NL9500058A - Vehicle - Google Patents
Vehicle Download PDFInfo
- Publication number
- NL9500058A NL9500058A NL9500058A NL9500058A NL9500058A NL 9500058 A NL9500058 A NL 9500058A NL 9500058 A NL9500058 A NL 9500058A NL 9500058 A NL9500058 A NL 9500058A NL 9500058 A NL9500058 A NL 9500058A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- rails
- vehicle
- track
- vehicle according
- support frame
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60P—VEHICLES ADAPTED FOR LOAD TRANSPORTATION OR TO TRANSPORT, TO CARRY, OR TO COMPRISE SPECIAL LOADS OR OBJECTS
- B60P1/00—Vehicles predominantly for transporting loads and modified to facilitate loading, consolidating the load, or unloading
- B60P1/54—Vehicles predominantly for transporting loads and modified to facilitate loading, consolidating the load, or unloading using cranes for self-loading or self-unloading
- B60P1/5438—Vehicles predominantly for transporting loads and modified to facilitate loading, consolidating the load, or unloading using cranes for self-loading or self-unloading with a moveable base
- B60P1/5442—Vehicles predominantly for transporting loads and modified to facilitate loading, consolidating the load, or unloading using cranes for self-loading or self-unloading with a moveable base attached to the roof of the vehicle
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Transportation (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Fittings On The Vehicle Exterior For Carrying Loads, And Devices For Holding Or Mounting Articles (AREA)
Abstract
Description
Titel: VoertuigTitle: Vehicle
De uitvinding heeft betrekking op een voertuig volgens de aanhef van conclusie 1. Een dergelijk voertuig is bekend uit het Europese octrooi 0.564.557, en is in het bijzonder geschikt voor het transport van zware en breekbare plaat-vormige voorwerpen zoals glasplaten.The invention relates to a vehicle according to the preamble of claim 1. Such a vehicle is known from European patent 0.564.557, and is particularly suitable for the transport of heavy and fragile plate-shaped objects such as glass plates.
In het algemeen treedt bij het laden respectievelijk lossen van een transportvoertuig het probleem op, hoe de te transporteren voorwerpen van buiten naar een plaats in het voertuig te brengen, respectievelijk hoe de getransporteerde voorwerpen vanuit het voertuig naar buiten te brengen. Een mogelijke oplossing is natuurlijk de voorwerpen met de hand op hun plaats te tillen, maar zeker wanneer het zware voorwerpen betreft, is dat ongewenst vanwege het daartoe benodigde aantal mensen en de benodigde tijd.Generally, when loading or unloading a transport vehicle, the problem arises, how to bring the objects to be transported from outside to a place in the vehicle, or how to bring the transported objects out of the vehicle. A possible solution is of course to lift the objects into place by hand, but especially when it concerns heavy objects, this is undesirable because of the number of people required and the time required.
Een andere algemene oplossing is gebruik te maken van een speciaal laad/losvoertuig, zoals bijvoorbeeld een steekwagen, waarbij het echter noodzakelijk is gebruik te maken van een laadperron of een optilbare laadklep van het transportvoertuig. Een eerste nadeel daarbij is, dat het transportvoertuig slechts gebruikt kan worden bij laad/losplaatsen waar dergelijke voorzieningen aanwezig zijn, danwel dat het transportvoertuig zelf steeds een laad/losvoertuig mee moet nemen.Another general solution is to use a special loading / unloading vehicle, such as, for example, a hand truck, but it is necessary to use a loading platform or a liftable tail lift of the transport vehicle. A first drawback is that the transport vehicle can only be used at loading / unloading places where such facilities are present, or that the transport vehicle itself must always carry a loading / unloading vehicle.
Om niet afhankelijk te zijn van dergelijke voorzieningen heeft het reeds bekende transportvoertuig een aan het plafond van de laadruimte bevestigde, in de lengterichting van het transportvoertuig verlopende transportbaan in de vorm van een balk, waaraan een katrol is opgehangen die langs de transportbaan kan worden bewogen. Aan de katrol hangt een grijporgaan, bijvoorbeeld een haak, zodat voorwerpen in de lengterichting van het voertuig door de laadruimte verplaatst kunnen worden. Teneinde in staat te zijn om de voorwerpen nauwkeurig te positioneren in de laadruimte, is het gewenst om dat grijp- orgaan ook in de dwarsrichting van de laadruimte te kunnen verplaatsen, waartoe de balkvormige transportbaan in zijn geheel dwars op zijn lengterichting horizontaal verplaatsbaar is in de laadruimte. Teneinde in staat te zijn om de voorwerpen tot buiten de laadruimte te brengen respectievelijk van buiten de laadruimte op te pakken, is het gewenst om dat grijporgaan tot buiten de laadruimte te kunnen verplaatsen, waartoe de balkvormige transportbaan in zijn geheel in zijn lengterichting verplaatsbaar is in de laadruimte. Teneinde in staat te zijn om de laadruimte zo volledig mogelijk te benutten, dat wil zeggen voorwerpen met een zo groot mogelijke hoogte-afmeting te kunnen vervoeren, is de balkvormige transportbaan in zijn geheel samen met het dak van het voertuig verticaal verplaatsbaar.In order not to be dependent on such provisions, the already known transport vehicle has a transport track in the form of a beam mounted on the ceiling of the loading space, running in the longitudinal direction of the transport vehicle, from which is hung a pulley which can be moved along the transport track. A gripper, for example a hook, hangs from the pulley, so that objects can be moved in the longitudinal direction of the vehicle through the loading space. In order to be able to position the objects accurately in the loading space, it is desirable to be able to move said gripping member also in the transverse direction of the loading space, for which purpose the beam-shaped conveyor track can be moved horizontally in its entirety transverse to its longitudinal direction in the loading space. In order to be able to bring the articles outside the loading space or to pick them up from outside the loading space, it is desirable to be able to move that gripping member outside the loading space, for which purpose the beam-shaped conveyor track can be moved in its longitudinal direction in its entirety the cargo space. In order to be able to utilize the loading space as fully as possible, that is to say to be able to transport objects with the greatest possible height dimension, the beam-shaped conveyor track can be moved vertically together with the roof of the vehicle.
Hoewel dit bekende transportvoertuig op zich goed voldoet, beoogt de uitvinding een transportvoertuig te verschaffen dat op enkele punten is verbeterd.Although this known transport vehicle is satisfactory per se, the object of the invention is to provide a transport vehicle that has been improved in some respects.
Een nadeel van het bekende voertuig is, dat het ledig gewicht van de constructie vrij groot is. Hiervoor zijn verschillende oorzaken aan te wijzen. In de eerste plaats is de constructie van de balkvormige transportbaan vrij zwaar, enerzijds omdat deze zich uittrekt over vrijwel de gehele lengte van de laadruimte, en anderzijds omdat deze sterk genoeg moet zijn om in de uit de laadruimte stekende toestand het gewicht van de te laden voorwerpen te kunnen verwerken. Bijgevolg dienen ook de middelen om de balkvormige transportbaan in zijn lengterichting te verplaatsen alsmede de middelen om de balkvormige transportbaan dwars op zijn lengterichting te verplaatsen vrij sterk en derhalve vrij zwaar te zijn uitgevoerd.A drawback of the known vehicle is that the unladen weight of the construction is quite large. There are various reasons for this. First of all, the construction of the beam-shaped transport track is quite heavy, on the one hand because it extends over almost the entire length of the cargo space, and on the other hand because it must be strong enough to load the weight of the cargo in the condition protruding from the cargo space. to process objects. Consequently, the means for displacing the beam-shaped conveyor track in its longitudinal direction as well as the means for moving the beam-shaped conveyor track transversely to its longitudinal direction must also be of a fairly strong and therefore relatively heavy design.
In de tweede plaats zijn de middelen die nodig zijn om het dak tezamen met de (relatief zware) transportbaan-constructie te kunnen optillen, vrij zwaar en vrij duur. Zoals uit de genoemde publicatie duidelijk blijkt, is het doel van deze hefdak-constructie het verschaffen van een verbetering met betrekking tot de maximale hoogte van de voorwerpen ten opzichte van conventionele transportvoertuigen die een dergelijke hefdak-constructie niet hebben.Secondly, the means required to lift the roof together with the (relatively heavy) conveyor track construction are quite heavy and quite expensive. As is clear from the said publication, the object of this lifting roof construction is to provide an improvement in the maximum height of the objects over conventional transport vehicles which do not have such a lifting roof construction.
Het is derhalve een hoofddoel van de uitvinding om op het voertuig een gewichtsbesparing te bereiken bij een gelijkblijvend maximaal toegestaan totaalgewicht, zodat het nuttig laadvermogen van het voertuig toeneemt.It is therefore a main object of the invention to achieve a weight saving on the vehicle with a maximum permissible total weight that remains the same, so that the payload of the vehicle increases.
In het bijzonder beoogt de uitvinding een verbetering met betrekking tot de maximale hoogte van de voorwerpen ten opzichte van conventionele transportvoertuigen te verschaffen zonder gebruik te maken van een hefdak-constructie.In particular, the invention aims to provide an improvement in the maximum height of the objects compared to conventional transport vehicles without using a lifting roof construction.
Meer in het bijzonder beoogt de uitvinding een voertuig te verschaffen dat hogere voorwerpen kan bevatten dan conventionele transportvoertuigen maar waarbij het aantal beweegbare onderdelen en het gewicht van de beweegbare onderdelen is verminderd.More particularly, the invention aims to provide a vehicle which can contain higher objects than conventional transport vehicles, but wherein the number of movable parts and the weight of the movable parts is reduced.
Voor het bereiken van deze doelstellingen heeft het voertuig volgens de uitvinding de in het kenmerkende gedeelte van conclusie 1 beschreven kenmerken.In order to achieve these objectives, the vehicle according to the invention has the features described in the characterizing part of claim 1.
In het hiernavolgende zal de uitvinding nader worden verduidelijkt door beschrijving van een voorkeursuitvoeringsvorm van het voertuig volgens de uitvinding, onder verwijzing naar de tekening, waarin: de figuren 1A-1E aanzichten tonen, gedeeltelijk in doorsnede, van een voertuig volgens de onderhavige uitvinding; figuur 2A een gedeeltelijke dwarsdoorsnede toont van het voertuig van figuur 1; figuur 2B op grotere schaal een dwarsdoorsnede toont van een in het voertuig van figuur 1 toegepaste rail; figuur 3 een achteraanzicht toont van een in het voertuig van figuur 1 toegepaste dwarsbaan; figuur 4 een bovenaanzicht toont van de dwarsbaan van figuur 3, gedeeltelijk in doorsnede; figuur 5 een dwarsdoorsnede toont van die dwarsbaan volgens de lijn V-V in figuur 4; figuur 6 een bovenaanzicht toont, gedeeltelijk in doorsnede, van een in het voertuig van figuur 1 toegepaste lorrie; figuur 7 een detail toont van de lorrie van figuur 6; en figuur 8 schematisch een gedeeltelijke langsdoorsnede van het voertuig toont.In the following, the invention will be further elucidated by description of a preferred embodiment of the vehicle according to the invention, with reference to the drawing, in which: Figures 1A-1E show views, partly in section, of a vehicle according to the present invention; Figure 2A shows a partial cross-section of the vehicle of Figure 1; Figure 2B shows an enlarged cross-section of a rail used in the vehicle of Figure 1; Figure 3 shows a rear view of a cross track used in the vehicle of Figure 1; figure 4 shows a top view of the cross track of figure 3, partly in section; figure 5 shows a cross-section of said cross-section along the line V-V in figure 4; Figure 6 shows a top view, partly in section, of a trolley used in the vehicle of Figure 1; Figure 7 shows a detail of the trolley of Figure 6; and figure 8 schematically shows a partial longitudinal section of the vehicle.
In de figuren zijn gelijke of vergelijkbare onderdelen aangeduid met gelijke verwijzingscijfers.In the figures, like or similar parts are designated with like reference numerals.
De figuren IA t/m IE zijn schematische figuren, bedoeld om de constructie van het voertuig 1 volgens de uitvinding in algemene zin te illustreren.Figures IA to IE are schematic figures, intended to illustrate the construction of the vehicle 1 according to the invention in a general sense.
Figuur IA is een zijaanzicht, gedeeltelijk in doorsnede, van het voertuig 1, dat hier is weergegeven als een oplegger, getrokken door een trekker 2. Het voertuig 1 heeft een laadruimte 3 voor het transporteren van voorwerpen, die hier niet apart zijn weergegeven. Nabij de bovenkant 4 van de laadruimte 3 bevindt zich een transportbaan 10, die zich uitstrekt in de lengterichting van het voertuig 1.Figure 1A is a side view, partly in section, of the vehicle 1, which is shown here as a semi-trailer, pulled by a tractor 2. The vehicle 1 has a loading space 3 for transporting objects, which are not shown separately here. Near the top 4 of the loading space 3 there is a transport track 10, which extends in the longitudinal direction of the vehicle 1.
Figuur 1B is een bovenaanzicht van het voertuig 1, waarin het dak "doorzichtig" is gedacht. Zoals blijkt uit deze figuur, is de transportbaan 10 uitgevoerd als een kraanbaan met twee zich bij de respectieve zijkanten 5 en 6 van de laadruimte 3 bevindende langsrails 11 en 12. In de breedte-richting van het voertuig 1 strekt zich tussen de rails 11 en 12 een dwarsbaan 20 uit, welke dwarsbaan 20 in zijn geheel door middel van later te bespreken middelen verplaatsbaar is langs die kraanbaan 10, dat wil zeggen in een verplaatsings-richting die gericht is volgens de lengterichting van het voertuig 1, zoals aangeduid met de pijl PI in figuur 1B.Figure 1B is a top view of the vehicle 1, in which the roof is thought "transparent". As can be seen from this figure, the conveyor track 10 is designed as a crane track with two longitudinal rails 11 and 12 located at the respective sides 5 and 6 of the loading space 3. In the width direction of the vehicle 1, it extends between the rails 11 and 12 from a transverse track 20, which transverse track 20 as a whole can be moved along said crane track 10 by means to be discussed later, that is to say in a direction of movement directed along the longitudinal direction of the vehicle 1, as indicated by the arrow PI in Figure 1B.
Ook is in het bovenaanzicht van figuur 1B weergegeven, dat de dwarsbaan 20 in het weergegeven voorbeeld twee onderling evenwijdige dwarsrails 21 en 22 omvat, die elk in hoofdzaak haaks zijn gericht ten opzichte van de lengterichting van het voertuig 1. Tussen die dwarsrails 21 en 22 is een lorrie 30 opgesteld, welke lorrie 30 in zijn geheel door middel van later te bespreken middelen verplaatsbaar is langs die dwarsbaan 20, dat wil zeggen in een verplaatsingsrichting die gericht is volgens de breedterichting van het voertuig 1, zoals aangeduid met de pijl P2 in figuur 1B.Also shown in the top view of figure 1B, that the transverse track 20 in the example shown comprises two mutually parallel transverse rails 21 and 22, each of which are directed substantially perpendicular to the longitudinal direction of the vehicle 1. Between those transverse rails 21 and 22 a trolley 30 is arranged, which trolley 30 can be moved in its entirety by means to be discussed later along said transverse path 20, i.e. in a direction of movement directed along the width direction of the vehicle 1, as indicated by the arrow P2 in figure 1B.
De lorrie 30 draagt een grijpelement 40 zoals een ophijsbare haak 45, dat in de figuren 1A-E slechts schematisch is weergegeven als een cirkel, en dat is ingericht voor het grijpen van een voorwerp. Het zal een deskundige duidelijk zijn dat een dergelijk grijpelement 40, wegens de gecombineerde beweging van de dwarsbaan 20 langs de kraanbaan 10 (PI) en die van de lorrie 30 langs de dwarsbaan 20 (P2), het gehele vloeroppervlak van de laadruimte 3 kan bestrijken.The trolley 30 carries a gripping element 40 such as a liftable hook 45, which is shown schematically in Figs. 1A-E as a circle, and which is adapted for gripping an object. It will be clear to a person skilled in the art that such a gripping element 40, due to the combined movement of the cross track 20 along the crane track 10 (PI) and that of the trolley 30 along the cross track 20 (P2), can cover the entire floor area of the loading space 3 .
Figuur 1C is een schematisch achteraanzicht van het voertuig 1 op grotere schaal, waaruit blijkt dat de laadruimte 3 kan worden afgesloten door middel van twee deuren 61 en 62. Deze deuren 61 en 62 zijn scharnierend opgehangen in een subframe 50, ook wel aangeduid als deurdraagframe, met een in het algemeen rechthoekige vorm. In een normale bedrijfs-toestand, waarbij het voertuig 1 geschikt is om aan het verkeer deel te nemen, is dat subframe 50 hoofdzakelijk verticaal gericht, zoals geschetst in de figuren IA en 1C. In die stand heeft het subframe 50 een bovenbalk 51, een onderbalk 52 en twee zijbalken 53 en 54. De bovenbalk 51 bevindt zich nabij de bovenkant 4 van de laadruimte 3, en strekt zich uit in de dwarsrichting van het voertuig 1. De onderbalk 52 strekt zich eveneens uit in de dwarsrichting van het voertuig 1, maar bevindt zich bij de onderzijde 7 van de laadruimte 3. De linker zijbalk 53 strekt zich verticaal uit nabij de linker zijkant 5 van het voertuig 1, en de rechter zijbalk 54 strekt zich verticaal uit nabij de rechter zijkant 6 van het voertuig 1. Genoemde balken 51, 52, 53, 54 zijn met hun uiteinden aan elkaar bevestigd om een rechthoek te vormen.Figure 1C is a schematic rear view of the vehicle 1 on a larger scale, showing that the loading space 3 can be closed by means of two doors 61 and 62. These doors 61 and 62 are hingedly suspended in a subframe 50, also referred to as a door supporting frame , with a generally rectangular shape. In a normal operating condition, in which the vehicle 1 is suitable for taking part in traffic, that subframe 50 is directed substantially vertically, as outlined in Figures 1A and 1C. In that position, the subframe 50 has a top beam 51, a bottom beam 52 and two side beams 53 and 54. The top beam 51 is located near the top 4 of the cargo space 3, and extends in the transverse direction of the vehicle 1. The bottom beam 52 also extends in the transverse direction of the vehicle 1, but is located at the bottom 7 of the cargo space 3. The left sidebar 53 extends vertically near the left side 5 of the vehicle 1, and the right sidebar 54 extends vertically from near the right side 6 of the vehicle 1. Said beams 51, 52, 53, 54 are secured with their ends together to form a rectangle.
De linkerdeur 61 is door middel van scharnieren 63 scharnierend bevestigd aan de linker zijbalk 53, en de rechterdeur 62 is door middel van scharnieren 64 scharnierend bevestigd aan de rechter zijbalk 54. In de gesloten toestand zijn de deuren 61, 62 door middel van grendelorganen 65 stevig vastgeklemd aan de bovenbalk 51 en de onderbalk 52, zodat de combinatie van het subframe 50 met de deuren 61 en 62 dan een star geheel vormt.The left door 61 is hinged to the left sidebar 53 by hinges 63, and the right door 62 is hinged to the right sidebar 54 by hinges 64. In the closed condition, the doors 61, 62 are by locking members 65 firmly clamped to the top beam 51 and the bottom beam 52, so that the combination of the subframe 50 with the doors 61 and 62 then forms a rigid whole.
Het is mogelijk om toegang te krijgen tot de laadruimte 3 door de deuren 61 en 62 te openen. Hierbij bevindt het subframe 50 zich in genoemde normale bedrijfstoestand. Volgens een belangrijk aspect van de uitvinding is de bovenbalk 51 van het subframe 50 door middel van scharnieren 70 scharnierbaar bevestigd aan het frame van het voertuig 1, zoals later meer gedetailleerd zal worden besproken, zodat de combinatie van het subframe 50 met de deuren 61 en 62 kan scharnieren om een horizontale as 71 die zich bevindt nabij de bovenkant 4 van de laadruimte 3 en is gericht in de dwarsrichting van het voertuig 1. Het is daardoor mogelijk om ook toegang te krijgen tot de laadruimte 3 door de combinatie van het subframe 50 met de deuren 61 en 62 omhoog te scharnieren naar een laad/losstand waarin het deurdraagframe 50 hoofdzakelijk horizontaal is gericht, zoals geïllustreerd in het zijaanzicht van figuur 1D.It is possible to access the cargo space 3 by opening the doors 61 and 62. The subframe 50 is herein in said normal operating state. According to an important aspect of the invention, the top beam 51 of the subframe 50 is hinged to the frame of the vehicle 1 by means of hinges 70, as will be discussed in more detail later, so that the combination of the subframe 50 with the doors 61 and 62 can pivot about a horizontal axis 71 located near the top 4 of the cargo space 3 and oriented in the transverse direction of the vehicle 1. It is thereby possible to also access the cargo space 3 through the combination of the subframe 50 with the doors 61 and 62 pivoted upward to a loading / unloading position in which the door support frame 50 is oriented substantially horizontally, as illustrated in the side view of Figure 1D.
Volgens een ander belangrijk aspect van de uitvinding zijn langs de zijbalken 53 en 54 van het subframe 50 verlengingsrails 55, 56 aangebracht, en wel zodanig dat deze verlengingsrails 55, 56 zich in de horizontale laad/losstand van het deurdraagframe 50 uitstrekken in het verlengde van de zich in de laadruimte 3 bevindende rails 11 en 12 en deze naar achteren toe verlengen. In die toestand wordt de totale kraanbaan 10 van het voertuig 1 gevormd door de combinatie van de rails 11, 55 en 12, 56, zodat de kraanbaan 10 tot buiten de laadruimte 3 reikt, zoals is geschetst in figuur IE, die een met figuur 1B vergelijkbaar bovenaanzicht is van het voertuig 1, maar dan in de laad/los-toestand.According to another important aspect of the invention, extension rails 55, 56 are arranged along the side beams 53 and 54 of the subframe 50, such that these extension rails 55, 56 extend in the horizontal loading / unloading position of the door support frame 50 in line with the rails 11 and 12 located in the cargo space 3 and extend them to the rear. In that state, the entire crane track 10 of the vehicle 1 is formed by the combination of the rails 11, 55 and 12, 56, so that the crane track 10 extends beyond the loading space 3, as shown in figure 1E, which is one with figure 1B. comparable top view of the vehicle 1, but in the loading / unloading condition.
Aldus wordt bereikt, dat het door de lorrie 30 gedragen grijpelement 40 tot buiten de laadruimte 3 kan worden gebracht voor het laden/lossen van voorwerpen, aangezien de dwarsbaan 20 langs de verlengde kraanbaan 10 verplaatsbaar is tot buiten de laadruimte 3, zoals geïllustreerd in figuur IE. Het is hierbij van voordeel, dat het beweegbare "onderdeel" 20 een relatief gering gewicht heeft in vergelijking met het gewicht van het beweegbare onderdeel van het voertuig zoals beschreven in het Europese octrooi 0.564.557, namelijk de transportbaan zelf.It is thus achieved that the gripping element 40 carried by the bogie 30 can be brought outside the loading space 3 for loading / unloading objects, since the transverse track 20 can be moved along the extended crane track 10 outside the loading space 3, as illustrated in figure IE. It is advantageous here that the movable "part" 20 has a relatively low weight compared to the weight of the movable part of the vehicle as described in European patent 0.564.557, namely the transport track itself.
Wanneer de laad/loshandeling is voltooid, wordt de dwarsbaan 20 langs de kraanbaan 10 verplaatst tot binnen de laad ruimte 3, en daar gezekerd tegen ongewenste verplaatsing. Dan wordt het subframe 50 omlaag gescharnierd tot de verticale stand, en in die stand gezekerd ten opzichte van het frame van het voertuig 1.When the loading / unloading operation is completed, the transverse track 20 is moved along the crane track 10 into the loading space 3, and there secured against undesired displacement. Then the subframe 50 is pivoted down to the vertical position, and secured in that position relative to the frame of the vehicle 1.
Thans zal de constructie van een voorkeursuitvoeringsvorm van het voertuig 1 meer gedetailleerd worden beschreven.The construction of a preferred embodiment of the vehicle 1 will now be described in more detail.
Figuur 2A toont een gedeeltelijke dwarsdoorsnede van het voertuig 1 nabij de bovenzijde 4 van de laadruimte 3. Langs de linkerzijkant 5 van het voertuig 1 zijn op onderlinge afstand van elkaar staanders 8 opgesteld, zoals verticale profiel-stukken of verticale buizen, waarvan er in figuur 2 slechts één is weergegeven. Evenzo zijn langs de rechterzijkant 6 van het voertuig 1 op onderlinge afstand van elkaar verticale staanders 9 opgesteld. Deze staanders 8 en 9 maken deel uit van het frame van het voertuig 1, zoals op zich bekend.Figure 2A shows a partial cross-section of the vehicle 1 near the top 4 of the loading space 3. Along the left side 5 of the vehicle 1 uprights 8 are arranged at mutual intervals, such as vertical profile pieces or vertical pipes, of which there are shown in Figure 2 only one is shown. Similarly, vertical uprights 9 are arranged along the right-hand side 6 of the vehicle 1. These uprights 8 and 9 form part of the frame of the vehicle 1, as known per se.
Bij de bovenuiteinden van de staanders 8 en 9 is een dak 14 bevestigd.A roof 14 is attached to the top ends of the uprights 8 and 9.
Zoals reeds vermeld, strekken rails 11 en 12 zich bij de bovenzijde 4 van de laadruimte 3 uit in de lengterichting van het voertuig 1. Binnen het kader van de uitvindingsgedachte is het mogelijk, dat de buizen 8 en 9 over de gehele hoogte van de laadruimte 3 reiken, en dat het dak 14 van het voertuig 1 direct op de buizen 8 en 9 is bevestigd, terwijl de rails 11 en 12 aan de binnen-zijkant van de buizen 8 en 9 zijn bevestigd. Het verdient echter de voorkeur om, zoals geïllustreerd in figuur 2A, de rail 11 bovenop de buizen 8 te plaatsen, en de rail 12 bovenop de buizen 9 te plaatsen, waarbij dan het dak 14 op de rails 11 en 12 is bevestigd, waardoor de spoorbreedte van de door de rails 11 en 12 gedefinieerde kraanbaan 10 zo groot mogelijk is bij een gegeven breedte van het voertuig 1. In beide gevallen is de kraanbaan 10 een geïntegreerd onderdeel van het frame van het voertuig 1, en maakt deze deel uit van de draagconstructie.As already mentioned, rails 11 and 12 at the top 4 of the loading space 3 extend in the longitudinal direction of the vehicle 1. Within the scope of the inventive idea it is possible that the tubes 8 and 9 extend over the entire height of the loading space. 3, and that the roof 14 of the vehicle 1 is mounted directly on the tubes 8 and 9, while the rails 11 and 12 are mounted on the inner side of the tubes 8 and 9. However, it is preferable, as illustrated in Figure 2A, to place the rail 11 on top of the tubes 8, and to place the rail 12 on top of the tubes 9, the roof 14 then being fixed on the rails 11 and 12, whereby the the track width of the crane track 10 defined by rails 11 and 12 is as large as possible for a given width of the vehicle 1. In both cases, the crane track 10 is an integrated part of the frame of the vehicle 1, and forms part of the supporting construction.
Dit is een belangrijk voordeel ten opzichte van de transportbaan van het voertuig zoals beschreven in het Europese octrooi 0.564.557, die de draagconstructie belast.This is an important advantage over the transport path of the vehicle as described in European patent 0.564.557, which loads the supporting structure.
Opgemerkt wordt, dat ter verhoging van de sterkte desgewenst een gesloten rechthoekige of vierkante buis 86, 87 geplaatst kan zijn onder de rails 11, 12, zoals getoond in figuur 2A. Voorts kan het dak 14 gesteund worden door op de rails 11, 12 geplaatste dwarsbalken 88, zoals eveneens getoond in figuur 2A, welke balken 88 een geschikt gekozen profiel kunnen hebben.It is noted that, to increase strength, if desired, a closed rectangular or square tube 86, 87 may be placed under rails 11, 12, as shown in Figure 2A. Furthermore, the roof 14 can be supported by cross beams 88 placed on rails 11, 12, as also shown in figure 2A, which beams 88 can have a suitably chosen profile.
De rails 11 en 12 kunnen verschillende vormen hebben, maar zijn bij voorkeur identiek aan elkaar en gespiegeld opgesteld. Het zal voor een deskundige duidelijk zijn, dat de dwarsdoorsnede van de rails 11 en 12 in principe een willekeurige, voor het doel geschikte vorm kan hebben. De voorkeur wordt echter gegeven aan de geïllustreerde vorm van een C-balk, oftewel een op zijn kant geplaatste U-balk, met een lijf 81, een bovenflens 82 en een onderflens 83. Daarbij kunnen het lijf 81, de bovenflens 82 en de onderflens 83 als afzonderlijke onderdelen zijn vervaardigd en daarna aan elkaar bevestigd, bijvoorbeeld door lassen, maar bij voorkeur zijn de rails 11 en 12 als een profielstuk uit een geheel vervaardigd. De rails 11 en 12 kunnen aldus als spuitgietproduct zijn vervaardigd, maar uit het oogpunt van vervaardigingskosten verdient het de voorkeur om de rails 11 en 12 te vervaardigen door het omzetten van een vlakke plaat. Het zal duidelijk zijn dat in dat geval de hoekgedeelten afgerond zullen zijn.The rails 11 and 12 can have different shapes, but are preferably identical to each other and mirrored. It will be clear to a person skilled in the art that the cross section of the rails 11 and 12 can in principle have any shape suitable for the purpose. Preference is, however, given to the illustrated shape of a C-beam, or an U-beam placed on its side, with a web 81, a top flange 82 and a bottom flange 83. The web 81, the top flange 82 and the bottom flange 83 are manufactured as separate parts and then attached to one another, for example by welding, but preferably the rails 11 and 12 are made as one piece from one piece. The rails 11 and 12 can thus be manufactured as an injection molded product, but from the viewpoint of manufacturing costs it is preferable to manufacture the rails 11 and 12 by converting a flat plate. It will be clear that in that case the corner parts will be rounded.
Het zal duidelijk zijn dat de breedten van de bovenflens 82 en de onderflens 83 niet even groot hoeven te zijn.It will be understood that the widths of the top flange 82 and the bottom flange 83 need not be the same size.
Desgewenst kunnen de bovenflens 82 en/of de onderflens 83 bij hun vrije uiteinde zijn voorzien van een verticaal gerichte verstevigingsflens 84 en/of 85, zoals geïllustreerd in figuur 2B, welke verstevigingsflenzen 84 en 85 verschillende hoogten kunnen hebben.If desired, the top flange 82 and / or the bottom flange 83 may be provided at their free end with a vertically oriented reinforcement flange 84 and / or 85, as illustrated in Figure 2B, which reinforcement flanges 84 and 85 may have different heights.
Thans zal de constructie van de dwarsbaan 20 en de lorrie 30 meer gedetailleerd worden beschreven onder verwijzing naar de figuren 3-7. Figuur 3 toont een achteraanzicht van de dwarsbaan 20, gedeeltelijk in doorsnede en vergelijkbaar met het aanzicht van figuur 2A.The construction of the cross track 20 and the trolley 30 will now be described in more detail with reference to Figures 3-7. Figure 3 shows a rear view of the cross track 20, partly in section and comparable to the view of Figure 2A.
Zoals in deze figuren is weergegeven, omvat de dwarsbaan 20 twee evenwijdige rails 21 en 22, waarvan de vorm gelijk kan zijn aan die van de rails 11 en 12, en die haaks op de lengterichting van het voertuig gericht zijn. Bij hun uiteinden zijn de rails 21 en 22 met elkaar verbonden door zijplaten 23 en 24, waarbij de staven 23 en 24 tezamen met de rails 21 en 22 een rechthoekig subframe 25 definiëren. Het subframe 25 is in zijn geheel verrijdbaar langs de rails 11 en 12 door middel van vier wielen 26 die gemonteerd zijn op twee door de zijplaten 23 en 24 reikende assen 27. Deze assen 27 bevinden zich buiten het rechthoekig subframe 25, en zijn gelagerd in voorbij de rails 21 en 22 uitstekende eind-gedeelten van de zijplaten 23 en 24.As shown in these figures, the transverse track 20 comprises two parallel rails 21 and 22, the shape of which may be the same as that of rails 11 and 12, and which are oriented at right angles to the longitudinal direction of the vehicle. At their ends, rails 21 and 22 are joined together by side plates 23 and 24, the bars 23 and 24 together with rails 21 and 22 defining a rectangular subframe 25. The subframe 25 is movable in its entirety along the rails 11 and 12 by means of four wheels 26 which are mounted on two axles 27 extending through the side plates 23 and 24. These axles 27 are located outside the rectangular subframe 25 and are mounted in end portions of the side plates 23 and 24 protruding beyond rails 21 and 22.
In de weergegeven uitvoeringsvorm is de dwarsbaan 20 voorzien van twee motoren 100 voor het aandrijven van de verplaatsing van de dwarsbaan in de richting PI. Elke motor 100 is bevestigd aan het subframe 25 buiten genoemde, door de zijplaten 23 en 24 tezamen met de rails 21 en 22 opgespannen rechthoek, en drijft, eventueel onder tussenkomst van een niet-weergegeven transmissie-mechanisme, een uitgangstandwiel 101 aan dat aangrijpt op een op een corresponderende as 27 gemonteerd tandwiel 102.In the illustrated embodiment, the cross track 20 is provided with two motors 100 for driving the displacement of the cross track in the direction P1. Each motor 100 is attached to the subframe 25 outside of said rectangle, tensioned by the side plates 23 and 24 together with the rails 21 and 22, and drives, optionally through a transmission mechanism (not shown), an output gear 101 which engages with a gear 102 mounted on a corresponding shaft 27.
Teneinde te verzekeren dat de aangedreven wielen 26 voldoende grip hebben op de rails 11 en 12, en dat de dwarsbaan 20 steeds, ongeacht de belasting, evenwijdig aan zichzelf zal worden verplaatst, kunnen de wielen 26 zijn uitgevoerd als tandrad-wielen waarbij dan de rails 11 en 12 zijn voorzien van een bijpassende tandheugel-baan, hetgeen echter ter wille van de eenvoud niet in de figuren is weergegeven.In order to ensure that the driven wheels 26 have sufficient grip on the rails 11 and 12, and that the cross track 20 will always be moved parallel to itself, regardless of the load, the wheels 26 can be designed as gear wheels, the rails then 11 and 12 are provided with a matching rack-and-pinion track, which, however, is not shown in the figures for the sake of simplicity.
De motor 100 kan een elektrische of hydraulische motor zijn, die zijn aandrijfvermogen kan ontvangen via een meebewegende toevoerleiding, zoals op zich bekend. Aangezien de aard en constructie van de motor-aandrijving geen onderwerp vormt van de onderhavige uitvinding, en kennis daarvan voor een goed begrip van de onderhavige uitvinding niet nodig is voor een deskundige, zullen deze niet nader worden beschreven.The motor 100 can be an electric or hydraulic motor, which can receive its driving power via a moving supply line, as known per se. Since the nature and construction of the motor drive is not the subject of the present invention, and knowledge of it is not necessary for a person skilled in the art to understand the present invention, it will not be described further.
In figuur 5 zijn de assen 27 ter wille van de eenvoud niet weergegeven. De langs de dwarsbaan 20 verrijdbare lorrie 30 omvat een tweede, in hoofdzaak rechthoekig subframe 31, gevormd door zijwandplaten 32 en 33 en kopwandplaten 34 en 35. In de kopwandplaten 34 en 35 zijn vier wielen 36 roteerbaar gemonteerd, waardoor de lorrie 30 kan rijden op de bodem van de rails 21, 22. Voor het aandrijven van de verplaatsing van de lorrie 30 is een tweede motor 200 bevestigd aan een tussenschot 201 van het subframe 31. De motor 200 drijft, eventueel onder tussenkomst van een niet-weergegeven transmissie-mechanisme, een uitgangstandwiel 202 aan dat aangrijpt op een tandwiel 203, dat gemonteerd is op een as 204 die roteerbaar is gelagerd in de kopwandplaten 34 en 35. Aan de uiteinden van de as 204 zijn tandwielen 205, 206 gemonteerd, die aangrijpen op een tegen de bovenkant van de rails 21, 22 bevestigde tandheugelbaan 207, 208. Dit is meer gedetaileerd getoond in figuur 7.For the sake of simplicity, the shafts 27 are not shown in figure 5. The trolley 30 movable along the transverse track 20 comprises a second, substantially rectangular subframe 31, formed by side wall plates 32 and 33 and end wall plates 34 and 35. Four wheels 36 are rotatably mounted in the end wall plates 34 and 35, so that the trolley 30 can drive on the bottom of the rails 21, 22. To drive the displacement of the trolley 30, a second motor 200 is attached to a partition 201 of the subframe 31. The motor 200 floats, optionally through a transmission mechanism (not shown). , an output gear 202 engaging a gear 203 mounted on a shaft 204 rotatably mounted in the end wall plates 34 and 35. Gear ends 205, 206 are mounted at the ends of the shaft 204 and engage a top of rails 21, 22 mounted rack and pinion track 207, 208. This is shown in more detail in Figure 7.
De motor 200 kan een elektrische of hydraulische motor zijn, die zijn aandrijfvermogen kan ontvangen via een meebewegende toevoerleiding, zoals op zich bekend. Aangezien de aard en constructie van de motor-aandrijving geen onderwerp vormt van de onderhavige uitvinding, en kennis daarvan voor een goed begrip van de onderhavige uitvinding niet nodig is voor een deskundige, zullen deze niet nader worden beschreven.The motor 200 can be an electric or hydraulic motor, which can receive its driving power via a co-moving feed line, as known per se. Since the nature and construction of the motor drive is not the subject of the present invention, and knowledge of it is not necessary for a person skilled in the art to understand the present invention, it will not be described further.
De hijsmiddelen 40 omvatten een roteerbaar in het subframe 31 gemonteerde wikkelrol 41, die wordt aangedreven door een derde motor 300 via een vertragingsmechanisme 301. De wikkelrol 41 is voorzien van een spiraalvormige groef 42 voor het opwikkelen van een hijskabel 43, waaraan bijvoorbeeld een haak 45 kan zijn bevestigd. De haak 45 kan zijn bevestigd aan het vrije uiteinde 44 van de hijskabel 43, maar dat vrije uiteinde kan ook gefixeerd zijn aan het subframe 31, zoals geschetst, waarbij dan de haak 45 vrij kan bewegen over de door de hijskabel 43 gedefinieerde lus. Hierdoor, en doordat de hijskabel 43 de wikkelrol 41 ontmoet bij de buitenzijde van die lus, wordt verzekerd dat de haak 45 tot een bijzonder hoog niveau kan worden opgehaald.The hoisting means 40 comprise a winding roller 41 rotatably mounted in the subframe 31, which is driven by a third motor 300 via a reduction mechanism 301. The winding roller 41 is provided with a spiral groove 42 for winding a hoisting cable 43, on which for instance a hook 45 can be confirmed. The hook 45 may be attached to the free end 44 of the hoisting rope 43, but that free end may also be fixed to the subframe 31, as outlined, then the hook 45 can move freely over the loop defined by the hoisting rope 43. This, and because the hoisting cable 43 meets the wrapping roll 41 at the outside of that loop, ensures that the hook 45 can be raised to a particularly high level.
Langs de wikkelrol 41 is een roteerbare aandrukrol 46 opgesteld, om de verzekeren dat het op de wikkelrol 41 gewikkelde gedeelte van de hijskabel 43 binnen de groef 42 blijft.A rotatable pressure roller 46 is arranged along the winding roller 41 to ensure that the portion of the hoisting cable 43 wound on the winding roller 41 remains within the groove 42.
Figuur 8 toont schematisch een gedeeltelijke langs-doorsnede van het voertuig 1, genomen nabij de achterzijde daarvan, in een situatie waarbij het deurdraagframe 50 zich bevindt in een tussenstand tussen de verticale bedrijfsstand en de horizontale laad/losstand.Figure 8 schematically shows a partial longitudinal section of the vehicle 1, taken near the rear thereof, in a situation where the door supporting frame 50 is in an intermediate position between the vertical operating position and the horizontal loading / unloading position.
Met 15 is de laadvloer van het voertuig 1 aangeduid. Wanneer het deurdraagframe 50 omlaag wordt gescharnierd tot in de verticale bedrijfsstand, komt de onderbalk 52 van het deurdraagframe 50 aan te liggen tegen het uiteinde van de laadvloer 15. Duidelijk is in figuur 8 weergegeven, dat de aan het deurdraagframe 50 bevestigde verlengingsrails 55 en 56 (waarvan in dit aanzicht alleen de rail 56 is getoond) langer zijn dan de zijbalken 53, 54 van het deurdraagframe 50, althans langer dan de hoogte van de deuren (61, 62), zodat deze verlengingsrails 55 en 56 in de verticale bedrijfsstand tot onder de laadvloer 15 uitsteken. Hierdoor wordt bereikt, dat in de horizontale bedrijfsstand van het deurdraagframe 50 het vrije uiteinde van de verlengingsrails 55 en 56 zo ver mogelijk naar achteren reikt, waardoor de dwarsbaan 20 zo ver mogelijk naar buiten bewogen kan worden, zodat voorwerpen met een zo groot mogeljke horizontale afmeting behandeld kunnen worden.The loading floor of vehicle 1 is indicated by 15. When the door support frame 50 is hinged down to the vertical operating position, the bottom beam 52 of the door support frame 50 comes to bear against the end of the loading floor 15. It is clearly shown in figure 8 that the extension rails 55 and 56 attached to the door support frame 50 (of which only the rail 56 is shown in this view) are longer than the side beams 53, 54 of the door supporting frame 50, at least longer than the height of the doors (61, 62), so that these extension rails 55 and 56 in the vertical operating position protrude under the load floor 15. This ensures that, in the horizontal operating position of the door supporting frame 50, the free end of the extension rails 55 and 56 extends as far back as possible, so that the cross track 20 can be moved outward as far as possible, so that objects with the greatest possible horizontal size can be treated.
De scharnieren 70 bevinden zich met voordeel, zoals weergegeven, onder het niveau van de transportbaan 10, omdat dan gemakkelijk te realiseren is dat de bodem 83 van de rails 11, 12 goed aansluit op de bodem van de corresponderende verlengingsrails 55, 56 wanneer het deurdraagframe 50 omhoog is gescharnierd tot in de horizontale bedrijfsstand. Het zal duidelijk zijn dat een dergelijke aansluiting voor de bovenkant van de rails niet vereist is voor een goede werking; het is voldoende wanneer de bodems van de rails een "naadloze" overgang vormen die door de wielen 26 van de dwarsbaan 20 zonder problemen kan worden overwonnen.The hinges 70 are advantageously, as shown, below the level of the conveyor track 10, because it is then easy to realize that the bottom 83 of the rails 11, 12 fits well with the bottom of the corresponding extension rails 55, 56 when the door support frame 50 is hinged up to the horizontal operating position. It will be clear that such a connection for the top of the rails is not required for proper operation; it is sufficient if the bottoms of the rails form a "seamless" transition which can be overcome without problems by the wheels 26 of the cross track 20.
Bij genoemd vrije uiteinde zijn de verlengingsrails 55 en 56 voorzien van een eindaanslag 57 om te voorkomen, dat de dwarsbaan 20 tot voorbij dat uiteinde bewogen kan worden en daardoor de baan 10 kan verlaten.At said free end, the extension rails 55 and 56 are provided with an end stop 57 to prevent the cross track 20 from being moved past that end and thereby leaving the track 10.
Eventueel kan zijn voorzien in (ter wille van de eenvoud niet weergegeven) afzonderlijke verlengings-stukken die bij de vrije uiteinden van de verlengingsrails 55 en 56 gemonteerd kunnen worden om deze in de horizontale stand nog verder te verlengen, indien het gewenst is om de dwarsbaan 20 nog verder naar achteren uit de laadruimte 3 te bewegen.Optionally, separate extension pieces (not shown for simplicity's sake) may be provided which may be mounted at the free ends of extension rails 55 and 56 to extend them further in the horizontal position, if desired to extend the cross track 20 to move even further back out of the loading space 3.
Voor het uitvoeren van de scharnierbeweging van het deur-draagframe 50 kan gebruik gemaakt worden van willekeurige voor dat doel geschikte middelen, zoals een deskundige duidelijk zal zijn. In de weergegeven uitvoeringsvorm wordt daartoe gebruik gemaakt van twee hydraulische zuigercylinders 90, waarvan er in figuur 8 slechts één is getoond. Elke hydraulische zuigercylinder 90 is met een eerste uiteinde op geschikte wijze bevestigd aan de achterste verticale framebuis 8, 9 en met een tweede uiteinde aan een onder de verlengingsrails 55, 56 gemonteerde versterkingsbalk 58, waarvan de functie vergelijkbaar is met die van de balk 87.Any means suitable for that purpose can be used to perform the pivoting movement of the door-supporting frame 50, as will be clear to a person skilled in the art. In the illustrated embodiment, two hydraulic piston cylinders 90 are used for this purpose, only one of which is shown in Figure 8. Each hydraulic piston cylinder 90 is suitably attached with a first end to the rear vertical frame tube 8, 9 and with a second end to a reinforcing beam 58 mounted below the extension rails 55, 56, the function of which is similar to that of the beam 87.
Met voorkeur is het deurdraagframe 50 voorzien van bevestigingspunten 59 voor het daaraan monteren van steun-poten. Deze steunpoten, die ter wille van de eenvoud niet zijn weergegeven, kunnen dan in de horizontale laad/losstand worden bevestigd aan het deurdraagframe 50 om dat te ondersteunen. Hierdoor kan het draagvermogen van het deurdraagframe 50 worden vergroot en de belasting van de bedieningszuigers 90 worden verminderd, hetgeen in het bijzonder van belang is op de momenten dat het deurdraagframe 50 is belast met het gewicht van de dwarsbaan 20 en een daaraan hangend voorwerp. Bijgevolg hoeven de bedieningszuigers 90 minder sterk te zijn en derhalve minder groot. Dit is onder meer van voordeel, omdat omvangrijke bedieningszuigers ter plaatse van de deuropening de doorlaatruimte beperken. De steunpoten kunnen zelf steunen op bijvoorbeeld de grond danwel op steunpunten die zijn aangebracht aan het frame van het voertuig 1 zelf.Preferably, the door support frame 50 is provided with mounting points 59 for mounting support legs thereon. These support legs, which are not shown for the sake of simplicity, can then be attached to the door support frame 50 in the horizontal loading / unloading position to support it. This allows the load capacity of the door support frame 50 to be increased and the load on the actuating pistons 90 to be reduced, which is particularly important at times when the door support frame 50 is loaded with the weight of the cross track 20 and an object suspended therefrom. Consequently, the actuating pistons 90 need not be as strong and therefore less large. This is advantageous, among other things, because extensive actuating pistons at the door opening limit the passage space. The support legs can themselves rest on, for example, the ground or on support points which are arranged on the frame of the vehicle 1 itself.
Het zal voor een deskundige duidelijk zijn dat het mogelijk is de weergegeven uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding te veranderen of te modificeren, zonder de uitvindingsgedachte of de beschermingsomvang te verlaten van de uitvinding zoals beschreven in de conclusies.It will be clear to a person skilled in the art that it is possible to change or modify the illustrated embodiment of the device according to the invention, without leaving the inventive idea or the scope of the invention as described in the claims.
Zo is het bijvoorbeeld mogelijk dat de deuren niet scharnierbaar zijn aan een subframe maar met dat subframe een gesloten geheel vormen, als wordt afgezien van de mogelijkheid om via deuren toegang tot de laadruimte 3 te krijgen.For example, it is possible that the doors cannot be hinged on a subframe but form a closed whole with that subframe, if the possibility of gaining access to the loading space 3 via doors is omitted.
Voorts kan het deurdraagframe zijn voorzien van afsluitrubbers om te voorzien in een waterdichte afdichting van het deurdraagframe in gesloten, verticale toestand. Uiteraard zal ook zijn voorzien in middelen om het deurdraag-frame in de verticale toestand te vergrendelen ten opzichte van het frame van het voertuig 1. Aangezien voor dergelijke afdichtmiddelen en dergelijke grendelmiddelen gebruik gemaakt kan worden van willekeurig geschikte, op zich bekende middelen, zoals voor een deskundige duidelijk zal zijn, zijn deze niet apart weergegeven.Furthermore, the door support frame can be provided with sealing rubbers to provide a watertight seal of the door support frame in closed, vertical position. Obviously, means will also be provided for locking the door support frame in the vertical position relative to the frame of the vehicle 1. Since for such sealing means and such locking means use can be made of any suitable means known per se, such as for an expert will be clear, these are not shown separately.
Voorts kan desgewenst een voorziening zijn getroffen om het deurdraagframe in de verticale toestand af te dekken aan de bovenzijde daarvan. Figuur 8 toont daartoe een voorbeeld van een kapconstructie 95, omvattende een horizontale afdekking 96 die middels een scharnier 97 scharnierend is bevestigd aan het dak 14 of aan de achterste ligger 88, en die aan zijn vrije randen is voorzien van een naar beneden reikende kraag 98. Wanneer het deurdraagframe omhoog gescharnierd wordt, raakt de omhoog scharnierende constructie de kraag 98 en tilt daardoor de kapconstructie 95 op. In de verticale toestand van het deurdraagframe is de kapconstructie 95 ook omlaag gescharnierd, en bevindt zich dan in de in figuur 8 geschetste toestand. De kapconstructie 95 kan door zijn eigen gewicht in deze toestand blijven, maar het is ook mogelijk dat is voorzien in borgmiddelen om de kapconstructie 95 in deze toestand te zekeren, zoals voor een deskundige duidelijk zal zijn.Furthermore, if desired, provision may be made to cover the door support frame in the vertical position on the top side thereof. Figure 8 shows an example of a hood construction 95 for this purpose, comprising a horizontal cover 96 which is hingedly attached to the roof 14 or to the rear beam 88 by a hinge 97, and which is provided at its free edges with a downwardly extending collar 98 When the door support frame is hinged upward, the up-hinged construction touches the collar 98 and thereby lifts the hood construction 95. In the vertical state of the door support frame, the hood construction 95 is also hinged down, and is then in the state outlined in Figure 8. The hood structure 95 can remain in this state by its own weight, but it is also possible that locking means are provided to secure the hood structure 95 in this state, as will be clear to a person skilled in the art.
Claims (17)
Priority Applications (2)
| Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
|---|---|---|---|
| NL9500058A NL9500058A (en) | 1995-01-11 | 1995-01-11 | Vehicle |
| NL1002073A NL1002073C2 (en) | 1995-01-11 | 1996-01-11 | Vehicle with travelling overhead crane - has upwards-hinging rear door frame with rails at sides forming extensions for crane track |
Applications Claiming Priority (2)
| Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
|---|---|---|---|
| NL9500058A NL9500058A (en) | 1995-01-11 | 1995-01-11 | Vehicle |
| NL9500058 | 1995-01-11 |
Publications (1)
| Publication Number | Publication Date |
|---|---|
| NL9500058A true NL9500058A (en) | 1996-08-01 |
Family
ID=19865445
Family Applications (1)
| Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
|---|---|---|---|
| NL9500058A NL9500058A (en) | 1995-01-11 | 1995-01-11 | Vehicle |
Country Status (1)
| Country | Link |
|---|---|
| NL (1) | NL9500058A (en) |
Cited By (1)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| CN104495639A (en) * | 2014-12-16 | 2015-04-08 | 王历鑫 | Crane and transport wagon using same |
Citations (7)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| US3006486A (en) * | 1959-07-21 | 1961-10-31 | Socony Mobil Oil Co Inc | Material handling system for freight vehicles |
| FR1421478A (en) * | 1964-10-26 | 1965-12-17 | Madeleine Atel | Loading device for closed commercial vehicle |
| NL6711826A (en) * | 1967-03-17 | 1968-09-18 | ||
| US3482715A (en) * | 1967-06-22 | 1969-12-09 | Wayne Eng Corp | Power line arrangement for a crane truck |
| NL9100003A (en) * | 1991-01-03 | 1992-08-03 | Jan Van Huet Transport B V | VEHICLE AND METHOD FOR LOADING / UNLOADING THEREOF. |
| DE9302431U1 (en) * | 1993-02-19 | 1993-05-19 | Schwarz, Wilhelm, 8949 Kirchheim | Load moving device |
| WO1994003388A1 (en) * | 1992-07-31 | 1994-02-17 | Jan Van Huët Transport B.V. | Trolley |
-
1995
- 1995-01-11 NL NL9500058A patent/NL9500058A/en not_active Application Discontinuation
Patent Citations (8)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| US3006486A (en) * | 1959-07-21 | 1961-10-31 | Socony Mobil Oil Co Inc | Material handling system for freight vehicles |
| FR1421478A (en) * | 1964-10-26 | 1965-12-17 | Madeleine Atel | Loading device for closed commercial vehicle |
| NL6711826A (en) * | 1967-03-17 | 1968-09-18 | ||
| US3482715A (en) * | 1967-06-22 | 1969-12-09 | Wayne Eng Corp | Power line arrangement for a crane truck |
| NL9100003A (en) * | 1991-01-03 | 1992-08-03 | Jan Van Huet Transport B V | VEHICLE AND METHOD FOR LOADING / UNLOADING THEREOF. |
| EP0564557A1 (en) * | 1991-01-03 | 1993-10-13 | Hueet Jan Transport | Vehicle, and method for loading/unloading such vehicle. |
| WO1994003388A1 (en) * | 1992-07-31 | 1994-02-17 | Jan Van Huët Transport B.V. | Trolley |
| DE9302431U1 (en) * | 1993-02-19 | 1993-05-19 | Schwarz, Wilhelm, 8949 Kirchheim | Load moving device |
Cited By (1)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| CN104495639A (en) * | 2014-12-16 | 2015-04-08 | 王历鑫 | Crane and transport wagon using same |
Similar Documents
| Publication | Publication Date | Title |
|---|---|---|
| US4966510A (en) | Trailer for transporting golf carts and the like | |
| US4261682A (en) | Loading and unloading of vehicles | |
| EP0278558B1 (en) | Road transport vehicle suitable for two separate loads | |
| US4274789A (en) | Mechanism for loading and unloading pallets from vans | |
| RU2141905C1 (en) | Truck with body | |
| FI60827B (en) | ANGLE CONNECTION FOR CHILDREN WITHOUT FRAME AND LIGHT BUTTON | |
| US3643785A (en) | Transport system | |
| NL8601358A (en) | FORKLIFT AND VEHICLE FOR TRANSPORT THEREOF. | |
| NL2000440C1 (en) | Vehicle equipped with a loading space. | |
| BE1004903A6 (en) | Vehicle and w erkwijze for load / unload its. | |
| US3894644A (en) | Truck-mounted loader | |
| NL9500058A (en) | Vehicle | |
| EP0808780A1 (en) | Containing and transporting device with internal lift, particularly for shipment of motor cars | |
| EP2397423B1 (en) | Container system for bulk material | |
| KR101585173B1 (en) | Two column loading device for special vehicle | |
| WO1999046195A1 (en) | Method and loading device for loading and unloading cargo space | |
| WO1997008040A1 (en) | Extendible flatbed trailers | |
| EP1499516A1 (en) | Load moving device for transport vehicles | |
| CN109532622B (en) | Self-loading and unloading device for truck | |
| JP2594050Y2 (en) | Long heavy goods storage warehouse | |
| IE893605A1 (en) | Apparatus for tipping a skip | |
| BE1003414A3 (en) | Lockable laadbak. | |
| CN220562610U (en) | Flatbed and have its handling device | |
| FI81750C (en) | Device for opening the cargo compartment cargo space | |
| JP3034465U (en) | Simple cargo handling equipment installed on a truck bed |
Legal Events
| Date | Code | Title | Description |
|---|---|---|---|
| A1B | A search report has been drawn up | ||
| BC | A request for examination has been filed | ||
| BV | The patent application has lapsed |