BE1017654A5 - BEARING ELEMENT FOR A GRIPPER OF A GRIPPER WEAVING MACHINE. - Google Patents

BEARING ELEMENT FOR A GRIPPER OF A GRIPPER WEAVING MACHINE. Download PDF

Info

Publication number
BE1017654A5
BE1017654A5 BE2007/0308A BE200700308A BE1017654A5 BE 1017654 A5 BE1017654 A5 BE 1017654A5 BE 2007/0308 A BE2007/0308 A BE 2007/0308A BE 200700308 A BE200700308 A BE 200700308A BE 1017654 A5 BE1017654 A5 BE 1017654A5
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
gripper
gripper belt
belt
support element
laterally
Prior art date
Application number
BE2007/0308A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Picanol Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Picanol Nv filed Critical Picanol Nv
Priority to BE2007/0308A priority Critical patent/BE1017654A5/en
Priority to PCT/EP2008/004895 priority patent/WO2008155105A1/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1017654A5 publication Critical patent/BE1017654A5/en

Links

Classifications

    • DTEXTILES; PAPER
    • D03WEAVING
    • D03DWOVEN FABRICS; METHODS OF WEAVING; LOOMS
    • D03D47/00Looms in which bulk supply of weft does not pass through shed, e.g. shuttleless looms, gripper shuttle looms, dummy shuttle looms
    • D03D47/27Drive or guide mechanisms for weft inserting
    • D03D47/277Guide mechanisms
    • DTEXTILES; PAPER
    • D03WEAVING
    • D03DWOVEN FABRICS; METHODS OF WEAVING; LOOMS
    • D03D47/00Looms in which bulk supply of weft does not pass through shed, e.g. shuttleless looms, gripper shuttle looms, dummy shuttle looms
    • D03D47/12Looms in which bulk supply of weft does not pass through shed, e.g. shuttleless looms, gripper shuttle looms, dummy shuttle looms wherein single picks of weft thread are inserted, i.e. with shedding between each pick
    • D03D47/20Constructional features of the thread-engaging device on the inserters
    • D03D47/23Thread grippers
    • DTEXTILES; PAPER
    • D03WEAVING
    • D03DWOVEN FABRICS; METHODS OF WEAVING; LOOMS
    • D03D47/00Looms in which bulk supply of weft does not pass through shed, e.g. shuttleless looms, gripper shuttle looms, dummy shuttle looms
    • D03D47/27Drive or guide mechanisms for weft inserting
    • D03D47/271Rapiers
    • D03D47/272Rapier bands

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Textile Engineering (AREA)
  • Injection Moulding Of Plastics Or The Like (AREA)
  • Looms (AREA)

Abstract

Draagelement voor een grijper (3,4) bij een grijperweefmachine, waarbij het draagelement (1,2) een aan een grijperhand (21) aangebracht element (17, 18, 19, 20, 39, 40, 42) bevat dat het draaglement (1,2) minstens zijdelings verbreedt en waarbij het element (17, 18, 19, 20, 39, 40, 42) dat het draagelement (1,2) minstens zijdelings verbreedt nabij de grijper (3,4) aan de grijperband (21) is aangebracht.Supporting element for a gripper (3, 4) in a gripper weaving machine, wherein the supporting element (1, 2) comprises an element (17, 18, 19, 20, 39, 40, 42) arranged on a gripper hand (21) that the support element ( 1,2) at least laterally widened and wherein the element (17, 18, 19, 20, 39, 40, 42) widening the support element (1,2) at least laterally near the gripper (3,4) on the gripper belt (21 ) is installed.

Description

Draagelement voor een grijper van een grijperwëefmachine.Supporting element for a gripper of a gripper weaving machine.

De uitvinding betreft een draagelement voor het in en uit een weefvak bewegen van een grijper bij een grijperweefmachine, waarbij het draagelement een grijperband en een aan de grijperband aangebracht element bevat dat de grijperband minstens zijdelings verbreedt.The invention relates to a support element for moving a gripper into and out of a weaving compartment in a gripper weaving machine, wherein the support element comprises a gripper belt and an element arranged on the gripper belt which widens the gripper belt at least laterally.

Een draagelement voor een grijper van het voornoemde type is bijvoorbeeld gekend uit EP 0 576 854 Al. Hierbij bevat het draagelement een grijperband en een element dat aan de grijperband is aangebracht. De grijperband kan samenwerken met geleidingselementen die de grijperband geleiden wanneer de grijperband doorheen het weefvak wordt bewogen. De grijperband die zich volgens langsrichting uitstrekt, is hierbij volgens zijdelingse richting (dwarsrichting) relatief stijf, terwijl de grijperband loodrecht op voornoemde richtingen (buigrichting) relatief buigbaar is. Dit laat toe de grijperband doorheen het weefvak te bewegen en tevens om een aandrijfrad te buigen. Het element wordt hierbij door middel van een schroefverbinding verwijderbaar aan de grijperband en/of aan de grijper bevestigd. Dergelijke schroefverbinding is nadelig daar die in contact kan komen met de geleidingselementen die de grijperband tijdens het bewegen doorheen het weefvak geleiden.A carrying element for a gripper of the aforementioned type is known, for example, from EP 0 576 854 A1. The carrying element herein comprises a gripper belt and an element which is arranged on the gripper belt. The gripper belt may cooperate with guide elements that guide the gripper belt as the gripper belt is moved through the weaving pocket. The gripper belt extending in the longitudinal direction is hereby relatively stiff in the lateral direction (transverse direction), while the gripper belt is relatively flexible perpendicular to the aforementioned directions (bending direction). This allows the gripper belt to move through the weaving compartment and also to bend a drive wheel. The element is hereby removably attached to the gripper belt and / or to the gripper by means of a screw connection. Such a screw connection is disadvantageous since it can come into contact with the guide elements which guide the gripper belt through the weaving section during movement.

Een grijperband met een gedeelte dat de grijperband zijdelings verbreedt is gekend uit WO 94/10364, waarbij de grijperband en dit gedeelte eendelig zijn uitgevoerd. Een dergeiijke grijperband biedt als nadeel dat die moeilijk te vervaardigen is. Een grijperband van het voornoemde type is eveneens gekend uit WO 2006/037618. Uit FR 2541321 is het gekend een versteviging rib op de bovenzijde van de grijperband aan te brengen. Het aanbrengen van een dergelijke verstevigingrib op de bovenzijde van een grijperband die volgens zijn buigrichting relatief flexibel is, heeft als nadeel dat een dergelijke grijperband krom trekt ter hoogte van deze verstevigingrib. Om dit kromtrekken te vermijden wordt de grijperband vervormd vooraleer de verstevigingrib wordt aangebracht, echter dit vervormen kan een kromtrekken slechts beperkt compenseren.A gripper strap with a portion that laterally broadens the grab strap is known from WO 94/10364, wherein the grab strap and this portion are made in one piece. Such a gripper belt offers the drawback that it is difficult to manufacture. A gripper belt of the aforementioned type is also known from WO 2006/037618. It is known from FR 2541321 to provide a reinforcing rib on the upper side of the gripper belt. The provision of such a reinforcing rib on the upper side of a gripper belt which is relatively flexible according to its bending direction has the drawback that such a gripping belt warps at the height of this reinforcing rib. To prevent this warping, the gripper belt is deformed before the reinforcement rib is applied, but this deformation can only compensate a warp to a limited extent.

De uitvinding heeft als doel, een draagelement van het voornoemde type op een eenvoudige wijze te vervaardigen. De uitvinding heeft tevens een draagelement als doel dat geen bevestigingselementen bevat die aanleiding kunnen geven tot het beschadigen van geleidingselementen voor het draagelement.The invention has for its object to manufacture a support element of the aforementioned type in a simple manner. The invention also has for its object to provide a support element which does not contain fastening elements which can give rise to damage to guide elements for the support element.

Dit doel wordt daardoor bekomen, dat een element dat het draagelement minstens zijdelings verbreedt nabij een grijper zijdelings aan een grijperband van een draagelement is aangebracht.This object is achieved by the fact that an element which broadens the support element at least laterally is arranged adjacent a gripper laterally on a gripper belt of a support element.

Een draagelement volgens de uitvinding biedt als voordeel dat het eenvoudig te vervaardigen is en dat geen bevestigingselementen aanwezig zijn tussen het element en de grijperband die aanleiding kunnen geven tot het beschadigen van geleidingselementen voor het geleiden van het draagelement doorheen het weefvak. Tevens kan het element dat het draagelement minstens zijdelings verbreedt aangewend worden om de kettingdraden af te schermen van de geleidingselementen.A support element according to the invention offers the advantage that it is easy to manufacture and that no fastening elements are present between the element and the gripper belt which can give rise to damage to guide elements for guiding the support element through the weaving compartment. The element that extends the bearing element at least laterally can also be used to shield the warp threads from the guide elements.

Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt het element dat het draagelement minstens zijdelings verbreedt door vormspuiten aangebracht. Door het element door vormspuiten aan te brengen kunnen op een eenvoudige wijze bevestigingselementen vermeden worden die aanleiding kunnen geven tot het beschadigen van geleidingselementen voor het draagelement.According to a preferred embodiment of the invention, the element that broadens the support element is arranged at least laterally by form spraying. By arranging the element through form spraying devices, fastening elements can be avoided in a simple manner which can give rise to damage to guide elements for the bearing element.

Volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt het element van het draagelement dat door vormspuiten is aangebracht door vormspuiten vervaardigd. Hierbij wordt dit element bij voorkeur uit een kunststof vervaardigd, bij voorkeur een thermoplastische kunststof die al dan niet versterkingsvezels bevat.According to an embodiment of the invention, the element of the support element which is arranged by form spraying is produced by form spraying. This element is herein preferably manufactured from a plastic, preferably a thermoplastic plastic which may or may not contain reinforcing fibers.

Volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt het element symmetrisch aangebracht ten opzichte van een langsvlak van het draagelement. Hierbij wordt bij voorkeur tevens het element symmetrisch ten opzichte van een langsvlak van het draagelement door vormspuiten aangebracht.According to an embodiment of the invention, the element is arranged symmetrically with respect to a longitudinal surface of the support element. In this case, the element is preferably also arranged symmetrically with respect to a longitudinal surface of the support element by form spraying.

Volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding bevat het draagelement een element dat het draagelement minstens zijdelings verbreedt en dat door vormspuiten wordt aangebracht.According to an embodiment of the invention, the support element comprises an element which at least laterally widens the support element and which is applied by form spraying.

Volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding bevat het draagelement een grijperband die openingen bevat die zich uitstrekken van de bovenzijde van de grijperband naar de onderzijde van de grijperband en strekt het element dat door vormspuiten wordt aangebracht zich uit doorheen die openingen. Het voorzien van vele openingen is tevens voordelig om het kromtrekken van het element en/of het draagelement te vermijden, meer in het bijzonder het kromtrekken te wijten aan het afkoelen van het opgewarmde thermoplastisch materiaal dat aangewend werd tijdens het vormspuiten.According to an embodiment of the invention, the support element comprises a gripper belt which contains openings which extend from the top of the gripper belt to the bottom of the gripper belt and the element which is applied by form spraying extends through those openings. Providing many openings is also advantageous in order to avoid warping of the element and / or the supporting element, more particularly warping due to cooling of the heated thermoplastic material that was used during the molding operation.

Volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding bevat het draagelement een grijperband die openingen bevat die zich uitstrekken van de bovenzijde van de grijperband naar de onderzijde van de grijperband en bevat het element een gedeelte dat aan de bovenzijde van de grijperband is aangebracht, een gedeelte dat aan de onderzijde van de grijperband is aangebracht en gedeelten die zich uitstrekken doorheen de voornoemde openingen om de voornoemde gedeelten onderling te verbinden. Bij voorkeur wordt het element, meer in het bijzonder het element dat door vormspuiten wordt aangebracht, volgens een langsvlak van het draagelement, meer in het bijzonder volgens een langsas van de grijperband, symmetrisch aangebracht, waardoor vervormingen van het element ten opzichte van dit langsvlak na het vormspuiten worden vermeden, meer in het bijzonder vervormingen in buigrichting van het draagelement of van de grijperband vermeden worden. Daar het draagelement, meer in het bijzonder de grijperband in dwarsrichting relatief stijf is, biedt het draagelement goede weerstand tegen vervormingen in dwarsrichting.According to an embodiment of the invention, the carrier element comprises a gripper belt which comprises openings extending from the top of the gripper belt to the bottom of the gripper belt and the element comprises a part which is arranged on the upper side of the gripper belt, a part which is attached to the bottom side of the gripper belt and portions extending through the aforementioned openings to interconnect the aforementioned portions. The element, more particularly the element which is applied by form spraying, is preferably arranged symmetrically along a longitudinal plane of the carrier element, more particularly along a longitudinal axis of the gripper belt, so that deformations of the element with respect to this longitudinal plane shaping spraying is avoided, more in particular deformations in the bending direction of the carrier element or of the gripper belt are avoided. Since the support element, more particularly the gripper belt, is relatively stiff in the transverse direction, the support element offers good resistance to deformations in the transverse direction.

Volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding bevat de grijperband van het draagelement meerdere, dit betekent een relatief groot aantal openingen waardoor vormgespoten materiaal zich uitstrekt. Dit biedt als voordeel dat het element op een goede manier mechanisch kan verankerd worden aan de grijperband. De mechanische verankering wordt in hoofdzaak bekomen door het vormgespoten materiaal dat zich uitstrekt doorheen de openingen.According to an embodiment of the invention, the gripper band of the supporting element comprises several, this means a relatively large number of openings through which molded material extends. This offers the advantage that the element can be mechanically anchored to the gripper belt in a good manner. The mechanical anchoring is mainly achieved by the molded material that extends through the openings.

Hierbij vertoont het element bij voorkeur een nagenoeg U-vormige dwarsdoorsnede. Bij voorkeur zijn de benen van de U-vormige dwarsdoorsnede dunner dan de dikte van de grijperband waar deze benen zich bevinden. Die symmetrische dwarsdoorsnede is tevens voordelig om het kromtrekken van het element te vermijden. Tevens is een dergelijke U-vormige dwarsdoorsnede voordelig voor de levensduur van een draagelement dat een dergelijke grijperband en een dergelijk element bevat, daar in dit geval het draagelement kan aangewend worden tot .de benen van de U-vormige dwarsdoorsnede volledig zijn weggesleten. sThe element herein preferably has a substantially U-shaped cross section. The legs of the U-shaped cross-section are preferably thinner than the thickness of the gripper belt where these legs are located. This symmetrical cross-section is also advantageous to prevent the element from warping. Such a U-shaped cross-section is also advantageous for the lifespan of a bearing element comprising such a gripper belt and such an element, since in this case the bearing element can be used until the legs of the U-shaped cross-section are completely worn away. s

Volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding bevat het element een lengte die slechts een fractie is van de lengte Van het draagelement. Dit is voordelig voor het vermijden van vervormingen, daar een kort element minder onderhevig is aan kromtrekken. Bovendien kan een kort element eenvoudig symmetrisch uitgevoerd worden, waardoor het tevens minder onderhevig is aan kromtrekken.According to an embodiment of the invention, the element comprises a length that is only a fraction of the length of the support element. This is advantageous for avoiding deformations, since a short element is less subject to warping. Moreover, a short element can easily be made symmetrical, so that it is also less subject to warping.

Volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt de grijper aan het element aangebracht dat de grijperband minstens zijdelings verbreedt. Hierbij kan de grijper zijdelings weg van de grijperband aan dit element bevestigd worden, zodat de grijper op een afstand weg van de geleidingselementen doorheen het weefvak kan bewegen. In dit geval kan een schroefverbinding voor het aanbrengen van een grijper aan het element niet in aanraking komen met de geleidingselementen, daar die schroefverbinding zich niet ter hoogte van de geleidingselementen bevindt. Dit laat tevens toe een element in een minder sleetvast materiaal aan te wenden, daar dit element niet in contact komt met de geleidingselementen en daardoor mag vervaardigd worden uit bijvoorbeeld een thermoplastisch materiaal dat minder sleetvast is. Een dergelijk thermoplastisch materiaal kan tevens dempende eigenschappen vertonen, zodat het bijzonder geschikt is om aangewend te worden als element om een grijper met een grijperband te verbinden.According to an embodiment of the invention, the gripper is arranged on the element that broadens the gripper belt at least laterally. The gripper can be attached to this element laterally away from the gripper belt, so that the gripper can move through the weaving section at a distance away from the guide elements. In this case, a screw connection for attaching a gripper to the element cannot come into contact with the guide elements, since said screw connection is not at the level of the guide elements. This also makes it possible to use an element in a less wear-resistant material, since this element does not come into contact with the guide elements and may therefore be manufactured from, for example, a thermoplastic material that is less wear-resistant. Such a thermoplastic material can also exhibit damping properties, so that it is particularly suitable to be used as an element for connecting a gripper to a gripper belt.

Volgens een uitvoeringsvorm bevat het draagelement een element dat het draagelement minstens zijdelings verbreedt en dat door kleven aan de grijperband wordt aangebracht. Dit element kan bijvoorbeeld door vormspuiten vervaardigd worden.According to an embodiment, the support element comprises an element which at least laterally widens the support element and which is attached to the gripper belt by sticking. This element can for instance be manufactured by form spraying.

Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm bevat de grijperband een gedeelte dat de grijperband zijdelings verbreedt en wordt het element dat het draagelement zijdelings verbreedt aan een gedeelte van de grijperband aangebracht dat de grijperband zijdelings verbreedt. Dit laat toe het draagelement zijdelings aanzienlijk te verbreden, meer in het bijzonder door middel van een gedeelte van de grijperband dat de grijperband zijdelings verbreedt en daarenboven een element dat zijdelings aan dit gedeelte is aangebracht.According to a preferred embodiment, the gripper strap comprises a portion that laterally widens the gripper strap and the element that laterally widens the support element is provided on a portion of the gripper strap that widens the gripper strap laterally. This makes it possible to widen the support element considerably laterally, more in particular by means of a portion of the gripper strap that widens the gripper strap laterally and, moreover, an element which is arranged laterally on this portion.

Verdere kenmerken en voordelen van de uitvinding vloeien voort uit de hierna volgende beschrijving van de in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvoorbeelden en de volgconclusies.Further features and advantages of the invention result from the following description of the exemplary embodiments shown in the drawings and the subclaims.

Figuur 1 schematisch een grijperweefmachine met draagelementen volgens de uitvinding toont.Figure 1 shows schematically a gripper weaving machine with supporting elements according to the invention.

Figuur 2 in perspectief een draagelement volgens de uitvinding met een grijper toont.Figure 2 shows a perspective view of a support element according to the invention with a gripper.

Figuur 3 een grijperband van een draagelement volgens de uitvinding toont.Figure 3 shows a gripper belt of a support element according to the invention.

Figuur 4 een draagelement volgens de uitvinding toont. Figuur 5 een bovenaanzicht van het draagelement volgens figuur 4.Figure 4 shows a support element according to the invention. Figure 5 is a top view of the support element according to Figure 4.

Figuur 6 een dwarsdoorsnede volgens lijn VI-VI in figuur 5 toont.Figure 6 shows a cross-section along line VI-VI in Figure 5.

Figuur 7 een dwarsdoorsnede volgens lijn VII-VII in figuur 5 toont.Figure 7 shows a cross-section according to line VII-VII in Figure 5.

Figuur 8 een dwarsdoorsnede volgens lijn VIII-VIII in figuur 5 toont.Figure 8 shows a cross-section along line VIII-VIII in Figure 5.

Figuur 9 een langsdoorsnede volgens lijn IX-IX in figuur 5 toont.Figure 9 shows a longitudinal section along the line IX-IX in Figure 5.

Figuur 10 een draagelement met een grijper volgens figuur 2 toont, terwijl het draagelement geleid wordt door geleidingselementen.Figure 10 shows a carrier element with a gripper according to Figure 2, while the carrier element is guided by guide elements.

Figuur 11 een bovenaanzicht van het draagelement volgens figuur 10 toont.Figure 11 shows a top view of the support element according to Figure 10.

Figuur 12 een dwarsdoorsnede volgens lijn XII-XII in figuur 11 toont.Figure 12 shows a cross-section along line XII-XII in Figure 11.

Figuur 13 een variant draagelement volgens de uitvinding toont.Figure 13 shows a variant support element according to the invention.

Figuur 14 nog een variant draagelement volgens de uitvinding toont.Figure 14 shows another variant supporting element according to the invention.

Figuur 15 een bovenaanzicht van het draagelement volgens figuur 14 toont.Figure 15 shows a top view of the support element according to Figure 14.

Figuur 16 een dwarsdoorsnede volgens lijn XVI-XVI in figuur 15 toont.Figure 16 shows a cross-section along the line XVI-XVI in Figure 15.

Figuur 17 nog een variant draagelement volgens de uitvinding toont.Figure 17 shows another variant supporting element according to the invention.

Figuur 18 een bovenaanzicht van het draagelement volgens figuur 17 toont.Figure 18 shows a top view of the support element according to Figure 17.

Figuur 19 een dwarsdoorsnede volgens lijn IXX-IXX in figuur 17 toont.Figure 19 shows a cross-section along the line IXX-IXX in Figure 17.

Figuur 20 nog een variant draagelement volgens de uitvinding toont.Figure 20 shows another variant supporting element according to the invention.

Figuur 21 een dwarsdoorsnede ter hoogte van het element en de grijper van figuur 20 toont.Figure 21 shows a cross-section at the level of the element and the gripper of Figure 20.

Figuur 22 een dwarsdoorsnede voor een variante van figuur 21 toont.Figure 22 shows a cross-section for a variant of Figure 21.

Figuur 23 nog een variant draagelement volgens de uitvinding toont.Figure 23 shows another variant supporting element according to the invention.

Figuur 24 nog een variant draagelement volgens de uitvinding toont.Figure 24 shows another variant supporting element according to the invention.

De in figuur 1 weergegeven grijperweefmachine bevat twee draagelementen 1, 2 voor het in en uit een weefvak te bewegen van een grijper 3, 4, die bijvoorbeeld elk een grijperband bevatten. Elk draagelement i, 2 wordt door een aandrijfinrichting 5, 6 aangedreven. Een eerste grijper 3 in de vorm van een gevergrijper neemt een gepresenteerde inslagdraad op en brengt die tot in het bereik van het midden van de weefvak, waar een tweede grijper 4 in de vorm van een nemergrijper de inslagdraad overneemt. Vervolgens wordt de opgenomen inslagdraad door de tweede grijper 4 verder naar de overzijde van het weefvak gebracht. De aandrijfinrichtingen 5, 6 bevatten elk een aandrijfrad 7, 8 voor het aandrijven van een draagelement 1, 2. Elk draagelement 1, 2 wordt door middel van geleidingsblokken 9, 10 in contact gehouden met het bijhorende aandrijfrad 7, 8. Een aandrijfrad 7, 8 is gewoonlijk een tandwiel dat met zijn tanden in openingen van een draagelement 1, 2 ingrijpt.The gripper weaving machine shown in Fig. 1 comprises two carrying elements 1, 2 for moving a gripper 3, 4 into and out of a weaving compartment, which for instance each comprise a gripper belt. Each support element i, 2 is driven by a drive device 5, 6. A first gripper 3 in the form of a gripper picks up a presented weft thread and brings it into the region of the center of the weaving pocket, where a second gripper 4 in the form of a gripper gripper takes over the weft thread. Subsequently, the picked-up weft thread is brought further by the second gripper 4 to the opposite side of the weaving section. The drive devices 5, 6 each comprise a drive wheel 7, 8 for driving a support element 1, 2. Each support element 1, 2 is kept in contact with the associated drive wheel 7, 8 by means of guide blocks 9, 8. A drive wheel 7, 8 is usually a gear wheel that engages with its teeth in openings of a supporting element 1, 2.

De grijperweefmachine bevat verder een weeflade 11 waarop een riet 12 is gemonteerd, die door middel van aandrijfinrichtingen 13 aangedreven wordt. Aan de weeflade 11 zijn een aantal geleidingselementen 14 aangebracht om een draagelement 1, 2 te geleiden terwijl het draagelement doorheen het weefvak wordt bewogen. Buiten het bereik van het weefvak zijn tevens stationaire geleidingselementen 15, 16 voorzien. Wanneer de geleidingselementen 14 die mee bewegen met de weeflade 11 in het verlengde van de stationaire geleidingselementen 15, 16 zijn opgesteld, meer in het bijzonder wanneer de weeflade 11 zich nagenoeg in de achterste positie bevindt, worden de draagelementen 1, 2 volgens de langsrichting A in het weefvak geleid en terug uit het weefvak verwijderd.The gripper weaving machine further comprises a weaving drawer 11 on which a reed 12 is mounted, which is driven by means of drive devices 13. A number of guide elements 14 are arranged on the weaving drawer 11 to guide a support element 1, 2 while the support element is moved through the weaving compartment. Stationary guide elements 15, 16 are also provided outside the range of the weaving pocket. When the guide elements 14 that move along with the weaving drawer 11 are arranged in line with the stationary guiding elements 15, 16, more particularly when the weaving drawer 11 is substantially in the rear position, the bearing elements 1, 2 become longitudinal in direction A guided into the weaving section and removed from the weaving section.

Bij de in figuren 2 tot 12 weergegeven uitvoeringsvorm bevat het draagelement 1 volgens de uitvinding een grijperband 21 en een element 17 dat in het bereik waar de grijper 3 is aangebracht aan de grijperband 21 is aangebracht. De grijper 3 wordt aangebracht aan het element 17 dat de grijperband 21 minstens zijdelings verbreedt, meer in het bijzonder dat het gedeelte 22 van de grijperband 21 zijdelings verbreedt. De grijperband 21 bevat een eerste deel 23 dat voorzien is van het brede gedeelte 22. Het eerste deel 23 is nabij de grijper 3 gelegen en is breder dan het tweede deel 24 dat in gebruik minstens gedeeltelijk om een aandrijfrad kan worden gebogen. Het element 17 verbreedt het draagelement 1 minstens zijdelings, dit betekent dat het draagelement 1 ter hoogte van het element 17 een grotere breedte vertoont dan het overige deel van het draagelement 1. Hierbij verbreedt het element 17 het bredere deel 23 van de grijperband 21. Bij deze uitvoeringsvorm bevat het element 17 een lengte die slechts een fractie is van de lengte van de grijperband 21, welke lengte tevens nagenoeg overeenstemt met de lengte van het draagelement 1. Het element 17 heeft bijvoorbeeld een lengte van in de orde van grootte van lOcm, terwijl de grijperband 21 een lengte van minstens 250cm vertoont. Het smalle deel 24 heeft bijvoorbeeld een breedte van ongeveer 7,5mm en een dikte van ongeveer 4mm. De grijperband 21 vertoont ter hoogte van het bredere deel 23, meer in het bijzonder ter hoogte van het bredere deel 23 dat het gedeelte 22 bevat een breedte van ongeveer 12,5mm en weg van het element 17 een dikte van ongeveer 4mm en ter hoogte van het gedeelte 22 van het bredere deel 23 dat nabij het element 17 is gelegen een dikte van ongeveer 2mm, Het bredere deel 23 dat het gedeelte 22 bevat vertoont bijvoorbeeld een lengte van minstens 20cm. In het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van figuur 2 vertoont het bredere deel 23 een lengte in de orde van grootte van 40cm en het element 17 een lengte van ongeveer lOcm.In the embodiment shown in Figs. 2 to 12, the carrier element 1 according to the invention comprises a gripper belt 21 and an element 17 which is arranged on the gripper belt 21 in the region where the gripper 3 is arranged. The gripper 3 is provided on the element 17 which widens the gripper strap 21 at least laterally, more particularly that the portion 22 of the gripper strap 21 widens laterally. The gripper belt 21 comprises a first part 23 which is provided with the wide part 22. The first part 23 is located near the gripper 3 and is wider than the second part 24 which in use can be bent at least partially around a drive wheel. The element 17 widens the support element 1 at least laterally, this means that the support element 1 has a greater width at the level of the element 17 than the remaining part of the support element 1. The element 17 hereby widens the wider part 23 of the gripper belt 21. in this embodiment the element 17 comprises a length that is only a fraction of the length of the gripper belt 21, which length also substantially corresponds to the length of the support element 1. The element 17 has, for example, a length of the order of magnitude of 10 cm, while the gripper belt 21 has a length of at least 250 cm. The narrow part 24 has, for example, a width of approximately 7.5 mm and a thickness of approximately 4 mm. The gripper belt 21 has a width of approximately 12.5 mm at the height of the wider part 23, more particularly at the height of the wider part 23 which contains the part 22 and a thickness of approximately 4 mm away from the element 17 and at the height of the part 22 of the wider part 23 that is located near the element 17 has a thickness of approximately 2 mm. The wider part 23 which contains the part 22 has, for example, a length of at least 20 cm. In the exemplary embodiment shown in Fig. 2, the wider part 23 has a length in the order of magnitude of 40 cm and the element 17 has a length of approximately 10 cm.

Volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt het element 17 dat het draagelement 1 minstens zijdelings verbreedt door vormspuiten aan de grijperband 21 aangebracht, meer in het bijzonder aan het gedeelte 22 van het bredere eerste deel 23 van de grijperband 21. Hierbij wordt het eerste deel 23 verbreedt door middel van het gedeelte 22. Bij de uitvoeringsvorm van figuren 2 tot 12 wordt het element 17 door vormspuiten vervaardigd. Hierbij wordt het element 17 gevormd door vormspuiten terwijl het element 17 aan de grijperband 21 wordt aangebracht. Dit element 17 wordt uit kunststof vervaardigd, meer in het bijzonder uit een thermoplastische kunststof die al dan niet versterkingsvezels bevat.According to an embodiment of the invention, the element 17 widening the supporting element 1 is arranged at least laterally by forming sprays on the gripper strap 21, more particularly on the portion 22 of the wider first part 23 of the gripper strap 21. The first part 23 becomes widened by means of the part 22. In the embodiment of figures 2 to 12, the element 17 is manufactured by form spraying. The element 17 is herein formed by mold spraying while the element 17 is arranged on the gripper belt 21. This element 17 is manufactured from plastic, more in particular from a thermoplastic plastic which may or may not contain reinforcement fibers.

In figuur 3 wordt een grijperband 21 weergegeven die aangewend kan worden om een draagelement 1 volgens de uitvinding te vervaardigen. Een dergelijke grijperband 21 bevat openingen 25 die ter hoogte van het gedeelte 22 van het deel 23 zijn aangebracht. Het nabij de grijper 3 gelegen bredere deel 23 van de grijperband 21 verhoogt de stijfheid van het draagelement 1 ter hoogte van de grijper 3. Dergelijke openingen 25 kunnen gevormd worden door boringen. In figuren 4 en 5 wordt een draagelement 1 weergegeven waarbij een element 17 aan de grijperband 21 is aangebracht.Figure 3 shows a gripper belt 21 which can be used to manufacture a support element 1 according to the invention. Such a gripper belt 21 contains openings 25 which are arranged at the level of the part 22 of the part 23. The wider part 23 of the gripper belt 21 located near the gripper 3 increases the rigidity of the supporting element 1 at the height of the gripper 3. Such openings 25 can be formed by bores. Figures 4 and 5 show a supporting element 1, wherein an element 17 is arranged on the gripper belt 21.

Zoals zichtbaar in figuren 6 tot 9 wordt het door vormspuiten aangebrachte element 17 van het draagelement 1 hoofdzakelijk symmetrisch ten opzichte van een langsvlak 26 van het draagelement 1 aangebracht. Dit is voordelig om vervormingen en kromtrekken van het draagelemènt 1 te vermijden. Hierbij bevat dè grijperband 21 van het draagelement 1 openingen 25 die zich uitstrekken van een bovenzijde 27 van . het eerste deel 23 van de grijperband 21 naar een onderzijde 28 van het eerste deel 23 van de grijperband 21. De bovenzijde 27 van het eerste deel 23 en de onderzijde 28 van het eerste deel 23 vormen respectievelijk op deze plaats eveneens een bovenzijde en een onderzijde van de grijperband 21. Hierbij is zichtbaar aan de hand van figuur 6 dat het gedeelte 22 van het eerste deel 23 nabij het element 17 een kleinere dikte vertoont dan de dikte van het overige gedeelte van het gedeelte 22 van het eerste deel 23 van de grijperband 21. Hierbij vertoont het eerste deel 23 weg van het gedeelte 22 nagenoeg dezelfde dikte als het twèede deel 24 van de grijperband 21.As can be seen in Figs. 6 to 9, the element 17 of the carrier element 1 provided by form spraying is arranged substantially symmetrically with respect to a longitudinal surface 26 of the carrier element 1. This is advantageous to avoid deformations and warping of the carrier element 1. The gripper belt 21 of the supporting element 1 herein comprises openings 25 which extend from an upper side 27 of. the first part 23 of the gripper belt 21 to a lower side 28 of the first part 23 of the gripper belt 21. The upper side 27 of the first part 23 and the lower side 28 of the first part 23 also form an upper side and a lower side respectively at this location of the gripper belt 21. It can be seen here from Figure 6 that the part 22 of the first part 23 near the element 17 has a smaller thickness than the thickness of the remaining part of the part 22 of the first part 23 of the gripper belt 21. The first part 23 here has substantially the same thickness away from the part 22 as the second part 24 of the gripper belt 21.

In figuren 6 tot 9 wordt verduidelijkt dat element 17 dat door vormspuiten wordt aangebracht zich doorheen openingen 25 in het eerste deel 23 van de grijperband 21 uitstrekt, meer in het bijzonder bevindt zich materiaal van het vormgespoten element 17 doorheen de openingen 25. De openingen 25 strekken zich uit van de bovenzijde 27 naar de onderzijde 28 van het gedeelte 22 van het eerste deel 23 van de grijperband 21. Hierbij bevat de grijperband 21 van het draagelement 1 een relatief groot aantal openingen 25 waardoor vormgespoten materiaal zich uitstrekt. Verder bevat het element 17 een gedeelte 31 dat ter hoogte van het eerste deel 23 aan de bovenzijde 27 van de grijperband 21 is aangebracht en een gedeelte 32 dat ter hoogte van het eerste deel 23 aan de onderzijde 28 van de grijperband 21 is aangebracht. Het element 17 met gedeelten 31 en 32 vertoont bij deze uitvoeringsvorm een nagenoeg U-vormige dwarsdoorsnede. Tevens bevat het element 17 verbindingsgedeelten 33 die gevormd worden door vormgespoten materiaal dat zich uitstrekt doorheen de openingen 25 om niet alleen de gedeelten 31 en 32 onderling te verbinden, maar tevens het element 17 aan de grijperband 21 te bevestigen. Het voorzien van meerdere verbindingsgedeelten 33 is niet alleen voordelig om het element 17 aan de grijperband 21 aan te brengen en te bevestigen, maar is tevens voordelig om een goede verbinding tussen beide te bekomen, welke verbinding geen aanleiding geeft tot kromtrekken. In figuur 9 is eveneens zichtbaar dat het gedeelte 17 praktisch naadloos aansluit op het gedeelte 22.In figures 6 to 9 it is clarified that element 17 which is applied by form spraying extends through openings 25 in the first part 23 of the gripper belt 21, more particularly material of the molded element 17 is located through the openings 25. The openings 25 extend from the upper side 27 to the lower side 28 of the part 22 of the first part 23 of the gripper band 21. The gripper band 21 of the supporting element 1 herein comprises a relatively large number of openings 25 through which molded material extends. The element 17 further comprises a part 31 which is arranged at the level of the first part 23 on the upper side 27 of the gripper belt 21 and a part 32 which is arranged at the level of the first part 23 on the underside 28 of the gripper belt 21. The element 17 with parts 31 and 32 has a substantially U-shaped cross-section in this embodiment. The element 17 also comprises connecting parts 33 which are formed by molded material which extends through the openings 25 to not only connect the parts 31 and 32 to each other, but also to fix the element 17 to the gripper belt 21. Providing a plurality of connecting parts 33 is not only advantageous for arranging and securing the element 17 to the gripper belt 21, but is also advantageous for obtaining a good connection between the two, which connection does not give rise to warping. In figure 9 it is also visible that the portion 17 connects practically seamlessly to the portion 22.

Zoals zichtbaar in figuren 10 tot 12 wordt de grijperband 21 door geleidingselementen 14 geleid, die bijvoorbeeld op gekende wijze aan een weeflade 11 zijn gemonteerd. Teneinde het eerste deel 23 en het tweede deel 24 van de grijperband 21 te geleiden, kunnen de geleidingselementen 14 de grijperband 21 deels omgrijpen en zijn hiertoe gelijkaardig uitgevoerd als de geleidingselementen beschreven in WO 2006/037618 of de geleidingselementen beschreven in WO 94/10364. 'Zoals zichtbaar in figuur 12 geleiden de geleidingselementen 14 het dunnere gedeelte 22 van het eerste deel 23 en het element 17 nagenoeg niet. Het gedeelte 22 verbreedt de grijperband 21 nabij het element 17 dat de grijper 3 draagt.As can be seen in figures 10 to 12, the gripper belt 21 is guided by guide elements 14, which are for instance mounted in a known manner on a weaving drawer 11. In order to guide the first part 23 and the second part 24 of the gripper belt 21, the guide elements 14 can partially engage the gripper belt 21 and are designed for this purpose similar to the guide elements described in WO 2006/037618 or the guide elements described in WO 94/10364. As can be seen in Figure 12, the guide elements 14 substantially do not guide the thinner portion 22 of the first portion 23 and the element 17. The portion 22 widens the gripper belt 21 near the element 17 that carries the gripper 3.

Zoals zichtbaar in figuur 2 kan de grijper 3 met een boutverbinding 30 aan het element 17 bevestigd worden. Dergelijke boutverbinding 30 vormt geen hinder daar die niet met de geleidingselementen 14 in aanraking kan komen. Uiteraard kan de grijper 3 volgens een variante eveneens aan het element met kleefstof gekleefd worden, of zelfs door bijvoorbeeld ultrasoonlassen of op een andere wijze aan het element 17 bevestigd worden.As visible in figure 2, the gripper 3 can be attached to the element 17 with a bolt connection 30. Such a bolt connection 30 does not form a nuisance since it cannot come into contact with the guide elements 14. Of course, the gripper 3 can also be glued to the element with adhesive according to a variant, or even be fixed to the element 17 by, for example, ultrasonic welding.

Het vormspuiten van het draagelement 1 kan gebeuren in een matrijs. Vooreerst wordt hiertoe de grijperband 21 in de matrijs gepositioneerd en wordt de matrijs gesloten. Hierbij wordt de matrijs zodanig opgebouwd dat een holte rond de grijperband 21 wordt gevormd waarin materiaal kan gespoten worden teneinde het element 17 te vormen. Dit spuiten kan gebeuren onder druk en terwijl het materiaal opgewarmd wordt. Vervolgens wordt de matrijs terug geopend en kan het gevormde draagelement 1 uit de matrijs verwijderd worden. Matrijzen voor vormspuiten zijn algemeen gekend, bijvoorbeeld uit FR 2541321, en worden hief niet nader beschreven.The molding of the supporting element 1 can be done in a mold. For this purpose, firstly, the gripper belt 21 is positioned in the mold and the mold is closed. The mold is herein constructed such that a cavity is formed around the gripper belt 21 into which material can be injected in order to form the element 17. This spraying can be done under pressure and while the material is being heated. The mold is then opened again and the formed supporting element 1 can be removed from the mold. Molds for mold sprayers are generally known, for example from FR 2541321, and are not described in detail.

Bij de uitvoeringsvorm van figuren 2 tot 12 is het element 17 relatief kort, eenvoudig en kan met een eenvoudige matrijs vervaardigd worden. De uitvoeringsvorm van figuur 13 verschilt van de voornoemde uitvoeringsvorm daar het element 18 dat het draagelement 1 minstens zijdelings verbreedt relatief lang is uitgevoerd. Dergelijke uitvoeringsvorm biedt als voordeel dat het element 18 beter in staat is het einde van het draagelement 1 te verstevigen. Dergelijk element 18 vereist echter een nauwkeurige symmetrie om kromtrekken te vermijden. Deze uitvoeringsvorm vereist eveneens een relatief eenvoudige matrijs die weliswaar groter dient te zijn dan de matrijs voor het aanbrengen van het element 17 van figuren 2 tot 12. Volgens een variante kan het element 22 dat de grijperband 21 verbreedt dezelfde dikte vertonen als de dikte van het overige gedeelte van het eerste deel 23 van de grijperband 21 of kan het eerste deel 23 ter hoogte van de bovenzijde 27 en/of ter hoogte van de onderzijde 28 een al dan niet dunner, bijvoorbeeld afgefreesd gedeelte bevatten dat analoog is uitgevoerd als het gedeelte 22 van de uitvoeringsvorm van figuren 2 tot 12.In the embodiment of figures 2 to 12, the element 17 is relatively short, simple and can be manufactured with a simple mold. The embodiment of Figure 13 differs from the aforementioned embodiment in that the element 18 which widens the support element 1 is made relatively long at least laterally. Such an embodiment offers the advantage that the element 18 is better able to reinforce the end of the supporting element 1. However, such element 18 requires accurate symmetry to avoid warping. This embodiment also requires a relatively simple mold which, although it must be larger than the mold for mounting the element 17 of figures 2 to 12. According to a variant, the element 22 widening the gripper belt 21 may have the same thickness as the thickness of the the remaining part of the first part 23 of the gripper belt 21 or the first part 23 may comprise, at the level of the top 27 and / or at the level of the bottom 28, a thinner or not thinner, for example milled part, which is designed analogously to the part 22 of the embodiment of figures 2 to 12.

In figuren 14 tot 16 wordt nog een variante weergegeven waarbij een element 19 dat het draagelement 1 minstens zijdelings verbreedt eveneens de top 29 van het draagelement 1 bevat. Het vervaardigen van een element 19 door vormspuiten laat toe op een eenvoudige wijze een top 29 met een gewenste vorm, bijvoorbeeld een vorm geschikt voor het geleiden van kettingdraden, aan het element 19 te voorzien. Die uitvoeringsvorm biedt als voordeel dat een grijperband 21 kan aangewend worden, bijvoorbeeld een grijperband 21 met een dun zijdelings gedeelte 22 en een nagenoeg even dun voorste gedeelte dat in het verlengde van het tweede deel 24 is opgèsteld. Dit voorste gedeelte kan bijvoorbeeld gevormd worden door een gedeelte af te frezen aan de bovenzijde en aan de onderzijde van de grïjperband 21. Volgens een variante kan dit dunnere gedeelte eveneens bekomen worden terwijl de grijperband vervaardigd wordt. Hierbij wordt een meer complex element 19 aan de grijperband 21 door vormspuiten aangebracht. Dit element 19 bevat verbindingsgedeelten 33 die analoog als bij de uitvoeringsvorm van figuren 2 tot 12 in openingen 25 zijn aangebracht en verbindingsgedeelten 34 die in openingen 35 zijn aangebracht.Figures 14 to 16 show another variant in which an element 19 which at least laterally widens the bearing element 1 also contains the top 29 of the bearing element 1. The manufacture of an element 19 by form-spraying allows a top 29 with a desired shape, for example a shape suitable for guiding warp threads, to be provided on the element 19 in a simple manner. This embodiment offers the advantage that a gripper strap 21 can be used, for example a gripper strap 21 with a thin lateral portion 22 and a substantially equally thin front portion that is arranged in line with the second portion 24. This front part can for instance be formed by milling a part at the top and at the bottom of the gripper belt 21. According to a variant, this thinner part can also be obtained while the gripper belt is being manufactured. A more complex element 19 is thereby attached to the gripper belt 21 by form spraying. This element 19 comprises connecting parts 33 which are arranged in openings 25 analogously to the embodiment of figures 2 to 12 and connecting parts 34 which are arranged in openings 35.

In figuren 17 tot 19 is nog een variante weergegeven waar het element 20 is aangebracht in een gleuf 36 die in de grijperband 21 is aangebracht. Hierbij bevat de grijperband 21 geen verbredingen zoals bij de uitvoeringsvormen van figuren 1 tot 16. Tevens bevat de grijperband 21 openingen 37 die zich uitstrekken van de bovenzijde naar de onderzijde van de grijperband 21. Het element 20 wordt hierbij eveneens door vormspuiten aan de grijperband 21 aangebracht. Het element 20 bevat hierbij meerdere kragen 38 die zich doorheen openingen 37, zoals boringen van. de grijperband 21 uitstrekken. Het element 20 vertoont een eerder T-vormige dwarsdoorsnede. Deze uitvoeringsvorm vereist een complexere matrijs, voorziet in een top 29 aan het element 20 en vereist slechts een smalle grijperband 21 die weliswaar van een gleuf 36 en openingen 37 dient voorzien te worden. Bij deze uitvoeringsvorm bevat de grijperband 21 zelf geen verbredingen. De grijperband 21 kan een breedte van ongeveer 7,5mm en een dikte van ongeveer 4mm vertonen.Figures 17 to 19 show another variant where the element 20 is arranged in a slot 36 arranged in the gripper belt 21. Here, the gripper belt 21 does not contain any widening as in the embodiments of figures 1 to 16. The gripper belt 21 also comprises openings 37 which extend from the top to the bottom of the gripper belt 21. The element 20 is hereby also molded onto the gripper belt 21. applied. The element 20 herein comprises a plurality of collars 38 which pass through openings 37, such as bores of. extend the gripper belt 21. The element 20 has a previously T-shaped cross section. This embodiment requires a more complex mold, provides a top 29 on the element 20 and requires only a narrow gripper band 21 which, although it must be provided with a slot 36 and openings 37. In this embodiment, the gripper belt 21 itself has no broadening. The gripper belt 21 can have a width of approximately 7.5 mm and a thickness of approximately 4 mm.

Het element dat het draagelement minstens zijdelings verbreedt en dat door vormspuiten wordt aangebracht is uiteraard niet beperkt tot een vormgespoten element. Volgens een niet weergegeven variante kan hiertoe een element dat de grijperband zijdelings verbreedt en dat bijvoorbeeld vooraf gevormd werd door vormspuiten aan een grijperband worden aangebracht om een draagelement 1 volgens de uitvinding te vormen. Hierbij kunnen zowel de grijperband als het vooraf gevormd element van de nodige gleuven en openingen voorzien worden om die door vormspuiten met elkaar te kunnen verbinden. Het gedeelte in vormgespoten materiaal dat zich tussen de grijperband en het element bevindt, kan uiteraard kragen en/of verbindingsgedeelten bevatten die toelaten beide aan elkaar te bevestigen.The element which at least laterally widens the support element and which is applied by form spraying is of course not limited to a form sprayed element. For this purpose, according to a variant (not shown), an element which laterally broadens the gripper belt and which, for example, has been pre-formed by forming sprays, can be applied to a gripper belt to form a support element 1 according to the invention. In this case, both the gripper belt and the preformed element can be provided with the necessary slots and openings to be able to connect them to each other by form spraying. The part in molded material that is located between the gripper belt and the element can of course contain collars and / or connecting parts that allow both to be attached to each other.

In figuren 20 en 21 is een variante weergegeven waarbij het draagelement 1 een element 39 bevat dat het draagelement 1 minstens zijdelings verbreedt en dat door kleven aan de grijperband 21 wórdt aangebracht. Hierbij wordt het element 39 aan het gedeelte 22 van de grijperband 21 gekleefd dat de grijperband 21 zijdelings verbreedt. Hierbij verbreedt het element 39 nogmaals het draagelement 1 ter hoogte van het gedeelte 22 van de grijperband 21. Het element 39 kan bijvoorbeeld door vormspuiten vervaardigd worden. Volgens een niet weergegeven variante kan het element 39 bijvoorbeeld door ultrasoonlassen aan een grijperband 21 bevestigd wórden, of op een of andere wijze aan de grijperband 21 bevestigd of aangebracht worden. Hierbij wordt de grijper 3 aan het element 39 aangebracht.Figures 20 and 21 show a variant in which the support element 1 comprises an element 39 which at least laterally widens the support element 1 and which is attached to the gripper belt 21 by sticking. The element 39 is hereby adhered to the portion 22 of the gripper strap 21 which widens the gripper strap 21 laterally. The element 39 here again widens the carrying element 1 at the level 22 of the gripper belt 21. The element 39 can for instance be manufactured by form spraying. According to a variant (not shown), the element 39 can, for example, be attached to a gripper belt 21 by ultrasonic welding, or be attached or attached in any other way to the gripper belt 21. The gripper 3 is hereby arranged on the element 39.

In figuur 22 wordt een variante weergegeven waarbij het element 40 dat hèt gedeelte 23 van de grijperband 21 zijdelings verbreedt voorzien is van een aantal kragen 41 die kunnen ingrijpen in openingen 25 van een grijperband 21, teneinde een mechanische verbinding te kunnen vormen tussen het element 40 en de grijperband 21. Tevens kan dit gedeelte 40 eveneens met kleefstof aan de grijperband 21 gekleefd worden. Het element 40 kan aan de grijperband 21 aangebracht worden door de benen 31 en 32 die de kraag 41 bevatten tijdens het aanbrengen elastisch te vervormen.Figure 22 shows a variant in which the element 40 laterally widening the portion 23 of the gripper belt 21 is provided with a number of collars 41 which can engage in openings 25 of a gripper belt 21 in order to form a mechanical connection between the element 40 and the gripper strap 21. Also, this portion 40 can also be glued to the gripper strap 21 with adhesive. The element 40 can be attached to the gripper strap 21 by elastically deforming the legs 31 and 32 which contain the collar 41 during the application.

In figuur 23 is een variante weergegeven waarbij het draagelement 1 een element 42 bevat dat het draagelement 1 minstens zijdelings verbreedt tevens een top 29 bevat. Door het vormspuiten van het element 42 kan op een eenvoudige wijze een top 29 met een gewenste vorm bekomen worden.Figure 23 shows a variant in which the support element 1 comprises an element 42 which at least laterally widens the support element 1 also comprises a top 29. By molding the element 42, a top 29 with a desired shape can be obtained in a simple manner.

In figuur 24 wordt nog een variante weergegeven waarbij naast het element 17 dat aan de grijperband 21 is aangebracht, tevens nog een tweede element 43 door vormspuiten is aangebracht dat de grijperband 21 zijdelings kan verbreden. Dit element 43 kan bestaan uit een vormgespoten element. Volgens een variante kan een vormgespoten element 43 aan de grijperband gekleefd en/of mechanisch verbonden worden.Figure 24 also shows a variant in which, in addition to the element 17 which is arranged on the gripper belt 21, a second element 43 is also provided by forming sprayers which can laterally widen the gripper belt 21. This element 43 can consist of a molded element. According to a variant, a molded element 43 can be glued to the gripper belt and / or mechanically connected.

Het is duidelijk dat vooraf aan het vormspuïten een kleefstof, zoals een lijm op de grijperband 21 kan aangebracht worden om toe te laten in een kleefverbinding te voorzien tussen de grijperband 21 en een element 17, 18, 19, 20 of 42 dat door vormspuiten aan de grijperband 21 wordt aangebracht. Het is echter duidelijk dat de kragen 38 en/of de verbindingsgedeelten 33 in een voldoende mechanische verankering kunnen voorzien, zodat een kleefverbinding overbodig wordt. Volgens nog een variante kan een door vormspuiten aan een grijperband aangebracht element tevens door middel van bijvoorbeeld ultrasoonlassen aan de grijperband bevestigd worden, teneinde de bevestiging van het element aan de grijperband extra te verzekeren.It is clear that an adhesive, such as an adhesive, can be applied to the gripper belt 21 prior to the molding spits to allow an adhesive connection to be provided between the gripper belt 21 and an element 17, 18, 19, 20 or 42 which are molded onto the gripper belt 21 is provided. However, it is clear that the collars 38 and / or the connecting portions 33 can provide a sufficient mechanical anchoring, so that an adhesive connection becomes unnecessary. According to yet another variant, an element arranged on a gripper belt by forming a spray can also be attached to the gripper belt by means of, for example, ultrasonic welding, in order to additionally ensure the attachment of the element to the gripper belt.

Een draagelement 1 volgens de uitvinding dat een grijperband 21 bevat en dat een element 17, 18, 19, 20, 39, 40 en 42 bevat dat het draagelement 1 minstens zijdelings verbreedt, dat door vormspuiten is vervaardigd en dat aan de grijperband 21 is aangebracht, biedt als voordeel dat op een eenvoudige wijze een draagelement 1 kan bekomen worden dat breder is dan de grijperband 21. Dit laat toe op een eenvoudige wijze een grijper 3 aan een kant van een draagelement 1 te bevestigen. Dit bevestigen kan plaats vinden door kleven, door mechanische verbindingssystemen, door ultrasoonlassen en dergelijke.A carrier element 1 according to the invention which comprises a gripper belt 21 and which comprises an element 17, 18, 19, 20, 39, 40 and 42 which widens the carrier element 1 at least laterally, which is manufactured by mold spraying and which is arranged on the gripper belt 21 offers the advantage that in a simple manner a carrying element 1 can be obtained that is wider than the gripper belt 21. This makes it possible to attach a gripper 3 to a side of a carrying element 1 in a simple manner. This fixing can be done by sticking, by mechanical connection systems, by ultrasonic welding and the like.

Een aangebracht element 17, 18, 19, 20, 39, 40 en 42 dat het draagelement 1 minstens zijdelings verbreedt in het bereik van het draagelement 1 waar een grijper 3 is aangebracht, biedt als voordeel dat het draagelement 1 op een eenvoudige manier kan verbreed worden in het bereik van de grijper 3 teneinde op een eenvoudige manier een grijper 3 te kunnen aanbrengen.An applied element 17, 18, 19, 20, 39, 40 and 42 that broadens the support element 1 at least laterally in the region of the support element 1 where a gripper 3 is provided offers the advantage that the support element 1 can be widened in a simple manner in the area of the gripper 3 in order to be able to fit a gripper 3 in a simple manner.

Het draagelement 2 zoals weergegeven in figuur 1 kan gelijkaardig uitgevoerd worden als het draagelement 1 zoals weergegeven in de uitvoeringsvormen van figuren 1 tot 24. Uiteraard kan in dit geval het draagelement 2 nagenoeg spiegelsymmetrisch aan het draagelement 1 worden uitgevoerd.The support element 2 as shown in Figure 1 can be designed similarly to the support element 1 as shown in the embodiments of Figures 1 to 24. Of course, in this case the support element 2 can be made substantially mirror-symmetrical to the support element 1.

Het is duidelijk dat de grijperband 21 niet beperkt is tot een. relatief buigbare of flexibele grijperband die omheen een aandrijfrad 7 kan gebogen worden. Volgens een niet weergegeven variante kan de grijperband eveneens relatief star uitgevoerd worden, meer in het bijzonder als grijperstang fungeren, en tangentiaal langsheen een aandrijfrad geleid worden om door het aandrijfrad aangedreven te worden.It is clear that the gripper strap 21 is not limited to one. relatively flexible or flexible gripper belt which can be bent around a drive wheel 7. According to a variant (not shown), the gripper belt can also be of relatively rigid design, more particularly act as a gripper rod, and can be guided tangentially along a drive wheel to be driven by the drive wheel.

Een grijperband volgens de in de conclusies weergegeven uitvinding is niet beperkt tot de weergegeven en beschreven uitvoeringsvoorbeelden, maar kan eveneens varianten en combinaties ervan bevatten die onder de conclusies vallen.A gripper belt according to the invention represented in the claims is not limited to the illustrated and described exemplary embodiments, but may also contain variants and combinations thereof covered by the claims.

Claims (10)

1. Draagelement voor een grijper (3,4) bij een grijperweefmachine, waarbij het draagelement (1, 2) een aan een grijperband (21) aangebracht element (17, 18, 19, 20, 42) bevat dat het draagelement (1, 2) minstens zijdelings verbreedt, waarbij het element (17, 18, 19, 20, 42) dat het draagelement (1, 2) minstens zijdelings verbreedt nabij de grijper (3, 4) aan de grijperband (21) is aangebracht, daardoor gekenmerkt dat het element (17, 18, 19, 20, 42) dat het draagelement (1, 2) minstens zijdelings verbreedt door vormspuiten is aangebracht en door vormspuiten is vervaardigd.A support element for a gripper (3, 4) in a gripper weaving machine, wherein the support element (1, 2) comprises an element (17, 18, 19, 20, 42) arranged on a gripper belt (21) that the support element (1, 2) widened at least laterally, wherein the element (17, 18, 19, 20, 42) that widened the support element (1, 2) is arranged at least laterally near the gripper (3, 4) on the gripper belt (21), characterized by that the element (17, 18, 19, 20, 42) widening the support element (1, 2) is arranged at least laterally by molding sprayers and is manufactured by molding sprayers. 2. Draagelement volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het draagelement (1, 2) een grijperband (21) bevat die openingen (25, 35) bevat die zich uitstrekken van een bovenzijde (27) van de grijperband (21) naar een onderzijde (28) van de grijperband (21) en dat het element (17, 18, 19, 20, 42) dat door vormspuiten wordt aangebracht zich doorheen die openingen (25) uitstrekt.Supporting element according to claim 1, characterized in that the supporting element (1, 2) comprises a gripper belt (21) which comprises openings (25, 35) extending from an upper side (27) of the gripper belt (21) to a lower side ( 28) of the gripper belt (21) and that the element (17, 18, 19, 20, 42) applied by form spraying extends through those openings (25). 3. Draagelement volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het element (17, 18, 19, 20, 42) uit kunststof is vervaardigd.Supporting element according to claim 1, characterized in that the element (17, 18, 19, 20, 42) is made of plastic. 4. Draagelement volgens conclusie 3, daardoor gekenmerkt dat het element (17, 18, 19, 20, 42) uit thermoplastische kunststof is vervaardigd.Supporting element according to claim 3, characterized in that the element (17, 18, 19, 20, 42) is made from thermoplastic plastic. 5. Draagelement volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat het element (17, 18, 19, 20, 42) uit thermoplastische kunststof is vervaardigd die versterkingsvezels bevat.Supporting element according to claim 4, characterized in that the element (17, 18, 19, 20, 42) is made of thermoplastic plastic containing reinforcing fibers. 6. Draagelement volgens één van de conclusies 3 tot 5, daardoor gekenmerkt dat het draagelement (1, 2) een grijperband (21) bevat die openingen (25, 35) bevat die zich uitstrekken van een bovenzijde (27) van de grijperband (21) naar een onderzijde (28) van de grijperband (21) en dat het element (17, 18, 19, 20,42) dat door vormspuiten wordt aangebracht zich doorheen die openingen (25) uitstrekt.Supporting element according to one of claims 3 to 5, characterized in that the supporting element (1, 2) comprises a gripper belt (21) which comprises openings (25, 35) extending from an upper side (27) of the gripper belt (21) ) to a bottom side (28) of the gripper belt (21) and that the element (17, 18, 19, 20,42) provided by form spraying extends through those openings (25). 7. Draagelement volgens één van de conclusies 1 tot 6, daardoor gekenmerkt dat het draagelement (1, 2) meerdere openingen (25) bevat waardoor vormgespoten materiaal zich uitstrekt.Supporting element according to one of claims 1 to 6, characterized in that the supporting element (1, 2) has a plurality of openings (25) through which molded material extends. 8. Draagelement volgens één van de conclusies 1 tot 7, daardoor gekenmerkt dat het element (17, 18, 19, 20, 42) een lengte bevat die een fractie is van de lengte van het draagelement (1, 2).Support element according to one of claims 1 to 7, characterized in that the element (17, 18, 19, 20, 42) comprises a length that is a fraction of the length of the support element (1, 2). 9. Draagelement volgens één van de conclusies 1 tot 8, daardoor gekenmerkt dat het element (19, 20, 42) een top (29) bevat.Supporting element according to one of claims 1 to 8, characterized in that the element (19, 20, 42) comprises a top (29). 10. Draagelement volgens één van de conclusies 1 tot 9, daardoor gekenmerkt dat de grijper (3, 4) wordt aangebracht aan het element (17, 18, 19, 20, 42) dat de grijperband (21) minstens zijdelings verbreedt.Supporting element according to one of claims 1 to 9, characterized in that the gripper (3, 4) is arranged on the element (17, 18, 19, 20, 42) which at least laterally widens the gripper belt (21).
BE2007/0308A 2007-06-21 2007-06-21 BEARING ELEMENT FOR A GRIPPER OF A GRIPPER WEAVING MACHINE. BE1017654A5 (en)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2007/0308A BE1017654A5 (en) 2007-06-21 2007-06-21 BEARING ELEMENT FOR A GRIPPER OF A GRIPPER WEAVING MACHINE.
PCT/EP2008/004895 WO2008155105A1 (en) 2007-06-21 2008-06-18 Support element for a gripper for a gripper weaving machine

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE200700308 2007-06-21
BE2007/0308A BE1017654A5 (en) 2007-06-21 2007-06-21 BEARING ELEMENT FOR A GRIPPER OF A GRIPPER WEAVING MACHINE.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1017654A5 true BE1017654A5 (en) 2009-03-03

Family

ID=39099933

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2007/0308A BE1017654A5 (en) 2007-06-21 2007-06-21 BEARING ELEMENT FOR A GRIPPER OF A GRIPPER WEAVING MACHINE.

Country Status (2)

Country Link
BE (1) BE1017654A5 (en)
WO (1) WO2008155105A1 (en)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE1019316A3 (en) 2010-04-29 2012-06-05 Picanol Nv LANS AND GRAB WEAVER.

Citations (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2541321A1 (en) * 1983-02-21 1984-08-24 Carrara Elio Ribbon end (head) for shuttleless looms, and mould for producing it
EP0576854A1 (en) * 1992-07-03 1994-01-05 Picanol N.V. Gripper loom
BE1006072A3 (en) * 1992-07-03 1994-05-03 Picanol Nv Device for guiding a gripper and a gripper assembly
WO1994010364A2 (en) * 1992-10-23 1994-05-11 Interpatent Limited Transfer system for looms
EP0623694A1 (en) * 1993-05-05 1994-11-09 NUOVA VAMATEX S.p.A. Gripper strap for weaving looms
EP0726342A1 (en) * 1995-02-07 1996-08-14 Picanol N.V. Gripper loom with guiding means
EP0792960A1 (en) * 1996-02-27 1997-09-03 NUOVO PIGNONE S.p.A. Tape head for a gripper loom, and a method for its construction
WO2006037618A1 (en) * 2004-10-05 2006-04-13 Picanol N.V. Gripping transport element for a loom

Family Cites Families (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS53128676A (en) * 1977-04-16 1978-11-09 Daiichi Kasei Method for combining two parts by melting material such as synthetic resin

Patent Citations (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2541321A1 (en) * 1983-02-21 1984-08-24 Carrara Elio Ribbon end (head) for shuttleless looms, and mould for producing it
EP0576854A1 (en) * 1992-07-03 1994-01-05 Picanol N.V. Gripper loom
BE1006072A3 (en) * 1992-07-03 1994-05-03 Picanol Nv Device for guiding a gripper and a gripper assembly
WO1994010364A2 (en) * 1992-10-23 1994-05-11 Interpatent Limited Transfer system for looms
EP0623694A1 (en) * 1993-05-05 1994-11-09 NUOVA VAMATEX S.p.A. Gripper strap for weaving looms
EP0726342A1 (en) * 1995-02-07 1996-08-14 Picanol N.V. Gripper loom with guiding means
EP0792960A1 (en) * 1996-02-27 1997-09-03 NUOVO PIGNONE S.p.A. Tape head for a gripper loom, and a method for its construction
WO2006037618A1 (en) * 2004-10-05 2006-04-13 Picanol N.V. Gripping transport element for a loom

Also Published As

Publication number Publication date
WO2008155105A1 (en) 2008-12-24

Similar Documents

Publication Publication Date Title
KR101045619B1 (en) Packaging mechanism for windscreen wipers including curved blades and integral flexible structures
ES2382892T3 (en) Manufacturing procedure of an inner backing liner of reinforced plastic material and inner backing lining
US8950798B2 (en) Spoiler for vehicle
BE1017654A5 (en) BEARING ELEMENT FOR A GRIPPER OF A GRIPPER WEAVING MACHINE.
US20160221614A1 (en) Spoiler for a tailgate of a motor vehicle
US10065607B2 (en) Device for connecting a wiper arm and a wiper blade together including an over-moulded tube
ATE404409T1 (en) ARRANGEMENT FOR A WINDSHIELD WIPER BLADE
KR101727359B1 (en) Roof-lack for vehicles
JP7030897B2 (en) Slide rail mechanism
KR20180002680A (en) METHOD FOR FIXING DOOR MODULE, VEHICLE DOOR AND DOOR MODULE TO DOOR STRUCTURE
US20080246304A1 (en) Weatherstrip with Ventilation Openings
JP2010188792A (en) Rear door
PT1350711E (en) Hybrid support structure for a vehicle dashboard and method for manufacturing the same
CN1877395A (en) hingeless eyeglasses, especially safety glasses
CZ2010697A3 (en) Reinforced structural part
BRPI0816663B1 (en) set of a bumper and masking means
JP2017043351A (en) Support element, and wiper blade and windscreen wiper of motor vehicle
US20100080013A1 (en) Front assembly unit for a motor vehicle, and corresponding motor vehicle
CN109750931A (en) Window lifting device assembly and manufacturing method
CN107972742B (en) Supporting member
JP2008087616A (en) Structure for mounting fender panel on cowl top side garnish
ES2371190T3 (en) DEVICE AND PROCEDURE FOR SETTING A GUARNITION IN A WINTER MOUNT OF AN AUTOMOBILE VEHICLE.
CN108930084B (en) Frame plate and heald frame
BE1019316A3 (en) LANS AND GRAB WEAVER.
US6973942B2 (en) Weft carrying grippers for weaving looms and in guiding means thereof

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20190630