NL1004101C2 - Werkwijze en inrichting voor het vastleggen van een verkeersovertreding. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het vastleggen van een verkeersovertreding. Download PDF

Info

Publication number
NL1004101C2
NL1004101C2 NL1004101A NL1004101A NL1004101C2 NL 1004101 C2 NL1004101 C2 NL 1004101C2 NL 1004101 A NL1004101 A NL 1004101A NL 1004101 A NL1004101 A NL 1004101A NL 1004101 C2 NL1004101 C2 NL 1004101C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
recording
traffic
offense
location
speed
Prior art date
Application number
NL1004101A
Other languages
English (en)
Inventor
Tom Gatsonides
Original Assignee
Gatsometer Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Gatsometer Bv filed Critical Gatsometer Bv
Priority to NL1004101A priority Critical patent/NL1004101C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1004101C2 publication Critical patent/NL1004101C2/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G08SIGNALLING
    • G08GTRAFFIC CONTROL SYSTEMS
    • G08G1/00Traffic control systems for road vehicles
    • G08G1/01Detecting movement of traffic to be counted or controlled
    • G08G1/052Detecting movement of traffic to be counted or controlled with provision for determining speed or overspeed
    • G08G1/054Detecting movement of traffic to be counted or controlled with provision for determining speed or overspeed photographing overspeeding vehicles

Landscapes

  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Traffic Control Systems (AREA)

Description

Werkwijze en inrichting voor het vastleggen van een verkeers over treding
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze 5 voor het vastleggen van een verkeersovertreding, omvattende het waarnemen van de overtreding, het meten van de snelheid van een de overtreding begaande verkeersdeelnemer, het uit deze gemeten snelheid afleiden van voor het maken van ten minste één scherpe opname van 10 de verkeersdeelnemer benodigde gegevens, het maken van de opname(s) en het verwerken en/of opslaan van de of elke zo gemaakte opname. Een dergelijke werkwijze is bekend uit "Automatic Traffic Control in Norway Functional and Political Issues", M. Nygérd e.a., Proceedings of 3rd 15 Vehicle Navigation & Information Systems conference,
Oslo, 24 september 1992, pag. 67-72, en wordt toegepast voor het vastleggen van snelheidsovertredingen. Bij de uit dit document bekende werkwijze wordt de snelheid van een voertuig gemeten door middel van een tweetal in het 20 wegdek aangebrachte piëzo electrische rukkabels, en wordt bij het vaststellen van een overschrijding van de maximumsnelheid een signaal naar een verderop geplaatste camera gezonden. Daarbij wordt de gemeten snelheid gebruikt om te waarborgen dat de camera pas een opname 25 zal maken wanneer het voertuig een bepaalde opnamelokatie heeft bereikt. Er wordt op deze wijze dus slechts een enkele opname gemaakt.
Bij de in Nederland tot nu toe bekende werkwijze voor het vastleggen van overtredingen, met name 30 bij een verkeerslicht, is in de nabijheid van het verkeerslicht een camera aangebracht die geactiveerd wordt wanneer een verkeersdeelnemer door rood licht rijdt. Daartoe zijn in het algemeen in de nabijheid van het verkeerslicht aan weerszijden van de daarbij 35 behorende stopstreep detectielussen in het wegdek aangebracht, waardoor de camera geactiveerd wordt wanneer van beide lussen een signaal ontvangen wordt, ten teken dat de verkeersdeelnemer de stopstreep gepasseerd is, en 1004101 2 bovendien een signaal ontvangen wordt dat de rode lamp van het verkeerslicht brandt. De camera is daarbij naar de zichtzijde van het verkeerslicht gericht, zodat de verkeersdeelnemer vanaf de achterzijde op een foto- of 5 video-opname vastgelegd wordt. Daarbij worden dan meestal twee opnames gemaakt, te weten een eerste detailopname op het moment dat de stopstreep daadwerkelijk overschreden wordt en het stoplicht rood is, op welke detailopname dan de verkeersdeelnemer gedentificeerd dient te kunnen 10 worden, en een tweede overzichtsopname waarop de gehele verkeerssituatie op het moment van de overtreding weergegeven wordt, teneinde de omstandigheden rond de overtreding te kunnen vaststellen.
Tegen de hiervoor beschreven wijze van het 15 vastleggen van verkeersovertredingen bestaan echter in toenemende mate bezwaren. Het voertuig dat de overtreding begaat, zal in het algemeen namelijk geïdentificeerd worden door het uit de opname aflezen van het kenteken daarvan, maar een dergelijke identificatie wordt niet 20 altijd meer als sluitend ervaren, daar deze geen uitsluitsel geeft over de identiteit van de bestuurder. Derhalve wordt er in toenemende mate naar gestreefd opnames van verkeersovertredingen zodanig te maken, dat uit de opname de identiteit van de bestuurder ook waarge-25 nomen kan worden. Hiertoe dienen dergelijke opnames dus vanaf de voorzijde gemaakt te worden.
Een probleem hierbij is, dat bij een opname vanaf de voorzijde het voertuig de camera nadert, waardoor de scherpstelling van de camera relatief snel geva-30 rieerd zou dienen te worden. Het is dan dus van belang dat nauwkeurig op een juist moment een opname gemaakt wordt. Daarbij doet zich het probleem voor dat als gevolg van de verschillende snelheden van voertuigen die door rood licht zullen rijden het niet eenvoudig is een voor 35 alle gevallen geschikt opnamemoment te vinden. Er is reeds getracht dit probleem op te lossen door in de nabijheid van de camera een extra detectielus aan te brengen, waardoor de camera geactiveerd wordt. Door de 1004101 3 camera scherp te stellen op de lokatie van deze extra detectielus wordt dan dus altijd een bruikbare opname verkregen. Een probleem hierbij is dat het aanbrengen van detectielussen relatief kostbaar is, en bovendien veel 5 verkeershinder met zich meebrengt. Daarnaast zullen roodlichtcamera's in het algemeen ter plaatse van kruisingen zijn aangebracht, en zal een dergelijke extra detectielus vaak midden op het kruisingsvlak moeten worden geplaatst. Daar treedt echter relatief veel inter-10 ferentie op als gevolg van kruisend verkeer, hetgeen de werking van de camera nadelig beïnvloedt.
Een ander probleem bij het maken van opnames vanaf de voorzijde is dat bij dergelijke opnames het verkeerslicht zelf niet te zien is, zodat er dus geen 15 visuele controle mogelijk is van de toestand van het verkeerslicht op het moment dat de verkeersdeelnemer de stopstreep passeert. Het is derhalve van belang om langs een andere weg op de opname een sluitende indicatie te verkrijgen dat het licht inderdaad rood was op het moment 20 van passeren van de verkeersdeelnemer. Hiertoe werd tot nu toe altijd gebruik gemaakt van het meten van de spanning over de rode lamp van het verkeerslicht, welke meting toch verricht diende te worden voor het activeren van de camera. Een dergelijke spanningsmeting is echter 25 onvoldoende, omdat daarbij ook wanneer bijvoorbeeld de lamp defect is en dus niet brandt er toch een spanningsverschil waargenomen wordt, hetgeen zou leiden tot het onterecht vaststellen van een overtreding.
De uitvinding beoogt nu de werkwijze van de 30 hiervoor beschreven soort zodanig aan te passen dat hiermee betrouwbare en voor identificatiedoeleinden bruikbare opnames gemaakt kunnen worden van een overtreder. Volgens de uitvinding wordt dit bereikt, doordat een eerste opname op het moment van het waarnemen 35 van de overtreding gemaakt wordt, en een tweede opname op een in hoofdzaak vaste lokatie gemaakt wordt, en uit de gemeten snelheid van de verkeersdeelnemer het moment van het maken van de tweede opname bepaald wordt.
1004101 4
Bij voorkeur toegepaste varianten van de werkwijze volgens de uitvinding vormen de materie van de volgconclusies 2 en 3.
De uitvinding betreft ook een inrichting voor 5 het uitvoeren van de hiervoor beschreven werkwijze. Een dergelijke inrichting, welke voorzien kan zijn van middelen voor het waarnemen van de overtreding, in de nabijheid van de waarnemingsmiddelen aangebrachte middelen voor het meten van de snelheid van een de 10 overtreding begaande verkeersdeelnemer, met de waarnemingsmiddelen en de snelheidsmiddelen verbonden besturingsmiddelen, welke ingericht zijn voor het uit de gemeten snelheid afleiden van voor het maken van ten minste één scherpe opname van de verkeersdeelnemer 15 benodigde gegevens door de besturingsmiddelen bestuurbare middelen voor het maken van de opname(s) van de verkeersdeelnemer, en met de opnamemiddelen verbonden middelen voor het verwerken en/of opslaan van de of elke gemaakte opname, wordt volgens de uitvinding gekenmerkt 20 doordat de opnamemiddelen ingericht zijn voor het maken van een eerste opname op het moment van het waarnemen van de overtreding en een tweede opname op een bepaalde lokatie waarop de opnamemiddelen scherpgesteld zijn, en de besturingsmiddelen ingericht zijn voor het uit de 25 gemeten snelheid berekenen van het moment waarop de verkeersdeelnemer deze lokatie passeert.
Voorkeursuitvoeringen van de inrichting volgens de uitvinding zijn beschreven in de volgconclusies 5 tot 9 .
30 De uitvinding wordt nu toegelicht aan de hand van een voorbeeld, waarbij verwezen wordt naar de bijgevoegde tekening, waarin.· fig. l een schematisch perspectivisch aanzicht is van een kruising met een aantal verkeerslichten en een 35 inrichting voor het vastleggen van de verkeersovertreding volgens de uitvinding, en '004101 5 fig. 2 een schematisch stroomdiagram is dat de verschillende stappen toont van de werkwijze volgens de uitvinding.
Op een kruising 1 (fig. 1) is een aantal ver-5 keerslichten 2 aangebracht voor het regelen van de doorstroming van het kruisend verkeer. Teneinde naleving van de door de verkeerslichten opgelegde regeling te waarborgen, is verder een inrichting aangebracht voor het vast-leggen van een verkeersovertreding, zoals het rijden door 10 rood licht. Deze inrichting omvat middelen voor het waarnemen van een dergelijke overtreding, die gevormd worden door in het wegdek 3 in de nabijheid van een stopstreep 4 aangebrachte detectielussen 5 en 6. Deze detectielussen 5 en 6 zijn via leidingen 11 en 12 verbon-15 den met besturingsmiddelen 7, bijvoorbeeld in de vorm van een besturingsschakeling of een PC. De besturingsmiddelen 7 zijn verder via een leiding 13 verbonden met het bewaakte verkeerslicht 2, en ontvangen daarvan een signaal dat aangeeft wanneer de rode lamp 10 brandt. De inrich-20 ting omvat verder aan de overzijde van de kruising 1 aangebrachte middelen 8 voor het maken van één of meer opnames van een voertuig 9 dat een verkeersovertreding pleegt, bijvoorbeeld in de vorm van een foto- of videocamera. Deze opnamemiddelen 8 zijn over een lijn 14 be-25 stuurbaar verbonden met de besturingsmiddelen 7.
Voor het bepalen of de rode lamp 10 van een verkeerslicht 2 brandt wordt overigens gebruik gemaakt van het meten van de naar die lamp lopende stroom, in plaats van de over de aansluitingen van die lamp aange-30 legde spanning. Wanneer immers de rode lamp 10 defect zou zijn, en het door rood rijden in feite geen overtreding zou vormen, komt dit in een spanningsmeting niet tot uiting, daar immers de spanning aangelegd wordt door de besturingsmiddelen 7, onafhankelijk van de werking van de 35 lamp. Aangezien bovendien geen visuele controle op de toestand van de lamp 10 mogelijk is, daar deze met de getoonde camera-opstelling niet in de opname te zien zal zijn, zou dit kunnen leiden tot het onterecht beboeten 1004101 6 van verkeersdeelnemers. Wanneer echter de lamp 10 defect is, zal er geen stroom lopen wanneer door de besturings-middelen de daartoe benodigde stuurspanning aangelegd wordt, zodat een stroommeting altijd een sluitende aan-5 duiding van de brandtoestand van de rode lamp waarborgt.
De werking van de inrichting volgens de uitvinding is als volgt. De inrichting staat normaal in zijn bedrijfsklare of "stand-by"-toestand (fig. 2, blok 15). Wanneer nu een verkeersdeelnemer 9 de eerste lus 5 pas-10 seert, wordt dit waargenomen in blok 16. Passeert dezelfde verkeersdeelnemer 9 nu de tweede lus 6 die voorbij de stopstreep 4 gelegen is, dan wordt dit in blok 17 waargenomen, waarbij tegelijkertijd de tijd wordt bepaald die verstreken is tussen het passeren van de eerste en tweede 15 lus. Uit deze verstreken tijd wordt in blok 18 de snelheid berekend.
Vervolgens wordt gecontroleerd of de berekende snelheid groter is dan de ter plaatse maximaal toegestane snelheid (blok 19). Op deze wijze kan de inrichting niet 20 slechts gebruikt worden voor het waarnemen van het rijden door rood licht, maar kunnen daarmee ook snelheidsovertredingen worden vastgesteld. Is de gemeten snelheid niet groter dan de toegestane snelheid, dan wordt in blok 20 gecontroleerd of de rode lamp 10 van het verkeerslicht 2 25 brandde. Wanneer dat evenmin het geval blijkt, is er geen sprake van een overtreding, en wordt teruggekeerd naar de bedrijfsklare toestand in blok 15.
Wanneer in blok 19 wordt vastgesteld dat de gemeten snelheid groter is dan de maximaal toelaatbare 30 snelheid, wordt een eerste opname van de verkeersdeelnemer 9 gemaakt, ongeveer op het moment dat hij de tweede lus 6 passeert. Eenzelfde opname wordt gemaakt wanneer de snelheid van de verkeersdeelnemer 9 weliswaar niet te hoog was, maar hij wel het rode licht negeerde, hetgeen 35 in blok 20 wordt vastgesteld. Vervolgens wordt in blok 22 de tijd bepaald die het voertuig 9 nodig zal hebben om vanaf het punt waar de overtreding waargenomen werd een 1004101 7 lokatie F te bereiken, waarop de camera 8 scherp gesteld is.
Wanneer de afstand tussen de beide detectielus-sen 5 en 6 en de afstand tussen de lus 6 en de opnamelo-5 katie F bekend zijn, kan de benodigde intervaltijd eenvoudig berekend worden uit de betrekking: 10 waarin: intervaltijd = tijd tussen het maken van de eerste en tweede opname, intervalafstand = de afstand tussen de opname-15 lokatie en de lokatie waar de overtreding waargenomen wordt, lus-lusafstand = de afstand tussen de eerste lus 5 en de tweede lus 6, lus-lustijd = de tijd die is gemeten tussen het 20 aanspreken van de beide lussen.
De zo berekende intervaltijd wordt vervolgens doorgezonden naar de opnamemiddelen 8, waarna in blok 23 na het verstrijken van de berekende intervaltijd de tweede opname gemaakt wordt. Daarbij zal in het algemeen de 25 verkeersdeelnemer 9 zich op of in de nabijheid van de opnamelokatie F bevinden. Vervolgens wordt teruggekeerd naar de bedrijfsklare toestand in blok 15.
De inrichting kan nog op verschillende wijzen verfijnd worden. Zo kan bijvoorbeeld ook wanneer de 30 gemeten snelheid te hoog is, toch eerst nog gecontroleerd worden of het verkeerslicht bovendien op rood staat, voordat overgegaan wordt tot het maken van de opnamen. Op deze wijze kan een dubbele overtreding eveneens worden vastgesteld. Verder kunnen de besturingsmiddelen 7 zoda-35 nig ingericht zijn dat zij geen signaal naar de opnamemiddelen 8 sturen wanneer de signalen van de eerste en tweede lus 5, respectievelijk 6 te sterk van elkaar verschillen, bijvoorbeeld omdat de bestuurder van het 1004101 8 voertuig 9 plotseling sterk heeft geremd, of juist geaccelereerd. Op deze wijze wordt het maken van onbruikbare of onnodige opnamen voorkomen.
Doordat voor het bepalen van de snelheid van 5 het overtredende voertuig 9 gebruik gemaakt wordt van de meestal toch reeds aanwezige twee detectielussen 5, 6, kunnen met de werkwijze en de inrichting volgens de uitvinding bruikbare opnamen vanaf de voorzijde gemaakt worden, zonder dat daarvoor bijvoorbeeld extra detectie-10 lussen nodig zijn. Bovendien kan de hier beschreven en getoonde inrichting ook gebruikt worden voor het op conventionele wijze maken van opnamen vanaf de achterzijde, waarbij dan door de grotere scherptediepte het nauwkeurig bepalen van de intervaltijd niet noodzakelijk is, 15 en dus ook volstaan zou kunnen worden met een vaste intervaltijd. Zo kan de inrichting volgens de uitvinding met slechts geringe aanpassingen, die bovendien de daarbij te gebruiken programmatuur en niet de apparatuur zelf betreffen, eenvoudig geschikt gemaakt worden voor veler-20 lei verschillende toepassingen.
1004101

Claims (9)

1. Werkwijze voor het vastleggen van een verkeersovertreding, omvattende het waarnemen van de over- 5 treding, het meten van de snelheid van een de overtreding begaande verkeersdeelnemer, het uit deze gemeten snelheid afleiden van voor het maken van ten minste één scherpe opname van de verkeersdeelnemer benodigde gegevens, het maken van de opname(s) en het verwerken en/of opslaan van 10 de of elke zo gemaakte opname, met het kenmerk, dat een eerste opname op het moment van het waarnemen van de overtreding gemaakt wordt, en een tweede opname op een in hoofdzaak vaste lokatie (F) gemaakt wordt, en uit de gemeten snelheid van de verkeersdeelnemer (9) het moment 15 van het maken van de tweede opname bepaald wordt.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de overtreding op een in hoofdzaak vaste lokatie (4) wordt waargenomen, en het moment van het maken van de tweede opname wordt bepaald door de afstand 20 van de waarnemingslokatie (4) tot de opnamelokatie (F) te delen door de gemeten snelheid.
3. Werkwijze volgens conclusies 1 of 2, met het kenmerk, dat de of elke opname tegen de bewegingsrichting van de verkeersdeelnemer (9) in gemaakt wordt.
4. Inrichting voor het vastleggen van een verkeersovertreding, voorzien van middelen voor het waarnemen van de overtreding, in de nabijheid van de waamemingsmiddelen aangebrachte middelen voor het meten van de snelheid van een de overtreding begaande 30 verkeersdeelnemer, met de waamemingsmiddelen en de snelheidsmiddelen verbonden besturingsmiddelen, welke ingericht zijn voor het uit de gemeten snelheid afleiden van voor het maken van ten minste één scherpe opname vande verkeersdeelnemer benodigde gegevens, door de 35 besturingsmiddelen bestuurbare middelen voor het maken van de opname(s) van de verkeersdeelnemer, en met de opnamemiddelen verbonden middelen voor het verwerken en/of opslaan van de of elke gemaakte opname, met het 1004101 kenmerk, dat de opnamemiddelen (8) ingericht zijn voor het maken van een eerste opname op het moment van het waarnemen van de overtreding en een tweede opname op een bepaalde lokatie (F) waarop de opnamemiddelen (8) 5 scherpgesteld zijn, en de besturingsmiddelen (7) ingericht zijn voor het uit de gemeten snelheid berekenen van het moment waarop de verkeersdeelnemer (9) deze lokatie (F) passeert.
5. Inrichting volgens conclusie 4, met het 10 kenmerk, dat de waarnemingsmiddelen (5, 6) op een bepaalde lokatie (4) zijn aangebracht, en de besturingsmiddelen (7) ingericht zijn voor het uit de afstand tussen de opnamelokatie (F) en de waarnemingslokatie (4) en de gemeten snelheid bepalen van het moment van het maken van 15 de tweede opname.
6. Inrichting volgens conclusies 4 of 5, met het kenmerk, dat de opnamemiddelen (8) in de bewegingsrichting van de verkeersdeelnemer (9) beschouwd voorbij de waarnemingsmiddelen (5, 6) aangebracht zijn.
7. Inrichting volgens één der conclusies 4 tot 6, met het kenmerk, dat de waarnemingsmiddelen nabij een verkeerslicht (2) aangebrachte detectielussen (5, 6) omvatten, en de snelheidsmeetmiddelen met de detectielussen (5, 6) verbonden zijn.
8. Inrichting volgens conclusie 7, gekenmerkt door met het verkeerslicht (2) verbonden middelen voor het in de of elke opname zichtbaar maken van de toestand van het verkeerslicht.
9. Inrichting volgens conclusie 8, met het ken- 30 merk, dat de middelen voor het zichtbaar maken van de toestand van het verkeerslicht (2) een met de rode lamp (10) daarvan verbonden stroommeter omvatten. 1004101
NL1004101A 1996-04-01 1996-09-24 Werkwijze en inrichting voor het vastleggen van een verkeersovertreding. NL1004101C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1004101A NL1004101C2 (nl) 1996-04-01 1996-09-24 Werkwijze en inrichting voor het vastleggen van een verkeersovertreding.

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1002748 1996-04-01
NL1002748 1996-04-01
NL1004101 1996-09-24
NL1004101A NL1004101C2 (nl) 1996-04-01 1996-09-24 Werkwijze en inrichting voor het vastleggen van een verkeersovertreding.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1004101C2 true NL1004101C2 (nl) 1997-10-03

Family

ID=26642363

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1004101A NL1004101C2 (nl) 1996-04-01 1996-09-24 Werkwijze en inrichting voor het vastleggen van een verkeersovertreding.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1004101C2 (nl)

Cited By (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2392542A (en) * 2002-08-28 2004-03-03 Oladiran Lawoye Camera oriented traffic light
NL1023181C2 (nl) * 2002-04-15 2004-04-06 Gatsometer Bv Werkwijze en inrichting voor het besturen van een roodlicht-camera.
WO2005006276A1 (en) * 2003-07-09 2005-01-20 St Electronics (Info-Comm Systems) Pte. Ltd. Traffic violation method and system
WO2012013724A1 (fr) * 2010-07-30 2012-02-02 Morpho Systeme de detection d'un franchissement d'un feu rouge, procede correspondant

Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2250170A1 (en) * 1973-11-07 1975-05-30 Automatisme Cie Gle Moving vehicle photographing device - has radar controlling a camera through a threshold circuit
EP0042546A1 (de) * 1980-06-14 1981-12-30 Reinhold Fischer Geschwindigkeitsmessystem, insbesondere für Strassenfahrzeuge

Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2250170A1 (en) * 1973-11-07 1975-05-30 Automatisme Cie Gle Moving vehicle photographing device - has radar controlling a camera through a threshold circuit
EP0042546A1 (de) * 1980-06-14 1981-12-30 Reinhold Fischer Geschwindigkeitsmessystem, insbesondere für Strassenfahrzeuge

Non-Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
NYGARD M: "AUTOMATIC TRAFFIC CONTROL IN NORWAY FUNCTIONAL AND POLITICAL ISSUES", PROCEEDINGS OF THE VEHICLE NAVIGATION AND INFORMATION SYSTEMS CONFERENCE, OSLO, SEPT. 2 - 4, 1992, no. CONF. 3, 2 September 1992 (1992-09-02), OLAUSSEN L;HELLI E, pages 67 - 72, XP000351620 *

Cited By (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1023181C2 (nl) * 2002-04-15 2004-04-06 Gatsometer Bv Werkwijze en inrichting voor het besturen van een roodlicht-camera.
GB2392542A (en) * 2002-08-28 2004-03-03 Oladiran Lawoye Camera oriented traffic light
GB2392542B (en) * 2002-08-28 2006-02-15 Oladiran Lawoye Red light runner's traffic light equipment
WO2005006276A1 (en) * 2003-07-09 2005-01-20 St Electronics (Info-Comm Systems) Pte. Ltd. Traffic violation method and system
WO2012013724A1 (fr) * 2010-07-30 2012-02-02 Morpho Systeme de detection d'un franchissement d'un feu rouge, procede correspondant
FR2963464A1 (fr) * 2010-07-30 2012-02-03 Morpho Systeme de detection d'un franchissement d'un feu rouge, procede correspondant

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US7986248B2 (en) Image recording apparatus and method
KR100719458B1 (ko) 불법 주정차 무인 단속 시스템 및 그 방법
US8134693B2 (en) Traffic violation detection, recording and evidence processing system
EP0912970B1 (en) Machine and method for detecting traffic offenses with dynamic aiming systems
EP0339988A2 (en) Traffic safety monitoring apparatus
KR102163208B1 (ko) 하이브리드 무인교통 감시시스템 및 그 방법
WO2021159310A1 (zh) 一种违章监控***及违章监控方法
CN105206065A (zh) 一种车辆抓拍方法及车辆抓拍***
NL1004101C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het vastleggen van een verkeersovertreding.
KR100877930B1 (ko) 과속감지시스템을 이용한 수배차량 검색 방법
KR100444762B1 (ko) 도로 차선위반 감시, 추적시스템 및 그 방법
JP3835868B2 (ja) 交差点通過車両監視システム
JPH0628596A (ja) 画像処理式速度超過警告装置
KR970049930A (ko) 차량 식별용 영상 처리 시스템 및 그의 운용 방법
KR100501770B1 (ko) 주·정차 금지구역 감시시스템 및 감시방법
JP2005176077A (ja) カメラ監視システムおよびその監視制御方法。
KR102526884B1 (ko) 차량 단속 판단 시스템
WO2023286463A1 (ja) 検出装置、検出システム及び検出方法
KR101330776B1 (ko) 영상감시 시스템 및 그 제어방법
AU765261B2 (en) Improvements in image recording apparatus and method
JPH1145394A (ja) 信号無視自動取締装置
TH21989U (th) ระบบและขั้นตอนการตรวจจับการกระทำผิดฝ่าฝืนสัญญาณไฟจราจรด้วยการประมวลผลภาพ และ/หรือภาพเคลื่อนไหว
CA2261720C (en) Machine and method for detecting traffic offenses with dynamic aiming systems
TH21989A3 (th) ระบบและขั้นตอนการตรวจจับการกระทำผิดฝ่าฝืนสัญญาณไฟจราจรด้วยการประมวลผลภาพ และ/หรือภาพเคลื่อนไหว
KR20110106583A (ko) 교통신호 및 동영상 실시간 기록 시스템 및 그 방법

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20110401