NL1005678C2 - Mobiel verblijf met een al of niet uitstelbaar venster en in het bijzonder een montageraam, montage-element en afdekkap ten gebruike daarin. - Google Patents

Description

Mobiel verblijf met een al of niet uitstelbaar venster en in het bijzonder een montageraam, montage-element en afdekkap ten gebruike daarin.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een mobiel verblijf, zoals bijvoorbeeld een caravan, boot of camper, omvattende een wand met een wandopening waarin een al 5 of niet uitstelbaar paneel, zoals bijvoorbeeld een venster of een deur, is opgenomen, waarbij het paneel door tussenkomst van een montageraam in de wandopening is geplaatst, welk montageraam is voorzien van montagemiddelen om een hechte verbinding met een rand van de wandopening tot stand te brengen en een flensdeel omvat dat althans over een deel van de omtrek van de wandopening aanligt tegen een 10 buitenzijde van de wand.

De uitvinding heeft daarbij meer in het bijzonder betrekking op het daarin toegepaste montageraam. Zoals bij een bekend mobiel verblijf, dient het montageraam enerzijds als randafwerking van de opening die in de wand van het vertrek werd aangebracht en anderzijds als basis voor de montage van het paneel alsmede daarmee samenhangend 15 hang- en sluitwerk en afdichtingsprofielen. Hierop is de vormgeving van het montageraam specifiek afgestemd. Aldus vergemakkelijkt een dergelijk raam de plaatsing van vensters in daarvoor uitgespaarde openingen in een belangrijke mate.

Een voorbeeld van een bestaand verblijf van de in de aanhef genoemde soort met een uitstelbaar venster is in figuur 1 weergegeven. De figuur toont een deel van de wand 1 20 van het mobiel verblijf met daarin een wandopening 2. Het venster 4 is hier door tussenkomst van een montageraam 5 in de wandopening bevestigd, waarbij het montageraam op zijn beurt door middel van een montageprofiel 6, kikkers 7, schroeven 8 of andere hulpmiddelen aan de rand 3 van de wandopening 2 is bevestigd. Het montageraam 5 is in dit geval voorzien van een gebruikelijk schamierprofiel 9 waaraan 25 het venster 4 is gemonteerd. Tussen het venster 4 en het montageraam 5 bevindt zich een afdichtingsrubber 10 dat in en om een randdeel 11 van het montageraam 5 is geklemd en voor de gewenste afdichting zorgt. Een flensdeel 12 van het montageraam 5 zorgt voor een fraaie randafwerking, die niet alleen een adequate afdichting tegen vocht en andere weersinvloeden van buitenaf biedt, al of niet door tussenkomst van een 1005678 -2- geschikte afdichtingspasta of -tape 13, maar tevens het uiterlijk van het mobiel verblijf esthetisch verbetert, wat een belangrijke verkoopfactor blijkt te zijn. Het montageraam 5 biedt bovendien een basis voor de bevestiging van met het venster samenhangend hangen sluitwerk zoals in dit geval de slotplaat 14 van een grendel 15. Aan een binnenzijde 5 is een afdekkap 16 tegen het montageraam geschroefd 17 om het aanzien vanaf deze zijde te verbeteren.

Hoewel een dergelijk montageraam de plaatsing van vensters en andere al of niet beweegbare panelen in een mobiel verblijf aanmerkelijk vereenvoudigt, is met de plaatsing van al of niet beweegbare panelen nog steeds een aanzienlijke arbeidstijd 10 gemoeid hetgeen kostenverhogend uitwerkt. Zo dient het montageraam in het hiervoor gegeven voorbeeld, na met het montageprofiel in de wandopening te zijn aangebracht, op diverse plaatsen met schroeven te worden gefixeerd, wat tijd kost. Vervolgens dienen ook nog de afdekkappen tegen het aldus bevestigde montageraam te worden geschroefd.

Met de onderhavige uitvinding wordt onder meer beoogd te voorzien in een mobiel 15 verblijf en montageraam van de in de aanhef beschreven soort, waarbij de plaatsing van vensters daarin belangrijk is vereenvoudigd en aanmerkelijk minder tijd vergt.

Om het beoogde doel te bereiken heeft een mobiel verblijf van de in de aanhef genoemde soort volgens de uitvinding als kenmerk dat de montagemiddelen ten minste één montage-element omvatten dat aanligt tegen de rand van de wandopening en een 20 eerste snaporgaan omvat en dat het montageraam een tweede snaporgaan omvat dat in staat is om een snapverbinding met het eerste snaporgaan tot stand te brengen indien het montageraam van buitenaf in de opening wordt gebracht en daarbij het ten minste ene montage-element passeert. Aldus kan een montageraam louter door voomoemde snapverbinding in de wandopening worden gefixeerd terwijl het daarin wordt 25 aangebracht. Voor de fixatie is daardoor niet meer tijd nodig dan voor het aanbrengen van één of enkele montage-elementen op de rand van de wandopening, hetgeen tot een belangrijke tijdwinst leidt.

1005678 -3-

Een bijzondere uitvoeringsvorm van het mobiel verblijf heeft daarbij als kenmerk dat het montage-element een stripvormig deel omvat dat met twee benen grijpt om de rand van de opening. Een dergelijk montage-element laat zich bijzonder eenvoudig aanbrengen en behoeft in een voorkeursuitvoeringsvorm daarvan, waarbij althans één 5 van beide benen licht naar het andere neigt en veerkrachtig is, zelfs geen toevoeging van een additioneel fixatiemiddel. De montage-elementen worden eenvoudig, bijvoorbeeld aan iedere zijde van de wandopening één, over de rand van de opening geschoven, waarna het montageraam in de opening wordt geduwd. Het montageraam wordt alsdan gelijktijdig in de opening gefixeerd dankzij de tot stand gebrachte snapverbindingen met 10 de montage-elementen.

Een verdere uitvoeringsvorm van het mobiel verblijf heeft in dit opzicht als kenmerk dat het eerste snaporgaan een veerkrachtige lip omvat welke zich vanaf het stripvormige deel onder een scherpe hoek in de wandopening uitstrekt en daarbij naar een binnenzijde van de wand is gericht en dat het tweede snaporgaan een stripvormig deel van het 15 montageraam omvat dat achter voomoemde lip grijpt. Bij het plaatsen van het montageraam wordt dit met het stripvormige deel over genoemde lip geschoven zodat de lip enigszins zal inveren. Zodra het montageraam met het stripvormige deel voorbij de lip van het montage-element treedt, zal de lip terugveren om het montageraam althans nagenoeg onwrikbaar te fixeren nu het flensdeel van het montageprofiel aanligt 20 tegen de buitenzijde van de wand.

In een verdere uitvoeringsvorm heeft het mobiel waarbij het montageraam een integraal profiel omvat dat zich rondom in de wandopening uitstrekt en waarbij het profiel een flensdeel omvat dat door tussenkomst van een verbindingsdeel is verbonden met een stripvormig randdeel dat zich in hoofdzaak dwars op het flensdeel uitstrekt en bestemd 25 is om daarop een afdichtingsrubber te ontvangen, volgens de uitvinding als kenmerk dat het verbindingsdeel aan een naar het verblijf gerichte zijde een ribbe omvat welke zich uitstrekt voorbij het eerste snaporgaan en dat de ribbe aan een naar het eerste snaporgaan gewende zijde het tweede snaporgaan omvat. Een dergelijk profiel kan betrekkelijk eenvoudig bijvoorbeeld door extrusie of een (spuit)gietprocédé worden gevormd en 10 05 678 -4- verenigt tal van functies binnen het kader van de uitvinding. In een verdere uitvoeringsvorm omvat het tweede snaporgaan daarbij een stripvormig deel van het profiel dat in de richting naar het eerste snaporgaan op de ribbe is geplaatst.

Voor het profiel kunnen zowel geschikte kunststoffen zoals polyvinylchloride en 5 polyurethaan als geschikte metalen of metaallegeringen worden toegepast zoals bijvoorbeeld aluminium. Deze met name genoemde materialen laten zich gemakkelijk (ver)vormen en zijn in hoge mate corrosiebestendig. Indien daarbij een metaal voor het profiel wordt toegepast, verdient het de voorkeur dat de aangrenzende uiteinden van het profiel door middel van spanstiften en overeenkomstige holtes met elkander zijn 10 verbonden. In de praktijk is gebleken dat door middel van licht conische stiften die in de holtes aan de uiteinden van het profiel worden gedwongen, een sterke en duurzame hechting tussen de uiteinden kan worden bereikt die niet onderdoet voor een aanmerkelijk kostbaardere en moeilijker uit te voeren lasverbinding. Aldus kan een verdere kostenreductie worden gerealiseerd.

15 Een verdere uitvoeringsvorm van het mobiel verblijf heeft volgens de uitvinding als kenmerk dat het montageraam ten minste één derde snaporgaan omvat dat in staat is om samen te werken met een vierde snaporgaan van een al of niet holle afdekkap welke aan een binnenzijde van de wand is aangebracht om daarmee een snapverbinding tot stand te brengen. Met name bij caravans en campers wordt de rand van de wandopening ook aan 20 de binnenzijde afgewerkt en wel door daar een veelal uit kunststof vervaardigde afdekkap over de rand van de opening te plaatsen. In bestaande gevallen wordt de kap daarbij tegen het montageraam geschroefd. De daarvoor benodigde tijd kan in de onderhavige uitvoeringsvorm volgens de uitvinding worden uitgespaard, nu in dit geval de kap eenvoudig op het montageraam kan worden geklikt zonder noodzaak van 25 additionele handelingen of gereedschappen.

In een verdere uitvoeringsvorm hiervan is het mobiel verblijf daardoor gekenmerkt dat de afdekkap een holle ruimte omvat om daarin ten minste één rol van een rolgordijneenheid te herbergen. In dit geval kan nagenoeg de volledige uitrusting van 1005678 -5- het venster op eenvoudige wijze handmatig worden aangebracht door middel van louter een aantal snapverbindingen.

De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld en een tekening. In de tekening toont: 5 figuur 1 een dwarsdoorsnede van een deel van een wand van een bestaand mobiel verblijf met daarin een wandopening voorzien van een uitstelbaar venster zoals hiervoor omschreven; en figuur 2 een dwarsdoorsnede van een wand met een wandopening van een uitvoeringsvoorbeeld van een mobiel verblijf volgens de uitvinding.

10 De figuren zijn overigens zuiver schematisch en niet op schaal getekend. Met name zijn ter wille van de duidelijkheid sommige dimensies sterk overdreven weergegeven.

In figuur 2 is een deel van een wand 20 van een mobiel verblijf, in dit geval een caravan, weergeven. De wand omvat een buitenschaal 21 van aluminium en een binnenschaal 23 van houtplaat waartussen een volschuim isolatielaag 22 van 15 polyurethaan of een ander geschikt isolatiemateriaal is opgenomen. Het zal evenwel duidelijk zijn dat ook andere materialen voor een wand van een mobiel verblijf kunnen worden toegepast en dat wanddiktevariatie alsmede ander wandsystemen eveneens met de uitvinding verenigbaar zijn.

In de wand 20 is een wandopening 24 voorzien, hetzij door deze reeds vooraf uit te 20 sparen hetzij door deze naderhand in de wand te zagen. De wandopening kan worden afgesloten door middel van een dubbelwandig venster 25 dat scharnierend in de wandopening is aangebracht.

Voor de montage van het venster 25 dient een montageraam 26 dat enerzijds met de rand 27 van de wandopening 24 is verbonden en anderzijds een basis biedt voor de 25 bevestiging van het venster en eventueel hang- en sluitwerk en andere accessoires. Het montageraam 26 omvat een integraal profiel 30 van aluminium dat rondom de rand 27 1005678 -6- van de wandopening 24 volgt met een flensdeel 31 dat daarbij rondom aanligt tegen een buitenzijde van de wand 21 en aldus niet alleen een fraaie afwerking van de opening geeft maar bovendien een adequate afdichting tegen vocht en andere weersinvloeden van buitenaf biedt. Daarnaast omvat het profiel een strip vormig randdeel 33 dat zich in 5 hoofdzaak dwars op het flensdeel uitstrekt en bestemd is om daarop een afdichtingsprofiel 27 te ontvangen, zoals in de figuur is weergegeven. Het afdichtingsprofiel 27 van al of niet natuurlijk rubber of een ander elastomeer en het randdeel 33 zijn daarbij qua profilering sterk op elkaar afgestemd, opdat het profiel 27 gemakkelijk handmatig op het randdeel 33 kan worden vastgezet doch vervolgens 10 daarmee hecht is verbonden.

Tussen beide genoemde delen 31,33 van het profiel 30 bevind zich een verbindingsdeel 32, waarop een eerste deel 28 van een vensterschamierprofiel is aangebracht. Een tweede deel 29 van het vensterschamier is aan het venster 25 bevestigd en valt met een kwartrond deel in het eerste 28 om de beoogde scharnierfunctie te verwezenlijken. Het 15 tweede schamierprofiel 29 is daarbij op het venster geklonken zoals door de stippellijn is aangegeven, waarbij een laterale groef in het venster vermijdt dat het venster naderhand uit het profiel schiet. In tegenstelling tot bestaande schamierprofielen die gewoonlijk op het venster werden geschoven, behoeft in dit geval de groef niet over de volledige breedte van het venster door te lopen zodat separate fixatiestukken aan de 20 uiteinden kunnen worden vermeden. Dit bespaart niet alleen arbeidstijd, maar levert tevens een esthetisch fraaier geheel.

Het profiel 30, dat in dit geval volledig uit aluminium is vervaardigd maar waarvoor tevens andere materialen zoals geschikte kunststoffen zoals polyvinylchloride en polyurethaan en kan betrekkelijk eenvoudig op standaard lengten door extrusie of een 25 gietprocédé worden gerealiseerd. Het profiel wordt in dit geval in de vorm van de wandopening rondgezet, waarbij in de uiteinden holtes 60 werden voorzien om de uiteinden door middel van daarin aangebrachte spanstiften aan elkaar te verbinden, één en ander buiten het vlak van de tekening. Aldus kan op betrekkelijk eenvoudige wijze een solide basis van het montageraam worden bereikt.

1005678 -7-

Ter bevestiging van het montageraam in de wandopening dienen een aantal montage-elementen 40 die op verschillende plaatsen op de rand van de opening zijn geplaatst en die ieder een eerste snaporgaan 41 dragen. De montage-elementen 40 omvatten in dit voorbeeld een stripvormig basisdeel 42 dat met twee veerkrachtige benen 43,44 om de 5 rand 27 van de wandopening 24 grijpt. Het binnenste van beide benen 44 neigt daarbij naar het andere, althans in losgenomen toestand, om bij plaatsing op de rand 27 daarop voldoende grip uit te oefenen. Het eerste snaporgaan 41 omvat hier een veerkrachtige lip die zich vanaf het stripvormige deel 42 onder een scherpe hoek φ uitstrekt in de wandopening 24. Het montage-element 40 is volledig vervaardigd uit een geschikte 10 kunststof, in dit geval polyvinylchloride, en kan mede daardoor tegen betrekkelijk lage kosten door extrusie worden gerealiseerd. Daarbij wordt bijvoorbeeld een doorlopend extrusieprofiel gevormd met de getoonde doorsnede, waaruit naderhand de montage-elementen worden gezaagd of geknipt op een lengte van bijvoorbeeld telkens circa 10 centimeter. Het zal evenwel duidelijk zijn dat ook andere materialen zich binnen het 15 kader van de uitvinding voor de montage-elementen lenen, zoals in het bijzonder andere kunststoffen en al of niet lichte metalen.

Het eerste snaporgaan 41 is afgestemd op een tweede snaporgaan dat van het montageraam deel uitmaakt. Het tweede snaporgaan omvat in dit voorbeeld een stripvormig deel 35 van het profiel dat in de richting naar het eerste snaporgaan 41, 20 dwars op een ribbe 34 van het verbindingsdeel 32 van het profiel 30 is geplaatst. Zowel de ribbe 34 als het stripdeel 35 vormen een integraal deel met de rest van het extrusieprofiel waaruit het profiel 30 werd gevormd.

Indien het montageraam 26 van buitenaf in de wandopening 24 wordt gebracht, zoals door de pijl aangegeven, zal het montageraam met het stripvormige deel 35 over de lip 25 41 van het montage-element 40 glijden zodat dit laatste zal inveren. Zodra het stripdeel 35 de lip 41 is gepasseerd, veert de lip 41 terug en snapt de lip 41 achter het stripdeel 35. Het flensdeel 31 van het montageraam 26 ligt nu tegen de buitenwand 21 van het verblijf zodat aldus een nagenoeg spelingsvrije snapverbinding tot stand wordt gebracht, waarbij de wand 20 en het flensdeel 31 het montageraam 26 in voorwaarste richting 1005678 -8- tegenhouden en beide snaporganen 41, 35 voor een fixatie in tegengestelde richting zorgen. Eén en ander vereist geen speciaal gereedschap of additionele maatregelen, waardoor aldus in bijzonder korte tijd een venster of enig ander al of niet uitstelbaar paneel in een mobiel verblijf kan worden aangebracht.

5 Zoals aan de buitenzijde het flensdeel 31 van het montageraam voor een fraaie randafwerking zorgt, zo is aan de binnenzijde een afdekkap 50 over de rand 27 van de wandopening aangebracht. Om tevens de bevestiging hiervan te vereenvoudigen omvat het montageraam een ten minste één derde snaporgaan in de vorm van een gekartelde lip 36 om daarover een vierde snaporgaan in de vorm van een gekartelde holte 51 te 10 ontvangen, welke een integraal deel uitmaakt van de afdekkap. De afdekkap 50 kan alsdan eenvoudig op het montageraam 26 worden geklikt, waarbij dankzij de karteling in de snaporganen 36, 51 maatvariaties kunnen worden opgevangen. Een overhangende lip van het afdichtingsrubber 27, die verend aanligt tegen de buitenzijde van de kap 50, verzekert een afdoende afdichting naar het relatief koude profiel 30 van het 15 montageraam 26. De afdekkap kan rondom de wandopening worden geplaatst en niettemin uit gestrekte extrusieprofielen worden vervaardigd. Daartoe zijn in het profiel speciale holtes 65 voorzien, waarin overeenkomstige pennen van afzonderlijke hoekstukken worden ontvangen, één en ander buiten het vlak van tekening. Aldus kunnen afdekkappen voor diverse venstermaten niettemin uit standaard profielen en 20 profiellengtes worden samengesteld waarbij steeds de voor een specifieke venstermaat benodigde lengtes uit de standaard profielen worden genomen. Eén en ander leidt tot een belangrijke rationalisering van eventuele voorraden en daarmee tot een kostenreductie.

De afdekkap omvat een holte 52 die desgewenst plaats kan bieden aan één of meer 25 rollen van een rolgordijneenheid en met het oog daarop al of niet ruimer kan worden uitgevoerd. Ribben 53, 54 aan weerszijden van de holte, en met name de tussenribbe 53, verzekeren daarbij een rechte montage van de kap 50 in hoofdzaak evenwijdig aan de binnenwand 23. Aldus kan een volledige raamafwerking door middel van snapverbindingen worden gerealiseerd, wat een aanmerkelijke tijdwinst levert ten 1905 678 -9- opzichte van meer conventionele systemen waarbij telkens door middel van schroefverbindingen een en ander werd gerealiseerd.

Hoewel de uitvinding hiervoor aan de hand van louter een enkel uitvoeringsvoorbeeld nader werd toegelicht zal het duidelijk zijn dat de uitvinding geenszins tot het gegeven 5 voorbeeld is beperkt. Integendeel zijn binnen het kader van de uitvinding voor een vakman nog vele variaties en verschijningsvormen mogelijk. Zo kunnen de diverse snaporganen, al of niet paarsgewijs anders worden vormgegeven en uitgevoerd om niettemin de snelmontage van het montageraam conform de uitvinding mogelijk te maken. Ook zijn de gebruikte materialen als voorbeeld gegeven en zijn daarvoor in de 10 plaats veelal alternatieven en aanvullingen mogelijk. Zo kan bijvoorbeeld tussen het flensdeel van het montageraam en de buitenwand een hechtemulsie, bijvoorbeeld een meercomponentenlijm bijvoorbeeld op polyurethaanbasis, worden toegepast om een fixatie van het montageraam met de wand te bewerkstelligen, daarbij ondersteund door de fixatie met de montage-elementen, met name gedurende een droogtijd van de 15 betreffende lijmverbinding. Verder kunnen desgewenst her en der fixatie door middel van schroeven of andere hechtmiddelen worden gerealiseerd ter ondersteuning van de fixatie met de montage-elementen.

Tevens is de uitvinding toepasbaar voor andersoortige panelen dan een uitstelbaar venster, zoals bijvoorbeeld een toegangsdeur, bagageluik, bovenlicht of enig ander 20 scharnierend onderdeel in de wand van een mobiel verblijf en kan ook voor niet scharnierende panelen de uitvinding met voordeel worden toegepast.

1005678

Claims (15)

1. Mobiel verblijf, zoals bijvoorbeeld een caravan, boot of camper, omvattende een wand met een wandopening waarin een al of niet uitstelbaar paneel, zoals bijvoorbeeld een venster of een deur, is opgenomen, waarbij het paneel door tussenkomst van een 5 montageraam in de wandopening is geplaatst, welk montageraam is voorzien van montagemiddelen om een hechte verbinding met een rand van de wandopening tot stand te brengen en een flensdeel omvat dat althans over een deel van de omtrek van de wandopening aanligt tegen een buitenzijde van de wand, met het kenmerk dat de montagemiddelen ten minste één montage-element omvatten dat aanligt tegen de rand 10 van de wandopening en een eerste snaporgaan omvat en dat het montageraam een tweede snaporgaan omvat dat in staat is om een snapverbinding met het eerste snaporgaan tot stand te brengen indien het montageraam van buitenaf in de opening wordt gebracht en daarbij het ten minste ene montage-element passeert.

2. Mobiel verblijf volgens conclusie 1 met het kenmerk dat het montage-element 15 een stripvormig deel omvat dat met twee benen grijpt om de rand van de opening.

3. Mobiel verblijf volgens conclusie 2 met het kenmerk dat althans één van beide genoemde benen licht naar het andere neigt en veerkrachtig is.

4. Mobiel verblijf volgens één of meer der conclusies 2 en 3 met het kenmerk dat het eerste snaporgaan een veerkrachtige lip omvat welke zich vanaf het stripvormige 20 deel onder een scherpe hoek in de wandopening uitstrekt en daarbij naar een binnenzijde van de wand is gericht en dat het tweede snaporgaan een stripvormig deel van het montageraam omvat dat achter voomoemde lip grijpt.

5. Mobiel verblijf volgens één of meer der conclusies 2, 3 en 4 met het kenmerk dat het montage-element volledig uit een geschikte kunststof is vervaardigd, in het 25 bijzonder uit polyvinylchloride. 1005678 -11-

6. Mobiel verblijf volgens één of meer der voorafgaande conclusies waarbij het montageraam een integraal profiel omvat dat zich rondom in de wandopening uitstrekt en waarbij het profiel een flensdeel omvat dat door tussenkomst van een verbindingsdeel is verbonden met een stripvormig randdeel dat zich in hoofdzaak dwars 5 op het flensdeel uitstrekt en bestemd is om daarop een afdichtingsrubber te ontvangen met het kenmerk dat het verbindingsdeel aan een naar het verblijf gerichte zijde een ribbe omvat welke zich uitstrekt voorbij het eerste snaporgaan en dat de ribbe aan een naar het eerste snaporgaan gewende zijde het tweede snaporgaan omvat.

7. Mobiel verblijf volgens conclusie 6 met het kenmerk dat het tweede snaporgaan 10 een strip vormig deel van het profiel omvat dat in de richting naar het eerste snaporgaan op de ribbe is geplaatst.

8. Mobiel verblijf volgens één of meer der conclusies 6 en 7 met het kenmerk dat het profiel een materiaal omvat uit een groep van geschikte kunststoffen, zoals polyvinylchloride en polyurethaan, alsmede van geschikte metalen en metaallegeringen, 15 zoals aluminium.

9. Mobiel verblijf volgens één of meer der conclusies 5,6, 7 en 8 met het kenmerk dat het profiel uit een metaal is vervaardigd en dat aangrenzende uiteinden van het profiel door middel van spanstiften en overeenkomstige holtes met elkander zijn verbonden.

10. Mobiel verblijf volgens één of meer der voorafgaande conclusies met het kenmerk dat het montageraam ten minste één derde snaporgaan omvat dat in staat is om samen te werken met een vierde snaporgaan van een al of niet holle afdekkap welke aan een binnenzijde van de wand is aangebracht om daarmee een snapverbinding tot stand te brengen.

11. Mobiel verblijf volgens conclusie 10 met het kenmerk dat de afdekkap een holle ruimte omvat om daarin ten minste één rol van een rolgordijneenheid te herbergen. 1005678 -12-

12. Mobiel verblijf volgens conclusie 11 met het kenmerk dat de afdekkap met twee aan de holte grenzende ribben afsteunt op de binnenzijde van de wand.

13. Montageraam voor toepassing in het mobiel verblijf volgens één of meer der voorafgaande conclusies.

14. Montage-element voor toepassing in het mobiel verblijf volgens één of meer der conclusies 1 tot en met 5.

15. Afdekkap voor toepassing in het mobiel verblijf volgens één of meer der conclusies 10 en 12. 1005678