NL9001832A - Specifieke sequenties van dna van een nematode die toegepast kunnen worden bij de diagnostiek van infektie met de nematode. - Google Patents

Specifieke sequenties van dna van een nematode die toegepast kunnen worden bij de diagnostiek van infektie met de nematode. Download PDF

Info

Publication number
NL9001832A
NL9001832A NL9001832A NL9001832A NL9001832A NL 9001832 A NL9001832 A NL 9001832A NL 9001832 A NL9001832 A NL 9001832A NL 9001832 A NL9001832 A NL 9001832A NL 9001832 A NL9001832 A NL 9001832A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
dna
dna sequence
infection
contortus
haemonchus contortus
Prior art date
Application number
NL9001832A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Rijksuniversiteit
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Rijksuniversiteit filed Critical Rijksuniversiteit
Priority to NL9001832A priority Critical patent/NL9001832A/nl
Priority to NZ239411A priority patent/NZ239411A/en
Priority to AU84136/91A priority patent/AU8413691A/en
Priority to EP91915017A priority patent/EP0668908B1/en
Priority to PCT/NL1991/000153 priority patent/WO1992003549A1/en
Priority to DE69132173T priority patent/DE69132173D1/de
Priority to AT91915017T priority patent/ATE192491T1/de
Priority to ZA916512A priority patent/ZA916512B/xx
Publication of NL9001832A publication Critical patent/NL9001832A/nl

Links

Classifications

    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C07ORGANIC CHEMISTRY
    • C07KPEPTIDES
    • C07K14/00Peptides having more than 20 amino acids; Gastrins; Somatostatins; Melanotropins; Derivatives thereof
    • C07K14/435Peptides having more than 20 amino acids; Gastrins; Somatostatins; Melanotropins; Derivatives thereof from animals; from humans
    • C07K14/43504Peptides having more than 20 amino acids; Gastrins; Somatostatins; Melanotropins; Derivatives thereof from animals; from humans from invertebrates
    • C07K14/43536Peptides having more than 20 amino acids; Gastrins; Somatostatins; Melanotropins; Derivatives thereof from animals; from humans from invertebrates from worms
    • C07K14/4354Peptides having more than 20 amino acids; Gastrins; Somatostatins; Melanotropins; Derivatives thereof from animals; from humans from invertebrates from worms from nematodes
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C07ORGANIC CHEMISTRY
    • C07KPEPTIDES
    • C07K16/00Immunoglobulins [IGs], e.g. monoclonal or polyclonal antibodies
    • C07K16/18Immunoglobulins [IGs], e.g. monoclonal or polyclonal antibodies against material from animals or humans
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61KPREPARATIONS FOR MEDICAL, DENTAL OR TOILETRY PURPOSES
    • A61K39/00Medicinal preparations containing antigens or antibodies

Landscapes

  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Medicinal Chemistry (AREA)
  • Biophysics (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Genetics & Genomics (AREA)
  • Biochemistry (AREA)
  • Molecular Biology (AREA)
  • Proteomics, Peptides & Aminoacids (AREA)
  • Tropical Medicine & Parasitology (AREA)
  • Immunology (AREA)
  • Toxicology (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Gastroenterology & Hepatology (AREA)
  • Measuring Or Testing Involving Enzymes Or Micro-Organisms (AREA)

Description

SPECIFIEKE SEQUENTIES VAN DNA VAN EEN NEMATODE DIE TOEGEPAST KUNNEN WORDEN BIJ DE DIAGNOSTIEK VAN INFEKTIE MET DE NEMATODE.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op specifieke sequenties van DNA van een tubulinegen van Haemonchus contortus en delen ervan, op inserties van de sequenties in vectoren en microorganismen en op de toepassing van genoemde sequenties onder andere bij de diagnostiek van infektie met genoemde nematode.
Parasitaire helminthen (wormen) veroorzaken heamonchosis, een van de meest verbreide en ernstige infectieziekten bij mens en dier. Bij landbouwhuisdieren komen infecties voor op alle leeftijden en bijna in ieder bedrijf.
Het gebruik van anthelmintica is wijd verspreid in de diergeneeskunde. In Nederland werd hieraan in 1987 35 miljoen gulden uitgegeven. In 1985 werd in de hele wereld US$ 540 miljoen besteed aan anthelmintica. De totale kosten van parasitaire wormeninfecties bij runderen (anthelmintica, productieverlies etc.) worden in Nederland geschat op 100 tot 200 miljoen gulden per jaar (proefschrift H.W. Ploeger 1988, LU Wageningen).
Er is weinig bekend over de moleculaire biologie van het werkingsmechanisme van de verschillende bestrijdingsmiddelen. Er zijn drie groepen breedspectrumanthelmintica, die ieder hun eigen werkingsmechanisme hebben. Dit zijn i) de benzimidazolen, die waarschijnlijk werken via de binding aan tubuline en daardoor het transport in de cel en de celdeling remmen (Lacey. E. 1988. The role of the cytoskeletal protein, tubulin, in the mode of action and mechanism of drug resistance to benzimidazoles. Int. J. Parasitol. 18, 885-936).
ii) levamisole en morantel, ganglionstimulantia die leiden tot paralyse van de parasiet, en iii) de avermectines, die het remmende effect van gamma-amino-boterzuur (GABA) versterken. GABA is in nematoden de belangrijkste neurotransmitter voor remmende signalen van interneurons naar motor-neurons (Barragry, T. 1984a. Anthelmintics-A Review. N.Z. Vet. J. 32, l6l-l64; Barragry, T. 1984b. Anthelmintics-review Part II. N.Z. Vet. J. 22, 191-199).
Van deze drie worden de benzimidazolen het meest gebruikt.
Wij hebben onder toepassing van moleculair biologische technieken een van de meest schadelijke schapen maag-darm parasieten onderzocht:
Haemonchus contortus. Deze komt wereldwijd voor, veroorzaakt haemon-chosis, en zorgt voor een schade van 50 miljoen gulden per jaar bij de Nederlandse schapenhouderij.
Met het oog op een doeltreffende bestrijding van dit schadelijke organisme is een gevoelige en betrouwbare methode voor het opsporen van deze worm onontbeerlijk. De infecties met parasitaire wormen bij schapen zijn meestal menginfecties en derhalve is er een methode nodig die H. contortus van de andere aanwezige parasitaire wormen kan onderscheiden. De methoden die nu toegepast worden voor de diagnose van H. contortus zijn: 1) de waarneming van de specifieke ziekteverschijnselen bij het schaap, en 2) de differentiatie van de larvenkweek uit faeces van het schaap.
Een nadeel van 1) is gelegen in het feit dat de klinische diagnose van een infectie met parasitaire maag-darmwormen moeilijk te stellen is, omdat de ziekteverschijnselen niet altijd te onderscheiden zijn van die van andere ziekten of slechte voeding. Bij H. contortus zijn de uiterlijke ziekteverschijnselen (o.a. anemie en oedeem) pas waarneembaar bij een hoge infectiegraad, terwijl er al schade (gewichtsverlies, wolverlies, melkverlies) veroorzaakt wordt bij een infectie zonder deze uiterlijke ziekteverschijnselen.
Een nadeel van methode 2) is gelegen in het feit dat de eieren van diverse nematoden in de faeces van geïnfecteerde dieren erg op elkaar lijken, waardoor het bij eieren niet mogelijk is een diagnose op worm-soort te stellen. Hiertoe moet eerst een larvenkweek worden uitgevoerd, hetgeen ongeveer een week duurt. In de praktijk wordt deze methode weinig toegepast (Janssens, P.G., Vercruysse, J., Jansen, J. uitg.: Wormen en wormziekten bij mens en dier (1989) Samsom Stafleu, Alphen aan de Rijn/Brussel).
Er is dus een nieuwe, snelle en soortspecifieke test nodig om de diagnose van besmetting met H. contortus te kunnen stellen. Bij andere nematoden zijn er een aantal tests die worden toegepast, zoals: a) de dot-blot-assay b) de polymerasekettingreactie (PCR).
De dot-blot-assay is zeer gevoelig en levert snel resultaten, zoals bijvoorbeeld bij de diagnostiek van de humane nematode Brugia, die filariasis veroorzaakt (McReynolds, L.A., deSimone, S.M., Williams, S.A. (1986) Cloning and comparison of repeated DNA sequences from the human filarial parasite Brugia pahangi. Proc. Natl. Acad. Sci. USA 83, 797-801). Bij deze test wordt totaal DNA van de eieren op een nylon membraan gebracht en wordt het gehybridiseerd met de specifieke DNA-probe.
Bij de PCR kunnen specifieke DNA-sequenties als primer worden toegepast, waardoor een gedeelte van het specifieke gen geamplificeerd wordt. Dit is zichtbaar te maken door het reactiemengsel te analyseren met behulp van een agarosegel, of door een marker (fluorescerend) aan de primer te koppelen (De Bruijn, M.H.L.,(1988) Diagnostic DNA amplification: no respite for the elusive parasite. Parasitol. Today, 4:293-295)♦ Tot dusver is er geen DNA van Haemonchus contortus bekend dat specifiek is voor de soort en derhalve zijn deze tests niet mogelijk voor de diagnose van besmetting met H. contortus. Verrassenderwijs is gevonden dat DNA coderend voor tubuline soortspecifiek is voor H. contortus.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een DNA sequentie van een tubulinegen van H. contortus of een deel daarvan. De DNA-sequen-tie van het tubulinegen of een deel daarvan omvat het alfa-tubulinegen van H. contortus of een deel daarvan of het beta-tubulinegen van H. contortus of een deel daarvan.
Een DNA-sequentie volgens de uitvinding kan als probe worden gebruikt voor het specifiek opsporen van H. contortus, met name ook in menginfecties. Probes die deze sequenties of delen daarvan omvatten reageren specifiek met H. contortus, waarbij een probe die een DNA-sequentie van een beta-tubulinegen of een deel daarvan omvat de voorkeur verdient.
De onderzochte beta-tubulineprobes reageren steeds positief op de aanwezigheid van H. contortus, ook in geval van een menginfectie. De beta-tubulineprobe van H. contortus werd ook op het DNA van andere, veel voorkomende, schapeparasieten uitgetest en het bleek dat deze reactie veel minder sterk was dan met de eigen soort. De soorten die o.a. getest werden zijn: Cooperia circumcincta, Nematodirus battus, Nippostrongylus brasiliensis, Ostertagia circumcincta, Trichostrongylus colubriformis, Trichostrongylus vitrinus, Trichinella spiralis en Trichinella nativa.
Door uit een DNA-sequentie volgens de uitvinding een specifieke sequentie van bijvoorbeeld tenminste 10 nucleotiden te kiezen, die alleen met H. contortus reageert, kan een test opgezet worden, waardoor het, bij een menginfectie met nematoden, mogelijk wordt op het DNA van de eieren een diagnose van besmetting met H. contortus te stellen.
Voorbeelden van tests die kunnen worden toegepast zijn die, die bij andere nematoden zijn toegepast: a) de dot-blot-assay b) de polymerasekettingreactie (PCR).
De onderhavige uitvinding heeft ook betrekking op een werkwijze voor de diagnose van een worminfectie, waarbij men het totaal DNA van de eieren van de nematode brengt op een nylon membraan en hybridiseert met een DNA-probe, welke werkwijze gekenmerkt wordt doordat men een diagnose van infectie met Haemonchus contortus stelt, waarbij men als DNA-probe een sequentie toepast die overeenkomt met een tubulinegen van H. contortus of een deel daarvan. Een voorkeurs werkwijze is die waarbij men specifieke stukken DNA uit het DNA van de eieren amplificeert, bijvoorbeeld door middel van PCR, en deze zichtbaar maakt. De diagnose van een infectie met H. contortus kan gesteld worden doordat de amplificatie van specifieke stukken alleen werkt wanneer er H. contortus DNA in het eieren monster aanwezig is en er primers gebruikt worden die soortspecifiek zijn voor H. contortus, zoals een primer die overeenkomt met ten minste een deel van een tubulinegen van H. contortus. De uitvinding heeft verder betrekking op een kit voor het uitvoeren van een dergelijke werkwijze, welke kit een DNA-sequentie volgens de uitvinding omvat en tevens voorzien is van andere middelen en materialen, die voor een deskundige op dit gebied duidelijk zullen zijn.
De sequenties volgens de uitvinding zijn ook bruikbaar wanneer zij in een vector zijn ingebouwd, waarbij de voorkeur uitgaat naar een expressievector. De uitvinding heeft betrekking op dergelijke vectoren alsmede op recombinant microorganismen die een DNA-sequentie volgens de uitvinding omvatten.
De uitvinding heeft eveneens betrekking op een peptide dat tenminste een gedeelte van de aminozuursequentie, die door een DNA-sequentie volgens de uitvinding wordt gecodeerd, omvat.
Peptiden van bijvoorbeeld tenminste 15 aminozuren zijn geschikt als antigeen, bijvoorbeeld voor het opwekken van specifiek antiserum, of monoclonale antilichamen tegen H. contortus. De uitvinding heeft betrekking op deze antistoffen. Dergelijke antistoffen kunnen eveneens worden toegepast voor het diagnostiseren van een besmetting met Haemonchus contortus. De uitvinding heeft betrekking op deze toepassing, alsmede op de toepassing van de antistoffen in een kit voor de diagnose van besmetting met H. contortus.
VOORBEELD
Constructie van de genenbanken van H. contortus en analyse van de tubu-linekloons
Genomisch DNA werd gemaakt van L3 larven volgens de methode van Coulson et al. (Coulson, A., Sulston, J., Brenner, S. en Karn, J.(1986)
Toward a physical map of the genome of the nematode Caenorhabditis elegans. Proc. Natl. Acad. Sci. USA 83, 7821-7825). De grootte van de te kloneren stukken DNA bedroeg 20 kb. Teneinde willekeurige fragmenten van deze grootte te verkrijgen werd een partiële digestie uitgevoerd met een restrictie-enzym dat vaak knipt in genomisch DNA. De concentratie van het enzym werd hiertoe gekozen zoals beschreven wordt in Maniatis et al. (Maniatis. T., Fritsch. T. en Sambrook. J. (1982) Molecular cloning. A laboratory manual. Cold Spring Harbor Laboratory, Cold Spring Harbor, N.Y., USA). Deze stukken werden geïsoleerd en geligeerd in het DNA van de bacteriofaagarmen van EMBL3 volgens de methode van Frischauf et al. (Frischauf, A.M., Lehrach. H., Poustka, A., Murray, N. (1983) Lambda replacement vectors carrying polylinker sequences. J. Mol. Biol, 170, 827-841). Dit DNA-construct werd vervolgens in bacteriofaag eiwitomhul-sel verpakt en toegepast om de bacteriestam Le 392 te infecteren. De geïnfecteerde bacteriën werden uitgeplaat met niet geïnfecteerde bacteriën en na incubatie bij 37 °C was een plaque zichtbaar op de plek waar zich geïnfecteerde bacterie bevond ( Frischauf, A.M., Lehrach, H., Poustka, A., Murray, N. (1983) Lambda replacement vectors carrying polylinker sequences. J. Mol. Biol. 170, 827-841). Vervolgens werd de plaque gescreened volgens de methode van Maniatis et al. (Maniatis. T., Fritsch, T. en Sambrook, J. (1982) Molecular cloning. A laboratory manual. Cold Spring Harbor Laboratory, Cold Spring Harbor, N.Y., USA).
Om de alfa-tubuline-DNA bevattende kloons te isoleren werden als probes voor tubuline kippen alfa-tubuline, [zoals beschreven in Valenzuela et al. (Valenzuela, P., Quiroga, M., Zaldivar, J., Rutter, W.J., Kirshner, M.W. en Cleveland, D.W. (1981) Nucleotide and corresponding amino acid sequences encoded by alfa and beta tubulin mRNA's. Nature 289, 650-655)] en Drosophila hydei alfa-tubuline [een gift van dr R. Brand, van de K.U.N. te Nijmegen (Michiels, F., Falkenburg, D., Muller, A.M., Hinz, U., Otto, U., Bellmann, R., Glazer, K.H., Brand, R., Bialojan, S. en Renkawitz-Pohl, R. (1987) Testis-specific beta2 tubulins are identical in Drosophila melanogaster and D. hydei beta differ from the ubiquitous betal tubulin)] gebruikt.
Om de beta-tubuline-DNA bevattende kloons te isoleren werden als probes voor beta-tubuline een beta-tubulinekloon van Caenorhabditis elegans, Ben-1 [die beschreven wordt in Driscoll et al. (Driscoll, M., Dean, E., . Reilly, E., Bergholz, E. en Chalfie, M. (1989) Genetic and molecular analysis of a Caenorhabditis elegans beta tubulin that conveys benzimidazole sensitivity. J. Cell Biol. 109, 2993-3003.)] en een beta-tubuline kloon van Drosophila hydei pTB5 [een gift van Dr. R. Brand, K.U.N.
Nijmegen (Michiels, F., Falkenburg, D., Muller, A.M., Hinz, Ü., Otto, U., Bellmann, R., Glazer, K.H., Brand, R., Bialojan, S. en Renkawitz-Pohl, R. (1987) Testis-specific beta2 tubulins are identical in Drosophila melanogaster and D. hydei beta differ from the ubiquitous betal tubulin)] gebruikt.
Van de aldus verkregen kloons werden, voor alfa-tubuline, de kloon pEMBL8cA (gedeponeerd bij het CBS te Baarn onder nr. CBS 335*90) en, voor beta-tubuline, de kloon pEMBL7aB (gedeponeerd bij het CBS te Baarn onder nr. CBS 33^.90) verder gekarakteriseerd. Subkloons hiervan, die voor eiwit coderende stukken DNA bevatten, werden in de vectoren Blue-script en M13 geconstrueerd. Het DNA van deze subkloons werd gesequenced met behulp van de dideoxymethode van Sanger et al. (Sanger, F., Nicklen, S. en Coulson, A.R. (1977) DNA sequencing with chain terminating inhibitors. Proc. Natl. Acad. Sci. USA j4, 5463-5467) zoals gemodificeerd in de T7 sequencing kit van Pharmacia en de M13 sequencing kit van Amersham. Er werden standaard primers gebruikt, die bij de kits geleverd werden. De analyse en vergelijking van de aldus verkregen sequenties werden met computerprogramma’s Microgenie ( Beekman) en PC/Gene (Geno-fit, Geneve) uitgevoerd. De sequenties die van deze kloons bepaald zijn, worden weergegeven in respektievelijk figuren 1 en 2.
De voor H. contortus specifieke PCR.
Er werden oligonucleotiden, 20-meren gesynthetiseerd voor de DNA-volgorde van beta-tubuline van H. contortus. De betal primer is gelokaliseerd van aminozuur 223 tot aminozuur 229 en de beta2 primer, op de andere streng, is gelokaliseerd van aminozuur 420 tot aminozuur 427· De methode voor PCR werd toegepast volgens Ehrlich et al. ( Saiki, R.K.,(1989) in: PCR technology, principles and applications for DNA amplification. Erlich, H.A. (ed.), Stockton Press, New York, London, biz 7-16. De in de onderhavige uitvinding toegepaste reactieomstandigheden die gebruikt zijn om het DNA te amplificeren zijn: annealing-temperatuur van 6leC gedurende 30 seconden, elongatie bij 72°C gedurende 2 minuten en denaturatie bij 95°C gedurende 30 seconden. Deze methode amplificeert het beta-tubuline van H. contortus uit het genomisch DNA, hetgeen zichtbaar te maken is door electroforese in een agarosegel. Deze methode werkt niet bij Ostertagia, Trichstrongylus en Trichinella, hetgeen duidelijk maakt dat deze PCR-methode met de boven genoemde primers specifiek is voor Haemonchus contortus.

Claims (16)

1. DNA-sequentie van een tubulinegen van Haemonchus contortus of een deel daarvan.
2. DNA-sequentie van het beta tubuline gen van Haemonchus contortus of een deel daarvan.
3. DNA-sequentie volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat deze de nucleotidevolgorde volgens fig. 2 of een deel daarvan omvat: DNA-sequentie volgens conclusie 3» «et het kenmerk, dat deze verkrijgbaar is uit kloon pEMBL7aB (gedeponeerd bij het CBS te Baarn onder nr.CBS 33^*90).
5. DNA-sequentie volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat deze de nucleotidevolgorde volgens fig. 1 of een deel daarvan omvat:
6. DNA-sequentie volgens conclusie 5* «et het kenmerk, dat deze verkrijgbaar is uit kloon pEMBL8cA (gedeponeerd bij het CBS te Baarn onder nr.CBS 335*90). 7* Werkwijze voor de diagnose van een worminfectie, waarbij men het totaal DNA van de eieren van de nematode op een (nylon) membraan brengt en hybridiseert met een DNA probe, met het kenmerk, dat men een diagnose van infectie met Haemonchus contortus stelt, waarbij men als DNA-probe een sequentie toepast die tenminste een sequentie volgens een van de voorgaande conclusies omvat.
8. Werkwijze voor de diagnose van een worminfectie, waarbij men DNA uit het totaal DNA van de eieren van de nematode amplificeert, met het kenmerk, dat men een diagnose van infectie met Haemonchus contortus stelt, waarbij men als primer een DNA-sequentie toepast die tenminste een DNA-sequentie volgens een van de conclusies 1-6 omvat.
9. Peptide dat tenminste een gedeelte van de aminozuursequentie die door een DNA-sequentie volgens een van de conclusies 1-6 gecodeerd wordt omvat.
10. Vector die tenminste een DNA-sequentie volgens een van de conclusies 1-6 omvat.
11. Vector volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat deze een ex-pressievector is die de DNA-sequentie volgens een van de conclusies 1-6 tot expressie kan brengen.
12. Recombinant microorganisme dat een DNA-sequentie volgens een van de conclusies 1-6 of een vector volgens conclusie 10 of 11 omvat.
13. Antilichaam dat is opgewekt tegen een peptide volgens conclusie 9*
14. Toepassing van een antilichaam volgens conclusie 13 voor het diagnostiseren van een besmetting met Haemonchus contortus.
15. Vaccin ter bescherming tegen of bestrijding van Haemonchus contortus, dat een peptide volgens conclusie 9 of een vector volgens conclusie 11 of een recombinant microorganisme volgens conclusie 12 omvat.
16. Vaccin ter bestrijding van Haemonchus contortus. dat een antilichaam volgens conclusie 13 omvat.
17. Kit voor het stellen van een diagnose van besmetting met Haemonchus contortus. welke een antilichaam volgens conclusie 13 omvat.
18. Kit voor het stellen van een diagnose van besmetting met Haemonchus contortus, welke een DNA-sequentie volgens een van de conclusies 1-6 omvat.
NL9001832A 1990-08-16 1990-08-16 Specifieke sequenties van dna van een nematode die toegepast kunnen worden bij de diagnostiek van infektie met de nematode. NL9001832A (nl)

Priority Applications (8)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9001832A NL9001832A (nl) 1990-08-16 1990-08-16 Specifieke sequenties van dna van een nematode die toegepast kunnen worden bij de diagnostiek van infektie met de nematode.
NZ239411A NZ239411A (en) 1990-08-16 1991-08-15 Haemonchus contortus tubulin, dna encoding it, dna probes therefrom and
AU84136/91A AU8413691A (en) 1990-08-16 1991-08-15 Specific dna sequences of a nematode which can be used for the diagnosis of infection with the nematode
EP91915017A EP0668908B1 (en) 1990-08-16 1991-08-15 Specific dna sequences of a nematode which can be used for the diagnosis of infection with the nematode
PCT/NL1991/000153 WO1992003549A1 (en) 1990-08-16 1991-08-15 Specific dna sequences of a nematode which can be used for the diagnosis of infection with the nematode
DE69132173T DE69132173D1 (de) 1990-08-16 1991-08-15 Dns-sequenzen von einer nematode, verwendbare für diagnose von infektionen
AT91915017T ATE192491T1 (de) 1990-08-16 1991-08-15 Dns-sequenzen von einer nematode, verwendbare für diagnose von infektionen
ZA916512A ZA916512B (en) 1990-08-16 1991-08-16 Specific dna sequences of a nematode which can be used for the diagnosis of infection with the nematode

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9001832A NL9001832A (nl) 1990-08-16 1990-08-16 Specifieke sequenties van dna van een nematode die toegepast kunnen worden bij de diagnostiek van infektie met de nematode.
NL9001832 1990-08-16

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9001832A true NL9001832A (nl) 1992-03-16

Family

ID=19857554

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9001832A NL9001832A (nl) 1990-08-16 1990-08-16 Specifieke sequenties van dna van een nematode die toegepast kunnen worden bij de diagnostiek van infektie met de nematode.

Country Status (8)

Country Link
EP (1) EP0668908B1 (nl)
AT (1) ATE192491T1 (nl)
AU (1) AU8413691A (nl)
DE (1) DE69132173D1 (nl)
NL (1) NL9001832A (nl)
NZ (1) NZ239411A (nl)
WO (1) WO1992003549A1 (nl)
ZA (1) ZA916512B (nl)

Families Citing this family (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB9209993D0 (en) * 1992-05-08 1992-06-24 Munn Edward A Vaccines
AU5282193A (en) * 1992-10-28 1994-05-24 Mcgill University Peptides and vaccines derived from nematode tubulin
WO1996032132A1 (en) * 1995-04-10 1996-10-17 The Upjohn Company Peptides of nematode tubulin and methods of use
DE19931883A1 (de) * 1999-07-09 2001-01-11 Bayer Ag DNA kodierend für Beta-Tubulin und deren Verwendung
CN111537716B (zh) * 2020-06-04 2023-06-23 南京农业大学 一种捻转血矛线虫早期感染诊断试剂盒

Also Published As

Publication number Publication date
DE69132173D1 (de) 2000-06-08
EP0668908B1 (en) 2000-05-03
AU8413691A (en) 1992-03-17
NZ239411A (en) 1994-02-25
ZA916512B (en) 1992-05-27
WO1992003549A1 (en) 1992-03-05
ATE192491T1 (de) 2000-05-15
EP0668908A1 (en) 1995-08-30

Similar Documents

Publication Publication Date Title
Weiss et al. Molecular biology, molecular phylogeny, and molecular diagnostic approaches to the microsporidia
Allsopp Heartwater-Ehrlichia ruminantium infection
EP1497467B1 (fr) Oligonucleotide issus des sequences codant pour la composante de surface des proteines d'enveloppe des ptlv et leurs utilisations
Mitreva et al. Biology and genome of Trichinella spiralis
Paskewitz et al. The hemolymph proteome of Anopheles gambiae
Zhou et al. A secreted cystatin from the tick Haemaphysalis longicornis and its distinct expression patterns in relation to innate immunity
Castillo et al. Identification and molecular characterization of a complement C3 molecule in a lophotrochozoan, the Hawaiian bobtail squid Euprymna scolopes
Simser et al. Immune-responsive lysozymes from hemocytes of the American dog tick, Dermacentor variabilis and an embryonic cell line of the Rocky Mountain wood tick, D. andersoni
Arvidson et al. Parasitoid Jewel Wasp Mounts Multipronged Neurochemical Attack to Hijack a Host Brain*[S]
Lally et al. Development of a polymerase chain reaction assay for the diagnosis of neosporosis using the Neospora caninum 14-3-3 gene
André et al. Using proteomic approaches to unravel the response of Ctenocephalides felis felis to blood feeding and infection with Bartonella henselae
NL9001832A (nl) Specifieke sequenties van dna van een nematode die toegepast kunnen worden bij de diagnostiek van infektie met de nematode.
Russell et al. Identification and isolation of cDNA clones encoding the abundant secreted proteins in the saliva proteome of Culicoides nubeculosus
Moore et al. Impact of poxvirus lesions on saltwater crocodile (Crocodylus porosus) skins
Hayashida et al. Establishment of a mouse-tick infection model for Theileria orientalis and analysis of its transcriptome
Yao et al. Trichinella spiralis (T1) and Trichinella T5: a comparison using animal infectivity and molecular biology techniques
CN113355441B (zh) 用于住肉孢子虫检测的试剂盒、引物对、探针及方法
CN109097482B (zh) 细粒棘球绦虫线粒体nd6基因的应用
Govindasamy et al. A proteomic approach to identify Bacillus subtilis induced defense related proteins in noni challenged with Meloidogyne incognita
Shamim et al. Peptides isolation from crude somatic antigens of Haemonchus contortus through SDS-PAGE
Gottsch et al. Cloning and sequence analysis of human and bovine corneal antigen (CO-Ag) cDNA: identification of host-parasite protein calgranulin C.
US6268153B1 (en) Polymerase chain reaction diagnostic assays for the detection of dirofilaria immitis in blood and mosquitoes
CN109777744A (zh) 一种快速筛选抑制赤霉病菌don毒素合成的化合物的方法
CN109402129B (zh) 一种广州管圆线虫Acsod3基因及其在治疗或缓解广州管圆线虫病中的应用
Soelistyoadi et al. Molecular Detection, Histopathology, and Scanning Electron Microscopy of Myxobolus koi Infecting Cyprinus carpio Koi

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed