BE1010833A6

BE1010833A6 - Speelgoedelement.

Info

Publication number: BE1010833A6
Application number: BE9700006A
Authority: BE
Original assignee: Parein Eric
Priority date: 1997-01-06
Filing date: 1997-01-06
Publication date: 1999-02-02
Also published as: JP4091127B2; ES2176945T3; DE69804950D1; WO1998030808A1; AU5469498A; US6301747B1; CA2276703C; EP0966618B1; JP2001509237A; DE69804950T2; EP0966618A1; BR9807465A; CA2276703A1; CN1246173A; CN1089145C

Abstract

Speelgoedelement, daardoor gekenmerkt dat het bestaat uit een lichaam (2) dat aan zijn omtrek is voorzien van complementaire scharnierdelen (3-4-5-6), zodanig dat meerdere gelijkaardige speelgoedelementen (1-1A) met hun complementaire scharnierdelen (3-4-5-6) in elkaar kunnen worden gevoegd en zodoende langs welbepaalde draaiassen (7-8-9-10) scharnierbaar, meer speciaal heen een weer klapbaar, zijn ten opzichte van elkaar.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  Speelgoedelement. 



  Deze uitvinding heeft betrekking op een speelgoedelement. 



  Hierbij beoogt de uitvinding een speelgoedelement dat onderling kan gekoppeld worden met gelijkaardige speelgoedelementen. 



  In de meest voorkeurdragende uitvoeringsvorm heeft de uitvinding een speelgoedelement als voorwerp dat gemakkelijk als bijlage bij artikels, in het bijzonder bij voedingswaren, kan worden bijgeleverd, bijvoorbeeld ingesloten in de verpakking van chips. 



  Hierbij beoogt de uitvinding eveneens een speelgoedelement dat niet alleen de functie van verzamelobject heeft, doch ook als bouwblokje kan worden aangewend. 



  Tenslotte voorziet de uitvinding ook in een speelgoedelement dat een   reële   dikte heeft, zodanig dat het bij de insluiting in een zakje met chips onmiddellijk opvalt tussen deze chips en het onmogelijk is om het speelgoedelement samen met een hoeveelheid uit het zakje genomen chips in te slikken, dit in tegenstelling tot de bekende vlakke verzamelschijfjes, ook   wel"flippo's"genaamd.   



  Hiertoe voorziet de uitvinding in een speelgoedelement dat bestaat uit een lichaam dat aan zijn omtrek is voorzien van complementaire scharnierdelen, zodanig dat meerdere gelijkaardige elementen met hun complementaire scharnierdelen in elkaar kunnen worden gevoegd en zodoende langs welbepaalde draaiassen scharnierbaar, meer speciaal heen en weer klapbaar, zijn ten opzichte van elkaar. 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 Hierdoor wordt een speelgoedelement geboden dat op verschillende manieren kan worden samengevoegd met gelijkaardige speelgoedelementen, zodanig dat verschillende constructies kunnen worden gevormd, waarvan bepaalde delen roteerbaar kunnen zijn ten opzichte van andere. 



  Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna als voorbeelden zonder enig beperkend karakter enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : figuur 1 een speelgoedelement volgens de uitvinding weergeeft ; figuren 2 en 3 zichten weergeven volgens pijlen F2 en
F3 in figuur   1 ;   figuur 4 een doorsnede weergeeft volgens lijn IV-IV in figuur   3 ;   figuur 5 een variante van de uitvinding weergeeft ; figuren 6 en 7 zichten weergeven volgens pijlen F6 en
F7 in figuur   5 ;   figuur 8 een doorsnede weergeeft volgens lijn
VIII-VIII in figuur   7 ;   figuur 9 nog een variante van de uitvinding weergeeft. 



  Zoals weergegeven in de figuren 1 tot 4 bestaat het speelgoedelement 1 volgens de uitvinding hoofdzakelijk uit een lichaam 2 dat aan zijn omtrek is voorzien van complementaire scharnierdelen, respectievelijk 3-4 en 5-6, zodanig dat meerdere gelijkaardige speelgoedelementen 1-1A met hun complementaire scharnierdelen in elkaar kunnen worden gevoegd en zodoende langs welbepaalde draaiassen 7-8-9-10 scharnierbaar, meer speciaal heen en weer klapbaar, zijn ten opzichte van elkaar. 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 Het lichaam 2 vertoont een reële dikte D, doch strekt zieh overigens hoofdzakelijk uit in de richting van één vlak. 



  Zoals weergegeven, is het speelgoedelement 1 bij voorkeur aan vier zijden 11-12-13-14 voorzien van scharnierdelen, in dit geval de reeds genoemde scharnierdelen 3-4-5-6. Deze scharnierdelen 3-4-5-6 zijn twee aan twee aangebracht aan de tegenover elkaar liggende zijden, waarmee bedoeld wordt dat de scharnierdelen 3 en 4 die zieh aan de zijden 11 en 12 bevinden gelijkaardig zijn en dat de scharnierdelen 5 en 6 aan de zijden 13 en 14 onderling ook gelijkaardig zijn, doch complementair aan deze die zieh aan de zijden 11 en 12 bevinden. 



  De scharnierdelen 3-4 en 5-6 zijn bij voorkeur zodanig gesitueerd dat de middellijnen 15 en 16 hiervan haaks op elkaar staan. Bovendien bevinden deze scharnierdelen 3-4-5-6 zieh bij voorkeur in het midden van de zijden 11-12-13-14. 



  Tevens geniet het de voorkeur dat de draaiassen 7-8-9-10 in   één   vlak gelegen zijn en bij voorkeur ook een fictief vierkant 17 vormen zoals is aangeduid in figuur 1. 



  Volgens een belangrijk kenmerk van de voorkeurdragende uitvoeringsvormen van de uitvinding zijn de complementaire scharnierdelen 3-4 en 5-6 zodanig uitgevoerd dat zij bij het samenbrengen van twee van dergelijke speelgoedelementen, bijvoorbeeld de in de figuren 3 en 4 weergegeven speelgoedelementen 1 en   1A,   door middel van een klikeffect in elkaar kunnen worden gevoegd. 



  Hiertoe vertonen de speelgoedelementen 1-1A zoals weergegeven bij voorkeur complementaire scharnierdelen die tussen 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 elkaar kunnen worden geschoven en die zijdelings in elkaar aangrijpen door middel van daartoe aan de scharnierdelen aangebrachte, zijdelings gerichte, uitsteeksels 18 en uitsparingen 19. 



  In het voorbeeld van de figuren bestaan de uitsteeksels 18 uit cirkelvormige verdikkingen en bestaan de uitsparingen 19 uit doorgaande boringen. Het is echter duidelijk dat ook andere vormgevingen van uitsteeksels 18 en uitsparingen 19 kunnen worden toegepast. 



  Volgens een niet in de figuren weergegeven uitvoeringsvorm kunnen ook penscharnieren worden aangewend, waarbij alle scharnierdelen voorzien zijn van boringen en waarbij de verbinding tussen ieder paar scharnierdelen dient gemaakt te worden door het aanbrengen van pennen of stiften doorheen de boringen. 



  Elk scharnierdeel 3-4-5-6 is gevormd door een koppel uit het lichaam 2 uitstekende benen, respectievelijk 20-21, 22-23,24-25 en 26-27, waarbij de benenkoppels van de complementaire scharnierdelen 3-4-5-6 tussen elkaar passen. 



  Zoals schematisch in figuur 3 is aangeduid, zijn de scharnierdelen 3-4-5-6 zodanig uitgevoerd dat zij een onderlinge verdraaiing van twee gekoppelde speelgoedelementen 1-1A toelaten over een hoek van minstens   180 ,   namelijk, uitgaande van een positie waarbij de lichamen 2 van de elementen 1 en 1A in elkaars verlengde gelegen zijn, minstens een hoek X van 900 in de ene richting en een hoek Y van   90  in   de andere richting. Bij voorkeur zijn de hoeken X en Y precies tot 900 begrensd, waarbij een verdere verdraaiing verhinderd wordt doordat bijvoorbeeld de beide lichamen 2 tegen elkaar stoten. 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 Zoals voornoemd is het lichaam 2 hoofdzakelijk gelegen in   één   vlak.

   De lengte A en breedte B van het speelgoedelement zijn bij voorkeur gelijk aan elkaar, terwijl de dikte D van het speelgoedelement 1/5 bedraagt van deze lengte A en breedte B. De afstand E tussen de contactvlakken van de scharnierdelen 3-4-5-6 is bij voorkeur ook gelijk aan deze afstand D. 



  In de uitvoering van de figuren 1 tot 4 bestaat het lichaam 2 uit twee parallelle op een afstand van elkaar bevestigde delen 28-29 waarvan de uiteinden de benen 20-21-22-23 vormen van de eerst genoemde scharnierdelen 3 en 4. De benen 24-25 en 26-27 staan haaks op de zijkanten van de delen 28-29. 



  In de figuren 5 tot 8 is een variante weergegeven waarbij het lichaam 2 hoofdzakelijk plaatvormig is. In het midden van dit lichaam 2 kan een cirkelvormige opening 30 zijn aangebracht, zodanig dat het speelgoedelement 1 bijvoorbeeld draaibaar over een as kan worden aangebracht. 



  In figuur 9 is nog een bijzondere uitvoeringsvorm van een speelgoedelement 1B weergegeven, waarbij aan elke zijde twee scharnierdelen, respectievelijk 3A-3B, 4A-4B, 5A-5B en 6A-6B zijn aangebracht. In de uitvoering van figuur 9 vertoont elke zijde twee complementaire scharnierdelen, zodanig dat meerdere speelgoedelementen   l   van figuur 5 kunnen gekoppeld worden aan de grotere uitvoering van figuur 9. Het is echter duidelijk dat volgens een variante aan dezelfde zijde ook uitsluitend gelijkaardige scharnierdelen kunnen worden voorzien. 



  Bij voorkeur zal het speelgoedelement 1-1A-1B bestaan uit een harde plasticsoort, zoals polypropyleen, waardoor een 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 stabiel bouwelement wordt verkregen. Het gebruik van een harde plastieksoort biedt ook het voordeel dat een goed klikeffect wordt verkregen bij het in elkaar voegen van twee speelgoedelementen 1. 



  Alle aan de hand van de figuren beschreven kenmerken hoeven niet noodzakelijk gecombineerd te zijn. 



  De speelgoedelementen volgens de uitvinding kunnnen van afbeeldingen worden voorzien, bijvoorbeeld foto, s van bekende personages, getekende afbeeldingen en dergelijke. 



  Tenslotte wordt opgemerkt dat de speelgoedelementen bij voorkeur steeds zodanig zijn uitgevoerd dat drie speelgoedelementen 1 volgens drie loodrecht op elkaar staande vlakken in elkaar passen, en zelfs zodanig dat met zes speelgoedelementen 1 een kubusvormig geheel kan worden gevormd met denkbeeldige vierkanten aan de respektievelijke zijden, die gevormd worden door de respectievelijke draaiassen, waarbij deze vierkanten overeenstemmen met het voornoemde vierkant 17. 



  De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch dergelijk speelgoedelement kan in verschillende vormen en afmetingen worden verwezelijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims

Conclusies. l.-Speelgoedelement, daardoor gekenmerkt dat het bestaat uit een lichaam (2) dat aan zijn omtrek is voorzien van complementaire scharnierdelen (3-4-5-6), zodanig dat meerdere gelijkaardige speelgoedelementen (1-1A) met hun complementaire scharnierdelen (3-4-5-6) in elkaar kunnen worden gevoegd en zodoende langs welbepaalde draaiassen (7-8-9-10) scharnierbaar, meer speciaal heen en weer klapbaar, zijn ten opzichte van elkaar.

2.-Speelgoedelement volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het aan vier zijden (11-12-13-14) is voorzien van scharnierdelen (3-4-5-6).

3.-Speelgoedelement volgens conclusie 2, daardoor gekenmerkt dat de scharnierdelen (3-4-5-6) twee aan twee aangebracht zijn, waarbij aan een paar tegenover elkaar liggende zijden (11-12) gelijkaardige scharnierdelen (3-4) zijn aangebracht, terwijl aan het andere paar tegenover elkaar liggende zijden (13-14) de complementaire scharnierdelen (5-6) zijn aangebracht.

4.-Speelgoedelement volgens conclusie 3, daardoor gekenmerkt dat de middellijnen (15-16) van de scharnierdelen (3-4-5-6) haaks op elkaar staan en dat de scharnierdelen (3-4-5-6) in het midden van de EMI7.1 respectievelijke zijden (11-12-13-14) zijn gelegen.

5.-Speelgoedelement volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de draaiassen (7-8-9-10) van de voornoemde scharnierdelen (3-4-5-6) in een vlak gelegen zijn. <Desc/Clms Page number 8> 6.-Speelgoedelement volgens conclusie 5, daardoor gekenmerkt dat de draaiassen (7-8-9-10) een fictief vierkant (17) vormen.

7.-Speelgoedelement volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de complementaire scharnierdelen (3-4-5-6) van gelijkaardige speelgoedelementen (1-1A) door middel van een klikeffect in elkaar kunnen worden gevoegd.

8.-Speelgoedelement volgens een van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het complementaire scharnierdelen (3-4-5-6) vertoont die voor twee gelijkaardige speelgoedelementen (1-1A) tussen elkaar kunnen worden geschoven en die zijdelings in elkaar aangrijpen door middel van zijdelings gerichte uitsteeksels (18) en uitsparingen (19).

9.-Speelgoedelement volgens conclusie 8, daardoor gekenmerkt dat elk scharnierdeel (3-4-5-6) gevormd is door een koppel uit het lichaam (2) uitstekende benen (20 tot 27), waarbij de benenkoppels van de complementaire scharnierdelen (3-4-5-6) tussen elkaar passen.

10.-Speelgoedelement volgens één van de conclusies 1 tot 6, daardoor gekenmerkt dat het is voorzien van penscharnieren, waarbij de scharnierdelen voorzien zijn van boringen en waarbij de verbinding tussen de scharnierdelen van met elkaar samenwerkende speelgoedelementen (1) gevormd is door pennen of stiften die doorheen de boringen zijn of moeten worden aangebracht.

11.-Speelgoedelement volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het lichaam (2) plat is <Desc/Clms Page number 9> en hoofdzakelijk door één vlak gekenmerkt is, en dat de scharnierdelen (3-4-5-6) een onderlinge verdraaiing van twee gekoppelde speelgoedelementen (1-1A) toelaten over een hoek van minstens 1800, namelijk, uitgaande van een positie waarbij de twee lichamen in elkaars verlengde gelegen zijn, minstens 90 in de ene richting en minstens 900 in de andere richting.

12.-Speelgoedelement volgens conclusie 11, daardoor gekenmerkt dat deze hoek precies 180 is, narnelijk 900 in de ene richting en 900 in de andere richting, waarbij een verdere verdraaiing verhinderd wordt doordat de beide lichamen (2) tegen elkaar aanstoten.

13.-Speelgoedelement volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het lichaam (2) zieh hoofdzakelijk volgens één vlak uitstrekt ; dat de lengte (A) en breedte (B) van het speelgoedelement (1) aan elkaar gelijk zijn ; en dat de dikte van het speelgoedelement 1/5 bedraagt van deze lengte (A) en breedte (B).

14.-Speelgoedelement volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het lichaam (2) bestaat uit twee parallelle op een afstand van elkaar bevestigde delen (28-29), waarvan de uiteinden benen (20-21-22-23) vormen die deel uitmaken van eerste scharnierdelen (3-4), waarbij haaks op deze delen (28-29), doch tegengesteld gericht eveneens benen (24-25-26-27) zijn aangebracht die complementaire scharnierdelen (5-6) vormen.

15.-Speelgoedelement volgens één van de conclusies l tot 13, daardoor gekenmerkt dat het lichaam (2) hoofdzakelijk plaatvormig is. <Desc/Clms Page number 10> 16.-Speelgoedelement volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat in het midden van het EMI10.1 lichaam (2) een cirkelvormige opening (30) is aangebracht.

17.-Speelgoedelement volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het bestaat uit een harde plasticsoort, zoals polypropyleen.