NL8802379A - Turbo charger mechanism for IC engine - has gearwheel partially engaging drive gear or withdrawn by pinion - Google Patents

Abstract

The mechanism makes a geared and disconnectable connection between the drive shaft of a turbine in the exhaust system and a pinion (1), connected to the output drive shaft of the i.c. engine. The rotation speed of the turbine, e.g. 50,000 r.p.m., is reduced to about 2,000 r.p.m. The turbine input is coupled via a planetary gear system to an intermediate drive shaft. The intermediate shaft is linked by a plate clutch 814) to an elastic coupling system. The clutch is disengaged by a centrifugal sprung piston system until the engine speed reaches a suitable rate. The coupling and de-coupling can be mechanically or electrically controlled. @(12pp Dwg.No.2/4)@.

Description

Turbocompound-aandrijvingTurbo compound drive

De uitvinding heeft betrekking op een turbocompound-aandrijving, bestaande uit een verbrandingsmotor met een uitgaande as en een turbine die kan worden aangedreven door de uitlaatgassen van de verbrandingsmotor en zijn uit de uitlaatgassen onttrokken energie via ten minste één tandwieloverbrenging kan afgeven aan de uitgaande as van de verbrandingsmotor.The invention relates to a turbocharged propulsion unit, consisting of a combustion engine with an output shaft and a turbine that can be driven by the exhaust gases of the internal combustion engine and can deliver its energy extracted from the exhaust gases to the output shaft of at least one gear transmission. the combustion engine.

Een dergelijke aandrijving, in het bijzonder bedoeld voor scheeps-toepassingen, is bekend uit de Europese octrooiaanvrage 0066234. De bekende aandrijving is slechts geschikt voor scheepstoepas-singen omdat voorzieningen ontbreken om de afgifte van uit de uitlaatgassen onttrokken energie te onderbreken, bij voorbeeld als de verbrandingsmotor op een stationair toerental draait, of als de uitgaande as van de verbrandingsmotor energie aan de turbine dreigt af te leveren.Such a drive, particularly intended for ship applications, is known from European patent application 0066234. The known drive is only suitable for ship applications because there are no facilities to interrupt the release of energy extracted from the exhaust gases, for example if the combustion engine is running at idle speed, or if the output shaft of the combustion engine threatens to supply energy to the turbine.

De uitvinding beoogt in het voorgaande verbetering te brengen. Volgens de uitvinding is dit bereikt, doordat de tandwieloverbrenging gedeeltelijk is opgenomen in een van een koppeling voorzien en derhalve in- en uitschakelbaar tussendrijfwerk, en voor het overige bestaat uit een rondsel dat is aangebracht op een uitgaande as van het tussendrijfwerk, welk rondsel in ingrijping is met de uitgaande as van de verbrandingsmotor of een met die uitgaande as in ingrijping zijnde andere as.The object of the invention is to improve the foregoing. According to the invention this has been achieved in that the gear transmission is partly accommodated in a coupling mechanism provided with a clutch and therefore can be switched on and off, and for the rest consists of a pinion mounted on an output shaft of the intermediate gear, which pinion engages with the output shaft of the internal combustion engine or any other shaft engaged with that output shaft.

Het tussendrijfwerk is bij voorkeur automatisch inschakelbaar als het toerental van de verbrandingsmotor in zijn werkgebied ligt, en automatisch uitschakelbaar bij een lager toerental van de verbran dingsmotor alsmede bij overbelasting en bij omkering van de mo-mentrichting van de uitgaande as van het tussendrijfwerk.Preferably, the intermediate gear can be switched on automatically when the speed of the internal combustion engine is in its operating range, and it can be automatically switched off at a lower speed of the internal combustion engine as well as in the event of overload and when the torque direction of the output shaft of the intermediate gear is reversed.

De uitgaande as van het tussendrijfwerk bevat bij voorkeur een elastische koppeling om het tussendrijfwerk tegen trillingen te beschermen die ontstaan door de oneenparigheid van de beweging van de uitgaande as van de verbrandingsmotor.The output shaft of the intermediate gearbox preferably contains an elastic coupling to protect the intermediate gearbox from vibrations caused by the irregularity of the movement of the output shaft of the internal combustion engine.

De in- en uitschakelbare koppeling kan mechanisch, elektrisch of hydraulisch bestuurbaar zijn.The clutch which can be switched on and off can be controlled mechanically, electrically or hydraulically.

De hydraulisch bestuurbare koppeling kan bestaan uit een platenof lamellenkoppeling die is aangebracht rond een roteerbaar ondersteunde tussenas van het tussendrijfwerk, welke tussenas een kanaal bezit dat aan zijn afgelegen einde is aangesloten op een bron van samengeperst fluïdum, aan zijn nabij gelegen einde is aangesloten op een aantal doorgangen van een naaf die alleen in de voorwaartse momentrichting van het tussendrijfwerk open zijn, en aan een tussen de einden gelegen flens voorzien is van in radiale richting door veren belaste zuigertjes die alleen open zijn als het toerental van de verbrandingsmotor in zijn werkgebied ligt. Deze veerbelaste zuigertjes vormen een centrifugaalafsluiter.The hydraulically steerable coupling may consist of a plate or multi-plate coupling arranged around a rotatably supported intermediate shaft of the intermediate gear, which intermediate shaft has a channel connected at its remote end to a source of compressed fluid, connected at its adjacent end to a number of hub passages open only in the forward torque direction of the intermediate gear and having an intermediate flange with radially spring-loaded pistons open only when the engine speed is within its operating range. These spring-loaded pistons form a centrifugal valve.

De platen of lamellen van de koppeling die door de turbine worden aangedreven zijn bij voorkeur bevestigd in een zuiger die door middel van een aantal pennen en een bijbehorend aantal cirkelsectorvormige sleuven over een beperkte hoek ten opzichte van een cilinder draaibaar is om de doorgangen alleen in voorwaartse momentrichting van het tussendrijfwerk te openen.The plates or vanes of the coupling driven by the turbine are preferably mounted in a piston which is rotatable by a number of pins and an associated number of circular sector slots at a limited angle relative to a cylinder about the passages only in forward open the torque direction of the intermediate gear.

De cilinder kan een aanslag bezitten om de axiale verplaatsing van de zuiger te beperken in combinatie met een axiale veer, ter verkrijging van een beveiliging tegen overbelasting.The cylinder can have a stop to limit axial displacement of the piston in combination with an axial spring, to provide overload protection.

De door de turbine aaftgedreven zijde van de koppeling kan via een planetair drijfwerk met die turbine zijn verbonden. Dit drijfwerk is bedoeld om een voldoende toerentalreductie te verkrijgen.The side of the coupling driven by the turbine can be connected to that turbine via a planetary gear. This gear is intended to obtain a sufficient speed reduction.

De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin bij wijze van voorbeeld een uitvoeringsvorm van een tussendrijfwerk voor een turbocompound-aandrijving is weergegeven.The invention will be explained in more detail below with reference to the drawing, which shows, by way of example, an embodiment of an intermediate gearbox for a turbo-compound drive.

In de tekening toont: figuur 1 een axiale doorsnede door het tussendrijfwerk, figuur 2 op grotere schaal het omcirkelde detail II van figuur 1, figuur 3 een gedeeltelijke doorsnede volgens de lijn III-III van figuur 1, en figuur 4 een doorsnede volgens de lijn IV-IV van figuur 1.In the drawing: figure 1 shows an axial section through the intermediate gear, figure 2 on a larger scale the circled detail II of figure 1, figure 3 a partial section along the line III-III of figure 1, and figure 4 a section along the line IV-IV of Figure 1.

De functies die door de uitgevonden aandrijving moeten worden vervuld, zijn: - overbrengen van vermogen van een niet-weergegeven, doch links in figuur 1 gelegen turbine-as naar een rondsel 1 dat in ingrijping is met een (niet weergegeven) tandwiel op een uitgaande as van een verbrandingsmotor, - het reduceren van het toerental van de turbine (van de orde van grootte van 50.000 omwentelingen per minuut) naar het toerental van de verbrandingsmotor (van de orde van 2.000 omwentelingen per minuut), - het in- en uitschakelen van het tussendrijwerk als functie van de bedrijsomstandigheden, te weten: - inschakelen in het werkgebied van de verbandingsmotor (boven ongeveer 1.000 omwentelingen per minuut), - het uitschakelen bij lagere toerentallen (zoals stationair toerental), - het uitschakelen bij omkering van de momentrichting, en - het uitschakelen bij overbelasting.The functions to be performed by the invented drive are: - transferring power from a turbine shaft (not shown, but on the left in figure 1) to a pinion 1 which is engaged with a gear (not shown) on an output shaft of a combustion engine, - reducing the speed of the turbine (of the order of 50,000 revolutions per minute) to the speed of the combustion engine (of the order of 2,000 revolutions per minute), - switching on and off the intermediate gear as a function of the operating conditions, namely: - switching on in the working area of the reciprocating motor (above approximately 1,000 revolutions per minute), - switching off at lower speeds (such as idling speed), - switching off when reversing the torque direction, and - switching off in case of overload.

- het corrigeren van de oneenparigheid van de beweging van de krukas van de verbrandingsmotor ter vermijding van eigen frequentie in het aandrijfsysteem.- correcting the irregularity of the movement of the crankshaft of the combustion engine to avoid its own frequency in the drive system.

Onderdelen die voor het wezen van de uitvinding niet van belang zijn, zijn in de tekening niet van een verwijzingscijfer voorzien en worden hieronder niet besproken.Parts not of interest to the essence of the invention are not referenced in the drawing and are not discussed below.

Op de turbine-as is een tandwiel 2 aangebracht dat met in een stilstaande satelietdrager 3 gelagerde satelietwielen 4 en een ringwiel 5 een planetair drijfwerk vormt.A gear wheel 2 is arranged on the turbine shaft, which planetary gearbox is formed with satellite wheels 4 mounted in a stationary satellite carrier 3 and a ring wheel 5.

Het ringwiel vormt een geheel met een cilinder 6 die is bevestigd aan een door naaldlagers 7 vrijdraaiend op een tussenas 8 ondersteunde naaf 9.The ring gear is integral with a cylinder 6 which is attached to a hub 9 supported by needle bearings 7, which rotates freely on an intermediate shaft 8.

Drie in axiale richting vast uit de naaf 9 stekende pennen 10 vallen in cirkelsectorvormige sleuven 11 die zijn aangebracht in een naar de naaf 9 gekeerd kopvlak van een zuiger 12 die axiaal beweegbaar in de cilinder 6 is aangebracht. Deze onderdelen zijn betrokken bij het nog te beschrijven automatische in- en uitschakelen van de in- en uitschakelbare koppeling. Hiervoor is een elektrische variant te bedenken die ook binnen de uitvindingsge-dachte valt.Three pins 10 protruding in axial direction from the hub 9 fall into circular sector-shaped slots 11 which are provided in an end face of the piston 12 facing the hub 9 which is axially movable in the cylinder 6. These parts are involved in the automatic activation and deactivation of the engaging and disengageable clutch that is yet to be described. An electrical variant can be devised for this, which also falls within the inventive concept.

Een vast op de tussenas 8 aangebracht tandwiel 13 wordt bij inschakeling van een lamellenkoppeling 14 door de naaf 9 aangedreven. Het inschakelen van de koppeling 14 geschiedt middels door centrifugaalwerking opgebouwde oliedruk in de ruimte tussen de naaf 9 en de zuiger 12. De olietoevoer naar deze ruimte komt tot stand door een geschikte (niet weergegeven) pomp die is aangesloten op een oliekanaal 15 in een huis 16 van het tussendrijfwerk, een in de tussenas 8 aangebracht centraal kanaal 17, en drie doorgangen 18 in de naaf 9.A gear 13 fixedly mounted on the intermediate shaft 8 is driven by the hub 9 when a multi-plate clutch 14 is switched on. Clutch 14 is engaged by centrifugal action of oil pressure in the space between hub 9 and piston 12. The oil supply to this space is accomplished by a suitable pump (not shown) connected to an oil channel 15 in a housing 16 of the intermediate gear, a central channel 17 arranged in the intermediate shaft 8, and three passages 18 in the hub 9.

De tussenas 8 is door een kogellager 19 in een daartoe bestemde boring van het huis 16 ondersteund. Het gedeelte van de tussenas 8 tussen het kogellager 19 en de uitmonding van het oliekanaal 15 is van een afdichting 20 ten opzichte van het huis 16 voorzien.The intermediate shaft 8 is supported by a ball bearing 19 in a bore of the housing 16 intended for this purpose. The part of the intermediate shaft 8 between the ball bearing 19 and the outlet of the oil channel 15 is provided with a seal 20 with respect to the housing 16.

De tussenas 8 bezit tussen het lager 19 en het tandwiel 13 een flens 21 waarin een toerentalafhankelijke klep is aangebracht die bestaat uit twee, elk door een veer 22 belaste zuigertjes 23. De door de veren 22 uitgeoefende krachten zijn zodanig gecalibreerd dat de klep boven een bepaald toerental, zoals 1.000 omwentelingen per minuut, opent. Ook hier is uiteraard een elektrische variant denkbaar die binnen de uitvindingsgedachte valt.The intermediate shaft 8 has a flange 21 between the bearing 19 and the gear wheel 13, in which a speed-dependent valve is arranged, which consists of two pistons 23, each loaded by a spring 22. The forces exerted by the springs 22 are calibrated such that the valve is above a certain speed, such as 1,000 revolutions per minute. Here too, of course, an electric variant is conceivable that falls within the inventive idea.

De drie doorgangen 18 van de naaf 9 worden geopend en gesloten door relatieve verdraaiing van de zuiger 12 ten opzichte van de naaf 9, waardoor in het kopvlak van de zuiger 12 aangebrachte, radiaal verlopende kanalen 24 tegenover de doorgangen 18 vallen. Deze relatieve verdraaiing is mogelijk door de in figuur 3 in twee verschillende standen getekende cirkelsectorvormige sleuven 11 in het oppervlak van de zuiger 12. Als de naaf 9 de zuiger 12 aandrijft, zijn de doorgangen 18 vrij, doch in het omgekeerde geval zijn zij gesloten. Deze toestand treedt op indien het aandrijf-koppel omkeert en tandwiel 13 het ringwiel 5 aandrijft, bijvoorbeeld als een vrachtwagen een helling af rijdt. Een uitvoering waarbij, de sleuven in de naaf en de pennen in de zuiger zijn aangebracht betekent een kinematische omkering die ook binnen de uit-vindingsgedachte valt.The three passages 18 of the hub 9 are opened and closed by relative rotation of the piston 12 relative to the hub 9, whereby radially extending channels 24 arranged in the end face of the piston 12 fall opposite the passages 18. This relative rotation is possible by the circular sector-shaped slots 11 in the surface of the piston 12, drawn in two different positions, as shown in Figure 3. When the hub 9 drives the piston 12, the passages 18 are free, but conversely they are closed. This condition occurs when the driving torque reverses and gear 13 drives the ring gear 5, for example when a truck drives down a slope. An embodiment in which the slots in the hub and the pins are arranged in the piston means a kinematic reversal which is also within the inventive idea.

Het tussendrijfwerk is tegen overbelasting beveiligd doordat een aanslag 25, die is aangebracht in het binnenoppervlak van de ci linder 6 aan het van het ringwiel 5 afgekeerde einde daarvan, en schotelveren 26 die zijn geplaatst tussen de lamellen koppeling 14 en het tandwiel 13, een maximale aanlegdruk van de lamellen definiëren. In de ontkoppelde toestand wordt de lamellenkoppeling 14 onder echte voorspanning gehouden door schotelveren 27 die rond de pennen 10 zijn geplaatst.The intermediate gear is protected against overload by the fact that a stop 25, which is arranged in the inner surface of the cylinder 6 at the end thereof away from the ring gear 5, and cup springs 26, which are placed between the multi-plate clutch 14 and the gear wheel 13, have a maximum define contact pressure of the slats. In the disengaged state, the multi-disc clutch 14 is kept under true bias by cup springs 27 placed around the pins 10.

Het tandwiel 13 is in ingrijping met een tandwiel 28 dat middels trillingdempers verbonden is met een uitgaande as 29 van het tussendrijfwerk, op welke uitgaande as 29 het rondsel 1 is aangebracht. De trillingsdemper is van een bekend type, waarbij tangen-tiaal geplaatste veren 30 zich paarsgewijs afsteunen, enerzijds op een centrale schijf 31 en anderzijds op niet zichbare cirkelsectorvormige omtreksuitsparingen van twee zijplaten 32, die door middel van boutjes 33 en afstandsbusjes 34 met een tussenring 35 zijn verbonden. De tussenring 35 is op zijn beurt met boutjes 36 aan het tandwiel 28 is bevestigd. Deze trillingsdemper, die ook een elastische koppeling kan worden genoemd, is nodig om bij stationair toerental van de verbrandingsmotor het tussendrijfwerk niet in trilling te laten komen.The gear 13 is engaged with a gear 28 which is connected by means of vibration dampers to an output shaft 29 of the intermediate gear, on which output shaft 29 the pinion 1 is arranged. The vibration damper is of a known type, in which tangentially placed springs 30 are supported in pairs, on the one hand on a central disc 31 and on the other hand on invisible circular sector-shaped circumferential recesses of two side plates 32, which are fastened by means of bolts 33 and spacers 34 with an intermediate ring 35. are connected. The intermediate ring 35 is in turn fastened to the gear 28 with bolts 36. This vibration damper, which can also be called an elastic coupling, is necessary to prevent the intermediate gear from vibrating at idle speed of the internal combustion engine.

De oliestroom door het tussendrijfwerk is als volgt. Nadat de olie de onder centrifugaalwerking van elkaar afbewogen zuigertjes 23 is gepasseerd, zorgt deze olie ook voor het inschakelen van de lamellenkoppeling 14 mits de doorgangen 18 vrij zijn. Een smoring 40 die in verbinding staat met de ruimte die de lamellenkoppeling 14 kan belasten, zorgt voor het juiste evenwicht van olietoe- en afvoer en daarmede voor de koppelingsdruk die daardoor mede bepalend is voor de in- en uitschakeltijdstippen van de koppeling 14. Een in de naaf 9 aangebrachte ontlastboring 37 zorgt voor smering van het planetair drijfwerk 2-5, waarbij de olie via een gaatje 39 in de cilinder 6 kan ontwijken. In de tussenas 8 is ook nog een tweetal kleinere oliekanalen 38 opgenomen dat olie naar de lamellenkoppeling 14 voert. Op een geschikt niveau van het tussendrijfwerk wordt de olie teruggevoerd naar de (niet weergegeven) pomp.The oil flow through the intermediate gear is as follows. After the oil has passed the pistons 23 moved away from each other by centrifugal action, this oil also ensures that the multi-plate coupling 14 is switched on, provided that the passages 18 are free. A throttle 40, which communicates with the space that can load the multi-plate clutch 14, ensures the correct balance of oil supply and discharge, and thus the coupling pressure, which thereby also determines the switching on and off times of the coupling 14. A the relief bore 37 provided in the hub 9 provides lubrication of the planetary gear 2-5, whereby the oil can escape via a hole 39 in the cylinder 6. Two intermediate oil channels 38 are also included in the intermediate shaft 8, which feed oil to the multi-plate clutch 14. At an appropriate intermediate gear level, the oil is returned to the pump (not shown).

Binnen het kader van de conclusies vallen ook uitvoeringsvormen die niet in de tekening zijn weergegeven, waarbij in het bijzonder wordt gedacht aan een compacte uitvoeringsvorm zonder tandwieloverbrenging 13/28 doch wel voorzien van een trillingsdemper. Bij de in de hoofdconclusie genoemde andere as wordt in de eerste plaats gedacht aan de as die hulporganen van de verbrandingsmotor, zoals de ventilator en/of de dynamo aandrijft.Also within the scope of the claims are embodiments which are not shown in the drawing, in particular a compact embodiment without gear transmission 13/28 being thought of, but comprising a vibration damper. In the other axis mentioned in the main claim, in the first place the axis is used which drives auxiliary members of the internal combustion engine, such as the fan and / or the dynamo.

Claims (10)

1. Turbocompound-aandrijving, bestaande uit een verbrandingsmotor met een uitgaande as en een turbine die kan worden aangedreven door de uitlaatgassen van de verbrandingsmotor en zijn uit de uitlaatgassen onttrokken energie via ten minste één tandwieloverbrenging kan afgeven aan de uitgaande as van de verbrandingsmotor, met het kenmerk, dat de tandwieloverbrenging gedeeltelijk is opgenomen in een van een koppeling voorzien en derhalve in- en uitschakelbaar tussendrijfwerk, en voor het overige bestaat uit een rondsel (1) dat is aangebracht op een uitgaande as (29) van het tussendrijfwerk, welk rondsel (1) in ingrijping is met de uitgaande as van de verbrandingsmotor of een met die uitgaande as in ingrijping zijnde andere as·Turbocharged propulsion, consisting of a combustion engine with an output shaft and a turbine which can be driven by the exhaust gases of the internal combustion engine and which can deliver its energy extracted from the exhaust gases to the output shaft of the internal combustion engine via at least one gear transmission, with characterized in that the gear transmission is partly included in a coupling gear which is provided with a clutch and can therefore be switched on and off, and otherwise consists of a pinion (1) mounted on an output shaft (29) of the intermediate gear, which pinion (1) meshes with the output shaft of the internal combustion engine or other shaft engaged with that output shaft 2. Aandrijving volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de koppeling van het tussendrijfwerk automatisch inschakelbaar is als het toerental van de verbrandingsmotor in zijn werkgebied ligt, en automatisch uitschakelbaar is bij een lager toerental van de verbrandingsmotor alsmede bij overbelasting en bij omkering van de momentrichting van de uitgaande as (29) van het tussendrijfwerk.Drive according to claim 1, characterized in that the coupling of the intermediate gear can be switched on automatically when the speed of the internal combustion engine is in its operating range, and can be automatically switched off at a lower speed of the internal combustion engine as well as when the load is overloaded and reversed. torque direction of the output shaft (29) of the intermediate gear. 3. Aandrijving volgens conclusie 1 of 2 met het kenmerk, dat de uitgaande as (29) van het tussendrijfwerk een elastische koppeling (30-35) bevat.Drive according to claim 1 or 2, characterized in that the output shaft (29) of the intermediate gear contains an elastic coupling (30-35). 4. Aandrijving volgens éên der conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de in- en uitschakelbare koppeling mechanisch of elektrisch bestuurbaar is.Drive according to one of claims 1 to 3, characterized in that the clutch which can be switched on and off can be controlled mechanically or electrically. 5. Aandrijving volgens één der conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de in- en uitschakelbare koppeling hydraulisch bestuurbaar is.Drive according to any one of claims 1 to 3, characterized in that the clutch which can be switched on and off is hydraulically controllable. 6. Aandrijving volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de hydraulisch bestuurbare koppeling bestaat uit een platen- of lamellenkoppeling (14) die is aangebracht rond een roteerbaar ondersteunde tussenas (8) van het tussendrijfwerk, welke tussenas (8) een kanaal (17) bezit dat aan zijn afgelegen einde is aangesloten op een bron van samengeperst fluidum, aan zijn nabijgelegen einde is aangesloten op een aantal doorgangen (18) van een naaf (9) die alleen in de voorwaartse momentrichting van het tussendrijfwerk open zijn, en aan een tussen de einden gelegen flens (21) voorzien is van in radiale richting door veren (22) belaste zuigertjes (23) die alleen open zijn als het toerental van de verbrandingsmotor in zijn werkgebied ligt.Drive according to claim 5, characterized in that the hydraulically steerable coupling consists of a plate or multi-plate coupling (14) arranged around a rotatably supported intermediate shaft (8) of the intermediate gear, which intermediate shaft (8) has a channel (17 ) having its remote end connected to a source of compressed fluid, its nearby end connected to a plurality of passages (18) of a hub (9) open only in the forward torque direction of the intermediate gear, and to a flange (21) located between the ends is provided with pistons (23) loaded in radial direction by springs (22) which are only open when the speed of the combustion engine is in its working range. 7. Aandrijving volgens een der conclusies 1-6, met het kenmerk, dat de platen of lamellen van de koppeling (14) die door de turbine worden aangedreven, zijn bevestigd in een zuiger (12) die door middel van een aantal pennen (10) en een bijbehorend aantal cirkelsectorvormige sleuven (11) over een beperkte hoek ten opzichte van een cilinder (6) draaibaar is om de doorgangen (18) alleen in voorwaartse momentrichting van het tussendrijfwerk te openen.Drive according to any one of claims 1 to 6, characterized in that the plates or fins of the coupling (14) driven by the turbine are mounted in a piston (12) which is secured by a number of pins (10 ) and an associated number of circular sector slots (11) are rotatable at a limited angle relative to a cylinder (6) to open the passages (18) only in the forward torque direction of the intermediate gear. 8. Aandrijving volgens conclusie 7, met het'· kenmerk, dat de cilinder (6) een aanslag (25) bezit om de axiale verplaatsing van de zuiger te beperken in combinatie met een axiale veer (26), ter verkrijging van een beveiliging tegen overbelasting.Drive according to claim 7, characterized in that the cylinder (6) has a stop (25) to limit the axial displacement of the piston in combination with an axial spring (26), to provide a protection against overload. 9. Aandrijving volgens een der conclusies 1-8, met het kenmerk, dat de door turbine aangedreven zijde van de koppeling via een planetair drijfwerk (2-5) met die turbine is verbonden.Drive according to any one of claims 1 to 8, characterized in that the turbine-driven side of the coupling is connected to said turbine via a planetary gear (2-5). 10. Aandrijving zoals weergegeven in de tekening, en/of besproken aan de hand daarvan. ' HV/AB10. Drive as shown in the drawing, and / or discussed on the basis thereof. HV / AB