NL9500646A - Mowing bar - Google Patents

Abstract

Mowing bar 1 with a series of discs 2, 3, 4, 5 which can rotate about upwardly directed axes 15 and at least some of which discs are arranged on the top side of a bar housing 7 by means of a bearing housing 181. Each bearing housing 181 is attached to the bar housing 7 by means of bolt connections 23, 27 with at least one bolt 23. Each separate bolt 23 of bolt connections 23, 27 connecting the bearing housing 181 to the bar housing 7 fits through the bottom part 24 and the top part 25 of the bar housing 7 and through a spacer sleeve 26, which is present inside the bar housing 7, between its bottom part 24 and its top part 25. <IMAGE>

Description

Titel: MaaibalkTitle: Cutter bar

De uitvinding heeft betrekking op een maaibalk zoals omschreven in de kop van conclusie 1.The invention relates to a cutter bar as defined in the preamble of claim 1.

Dergelijke maaibalken bestaan in het algemeen uit een balkhuis, dat zich tijdens gebruik van de machine ongeveer loodrecht op de voortbewegingsrichting daarvan uitstrekt. In dit balkhuis zijn tandwielen aangebracht om de schijven te doen roteren. Enkele van deze tandwielen zijn rechtstreeks met de schijven van de maaibalk verbonden via assen en meenemers.Such cutter bars generally consist of a beam housing, which extends approximately perpendicular to the direction of travel thereof during use of the machine. Gear wheels are arranged in this beam housing to rotate the discs. Some of these sprockets are connected directly to the cutter bar discs via shafts and cleats.

Uit het DE-OS 25.52.347 is een maaibalk volgens de kop van conclusie 1 bekend, waarbij de om opwaarts gerichte assen roteerbare schijven elk door middel van een lagerhuis aan de bovenzijde van een balkhuis zijn aangebracht. Elk lagerhuis is voorzien van een huis, dat in een in het bovendeel van het balkhuis aangebrachte opening is gecentreerd, alsmede een lager en een door middel van dit lager geleide as. Op het boveneinde van deze as is een meeneemorgaan aangebracht ter bevestiging van de bijbehorende schijf en aan het ondereinde is een zich in het inwendige van het balkhuis gelegen tandwiel bevestigd. De buitendiameter van het cilindrische tandwiel is kleiner dan de diameter van de in het bovenste deel van het balkhuis aangebrachte opening. Elk lagerhuis is aan het bovendeel van het balkhuis bevestigd door middel van een reeks bouten, waarbij elk van deze bouten door de flens van het lagerhuis steekt en in een corresponderend, in het bovendeel van het balkhuis aangebracht tapgat is geschroefd.A mowing bar according to the preamble of claim 1 is known from DE-OS 25.52.347, wherein the upwardly rotating shafts of rotatable discs are each arranged on the top side of a beam housing by means of a bearing housing. Each bearing housing is provided with a housing which is centered in an opening arranged in the top part of the beam housing, as well as a bearing and an axis guided by means of this bearing. On the top end of this shaft, a carrying member is mounted for fastening the associated disc and on the bottom end a gear wheel located in the interior of the beam housing is fixed. The outer diameter of the cylindrical gear is smaller than the diameter of the opening provided in the upper part of the beam housing. Each bearing housing is attached to the top of the beam housing by a series of bolts, each of these bolts protruding through the flange of the bearing housing and screwed into a corresponding threaded hole in the upper part of the beam housing.

Door de op grond van deze constructie grote openingen, die in het bovendeel van het balkhuis moeten zijn aangebracht, ontstaan een aantal nadelen. Een eerste naueel bestaat daarin dat het balkhuis en dientengevolge de gehele maaibalk zeer sterk wordt verzwakt. Een ander nadeel bestaat daarin dat de lagerhuizen aan het zeer zwakke bovendeel zijn bevestigd. Daardoor ontstaan ontoelaatbare doorbuigingen van het balkhuis, alsmede ontoelaatbare doorbuigingen van het bovendeel opgewekt van de tijdens het werken met de machine op de schij- ven werkzame krachten. Aangezien daardoor de in het balkhuis aangebrachte cilindrische tandwielen tijdens het werken met de machine niet op de juiste wijze en betrouwbaar worden geleid, kan het na een zekere gebruiksduur van de machine komen tot beschadiging van deze tandwielen. Het is evenmin uitgesloten dat zelfs een lagerhuis uit het bovendeel van het balkhuis kan worden losgescheurd.A number of drawbacks arise due to the large openings, which must be arranged in the upper part of the beam house, on account of this construction. A first problem consists in that the beam housing and, consequently, the entire cutter bar are very strongly weakened. Another drawback is that the bearing housings are attached to the very weak upper part. This results in inadmissible deflections of the beam housing, as well as inadmissible deflections of the upper part generated by the forces acting on the discs while working with the machine. Since the cylindrical gears arranged in the beam housing are not guided correctly and reliably during working with the machine, these gears can be damaged after a certain period of use of the machine. It is also not excluded that even a bearing housing can be torn loose from the upper part of the beam housing.

Doel van de uitvinding is een maaibalk van het bovenomschreven type, met behoud van de gemakkelijke uitwisselbaarheid van het lagerhuis zodanig te verbeteren dat bij optimale bevestiging van het lagerhuis aan het balkhuis tevens een voldoende stijfheid van de maaibalk wordt verkregen. Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt met de in het kenmerk van conclusie 1 omschreven maatregelen.The object of the invention is to improve a cutter bar of the above-described type, while retaining the easy interchangeability of the bearing housing, such that with optimum attachment of the bearing housing to the beam housing also a sufficient rigidity of the cutter bar is obtained. This object is achieved according to the invention with the measures described in the characterization of claim 1.

Basisidee van de uitvinding is elke afzonderlijke bout van de de lagerhuizen met het balkhuis verbindende schroefverbindingen door het onderdeel en bovendeel van het balkhuis alsmede door een afstandsring te voeren, die zich in het inwendige van het balkhuis tussen het onderdeel en het bovendeel daarvan bevindt. Derhalve worden ter plaatse van elke opening het boven- en onderdeel van het balkhuis door boutver-bindingen vast met elkaar verbonden.The basic idea of the invention is to screw each individual bolt of the screw connections connecting the bearing housings to the beam housing through the part and top part of the beam house and through a spacer ring which is located in the interior of the beam house between the part and the top part thereof. Therefore, at each opening, the top and part of the beam housing are firmly joined together by bolted connections.

Ondanks de grote openingen verkrijgt de maaibalk daardoor een grote stijfheid. De lagerhuizen worden in hoofdzaak zonder extra maatregelen c.q. kosten op eenvoudige wijze aan het balkhuis bevestigd, zodat deze bevestigingen de tijdens het werken met de machine optredende krachten zonder gevaar voor storingen kunnen opnemen.Despite the large openings, the cutter bar achieves great rigidity. The bearing housings are attached to the beam housing in a simple manner, essentially without additional measures or costs, so that these fixings can absorb the forces that occur during the operation of the machine without the risk of malfunction.

Met de overeenkomstig de uitvinding uitgevoerde maaibalk wordt bij optimale bevestiging van de lagerhuizen aan het balkhuis een voldoende stijfheid van de maaibalk verkregen. Tegelijkertijd kan bij een noodzakelijke reparatie de gebruiker zelf een of meer lagerhuizen verwisselen.With the cutter bar designed in accordance with the invention, an optimum rigidity of the cutter bar is obtained with optimum attachment of the bearing housings to the beam housing. At the same time, during a necessary repair, the user can change one or more bearing housings himself.

In het hierna volgende wordt een uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding aan de hand van de tekening nader toegelicht. Hierin toont: fig. 1 een bovenaanzicht van een maaibalk volgens de uitvinding; fig. 2 een verticale doorsnede volgens de lijn II-II van fig. 1, welke de hartlijn van één der ondersteuningen voor de maai-elementen van de maaibalk bevat.An embodiment of the device according to the invention will be explained in more detail below with reference to the drawing. Herein: fig. 1 shows a top view of a cutter bar according to the invention; Fig. 2 is a vertical section taken on the line II-II of Fig. 1, which shows the center line of one of the supports for the cutting elements of the cutter bar.

Zoals in fig. 1 weergegeven omvat de maaibalk 1 vier schijven 2, 3, 4 en 5. Elke schijf 2, 3, 4 en 5 is voorzien van twee diametraal tegenover elkaar geplaatste messen 6 die vrij draaibaar zijn om de verticale as van het bevestigings-orgaan waarmede ze aan elke schijf 2, 3, 4 of 5 zijn bevestigd. De messen wijzen radiaal naar buiten onder invloed van de centrifugaalkracht tijdens rotatie van de schijven 2, 3, 4 en 5, in de richting van de pijlen f en f'. De messen 6 beschrijven dan banen T, welke zich, gezien in de voortbewe-gingsrichting A van de machine, tot voorbij de rand van het balkhuis 7 van de maaibalk 1 uitstrekken. Deze voorrand heeft een gegolfd profiel, waarbij de cirkelvormige sectoren 8 een straal hebben, die groter is dan de straal van de door de schijven 2, 3, 4 en 5 beschreven baan, doch kleiner dan de straal van de door de messen 6 beschreven baan T. De sectoren 8 beschermen aldus de schijven 2-5 tegen botsingen met hindernissen, welke de maaibalk tijdens bedrijf kan ontmoeten, zodat alleen de messen 6 zulke botsingen kunnen ondergaan. Daar zij verzwenkbaar zijn bevestigd, kunnen zij onder de schijven 2, 3, 4 of 5 schuiven, waardoor de kans op beschadiging van de messen 6 wordt verminderd.As shown in fig. 1, the cutter bar 1 comprises four discs 2, 3, 4 and 5. Each disc 2, 3, 4 and 5 is provided with two diametrically opposed blades 6 which are freely rotatable about the vertical axis of the attachment - means for attaching them to each disc 2, 3, 4 or 5. The blades point radially outward under the influence of the centrifugal force during rotation of the discs 2, 3, 4 and 5, in the direction of the arrows f and f '. The knives 6 then describe paths T which, viewed in the direction of travel A of the machine, extend beyond the edge of the beam housing 7 of the cutter bar 1. This leading edge has a corrugated profile, the circular sectors 8 having a radius which is greater than the radius of the path described by the discs 2, 3, 4 and 5, but smaller than the radius of the path described by the knives 6 T. The sectors 8 thus protect the disks 2-5 from collision with obstacles, which the cutter bar can meet during operation, so that only the blades 6 can undergo such collisions. Since they are mounted pivotally, they can slide under the discs 2, 3, 4 or 5, whereby the risk of damage to the knives 6 is reduced.

In fig. 1 is eveneens te zien, dat de maaibalk 1 aan één van zijn uiteinden is voorzien van een glijschoen 9, welke zich onder het balkhuis 7 uitstrekt en daardoor het glijden over de bodem mogelijk maakt, zonder slijtage van de onderzijde van het balkhuis 7. Boven de glijschoen 9 is aan het bovengedeelte van het balkhuis 7 een haakse aandrijving 10 bevestigd. Deze dient, aangedreven door een V-snaarschijf 11, voor het aandrijven van de zich in het huis 7 bevindende transmissie-organen voor het aandrijven van de schijven 2, 3, 4 en 5. De in de groeven van deze snaarschijf 11 lopende niet weergegeven snaren worden door een andere, niet weergegeven riemschijf aangedreven, welke rechtstreeks via een transmis-sie-as kan zijn verbonden met de aftakas van een trekker.In fig. 1 it can also be seen that the mowing bar 1 is provided at one of its ends with a sliding shoe 9, which extends under the beam housing 7 and thereby enables sliding over the bottom, without wear of the underside of the beam housing 7. An angular drive 10 is attached to the top part of the beam housing 7 above the sliding shoe 9. Driven by a V-belt pulley 11, it serves to drive the transmission members located in the housing 7 to drive the pulleys 2, 3, 4 and 5. The pulleys running in the grooves of this pulley 11 are not shown belts are driven by another pulley, not shown, which may be connected directly to a tractor pto via a transmission shaft.

De aandrijving van de transmissie-organen kan ook op andere wijze geschieden bijvoorbeeld door middel van een as die rechtstreeks met één der schijven 2, 3, 4 of 5 is verbonden.The transmission elements can also be driven in other ways, for example by means of a shaft which is directly connected to one of the discs 2, 3, 4 or 5.

Aan het andere uiteinde van de maaibalk 1 bevindt zich boven de schijf 5 een afgeknot kegelvormig element 12 met zich naar buiten uitstrekkende ribben 13. Dit element 12 dient voor het scheiden van het gemaaide en het ongemaaide gewas.At the other end of the cutter bar 1, above the disc 5, there is a truncated cone-shaped element 12 with outwardly extending ribs 13. This element 12 serves to separate the cut and uncut crop.

Aan hetzelfde uiteinde van de machine bevindt zich voorts nog een leiplank 14 om het door de schijven 4 en 5 gevormde zwad dichter te brengen bij het door de schijven 2 en 3 gevormde ^wad.At the same end of the machine there is furthermore a guide board 14 for bringing the swath formed by the discs 4 and 5 closer to the mud formed by the discs 2 and 3.

Zoals hierboven reeds opgemerkt, worden de schijven 2, 3, 4 en 5 in de door de pijlen f en f' aangeduide zin in rotatie gebracht ten opzichte van de in de werkstand van de machine nagenoeg verticale as 15. De transmissie-organen, welke de schijven 2-5 aandrijven, bestaan uit een reeks in elkaar grijpende tandwielen, welke zich over de totale lengte van het balkhuis 7 in het inwendige daarvan uitstrekken. Zoals in fig. 2 weergegeven is een aantal van deze tandwielen 16 rechtstreeks verbonden met een schijf 2, 3, 4 of 5 door middel van een as 17, welke door middel van twee door een tussenring 21 gescheiden lagers 19 en 20 in een huis 18 zijn gemonteerd, welke lagers zijn opgesloten door middel van veerringen 22.As already noted above, the discs 2, 3, 4 and 5 are rotated in the sense indicated by arrows f and f 'relative to the substantially vertical axis 15 in the working position of the machine. the disks 2-5 drive consist of a series of interlocking gears extending the entire length of the beam housing 7 in its interior. As shown in Fig. 2, a number of these gears 16 are directly connected to a disc 2, 3, 4 or 5 by means of a shaft 17, which is mounted in a housing 18 by means of two bearings 19 and 20 separated by an intermediate ring 21. which bearings are locked by means of spring washers 22.

Het huis 18, de lagers 19, 20, de as 17, het tandwiel 16 en de meenemer 31 vormen een lagerhuis 181.The housing 18, the bearings 19, 20, the shaft 17, the gear 16 and the driver 31 form a bearing housing 181.

Het lagerhuis 181 van elk der schijven 2-5 is met het balkhuis 7 verbonden door middel van bouten 23, welke door de bodem 24 en het deksel 25 van het balkhuis 7 steken, alsmede door de afstandsringen 26 die tussen de bodem 24 en het deksel 25 zijn aangebracht. De moeren 27 werken samen met de bouten 23 en steunen tegen de flens 28 van het huis 18 van het lagerhuis 181. De huizen 18 zijn in het deksel 25 van het balkhuis 7 gecentreerd en zijn voorzien van een groef met daarin een afdichtring 29, welke elk lagerhuis 181 afdicht ten opzichte van het balkhuis 7, waarin een zekere hoeveelheid olie voor het smeren van de transmissie-organen is opgenomen. De cirkelvormige sectoren 8, die aan de voorzijde van de machine zijn gelegen ter bescherming van de schijven 2-5, zijn bevestigd aan het deksel 25 van het balkhuis 7, bijvoorbeeld door schroeven of lassen.The bearing housing 181 of each of the disks 2-5 is connected to the beam housing 7 by means of bolts 23, which protrude through the bottom 24 and the cover 25 of the beam housing 7, as well as through the spacer rings 26 between the bottom 24 and the cover 25 are provided. The nuts 27 cooperate with the bolts 23 and rest against the flange 28 of the housing 18 of the bearing housing 181. The housings 18 are centered in the cover 25 of the beam housing 7 and are provided with a groove with a sealing ring 29 therein. sealing each bearing housing 181 relative to the beam housing 7, which contains a certain amount of oil for lubricating the transmission members. The circular sectors 8, which are located at the front of the machine to protect the disks 2-5, are attached to the cover 25 of the beam housing 7, for example by screwing or welding.

Sommige van de bouten 23 dienen tevens voor het onder elke schijf 2, 3, 4 en 5 bevestigen van een glijschoen 30, met behulp waarvan de machine tijdens bedrijf over de bodem kan glijden en slijtage van de bodem 24 van het balkhuis 7 wordt vermeden. Bij voorkeur is een glijschoen 30 met elk der cirkelvormige sectoren 8 verbonden ter bescherming van de schijven 2-5.Some of the bolts 23 also serve to fix a sliding shoe 30 under each disc 2, 3, 4 and 5, by means of which the machine can slide over the bottom during operation and wear of the bottom 24 of the beam housing 7 is avoided. Preferably, a sliding shoe 30 is connected to each of the circular sectors 8 to protect the disks 2-5.

Van elk der tandwielen 16 strekt de as 17 zich naar boven toe uit tot boven het huis 18, zodat op de as een meeneemor-gaan 31 kan worden gemonteerd, dat dient voor het daarop bevestigen van de schijven 2, 3, 4 of 5 door middel van bouten 32. Aan de onderzijde van elk meeneemorgaan 31 is een afschermplaat 33 bevestigd, welke de bovenzijde van het huis 18 afdekt teneinde de lagers 19 en 20 tegen het binnendringen van verontreinigingen te beschermen.The shaft 17 of each of the gear wheels 16 extends upwards to above the housing 18, so that a drive member 31 can be mounted on the shaft, which serves to fix the discs 2, 3, 4 or 5 thereon by by means of bolts 32. A protective plate 33 is secured to the underside of each carrier member 31, which covers the top of the housing 18 in order to protect the bearings 19 and 20 against the penetration of contaminants.

Het assembleren van de verschillende onderdelen van het lagerhuis 181 maakt de montage van de lagers 19 en 20 met grotere nauwkeurigheid mogelijk. Het is aldus mogelijk subsa-menstellingen bestaande uit het huis 18, tandwiel 16, as 17, lagers 19 en 20 met tussenring 21 en een meeneemorgaan 31 als reservedeel op te slaan. Deze subsamenstellingen leveren geen enkel probleem bij het inbouwen daarvan in een maaibalk, daar niets anders behoeft te geschieden dan het losnemen van de moeren 27 om snel en derhalve tegen lage kosten een hierboven omschreven subsamenstelling in te bouwen. Aangezien de tandwielen 16 een buitendiameter hebben, die kleiner is dan de diameter van de in het deksel 25 van het balkhuis 7 aangebrachte opening en de buitenmaten van de flens 28 van het huis 18 van het lagerhuis 181 groter zijn dan deze opening, is het niet nodig het deksel 25 van het balkhuis 7 los te nemen.Assembling the different parts of the bearing housing 181 allows mounting of the bearings 19 and 20 with greater accuracy. It is thus possible to store subassemblies consisting of the housing 18, gear 16, shaft 17, bearings 19 and 20 with intermediate ring 21 and a carrier 31 as a spare part. These sub-assemblies present no problem whatsoever when they are built into a cutter bar, as nothing else needs to be done than loosening the nuts 27 in order to install a sub-composition described above quickly and therefore at low cost. Since the gears 16 have an outer diameter which is smaller than the diameter of the opening provided in the cover 25 of the beam housing 7 and the outer dimensions of the flange 28 of the housing 18 of the bearing housing 181 are larger than this opening, it is not if necessary, remove the cover 25 from the beam housing 7.

Claims (1)

Maaibalk (I) met een reeks om opwaarts gerichte assen (15) roteerbare schijven (2, 3, 4, 5), waarvan tenminste enkele schijven door middel van een lagerhuis (181) aan de bovenzijde van een balkhuis (7) zijn aangebracht, waarbij elk lagerhuis (181) een huis (18) omvat, dat in een in het bovendeel (25) van het balkhuis (7) aangebrachte opening is gecentreerd, alsmede een in dat huis (18) aangebracht lager (19, 20. en een door middel van dit lager (19, 20) in het huis (18) geleide as (17) , waarvan het boveneinde is uitgerust met een meenemer (31) voor het daarop bevestigen van een bijbehorende schijf (2-5) en het ondereinde is verbonden met een in het inwendige van het balkhuis (7) aangebracht tandwiel (16), terwijl verder de buitendiameter van het cilindrische tandwiel (16) kleiner is dan de diameter van de in het bovendeel (25) van het balkhuis (7) aangebrachte opening en elk lagerhuis (181) door middel van boutverbindingen (23, 27) met tenminste één bout (23) aan het balkhuis (7) is bevestigd, met het kenmerk, dat elke afzonderlijke bout (23) van de het lagerhuis (181) met het balkhuis (7) verbindende boutverbindingen (23, 27) steekt door het onderste (24) en het bovenste deel (25) van het balkhuis (7) alsmede door een afstandsbus (26), die aanwezig is binnen het balkhuis (7) tussen het onderste (24) en het bovenste deel (25) daarvan.Cutter bar (I) with a series of upwardly oriented axes (15) rotatable discs (2, 3, 4, 5), of which at least some discs are mounted on top of a beam housing (7) by means of a bearing housing (181), each bearing housing (181) comprising a housing (18) centered in an opening provided in the upper part (25) of the beam housing (7), as well as a bearing (19, 20) arranged in that housing (18) shaft (17) guided by this bearing (19, 20) in the housing (18), the top end of which is equipped with a carrier (31) for mounting a corresponding disc (2-5) thereon and the bottom end connected to a gear (16) arranged in the interior of the beam housing (7), while further the outer diameter of the cylindrical gear (16) is smaller than the diameter of the opening provided in the top part (25) of the beam housing (7) and each bearing housing (181) by bolted connections (23, 27) with at least one bolt (23) to the beam housing (7) is fixed, characterized in that each individual bolt (23) of the bolt connections (23, 27) connecting the bearing housing (181) to the beam housing (7) protrudes through the lower (24) and the upper part (25) of the beam house (7) as well as by a spacer (26), which is present within the beam house (7) between the bottom (24) and the top part (25) thereof.