NL9101512A - Bed, alsmede verstelbare bedbodem en matras daarvoor. - Google Patents

Bed, alsmede verstelbare bedbodem en matras daarvoor. Download PDF

Info

Publication number
NL9101512A
NL9101512A NL9101512A NL9101512A NL9101512A NL 9101512 A NL9101512 A NL 9101512A NL 9101512 A NL9101512 A NL 9101512A NL 9101512 A NL9101512 A NL 9101512A NL 9101512 A NL9101512 A NL 9101512A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
bed
hinge
bed base
adjustable
base
Prior art date
Application number
NL9101512A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Arthrosto Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Arthrosto Bv filed Critical Arthrosto Bv
Priority to NL9101512A priority Critical patent/NL9101512A/nl
Priority to DE19924230013 priority patent/DE4230013A1/de
Publication of NL9101512A publication Critical patent/NL9101512A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61GTRANSPORT, PERSONAL CONVEYANCES, OR ACCOMMODATION SPECIALLY ADAPTED FOR PATIENTS OR DISABLED PERSONS; OPERATING TABLES OR CHAIRS; CHAIRS FOR DENTISTRY; FUNERAL DEVICES
    • A61G7/00Beds specially adapted for nursing; Devices for lifting patients or disabled persons
    • A61G7/002Beds specially adapted for nursing; Devices for lifting patients or disabled persons having adjustable mattress frame
    • A61G7/015Beds specially adapted for nursing; Devices for lifting patients or disabled persons having adjustable mattress frame divided into different adjustable sections, e.g. for Gatch position
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47CCHAIRS; SOFAS; BEDS
    • A47C20/00Head -, foot -, or like rests for beds, sofas or the like
    • A47C20/04Head -, foot -, or like rests for beds, sofas or the like with adjustable inclination
    • A47C20/041Head -, foot -, or like rests for beds, sofas or the like with adjustable inclination by electric motors
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47CCHAIRS; SOFAS; BEDS
    • A47C20/00Head -, foot -, or like rests for beds, sofas or the like
    • A47C20/08Head -, foot -, or like rests for beds, sofas or the like with means for adjusting two or more rests simultaneously
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61GTRANSPORT, PERSONAL CONVEYANCES, OR ACCOMMODATION SPECIALLY ADAPTED FOR PATIENTS OR DISABLED PERSONS; OPERATING TABLES OR CHAIRS; CHAIRS FOR DENTISTRY; FUNERAL DEVICES
    • A61G2203/00General characteristics of devices
    • A61G2203/70General characteristics of devices with special adaptations, e.g. for safety or comfort
    • A61G2203/74General characteristics of devices with special adaptations, e.g. for safety or comfort for anti-shear when adjusting furniture

Landscapes

  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Nursing (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Animal Behavior & Ethology (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • Veterinary Medicine (AREA)
  • Invalid Beds And Related Equipment (AREA)

Description

Bed, alsmede verstelbare bedbodem en matras daarvoor.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een bed, voorzien van eén onderstel en een daarop geplaatste verstelbare bedbodem voor ondersteuning van een matras, waarbij de bedbodem in lengterichting is samengesteld uit een aantal delen waarvan de naar elkaar toegekeerde, in dwarsrichting van het bed verlopende uiteinden door scharnierconstructies met elkaar zijn verbonden, en voorts voorzien van aandrijfmiddelen voor het verstellen van de delen ten opzichte van elkaar.
Dergelijke bedden worden voornamelijk in thuiszorgsituaties en ook in ziekenhuizen, bejaardentehuizen, revalidatiecentra, tehuizen voor gehandicapten en dergelijke gebruikt. De verstelbaarheid van de bedbodem van een dergelijk bed geeft de daarop aanwezige persoon de mogelijkheid in verschillende standen te liggen of zitten. Bij de gebruikelijke bedden van de bovengenoemde soort bestaan de scharnierconstructies tussen de verschillende delen van de bedbodem uit gewone draaischarnieren. Dit heeft tot gevolg, dat bij het ten opzichte van elkaar naar binnen scharnieren van twee delen van de bedbodem de daarop geplaatste matras aan de bovenzijde in de lengterichting wordt samengedrukt. In het bijzonder bij het omhoog scharnieren van het rugdeel van de bedbodem, waarop de rug en het hoofd van de persoon is gelegen, ontstaan grote wrijvings-spanningen tussen de persoon en de matras ter plaatse van het rug- en heupdeel, en wordt pas na het gaan verzitten van de persoon een comfortabele houding bereikt. Dit is bij valide personen niet zo'n probleem, doch bij minder valide personen is dan vaak hulp van buitenaf nodig om de persoon in een goede houding te plaatsen. Dit is zwaar werk en heeft veelvuldig blessures tot gevolg.
Het is een doel van de onderhavige uitvinding een bed van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, waarbij dit probleem op doeltreffende wijze is opgeheven.
Hiertoe wordt het bed volgens de onderhavige uitvinding daardoor gekenmerkt, dat ten minste één van de scharnierconstructies is uitgevoerd met een bewegingsmechanis-me voor het zowel horizontaal als verticaal ten opzichte van elkaar verplaatsen van de aangrenzende dwarsuiteinden van de betreffende delen tijdens de verstelbeweging van de scharnier-constructie daartussen.
Door deze scharnierconstructie met speciaal bewe-gingsmechanisme is het mogelijk, het betreffende deel of de betreffende delen van de bedbodem bij een hoekverstelling daarvan een zodanige beweging te laten uitvoeren, dat het effectieve of virtuele draaipunt van de scharnierbeweging bij voorkeur ongeveer samenvalt met het draaipunt van het betreffende gewricht van de op het bed liggende persoon, waardoor de persoon een zeer natuurlijke verdraaiing ondervindt en minimale wrijvingsspanningen met de matras ontstaan.
De gewenste bewegingen van het verplaatsbare deel van de bedbodem zijn eenvoudig te bewerkstelligen indien het bewe-gingsmechanisme uit een stangenstelsel bestaat.
Indien de scharnierconstructie met bewegingsmechanis-me is aangebracht tussen een stationair deel en een verstelbaar deel van de bedbodem, is het van voordeel indien de scharnierconstructie is voorzien van een scharnierend vier-stangenstelsel met één stationaire stangzijde, terwijl het uiteinde van het verstelbare deel met de tegenoverliggende stangzijde is verbonden.
In het geval dat het vierstangenstelsel een parallellogram vormt, zal het aangrenzende uiteinde van het verstelbare deel een zuivere cirkelbeweging met een vast middelpunt uitvoeren, welk middelpunt dan het virtuele of effectieve draaipunt van de scharnierconstructie vormt. Het kan in sommige gevallen echter gewenst zijn een andere beweging dan een cirkelbeweging door het aangrenzende uiteinde van het verstelbare deel van de bedbodem te laten maken, in welk geval dan de lengten van de stangzijden zodanig kunnen worden gekozen, dat de gewenste beweging, zoals bijvoorbeeld een ellipsvormige beweging, wordt bereikt.
Een gunstige uitvoering van het bed volgens de uitvinding is daardoor gekenmerkt, dat de scharnierbeweging van het betreffende verstelbare deel van de bedbodem wordt bewerkstelligd door een zwenksteun die dit deel van de bedbodem in lengterichting verschuifbaar ondersteunt en verdraaivast is bevestigd aan die stangzijde van het vierstangenstelsel aangrenzend aan de stationaire stangzijde.
Op deze wijze vindt ook de scharnierbeweging van het verstelbare deel door het bewegingsmechanisme plaats, terwijl door de verschuifbaarheid van de zwenksteun ten opzichte van het verstelbare deel geen hindering ontstaat door de verplaatsing van het aan de scharnierconstructie grenzende uiteinde van dit deel.
De verstelbewegingen van de delen van de bedbodem vinden bij voorkeur motorisch plaats met behulp van een draaiende of lineaire motor. Indien meerdere delen van de bedbodem kunnen worden versteld, dan kunnen deze verstelbewegingen zijn gekoppeld, doch ook onafhankelijk van elkaar met behulp van verschillende motoren worden uitgevoerd.
Volgens een ander aspect van de uitvinding is het gunstig wanneer zowel de bedbodem als een deze omgevend bedraam een instelbare lengte bezitten.
Door deze maatregel is het mogelijk, dat een ziekenhuis of verstrekkende instantie slechts één type bed of bedbodem in voorraad heeft dat aan de lengte van een betreffend persoon kan worden aangepast. Hierdoor worden de keuzeproblemen vermeden waarmede verstrekkende instanties zoals GMD-ziekenfondsen, ziekenhuizen en instellingen thans worden geconfronteerd, namelijk hoeveel bedden van elke lengte moeten worden aangeschaft.
De uitvinding omvat ook een bedbodem met de in het voorgaande beschreven constructie, welke als losse bedbodem op verschillende onderstellen kan worden geplaatst.
Voorts omvat de uitvinding een matras die bijzonder geschikt is voor gebruik op hét in het voorgaande beschreven bed, welke matras ten minste ter plaatse van de scharnierconstructie met bewegingsmechanisme nabij de onderzijde is uitgevoerd met een buigzaam plaatvormig element. Dit plaatvormige element voorkomt dat de matras in de tussenruimte tussen de aan de scharnierconstructie grenzende delen terechtkomt en daar beklemd raakt.
De uitvinding zal hierna worden toegelicht aan de hand van de tekening, die een uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding schematisch weergeeft.
Fig. 1, 2 en 3 zijn zeer schematische zijaanzichten van een bed met een bedbodem volgens de stand van de techniek, in een ligstand, een tussenstand en een zitstand, waarbij de gevolgen van een verstelling voor een op het bed liggend per- soon zijn geïllustreerd.
Fig. 4, 5, 6 zijn met de fig. 1, 2, 3 overeenkomende schematische zijaanzichten van een uitvoeringsvoorbeeld van het bed met een bedbodem volgens de onderhavige uitvinding.
Fig. 7 en 8 tonen schematisch de details VII respectievelijk VIII van de fig. 4 en 6, waarbij de scharniercon-structie tussen twee delen van de bedbodem is geïllustreerd.
Fig. 9 is een bovenaanzicht van de scharnierconstruc-tie volgens fig. 7.
Fig. 10 en 11 zijn schematische voorstellingen van alternatieve bewegingsmechanismen voor de scharnierconstructie volgens fig. 7 en 8.
Fig. 12 is een gedeeltelijk perspectivisch aanzicht van een gedeeltelijk weggebroken matras volgens de uitvinding voor gebruik bij het bed van de fig. 4-6.
Fig. 13-14 zijn gedeeltelijke langsdoorsneden van alternatieve uitvoeringen van de matras van fig. 12.
Fig. 15 is een bovenaanzicht van een gedeelte van het bed volgens de uitvinding.
Fig. 1-3 tonen in zeer schematisch zijaanzicht een gebruikelijke bedbodem 1 van een bed volgens de stand van de techniek. Deze bedbodem 1, die bijvoorbeeld uit een latten-, spiraal- of boxspringbodem kan bestaan, is met een omringend bedraam los op een niet weergegeven onderstel aangebracht en ondersteunt een matras 2, waarop een persoon P kan liggen. Een dergelijk bed is in het bijzonder bedoeld voor gebruik in thuiszorgsituaties doch ook in ziekenhuizen, bejaardentehuizen, tehuizen voor gehandicapten en dergelijke. Op een dergelijk bed dient een persoon niet alleen te kunnen liggen, doch bijvoorbeeld ook te kunnen zitten, waartoe de bedbodem 1 verstelbaar is uitgevoerd, teneinde te worden versteld van een vlakke horizontale ligstand volgens fig. 1 naar een zitstand volgens fig. 3.
Voor deze verstelling is de bedbodem 1 in lengterichting samengesteld uit vier delen, namelijk een rugdeel 3, een heupdeel 4, een bovenbeendeel 5 en een onderbeendeel 6.
Het rugdeel 3 en het heupdeel 4 zijn verbonden door een scharnierconstructie 7, terwijl het heupdeel 4 en het bovenbeendeel 5, respectievelijk het bovenbeendeel 5 en het onderbeendeel 6 door een scharnierconstructie 8 respectievelijk 9 zijn ver bonden. De scharnierconstructies 7, 8 en 9 bestaan uit eenvoudige pen-gatscharnieren, waarmede de delen 3, 4, 5 en 6 met hun uiteinden zuiver ten opzichte van elkaar scharnieren.
Zoals door de persoon P in de fig. 2 en 3 is geïllustreerd, wordt bij een verstelling van de bedbodem 1, en in het bijzonder bij de scharnierbeweging van het rugdeel 3 om het scharnier 7 aan het heupdeel 4 de matras 2 aan de bovenzijde in elkaar gedrukt en in feite verkort. Hierdoor wordt ook de op de matras 2 liggende persoon P als het ware in de lengterichting in elkaar en naar voren gedrukt, waardoor in de stand volgens fig. 3 een zeer onaangename en door wrijving belaste stand wordt aangenomen. In het geval van een valide persoon P kan de persoon gaan verzitten waardoor alsnog een aangename positie wordt verkregen. In het geval van een invalide of minder valide persoon P zal echter hulp van buitenaf nodig zijn om goed te kunnen gaan zitten. Dit is voor verplegend personeel een zeer belastende taak die blessures kan veroorzaken.
De fig. 4-6 tonen de bedbodem 1 volgens de uitvinding, waarbij het gewone scharnier 7 tussen het rugdeel 3 en het heupdeel 4 van de bedbodem 1 is vervangen door een speciale, van een bewegingsmechanisme voorziene scharnierconstructie 10, die ervoor zorgt dat bij de scharnierbeweging van het rugdeel 3 ten opzichte van het heupdeel 4 van de bedbodem 1 het uiteinde 3' van het rugdeel 3 zowel in horizontale als in verticale richting ten opzichte van het heupdeel 4 wordt verplaatst, waardoor een virtueel of effectief scharnierpunt 11 wordt verkregen, dat ongeveer ter hoogte van de contactplaats tussen de persoon P en de matras 2 is gelegen, waardoor de bovenzijde van de matras 2 slechts wordt gebogen en niet in lengterichting wordt samengedrukt, waardoor de natuurlijke houding van de persoon P op de matras 2 wordt gehandhaafd en altijd een aangename positie aanwezig blijft, waardoor een verzitten of verplaatsen van deze persoon niet nodig is. Overigens wordt opgemerkt, dat een dergelijke scharnierconstructie als die tussen het rugdeel 3 en het heupdeel 4, ook tussen de andere delen van de bedbodem 1 kan zijn aangebracht, doch voor het bereiken van een bevredigend resultaat is de aanbrenging tussen het rugdeel 3 en het heupdeel 4 reeds voldoende .
De fig. 7-9 tonen de verschillende onderdelen van de scharnierconstructie 10 aan één zijde van het bed, waarbij moet worden overwogen dat een dergelijke scharnierconstructie in het algemeen ook aan de andere zijde is aangebracht. Te herkennen zijn de delen 3 en 4 van de bedbodem 1, die door middel van de speciale scharnierconstructie 10 met elkaar zijn verbonden. De scharnierconstructie 10 omvat als bewegingsme-chanisme een parallellogramvormig stangenstelsel met één stationaire stangzijde, twee scharnierende stangzijden en een verplaatsbare stangzijde. De stationaire stangzijde wordt gevormd door het onderstel of het bedraam 12, waaraan het heup-deel 4 vast is bevestigd. Eén scharnierbare stangzijde is gevormd door een geknikte arm 13 die door een scharnier 14 scharnierbaar met het bedraam 12, respectievelijk het heupdeel 4 is verbonden. De tegenoverliggende scharnierende stangzijde van het stangenstelsel wordt gevormd door een tuimelaar 16 die door een scharnier 17 met het bedraam 12 is verbonden. De vierde, tegenover de stationaire zijde gelegen stangzijde van het stangenstelsel wordt gevormd door een profieldeel 18, waarop een steun 19 loodrecht en verdraaivast is bevestigd, welke steun 19 aan zijn bovenste uiteinde een scharnier 20 aan het uiteinde 3' van het rugdeel 3 draagt. Het profieldeel 18 is met behulp van scharnieren 21 en 22 met de arm 13 respectievelijk de tuimelaar 16 verbonden.
Aan de tuimelaar 16 is verdraaivast een zwenksteun 23 bevestigd, die het rugdeel 3 van de bedbodem bij een oplegging 24 verschuifbaar ondersteunt en bij een verstelling van de scharnierconstructie 10 het rugdeel 3 van de bedbodem 1 doet verzwenken. De verschuivingsvrijheid tussen het rugdeel 3 en de zwenksteun 23 compenseert de verplaatsing van het uiteinde 3' van het rugdeel 3 ten opzichte van de zwenksteun 23.
Een draaiende aandrijfmotor, waarvan in de tekening slechts de uitgaande as 25 is weergegeven, grijpt via een arm 26 en een overbrengingsstang 27 via een scharnier 28 op de tuimelaar 16 aan, zodanig dat een verdraaiing van de uitgaande as 25 van de motor resulteert in een verdraaiing van de tuimelaar 16 om het scharnier 17 en derhalve een verstelbeweging van de gehele scharnierconstructie 10. Uiteraard zal in plaats van de draaiende motor ook een lineaire motor, zoals een cilinder- zuiger samenstel, kunnen worden toegepast, die op één van de beweegbare stangzijden van het vierstangenstelsel aan- grijpt.
Uit een vergelijking van de fig. 7 en 8 zal duidelijk zijn, dat de verstelling van het rugdeel 3 van de bedbodem enerzijds bestaat uit een verzwenking of scharnierbeweging van het rugdeel 3 om het scharnier 20 aan zijn uiteinde 3', en anderzijds uit zowel een horizontale als verticale verplaatsing van zijn uiteinde 3' ter plaatse van het scharnier 20. In het weergegeven geval voert het aangrenzende uiteinde 3' van het rugdeel 3 van de bedbodem een zuivere cirkelbeweging met als middelpunt het virtuele scharnierpunt 11 uit vanwege de parallellogramconstructie van het vierstangenstelsel van de scharnierconstructie 10. Dit effectieve scharnierpunt 11 zal bij voorkeur op de contactplaats tussen de matras 2 en de daarop liggende persoon P of ter plaatse van het heupgewricht daarvan liggen, waardoor de persoon P alleen een zwenkbewe-ging van zijn bovenlichaam ondervindt en niet in de lengterichting in elkaar en naar voren wordt gedrukt. In plaats van een parallellogramvormig vierstangenstelsel van de scharnierconstructie 10, kan ook voor een andere vorm worden gekozen, waardoor het onderste uiteinde 3' van het rugdeel 3 geen zuivere cirkelbeweging uitvoert, doch bijvoorbeeld een ellipsvormige beweging of dergelijke. Vele factoren kunnen bepalen wat de meest gunstige verstelbeweging van het rugdeel 3 is.
De fig. 10 en 11 tonen alternatieve uitvoeringsvormen van het als stangenstelsel geconstrueerde bewegingsmechanisme van de scharnierconstructie 10. Deze stangenmechanismen zijn zodanig ontworpen, dat het bij het scharnier 20 gelegen uiteinde 3' van het rugdeel 3 bij een bovenwaartse verzwenking van het rugdeel 3 een grotere verticale dan horizontale verplaatsing ondergaat en derhalve geen cirkelvormige beweging uitvoert. In fig. 10 is daartoe de effectieve lengte van de arm 13 tussen de scharnieren 14 en 21 korter gemaakt dan de effectieve lengte van de tuimelaar 16 tussen de scharnieren 17 en 22. Ook de lengte van het bedraam tussen de scharnieren 14 en 17 is kleiner dan de lengte van het tegenoverliggende pro-fieldeel 18 tussen de scharnieren 21 en 22. Door deze ongelijke lengten staan uiteraard de tegenoverliggende stangzijden van het vierstangenstelsel niet evenwijdig aan elkaar. Voorts is de steun 19 voor het scharnier 20 niet tussen de scharnieren 21 en 22 aan het profiel 18 bevestigd, doch op een ver lengstuk 18' voorbij het scharnier 22 daarvan. Tenslotte is de zwenksteun 23 niet direct aan de tuimelaar 16 bevestigd, doch deze is afzonderlijk opgehangen aan een scharnier 29 dat op dezelfde hoogte ligt als het scharnier 17. Een stang 30 tussen de tuimelaar 16 en de zwenksteun 23 zorgt ervoor dat de zwenksteun 23 dezelfde hoekverdraaiing ondergaat als de tuimelaar 16. Dit alles heeft tot gevolg dat het scharnier 20 de beweging volgens de getekende pijl kan uitvoeren, waarbij in de eindstand het scharnier 20 ongeveer boven het scharnier 29 van de zwenksteun 23 is gelegen.
In de uitvoeringsvorm volgens fig. 11 is de arm 13 vervangen door een sleuf 13', waarin het scharnier 21 kan schuiven. Doordat het scharnier 21 in dit geval alleen een horizontale verplaatsing uitvoert en het scharnier 22 een cirkelbeweging, zal de baan van het scharnier 20 volgens de weergegeven pijl elliptisch zijn. Als verder alternatief kan de arm 13 vanaf het profiel 18 benedenwaarts verlopen en om een onderste scharnier draaien.
Zoals eerder is vermeld, kunnen de scharnierconstruc-ties tussen de andere delen van de bedbodem op gelijksoortige wijze of althans volgens hetzelfde principe als de scharnier-constructie 10 zijn uitgevoerd. De beweging van het bovenbeen-deel 5 van de bedbodem 1 kan overigens onafhankelijk van de beweging van het rugdeel 3 worden uitgevoerd, of als alternatief ook daarmede zijn gekoppeld. Ook zijn uiteraard andere posities mogelijk dan in fig. 6 is weergegeven.
Uit de voorgaande beschrijving en in het bijzonder uit de fig. 4-6 wordt duidelijk, dat bij een verstelling van de scharnierconstructie 10 het rugdeel 3 en het heupdeel 4 van de bedbodem 1 van elkaar af en naar elkaar toe worden verplaatst, zodat een groter en kleiner wordende tussenruimte wordt gevormd. Hierbij bestaat het gevaar, dat bij het kleiner worden van de tussenruimte tussen de delen 3 en 4 de matras 2 in de tussenruimte terechtkomt en bekneld raakt, waardoor beschadigingen aan de matras 2 of aan de bedbodem 1 kunnen ontstaan. Uiteraard is het mogelijk de delen 3 en 4 verschuivend te laten overlappen, zodat geen tussenruimte ontstaat. Anderzijds is het mogelijk de matras zodanig uit te voeren, dat wordt verhinderd dat deze in de ruimte tussen de delen 3 en 4 bekneld raakt. Mogelijke uitvoeringen van de laatstgenoemde oplossing zijn weergegeven in de fig. 4-6 en 12-14.
De fig. 4-6 tonen dat de matras 2 ten minste in het gebied van de scharnierconstructie 10 van de bedbodem 1 is voorzien van een buigzaam plaatvormig element 31. Dit plaat-vormige element 31 is aan of nabij de onderzijde van de matras 2 geplaatst en strekt zich bij voorkeur over de gehele breedte van de matras 2 uit. Hoewel het plaatvormige element 31 buigzaam is, dient het voldoende stijfheid te bezitten teneinde te verhinderen dat dit in de tussenruimte tussen de delen 3 en 4 geraakt.
In fig. 12 is een eerste wijze van verwerking in de matras weergegeven, waarbij de plaat is opgenomen tussen de matras en een verwijderbare hoes 33. Deze wijze van aanbrenging van het plaatvormige element 31 is in het bijzonder geschikt voor gewone matrassen die naderhand van het plaatvormige element 31 kunnen worden voorzien. Ten behoeve van de ventilatie is het plaatvormige element 31 van ventilatie-openin-gen 32 voorzien. Verder kunnen maatregelen zijn genomen teneinde te verhinderen dat het plaatvormige element 31 ten opzichte van de matras 2 verschuift.
Fig. 13 toont een andere uitvoeringsvorm, waarbij het plaatvormige element 31 in de van schuimmateriaal, zoals latex, vervaardigde matras 2 is opgenomen. Het plaatvormige element 31 kan daarbij aan de oppervlakte zijn gelegen en met verankeringsorganen aan het schuimmateriaal zijn verankerd, doch het plaatvormige element 31 kan ook geheel zijn ingeschuimd en op een afstand van de onderzijde van de matras 2 zijn gelegen. Deze afstand kan bijvoorbeeld 15 è 20 mm bedragen.
Fig. 14 toont een laatste uitvoeringsvorm, waarbij het plaatvormige element 31 op de buitenzijde van de matras 2 is bevestigd, bijvoorbeeld met behulp van lijm die over het gehele oppervlak van het plaatvormige element 31 of over een gedeelte daarvan is aangebracht, bijvoorbeeld over een smalle strook in de dwarsrichting van de matras 2. Uiteraard zijn ook andere verbindingsmethoden mogelijk. Het plaatvormige element 31 kan zowel binnen of buiten de tijk van de matras zijn aangebracht .
Een verder aspect van de onderhavige uitvinding blijkt uit fig. 15, waarin is te zien dat het bedraam 12, dat om de bedbodem 1 verloopt en te zamen daarmede een eenheid vormt die op een onderstel kan worden geplaatst, een verstelbare lengte bezit, teneinde te zamen met een eveneens in de lengterichting verstelbare bedbodem 1 te kunnen worden versteld. Hierdoor behoeft slechts één standaard inlegraam in voorraad te worden gehouden, dat desgewenst kan worden verlengd indien dit voor een lang persoon moet worden gebruikt.
In het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld is de ver-stelmogelijkheid van het bedraam 12 verschaft door het bedraam 12 in de lengterichting in twee delen 12' en 12" te verdelen. In het ene, door een profieldeel gevormd bedraamdeel 12' is een stang 34 bevestigd waarover het andere bedraamdeel 121' kan schuiven voor het instellen van de lengte. Met behulp van een kleminrichting of eenvoudige pen-gatvergrendelingen 35 kunnen de bedraamdelen 12' en 121' ten opzichte van elkaar in de gewenste lengtestand worden vastgezet.
In het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld is de bedbodem 1 in lengterichting verstelbaar met behulp van de schar-nierconstructie 9 tussen het bovenbeendeel 5 en het onderbeen-deel 6 van de bedbodem 1, welke scharnierconstructie 9 tussen profieldelen 36, 37 is aangebracht, welke profieldelen 36, 37 ten opzichte van het bovenbeendeel 5 respectievelijk het on-derbeendeel 6 verschuifbaar zijn, teneinde enerzijds de delen 5 en 6 van de bedbodem 1 van elkaar af en naar elkaar toe te kunnen verstellen voor het instellen van de lengte van de bedbodem 1 en anderzijds de stand van de scharnierconstructie 9 ten opzichte van de beide delen 5 en 6 te kunnen instellen voor het regelen van de effectieve lengte van de beide delen 5 en 6, in het bijzonder voor het afstemmen van de lengte van het bovenbeendeel 5 op de bovenbeenlengte van de betreffende persoon.
De uitvinding is niet beperkt tot het in de tekening weergegeven en in het voorgaande beschreven uitvoeringsvoorbeeld, dat op verschillende manieren binnen het kader van de uitvinding kan worden gevarieerd.

Claims (12)

1. Bed voorzien van een onderstel (12), en een daarop geplaatste verstelbare bedbodem (1) voor ondersteuning van een matras (2), waarbij de bedbodem (1) in lengterichting is samengesteld uit een aantal delen (3-6) waarvan de naar elkaar toegekeerde, in dwarsrichting van het bed verlopende uiteinden door scharnierconstructies (8-10) met elkaar zijn verbonden, en voorts voorzien van aandrijfmiddelen (25) voor het verstellen van de delen (3-6) ten opzichte van elkaar, met het kenmerk, dat ten minste één (10) van de scharnierconstructies (8-10) is uitgevoerd met een bewegingsmechanisme (12, 13, 16, 18) voor het zowel horizontaal als verticaal ten opzichte van elkaar verplaatsen van de aangrenzende dwarsuiteinden van de betreffende delen (3, 4) tijdens de verstelbeweging van de scharnierconstructie (10) daartussen.
2. Bed volgens conclusie 1, waarbij het bewegingsmechanisme (12, 13, 16, 18) uit een stangenstelsel bestaat.
3. Bed volgens conclusie 2, waarbij de scharnierconstructie (10) met bewegingsmechanisme is aangebracht tussen een stationair deel (4) en een verstelbaar deel (3) van de bedbodem (1) en de scharnierconstructie (10) is voorzien van een scharnierend vierstangenstelsel met één stationaire stang-zijde (12), terwijl het uiteinde (3') van het verstelbare deel (3) met de tegenoverliggende stangzijde (18) is verbonden.
4. Bed volgens conclusie 3, waarbij de scharnierbeweging van het betreffende verstelbare deel (3) van de bedbodem (1) wordt bewerkstelligd door een zwenksteun (23) die dit deel (3) van de bedbodem (1) in lengterichting verschuifbaar ondersteunt en verdraaivast is bevestigd aan die stangzijde (16) van het vierstangenstelsel aangrenzend aan de stationaire stangzijde (12).
5. Bed volgens conclusie 3 of 4, waarbij het vierstangenstelsel een parallellogram vormt.
6. Bed volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de genoemde scharnierconstructie (10) met bewegingsmechanisme tussen een rugdeel (3) en een heupdeel (4) van de bedbodem (1) is aangebracht.
7. Bed volgens een der voorgaande conclusies, waarbij zowel de bedbodem (1) als een deze omgevend bedraam (12) een instelbare lengte bezitten.
8. Bed met een horizontaal bedraam (12) en een binnen het bedraam (12) passende en hierdoor ondersteunde verstelbare bedbodem (1), met het kenmerk, dat zowel het bedraam (12) als de bedbodem (1) een instelbare lengte bezitten.
9. Bed volgens conclusie 8, waarbij de bedbodem (1) bestaat uit een aantal door scharnierconstructies (7-10) verbonden delen (3-6), en ten minste één scharnierconstructie (8) in lengterichting van de bedbodem verstelbaar met de aangrenzende delen (5, 6) is verbonden.
10. Bedbodem voor toepassing in een bed volgens een der voorgaande conclusies.
11. Bed volgens een der conclusies 1-9, welke is voorzien van een matras (2) die ten minste ter plaatse van de scharnierconstructie (10) met bewegingsmechanisme nabij de onderzijde is uitgevoerd met een buigzaam plaatvormig element (31).
12. Matras voor toepassing bij het bed volgens conclusie 11.
NL9101512A 1991-09-09 1991-09-09 Bed, alsmede verstelbare bedbodem en matras daarvoor. NL9101512A (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9101512A NL9101512A (nl) 1991-09-09 1991-09-09 Bed, alsmede verstelbare bedbodem en matras daarvoor.
DE19924230013 DE4230013A1 (de) 1991-09-09 1992-09-08 Bett, sowie verstellbare bettboden und matratze dafuer

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9101512 1991-09-09
NL9101512A NL9101512A (nl) 1991-09-09 1991-09-09 Bed, alsmede verstelbare bedbodem en matras daarvoor.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9101512A true NL9101512A (nl) 1993-04-01

Family

ID=19859677

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9101512A NL9101512A (nl) 1991-09-09 1991-09-09 Bed, alsmede verstelbare bedbodem en matras daarvoor.

Country Status (2)

Country Link
DE (1) DE4230013A1 (nl)
NL (1) NL9101512A (nl)

Families Citing this family (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE4336241C2 (de) * 1993-10-23 1997-04-17 Vauth Sagel Gmbh & Co Krankenbett
FR2770397B1 (fr) * 1997-11-06 2000-03-10 Sunrise Medical Sa Lit, en particulier lit d'hospitalisation, equipe d'un releve-buste manoeuvre par un actionneur
DE29722015U1 (de) * 1997-12-12 1998-01-29 Maquet AG, 76437 Rastatt Patientenlagerfläche
NL1013960C2 (nl) * 1999-12-24 2001-06-26 Konink Auping B V Inrichting voor het ondersteunen van het menselijk lichaam.
AU5861301A (en) * 2000-05-27 2001-12-11 Huntleigh Technology Plc Adjustable platform for a bed
WO2002076367A2 (en) 2001-03-27 2002-10-03 Hill-Rom Services, Inc. Hospital bed
DE102009032386A1 (de) * 2009-07-08 2011-01-13 Barthelt, Hans-Peter, Dipl.-Ing. Liegerahmen mit virtuellem Rückengelenk
EP3028603B1 (en) * 2014-12-03 2019-01-02 Hilding Anders International AB A base for a bed
CN107320261B (zh) * 2017-06-28 2022-11-25 宁波工程学院 一种具有提升装置的辅助起身床

Also Published As

Publication number Publication date
DE4230013A1 (de) 1993-03-11

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP0656183B1 (en) Patient care system
JP3099967B2 (ja) すべりの減少した回動と段差床との組み合わせを有するベッド
USRE35201E (en) Adjustable bed with single actuator
CN108778062B (zh) 可调节基部
JP5323850B2 (ja) 手術台装置
AU704795B2 (en) Table/chair egress device
DK2874519T3 (en) Bed with joints with flexible mattress support.
US6907631B2 (en) Adjustable profiling beds
EP1511456B1 (en) Profiling bed
EP2433605B1 (en) Mattress of a bed-chair with variable length of seating area
US5127034A (en) Support surface and articles of furniture incorporating same
CA2522688C (en) Articulated bed
US20130212807A1 (en) Bed chair
US20180000253A1 (en) Motorized mechanism and motorized furniture
US20050039263A1 (en) Adjustable beds or recliners
AU3978889A (en) Bed for snorers
NL9101512A (nl) Bed, alsmede verstelbare bedbodem en matras daarvoor.
GB2345439A (en) Adjustable bed
JP3610451B2 (ja) ベッド
JPH0716511B2 (ja) 寝たきり病人・老人用ベッド
FI125260B (en) Adjustable bed
KR20210057805A (ko) 침대 프레임 장착을 위한 경량의 자납식 관절형 조립체
US20060230537A1 (en) Novel bed seat
EP0491667A1 (en) A motorised and articulated structure for bedspring frames

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed