Wasverzorgende voorwerpen ten gebruike in wasdrogers
<EMI ID=1.1>
<EMI ID=2.1>
draagt (in het vervolg hier aangeduid als "wasverzorgingsmiddel").
Het gebruik van dergelijke wasverzorgende voorwerpen;
<EMI ID=3.1>
! kunnen bereiken, bijvoorbeeld door behandeling tijdens de spoelgang van
<EMI ID=4.1>
<EMI ID=5.1>
Bij de in bovengenoemde literatuur beschreven voorwerpen en bij die, die thans op de markt zijn, is het wasverzorgings-
<EMI ID=6.1> <EMI ID=7.1>
heeft, die zichtbaar tegen elkaar afsteken. Bij voorkeur vormen deze ge- ! bieden van visueel contrast een patroon. In de loop van het gebruik neemt
<EMI ID=8.1>
werp geeft een middel voor het visueel onderscheiden van gebruikte voor- werpen van ongebruikte.
Bij een uitvoeringsvorm heeft een voorwerp van-de uitvinding een buigzaam, al of niet geweven vliessubstraat in velvorm, waarop een wasverzorgingspreparaat is afgezet, waarbij dit wasverzorgings-
<EMI ID=9.1>
oppervlakteeenheid, dat er een visueel contrast ontstaat tussen de gebie-
<EMI ID=10.1>
<EMI ID=11.1>
tweemaal (bij voorkeur 3 tot 10 maal) de gewichtshoeveelheid preparaat per oppervlakteeenheid in de gebieden met lage concentratie bedraagt, terwijl de totale gewichtsverhouding wasverzorgingspreparaat tot substraat 0,5:1 tot 5:1 bedraagt.
<EMI ID=12.1>
<EMI ID=13.1>
paraat op het substraat vormt, waardoor de bereikbare mate van visueel contrast tussen de gebieden met hoge en lage concentratie wordt vergroot
<EMI ID=14.1>
gebieden met hoge en lage concentratie te bereiken met een kleiner concentratieverschil tussen deze gebieden, dan zonder gebruik van pigment moge-j lijk is. Een dergelijke voorkeursuitvoeringsvorm kan worden beschreven als een voorwerp met een al of niet geweven vliessubstraat in velvorm, waaropi
<EMI ID=15.1> <EMI ID=16.1>
j raat zodanig ongelijkmatig over het substraat is verdeeld in gebieden met
<EMI ID=17.1>
I eenheid substraat, dat er een visueel contrast ontstaat tussen de gebieden ; met hoge en lage concentratie, waarbij het gedeelte wasverzorgingsprepa-
<EMI ID=18.1>
<EMI ID=19.1>
<EMI ID=20.1>
verzorgingspreparaat in de gebieden met hoge concentratie een andere kleur geeft dan het gedeelte wasverzorgingspreparaat in de gebieden met lage concentratie, waarbij de gewichtshoeveelheid preparaat per oppervlakteeenheid in de gebieden met hoge concentratie tenminste 1, 25 maal (bij
<EMI ID=21.1>
raat tot substraat 0,5:1 tot 5:1 bedraagt.
<EMI ID=22.1>
<EMI ID=23.1>
tiatie wasverzorgingspreparaat en gebieden met lage concentratie wasverzorgingspreparaat, bij welke werkwijze men achtereenvolgens:
A. een eerste gedeelte wasverzorgingspreparaat in gesmolten toestand gelijkmatig op de toegekeerde , kant van het substraat aanbrengt,
<EMI ID=24.1>
verstart,
<EMI ID=25.1>
I. een perswals,
<EMI ID=26.1>
verzonken gebieden in de vorm van een patroon, dat men op het substraat wil afdrukken, <EMI ID=27.1>
; . III. een orgaan voor het toevoeren van gesmolten wasverzorgingspreparaat aan de rotogravurewals en IV. een orgaan (bijvoorbeeld een afstrijkmes) voor het afschrapen van gesmolten wasverzorgingsprepa-' raat van het vlak van de rotogravurewals, echter
onder achterlating van wasverzorgingspreparaat in,
<EMI ID=28.1>
I
waardoor op een deel van het oppervlak van het sub-
<EMI ID=29.1> <EMI ID=30.1> wals, waarbij de respectievelijke hoeveelheden wasverzorgingspreparaat,
<EMI ID=31.1>
<EMI ID=32.1> <EMI ID=33.1>
<EMI ID=34.1>
"Wasverzorgingsmiddel" betekent een organische stof,! die een wasgoed kan verzachten of antistatisch maken.
<EMI ID=35.1>
<EMI ID=36.1>
"Substraat" betekent een al of niet geweven vlies- i
<EMI ID=37.1>
"toegekeerde kant". betekent de substraatkant, waarop
<EMI ID=38.1>
middel aanbrengt.
"Afgekeerde kant" is de. andere kant van het substraat dan de toegekeerde kant.
"Oppervlak" betekent een gebied, bepaald door de
<EMI ID=39.1> gehele dikte van het substraat onder dit gebied. (De uitdrukking "onder"
<EMI ID=40.1>
bij de toegekeerde kant zich aan de bovenzijde bevindt). Zo heeft bij- voorbeeld een niet geweven vliessubstraat van 25 cm breed, 25 cm lang en 0,01 cm dik bij de beschrijving van de onderhavige uitvinding een totaal.. oppervlak van 625 cm<2>. , De bij de voorwerpen var. de uitvinding gebruikte
.
<EMI ID=41.1>
Zo kan bij een bepaald gebied van de toegekeerde kant van een van wasver-' zorgingspreparaat voorzien substraat een,gedeelte van het preparaat door impregnering in en door de poreuze absorberende structuur zich in het substraat en aan de afgekeerde kant van het substraat onder het bepaalde gebied bevinden. Aldus omvat binnen het kader van de uitvinding de hoe-
<EMI ID=42.1>
<EMI ID=43.1>
<EMI ID=44.1>
<EMI ID=45.1>
toegekeerde kant. Men brengt 2 g gesmolten wasverzorgingspreparaat aan
(bijvoorbeeld door rotogravuredruk als onderbeschreven) op het door de '
<EMI ID=46.1>
<EMI ID=47.1>
<EMI ID=48.1>
'wasverzorgir.gspreparaat afgezet op 28,3 % van'het substraatoppervlak. De gewichtshoeveelheid'preparaat per oppervlakteeenheid bedraagt in het
<EMI ID=49.1>
eenheid in het gebied met hoge concentratie tot preparaat in het gebied ' met lage concentratie is dan ook oneindig. ' <EMI ID=50.1> <EMI ID=51.1>
wasverzorgingspreparaat
<EMI ID=52.1>
<EMI ID=53.1>
houding van preparaat per oppervlakteeenheid in het gebied met hoge concentratie tot preparaat in het gebied met lage concentratie bedraagt
<EMI ID=54.1>
gebieden met lage concentratie wasverzorgingspreparaat. Hoewel bij voorwerpen van de uitvinding het wasver-
<EMI ID=55.1>
tratie (d.w.z. de gebieden met lage concentratie bevatten dan in het ge- heel geen wasverzorgingspreparaat), verdient het de voorkeur, dat het L wasverzorgingspreparaat zowel aanwezig is in de gebieden met hoge als in
<EMI ID=56.1>
De ongelijkmatige verdeling van wasverzorgingspre- ' paraat over het preparaat in gebieden met hoge concentratie en lage con- '
<EMI ID=57.1>
ker van het artikel esthetisch aangenaam en/of informatief is. Aldus kan
<EMI ID=58.1> <EMI ID=59.1>
kantpatronen, klokken, wolken, enz., maar men kan ook op deze wijze woorden afdrukken als de merknaam van het product.
<EMI ID=60.1>
voorwerp van de uitvinding voor het gebruik'. De gebieden met hoge concen-, tratie wasverzorgingspreparaat zijn op het substraat gedrukt in de vorm ,
<EMI ID=61.1>
<EMI ID=62.1>
<EMI ID=63.1>
het visuele patroon volkomen verdwenen is.
Fig. 2 is een schematische voorstelling van een inrichting voor het vervaardigen van voorwerpen van de uitvinding door rotogravuredruk , welke inrichting nog nader zal worden beschreven. <EMI ID=64.1> preparaat op een rotogravuredrukwals , welke inrichting ook nog nader zal worden beschreven. Fig. 4 toont: een vertikale doorsnede van een onder- ' <EMI ID=65.1>
stoffen (te weten wasverzorgingsmiddelen) omvatten, die men gewoonlijk bij aan. de droger toe te voegen wasverzorgende voorwerpen gebruikt. Men kan deze middelen afzonderlijk of in mengsels gebruiken.
Dergelijke verzachtersiantistatische stoffen zijn j 'organische verbindingen met tenminste een betrekkelijk lange koolwater-
<EMI ID=66.1>
groepen zijn bijvoorbeeld alkylgroepen met 8 of meer koolstof atomen en bij voerkeur 12 tot 22 koolstofatomen. De geschikte wasverzorgingsmiddelen omvatten kationogene, anionogene, nietionogene en tweezijdigiono-
<EMI ID=67.1>
<EMI ID=68.1> <EMI ID=69.1>
<EMI ID=70.1>
voorkeur hebben zij een of twee dergelijke groepen met 12 tot 22 kool- ! j stofatomen. Kationogene verzachters, die de voorkeur verdienen, zijn
<EMI ID=71.1>
<EMI ID=72.1>
De dialkyldimethylammoniumzouten (in het bijzonder
<EMI ID=73.1>
dienen bij de uitvinding als kationogene verzachters de voorkeur vanwege hun uitstekende verzachtende werking en omdat ze gemakkelijk verkrijgbaar
<EMI ID=74.1>
keten als gehydrogeneerde talkvetzuren. De hier gebruikt uitdrukking "alkyl" wordt geacht zich ook uit te strekken over onverzadigde verbin-
<EMI ID=75.1>
uitdrukking "talk" heeft betrekking op vetalkylgroepen, afgeleid van
<EMI ID=76.1>
<EMI ID=77.1>
"kokos" heeft betrekking op vetzuurgroepen uit kokosvetzuren. De kokos-
<EMI ID=78.1>
<EMI ID=79.1> <EMI ID=80.1>
<EMI ID=81.1>
hierboven in verband net de verzachtende kationogene kwaternaire ammonium-
<EMI ID=82.1>
<EMI ID=83.1>
voorbeeld de amiden als alkanolamiden, bijvoorbeeld hogere vetzuuramiden en hogere vetzuurmono- en dilagere alkanolamiden, waarin de hydrofobe groepen met lange keten 10 tot 22 koolstofatomen bevatten.
<EMI ID=84.1>
Wasverzorgingspreparaten, die men bij voorkeur bij
<EMI ID=85.1>
j substituenten voorstelt. Voorbeelden van deze laatste verbindingen zijn ;
<EMI ID=86.1> <EMI ID=87.1>
<EMI ID=88.1>
chemische wisselwerking kationogene stoffen niet vermengd met anionogene �stoffen gebruiken.
<EMI ID=89.1>
<EMI ID=90.1>
vervaardiging van een voorwerp van de uitvinding op het substraat aan-
<EMI ID=91.1>
De onderhavige wasverzorgingspreparaten bevatten
85 tot 100 gew.t wasverzorgingsmiddel.
<EMI ID=92.1>
als kleiaarden en gommen, enz.
Pigmenten zijn bijzonder waardevolle toevoegsels <EMI ID=93.1> <EMI ID=94.1>
<EMI ID=95.1>
<EMI ID=96.1>
<EMI ID=97.1>
<EMI ID=98.1>
grijsachtige of geelachtige kleur.
<EMI ID=99.1>
<EMI ID=100.1>
; van het wasverzorgingspreparaat en onoplosbaar is in het gesmolten prepa-, raat, is voor gebruik als pigment bij de uitvinding geschikt. Men neemt , het pigment in het preparaat op door het te mengen bij een gesmolten
<EMI ID=101.1> <EMI ID=102.1>
uitvinding is een al of niet geweven buigzaam vliessubstraat, dat het wasverzorgingsmiddel draagt. Dergelijke substraten zijn bijvoorbeeld
<EMI ID=103.1>
natuurlijke of synthetische vezels en schuim-plastic, bijvoorbeeld poly- urethaanschuimvellen. Het gebruik van buigzame vliezen als substraten
<EMI ID=104.1>
buigzame vliessubstraten genoemd.
Ter verkrijging van een goed uiterlijk van de onderhavige wasverzorgende voorwerpen en ter verkrijging van een gelijkmatige afgifte van het wasverzorgingspreparaat op het wasgoed in de droger,
<EMI ID=105.1>
(d.w.z. een parameter, die het vermogen tot het opnemeii en vasthouden
<EMI ID=106.1>
<EMI ID=107.1>
balans met een schaal met opstaande randen,
Daarna berekent men de waarden van het absorptie-
<EMI ID=108.1> <EMI ID=109.1>
vermogen van 3,5 tot 4. In de handel verkrijgbaar eenlagig huishoudtoiletpapier heeft een waarde van 5 tot 6 en in de handel verkrijgbaar twee-
<EMI ID=110.1>
Indien het te gebruiken substraat papier of een al
<EMI ID=111.1>
<EMI ID=112.1>
polyurethaanschuim, bedraagt het absorptievermogen echter bij voorkeur
<EMI ID=113.1>
<EMI ID=114.1>
Bij voorkeur gebruikt men bij ds uitvinding substra- ten van niet geweven stof, die men in het algemeen kan definieren als
<EMI ID=115.1>
<EMI ID=116.1>
toelaten), of als vezelmatten, waarin de vezels of elementairvezels wille-
<EMI ID=117.1>
; of nagenoeg evenwijdig liggen. De vezels of elementairvezels kunnen van natuurlijke aard zijn (bijvoorbeeld wol, zijde, jute, hennep, katoen, !
<EMI ID=118.1>
<EMI ID=119.1>
<EMI ID=120.1>
<EMI ID=121.1>
<EMI ID=122.1>
(samengesmolten) door verhitting of chemische reacties,
De absorberende eigenschappen, die bij de uitvinding de voorkeur verdienen, zijn bij niet geweven stoffen heel gemakkelijk te :
<EMI ID=123.1>
middellijn of denier van de vezel (meestal tot 10 denier) gebruiken,
<EMI ID=124.1>
en rechtstreeks verband houdt met het absorptievermogen van de stof.
De keuze van de bij de vervaardiging van niet geweven'
<EMI ID=125.1>
een hydrofoob harsbindmiddel of een mengsel daarvan. Bovendien levert
<EMI ID=126.1>
bestanddeel gebruikt van een hydrofoob-hydrofiel mengsel, niet geweven stoffen op, die bijzonder geschikt zijn als substraten, als men de onder ;
havige verzachtende voorwerpen samen met nat wasgoed in een automatische droger gebruikt.
Als het substraat van de onderhavige verzachtende
<EMI ID=127.1> <EMI ID=128.1>
<EMI ID=129.1>
de vezels tenminste gedeeltelijk willekeurig georiënteerd, in het bijzon-'
<EMI ID=130.1>
<EMI ID=131.1>
<EMI ID=132.1>
gewicht van <1>7 tot 29 g per m .
Het verdient de voorkeur, dat de wasverzachtende voorwerpen van de uitvinding een structuur hebben, die maximaal verenig-
<EMI ID=133.1>
voorkeur verdient de voorwerpen van de uitvinding in een automatische wasdroger te gebruiken, kan men ook andere equivalente machines gebruiken
<EMI ID=134.1>
<EMI ID=135.1>
er per min. 5 tot 50 volume-wisselingen van de drooglucht'in de droog-
<EMI ID=136.1>
volumewisselingen van lucht veroorzaken een trek- of zuigeffect, waardoor,
<EMI ID=137.1>
<EMI ID=138.1>
droger kan worden gedrukt.. Een gebruikelijke wasgoedlading van 2,5 tot
<EMI ID=139.1>
slaan. Ingeval echter een wasverzachtend voorwerp zodanig tegen de lucht-;
<EMI ID=140.1>
kan het voorwerp aan een uitlantopening gaan vastkleven,
<EMI ID=141.1> <EMI ID=142.1>
sleuf, of van een aantal dergelijke sleuven, die zich binnen het opper- :
<EMI ID=143.1>
<EMI ID=144.1>
<EMI ID=145.1>
! staat, handhaven. Hoewel men bijvoorbeeld rechtlijnige sleu-ven, die
<EMI ID=146.1>
<EMI ID=147.1>
houden waar het gewenst is het verzachtende voorwerp in een handzame
<EMI ID=148.1> . door de gebruiker beter bewaard blijft. Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvin- :
<EMI ID=149.1> <EMI ID=150.1>
<EMI ID=151.1>
lijkt, omdat het gekronkelde voorwerp wat vooruit steekt, waardoor �e
<EMI ID=152.1>
Vervaardiging van het voorwerp.
<EMI ID=153.1>
a <EMI ID=154.1>
<EMI ID=155.1>
raatgedeeltcn, die men bij de twee trappen aanbreng., kunnen gedeelten
<EMI ID=156.1>
<EMI ID=157.1>
bij voorkeur 1:1 tot 3:1, waarbij het uasverzorgingspreparaat zodanig ongelijkmatig op het substraat is afgezet, dat het gewenste visuele
<EMI ID=158.1>
<EMI ID=159.1>
<EMI ID=160.1>
Men kan door rotogravuredruk goed voorwerpen van de uitvinding vervaardigen. Fig. 2 geeft een schematische voorstelling hoe men volgens:
<EMI ID=161.1>
<EMI ID=162.1>
<EMI ID=163.1>
bekleedkop 5, die een gesloten houder is met een nauwe spleetopening nabii de bovenkant. De sleuf richting staat loodrecht op de voortbewegingsrichting van het substraat en heeft een lengte, die gelijk is aan de <EMI ID=164.1>
! substraat 2 een druk instand wordt gehouden van 140 tot 1400 g/cm , waar-.
<EMI ID=165.1>
<EMI ID=166.1>
<EMI ID=167.1>
<EMI ID=168.1>
<EMI ID=169.1>
;wals 12 bevat verzinkingen in zijn oppervlak, die overeenkomen met het , patroon, dat men op substraat 2 wenst af te drukken. De verzinkingen bij
<EMI ID=170.1>
<EMI ID=171.1> straat wordt afgedrukt. Substraat 2 wordt daarna getrokken over koelwalsen
17, 17a en 17b, die op 1 tot 25[deg.]c worden gehouden teneinde het preparaat j op substraat 2 te doen verstarren. Tenslotte gaat substraat 2 over gelei- j
<EMI ID=172.1>
<EMI ID=173.1>
<EMI ID=174.1>
<EMI ID=175.1> idie bestaat uit afstrijkmes 21 en afstrijkmeshouder 22, een bodem, die .
<EMI ID=176.1>
j lating van wasverzorgingspreparaat in de verzinkingen van de wals.
Fig. 4 toont een vertikale doorsnede van een onder <EMI ID=177.1>
<EMI ID=178.1>
De aanbrengkop omvat een metalen huis 31, dat een kamer 32 aan drie kanten omsluit, een aantal inlaatopeningen, waarvan er
<EMI ID=179.1> <EMI ID=180.1>
i ligd door de druk van het mes tegen het Teflon. Bij gebruik is de kamer
<EMI ID=181.1>
<EMI ID=182.1>
Het definitieve voorwerp op rol 19 kan vervolgens
<EMI ID=183.1>
zodat de verbruiker tijdens het gebruik afzonderlijke vellen van geeigen-
<EMI ID=184.1>
� bij het afwikkelen van deze rol voor het snijden en verpakken. Men kan de afzonderlijke vellen van de uitvinding
<EMI ID=185.1> <EMI ID=186.1>
<EMI ID=187.1>
<EMI ID=188.1>
Het volgende voorbeeld licht de uitvinding toe.
<EMI ID=189.1>
<EMI ID=190.1>
<EMI ID=191.1>
<EMI ID=192.1>
<EMI ID=193.1>
<EMI ID=194.1>
! matig op de toegekeerde kant van het substraat aanbrengt met bekleedkop ;
<EMI ID=195.1> <EMI ID=196.1>
<EMI ID=197.1>
<EMI ID=198.1> <EMI ID=199.1>
gehouden.
<EMI ID=200.1>
<EMI ID=201.1>
<EMI ID=202.1>
ven van 12,7 cm op 2,5 cm van elkaar, waarbij men de sleuvenreeks in het !
<EMI ID=203.1>
! voorwerpen bevatten elk 2,1 g wasverzorgingspreparaat bij een preparaat/
<EMI ID=204.1>
<EMI ID=205.1>
substraatoppervlak. Men brengt een van deze voorwerpen in een automatische
<EMI ID=206.1>
<EMI ID=207.1>
j en voorwerp worden daarna uit de droger genomen, waarbij men ziet, dat
i het patroon van het voorwerp is verdwenen. Het wasgoed is zachter en ver-j
<EMI ID=208.1>
<EMI ID=209.1>
<EMI ID=210.1>
� het voorwerp tijdens het gebruik niet altijd geheel te verdwijnen. In
<EMI ID=211.1>
<EMI ID=212.1>