NL9201126A

NL9201126A - Asconstructie voor fietsen.

Info

Publication number: NL9201126A
Application number: NL9201126A
Authority: NL
Original assignee: Jin Chen Lin En Ming Chang Lin
Priority date: 1992-06-15
Filing date: 1992-06-25
Publication date: 1994-01-17
Also published as: GB2267874A; GB9212937D0; CA2071426A1; FR2693972A1; DE4221402A1; CH685486A5; US5233885A; GB2267874B; CA2071426C

Description

Asconstructie voor fietBen.

Gebied van de uitvinding

Deze uitvinding heeft betrekking op een asconstructie voor fietsen. Meer in het bijzonder, een asconstructie aangepast om roteerbaar geïnstalleerd zijn in een huls om de fiets voort te bewegen door twee aandrijfcranks onbeweeglijk gemonteerd aan de respectievelijke kanten daarvan.

Stand van de techniek

De fietsas is één van de belangrijkste aandrijfdelen van een fiets, het draagt de kracht ontvangen van twee cranks over aan een aandrijfwiel dat dan de fiets voortbeweegt.

Een fietsas volgens de bekende techniek, zoals getoond in figuur 4, omvat een longitudinale as B, een ashuis Ά, en een zogenoemde B.B.huls F.

Het ashuis A heeft twee openingen Al, A2 aan de tegenoverliggende einden, en een doorgang A3 langs zijn hartlijn aangepast om de as B hierin te ontvangen. De opening A2 heeft een grotere binnen-diameter dan de diameter Al. De doorgang A3 heeft de kleinste binnen-diameter in verhouding tot de binnendiameter van de twee openingen Al, A2 en heeft daardoor de twee zittingen A4, A5 gevormd in het aangrenzende gebied aangepast om de rest daarop te dragen.

De as B omvat een draadgedeelte BI dicht bij één uiteinde en een flens B2 aan het andere uiteinde. Een mof is gevormd in het aangrenzende gebied tussen de flens B2 en de as B zelf aangepast om de rest daarop te dragen.

De huls F, cilindrisch van vorm, heeft tenminste vijf uitgangen en een doorgang langs zijn hartlijn met binnendraadgedeelten aan de respectievelijke uiteinden van de doorgang.

Om te assembleren wordt gerefereerd naar figuur 6A. Plaats de stalen kogels C rondom de zitting A4 en breng vet aan, breng dan de as B in het huis A aan waarbij toegestaan wordt dat de kogels op de zitting van het huis A komen, zoals getoond in figuur 6B. De zitting A5 is vervolgens, zoals getoond in figuur 6C, ook voorzien van een aantal stalen kogels C daarop geplaatst, en is op zijn plaats gehouden door een instelkop D geschroefd op het schroefdraad BI, zoals getoond in figuur 6D. Moer E en pakking El zijn vervolgens op het draadgedeel-te Bl geschroefd, zoals getoond in figuur 6E. De spanning tussen de lagers C en de instelkop D moet ingesteld worden voor het huis A in de huls F geplaatst wordt waarna het huis A daar onbeweeglijk in vastgeschroefd is door een moer G, zoals getoond in figuur 6F.

Een aantal tekortkomingen komen hier uit voort; wanneer de stalen kogels C worden geplaatst, moet voorzichtig opgetreden worden om de kogels C te verhinderen te vallen; verder kan de as B ook de installatie van de lagers C hinderen. Een andere tekortkoming is dat water in de huls F kan penetreren en oxidatie van het huis A, de as B, en andere delen geplaatst in de huls F kan veroorzaken.

De uitvinder heeft met het oog daarop de onderhavige uitvinding uitgevonden.

Samenvatting van de uitvinding

Het is het primare doel van de onderhavige uitvinding te voorzien in een asconstructie voor fietsen die eenvoudig te installeren is.

Nog een doel van de onderhavige uitvinding is te voorzien in een asconstructie voor fietsen die eenvoudig in te stellen is wanneer slijtage is opgetreden.

Nog een ander doel van de onderhavige uitvinding is te voorzien in een asconstructie voor fietsen die een afvoer heeft om water af te voeren om te verhinderen dat oxidatie optreedt.

Korte beschrijving van de tekeningen

Figuur 1 is een uiteengenomen tekening van een eerste uitvoering van de huidige uitvinding; figuur IA is een uiteengenomen tekening van een tweede uitvoering van de huidige uitvinding; figuur 2 is een zij-aanzicht in doorsnede van figuur 1; figuren 3A, 3B, 3C, 3D zijn zijaanzichten in doorsnede van figuur 1 die alle installatiestappen tonen; figuur 4 is een uiteengenomen tekening van de bekende techniek; figuur 5 is een zij-aanzicht in doorsnede van figuur 4; en figuren 6A, 6B, 6C, 6D, 6E en 6F zijn zij-aanzichten in doorsnede van figuur 4 die alle installatiestappen tonen.

Gedetailleerde beschrijving van de geprefereerde uitvoering

Verwezen wordt nu naar de tekeningen waarin de figuren alleen voor het doel van het illustreren zijn en niet om datzelfde te limiteren; figuur 1 toont de onderhavige uitvinding omvattend een as 1, een ashuis 2, een stel lagers 3, 4, een flenskop 5, een instelkop 6, een huls 7, en een borgring 8.

De as 1 omvat twee flenzen 11, 12 aan tegenover elkaar liggende gedeelten daarvan. De diameter van flens 11 is groter in verhouding tot de diameter van flens 12.

Het ashuis 2, cilindrisch in vorm, heeft een doorgang 21 langs zijn hartlijn aangepast om de as 1 te ontvangen, een afgesneden gedeelte 22 aan een binnen-uiteinde gedefinieerd als een blokkeerge-bied, en twee of meer in dwarsdoorsnede ringvormige uitsteeksels 23 langs het buitenoppervlak en definieert twee koppelgebieden 24 aan de respectievelijke uiteinden en een aantal kanalen tussen iedere twee uitsteeksels 23 om water te geleiden naar het bodemgedeelte daarvan te druipen. De koppelgebieden 24 zijn zo ingericht dat de buitendiameters daarvan dimensioneel gelijk zijn aan de binnendiameters van de flenskop 5 en van de instelkop 6 om koppeling daarop makkelijk te maken. De doorgang 21 is op zo'n manier gemaakt dat de binnendiameter langzamerhand groter wordt van het ene uiteinde naar het andere. Het ashuis 2 kan uit twee halve hulsdelen bestaan zoals getoond in figuur IA, die aan elkaar bevestigd worden door middel van twee klemmen 25 die in groeven aan de respectievelijke uiteinden van iedere halve huls klemmen.

De flenskop 5 heeft een draadgedeelte 51 voor schroef-draadkoppeling met de huls 7 die een doorgang 53 heeft die zich langs zijn hartlijn uitstrekt, en heeft een flens 52. aan het tegenoverlig- 4 gende uiteinde met een opening 521 concentrisch met de opening 53, met een diameter die iets groter is dan de diameter van de as 1 en met een uitgesneden gedeelte 55 rond de opening om een sluitring 56 te ontvangen. Een mof 54 zoals getoond in figuur 2 is aangebracht in de kop 5 bij het aangrenzende gebied tussen de binnenwanden van de doorgang 53 en de flens 5 zelf, aangepast voor het lager 3 om daarop te rusten.

De instelkop 6, gevormd als een ton, heeft schroefdraad 61 op zijn buitenoppervlak, een doorgang 62 langs zijn hartlijn met een naar binnen uitstrekkend gedeelte aan één uiteinde en een kleinere diameter in verhouding tot de diameter van de doorgang hetgeen een opening 63 definieert. De opening 63 heeft een kleinere diameter dan de diameter van de doorgang 62 en een cirkelvormig uitgesneden gedeelte daarin om een sluitring 66 daarop te ontvangen.

De huls 7, zoals getoond in de figuren 4, 5, 6A tot en met 6F, is gemaakt zoals volgens de bekende techniek met een kleine maar belangrijke verbetering, dat is de afvoer 71 in het bodemgedeelte om water af te voeren dat penetreert door de uitgangen in de huls om de mogelijkheid van een oxidatiereactie te elimineren.

Opgemerkt moet dat het oppervlak van alle delen aangepast voor de lagers 3, 4 om daarop geplaatst te worden boogvormig is voor een beter contact.

Om te assembleren: plaats eerst lager 3 in de flenskop 5 met de kogels gekeerd naar het binneneinde van kop 5, zoals getoond in figuur 3A, en plaats de as 1 in het huis 2 op de manier dat de flens 12 naar voren gekeerd is, zodat de voorwaartse beweging gestopt zal worden wanneer de flens 11 het blokkeergebied 22 bereikt en er door geblokkeerd wordt. Schuif de flenskop 5 over de as 1 vanaf de flens 11 kant totdat de binnenrand van de flenskop 5 op het koppelgebied 24 glijdt en gestopt wordt door het eerste uitsteeksel 23 dat het tegenkomt, zodat de flenskop 5 afneembaar verbonden is aan het huis 2. De assemblage wordt dan in de huls 7 geschoven en door inschroeven bevestigd door middel van de uitwendige schroefdraad 51 van de flenskop 5 en de inwendige schroefdraad van de huls 7, zoals getoond in figuur 3B. Het andere lager 4 wordt dan over de as 1 geschoven en rust op het buitengedeelte van de flens 12, zoals getoond in figuur 3C. Na het lager 4 wordt ook de instelkop 6 over de as 1 geschoven waarbij de binnenrand op het koppelgebied 24 glijdt en via schroefdraad verbonden wordt met de binnenschroef draad van de huls 7. De borgring 8 kan dan op de instelkop 6 geschroefd worden en de installatie is hiermee compleet.

Volgens de onthulling van het bovenstaande omvat de onderhavige uitvinding een aantal voordelen, waarvan het eerste voordeel is dat bij afstelling die nodig is door slijtage, de afstelling gedaan kan worden door de instelkop 6 af te stellen zonder het demonteren van de as 1 uit de huls 7.

Claims

1. Asconstructie voor fietsen omvattend: een longitudinale as met twee flenzen op de as aan tegenovergestelde kanten daarvan, waarbij één van de flenzen een buitendiameter heeft groter dan de buitendiameter van de ander; een cilindrisch huis met een doorgang langs de hartlijn om de as daarin te ontvangen, met een uitgesneden gedeelte in dwarsdoorsnede aan één binneneind aangepast om de as daarin op de juiste positie te houden, met een aantal ringvormige uitsteeksels op het buitenoppervlak en, hierna te definiëren, twee koppelgebieden aan respectievelijke uiteinden geschikt gemaakt om te koppelen met een flenskop en een instelkop, respectievelijk; de flenskop heeft een buitendraadgedeelte aan één einde, een doorgang langs de hartlijn, en een flens aan het andere einde met een opening concentrisch met de doorgang; de instelkop is gevormd als een ton met een extern draad-gedeelte, een doorgang langs de hartlijn, en een opening concentrisch met de doorgang; een cilindrische huls aangepast om de as en het ashuis daarin te ontvangen, met twee of meer uitgangen daarop, een doorgang langs de hartlijn, twee interne draadgedeelten aan de respectievelijke uiteinden aangepast voor schroefdraadverbinding met de flenskop en de instelkop, en een afvoer in een bodemgedeelte daarvan; een borgring met een intern draadgedeelte aangepast om via schroefdraad verbonden te worden met de instelkop om de instelkop te verhinderen los te gaan.

2. Asconstructie voor fietsen volgens conclusie 1, waarin ieder oppervlak, aangepast om een lager te ontvangen om daarop te rusten, boogvormig is en daarop gedefinieerd is als een mof.

3. Asconstructie voor fietsen volgens conclusie 1, waarin de uitsteeksels van het ashuis een aantal kanalen definiëren aangepast om water dat in het huis penetreert te geleiden, druipend langs de kanalen naar de bodem en uit de huls.

4. Asconstructie voor fietsen volgens conclusie 3, waarin het ashuis een combinatie is van twee identieke half-hulsdelen onbeweeglijk bevestigd door bevestigingsmiddelen.

5. Asconstructie voor fietsen volgens conclusie 3, waarin het ashuis een integraal huis uit één deel is.

6. Asconstructie voor fietsen volgens conclusie 1, waarin de periferie van de opening van de flenskop een gedeelte met een gereduceerde dikte heeft aangepast om daarop een sluitring te monteren, en waarin de periferie van de opening van de instelkop een gedeelte met een gereduceerde dikte heeft aangepast om daarop een sluitring te monteren.