BE874134A

BE874134A - Mechanisme voor het laden of afladen van een container op of van een voertuig

Info

Publication number: BE874134A
Application number: BE193433A
Authority: BE
Original assignee: Constructiewerkhuizen Mol Gebr
Priority date: 1979-02-13
Filing date: 1979-02-13
Publication date: 1979-05-29

Description

"Mechanisme voor het laden of af laden van een container op

of van een voertuig"

De uitvinding betreft een mechanisme voor het in de

langsrichting laden en afladen van een container op en van

het frame van een voertuig.

Mechanismes voor het laden of afladen van een container op of van het frame van een voertuig zijn bekend.

In sommige mechanismes wordt de container langs een

smalle zijde aan een wentelende arm verankerd zodat door de

wenteling hiervan de container, van het voertuig kan gescho-ven of hierop kan getrokken worden.

De uitdrukking "container" moet in de breedste zin genomen worden zodat hierdoor elke vorm van al dan niet langs vier zijden afgesloten houder, palet of laadplatform dient verstaan te worden.

De uitvinding heeft tot doel een mechanisme te ontwerpen dat dank zij zijn compacte bouw alle los- en laadbewerkingen van een z.g. container op het frame van een voertuig in optimale omstandigheden laat plaatsvinden terwijl ook de container als dusdanig kan worden gekipt door inwerking van een vergrendelbaar mechanisme.

Te dien einde bestaat het mechanisme volgens de uitvinding uit drie onder elkaar scharnierende, als hefbomen fungerende armen waarvan de eerste arm achteraan op een aan het frame bevestigd raam scharnierend hiermede is verbonden en in de ruststand op dit frame steunt, welke eerste arm bij zijn ander uiteinde scharnierend is verbonden met een hoofdarm die door middel van minstens een drukcilinder uit zijn normale horizontale ruststand kan gelicht worden, op welke hoofdarm, langs de zijde die van zijn scharnierverbinding met de eerste arm is afgekeerd een L-vormige haakarm scharnierend is verbonden waarvan het vrije uiteinde een haak draagt waarmede deze arm aan hogerbedoelde container kan verankerd worden en met het verdere kenmerk dat de L-vormige haakarm t.o.v. de hoofdarm onder tussenkomst van een drukcilinder kan worden gewenteld.

Voordelig vertoont hogerbedoelde L-vormige haakarm een in de ruststand verticale arm die minstens nagenoeg twee maal zo lang is als de in de ruststand horizontale arm die met zijn vrij uiteinde met hogerbedoelde hoofdarm scharnierend is verbonden.

de drukcilinder die de wenteling van bedoelde L-vormige haakarm t.o.v. de hoofdarm bewerkt tussen het vrije uiteinde van de hoofdarm en de in de ruststand verticale arm van hoqerbedoelde haakarm gemonteerd.

Volgens de uitvinding wordt hogerbedoelde hoofdarm gelicht door minstens een drukcilinder gemonteerd tussen

het meest in de richting van de eerste arm gelegen uiteinde van d e hoofdarm en een meer naar voren gelegen op het frame van het voertuig voorkomend scharnierpunt.

Andere details en bijzonderheden zullen blijken uit de hiernavolgende beschrijving van een mechanisme voor het

de uitvinding. Deze beschrijving wordt enkel als voorbeeld gegev en en beperkt de uitvinding niet. De verwijzingscijfers hebben betrekking op de hieraan toegevoegde figuren.

Figuren 1 tot 4 vertonen schematisch verschillende opeenvolgende standen van het mechanisme vanaf de ruststand tot de stand waarin de container op de grond is afgezet. Figuur 5 vertoont schematisch het mechanisme in de z.g. kipstand.

Het mechanisme door deze figuren voorgesteld is op een voertuig 1 gemonteerd. Het frame 2 hiervan is uitgerust

rend bevestigd. Deze eerste arm 4 scharniert rondom de as 5 die zelf in steunen 6 is gelagerd.

met uitzondering van de kipstand (fig. 5) blijft deze eerste arm in de horizontale of nagenoeg horizontale stand.

Langs het van de as 5 afgekeerd uiteinde is de eerste arm 4 scharnierend verbonden,in 7,met een hoofdarm 8 die zich <EMI ID=5.1>

In de nabijheid van zijn vrij uiteinde, d.i. het

scharnierend verbonden met de L-vormige haakarm 10.

De L-vormige haakarm heeft, in de ruststand een

(fig. 1) is uitgerust met een haak 11 die aan een oog 12' van de container 12 kan vergrendeld worden.

De hoofdarm 8 wordt door middel van een paar drukcilinders 13 rondom het scharnierpunt 7 t.o.v. de eerste arm 4 gewenteld. De drukcilinders 13 zijn voor het overige op het raam 3 in 15 en op de hoofdarm in 14 scharnierend bevestigd.

De L-vormige haakarm 10 wordt op zijn beurt t.o.v.

drukcilinder 16 die in 17 scharnierend op het uiteinde van de hoofdarm 8 en in 18 op de haakarm, eveneens acharnierend, is gemonteerd.

Tenslotte zijn ter hoogte van de as 5, op het raam 3, twee losse rollen 19 gemonteerd waarover de container 12, zowel bij het laden als het afladen, kan rollen.

mige haakarm zijn dan in de horizontale, resp. verticale stand, en rust de container 12 volledig op het raam 3. De haak 11 is in de ruststand en tijdens de los- en laadfasen aan het mechanisme vergrendeld.

De eerste fase van het afladen wordt door figuur

Daarentegen wordt door de drukcilinder 16 de L-vormige haakarm t.o.v. de hoofdarm e rondom het scharnierpunt 9 gewenteld zodat de conta iner over de losse rollen 19 rolt. Deze verplaatsing van de container wordt bewerkstelligd door de drukcilinder 16 die de haakarm 10 wentelt tot hij de stand volgens figuur 2 inneemt.

De container wordt dan verder over de losse rollen
19 gewenteld door de werking va n de drukcilinders 13 die de hoofdarm 8 van de horizontale stand naar de opwaartse stand wente len. Bij deze beweging komt de container met een uiteinde tegen de grond. Hierop worden de remmen van het voertuig, die tot nog toe geblokkeerd waren, losgezet (fig. 3) .

Onder invloed van de verdere verplaatsing van de drukcilinders 13 wordt de container verder verplaatst tot hij volledig op de grond is afgezet. Dit gebeurt terwijl het voertuig, onder invloed van de verdere wenteling van de hoofdarm 8, van de container weg wordt verplaatst. Door het losmaken van de haak 11 komt de container vrij (fig. 4). Voor het laden van de container wordt de cyclus in omgekeerde volgorde uitgevoerd.

Het mechanisme volgens de uitvinding kan ook zodanig zijn ingesteld dat de container als een kipbak kan dienst doen. Hiertoe volstaat het namelijk dat de eerste arm 4 en de hoofdarm 8 tot een vast geheel worden verenigd. Dit kan

een dergelijk geval wordt uitsluitend gebruik gemaakt van de hoofdcilinders 13 terwijl de haakarm 10 in de ruststand blijft.

Uit de hierboven gegeven beschrijving blijkt dus zeer

Wanneer de container zoals hierboven beschreven op het raam van een voertuig geladen of hiervan afgeladen wordt, wordt de wrijving tussen container en raam uitgeschakeld.

Het laden en afladen geschieden dus in de voor de levensduur van container en raam voordeligste omstandigheden.

Het is duidelijk nochtans dat de uitvinding niet beperkt is tot de hierboven beschreven uitvoeringsvorm en dat vele veranderingen hieraan kunnen aangebracht worden zonder buiten het raam van de octrooiaanvrage te treden.

Claims

CONCLUSIES. <EMI ID=14.1>

afladen van een container op en van het frame van een voertuig, met het kenmerk dat het essentieel bestaat uit drie onder elkaar scharnierende, als hefbomen fungerende, armen waarvan de eerste arm achteraan op een aan het frame beves-

<EMI ID=15.1>

stand op dit frame steunt, welke eerste arm bij zijn ander uiteinde scharnierend is verbonden met een hoofdarm die door

<EMI ID=16.1>

bonden waarvan het vrije uiteinde een haak draagt waarmede

<EMI ID=17.1>

ticale arm vertoont die minstens nagenoeg twee maal zo lang <EMI ID=18.1>

met het kenmerk dat hogerbedoelde drukcilinder die de wenteling van bedoelde L-vormige haakarm t.o.v. de hoofdarm bewerkt tussen het vrije uiteinde van de hoofdarm en de in de ruststand verticale arm van de L-vormige haakarm is gemonteerd

4. Mechanisme volgens een van de conclusies 1 of 2, met het kenmerk dat hogerbedoelde hoofdarm wordt gelicht door

minstens een drukcilinder gemonteerd tussen het meest in de richting van de eerste arm gelegen uiteinde van de hoofdarm en een meer daarvan afgelegen, op het frame van het voertuig voorkomend, scharnierpunt,

5. Mechanisme volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de hogerbedoelde eerste arm en hogerbedoelde hoofdarm

tot een strak geheel kunnen verbonden worden onder tussen-

<EMI ID=19.1>

die de L-vormige haakarm t.o.v. de hoofdarm wentelt buiten het scharnierpunt van de hoofdarm met de eerste arm en buiten het scharnierpunt van de hoofdcilinder t.o.v. de hoofdarm

<EMI ID=20.1>

vormig trajekt beschrijft.

7. Mechanisme zoals hierboven beschreven of in de

<EMI ID=21.1>