melkleiding (9) , die een eerste afsluitor-gaan (5) heeft, en een tweede afsluitorgaan (6) omvattende scheidingsleiding (8) die tussen het eerste af-sluitorgaan (5) van de melkleiding (9) en de melkverzamelaar (4) is aangebracht en uitmondt in de melkleiding 10 (9) , met het kenmerk, dat elke melkslang (2) een derde afsluitorgaan (10) heeft, waarbij tussen het eerste (5) en/of het tweede (6) en/of het derde afsluitorgaan (10) een beluchtingseenheid (11) en ten minste een druksensor (12) zijn aangebracht, waarbij de druksensor (12) is 15 verbonden met een bewakingseenheid (13).Milking device comprising at least one milking parlor (1) with a milk collector (4), which is connected via a milk hose (2) to a teat cup (3), connecting the milk collector (4) to a collecting line (7) milk line (9), which has a first shut-off member (5), and a second shut-off member (6) comprising separating line (8) which is between the first shut-off member (5) of the milk line (9) and the milk collector (4) is arranged and opens into the milk line 10 (9), characterized in that each milk hose (2) has a third closing member (10), between the first (5) and / or the second (6) and / or the third the closing member (10) has an aeration unit (11) and at least one pressure sensor (12), the pressure sensor (12) being connected to a monitoring unit (13). 2. Melkinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de beluchtingseenheid (11) is uitgevoerd aan de melkverzamelaar (4). 20Milking device according to claim 1, characterized in that the aeration unit (11) is arranged on the milk collector (4). 20 3. Melkinrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de beluchtingseenheid (11) is gevormd door een met de omgevingslucht in verbinding staande boring (14) . 25Milking implement according to claim 1 or 2, characterized in that the aeration unit (11) is formed by a bore (14) communicating with the ambient air. 25 4. Melkinrichting volgens conclusie l, 2 of 3, met het kenmerk, dat de beluchtingseenheid (11) kan worden verbonden met een overdrukbron.Milking device according to claim 1, 2 or 3, characterized in that the aeration unit (11) can be connected to a pressure source. 5. Melkinrichting volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk, dat de boring (14) een diameter tussen 0,4 en 1,2 mm, bij voorkeur tussen 0,6 en 1,0 mm, heeft.Milking implement according to claim 3 or 4, characterized in that the bore (14) has a diameter between 0.4 and 1.2 mm, preferably between 0.6 and 1.0 mm. 6. Melkinrichting volgens één van de conclusies 1-35 5, met het kenmerk, dat de druksensor (12) is aange bracht op de melkverzamelaar (4). 1006917Milking implement according to any one of claims 1 to 35, characterized in that the pressure sensor (12) is arranged on the milk collector (4). 1006917 7. Melkinrichting volgens één van de conclusies 1-6, met het kenmerk, dat de bewakingseenheid (13) een microprocessor omvat.Milking implement according to any one of claims 1 to 6, characterized in that the monitoring unit (13) comprises a microprocessor. 8. Werkwijze voor het bewaken van een melkinrich ting, volgens één van de conclusies 1-7, waarbij een druksensor (12) het drukverloop over de tijd bij gelijktijdige beluchting tussen de afsluitorganen (5, 6, 10) meet, en een bewakingseenheid (13) het gemeten drukver- 10 loop (C, D) over de tijd (t) vergelijkt met een vastgesteld drukverloop (A) , en een signaal afgeeft als het verschil tussen het gemeten en het vastgestelde drukverloop (C, D; A) afwijkt van een vastgestelde waarde.A method for monitoring a milking implement, according to any one of claims 1-7, wherein a pressure sensor (12) measures the pressure progression over time with simultaneous aeration between the shut-off members (5, 6, 10), and a monitoring unit ( 13) compares the measured pressure course (C, D) over time (t) with a determined pressure course (A), and gives a signal if the difference between the measured and the determined pressure course (C, D; A) deviates of a set value. 9. Werkwijze volgens conclusie 8, waarbij de melk- verzamelaar (4) belucht wordt.A method according to claim 8, wherein the milk collector (4) is aerated. 10. Werkwijze volgens conclusie 9, waarbij de melk-verzamelaar (4), verbonden is met de omgevingslucht. 20Method according to claim 9, wherein the milk collector (4) is connected to the ambient air. 20 11. Werkwijze volgens conclusie 8, 9 of 10, waarbij de melkplaats buiten bedrijf gezet wordt, als het verschil tussen het gemeten en het vastgestelde drukverloop (C, D; A) de vastgestelde waarde overschrijdt. 1006917A method according to claim 8, 9 or 10, wherein the milking parlor is put out of operation if the difference between the measured and the determined pressure course (C, D; A) exceeds the determined value. 1006917
NL1006917A 1996-09-06 1997-09-02 Milking device with a monitoring device and a method for monitoring a milking device. NL1006917C2 (en)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE19636314 1996-09-06
DE1996136314 DE19636314C1 (en) 1996-09-06 1996-09-06 Milking plant comprising at least one milk stand

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL1006917A1 NL1006917A1 (en) 1998-03-09
NL1006917C2 true NL1006917C2 (en) 1998-11-05

Family

ID=7804885

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1006917A NL1006917C2 (en) 1996-09-06 1997-09-02 Milking device with a monitoring device and a method for monitoring a milking device.

Country Status (3)

Country Link
DE (1) DE19636314C1 (en)
NL (1) NL1006917C2 (en)
SE (1) SE512213C2 (en)

Families Citing this family (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
SE515127C2 (en) * 1998-06-11 2001-06-11 Alfa Laval Agri Ab Apparatus and method for monitoring teat cup application
DE10006548A1 (en) * 2000-02-15 2001-08-23 Westfalia Landtechnik Gmbh Generating and stabilizing working pressure, for milking arrangement, involves adapting volumetric flow when compressing compressible fluids, and increasing pump piston vibrations until comparison within tolerance
DE10046276A1 (en) 2000-09-19 2002-04-18 Westfalia Landtechnik Gmbh Method and device for improved milking out of an animal, especially a cow
SE529699C2 (en) 2006-03-01 2007-10-30 Delaval Holding Ab Milk Machine Testing
CH707132A1 (en) * 2012-10-29 2014-04-30 Melotte AG Milk collecting piece with integrated shut-off.

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3702465A1 (en) * 1987-01-28 1988-08-11 Duevelsdorf & Sohn Gmbh & Co K METHOD AND DEVICE FOR MILKING AND GGFS. FEEDING OF FREEDOMING, IDENTIFICATION-BASED COWS
DE4007327C1 (en) * 1990-03-08 1991-07-11 Lang Apparatebau Gmbh, 8227 Siegsdorf, De
DE19502688C1 (en) * 1995-01-28 1996-01-18 Westfalia Separator Ag Separator for milk products in milk plant

Also Published As

Publication number Publication date
SE512213C2 (en) 2000-02-14
SE9702967D0 (en) 1997-08-19
DE19636314C1 (en) 1998-04-09
NL1006917A1 (en) 1998-03-09
SE9702967L (en) 1998-03-07

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP1046336B1 (en) An implement for milking animals
US20040154547A1 (en) Controller for monitoring and controlling pulsators in a milking system
US11206805B2 (en) Automated milking system safety valve arrangement
CA2310037C (en) An automatic milking apparatus
EP1988765B1 (en) Milking machine testing
NL1006917C2 (en) Milking device with a monitoring device and a method for monitoring a milking device.
IE791329L (en) Demountable filters for liquid flow lines
CA2232868C (en) Sanitary aseptic drain system
US4188910A (en) Combined milk flow sensing and vacuum shut-off device
NL9300997A (en) A method for milking animals, as well as a device for applying this method.
EP1084608A3 (en) An implement for milking animals
CA2245643A1 (en) A claw for a milking machine
CA2448651A1 (en) A method of and an apparatus for somatic cell count
US7198003B2 (en) Milking arrangement
EP1152655B1 (en) Device and method for measuring variations of vacuum in a milking machine
WO1999035904A1 (en) A method of and a device for milking an animal
EP1207744B1 (en) Method and apparatus for detecting liner slips
US6755152B1 (en) Method and apparatus for clearing moisture in milking system pulsation monitor
US6571827B1 (en) Device for a container
ATE212500T1 (en) METHOD AND DEVICE FOR AUTOMATIC MILK EXTRACTION
NL1031463C2 (en) Method and device for determining at least one passive teat cup.
NL9300917A (en) Device for milking animals.
EP1321029A2 (en) A device and a teat cup for milking animals
US3070067A (en) Suction line connector for milking machine claws
EP1083785A1 (en) Sensor for milking machines

Legal Events

Date Code Title Description
AD1A A request for search or an international type search has been filed
RD2N Patents in respect of which a decision has been taken or a report has been made (novelty report)

Free format text: 980623;980623

PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20070401