BE1023181B1 - Wiel voor een koffer en koffer uitgerust met dergelijk wiel - Google Patents

Wiel voor een koffer en koffer uitgerust met dergelijk wiel Download PDF

Info

Publication number
BE1023181B1
BE1023181B1 BE2015/0165A BE201500165A BE1023181B1 BE 1023181 B1 BE1023181 B1 BE 1023181B1 BE 2015/0165 A BE2015/0165 A BE 2015/0165A BE 201500165 A BE201500165 A BE 201500165A BE 1023181 B1 BE1023181 B1 BE 1023181B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
wheel
holder
belt
elements
case
Prior art date
Application number
BE2015/0165A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1023181A1 (nl
Inventor
Geert Frans BAEYENS
Original Assignee
BAEYENS IMPROVEMENT SERVICE, besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by BAEYENS IMPROVEMENT SERVICE, besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid filed Critical BAEYENS IMPROVEMENT SERVICE, besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Priority to BE2015/0165A priority Critical patent/BE1023181B1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1023181B1 publication Critical patent/BE1023181B1/nl
Publication of BE1023181A1 publication Critical patent/BE1023181A1/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A45HAND OR TRAVELLING ARTICLES
    • A45CPURSES; LUGGAGE; HAND CARRIED BAGS
    • A45C5/00Rigid or semi-rigid luggage
    • A45C5/14Rigid or semi-rigid luggage with built-in rolling means
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A45HAND OR TRAVELLING ARTICLES
    • A45CPURSES; LUGGAGE; HAND CARRIED BAGS
    • A45C5/00Rigid or semi-rigid luggage
    • A45C5/14Rigid or semi-rigid luggage with built-in rolling means
    • A45C2005/147Rigid or semi-rigid luggage with built-in rolling means for climbing stairs

Landscapes

  • Purses, Travelling Bags, Baskets, Or Suitcases (AREA)

Abstract

Wiel voor een koffer (1), daardoor gekenmerkt dat het wiel (3) een houder (6) omvat waarop minstens twee wielelementen (7) verdraaibaar rond hun eigen middelpunt (8) zijn aangebracht, zodanig dat minstens twee wielelementen (7) van de minstens twee wielelementen (7) ten minste gedeeltelijk buiten de afmetingen of omtrek van de houder (6) komen, waarbij een riem (13) is voorzien die rondom de minstens twee wielelementen (7) is aangebracht zodat een rotatie van de wielelementen (7) gepaard gaan met een beweging van de riem (13).

Description

Wiel voor een koffer en koffer uitgerust met dergelijk wiel.
De huidige uitvinding heeft betrekking op een wiel voor een koffer.
Meer speciaal, is de uitvinding bedoeld om toegepast te worden in koffers zoals bijvoorbeeld reiskoffer, opbergkoffers, trolleykoffers en dergelijke.
De uitvinding is echter daartoe niet beperkt. Met 'koffer' worden hier meer algemeen ook boekentassen, draagtassen, aktetassen, opbergtassen en dergelijke bedoeld, die zoals bekend ook vaak uitgerust worden met een aantal wielen.
De wielen zullen toelaten om de koffer op de grond te plaatsen en voort te trekken, eventueel met behulp van een daartoe voorzien al dan niet uitschuifbaar handvat, zodat de koffer bij verplaatsingen niet steeds gedragen moet worden.
Deze wielen zijn in de meeste gevallen vervaardigd uit een hard materiaal, zoals een harde kunststof.
Het is bekend dat als de gekende koffers met behulp van de wielen worden voortgetrokken op een ondergrond die niet vlak is, bijvoorbeeld omdat de ondergrond putjes, verzakkingen of voegen tussen ( straat)stenen omvat, deze wielen een luid en ratelend geluid zullen produceren.
Dergelijke wordt vaak als storend ervaren en kan de rust van de omgeving verstoren.
Een bijkomend nadeel is dat de harde wielen ook beschadigingen kunnen veroorzaken aan de ondergrond, wanneer deze uit een zachter of kwetsbaar materiaal is opgebouwd.
De huidige uitvinding heeft tot doel aan minstens één van de voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden.
De huidige uitvinding heeft een wiel als voorwerp voor een koffer, waarbij het wiel een houder omvat waarop minstens twee wielelementen verdraaibaar rond hun eigen middelpunt zijn' aangebracht, zodanig dat minstens twee wielelementen van de minstens twee wielelementen ten minste gedeeltelijk buiten de afmetingen of omtrek van de houder komen, waarbij een riem is voorzien die rondom de minstens twee wielelementen is aangebracht zodat een rotatie van de wielelementen gepaard gaan met een beweging van de riem.
Met 'wielelementen' worden hier kleine wieltjes of rollers bedoeld.
Door de riem aan te brengen rondom de wielelementen, zal deze riem zich vlak uitspannen tussen twee wielelementen.
Doordat twee wielelementen ten minste gedeeltelijk buiten de afmetingen of omtrek van de houder komen, zal de vlakke zone van de riem tussen deze twee wielelementen zich eveneens buiten de houder uitstrekken zodat het mogelijk zal zijn om de koffer op deze vlakke zone van de riem voort te trekken, zonder dat de houder in de weg zit.
Door het verplaatsen van de koffer zullen de riem en de wielelementen in beweging gebracht worden, waarbij de riem rondom de wielelementen zal lopen en daardoor de wielelementen zullen meeroteren rond hun middelpunt.
Een voordeel is dat doordat er met behulp van de riem een vlak 'loopvlak' van het wiel wordt gecreëerd, het wiel veel minder tot geen lawaai zal veroorzaken wanneer het over een onregelmatige ondergrond wordt voortbewogen.
Bij de gekende wielen voor een koffer betreft het loopvlak typisch slechts een rechte of een zeer dunne strook, welke dunne strook elke oneffenheid in de ondergrond zal volgen zodat bij elk putje, verzakking of voeg in de ondergrond het wiel deze oneffenheid volgt en als het ware naar beneden zal vallen in elk putje, verzakking of voeg tot op de grond. Dit zal, mede door het gewicht van de koffer, gepaard gaan met luide, ratelende geluiden.
Door een vlak loopvlak te creëren met behulp van de riem, zal het wiel niet elke putje of oneffenheid volgen, maar zal een meer gestroomlijnde beweging hebben omdat het relatief lange loopvlak de oneffenheden in de ondergrond als het ware kan overbruggen.
Een ander voordeel is dat dit tot gevolg zal hebben dat het voorttrekken van de koffer veel gemakkelijker zal zijn omdat de koffer niet steeds zal wegzakken bij elke oneffenheid. De koffer zal dus minder weerstand ondervinden van de oneffenheden in de ondergrond, zodat er minder kracht nodig is om de koffer voort te trekken.
Bij voorkeur kan de houder roteren ten opzichte de koffer rond het middelpunt van de houder.
Een voordeel is dat wanneer de koffer een opstapje of trap omhoog of omlaag moet, bijvoorbeeld aan een verhoogde stoeprand, het wiel kan roteren rond het middelpunt van de houder, analoog als bij een klassiek wiel, waarbij de rotatie zal stoppen vanaf het moment dat een vlakke zone van de riem tussen twee wielen terug op de grond komt. Vanaf dit moment zal het wiel terug met deze vlakke zone van de riem over de grond bewegen.
Aangezien het niet noodzakelijk is dat alle wielelementen buiten de omtrek van de houder liggen, is het mogelijk dat bij rotatie van de houder, het wiel met de rand van de houder zal steunen op de ondergrond in plaats van met de riem. Door deze houder minstens gedeeltelijk rond uit te voeren zal het wiel op die moment met deze ronde zone van de houder kunnen voortbewegen of voortrollen op de ondergrond, zeer analoog aan de beweging van een klassiek wiel.
De uitvinding heeft ook betrekking op een koffer die is voorzien van minstens één wiel volgens de uitvinding.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven van een wiel voor een koffer volgens de uitvinding en een koffer, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin: figuur 1 schematisch een koffer volgens de uitvinding weergeeft met wielen volgens de uitvinding; figuur 2 in meer detail het wiel uit figuur 1; figuur 3 het wiel uit figuur 2 weergeeft, met een gedeeltelijke wegsnijding van de omkasting; figuur 4 een variant van figuur 3 weergeeft; figuur 5 een andere uitvoeringsvorm weergeeft van een wiel volgens de uitvinding; figuur 6 een doorsnede weergeeft volgens de lijn VI-VI uit figuur 5; figuur 7 het wiel uit figuur 5 weergeeft tijdens het oprijden van een opstap figuur 8 een variant weergeeft van figuur 6.
De in figuur 1 weergegeven koffer 1 is een koffer 1 van het type trolleykoffer, doch de uitvinding is niet hiertoe beperkt.
De koffer 1 is voorzien van een uitschuifbaar handvat 2 en van twee wielen 3 volgens de uitvinding en van twee steunen 4, welke zich aan de onderzijde 5 van de koffer 1 bevinden.
In figuren 2 en 3 is in meer detail een wiel 3 weergegeven.
Zoals te zien is in deze figuren, omvat het wiel 3 een houder 6 waarop een aantal wielelementen 7 verdraaibaar zijn aangebracht.
De houder 6 en de wielelementen 7 zijn vervaardigd uit een harde kunststof, zoals bijvoorbeeld polyoxymethyleen, ook bekend als polyacetaal.
De wielelementen 7 kunnen roteren rond hun eigen middelpunt 8 ten opzichte van de houder 6. In het weergegeven voorbeeld zijn ze daartoe door middel van vijzen 9 of schroeven vastgezet tegen de houder 9.
De vijzen 9 kunnen in verzonken gaten worden aangebracht zodat de vijs 9 verzonken wordt aangebracht.
In dit geval zijn er drie wielelementen 7 op de houder 6 aangebracht, welke wielelementen 7 in het weergegeven voorbeeld symmetrisch of zo goed als symmetrisch rond het middelpunt 10 van de houder 6 zijn aangebracht.
In dit geval, doch niet noodzakelijk, is de houder 6 uitgevoerd als een omkasting 11 waarin de wielelementen 7 verdraaibaar zijn aangebracht.
De omkasting 11 is een hoofdzakelijk hol schijfvormig omhulsel dat voorzien is van een opening 12, zodanig dat twee wielelementen 7 van de drie wielelementen 7 gedeeltelijk uit de omkasting 11 komen.
Zoals te zien is in de figuur, is een gedeelte van de schijfvorm als het ware afgesneden volgens een koorde van de schijf.
Hierdoor zullen dé twee voornoemde wielelementen 7 gedeeltelijk buiten de afmetingen of de omtrek van de houder 6 komen.
Verder is het wiel 3 ook voorzien van een riem 13 die rondom de wielelementen 7 is aangebracht. Dit is duidelijk zichtbaar in figuur 3, waaruit blijkt dat de riem 13 rondom de loopvlakken 14 van de wielelementen 7 is aangebracht.
Het is duidelijk dat op deze manier een rotatie van de wielelementen 7 een beweging van de riem 13 zal teweeg brengen, of alternatief: dat een beweging van de riem 13 er zal voor zorgen dat de wielelementen 7 zullen roteren.
Tussen twee wielelementen 7, spant de riem 13 zich vlak uit. In dit geval zijn er drie dergelijke vlakke zones 15 van de riem.
Doordat twee wielelementen 7 zich gedeeltelijk buiten de omtrek van de omkasting 11 uitstrekken, zal één van deze vlakke zones 15 van de riem 13 zich ook buiten de omkasting 11 uitstrekken.
De riem 13 is bij voorkeur vervaardigd uit rubber. Dit heeft als voordeel dat de rubberen riem 13 geen beschadigingen zal veroorzaken aan de ondergrond 16 tijdens gebruik van het wiel 3 en dat dit minder geluid zal veroorzaken tijdens gebruik. Bovendien zal de riem 13 rondom de wielelementen 7 kunnen worden aangebracht met een zekere spankracht, zodat de riem 13 goed rond de wielelementen 7 past.
De riem 13 kan ook vervaardigd worden uit siliconen.
Bij voorkeur is de riem 13 vervangbaar. Dit wil zeggen, dat hij bij beschadiging of slijtage verwijderd kan worden en vervangen kan worden door een nieuw exemplaar. Aangezien de riem 13 het meest onderhevig is aan slijtage, kan door de vervanging van de riem 13 vermeden worden dat het volledige wiel 3 telkens vervangen moet worden.
Het is bijvoorbeeld niet uitgesloten dat in de omkasting 11 een reserve riem 13 is voorzien die gebruikt kan worden voor de vervanging.
In dit voorbeeld, doch niet noodzakelijk, is de houder 6, in dit geval dus de omkasting 11, roteerbaar ten opzichte van de koffer 1 rond het middelpunt 10 van de houder 6 aan de koffer 1 bevestigd. Met andere woorden: de houder 6 of dus de omkasting 11 kan roteren ten opzichte van de koffer 1 rond het middelpunt 10 van de houder 6. Deze rotatie komt overeen met de beweging van een klassiek, gekend kofferwiel.
De werking van de koffer 1 met de wielen 3 volgens de uitvinding is zeer eenvoudig en als volgt.
Figuur 1 geeft de koffer 1 in een stilstaande en rechtopstaande positie weer.
Het wiel 3 rust op de ondergrond 16 met een vlakke zone 15 van de riem 13 die zich buiten de omkasting 11 uitstrekt.
Tijdens het voortbewegen van de koffer 1 over de ondergrond 16, zal de koffer 1 ietwat gekanteld worden en door middel van het handvat 2 voortgetrokken worden.
Door deze kanteling zal het wiel 3 roteren ten opzichte van de koffer 1, waarbij de vlakke zone 15 in contact blijft met de ondergrond 16.
Tijdens het voortbewegen, zal de riem 13, samen met de wielelementen 7 roteren door de wrijving van de riem 13 op de ondergrond 16.
Doordat er drie wielelementen 7 zijn, zal de riem 13 gemakkelijk kunnen bewegen rond de wielelementen 7 zonder te slippen op de loopvlakken 14 van de wielelementen 7. Bij twee wielelementen 7 zal deze beweging de riem 13 iets meer weerstand ondervinden, terwijl bij meer dan drie wielelementen 7 er relatief veel onderdelen zijn wat de kans op mankementen, slijtage of problemen vergroot en de vervaardiging van de wielen 3 moeilijker en duurder maakt. Bovendien is bij meer dan drie wielelementen 7 de vlakke zone 15 van de riem 13 bij twee opeenvolgende wielelementen 7 kleiner voor eenzelfde afmeting van het wiel 3. Als de vlakke zone 15 van de riem 31 te klein is, zal het wiel 3 de oneffenheden niet meer kunnen overbruggen.
Ook het feit dat de wielelementen 7 symmetrisch zijn aangebracht rond het middelpunt 8 van de houder 6, heeft tot gevolg dat de krachten die inoefenen op de riem 13 gelijkmatig zijn, zodat de riem 13 gemakkelijk kan bewegen rond de wielélementen 7 zonder slippen.
De omkasting 11 zelf zal niet roteren rond zijn middelpunt 10 ten opzichte van de koffer 1 wanneer de koffer 1 wordt voortbewogen.
Aldus zal de koffer 1 met de voornoemde vlakke zone 15 van de riem 13 over de grond 16 voortbewegen.
Doordat het contactoppervlak van het wiel 3 met de ondergrond 16 een relatief lange strook van de riem 13 is, zal er minder geluid geproduceerd worden door de koffer 1 tijdens het voortbewegen over een ondergrond 16 met oneffenheden.
Wanneer de koffer 1 op een opstapje 17 of trapje gewogen wordt naar een hoger gelegen niveau 18, zal de omkasting 11 tegen het opstapje 17 komen. Wanneer de koffer 1 verder wordt bewogen, zal het wiel 3 roteren ten opzichte van de koffer 1, zodat de koffer 1 steunend op de roterende omkasting 11 het opstapje 17 oprijdt. Dit is schematisch weergegeven in figuur 3 met de pijl A. Dit is te vergelijken met de beweging van een traditioneel wiel.
Op het moment dat het wiel 1 op het hoger niveau 18 zover geroteerd is dat de vlakke zone 15 van de riem 13 die zich buiten de omkasting 11 bevindt, terug contact maakt met de ondergrond 16, zal de omkasting 11 niet meer roteren ten opzichte van de koffer 1, maar zullen de wielelementen 7 en de riem 13 de rotatiebeweging voortzetten zodat de koffer 1 wordt voortbewogen steunend op de riem 13.
Doordat de houder 6 vorm is gegeven als een schijfvormige omkasting 11 zal het wiel 3 kunnen steunen en roteren op de omkasting 11 bij opstapjes 17 en trapjes.
Ook wanneer de koffer 1 van een trapje naar een lager gelegen niveau wordt bewogen, zal het wiel 3 op het moment dat het aan de rand van het trapje is, gaan overhellen waarbij de omkasting 11 zal roteren ten opzichte van de koffer 1. Op het moment dat het wiel 3 het lager gelegen niveau raakt, zal het wiel 3 verder roteren op de omkasting 11 tot het moment dat de riem 13 opnieuw op de grond 16 komt. Vanaf dat moment zullen de riem 13 en de wielelementen 7 de rotatiebeweging weer overnemen en zal het wiel 3 steunend op de vlakke zone 15 van de riem 13 voortbewegen.
Als voorbeeld worden hieronder enkele mogelijk afmetingen gegeven van een wiel 3 zoals weergegeven in figuren 2 en 3, doch het is duidelijk dat de uitvinding niet hiertoe beperkt is. - Diameter wielelement 7: 37 millimeter; - dikte wielelement 7: 14 millimeter; - diameter schijfvormige omkasting 11: 93 millimeter; - dikte schijfvormige omkasting 11: 20 millimeter; - afstand tussen middelpunt omkasting 11 en middelpunt; wielelement 7: 27 millimeter.
In figuur 4 wordt een alternatieve uitvoeringsvorm weergegeven, die verschilt van de uitvoeringsvorm van figuur 3 doordat er nu slechts twee wielelementen 7 zijn.
Alhoewel, zoals reeds vermeld, bij dergelijke uitvoeringsvorm de beweging van de riem 13 iets meer weerstand zal ondervinden, heeft deze uitvoeringsvorm als voordeel dat er minder bewegende onderdelen zijn.
Dergelijke uitvoeringsvorm zal goedkoper zijn en kan toegepast worden in toepassingen waar het aanvaardbaar is dat de riem 13 wat meer weerstand zal ondervinden bij het roteren.
In het weergegeven voorbeeld is de ruimte 19 in de omkasting 11 die niet wordt ingenomen door de wielelementen 7 of de riem 13, minstens gedeeltelijk opgevuld.
Zoals weergegeven in figuur 4, is de ruimte 19 in de omkasting 11 boven de wielelementen 7 opgevuld doordat de omkasting 11 gedeeltelijk massief is uitgevoerd.
Dit heeft als voordeel dat de omkasting 11 niet kan optreden als 'klankkast' waarin het eventueel geproduceerde geluid versterkt kan worden.
Alhoewel in de uitvoeringsvorm van figuur 3, de omkasting 11 volledig hol is, is het niet uitgesloten dat gedeelten van de omkasting 11, waar zich geen wielelementen 7 of riem 13 bevinden, massief zijn uitgevoerd of opgevuld zijn.
Bij voorkeur wordt voor het opvullen gebruik gemaakt van een geluiddempend of geluidsabsorberend materiaal.
In figuren 5 en 6 is nog een andere uitvoeringsvorm weergegeven van een wiel 3 volgens de uitvoeringsvorm.
In dit geval is de houder 6 uitgevoerd met radiaal gerichte armen 20 die samenkomen in het middelpunt 10 van de houder 6.
In dit geval zijn er drie radiaal gerichte armen, waarbij op het vrije uiteinde van elk van deze armen 20 er een wielelement 7 verdraaibaar aangebracht is.
De wielelementen 7 zijn in dit geval symmetrisch rond het middelpunt 10 van de houder 6 geplaatst en de houder 6 kan in dit geval roteren rond zijn middelpunt 10 wanneer deze aan de koffer 1 is bevestigd zodat de houder 6 roteerbaar is ten opzichte van de koffer 1 rond zijn middelpunt 10.
Het is duidelijk dat indien er meer wielelementen 7 voorzien zouden zijn, er ook meer radiaal gerichte armen 20 voorzien zullen zijn aan de houder 6. Voor elk wielelement 7 zal een radiaal gerichte arm 20 voorzien worden aan de houder 6.
Zoals te zien is in figuur 6, zijn de wielelementen 7 in hun loopvlak 14 voorzien van een groef 21 waarin de riem 13 kan aangebracht worden.
Dit zal verhinderen dat de riem 13 onbedoeld van de wielelementen 7 kan schuiven.
Zoals te zien is in de figuur, is de diepte B van de groef 21 kleiner dan de dikte C van de riem 13.
Op deze manier zal de koffer 1 of het wiel 3 steeds steunen op de riem 13 en niet op de wielelementen 7.
De wielelementen 7 zijn met behulp van lagers 22 gemonteerd op de houder 6.
Alhoewel de voornoemde groef 21 in alle voorgaande uitvoeringsvormen toegepast kan worden, is het niet noodzakelijk volgens de uitvinding. De wielelementen 7 kunnen met andere woorden in alle voorgaande uitvoeringsvormen met een vlak loopvlak 15 worden uitgevoerd, zonder aanwezigheid van een groef 21.
In figuur 7 is schematisch weergegeven hoe het wiel 3 uit figuren 5 en 6 zich zal voortbewegen wanneer het over een opstapje 17 of trapje gaat.
Op het moment dat het wiel 3 tegen het trapje 17 komt, zal de houder 6 kantelen of roteren. Wanneer de volgende vlakke zone 15 van de riem 13 op het hoger gelegen niveau 18 komt, zal de houder 6 niet meer roteren ten opzichte van de koffer 1, maar zullen de wielelementen 7 en de riem 13 de rotatiebeweging overnemen en zal het wiel 3 op de vlakke zone 15 verder bewegen.
Dit voorbeeld toont aan dat de houder 6 niet noodzakelijk uitgevoerd moet worden als een schijfvormige omkasting 11.
Het is echter niet uitgesloten dat een wiel 3 zoals weergegeven in figuren 5 en 6 wordt voorzien van een dergelijke omkasting 11.
In dit geval zal de omkasting 11 dan geen dienst doen als de houder 6 voor de wielelementen 7, maar rondom de eigenlijke houder 6 met de wielelementen 7 worden aangebracht.
Dergelijke omkasting 11 kan dezelfde vorm hebben als de omkasting 11 uit figuur 2, dit wil zeggen dat de omkasting 11 een hoofdzakelijk hol schijfvormig omhulsel is dat voorzien is van een opening 12, zodat twee wielelementen 7 van de drie wielelementen 7 minstens gedeeltelijk uit de omkasting 11 komen, waarbij het middelpunt van de omkasting 11 overeenkomt met het middelpunt 10 van de houder 6.
Hierbij kan de omkasting al dan niet samen met de omkasting roteren ten opzichte van de koffer rond het middelpunt van de houder en de omkasting.
Het is duidelijk dat het ook mogelijk is dat de koffer 1 dienst doet als de houder 6 en dat de wielelementen 7 rechtstreeks op de koffer 1 worden gemonteerd.
Figuur 8 geeft een variant weer van figuur 6. In dit geval is de riem 13 even breed als het loopvlak 14 van de wielelementen 7, en langsheen de omtrek voorzien van een getrapte verdikking 23 die passend gevat zit in de voornoemde groef 21.
Bij voorkeur zijn de afmetingen van de getrapte verdikking 23 complementair aan de afmetingen van de groef 21.
De getrapte verdikking 23 kan bijvoorbeeld gevormd worden door aan één zijde van de riem 13, ter plaatse van de randen een inkeping en gedeeltelijke wegsnijding te maken.
Hierdoor zal de riem 13 even breed kunnen zijn als de wielelementen 7 en toch door middel van de groef 21 en de getrapte verdikking 23 op zijn plaats gehouden kunnen worden.
Alle verschillende mogelijkheden voor de verschillende elementen van een wiel 3 volgens de uitvinding zoals aan bod gekomen in de weergegeven uitvoeringsvormen, kunnen naar keuze gecombineerd worden zonder buiten het kader van de uitvinding te treden. Deze mogelijkheden van de verschillende elementen zijn onder andere: twee, drie of meer wielelementen 7, met of zonder omkasting 11 rond de houder 6, de houder 6 wel of niet draaibaar ten opzichte van de koffer 1, ....
De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch een wiel volgens de uitvinding voor een koffer kan in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (16)

  1. Conclusies.
    1. - Wiel voor een koffer (1), daardoor gekenmerkt dat het wiel (3) een houder (6) omvat waarop minstens twee wielelementen (7) verdraaibaar rond hun eigen middelpunt (8) zijn aangebracht, zodanig dat minstens twee wielelementen (7) van de minstens twee wielelementen (7) ten minste gedeeltelijk buiten de afmetingen of omtrek van de houder (6) komen, waarbij een riem (13) is voorzien die rondom de minstens twee wielelementen (7) is aangebracht zodat een rotatie van de wielelementen (7) gepaard gaan met een beweging van de riem (13).
  2. 2. - Wiel volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de minstens twee wielelementen (7) symmetrisch of zo goed als symmetrisch rond het middelpunt (10) van de houder (6) zijn aangebracht.
  3. 3. - Wiel volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de houder (6) roteerbaar ten opzichte de koffer (1) rond het middelpunt (10) van de houder (6) aan de koffer (1) kan bevestigd worden.
  4. 4. - Wiel volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat er op de voornoemde houder (6) drie wielelementen (7) zijn aangebracht.
  5. 5. - Wiel volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de houder (6) is uitgevoerd als een omkasting (11) waarin de minstens twee wielelementen (7) verdraaibaar zijn aangebracht, waarbij de omkasting (11) een hoofdzakelijk hol schijfvormig omhulsel is dat voorzien is van een opening (12), zodanig dat twee wielelementen (7) van de minstens twee wielelementen (7) minstens gedeeltelijk uit de omkasting (11) komen.
  6. 6. - Wiel volgens conclusie 5, daardoor gekenmerkt dat de ruimte (19) in de omkasting (11) die niet wordt ingenomen door wielelementen (7) of de riem (13), minstens gedeeltelijk wordt opgevuld.
  7. 7. - Wiel volgens één van de voorgaande conclusies 1 tot 4, daardoor gekenmerkt dat de houder (6) is uitgevoerd met een aantal radiaal gerichte armen (20) die samenkomen in het middelpunt (10) van de houder (6) en dat op het vrije uiteinde van deze armen (20) de wielelementen (7) verdraaibaar zijn aangebracht.
  8. 8. - Wiel volgens conclusie 7, daardoor gekenmerkt dat rond de houder (6) een omkasting (11) is aangebracht, welke omkasting (11) een hoofdzakelijk hol schijfvormig omhulsel is dat voorzien is van een opening (12), zodat twee wielelementen (7) van de drie wielelementen (7) minstens gedeeltelijk uit de omkasting (11) komen, waarbij het middelpunt van de omkasting (11) overeenkomt met het middelpunt (10) van de houder (6).
  9. 9. - Wiel volgens conclusie 8, daardoor gekenmerkt dat de omkasting (11) samen met de houder (6) roteerbaar ten opzichte van de koffer (1) rond het middelpunt (10) van de houder (6) kan bevestigd worden aan de koffer (1).
  10. 10. - Wiel volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de wielelementen (7) voorzien zijn van een groef (21) in hun loopvlak (14) waarin de riem (13) kan aangebracht worden.
  11. 11. - Wiel volgens conclusie 10, daardoor gekenmerkt dat de diepte (B) van de groef (21) kleiner is dan de dikte (C) van de riem (13).
  12. 12. - Wiel volgens conclusie 10, daardoor gekenmerkt dat de riem (13) langsheen de omtrek voorzien is van een getrapte verdikking (23) die passend gevat zit in de voornoemde groef (21).
  13. 13. - Wiel volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de riem (13) vervaardigd is van rubber of van siliconen.
  14. 14. - Wiel volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de riem (13) vervangbaar is.
  15. 15. - Wiel volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de houder (6) en/of de wielelementen (7) vervaardigd zijn uit een harde kunststof.
  16. 16. - Koffer, daardoor gekenmerkt dat de koffer (1) is uitgerust met minstens één wiel (3) volgens één van de voorgaande conclusies.
BE2015/0165A 2015-06-11 2015-06-11 Wiel voor een koffer en koffer uitgerust met dergelijk wiel BE1023181B1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2015/0165A BE1023181B1 (nl) 2015-06-11 2015-06-11 Wiel voor een koffer en koffer uitgerust met dergelijk wiel

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2015/0165A BE1023181B1 (nl) 2015-06-11 2015-06-11 Wiel voor een koffer en koffer uitgerust met dergelijk wiel

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1023181B1 true BE1023181B1 (nl) 2016-12-12
BE1023181A1 BE1023181A1 (nl) 2016-12-12

Family

ID=54140178

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2015/0165A BE1023181B1 (nl) 2015-06-11 2015-06-11 Wiel voor een koffer en koffer uitgerust met dergelijk wiel

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE1023181B1 (nl)

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS6216703A (ja) * 1985-07-16 1987-01-24 オンダ株式会社 携帯用かばん
WO1998038885A1 (de) * 1997-03-06 1998-09-11 Dornier Technologie Gmbh & Co. Kg Vorrichtung zum transportieren von gegenständen wie reisekoffer und einkaufsroller
DE20016228U1 (de) * 2000-09-19 2001-02-15 Tsai Huang Lin Rollenstruktur zum Klettern
DE102011120353A1 (de) * 2011-12-06 2013-06-06 Stephan Benkert Triplex-Rollenumlaufband-Set
WO2014005192A1 (en) * 2012-07-04 2014-01-09 Easton Samuel Wheel systems and methods

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS6216703A (ja) * 1985-07-16 1987-01-24 オンダ株式会社 携帯用かばん
WO1998038885A1 (de) * 1997-03-06 1998-09-11 Dornier Technologie Gmbh & Co. Kg Vorrichtung zum transportieren von gegenständen wie reisekoffer und einkaufsroller
DE20016228U1 (de) * 2000-09-19 2001-02-15 Tsai Huang Lin Rollenstruktur zum Klettern
DE102011120353A1 (de) * 2011-12-06 2013-06-06 Stephan Benkert Triplex-Rollenumlaufband-Set
WO2014005192A1 (en) * 2012-07-04 2014-01-09 Easton Samuel Wheel systems and methods

Also Published As

Publication number Publication date
BE1023181A1 (nl) 2016-12-12

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1023181B1 (nl) Wiel voor een koffer en koffer uitgerust met dergelijk wiel
NL2013274B1 (nl) Voertuig, systeem en werkwijze voor het verplaatsen van voer.
BE1021946B1 (nl) Gecombineerde rolinrichting voor een schuifdeurinrichting en werkwijze voor het monteren van een schuifdeurinrichting
JP6274695B2 (ja) トラックロール式搬送台車
NL1021772C2 (nl) Dock leveller, lip voor een dock leveller en lipscharnierconstructie.
US592795A (en) Curtain-ring
US1227882A (en) Sled-runner roller.
US471639A (en) Friedeich w
FR2640216A1 (fr) Chariot roulant, notamment pour convoyeur
US424164A (en) bankson
FR3064021A1 (fr) Portail
BE1023996B1 (nl) Inrichting voor het eenvoudig plaatsen van raam- en deurdorpels
US533622A (en) Antifriction drawer-support
US1118227A (en) Caster-wheel.
CN214356147U (zh) 一种道路桥梁施工用物料运输装置
KR102112592B1 (ko) 컨베이어 벨트용 리턴롤러
US877287A (en) Barrel-truck.
EP3792401B1 (fr) Dispositif d'obstruction au passage de véhicules terrestres
US1633146A (en) Waddle walking toy
US625530A (en) John a
US402745A (en) kniaht
US809709A (en) Trunk.
US355020A (en) Caster
NL1035945C (nl) Verbeterde constructie om een wiel over een obstakel te doen rijden.
Pathogens Editorial Office Acknowledgement to Reviewers of Pathogens in 2016

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20200630