NL8203029A

NL8203029A - Wijn met verlaagd alcoholpercentage en werkwijze voor de bereiding ervan.

Info

Publication number: NL8203029A
Application number: NL8203029A
Authority: NL
Original assignee: Seagram & Sons Inc
Priority date: 1982-01-21
Filing date: 1982-07-29
Publication date: 1983-08-16
Also published as: GB2141735B; PT75163A; SE8204210L; SE459098B; AU555176B2; JPS58129969A; US4405652A; PT75163B; GB2113712B; JPH0436673B2; DE3241187A1; IT1156477B; IT8267920A0; NZ200459A; GB2141735A; AR241935A1; BE893991A; GB8413766D0; LU84332A1; BR8300175A

Description

N/30.955-Kp/Pf/vdM ï 4 - 1 - 4 *

Wijn met verlaagd alcoholpercentage en werkwijze voor de bereiding ervan.

Er bestaat een constant toenemende en groeiende interesse van de consument voor lichte en laag-calorische voedingsmiddelen en dranken. De groei van lichte dranken is de afgelopen vijf jaar fenomenaal geweest: consumptie van lichte 5 biersoorten steeg met 350 % en laag-calorische frisdranken met 58 %. In elk geval heeft de "lichte" drank de groeisnelheid van zijn "gewone" tegenhanger veruit overvleugeld. Met het oog hierop heeft de wijnindustrie de laatste tijd verscheidene laag-calorische wijnsoorten op de markt geïntroduceerd.

10 Laag-calorische wijn werd gemaakt door de druiven voordat deze rijp zijn te oogsten, wanneer het suikergehalte lager is dan dat welk voor gewone druiven vereist is.

Met minder suiker is er minder alcohol en dientengevolge minder calorieën. In deze werkwijze moeten de druiven zeer snel 15 tot wijn worden gemaakt, teneinde de smaak te behouden.

Een belangrijk doel van de uitvinding is te voorzien in een lichte wijn, die beantwoordt aan de behoefte van de consument, waaraan nog niet is voldaan door enige andere wijn thans op de markt, namelijk een witte wijn met 20 aanzienlijk minder calorieën dan de typische tafelwijnen en welke tevens een aangename smaak heeft.

Een volgend doel is te voorzien in een lichte wijn en in een werkwijze welke toelaat de wijn gedurende het gehele jaar te produceren, waardoor een buitengewoon voordeel 25 wordt geboden. Daarentegen zijn de bekende lichte wijnen beperkt tot de hoeveelheid "lichte" wijn, waarvan gedurende de oogst tot de produktie besloten is en bovendien als gevolg van de toegepaste methode heeft de verkregen wijn in de meeste gevallen niet voldaan aan kwaliteitsstandaards en heeft gefaald 30 in consumententestpanels.

Een volgend doel is te voorzien in een lichte wijn, die een fijne fruitachtige smaak heeft, die met recht vergeleken kan worden met gewone chablis, rosé, rode en andere witte wijnsoorten, terwijl hij slechts een weinig droger is i 35 dan de gewone chablis alsmede de respectievelijke andere boven 8203029 I» » v - 2 - vermelde wijnsoorten.

Nog een ander belangrijk doel van de onderhavige uitvinding is de gerede wijn te benutten en deze om te zetten in een laag-calorische wijn met verlaagd alcoholpercen-5 tage, zulks in tegenstelling tot de bekende werkwijzen die niet uitgaan van een gerede wijn of gezonde rijpe druiven benutten .

Nog een volgend doel van de onderhavige uitvinding is alcohol en enige vluchtige componenten in wijn te ver-10 wijderen zonder verlies van karakter van de oorspronkelijke wijn voor de produktie daardoor van éen buitengewone en aanvaardbare laag-calorische wijn met verlaagde alcoholgehalten.

Als nog een belangrijk doel van de onderhavige uitvinding verschilt de nieuwe lichte wijn volgens de onderha-15 vige uitvinding van de bekende laag-calorische wijnen in -twee belangrijke opzichten. Aanzienlijke vooraf bepaalde kwantitatieve reductie van calorieën is bereikt en de wijn wordt gemaakt uit volledig gerijpte druiven, waardoor een smaak wordt verkregen welke zich met recht laat vergelijken met de oor-20 spronkelijke gewone wijn.

Nog een volgend belangrijk doel van de onderhavige uitvinding is een lichte chablis te verkrijgen met een alcoholgehalte van ca. 7,1 %, zulks in vergelijking met de 10-12 % voor gewone witte wijn en 8,5-9,5 % voor de onlangs op 25 de markt geïntroduceerde bekende wijnen met verlaagde calorieën; en een lichte chablis wordt verkregen met 33 % minder calorieën dan gewone witte wijn, in vergelijking met slechts 25 % minder calorieën van de bekende lichte wijnen. Met dit oogmerk kunnen volgens de onderhavige uitvinding ook andere 30 lichte wijnen met in vergelijkbare mate verlaagde alcohol- en caloriegehalten worden bereid.

Korte beschrijving van de tekening.

Figuren 1-3 lichten wanneer deze naast elkaar worden geplaatst, schematisch het systeem voor de reductie 35 van het alcoholgehalte van oorspronkelijke wijn toe;

Figuur 4 is een vergrote gedeeltelijke doorsnede van de centrifugale filmverdamper, die een onderdeel vormt van de onderhavige uitvinding.

8203029 i Λ ' ' - 3 -

Thans wordt verwezen naar figuren 1-3, waarin het systeem en de werkwijze volgens de uitvinding voor de produktie van laag-calorische wijn met verlaagd alcoholgehalte schematisch worden toegelicht (deze figuren moeten zoals aan-5 gegeven naast elkaar worden geplaatst). In deze figuren werkt een centrifugale filmverdamper 10 met voordeel mede tot de reductie van een oorspronkelijk wijnprodukt 12 tot een vloeibare fase, welke een wijn met verlaagd alcoholpercentage 14 is en beantwoordt aan de doelstelling van de onderhavige uitvin-10 ding en een gasfase, die een sterk alcoholisch dampvormig bij-produkt 16 is. Slechts voor toelichting van de onderhavige uitvinding en slechts dienend als voorbeeld zal het oorspronkelijke wijnprodukt 12 een chablis met 10,8 % alcohol zijn, •terwijl de wijn met verlaagd alcoholpercentage 14 een lichte 15 chablis met 7,1 % alcohol zal zijn en het dampvormige bijpro-dukt 16 zal een sterk alcoholisch produkt zijn met 45 % alcohol. De specifieke parameters van de verschillende onderdelen van het systeem die toegelicht en onderstaand beschreven zijn, zijn ontleend aan een succesrijke uitvoeringsvorm en toepas-20 sing van de onderhavige uitvinding, welke vollediger zal worden beschreven in de volgende voorbeelden. Het moet echter worden begrepen, dat andere wijnen en parameters overwogen zijn en binnen de omvang van de onderhavige uitvinding vallen.

De invoer 18 voor de oorspronkelijke wijn 25 waarvan wordt uitgegaan, staat in verbinding met een houder 20 voor de uitgangswijn, welke houder een capaciteit van 225.000 liter kan hebben en voorzien is van een voedingspomp 22. De voedingsleiding 18 omvat twee zeeffilters 24a en 24b in gesplitste leidingen 18a en resp. 18b. Drie-wegkranen 26 en 28 30 laten toe dat een van de leidingen 18a of 18b gesloten wordt, zodat deze kan worden gereinigd. Een meter 30 geeft de druk van de wijn aan, die door de voedingsleiding 18 stroomt. Een controlemiddel 32 is gekoppeld aan kraan 34, welke wanneer deze geactiveerd wordt, is ingericht om pomp 22 af te sluiten 35 en daardoor de voeding van wijn 12.

De electromagnetische klep 34 is via een water-toevoerleiding 36 verbonden met een toevoerbron 38 voor water. Water wordt ingevoerd in het systeem en in het bijzonder lei- 8203029 v - 4 - ding 18, teneinde te voorkomen dat wijn zich afzet en vast wordt op de interne onderdelen van de verdamper 10, wanneer de voeding van uitgangswijn wordt stopgezet. Anders zal het hele systeem moeten worden stopgezet, teneinde het inwendige van de 5 verdamper 10 te reinigen. Kraan 40 regelt de voedingssnelheid van water en controleklep 42 verhindert het binnentreden van wijn in leiding 18 in leiding 36. Op dezelfde wijze verhindert controleklep 44 het mengen van water met de wijn voorbij deze plaats in de wijnleiding 18. Een manuele controleklep 46 10 regelt de voedingssnelheid van de wijn in leiding 18, waarbij de voedingssnelheid wordt aangegeven door een rotometer 48, die in de met succes uitgevoerde onderstaande voorbeelden, een stroomsnelheid van 4500 1/h aangaf. De wijn wordt vanuit de rotometer 48 gestuurd in de verdamper 10.

15 De verdamper 10 kan in de handel verkregen worden bij Alfa-Laval AB, Lund, Zweden. De verdamper 10 welke volgens de onderhavige uitvinding is voorzien, past indirecte warmtewisseling met dunne-laag-vloeistofstroom en centrifugale scheiding toe. De verwarmingsoppervlakken bestaan uit een 20 serie boven elkaar gestapelde holle konische schijven 50, die draaien rond een motorisch aangedreven gemeenschappelijke as 52. De warmte wordt geleverd door stoom, die binnen in de schijven wordt gevoed op een manier die kort zal worden beschreven.

25 De oorspronkelijke of uitgangswijn treedt door de stationaire verdelingspijp 54 binnen in de geopende centrale kolom en wordt door sproeiers 56 tegen de onderkant 58 van de roterende konische schijven 50 versproeid, waar centrifu-gaalkrachten de wijn onmiddellijk over het gehele oppervlak 30 verspreiden. In de met succes uitgevoerde voorbeelden hieronder was deze laag niet meer dan 0,1 mm (0,004 inch) dik, terwijl de konische schijven 50 werden rondgedraaid met een snelheid van ca. 800 rpm en de uitstroomopeningen van de sproeiers 5 mm bedroegen. De doorgangstijd van binnen- tot 35 buitenranden bedroeg ca. 1 seconde. Aanraking met het met stoom verwarmde oppervlak leidt tot een directe dampvorming van de verbindingen met lager kookpunt en lagere verdampings-warmte; de damp ontsnapt gemakkelijk uit de dunne vloeistof- 8203029 - 5 - laag en stijgt door de open centrale kolom van de verdamper 10 in de omgevende mantel 60 van waaruit het onttrokken wordt door de afvoer 62 naar de condensor 64, waarin de dampfase wordt omgezet in het sterk alcoholische bijprodukt 16.

5 De wijn met laag alcoholpercentage 14 verzamelt zich aan de binnenwand 66 van de randen 68 van de konische schijven 50. De wijn beweegt zich ophoog via vertikale ope-ningen 70, die leiden tot een verzamelkanaal 72 aan de bovenkant waar de lichte wijn wordt afgetapt door een stationaire 10 verzamelbuis 74.

Stoom wordt toegelaten door de holle as 52 door de mantel 76, die de stapel konische schijven 50 omgeeft en wordt door de gaten 77 geventileerd naar het inwendige 78 van de schijven, waar de stoom gecondenseerd wordt door de wijn 15 die langs de onderzijde 58 passeert. Zodra condensaatdruppeis worden gevormd, worden deze door de centrifugaalkracht naar de bovenkant van het binnenoppervlak 80 van de konische schijven 50 geslingerd en verplaatsen zich langs dit oppervlak en vallen terug in de stoommantel 76 door dezelfde gaten 77, waar- j 20 door de primaire stoom is binnengetreden. Het condensaat stroomtomlaag langs de wanden van de stoommantel 76 naar het verzamelkanaal 82 op de bodem, van waaruit het wordt verwijderd door een stationaire verzamelbuis 84, die binnen de holle as 52 is aangebracht. Teneinde wijnafzetting op het bovenvlak 25 van de kegels als gevolg van vast wording door dehydratatie te verhinderen, is dit oppervlak geïsoleerd van de warmte van het stoomcondensaat. In de handelsvorm van de verdamper 10 is de bovenwand van kegel 50 een dubbel gescheiden wand, welke isolering biedt voor het bovenoppervlak van de kegel.

30 De verzamelbuis 74 stuurt de vloeibare fase of meër in het bijzonder de wijn met verlaagd alcoholgehalte 14 naar de ontvanger 86. In de met succes uitgevoerde werkwijze werd het alcoholgehalte van deze wijn verlaagd tot 7,1 % bij een temperatuur van 32-43°C wanneer deze de ontvanger 86 bin-35 nentrad. De ontvanger kan voorzien zijn van controlevensters 88, teneinde met het oog het vloeistofniveau in de ontvanger 86 te kunnen controleren. Ontvanger 86 wordt onder groter vacuum gehouden door pomp 90. Een pomp 90 moet vacuum trekken, 8203029 * - 6 - teneinde de wijn met verlaagd alcoholpercentage 14 de verdamper 10 te doen verlaten door de buis 74 naar de ontvanger 86. Zoals direct duidelijk zal zijn, moet de pomp 90 een vacuum trekken dat gelijk is aan of groter dan de hoofdbron van 5 vacuum voor de condensor 64 en dient hij voor het uitsluiten van enige oxidatie aan stroomafwaartse zijde ervan.

In dit verband kan het vloeistofniveau veranderd worden door verandering van de snelheid van de variabele pomp 90, welke bij de met succes uitgevoerde proeven een 10 Waukesha pomp was. Een controleklep 92 bevindt zich aan de stroomopwaartse zijde van pomp 90 ter vermijding van verlies aan vacuum, terwijl zich aan de stroomafwaartse zijde een aan/ uit-handschakelaar 94 kan bevinden. Twee tappunten kunnen gemakshalve zich bevinden op de plaatsen waar aangegeven. De 15 vloeibare fase wordt vervolgens geleid door een koeler -98, waarin de temperatuur onmiddellijk verlaagd wordt van 36-43°C tot 3-4°C. Bij de succesrijke uitvoeringsvorm volgens de uitvinding werd gebruik gemaakt van een plaatkoeler, die gevoed werd met ijswater van 2°C via leiding 100, met een aan/uit-20 schakelaar 102. Dit is noodzakelijk om het volledige oorspronkelijke bouquet, de smaakstoffen en de delicate vluchtige bestanddelen die aanwezig zijn in de oorspronkelijke wijn te behouden. Uit de koeler 98 wordt de wijn met verlaagd alcoholpercentage 14 door leiding 99 gepompt naar een geïsoleerde 25 koeltank 104 van 250-1000 liter voor opslag. Opslag van het produkt vindt plaats bij lagere temperaturen dan gebruikelijk is in de praktijk van de wijnhandel. De wijn blijft opgeslagen bij deze temperatuur in geïsoleerde koeltanks 104 tot aan de botteling.

30 Thans verwijzend naar het dampfasesysteem, omvat de afvoer 62 leidend naar de condensor 64 een drukklep 106 en een stoomtemperatuurmeter 108. De dampfase uit de verdamper 10 wordt gekoeld door de condensor 64, die een plaatkoeler 110 en een verzamelpot 112 voor de gecondenseerde vloeistof 35 kan omvatten. De koeler 110 kan van het plaattype zijn dat gekoeld water ontvangt uit de tank 111 onder voeding door pomp 113. Het sterk alcoholische damp-bijprodukt 16 wordt onttrokken naar de afscheider 114 bij een temperatuur van ca. 36-43°C in de uitvoeringsvorm volgens de 'volgende voorbeelden door 8203029 - 7 - middel van de hoofdvacuumpomp 116, die reeds hierboven is besproken. Pomp 118 voedt het sterk alcoholische bijprodukt 16 aan de koeler 120, die van het plaattype kan zijn. Bij de succesrijke uitvoering volgens de onderstaande voorbeelden had 5 het sterk alcoholische produkt, dat uit de koeler 120 kwam, een temperatuur van 3°C en werd het aanvankelijk opgeslagen in een ontvanger 122 van 18000 liter en daarop overgebracht door pomp 124 naar een grotere opslagtank 126 van 225000 liter. De koeler 120 ontvangt ijswater via leiding 125 met kraan 123, 10 dat gepompt kan worden door pomp 128, die tevens het koelmid-del voor leiding 100 kan voeden.

Thans wordt verwezen naar het stoomvoedings-systeem voor de verdamper 10. In de besproken uitvoeringsvorm passeert stoom met een druk van 7 atm. bij wijze van voorbeeld, 15 door de drukverlager 130 waarmee de druk van de stoom wordt verlaagd tot 3,5 atm. Een regelmiddel 132 voor het stoomvoe-dingssysteem controleert de druk in de stoomleiding door de. koppelsensor 134. Wanneer de druk een vooraf bepaalde grens te boven gaat, of wanneer er een storing is ontstaan in het 20 stoomvoedingssysteem, sluit een electromagnetische klep 136 het systeem af. Een meter 138 kan worden gebruikt voor het aangeven van de stoomtemperatuur, welke ca. 60°C bedroeg in de succesrijke uitvoeringsvorm volgens het volgende voorbeeld.

Uitvoering van de werkwijze volgens de 'onderha-25 vige uitvinding vindt plaats bij zeer hoge vacuumomstandighe-den, gewoonlijk een vacuum van 675-725 mmHg. De contactduur van de uitgangswijn 12 met het warmte-uitwisselingsoppervlak 58 bedraagt minder dan 1 seconde; en daarom treedt in de praktijk geen moleculaire ontleding of omzetting op vanwege 30 chemische reactie.

Deskundigen zullen direct onderkennen dat wijn een sterk complex mengsel van bestanddelen is, waarvan de specifieke menging verantwoordelijk is voor zijn unieke smaak of geureigenschappen. Het grootste deel van wijn bestaat na-35 tuurlijk uit water en ethylalcohol. Daarbij verwacht men in het algemeen organische en anorganische verbindingen te vinden zoals suikers als glucose, fructose, pentose; alcoholen, zoals glycerol, 2,3-butaandiol, acetoine, amyl-, isobutyl- en n- 8203029 * Ir - 8 - propylalcoholen; esters zoals ethylacetaat, ethylsuccinaat en ethyllactaat; zuren zoals wijnsteenzuur, appelzuur, citroenzuur, barnsteenzuur, melkzuur en azijnzuur; mineralen zoals natrium, kalium, calcium, ijzer, fosfor, zwavel en koper; 5 stikstofhoudende stoffen zoals ammonia, aminozuren en proteïnen; aceetaldehyde; fenolische stoffen; kleurpigmenten en vitaminen in een kleinere hoeveelheid. Vele van deze organische en anorganische verbindingen alleen of in combinatie geven karakteristieke smaak en geur aan de wijn.

10 Het is te verwachten dat enige van de meer vluchtige van deze aromastoffen welke een gering gedeelte van de wijn uitmaken, verwijderd zullen worden gedurende de werkwijze volgens de uitvinding. Dit is in het bijzonder zo voor de hogere alcoholen, zoals de alifatische alcoholen met 3-5 r 15 koolstofatomen. Het is echter opmerkelijk, dat het verlies van deze vluchtige verbindingen de gewenste smaakeigenschappen van de wijn niet ongunstig beïnvloedt. In feite wordt aangenomen dat de verwijdering van amylalcohol gunstig is voor de smaak van het wijnprodukt. In de wijnen volgens de uitvinding welke 20 in het algemeen van ca. 7,0 tot 7,2 vol.% ethylalcohol bevatten, zullen hogere alcoholen in de volgende benaderde verhoudingen aanwezig zijn; g/100 1 n-propylalcohol 1,5 - 2,5 25 isobutylalcohol 0,0 - 1,5 amylalcohol 4,5 - 6,5

Deze verhoudingen vertegenwoordigen bij benadering een 50 % verlaging ten opzichte van de oorspronkelijke wijnen waaruit de wijnen volgens de uitvinding zijn bereid. Deze verlaging, 30 in het bijzonder die van de amylalcohol, is een belangrijke fysische eigenschap van de wijn volgens de uitvinding.

De volgende voorbeelden beschrijven de manier en werkwijze van het maken en het toepassen van de uitvinding en geven de beste manier die thans door de uitvinders werd 35 overwogen voor de uitvoering van de uitvinding, maar moeten niet als beperkend worden opgevat. Bij het uitvoeren van de voorbeelden werden de chemische analysegegevens als vermeld, bepaald door gaschromatografie.

8203029 - 9 -

VOORBEELD I

Onder toepassing van de boven beschreven en in de figuren 1-4 afgeheelde inrichting werd een witte tafelwijn uit Californië (chablis) behandeld volgens de boven beschreven 5 werkwijze volgens de uitvinding. Chemische analyse van de oorspronkelijke wijn en van de wijn volgens de uitvinding die geproduceerd werd volgens de methode van de uitvinding worden gegeven in onderstaande tabel A.

TABEL A

10 wijn met oorspronke- verlaagde lijke wijn calorieën alcohol (vol.%) 10,8 7,1 n-propylalcohol (g/100 1) 4 2 15 isobutylalcohol (g/100 1) 3 1- * amylalcohol (g/100 1) 14 6

De laag-calorische wijn volgens dit voorbeeld bezit de gewenste aromatische eigenschappen van de oorspronkelijke wijn.

20 VOORBEELD II

De procedure van bovenstaand voorbeeld I werd . herhaald, met dien verstande dat de behandelde uitgangswijn een rosé uit Californië was. Het dampbijprodukt is een sterk geconcentreerde (46,3 %) alcohol. De chemische analyse van de 25 oorspronkelijke resp. verkregen wijn wordt gegeven in onderstaande tabel B.

TABEL B

wijn met oorspronke- verlaagde 30 lijke wijn calorieën alcohol (vol.%) 11,7 7,0 n-propylalcohol (g/100 1) 4 2 isobutylalcohol (g/100 1) 2 0 amylalcohol (g/1001) 13 5 35 De laag-calorische wijn volgens dit voorbeeld bezit de gewenste aroma-eigenschappen van de uitgangswijn.

Voor vergelijking dient te worden opgemerkt dat de laag-calorische wijnen volgens de stand der techniek in het algemeen een minimum van ca. 10 g/100 1 amylalcohol bevatten.

8203029

Claims

5. Inrichting Volgens conclusie 2, met het 5kenmerk , dat zich in de invoerleiding filtermiddelen bevinden voor het verwijderen van enige vaste stoffen uit het uitgangswijnprodukt, dat uit de bron naar de centrifugale filmverdamper wordt geleid. 6 .Inrichting volgens conclusie 2, met het 10 kenmerk, dat veiligheidsmiddelen op een zodanige wijze met de invoerleiding zijn gekoppeld voor het volgen van de druk van het produkt dat door de leiding wordt gevoed, dat wanneer de druk beneden een bepaald niveau zakt een electro-magnetisch geactiveerde klep wordt geopend, waardoor water in-15 gevoerd kan worden in de invoerleiding en in de verdamper ter bescherming tegen enige daarop volgende schade aan het produkt. 7 .Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk , dat een controleklepmiddel de wijn verhindert in de waterleiding te stromen en een controleklepmiddel het 20 water verhindert in de wijnleiding te stromen. 8.Inrichting volgens conclusie 2, m e t het kenmerk , dat middelen zijn opgenomen in de invoerleiding voor het aangeven van de druk van het produkt dat door,de invoerleiding wordt gevoerd. 25 9Jnrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk , dat zich in de invoerleiding voor het uitgangswijnprodukt middelen bevinden voor het aangeven van de stroomsnelheid, terwijl klepmiddelen zijn opgesteld in de invoerleiding voor het regelen van de stroomsnelheid van het 30 produkt door de invoerleiding, filtermiddelen zich bevinden in de invoerleiding voor het verwijderen van enige vaste stof uit het uitgangswijnprodukt dat gevoed wordt uit de bron naar de centrifugale filmverdamper, veiligheidsmiddelen op een zodanige wijze gekoppeld zijn aan de invoerleiding voor het 35 volgen van de druk van het produkt dat gevoed wordt door de leiding, dat wanneer de druk beneden een bepaald niveau zakt een electromagnetisch geactiveerde klep wordt geopend waardoor water in de invoerleiding en in de verdamper kan worden ge- 8203029 - 12 - voerd, een controleklepmiddel dat de wijn verhindert in de waterleiding te stromen en een controleklepmiddel dat het water verhindert in de wijnleiding te stromen en middelen zijn opgenomen in de invoerleiding voor het aangeven van de druk 5 van het produkt dat door de invoerleiding wordt gevoerd. 10.Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk , dat middelen gekoppeld zijn aan de kamer voor het sturen van de dampfase daaruit, terwijl een condensor gekoppeld is aan dergelijke dampfase-voedingsmiddelen voor het 10 condenseren van de dampfase, alsmede middelen voor het opvangen van het verdampte bijprodukt in de vorm van een sterk alcoholisch produkt. 11.Inrichting volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat een ontvanger het gecondenseerde 15 produkt dat in de condensor is verzameld, ontvangt. - * 12.Inrichting volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat een pomp is opgenomen in de leiding voor het verdampte bijprodukt voor het voeden van het dampbijprodukt uit de condensor aan een koeler, terwijl de 20 koeler gekoppeld is aan de pomp voor het verlagen van de temperatuur van het dampbijprodukt, een ontvanger gekoppeld is aan de koeler voor het ontvangen van het gecondenseerde gekoelde dampbijprodukt. 13.Inrichting volgens conclusie 12, met 25 h e t kenmerk, dat zich in de invoerleiding voor het uitgangswijnprodukt middelen bevinden voor het aangeven van de stroomsnelheid, terwijl regelmiddelen zich bevinden in de invoerleiding voor het regelen van de stroomsnelheid van het produkt door de invoerleiding, filtermiddelen zich bevinden in 30 de invoerleiding voor het verwijderen van enige vaste stoffen uit het uitgangswijnprodukt dat gevoed wordt uit de bron aan de centrifugale filmverdamper, veiligheidsmiddelen op een zodanige wijze zijn gekoppeld aan de invoerleiding voor het volgen van de druk van het produkt dat gevoed wordt door de lei-35 ding, dat wanneer de druk zakt beneden een bepaald niveau een electromagnetisch geactiveerde klep wordt geopend, waardoor water in de invoerleiding en in de verdamper gevoerd kan worden, een controleklepmiddel wijn verhindert in de waterleiding 8203029 - 13 - te stromen en een controleklepraiddel water verhindert in de wijnleiding te stromen en middelen opgenomen zijn in de in-voerleiding voor het aangeven van de druk van het produkt dat gevoed wordt door de invoerleiding. 5 14.Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat een ontvanger gekoppeld is aan de verdamper voor het ontvangen van de wijn met verlaagd alcoholgehalte en middelen aanwezig zijn voor het voeden van de wijn met verlaagd alcoholgehalte uit de verdamper naar de ontvanger.
15. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat een koeler gekoppeld is aan de verdamper en een ontvanger gekoppeld is aan de koeler, terwijl een variabele pomp de wijn met verlaagd alcoholgehalte voedt aan de koeler waar de temperatuur van de laag-alcoholische wijn 15 verlaagd wordt en vervolgens het produkt wordt gevoed in 'een ontvangsttank. 16.Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk , dat een ontvanger gekoppeld is aan de verdamper voor het ontvangen van de wijn met verlaagd alcoholgehalte 20 en middelen aanwezig zijn voor het voeden van de wijn met verlaagd alcoholgehalte uit de verdamper naar de ontvanger en dat een koeler gekoppeld is aan de verdamper en een ontvanger gekoppeld is aan de koeler, terwijl een variabele pomp de wijn met verlaagd alcoholgehalte voedt aan de koeler, waar de tem-25 peratuur van de laag-alcoholische wijn verlaagd wordt en daarop het produkt gevoed wordt in een ontvangsttank. 17 .Inrichting volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat zich in de invoerleiding voor het uitgangswijnprodukt middelen bevinden voor het aangeven van de 30 stroomsnelheid, terwijl regelmiddelen zich bevinden in de invoerleiding voor het regelen van de stroomsnelheid van het produkt door de invoerleiding,' filtermiddelen zich bevinden in de invoerleiding voor het verwijderen van enige vaste stoffen uit het uitgangswijnprodukt dat gevoed wordt uit de bron aan 35 de centrifugale filmverdamper, veiligheidsmiddelen op zodanige wijze gekoppeld zijn aan de invoerleiding voor het verhogen van de druk van het produkt dat gevoed wordt door de leiding, dat wanneer de druk zakt beneden een bepaald niveau een elec- 8203029 t - 14 - tromagnetisch geactiveerde klep wordt geopend, waardoor water in de invoerleiding en in de verdamper kan stromen ter verschaffing van een volledig afgesloten continu stroomsysteem, dat vrij is van oxidatieve blootstelling, een controleklep-5 middel de wijn verhindert in de waterleiding te stromen en een controleklepmiddel het water verhindert in de wijnleiding te stromen en middelen zijn opgenomen in de invoerleiding voor het aangeven van de druk van het produkt dat door de invoerleiding gevoed wordt. 10 18.Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk , dat de verdamper een luchtdichte kamer omvat, middelen voor het trekken van een vacuum in de kamer, een centrifuge en middelen voor het bevestigen van de centrifuge voor rotatie binnen de kamer. 15 19 .Inrichting volgens conclusie 18, m e t - het kenmerk, dat de centrifuge meerdere kegelvormige onderdelen omvat welke hol zijn, middelen voor het invoeren van stoom in de holte van elk kegelvormig onderdeel voor het verhogen van de temperatuur van delen van het buiten- 20 oppervlak daarvan, terwijl de stoom is aangepast om te condenseren op bepaalde binnenoppervlakken van de kegelvormige onderdelen en aangepast is om daaruit verwijderd te worden onder invloed van centrifugaalkrachten welke opgewekt worden door. rotatie van de ·centrifuge. 25 20 .Inrichting volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat middelen worden verschaft voor het blootstellen van een uitgangswijnprodukt aan het benedenvlak van de kegelvormige onderdelen in de vorm van een continue dunne film die onder invloed staat van centrifugaalkrachten. 30 21 .Inrichting volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat het uitgangswijnprodukt wordt . blootgesteld aan de verhoogde temperatuur van de kegelvormige onderdelen gedurende ongeveer 1 seconde. 22Jhrichting volgens conclusie 21, met 35 het kenmerk, dat het uitgangswijnprodukt zich over het benedenvlak van het kegelvormige onderdeel verplaatst in de vorm van een dunne film met een dikte van ongeveer 1 mm. 23.Inrichting volgens conclusie 22, met 8203029 - 15 - het kenmerk, dat een verzamelbuis zich bevindt bij de bovenkant van de kamer voor het ontvangen van de vloeibare fase en het voeden van deze aan een opslagruimte. 24.Inrichting volgens conclusie 23, met 5 h e t kenmerk, dat een koeler de vloeibare fase ontvangt uit de buis voordat deze verder gaat naar de opslagruimte.
25. Werkwijze voor het verlagen van het alcoholgehalte van een alcohol bevattende drank, met het lOkenmerk , dat een alcohol bevattend uitgangsdrankpro-dukt uit een bron gevoed wordt naar een scheidingszone, door centrifugering een dunne film van het drankprodukt wordt gevormd, de dunne film van het drankprodukt wordt blootgesteld aan verhoogde temperaturen en een vacuum gedurende de bloot-15 stelling van de film aan de centrifugering, waardoor het * drankprodukt verdeeld wordt in een vooraf bepaalde hoeveelheid vloeibare fase en een vooraf bepaalde hoeveel dampfase, waarbij de vloeibare fase een verlaagd alcoholgehalte heeft en de dampfase een hoger alcoholgehalte heeft, waarna de vloeibare 20 fase gevoed wordt aan een opslagruimte, de sterk alcoholische dampfase wordt gecondenseerd en het gecondenseerde sterk alcoholische produkt gevoed wordt aan een opslagruimte.
26. Werkwijze volgens conclusie 25, met het kenmerk, dat het alcohol bevattende uitgangs- 25 drankprodukt een uitgangswijn is en dat het alcoholgehalte ervan verlaagd wordt tot een vooraf bepaald niveau, onder oplevering van een wijn met verlaagd alcoholgehalte.
27. Continue werkwijze voor het direct verlagen van het alcoholgehalte van de gehele uitgangswijn, met 30. e t kenmerk, dat een uitgangswijnprodukt gevoed wordt uit een bron door een invoerleiding aan een centrifugale filmverdamper met een luchtdichte kamer; een vacuum in de kamer wordt getrokken; meerdere kegelvormige onderdelen die hol zijn en in de kamer zijn opgesteld, geroteerd worden; stoom 35 geïntroduceerd wordt in de holte van de kegelvormige onderdelen, teneinde de temperatuur van het buitenbenedenvlak van de kegelvormige onderdelen te verhogen; het stoomcondensaat binnen de kegelvormige onderdelen naar buiten wordt gevoed voor ver- 8203029 ' -16- wijdering; het uitgangswijnprodukt door sproeiers die zich in het centrum van de onderdelen bevinden gevoed wordt op het benedenvlak van de kegelvormige onderdelen, waardoor het wijn-produkt het buitenbenedenvlak van de kegelvormige onderdelen 5 bedekt in de vorm van een dunne film onder invloed van centri-fugaalkrachten wanneer het zich verplaatst over het benedenvlak van de kegelvormige onderdelen; de warmte van het buiten-benedenoppervlak van de kegelvormige onderdelen en het vacuum in de kamer samenwerken tot de verwijdering van alcohol in de 10 vorm van een verdampt produkt uit het uitgangswijnprodukt onder achterlating van een wijn met verlaagd alcoholgehalte; de wijn met verlaagd alcoholgehalte onder invloed van centri-fugaalkrachten gevoerd wordt uit de verdamper en daarop naar een ontvangsttank; het verdampte produkt door een condensor 15 wordt geleid; en het verdampte produkt in de vorm van een sterk alcoholisch bijprodukt wordt verzameld.
28. Werkwijze volgens conclusie 27, met het kenmerk, dat ca. 10 % van het uitgangswijnprodukt onttrokken wordt in de vorm van de dampfase en 90 % van 20 het uitgangswijnprodukt onttrokken wordt in de vorm van een wijn met verlaagd alcoholgehalte uit de kamer.
29. Werkwijze volgens conclusie 27, met het kenmerk, dat deze tevens het aangeven van de stroomsnelheid van het uitgangswijnprodukt door de invoerlei- 25 ding uit de bron naar de centrifugale filmverdamper omvat.
30. Werkwijze volgens conclusie 27, met het kenmerk, dat deze tevens het regelen van de stroomsnelheid van het uitgangswijnprodukt omvat door de in-voerleiding uit de bron naar de centrifugale filmverdamper.
31. Werkwijze volgens conclusie 27, met het kenmerk, dat deze tevens omvat het filtreren van het uitgangswijnprodukt voordat dit gevoed wordt aan de centrifugale filmverdamper.
32. Werkwijze volgens conclusie 27, met 35 het kenmerk, dat deze tevens omvat het volgen van de druk van het uitgangswijnprodukt dat gevoed wordt aan de centrifugale filmverdamper, waarbij water in de invoerleiding wordt gevoerd wanneer de druk van het uitgangswijnprodukt 8203029 * - 17 - beneden een vooraf bepaald niveau zakt, waardoor verzekerd wordt dat een adequate hoeveelheid vloeistof in de centrifugale filmverdamper wordt gebracht.
33. Werkwijze volgens conclusie 27, met 5het kenmerk, dat deze tevens omvat het aangeven van de druk van het uitgangswijnprodukt dat gevoed wordt door de invoerleiding.
34. Werkwijze volgens conclusie 27, met het kenmerk, dat de wijn met verlaagd alcoholge- 10 halte bij het verlaten van de verdamper een temperatuur heeft van 36-38°C.
35. Werkwijze volgens conclusie 34, met het kenmerk, dat de wijn met verlaagd alcoholgehalte continu uit de verdamper gevoerd wordt naar een koeler, 15 waar de wijn met verlaagd alcoholgehalte gekoeld wordt "tót een temperatuur van ca. 3,5°C en dat daarna de gekoelde wijn met verlaagd alcoholgehalte gevoerd wordt naar een ontvanger.
36. Werkwijze volgens conclusie 27, met het kenmerk, dat de verdamper het gehalte van de 20 uitgangswijn verlaagt tot 7,1 % alcohol.
37. Werkwijze volgens conclusie 28, met het kenmerk, dat deze tevens omvat het pompen van het verdampte bijprodukt uit de condensor naar een koeler, waar het verdampte bijprodukt door de koeler gekoeld wordt en 25 daarop het gekoelde verdampte bijprodukt gevoerd wordt naar een ontvanger.
38. Werkwijze volgens conclusie 37, met het kenmerk, dat het verdampte bijprodukt daarop gekoeld wordt in de koeler tot 3,5°C.
39. Werkwijze volgens conclusie 38, met het kenmerk, dat het gecondenseerde verdampte bijprodukt vóór het koelen bij het verlaten van de condensor een temperatuur heeft van ca. 36-38°C.
40. Werkwijze volgens conclusie 27, met 35. e t kenmerk, dat het verdampte bijprodukt een alcoholgehalte van tenminste 42 % heeft.
41. Drank, met het kenmerk, dat deze bestaat uit een hoofdgedeelte van water en ethylalco- 8203029 ν' ν τ - 18 - hol in gemengde toestand; en een de wijn aromatiserend gedeelte aan dergelijke organische en anorganische stoffen die verbonden zijn aan de karakteristieke smaak van wijn; welke organische verbindingen alifatische alcoholen met 3-5 koolstof-5 atomen omvatten in een hoeveelheid van 10,5 g/100 1.
42. Drank volgens conclusie 41, met het kenmerk , dat het gehalte aan ethanol 6,5-7,5 vol.% bedraagt. * ,43. Drank volgens conclusie 42, met het 10 kenmerk , dat de alifatische alcohol een mengsel van n-propyl-, isobutyl- en amylalcoholen is.
44. Drank volgens conclusie 43, met het kenmerk , dat het gehalte aan alifatische alcoholen bestaat uit 1,5-2,5 g/100 1 drank, n-propylalcohol, 0-1,5 g/ 15 100 1 drank isobutylalcohol en 4,5-6,5 g/100 1 drank amyl-alcohol.
45. Drank volgens conclusie 41, met het kenmerk , dat de organische verbinding 4,5-6,5 g/100 1 drank amylalcohol bevat. 20 '46. Drank, omvattende een hoofdgedeelte aan water en ethylalcohol en een kleiner gedeelte aan organische en anorganische verbindingen, die voor de karakteristieke smaak van wijn zorgen, met het kenmerk, dat deze 6,0-10,5 g/100 1 drank aan alifatische alcoholen met 3-5 25 koolstofatomen bevat.
47. Drank volgens conclusie 46, met het kenmerk , dat deze 1,5-2,5 g/100 1 n-propylalcohol, 0-1,5 g/100 1 isobutylalcohol en 4,5-6,5 g/100 1 amylalcohol bevat.
48. Wijn, bestaande uit; a) 92-94 volumedelen water; b) 6-8 volumedelen ethylalcohol; en c) voldoende organische en anorganische verbindingen die zorgen voor de karakteristieke smaak van wijn 35 onder oplevering van een wijnsmaak; deze organische verbindingen tevens alifatische alcoholen met 3-5 koolstoffen - omvatten, die aanwezig zijn in een hoeveelheid van ca. 6,0-10,5 g/100 1 wijn. 8203029 ' - 19 -
49. Wijn met verlaagd alcoholgehalte, met het kenmerk, dat tevens de gehalten aan hogere alcoholen verlaagd zijn.
50. Sterk alcoholisch gecondenseerd produkt uit 5 de dampfase, verkregen volgens de werkwijze van conclusie 25. 8203029