NL9300624A - Hydraulisch bedieningsorgaan voor een afdekkap van een voertuig. - Google Patents

Description

Hydraulisch bedieningsorgaan_voor een afdekkap van een voertuig.

De uitvinding heeft betrekking op een hydraulisch orgaan voor een afdekkap van een voertuig, met ten minste een aan de afdekkap bevestigd cilinder-zuigersamenstel waarvan de arbeidsruimten via hydraulische leidingen in verbinding staan met een omschakelbare pomp.

Bedieningsorganen van het genoemde soort zijn bekend en maken onder gebruikmaking van de bekende hydraulyse arbeidscilinders een eenvoudig uitoefenen van grote krachten op relatief kleine gebieden mogelijk, hetgeen in het bijzonder bij de aangeduide toepassing voor een afdekkap van een voertuig ten gevolge van de daar vaak voor de bediening van de afdekkap zeer beperkte ruimte voordelig is. Door de gewoonlijk aangebrachte omschakelklep en de in aandrijfrichting omschakelbare pomp ontstaan de eenvoudigste randvoorwaarden voor het sturen van het bedieningsorgaan, waarbij gewoonlijk afgezien van de rechtstreeks of indirect op op de afdekkap aangrijpende arbeidscilinder(s) slechts nog een de pomp, het omschakelklep en eventuele druk-begrenzingsafsluiters, noodbedieningsin-richtingen en dergelijke omvattende pompdrager evenals de verbindende hydraulische leidingen zijn onder te brengen.

In het bijzonder bij de tegenwoordig steeds vaker gebruikte opstellingen van de afdekkap, waarbij uit ruimtebesparing wordt afgezien van een afgedekt onderbrengen van de geopende afdekkap in een overeenkomstige opneemruimte van het voertuig, ontstaan bij de tot nu toe bekende bedieningsorganen altijd weer problemen ten gevolge van de op de geopende, meer of minder in elkaar gevouwen afdekkap inwerkende rijwind. Tengevolge van de geleiding van de rijwind over de open binnenruimte van het voertuig kan daardoor ontstaan, dat op de geopende afdekkap een in sluitrich-ting werkende kracht wordt uitgeoefend, die ten minste gedeeltelijk leidt tot een sluiten van de afdekkap, hetgeen in ieder geval bij grotere rijsnelheden tot ernstige problemen kan leiden.

Afgezien van de mogelijkheid, de afdekkap in de geopende toestand mechanisch bijvoorbeeld met behulp van snapverbindingen, haken en ogen, en dergelijke vast te zetten, hetgeen natuurlijk het bedieningsconfort benadeelt, werd tot nu toe in hoofdzaak slechts op de hydraulische verhindering van de cilinder-zuigeropstelling bij geopende afdekkap vertrouwd, welke ontstaat, wanneer de pomp niet werkt, omdat de omschakelklep op zich beide zijden scheidt. Daarbij blijven altijd de zuigerstang-en zuigerzijde van de toegepaste zuiger-cilinderopstelling door de onvermijdelijke lekkage in de pomp evenals in de omschakelklep nog verbonden respectievelijk geopend, zodat de desbetreffende afdekkap in het bijzonder bij langdurig inwerken van de beschreven krachten desondanks op nadelige wijze in de gesloten stand terecht kan komen.

Afgezien van de aangeduide mechanische manieren voor het neerhouden van de afdekkap zelf komt als voor de hand liggende oplossing onder bepaalde omstandigheden nog de toepassing van zogenaamde vergrendelbare cilinders in aanmerking, waarbij de zuiger respectievelijk de zuigerstang in ten minste een bepaalde positie mechanisch ten opzichte van de cilinder is vast te leggen, hetgeen echter in het algemeen een verder complicering van de constructie betekent en ook de regeling respectievelijk de bediening van de bedieningsopstelling verder compliceert, en daardoor gevoeliger maakt voor storingen.

Het doel van de onderhavige uitvinding is, een hydraulische bedie-ningopstelling van in de inleiding vermelde soort zo te verbeteren, dat de vermelde nadelen van de bekende respectievelijk voor de hand liggende opstelling vermeden worden en dat in het bijzonder op zo eenvoudig mogelijke manier wordt verzekerd, dat de geopende afdekkap niet ongewenst door de rijwind of andere overeenkomstig inwerkende krachten gedeeltelijk geopend kan worden.

Dit doel wordt bij een hydraulische bedieningsopstelling van het in de inleiding vermelde soort zodanig opgelost, dat in de hydraulische leiding naar de de afdekkap openende arbeidsruimte een terugslagklep is aangebracht, waarvan de terugslagfunctie bij het hydraulisch sluiten van de afdekkap is uitgeschakeld. Daarmee wordt de cilinder van de, respectievelijk van één van de, op de afdekkap aangrijpende cilinder/zuiger-opstelling(en) bij het uitschakelen van de voor het openen van de afdekkap lopende pomp via de terugslagklep onder druk gehouden, waarbij praktisch geen lekkages van het in de inleiding vermelde soort kunnen optreden en een zekere hydraulische vergrendeling van de afdekkap in de geopende stand daarvan is verzekerd. Voor het gebruikelijke, hydraulisch sluiten van de afdekkap wordt de terugslagwerking van de terugslagklep op geschikte, volgens twee voordelige varianten uit te voeren manieren opgeheven, zodat een praktisch ongehinderd wegstromen van het hydraulisch medium van uit de desbetreffende cilinderruimte is verzekerd. Tijdens het gebruikelijke hydraulisch openen van de afdekkap wordt de terugslagklep zelf in de niet afgesloten richting doorstroomd, zodat dientengevolge geen wezenlijke beïnvloeding ontstaat van de gebruikelijke bediening. De terugslagklep is met betrekking tot de bouwafmeting van de totale bedieningsopstelling evenals de beheersbare vasthoudkrachten van de in de inleiding aangeduide andere mogelijkheden voor het vergrendelen van de geopende afdekkap te prefereren, omdat bijvoorbeeld het mechanische vergrendelen van de zuigerstangen bij groter wordende vasthoudkrachten ook overeenkomstig grotere bouwruimte vereist, terwijl de inbouwruimte voor de terugslagklep overeenkomstig de uitvinding geen wijziging vereist.

Bij een bedieningsopstelling volgens het vermelde soort, met ten minste twee evenwijdige cilinder/zuiger-opstellingen, is volgens een verdere voordelige uitvoering van de uitvinding een gemeenschappelijke terugslagklep voor het afsluiten van de hydraulische leidingen naar de afzonderlijke cilinder/zuiger-opstellingen aangebracht, hetgeen een zeer voordelige en plaats-besparende opstelling oplevert.

De terugslagklep kan volgens een verdere uitvoering van de uitvinding hydraulisch schakelbaar zijn uitgevoerd en volgens een stuurleiding verbonden zijn met de hydraulische leidingen naar de arbeidsruimte voor het sluiten van de afdekkap. Daarmee vervalt in het algemeen elke extra maatregel voor het schakelen respectievelijk ontgrendelen van de terugslagklep voor het normale hydraulische sluiten van de afdekkap, omdat hier nu de door de pomp daarvoor opgebrachte druk ook tegelijkertijd de ontgrendeling van de terugslagklep veroorzaakt.

Volgens een andere voordelige uitvoering van de uitvinding kan er echter ook voor zijn gezorgd, dat parallel aan de terugslagklep een druk-begrenzingsklep is aangebracht, welke bij het hydraulisch sluiten van de afdekkap vanaf een bij voorkeur instelbare drukwaarde de terugslagklep kortsluit. Op deze wijze behoeft geen afzonderlijke stuurleiding voor het inschakelen respectievelijk ontgrendelen van de terugslagklep te worden aangebracht - zodra de bij het normale sluiten van de afdekkap werkende hydraulisch druk een bepaalde ingestelde drempelwaarde voor de drukbe-grenzingsklep overschrijdt, kan onder kortsluiting van de afgesloten terugslagklep het noodzakelijk wegstromen van het hydraulische medium relatief ongehinderd plaatsvinden. Bovendien ontstaat door het inschakelen van een dergelijke terugslagklep nog het voordeel, dat drukverhogin-gen in het stelsel, die bijvoorbeeld kunnen worden veroorzaakt doordat het voertuig pal in de zon staat, worden voorkomen zodra de voor de druk-begrenzingsklep ingestelde activeringsdruk wordt overschreden, waarna het hydraulische medium naar het reservoir stroomt.

Bij een bedieningsopstelling met een pompdrager welke de pomp evenals de omschakelklep bezit, is volgens een verdere uitvoering van de uitvinding de terugslagklep en eventueel de drukbegrenzingsklep in respectievelijk aan de pompdrager geïntegreerd, waarmee eenvoudige, kosten voordelige en plaatsbesparende uitvoeringen worden verschaft, die ook met betrekking tot opslag en montage geen ten opzichte van de tot nu toe gebruikte oplossingen verhoogde montagekosten met zich meebrengen.

De uitvinding wordt in het hiernavolgende nog aan de hand van de in de tekening schematisch weergegeven uitvoeringsvoorbeelden nader verduidelijkt.

Fig. 1 toont daarbij een uitvoeringsvoorbeeld van een hydraulische bedieningsopstelling voor een niet vérder weergegeven, in een voertuig ingebouwde afdekkap, en fig. 2 toont een ander uitvoeringsvoorbeeld volgens de uitvinding.

De in fig. 1 weergegeven hydraulische bedieningsopstelling dient voor het openen en sluiten van een hier niet verder weergegeven, in een voertuig ingebouwde afdekkap. Aangebracht zijn twee met de afdekkap respectievelijk overeenkomstige verstelelementen of iets dergelijks van de afdekkap bevestigde cilinder/zuiger-opstellingen 1, 2, waarvan de zuiger 3 middels een hydraulisch medium in cilinder 4 verstelbaar is, waarbij via de zuigerstang 5 respectievelijk daarmee verbonden, niet verder weergegeven elementen de eigenlijke bediening van de afdekkap plaatsvindt.

De arbeidsruimten 6, 7 van de cilinder/zuiger-opstellingen 1, 2 zijn via hydraulische leidingen 8, 9 verbonden met een omschakelbare pomp 10, welke zijnerzijds wordt aangedreven door een elektromotor 11.

De bij het inschuiven van de cilinder/zuiger-opstelling 1, 2 met arbeidsdruk gevoede arbeidsruimte 6 zijn via de hydraulische leidingen 8 verbonden met een punt 12 f vanaf daar is de hydraulische leiding 8 voorbij de cilinder/zuiger-opstellingen 1, 2 gemeenschappelijk via een pomp-aansluiting 13 naar een omschakelklep l4 geleid, die via een zuigleiding 15 met een reservoir 16 voor hydraulisch medium in verbinding staat. De bij het uitschuiven van de cilinder/zuiger-opstelling 1, 2 met druk gevoede arbeidsruimte 7 zijn via de hydraulische leidingen 9 met een punt 17 verbonden - dat vanaf daar via opnieuw gemeenschappelijk gevoerde hydraulische leiding 9 verloopt via een pompaansluiting 18 naar de andere zijde van de omschakelklep l4. Zowel de hydraulische leiding 8 alsook de hydraulische leiding 9 staat in het gebied tussen de omschakelklep l4 en de pompaansluiting 13 respectievelijk 18 in verbinding met een naar het reservoir 16 lopende afvoerleiding 19, waarin telkens drukbegrenzings-kleppen 20 zijn ondergebracht.

Vanaf het verbindingspunt 12 van de hydraulische leidingen 8 takt zich nog een verdere leiding 21 naar het reservoir l6 af, waarin een noodklep 22 is ondergebracht, welke een handmatige noodbediening voor het sluiten van de afdekkap, bijvoorbeeld bij uitvallen van de voedingsspanning voor de motor 11, mogelijk maakt.

In de hydraulische leiding 8 naar de voor het inschuiven van de cilinder/zuiger-opstellingen 1, 2 de afdekkap openende arbeidsruimte 6 is een schakelbare terugslagklep 23 aangebracht, die via een stuurleiding 24 aan het verbindingspunt 17 met de andere arbeidsruimten 7 in verbinding staande hydraulische leiding 9 is verbonden, waarmee bij in de hydraulische leiding 9 werkzame arbeidsdruk de terugslagfunctie van de terugslagklep 23 wordt opgeheven en deze ook in de mogelijk gesperde richting doorstroombaar is.

Bij het gebruikelijke hydraulisch openen van de afdekkap door het inschuiven van de zuiger 3 in de weergegeven stand wordt met behulp van overeenkomstig omschakelen van de pomp 10 en de omschakelklep 14 via de hydraulische leiding 8 en de echter (wegens de falende druk via de stuurleiding 24) als terugslag-werkende maar in de geopende richting doorstroomde terugslagklep 23 hydraulisch medium onder druk toegevoerd aan de zuigerstang-zijdige arbeidsruimte 6 - het uit de zuigerzijdige arbeidsruimte 7 gedreven hydraulische medium komt via de hydraulische leiding 9 aan de zuigzijde van de pomp 10 respectievelijk wordt - in zoverre overtollig - via de afvoerleiding 19 weggeleid. Bij in de geopende stand van de afdekkap (respectievelijk ingeschoven zuiger 3) afgeschakelde pomp 10 is een uitschuiving van de zuiger 3 en daardoor een gedeeltelijk sluiten van de afdekkap bijvoorbeeld tengevolge van de werkende rijwind onmogelijk, omdat de zuigerstangzijdige arbeidsruimten 6 via de terugslagklep 23 hydraulisch zijn gesloten.

Bij het gebruikelijke hydraulisch sluiten van de afdekkap door het uitschuiven van de zuiger 3 werkt de arbeidsdruk via de hydraulische leidingen 9 enerzijds in de zuigerzijdige arbeidsruimte 7 en anderzijds via de stuurleidingen 24 op de daardoor ontgrendelde terugslagklep 23. Daardoor kan het uit de stangenzijdige arbeidsruimte 6 gedreven hydraulische medium via de hydraulische leiding 8 worden toegevoerd aan de zuigzijde van de pomp 10, die bovendien noodzakelijk hydraulisch medium via de omschakelklep 14 aanzuigt uit het reservoir 16.

Gestippeld aangegeven met 25 is hier een pompdrager, die de pomp 10 met de motor 11, de omschakelklep 14, de beide drukbegrenzingskleppen 20, de noodklep 22, de terugslagklep 23 en het reservoir 16 opneemt, waarbij de totale bedieningsopstelling in hoofdzaak slechts uit deze pompdrager 25. de beide cilinder/zuiger-opstellingen 1, 2 en de hydraulische leidingen 8, 9 bestaat en daardoor eenvoudig is te monteren respectievelijk in een voertuig is onder te brengen.

In de weergave van een ander uitvoeringsvoorbeeld overeenkomstig de uitvinding volgens fig. 2 zijn gelijke delen respectievelijk delen met een overeenkomstige functie eveneens aangeduid met dezelfde verwijzingstekens - ter vermijding van herhalingen wordt daarom met betrekking tot de componenten en de overeenkomstige beschrijving van de functie daarvan verwezen naar de hierboven beschreven uitvoering volgens fig. 1.

Als enige wezenlijke verandering ten opzichte van fig. 1 is bij de uitvoering volgens fig. 2 de terugslagklep 23 niet ontgrendelbaar respectievelijk schakelbaar uitgevoerd, waardoor ook geen afzonderlijke stuur-leiding. (uitgaande van punt 17 respectievelijk de hydraulische leiding 9 overeenkomstig fig. 1) vereist is. Om het mogelijk te maken dat de terug-slagfunctie van de terugslagklep 23 bij gebruikelijk hydraulisch sluiten van de afdekkap wordt opgeheven, is hier parallel aan de terugslagklep 23 een drukbegrenzingsklep 26 geschakeld, welke bij het gebruikelijke hydraulisch sluiten van de afdekkap van een bij voorkeur instelbare druk-drempel de terugslagklep 23 kortsluit. Deze drukdrempel dient gewoonlijk zodanig hoog te worden gekozen, dat slechts de bij lopende pomp 10 werkzame arbeidsdruk van het stelsel deze overtreft - afgezien daarvan kan naar believen de drukdrempel ook lager worden gekozen, waardoor onder bepaalde omstandigheden zelfs de noodklep 22 overbodig wordt, omdat dan bij het met de hand sluiten van de afdekkap (bij uitval van de arbeidsdruk) slechts deze drempel behoeft te worden overwonnen, die natuurlijk voor het verzekeren van de in het kader van de uitvinding bedoelde functie boven een gedeeltelijk sluiten van de afdekkap door de rijwind mogelijk makende drukdrempel moet liggen.

Afgezien van de getoonde uitvoeringen met een gemeenschappelijk terugslagklep voor de arbeidsruimte waarmee de afdekkap wordt geopend, kunnen natuurlijk ook afzonderlijke terugslagkleppen voor elke zuiger/-cilinder-opstelling en naar believen ook voor telkens bij de arbeidsruim-ten afzonderlijk worden aangebracht, hetgeen echter de constructieve kosten verder verhoogt.

Claims (5)

1. Hydraulische bedïeningsopstelling voor een afdekkap van een voertuig, met ten minste een aan een afdekkap bevestigde zuiger/cilinder-opstelling, waarvan de arbeidsruimten via hydraulische leidingen in verbinding staan met een omschakelbare pomp, met het kenmerk, dat in de hydraulische leiding (8) naar de arbeidsruimte (6) die de afdekkap opent, een terugslagklep (23) is aangebracht, waarvan de terugslagfunctie bij het hydraulisch sluiten van de afdekkap is uitgeschakeld.

2. Bedieningsopstelling volgens conclusie 1, met ten minste twee parallelle zuiger/cilinder-opstellingen, met het kenmerk, dat een gemeenschappelijke terugslagklep (23) voor het afsluiten (12) van de hydraulische leidingen (8) van de afzonderlijke zuiger/cilinder-opstellingen (1, 2) is aangebracht.

3. Bedieningsopstelling volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de terugslagklep (23) hydraulisch schakelaar is uitgevoerd en via een stuurleiding (24) met de hydraulische leiding (9) naar de arbeidsruimte (7) die de afdekkap sluit, is verbonden.

4. Bedieningsopstelling volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat parallel aan de terugslagklep (23) een drukbegrenzingsklep (26) is geschakeld, welke bij het hydraulisch sluiten van de afdekkap vanaf een bij voorkeur instelbare drukwaarde de terugslagklep (23) kortsluit.

5· Bedieningsopstelling volgens een der conclusies 1 tot 4, met een de pomp evenals de omschakelklep bezittende pompdrager, met het kenmerk, dat de terugslagklep (23) en eventueel de drukbegrenzingsklep (26) in respectievelijk aan de pompdrager (25) is geïntegreerd.