NL8900182A - Intra-uterine anti-conception appliance - has two or more holes for fixing pull-cord with end piece having one transverse hold - Google Patents

Abstract

The end piece for anti-conception appliance has two or more holes for fixing pull-cord. End piece may have one transverse hole (2), and two diagonal holes (3,4). Pull-cord (7) is threaded through one diagonal hole (4), looped through transverse hole (2) and returned through diagonal hole (3).

Description

Akzo N.V., ArnhemAkzo N.V., Arnhem

Eindstuk voor een intra-uterine anticonceptiemiddel.End piece for an intrauterine contraceptive.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op intra-uterine anticonceptiemiddelen en meer in het bijzonder op het eindstuk van een dergelijk anticonceptiemiddel dat dient ter bevestiging van een trekdraad.The present invention relates to intrauterine contraceptives and more particularly to the end piece of such a contraceptive which serves to attach a puller wire.

In het Nederlands octrooischrift no. 173707 wordt een anticonceptiemiddel met een dergelijk eindstuk beschreven. In het eindstuk bevindt zich één doorboring nagenoeg dwars op de lengterichting van de steel van het anticonceptiemiddel. Door deze doorboring is een trekdraad aangebracht, die dient ter verwijdering van het anticonceptiemiddel uit de uterus. Bij een ingebracht anticonceptiemiddel hangt deze draad tot buiten de baar-moedermond.Dutch patent no. 173707 describes a contraceptive with such an end piece. In the end piece there is one bore located substantially transverse to the longitudinal direction of the contraceptive stem. A puller wire is provided through this piercing to remove the contraceptive from the uterus. With an inserted contraceptive, this wire hangs outside the cervix.

In de praktijk blijkt een dergelijk eindstuk soms niet te voldoen. Bij het verwijderen van het anticonceptiemiddel wordt namelijk een dusdanige grote kracht op het eindstuk uitgeoefend, dat dit ter hoogte van de doorboring kan inscheuren en dan zelfs in vele gevallen afbreekt of doorbreekt. De nadelen hiervan spreken voor zich.In practice, such an end piece sometimes proves to be unsatisfactory. Namely, when the contraceptive is removed, such a great force is exerted on the end piece that it can tear at the level of the piercing and in many cases even breaks off or breaks through. The disadvantages speak for themselves.

Als oplossing voor dit probleem zou men kunnen kiezen voor een anticonceptiemiddel van een sterker materiaal. Dit geeft echter in de meeste gevallen problemen, omdat de verdraagbaarheid van dit materiaal in het lichaam onvoldoende is. Daarnaast geldt in het algemeen dat een sterker materiaal ook stijver (minder buigzaam) is, hetgeen voor dit soort anticonceptiemiddelen bepaald ongewenst is.As a solution to this problem, one could choose a contraceptive of a stronger material. However, this presents problems in most cases, because the tolerability of this material in the body is insufficient. In addition, it generally applies that a stronger material is also stiffer (less flexible), which is certainly undesirable for this type of contraceptive.

De uitvinding bestaat hierin dat bij een anticonceptiemiddel als hierboven beschreven een eindstuk wordt gekozen dat twee of meerdere keren is doorboord. Als in de doorboringen van een eindstuk volgens de uitvinding een trekdraad wordt aangebracht, wordt bij trekken de trekkracht verdeeld over het totale aantal doorboringen, waardoor de kans op scheuren of breken veel geringer is.The invention consists in that with a contraceptive device as described above, an end piece is chosen that has been pierced two or more times. If a puller wire is provided in the bores of an end piece according to the invention, the tensile force is divided over the total number of bores when pulling, so that the chance of tearing or breaking is much smaller.

Een voorkeursuitvoering van de uitvinding bestaat hierin, dat een eindstuk wordt gekozen dat twee of meer doorboringen bezit en wel zodanig dat bij een dwars-doornede (loodrecht op de richting waarin de trekkracht wordt uitgeoefend) op een willekeurige plaats door het eindstuk ten hoogste één doorboring wordt getroffen. Een dergelijke uitvoeringsvorming kan bijvoorbeeld verkregen worden door één transversale en twee diagonale doorboringen, waarbij de transversale doorboring het verst van het uiteinde van het eindstuk verwijderd is en de assen van de twee diagonale doorboringen loodrecht of nagenoeg loodrecht op elkaar staan (zie fig. 1 en 2). Bij deze uitvoeringsvorm treedt geen materiaalverzwakking op tengevolge van de doorboringen en daarom is er een nog geringere kans op breken of scheuren.A preferred embodiment of the invention consists in that an end piece is selected which has two or more holes, such that in the case of a cross section (perpendicular to the direction in which the pulling force is exerted), at most one hole through the end piece, at most one hole is affected. Such an embodiment can be obtained, for example, by one transverse and two diagonal holes, the transverse hole being furthest from the end of the end piece and the axes of the two diagonal holes being perpendicular or almost perpendicular to each other (see fig. 1 and 2). In this embodiment, no material weakening occurs due to the piercing and therefore there is an even less chance of breaking or tearing.

Een zeer goede verdeling van de trekkracht over de verscheidene doorboringen wordt verkregen wanneer de uiteinden van de trekdraad vanaf de doorboring die het verst van het uiteinde van het eindstuk ligt alternerend door de opeenvolgende doorboringen zijn geregen. Eventueel kunnen de uiteinden van de trekdraad op één of meer plaatsen tussen de opeenvolgende doorboringen verknoopt zijn.A very good distribution of the tensile force over the various bores is obtained when the ends of the puller wire are threaded alternately through the successive bores from the boron furthest from the end of the end piece. Optionally, the ends of the puller wire may be cross-linked at one or more locations between the successive bores.

In figuur 1. wordt een uitvoeringsvorm weergegeven van een eindstuk volgens de uitvinding. Daarin stelt 1) het eindstuk van een intra-uterine anticonceptiemiddel voor en zijn 2) , 3) en 4) opeenvolgende doorboringen, waarbij 2) de transversaal- en 3) en 4) diagonaal aangebrachte doorboringen weergeven.Figure 1 shows an embodiment of an end piece according to the invention. In it, 1) represents the end-piece of an intrauterine contraceptive and is 2), 3), and 4) consecutive punctures, where 2) represents the transverse and 3) and 4) diagonal punctures.

In figuur 2. wordt een samenstel van eindstuk en trekdraad volgens de uitvinding weergegeven.Figure 2 shows an assembly of end piece and pull wire according to the invention.

In de figuur geven 1), 2), 3), en 4) dezelfde delen weer als in figuur 1.? hierbij zijn 5) en 6) de uiteinden van de trekdraad 7) , die op de plaats aangegeven met 8) verknoopt is.In the figure, 1), 2), 3), and 4) show the same parts as in figure 1.? here 5) and 6) the ends of the puller wire 7), which is cross-linked at the location indicated by 8).

Het eindstuk van een intra-uterine anticonceptiemiddel zoals bedoeld in de onderhavige uitvinding, bevindt zich meestal aan het uiteinde van een centrale steel, die aan het andere uiteinde voorzien is van één of meerdere, min of meer dwars op de steel-richting aangebrachte armen. Veel toegepaste intra-uterine anticonceptie-middelen, die tot dit type behoren, hebben een Y, T of anker vorm. Het eindstuk volgens de onderhavige uitvinding behoeft echter niet noodzakelijkerwijze in een steel-vormig IUD (intra-uterine device) te zijn aangebracht; het eindstuk volgens de uitvinding is zelfs in een ring-vormig IüD aan te brengen, bijvoorbeeld via 2 diagonaal aangebrachte doorboringen.The end piece of an intrauterine contraceptive device as referred to in the present invention is usually located at the end of a central stem, which at the other end is provided with one or more arms arranged more or less transverse to the stem direction. Commonly used intrauterine contraceptives belonging to this type have a Y, T or anchor shape. However, the end piece of the present invention does not necessarily have to be mounted in a stem-shaped IUD (intrauterine device); the end piece according to the invention can even be arranged in an annular IUD, for example via 2 diagonally arranged bores.

Claims (5)

1. Eindstuk van een intra-uterine anticonceptiemiddel (IUD) ter bevestiging van een trekdraad, met het kenmerk, dat dit eindstuk twee of meerdere keren is doorboord.End piece of an intrauterine contraceptive device (IUD) for attaching a puller wire, characterized in that this end piece is pierced two or more times. 2. Eindstuk volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het eindstuk twee of meerdere keren is doorboord,zodanig dat bij een dwarsdoorsnede (loodrecht op de richting waarin de trekkracht wordt uitgeoefend) op een willekeurige plaats door het eindstuk, ten hoogste één doorboring wordt getroffen.End piece according to claim 1, characterized in that the end piece is pierced two or more times, such that in the case of a cross section (perpendicular to the direction in which the tensile force is applied) at most one hole through the end piece, at most one hole is pierced affected. 3. Eindstuk volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat één transversale doorboring en twee diagonale doorboringen zijn aangebracht, waarbij de transversale doorboring het verst van het uiteinde verwijderd is en de assen van de twee diagonale doorboringen (nagenoeg) loodrecht op elkaar staan.End piece according to claim 2, characterized in that one transverse piercing and two diagonal piercing are provided, the transverse piercing furthest from the end and the axes of the two diagonal piercing being (almost) perpendicular to each other. 4. Samenstel van een trekdraad en een eindstuk volgens conclusie 1, 2 of 3, met het kenmerk, dat de uiteinden van de trekdraad vanaf de doorboring die het verst van het uiteinde van het eindstuk ligt alternerend door de opeenvolgende doorboringen zijn geregen.An assembly of a puller wire and an end piece according to claim 1, 2 or 3, characterized in that the ends of the puller wire are threaded alternately through the successive bores from the piercing furthest from the end of the end piece. 5. Samenstel volgens conclusie 4), met het kenmerk, dat de uiteinden van de trekdraad op één of meer plaatsen tussen de opeenvolgende doorboringen verknoopt zijn.Assembly according to claim 4), characterized in that the ends of the puller wire are cross-linked in one or more places between the successive bores.