NL8702913A - Middel voor het bevorderen van de haargroei. - Google Patents

Description

* U.Q. 34452 ? # «i - Middel voor het bevorderen van de haargroei -

De uitvinding heeft betrekking op een middel voor het bevorderen van de haargroei, dat plantaardige extracten bevat.

Middelen voor het bevorderen van de haargroei, die plantaardige extracten bevatten zijn uit een groot aantal publicaties bekend.

5 Uit de Luxemburgse octrooiaanvrage 67.493 is een middel voor het bevorderen van de haargroei bekend, dat bestaat uit een capilair actieve lotion, die tinctuur van urtica urens of urtica dioica, capsicum tinctuur, mosterdzaad tinctuur en voorts hyaluronidase en een verdikkingsmiddel bevat.

10 Uit het Franse octrooischrift 2.539.621 is een haargroeimiddel bekend, dat bestaat uit drie lotions, waarbij de eerste lotion ginseng tinctuur en astragalus tinctuur, de tweede lotion ondermeer zingiber officinalis en sesamolie en de derde lotion astragalus en angélique polymorpha bevat. Gedurende de behandeling worden deze drie lotions 15 achtereenvolgens toegepast.

Uit de Franse octrooiaanvrage 2.558.727 is het bekend haar of hoofdhuid te behandelen Cyprès-extract, Thuya-extract, Juniperus-extract, Lobocedrus, extract van de Cupressaceën, azijn en water.

Uit het Duitse Offenlegungsschrift 2.649.846 is het bekend een 20 haarbehandelingsmiddel toe te passen, dat paprika in een oplosmiddel bevat. Als oplosmiddel wordt hierbij bij voorkeur spiritus of alcohol toegepast.

Gevonden werd nu, dat een middel voor het bevorderen van de haargroei, dat plantaardige extracten bevat, wordt gekenmerkt, doordat dit 25 middel is bereid op basis van een extract, te verkrijgen door extractie van: 3- 7 gew.dln Sichuan Pericarpium zanthoxyli; 7-11 gew.dln Radix Angelicae sinensis; 7-11 gew.dln Cacumen biotae; 30 4 - 8 gew.dln Folium mori; 7-11 gew.dln Rhizoma Zingiberis recens; 0,5 - 1,5 gew.dln Radix Stemonae; 15-25 gew.dln Fructus Crataegi; 2.5 - 3,5 gew.dln Flos.Carthami; 35 0,75-1,25 gew.dln Fructus Capsici; 4- 8 gew.dln Folium Sesami; 2.5 - 3,5 gew.dln Cortex Pseudolaricis; .8702913 * 2 met 100 gew.dln van een mengsel van 50-70 gew.% ethanol en 30-50 gew.% water en waarin 1.5 - 2,5 /ug kwiksulfaat; 7.5 - 12,5 /ug loodsulfaat en 5 2,5 - 3,5 /ug arseensulfaat per 100 ml en desgewenst verder verdun- ningsmiddel, reukstoffen, kleurstoffen en/of verdikkingsmiddelen zijn opgenomen.

Bij voorkeur wordt een extract toegepast, verkregen door de volgende samenstelling: 10 4,5 - 5,5 gew.dln Sichuan Pericarpium zanthoxyli; 8.5 - 9,5 gew.dln Radix Angelicae sinensis; 8.5 - 9,5 gew.dln Cacumen biotae; 5.5 - 6,5 gew.dln Folium mori; 8.5 - 9,5 gew.dln Rhizoma Zingiberis recens; 15 0,9-1,1 gew.dln Radix Stemonae; 19-21 gew.dln Fructus Crataegi; 2.8 - 3,2 gew.dln Flos. Carthami; 0,9 - 1,1 gew.dln Fructus Capsici; 5.5 - 6,5 gew.dln Folium Sesami; 20 2,9-3,1 gew.dln Cortex Pseudolaricis; met 100 vol.dln van een ethanol-water mengsel te extraheren en daaraan: 1.9 - 2,1 /ug kwiksulfaat; 9.5 - 10,5 /ug loodsulfaat; 2.9 - 3,1 /ug arseensulfaat toe te voegen, 25 Zeer in het bijzonder wordt een extract van: 5 gew.dln Sichuan Pericarpium zanthoxyli; 9 gew.dln Radix Angelicae sinensis; 9 gew.dln Cacumen biotae; 6 gew.dln Folium mori; 30 9 gew.dln Rhizoma Zingiberis recens; 1 gew.dln Radix Stemonae; 20 gew.dln Fructus Crataegi; 3 gew.dln Flos. Carthami; 1 gew.dln Fructus Capsici; 35 6 gew.dln Folium Sesami; 3 gew.dln Cortex Pseudolaricis; met 100 vol.dln van een ethanol-water mengsel waaraan: 0,02 /ug kwiksulfaat; 0,1 /ug loodsulfaat; 40 0,03 /ug arseensulfaat is toegevoegd, toegepast.

.8702913 » 3

Deze samenstelling wordt opgenomen in 60-70 gew.% ethanol en 30-40 gew.% water.

Het extract wordt vervaardigd door de aangegeven hoeveelheid kruiden te extraheren in 100 ml water bevattende ethanol met een ethanol-5 gehalte van 60-70 gew.%. De kruiden worden hier gedurende één week op 0 op 35°C ingehouden. Hoewel uiteraard korter en langer ook mogelijk is.

Aan het middel volgens de uitvinding kunnen gebruikelijke reukstoffen en kleurstoffen worden toegevoegd. Tevens kan een kleine hoeveelheid van een verdikkingsmiddel worden opgenomen.

10 Het middel volgens de uitvinding wordt door inwrijven op de hoofd huid toegepast en wel in een hoeveelheid van ongeveer 3,5 ml per keer, tweemaal daags. Deze toepassing leidt het tot een aanzienlijke stimulering van de haargroei.

Het middel volgens de uitvinding kan op eenvoudige wijze worden 15 samengesteld door de zouten op te lossen in een extractie van de kruiden in ethanol en water. Doelmatig is een mengsel van 60-70 gew.% ethanol en 30-40 gew.% water.

Voorbeeld I

Men extraheert 5 gew.dln Sichuan Pericarpium zanthoxyli; 20 9 gew.dln Radix Angelicae sinensis (chinese angelica); 9 gew.dln Cacumen biotae (twijgen met loof van chinese thuja); 6 gew.dln Folium Mori (moerbeiblad); 9 gew.dln Rhizoma Zingiberis recens (verse gember); 1 gew.dl Radix Stemonae (wortel van ongesteelde stemonae); 25 20 gew.dln Fructus Crataegi (meidoorn vruchten); 3 gew.dln Flos. Carthami (saffraanbloem); 1 gew.dl Fructus Capsici (hete peper); 6 gew.dln Folium Sesami (sesamblad); 3 gew.dln Cortex Pseudolaricis (pseudo lariks); 30 gedurende één week bij kamertempertuur in een mengsel van 65 gew.% ethanol en 35 gew.% water en voegt daaraan: 0,02 /ug kwiksulfaat; 0,1 /ug loodsulfaat; 0,03 /ug arseensulfaat toe.

35 Op eenvoudige wijze kunnen mengsels met een iets andere samenstel ling binnen de aangegeven grenzen worden bereid.

Onderzoek naar de veiligheid van het haargroeimiddel.

40 1. De veiligheid van het middel werd onderzocht aan de hand van: .8702913 4 v a) proeven over acute toxiciteit; b) proeven over chronische toxiciteit; c) proeven over de pathologie; d) proeven over percutane toxiciteit; 5 e) proeven over contact sensibilisering; f) proeven over slijmvliesirritatie; g) coagulatie-proeven; h) hemolyse-proeven; i) microbiologische proeven (bacteriën, fungi, gisten).

10 2. Proefmateriaal en proefperiode.

a) Proefmateriaal: Het middel bereid volgens voorbeeld I.

b) Verpakking: 100 ml bruine, visceuze vloeistof in zwarte pclybins (houders) met een inhoud van 150 ml, bij gebruik wordt per keer 1-2 ml 15 proefmateriaal afgegeven uit een opening van het type spuitmond.

3. Resultaten.

a) proeven over acute toxiciteit.

Een groep van 20 mannelijke muizen van de DD stam met een lichaams-20 gewicht van 16-17 g werd gebruikt, en een experimentele oplossing en een blanco oplossing (oplossing van druivensuiker) werden in een hoeveelheid van 5, 50, 100, 500 en 1000 /ul in de buikholte en in de haarvaten ingebracht, en het aantal doden tot de vierde week na de injectie werd bepaald.

25

Tabel A. Proeven over de acute toxiciteit na injectie in de buikholte van muizen.

ingespoten beoordelingsperiode (dagen) 30 hoeveelheid 1 2 3 4 5 6 14 21 28 5 /ul 0/201 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 50 /ul 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 100 /ul 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 500 /ul 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 35 1000 /ul 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 blanco 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 ,8702913 aantal doden / aantal proeven 5 ‘

Tabel B. Proeven over acute toxiciteit na injectie in de haarvaten van s muizen.

ingespoten beoordelingsperiode (dagen) 5 hoeveelheid 1 2 3 4 5 6 14 21 28 5 /ul 0/20* 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 50 /ul 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 100 /ul 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 500 /ul 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 10 1000 /ul 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 blanco 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 * aantal doden / aantal proeven 15 Uit de bovenstaande resultaten werd geen acute toxiciteit na injectie in de buikholte en haarvaten tot 1000 /ul waargenomen, b) Proeven over chronische toxiciteit.

Proeven over chronische toxiciteit werden uitgevoerd met voer in vaste vorm, dat 100 /ul, 500 /ul, 1000 /ul en 2000 /ul/g bevatte 20 van de proefvloeistof en blanco vloeistof (gedestilleerd water als blanco vloeistof), met als groep 20 mannelijke muizen van de DD stam met een lichaamsgewicht van 16-17 g en de beoordeling werd uitgevoerd, uitgaande van het aantal doden.

25 Tabel C. Proeven over chronische toxiciteit van "haargroeimiddel".

ingespoten beoordelingsperiode (dagen) hoeveelheid 1 23456 100 /ul 0/20* 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 30 500 /ul 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 1000 /ul 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 2000 /ul 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 blanco 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 0/20 35 * aantal doden / aantal proeven .87 02913 6 * c) Proeven over de pathologie.

Bij de proefmuizen die in de experimenten over chronische toxiciteit waren gebruikt, en bij blanco muizen werden steeds per groep 3 muizen genomen, en van de gedode muizen werden op de normale wijze na 5 fixeren met formaline paraffine coupes vervaardigd, en beelden van verandering van de weefsels van specimina die met hematoxiline-eosine waren gekleurd, werden beoordeeld.

Resultaat:

Ontstekingsreacties van de verschillende weefsels en abnormalitei-10 ten van neurofiele lymfocyten en histiocyten werden niet waargenomen, en weefselzwelling van de serosa van de organen in de buikholte werd niet waargenomen, en hetzelfde weefselbeeld als bij de blanco werd gevonden, d) Proeven over percutane toxiciteit.

Aan vaseline werd zoveel middel volgens voorbeeld I toegevoegd, dat 15 de concentratie daarvan 1 gew.%, 2 gew.%, 5 gew.%, 10 gew.%, 20 gew.% en 50 gew.% werd, en de aldus geprepareerde vloeistof werd homogeen opgebracht op een vierkant van 1 cm^ van de van te voren geschoren huid van rug van Guinese biggetjes met een lichaamsgewicht van 250 g. Na 30 minuten werd observatie verricht naar het loslaten van de epidermis, 20 rode vlekkerigheid, en zwelling.

Voorts werden alle proeven uitgevoerd met Guinese biggetjes, en werd als blanco enkel vaseline geobserveerd.

Resultaat:

Zoals in tabel D getoond wordt, was de waarneming bij een concen-25 tratie van 1% tot 50 gew.% voor loslaten van de epidermis, rode vlekkerigheid en zwelling geheel negatief.

.8702913 » 7

Tabel D. Proeven over de percutane giftigheid van het haargroeimiddel. *

Concentratie Tijd van de observatie van percutane toxiciteit (gew.%) 24 uur 48 uur 5 epider- rode zwel- epider- rode zwel- mis vlekken ling mis vlekken ling 10 10 - ------ 20 - - . - - -50 ______ blanco (vaseline) - - - 15 - : negatief e) Proeven over contactsensibilisering.

1 ml van de oorspronkelijke vloeistof werd 3 maal per dag, en dat gedurende 5 dagen herhaald, opgebracht op een van te voren geschoren 20 deel van de huid aan de rug van 2 mannelijke Guinese biggetjes met een lichaamsgewicht van 200 g, en klinische verschijnselen werden bestudeerd.

Resultaat:

Het resultaat van het uitvoeren van contact-sensibilisering die 3 25 maal per dag herhaald werd, was dat bij waarneming gedurende 5 dagen geen zwellingssymptomen en rode vlekken van de huid werden waargenomen, en dat ook op grond van klinische pathologische bevindingen geen abnormaliteiten werden waargenomen.

f) Proeven over slijmvlies-irritatie.

30 Deze werden uitgevoerd aan de hand van oogreacties. 3 mannelijke

Oostenrijkse konijnen van 2,3 kg, die van te voren gedurende 5 dagen bij 25°C waren gehouden, werden gebruikt. In 1 oog werd 1 druppel Dabao gedruppeld, en na 20 minuten werden aan- of afwezigheid van bloedconges-ties, stromen van tranen en oedeem onderzocht.

35 Resultaat:

Bij de drie proefkonijnen en 1 blanco, die behandeld was met gedestilleerd water, werden 25 minuten na het druppelen geen bloedcongesties en oedeem in het ooggedeelte waargenomen.

g) Coagulatie-proeven.

40 Droog plasma van konijnen en menselijk plasma van bloedgroep 0 .8702913 8 werden bereid, en met 0,5 ml proefvloeistof werd telkens 1 ml plasma gemengd, en dit liet men 2 uur bij 37°C reageren, en het coagulerend vermogen daarvan werd geobserveerd.

Resultaat: 5 In deze proeven werd bij plasma van konijnen en bij menselijk plas ma een vermogen tot coaguleren waargenomen.

h) Hemolyse proeven.

Verse bloedlichaampjes van konijnen en mensen werden gebruikt, en het testmateriaal werd in concentraties van 0,1, 0,2, 0,5 en 1,0 gew.% 10 met 0,5 ml bloedlichaampjes van konijnen en mensen gemengd, en dit liet men 2 uur bij 37°C reageren.

Tabel E. concentratie van het testmateriaal.

15 (%) konijnen mensen 0,1 -* 0,2 0,5 - 1,0 20 * : geen hemolyse.

i) Microbiologische proeven:

Als voedingsbodem voor de detectie van bacteriën werd trypto-soja 25 agar gebruikt, voor fungi aardappeldextrose, en als voedingsbodem voor de detectie van gisten een Saburow agar voedingsbodem, en de cultuur werd uitgevoerd bij kweektemperaturen van 30°C en 37°C. Verder werd het onderzoek uitgevoerd met als voedingsbodem voor de detectie van darm-bacteriën een voedingsbodem van MacConki, en een manniet en trypto-soja-30 bloedplasma agar voedingsbodem. De kweek werd uitgevoerd, terwijl aseptisch 1 ml van alle materialen of de bovengenoemde voedingsbodems werd uitgesmeerd.

.8702913 * 9

Tabel F. Microbiologische proeven met het haargroeimiddel op verschil- * lende voedingsbodems.

Voedingsbodem lot no.

5 1-8-86 2-8-86 3-8-86

30°C 37°C 30°C 37°C 30°C 37°C

tryptocase soja - a) - - - -

MacConki - - - - - manniet - - - - 10 aardappeldextrose - - -

Saburow - - - - - a) : detectie van micro-organismen negatief.

15 Resultaat:

Zoals in de bovenstaande tabel getoond wordt, werden geen micro-organismen waargenomen op de verschillende soorten voedingsbodems bij 30°C en 37°C.

20 Een onderzoek naar het haargroei-mechanisme van het haargroeimiddel met behulp van de "laser Dopler" bloedstroommeter (PF2)

Bij een groot aantal lijders aan haaruitval in binnen- en buitenland kan toepassing van het haargroeimiddel er voor zorgen dat op de 25 plekken waar haaruitval is opgetreden in versneld tempo nieuwe haren groeien.

Ter verdere observatie van de therapeutische effecten van dit middel, is tegelijkertijd een onderzoek gedaan naar de invloed die het heeft op het haargroeimechanisme.

30 Met behulp van het nieuwe model "laser-Dopplern-bloedstroommeter, dat in de jaren '80 is ontwikkeld, zijn er bij 301 gevallen van lijders aan haaruitval die een systematische behandeling met het "haargroeimiddel" ondergingen waarnemingen op verschillende punten uitgevoerd naar de doorstroom-capaciteit van de capillaire vaten van de hoofdhuid, om 35 het verband tussen de haargroei en de bloeddoorstroomcapaciteit van capillaire vaten van de hoofdhuid te onderzoeken.

Algemene gegevens

Poliklinisch zijn 301 gevallen van lijders aan haaruitval geselec-teeerd, waarvan 258 van het mannelijke geslacht, en 43 van het vrouwe-40 lijke geslacht waren, in leeftijd variërend van 17 tot 52 jaar (Tabel .8702913 10 G). Het kortste, beloop van de aandoening was 2 maanden, het langste was 23 jaar (Tabel H). Er waren 24 gevallen met totale kaalheid, 10 gevallen met pleksgewijs optredende kaalheid, en 267 gevallen met kaalheid veroorzaakt door seborrhoea; laatstgenoemde gevallen werden voor de 5 behandeling overeenkomstig de methode "Hamilton" in typen verdeeld (Tabel i).

Tabel G. Verdeling van de 301 patiënten naar leeftijd.

10 Geslacht Leeftijd (jaren) man vrouw ^ 20 21-^30 31~40 41~50 51^60 Totaal

Aantal 258 43 5 62 122 106 6 301

Procent 85.7 14.3 1.7 20.6 40.5 35.2 2.0 100 15

Tabel H. Tijdsduur van de kwaal bij de 301 patiënten.

0/2 j <: 3 j ( 5 j ^ 10 j ζ 15 j ^ 20 j >20 j 20 Aantal 9 26 28 86 90 34 28

Procent 2.99 18.64 9.30 28.57 29.90 11.30 9.30

Tabel I. De verschillende categorieën van haaruitval bij de 301 patiën-25 ten.

Totale lokaal Totaal kaal kaal Haaruitval vanwege seborrhoea heid heid 30 H2 H3 H4 H5 H6 H7 H8

Aantal 24 10 13 39 56 41 41 40 37 301

Procent 8.0 3.3 4.3 13.0 18.6 13.6 16.6 13.3 12.3 100

Methode 35 De 301 patiënten stemden allemaal toe om binnen éénzelfde periode 2 maal per dag het haargroeimiddel op het hoofd aan te brengen met behulp van een korte, lichte massage. Het medicijn werd hoodzakelijk aangewend plekken waar sprake was van haaruitval, waarbij aan de hand van de situatie rekening werd gehouden met de plekken waar zich geen haaruitval 40 voordeed.

.8702913 11

Per twee weken werd aan alle patiënten een fles "haargroeimiddel" (100 ml) verstrekt, waarna door een medisch specialist een onderzoek werd gedaan naar de klinisch waarneembre therapeutische effekten; tevens werden er zowel voor de behandeling, alsmede elke twee weken tijdens de 5 duur van de behandeling, kleurenfoto's genomen van het vooraanzicht, de beide zijkanten, het achteraanzicht en de kruin.

Van de 301 gevallen werd, voor het begin van de behandeling, en nadat de behandeling 4 weken had geduurd, de bloeddoorstroom-capaciteit van de capillaire vaten van de hoofdhuid gemeten. Hierbij werd gebruik 10 gemaakt van de "laser-Doppler"-bloedstroommeter type PF2, alsmede van een "plotter" SE 120, om de bloeddoorstroom-capaciteit van de hoofdhuid kwantitatief op te nemen, waarbij de eenheden van de bloeddoorstroom-capaciteit van deze 9 zones werd vastgesteld, werd voor elke zone een "screening" van 30 seconden aangehouden. Daarna werd de aldus verkregen 15 grafiek van de bloeddoorstroom-capaciteit, na door een arts geanalyseerd te zijn, met behulp van een computer verder statistisch behandeld. Ten tijde van de meting werd de kamertemperatuur gehandhaafd op 20~24°C.

Resultaten 20 Nadat de 301 gevallen het "haargroeimiddel" hadden toegepast, was er na 1 week bij een minderheid sprake van een begin van groei van donshaar; na twee weken was er bij 120 gevallen sprake van haargroei -39,9% -, terwijl na 4 weken het aantal gevallen, waarbij het haar weer aangroeide steeg tot 211-70,1%.

25 Voor de behandeling was de bloeddoorstroom-capaciteit van de capillaire vaten van de hoofdhuid op de 9 zones gemiddeld 335 176 milli volt (Tabel J); van de 9 zones was in het algemeen de gemiddelde bloed-doorstroom- capaciteit van punt 1 en punt 6 duidelijk lager dan van punt 7 waar haarval niet makkelijk optreedt. P^ 0.001^0.01; wat betreft de 30 gemiddelde bloeddoorstroom-capaciteit van de overige plekken was er niet sprake van een duidelijk merkbare discrepantie, P^0.05.

Bij de verschillende leeftijdsgroepen vertoonde de gemiddelde bloeddoorstroom-capaciteit van de 9 punten ook geen statistische verschillen (Tabel K); van de 258 mannelijke gevallen was de gemiddelde 35 bloeddoorstroom-capaciteit op de 9 punten 335 _+ 168 millivolt, en van de 43 vrouwelijke gevallen bedroeg deze 333 +_ 178 millivolt, en was er ten aanzien van de bloeddoorstroom-capaciteit van de hoofdhuid geen statistisch verschil tussen de mannelijke en vrouwelijke gevallen. Nadat het "haargroeimiddel" gedurende 4 weken was toegepast, werd er een vergelij-40 king gemaakt tussen de toestand van de 9 punten op de hoofdhuid van de .8701913

Claims (4)

5 P 4.0.001; het verschil was uitzonderlijk duidelijk (Tabel L). Nadat de gemiddelde bloeddoorstroom-capaciteit van 5 van de 9 punten van de verschillende zones, nl. van de punten 3, 4, 5, 7 en 8, was vergeleken met die van punt 1, bleek dat de bloeddoorstroom-capaciteit van voornoemde 5 punten duidelijk hoger was dan die van punt 1. 10

1. Middel voor het bevorderen van de haargroei, dat plantaardige extracten bevat, met het kenmerk, dat dit middel is bereid op basis van een extract te verkrijgen door extractie van: 3- 7 gew.dln Sichuan Pericarpium zanthoxyli; 5 7-11 gew.dln Radix Angelicae sinensis; 7-11 gew.dln Cacumen biotae; 4- 8 gew.dln Folium mori; 7-11 gew.dln Rhizoma Zingiberis recens; 0,5 -1,5 gew.dln Radix Stemonae; 10 15-25 gew.dln Fructus Crataegi; 2.5 - 3,5 gew.dln Flos.Carthami; 0,75 - 1,25 gew.dln Fructus Capsici; 4-8 gew.dln Folium Sesami; 2.5 - 3,5 gew.dln Cortex Pseudolaricis; 15 met 100 vol.dln van een mengsel van 50-70 gew.% ethanol en 30-50 gew.% water en waarin 1.5 - 2,5 /ug kwiksulfaat; 7.5 - 12,5 /ug loodsulfaat en 2.5 - 3,5 /ug ar seen sulfaat per 100 ml en desgewenst verder verdun- 20 ningfi idtU len, reukstoffen, kleurstoffen en/of verdikkingsmiddelen zijn opgenomen.

1. De "laser-Doppler"-bloedstroommeter is een pas in de beginjaren '80 ontwikkeld nieuw instrument om de bloeddoorstroom-capaciteit van de capillaire vaten van de huid te meten. Tenland en Nilson hebben met be- 15 hulp van een hydraulisch model bevestigd dat de uitgevoerde signalen van bovengenoemd apparaat direct evenredig zijn aan de stroomsnelheid van de erythrocyten en aan het aantal erythrocyten dat per eenheidsvolume doorstroomt, en dat het een relatief goede lineaire karakteristiek heeft. Het bereik van het metingsgebied van het instrument is de bloed-20 doorstroom-capaciteit van de capillaire vaten van 1 mm dikke huid. Het instrument veroorzaakt bij het meten geen schade aan de huid; er is geen beperking ten aanzien van de locatie van de meting; het veroorzaakt geen warmte effect voor de huid; de tijdsfactor is gering, de reactiefrequentie hoog, en de gevoeligheidsgraad goed; de metingen kunnen zonder 25 problemen herhaalde malen worden uitgevoerd; de persoon die de meting ondergaat heeft geen pijn; de veranderingen in de dynamiek kunnen ononderbroken observeerd worden. Dit alles maakt dat het momenteel internationaal het meest ideale instrument is om de bloeddoorstroom-capaciteit te onderzoeken. Tot op heden echter was er noch in China noch in 30 het buitenland een verslag verschenen omtrent de toepassing van dit instrument bij het onderzoeken van de bloeddoorstroom-capcaiteit van de capillaire vaten van de hoofdhuid van enkele honderden lijders aan haaruitval.

2. Middel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat dit middel is bereid op basis van een extract te verkrijgen door extractie van: 4.5 - 5,5 gew.dln Sichuan Pericarpium zanthoxyli; 25 8,5 - 9,5 gew.dln Radix Angelicae sinensis; 8.5 - 9,5 gew.dln Cacumen biotae; 5.5 - 6,5 gew.dln Folium mori; 8.5 - 9,5 gew.dln Rhizoma Zingiberis recens; 0,9 - 1,1 gew.dln Radix Stemonae; 30 19 - 21 gew.dln Fructus Crataegi; 2,8 - 3,2 gew.dln Flos. Carthami; 0,9 - 1,1 gew.dln Fructus Capsici; 5.5 - 6,5 gew.dln Folium Sesami; 2,9-3,1 gew.dln Cortex Pseudolaricis; 35 met 100 vol.dln van een mengsel van 50-70 gew.% ethanol en 30-50 gew.% water en waarin - 2,1 /ug kwiksulfaat; .8702313 9,5 - 10,5 /ug loodsulfaat; 2,9 - 3,1 /ug arseensulfaat per 100 ml en desgewenst verder verdun-ningsmiddelen, reukstoffen, kleurstoffen en/of verdikkingsmiddelen zijn opgenomen.

2. De pathogenese van haaruitval is tot op de dag van vandaag nog 35 steeds niet duidelijk. Naast de neuropsychische theorie, de endocriene theorie, en de genetische theorie, zijn er recentelijk geleerden die de immunologische theorie opwerpen, maar een slechte bloedcirculatie en bloedtoevoer op de hoofdhuid behoren ongetwijfeld ook tot de factoren die haaruitval veroorzaken.

40 Bij de ontleding van een normale hoofdhuid is aangetoond dat de .8702913 hoofdhuid, net zoals de huid op andere locaties van het lichaam, is * samengesteld uit drie lagen, nl. de opperhuid, de lederhuid, en het onderhuidsbindweefsel. Tussen de opperhuid en de lederhuid bevindt zich het hoger gelegen haarvatennet, en tussen de onderkant van de lederhuid 5 en het onderhuidsbindweefsel bevindt zich het dieper gelegen haarvatennet. De bloedvaten van het dieper gelegen haarvatennet gaan verticaal omhoog, terwijl de vertakkingen ervan het hoger gelegen haarvatennet vormen. Hoewel bij meting met de "laser-Doppler" van de bloeddoorstroom-10 capaciteit van 1 mm dikke huid in de eerste plaats de bloeddoorstroomcapaciteit van het hoger gelegen haarvatennet wordt weergegeven, verschaft de aldus verkregen informatie omtrent het toenemen of afnemen van de bloeddoorstroom-capaciteit uiteraard ook duidelijke informatie over het toenemen of afnemen van de bloeddoorstroom-capaciteit van het dieper 15 gelegen haarvatennet. De wortels van het hoofdhaar breiden zich uit tot de haarknop, waarvan de onderkant concaaf is, waar het bindweefsel van de lederhuid en het onderhuids bindweefsel diep binnendringen, en zo de haarpapil vormen. Daarbinnen bevinden zich de zenuweinden en tevens de bloedvaatjes die de haarknop van voeding voorzien, waardoor de voor de 20 normale haargroei noodzakelijke bloedtoevoer in stand wordt gehouden.

3. Middel volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat dit middel is bereid op basis van een extract te verkrijgen door extractie van: 5 gew.dln Sichuan Pericarpium zanthoxyli; 9 gew.dln Radix Angelicae sinensis; 9 gew.dln Cacumen biotae; 10. gew.dln Folium mori; 9 gew.dln Rhizoma Zingiberis recens; 1 gew.dln Radix Stemonae; 20 gew.dln Fructus Crataegi; 3 gew.dln Flos. Carthami; 15. gew.dln Fructus Capsici; 6 gew.dln Folium Sesami; 3 gew.dln Cortex Pseudolaricis; met 100 vol.dln van een mengsel van 50-70 gew.% ethanol en 30-50 gew.% water en waarin: 20 0,02 /ug kwiksulfaat; 0,1 /ug loodsulfaat; 0,03 /ug arseensulfaat per 100 ml en desgewenst verder verdunnings-middelen, reukstoffen, kleurstoffen en/of verdikkingsmiddelen zijn opgenomen .

3. Na toepassing van het "haargroeimiddel" op de 3Ö1 personen, die leden aan haarverlies, waren de periodes waarbim><r:· ? ί<-υν haar begon te groeien, vanwege de individuele verschillen, niet aan elkaar gelijk. Na 4 weken het medicijn gebruikt te hebben waren er 211 gevallen, 70,1% van 25 de proefpersonen, waarbij sprake was van de groei van nieuw haar. Op hetzelfde tijdstip werd ook de bloeddoorstroom-capaciteit van de capillaire vaten van de hoofdhuid van de proefpersonen gemeten. Het resultaat bracht aan het licht dat bij het totale aantal van 301 proefpersonen op alle relevante locaties de bloeddoorstroom-capaciteit van de capillaire 30 vaten van de hoofdhuid in vergelijking met dezelfde bloeddoorstroom- capaciteit voor de behandeling, duidelijk was toegenomen, met een ratio van 100%. Nadat de behandeling 6 weken had geduurd waren er 60 proefpersonen meer, bij wie nieuw haar was gegroeid, waardoor in totaal bij 271 proef-35 personen, - 90,0% -, van nieuwe haargroei sprake was. Bij deze 60 patiënten was eerst de bloeddoorstroom-capaciteit van de hoofdhuid toegenomen, en was daarna het haar weer begonnen te groeien. Dit toont duidelijk aan dat, na lokale toepassing van het "haargroeimiddel", de gebruikelijke bloeddoorstroom-capaciteit van de capil-40 laire vaten van de hoofdhuid merkbaar toeneemt, waarna de voeding en .8702913 4 bloedtoevoer door de papillen van de hoofdhuid aan de haarknop verbe tert, hierdoor werd het herstel van de normale physiologische functies van de keratinevorming, die bij de patiënten voor de behandeling was opgehouden te functioneren met haaruitval als gevolgs bespoedigd, het-5 geen leidde tot de groei van nieuw haar.

4. Dit onderzoek heeft duidelijk aangetoond, dat een regelmatige bloedtoevoer naar de microcirculatie op de hoofdhuid de physiologische functie is die de haarknoppen in stand houdt, en dat een regelmatige bloedtoevoer een belangrijke factor vormt bij het bevorderen van een 10 normale haargroei alsmede bij de groei van nieuw haar na haaruitval. De veranderingen in de bloeddoorstroming op elk van de punten op de hoofdhuid voor en na de behandeling met het "haargroeimiddel" gemeten met de "laser-Doppler" bloedstroommeter. (gemiddelde waarde +_ standaard afwijking). 15 Tabel J. meet- bloedstroom bloedstroom P waarde locatie voor de 1 maand na de 20 behandeling behandeling (mv) (mv) 1 325 _+ 157 668 _+ 269 <^0.001 2 315 + 165 702 + 234 <’ 0.001 25 3 381+152 728+252 ^0.001 4 330 + 182 781 j+ 370 <0.001 5 317 _+ 195 783 + 236 4 0.001 6 339+165 697+219 40.001 7 385 _+ 235 726 + 212 < 0.001 30 8 332 _+ 145 719 _+ 228 40.001 9 358 + 188 721 _+ 240 <0.001 gemiddeld 335 ^ 23 725 + 37 <0.001 .8702913 Tabel K. De gemiddelde bloeddoorstroming van de 9 punten van de hoofdhuid ingedeeld naar leeftijd, (gemiddelde waarde +_ standaard afwijking in millivolt). 5 meet- locatie ^ 20 j 21^30 j 31**40 j 41~50 j 51-^60 j 1 254 + 59 319 + 19 331 + 16 327 ^ 14 280 + 39 2 204 + 31 309 +_ 19 316 + 13 326 + 19 283 + 42 10 3 245 + 46 338 + 20 306 + 12 321 + 17 265 + 50 4 348 _+ 103 321 + 21 301 + 12 365 + 21 382 + 131 5 380 + 38 294 + 18 304 _+ 18 345 + 21 276 +_ 69 6 388 _+ 86 319 _+ 19 328 _+ 12 360 _+ 21 349 +_ 37 7 349 +_ 80 381 19 357 _+ 15 421 + 32 393 _+ 67 15 8 370 + 35 328 + 16 335 _+ 13 330 + 16 304 _+ 42 9 415 _+ 21 344 + 20 360 + 20 357 _+ 16 403 _+ 51 gemiddeld 328 _+ 55 328 +_ 19 327 _+ 15 350 _+ 20 307 _+ 59 Tabel L.

20 Veranderingen van de bloedstroom in de microcirculatie van de hoofdhuid na 1 maand gebruik van het "haargroeimiddel" bij 301 proefpersonen. meet- voor de na de P-waarde 25 locatie behandeling behandeling 1 325 + 157 668 j+ 269 CO.001 2 315 + 165 702 +^ 234 40.001 3 318+152 728+252* C 0.001 30 4 330 + 182 781^ 370** < 0.001 5 317 + 195 783 + 236** <0.001 6 339 _+ 165 697 _+ 219 C 0.001 7 385 _+ 235* 726 + 212* <0.001 8 332 _+ 145 719 + 228 4 o.001 35 9 358 + 188 721 + 240* <0.001 gemiddeld 335 ^ 176 725 ^251 40.001 De andere punten in vergelijking met punt 1: * P 0.01 40 ** P 0.001 .8702913 ' Het mengsel werd door een groot aantal proefpersonen toegepast door tweemaal daags inmasseren van ongeveer 3,5 ml. De resultaten werden maandelijk beoordeeld. In tabel M zijn de personen aangegeven met hun leeftijden, welke foto's voor de behandeling zijn genomen en welke 5 foto's na één maand, na twee maanden enz. Tabel M Naam Leeftijd Foto's

10 Mevr. A 37 1 en 2 Mej. B 18 1, 2 en 3 Mej. C 21 1, 2 en 3 Mevr. D 44 1, 2, 3 en 4 Mej. E 23 1 en 2

15 Mevr. F 36 1, 2 en 3 Mej. G 34 1, 2, 3 en 4 Mej. H 54 1, 2, 3 en 4 Dhr. I 44 1, 3 en 4 Dhr. J 21 1, 2, 3, 4 en 5

20 Dhr. K 31 1, 2, 3, 4 en 5 Dhr. L 4 1, 2, 3 en 4 Dhr. M 36 1,2,3 en 4 Dhr. N 35 1, 2, 3 en 4 Dhr. 0 36 1, 2 en 3

25 Dhr. P 37 1, 2, 3, 4 en 5. .67 02913

4. Middel volgens conclusie 1-3, met het kenmerk, dat dit 60-70 gew.% alcohol en 30-40 gew.% water bevat. . 8702913