NL8202384A - FIRE TAP. - Google Patents

Description

/ _ VO 3^08 Λ t/ _ VO 3 ^ 08 Λ t

Brandkraan.Fire hydrant.

De uitvinding betreffc een brandkraan als omsehreven in de in-• leiding van condusie 1.The invention relates to a fire hydrant as described in the introduction of condusion 1.

Brandkranen met een met de hand bedienbare afsluitinrichting zijn algemeen bekend (zie normaalblad Dili 3221).Fire hydrants with a manually operated shut-off device are generally known (see normal sheet Dili 3221).

5 Dergelijke brandkranen dienen als aftapplaats van de stadswater- leiding, bij voorkeur voor brandblusdoeleinden, waarbij de brandkranen vaak ondergronds zijn aangebracht.Such hydrants serve as a tap point for the city water supply, preferably for fire-fighting purposes, with the hydrants often being installed underground.

Bij het openen van de aansluiting voor het onttrekken van Crater voor het aanbrengen van b.v. slangleidingen· van de brandveer komt 10 uit de schacht van de brandkraan of van de aansluitstukken vuil en andere» zoals b.v. 00k bacteriologische verontireinigingen in de binnen-ruimte van de brandkraan.When opening the connection for extracting Crater for applying e.g. hose lines of the fire spring come out of the shaft of the fire hydrant or of the connecting pieces dirt and other »such as e.g. Also bacteriological contaminants in the interior of the fire hydrant.

Bij het openen van de afsluitinrichting van de brandkraan en bij gesloten afname van water b.v. door op de slangen aangebrachte af-15 sluitkleppen, komt na het vullen van het huis met water vuil en andere verontreinigingen door de geopende afsluitinrichting in het waterlei-dingnet.When opening the shut-off device of the fire hydrant and when the water is taken off, e.g. Due to the shut-off valves arranged on the hoses, after filling the housing with water, dirt and other contaminants enter the water supply network through the opened shut-off device.

Daardoor wordt 00k het znivere drinkvater in de waterleidingen verontreinigd en zelfs bacteriologisch. besmet.As a result, the liquid drinking water in the water pipes is contaminated and even bacteriological. infected.

20 . Doel van de uitvinding is het verschaffen van een brandkraan van het hierboven bedoelde type» waarbij bij het"openen'·van de water- . aansluiting voor het aanbrengen van slangen' of buisleidingen' een yer-ontreiniging van het water in het'buisleidingnet verhinderd wordt.,20. The object of the invention is to provide a fire hydrant of the type referred to above, wherein, when the water connection for fitting hoses or pipes is opened, a yer contamination of the water in the pipeline network is prevented. is becoming.,

Volgens de uitvinding wordt di± hereikt door de toepassing van 25 de in het kenmerk van conclusie Ί omsehreven maatregelen./According to the invention, this is achieved by the use of the measures described in the characterization of claim..

De relatieve verschuiving van de afsluitklep ten opzichte yan de stoter van de bedieningsinrichting door middel van de daartussen ingebouwde, vobrgespannen veer maakt het mogelijk een. automat is ch sluiten van de afsluitinrichting bij.aan beide zijden van de afsluit-30 klep heersende gelijke waterdruk 00k.bij het openzetten. van de.afsluit·*-.The relative displacement of the shut-off valve relative to the ram of the actuator by means of the pre-tensioned spring built therebetween enables one. Automatically closing the shut-off device is equal to the water pressure prevailing on both sides of the shut-off valve when opening. of.the.close · * -.

srmrm----—-: %srmrm ----—-:%

tf* Vtf * V

- 2 - inrichting, resp. de stoter te bewerks telligen. Het uit het buislei-dingnet in de tamer van de brandkraan stramende water tan na het vul-len daarvan en vereffening van de druk aan weerszijden van de afsluit-tlep niet meer in het buisleidingnet terugstromen, omdat na het vullen 5 van de tamer met water de afsluitklep onmiddellijt sluit.- 2 - device, resp. edit the plunger. The water flowing from the pipeline into the tamer of the fire hydrant after filling and equalizing the pressure on either side of the shut-off valve no longer flow back into the pipeline, because after filling the tamer with water the shut-off valve closes immediately.

In de tamer gedrongen vuil of andere verontreinigingen tunnen aldus niet in het buisleidingnet voor.drintwater tomen.Dirt or other contaminants that have penetrated into the tamer do not, therefore, prevent bridging water from entering the pipeline network.

Na het openen van de afgesloten wateraansluiting door b.v. het openen van een of meer op de. slangen aangebrachte tleppen valt de 10 druk in de tamer van de brandkraan, de afsluittlep opent weer onmiddel-lijk en het in de tamer zich verzamelende vuil resp. de verontreini-ging wordt door middel van het doorstromende water door de aangesloten slangen in de atmosfeer gebracht.After opening the closed water connection by e.g. opening one or more on the. hoses fitted hoses, the pressure falls in the tamer of the fire hydrant, the shut-off valve opens again immediately and the dirt or dirt that collects in the tamer. the contamination is released into the atmosphere by means of the water flowing through the connected hoses.

Een .verontreiniging van drintwater bij het -ga-bruit van de 15 brandkraan b.v. voor blusdoeleinden of het reinigen van de straat, wordt dus in hoge mate vermeden.A contamination of drint water at the fire hydrant of the fire hydrant e.g. for extinguishing purposes or cleaning the street is therefore largely avoided.

Verdere uitvoeringsvormen van de uitvinding zijn in de onder-conclusies omschreven.Further embodiments of the invention are defined in the sub-claims.

Een uitvoeringsvoorbeeld van een'brandkraan volgens de uitvin-20 ding is in de tetening weergegeven. Daarin toont:An exemplary embodiment of a fire hydrant according to the invention is shown in the tetening. In it shows:

Fig. 1 een dwarsdoorsnede door - een brandkraan;Fig. 1 a cross section through - a fire hydrant;

Fig.2 een doorsnede volgens de lijn II-II van fig.3; enFig. 2 shows a section according to the line II-II of Fig. 3; and

Fig. 3 een deelaanzicht van de in een schacht' aangebrachte brand- traan.Fig. 3 is a partial view of the fire tear arranged in a shaft.

25 Fig· 1 toont een voor de inbouw ondergronds bestemde brandkraan» welke op een verder niet' weergegeven aftakstuk van een buis lei ding, b.v. het drinkwaternet, gezet wordt.Fig. 1 shows a fire hydrant intended for installation underground, which is mounted on a branch piece of a pipe, which is not further shown, e.g. the drinking water network.

De brandkraan heeft een'.huis .1 met een· tamer 30, yaarin een af-sluitinrichting 2 is aangebracht., door middel waarvan een -fcoevoerope- · 30 ning 3 afsluitbaar is.The fire hydrant has a housing 1 with a tamer 30, in which a shut-off device 2 is arranged, by means of which a co-feed opening 3 can be closed.

De afsluitinrichting 2 bestaat uit een verstelspil 4, een yer-stelmoer 5 met een daaraan aangebrachte stoter 6 en een' aan het onder-einde van de stoter 6 in de richting van de langsas"ten' opzichte daarvan aangebrachte afsluitklep 7.The closing device 2 consists of an adjusting spindle 4, a yer adjusting nut 5 with a tappet 6 mounted thereon and a closing valve 7 arranged at the lower end of the tappet 6 in the direction of the longitudinal axis.

35 De verstelspil ^ is draaibaar in een deksel 8 gelagerd en in 8Τ0Τ3Ί8Τ--- 3* - 3 - axiale richting tussen het deksel 8 en een plaat 9 door middel van een kraag 10 vastgehouden. De afdichting van de lagerplaats geschiedt door middel van afdichtringen 11 en 12. De verstelspil I* is van een vierkante tap 13 voorzien, vaarop een steeksleutel met verlenging, 5 de zogenaamde brandkraansleutel k0> voor het bedienen van de afsluit-inrichting gestoken kan worden.The adjusting spindle ^ is rotatably mounted in a cover 8 and is held in the axial direction between the cover 8 and a plate 9 in the form of a collar 10. The bearing location is sealed by means of sealing rings 11 and 12. The adjusting spindle I * is provided with a square stud 13, on which an open-ended spanner with extension, the so-called fire hydrant key k0> can be inserted to operate the shut-off device.

Aan de verstelmoer 5 is door middel van een stift 1¾ een buis 15 bevestigd, welke tezamen met een aari het ondereinde van de buis 15 door middel van een stift 16 bevestigd vasthoudstuk 17 de stoter 6 10 voimt.A tube 15 is fastened to the adjusting nut 5 by means of a pin 11, which, together with an aari, the lower end of the tube 15 is fixed to the ram 6 by means of a holding piece 17 secured by a pin 16.

HeJt vasthoudstuk 17 heeft een boring 18, waarin een tap 19 als kegelzitting-klep uitgevoerde afsluitklep 7 in langsrichting verschuif— baar gevoerd is, vaarbij een in de boring 18 aangebrachte veer 20 op de tap 19 drukt. Een in een langssleuf 21 van de tap 19 liggende pen 15 22 vormt een langsaanslag en een borg tegen verdraaiing tussen de sto ter 16 en de afsluitklep 7· Aan de tap 19 is een klepschotel 23 met een kegelstompvormig afdichtvlak 2k aangebracht. Tussen de klepschotel 23 en het. vasthoudstuk 17 is een balg 25 aangebracht, velke de boring ' 18 ten opzichte van het medium afdicht.The retaining piece 17 has a bore 18, in which a tap 19 formed as a cone-seat valve, is displaceable in the longitudinal direction, while a spring 20 arranged in the bore 18 presses on the tap 19. A pin 22 lying in a longitudinal slot 21 of the pin 19 forms a longitudinal stop and an anti-rotation lock between the steamer 16 and the shut-off valve 7. On the pin 19 a valve disc 23 with a conical butt-shaped sealing surface 2k is arranged. Between the valve disc 23 and the. retaining piece 17, a bellows 25 is provided, which seals the bore 18 with respect to the medium.

20 Het huis 1 heeft aan de bovenzij de van de toevoeropening 3 even- eens een kegelvormig afdichtvlak 26, i . *The housing 1 also has a conical sealing surface 26, i at the top of the supply opening 3. *

Zoals uit fig. 2 blijkt, zijn in het huis 1 boven het afdichtvlak 26 twee ten opzichte van elkaar liggende glijvlakken 29 aangebracht, vaartegen geleidingsgedeelten 28 van het vasthoudstuk 17 aan-25 liggen, vaardoor de stoter 6 tijdens zijn verstelbeveging geleid wordt. De huiswand heeft in het bereik van een'van de glijvlakken 27 een ope- -ning 29, velke bij het naar omhoog brengen van de stoter 6 door een geleidingsgedeelte 28 vordt afgesloten'. De opening 29 dient als afvoer voor in de kamer 30 gedrongen water, bpdat de kraan in- de winter niet ' 30 - vastvriest.As can be seen from Fig. 2, in the housing 1 above the sealing surface 26, two sliding surfaces 29 are arranged relative to each other, against which guide parts 28 of the holding piece 17 abut, through which the ram 6 is guided during its adjustment sweep. The housing wall has, in the region of one of the sliding surfaces 27, an opening 29, which is closed by a guide portion 28 when the ram 6 is raised. The opening 29 serves as a drain for water penetrated into the chamber 30, so that the tap does not freeze during the winter.

Aan de binnenwand van het. huis 1 zijn voorts geleidingsgroeveh 31 aangebracht, velke tezamen met geleidingsruggen 32 van het vasthoudstuk 17 een borg tegen verdraaiing van de stoter 6 vormen.On the inner wall of the. The housing 1 is further provided with guide groove 31, which together with guide ridges 32 of the holding piece 17 form a lock against rotation of the ram 6.

Zoals in fig.1 veergegeven, heeft het huis 1 een uitlaatopening 35 33 en een koppelingsmof voor de asnsluiting van h.v. 'slangen of een ----82 0 2X8*4--;- 4 - list an dpi jp 36· Buiten bedri jf is de uitlaatopening 33 van de koppelings-mof 3^ met een deksel 35 afgesloten.As shown in fig. 1, the housing 1 has an outlet opening 33 and a coupling sleeve for the shaft closure of h.v. hoses or a ---- 82 0 2X8 * 4 -; - 4 - list an dpi jp 36 · Outside operation, the outlet opening 33 of the coupling sleeve 3 ^ is closed with a lid 35.

Voor het aansluiten van een in fig.3 weergegeven standpijp 36 met slangen 37 moet het deksel 35 afgenomen warden, waardoor in de 5 schaeht 38 zich hevindend vuil en andere verontreinigingen in de kamer 30 van de kraan komt. A~&za. de standpijp 36 zijn voor elke afzonder-lijke slang 37 afsluitkleppen 39 aangehracht, velke voor het openen van de afsluitinrichting 2 van de kraan gesloten zijn. Bij het openen van de afsluitinrichting 2 door middel van een kraansleutel ^O wordt 10 de stoter 6 door middel van de verstelspil ^ tot uitslag tegen de plaat 9 gedraaid. Oelijktijdig wordt de afsluitklep 7 door de druk van het water tegen de kleine veerkracht naar hoven gedrukt en het water stroomt in kamer 30. . *In order to connect a standpipe 36 shown in fig. 3 with hoses 37, the cover 35 must be removed, so that dirt and other impurities accumulating in the chamber 30 of the tap come into the sheath 38. A ~ & Sat. the standpipe 36 are provided with shut-off valves 39 for each individual hose 37, many of which are closed for opening the shut-off device 2 of the tap. When the closing device 2 is opened by means of a tap wrench 10, the ram 6 is turned to the plate 9 by means of the adjusting spindle ^. At the same time, the shut-off valve 7 is pushed upwards by the pressure of the water against the small spring force and the water flows into chamber 30.. *

Is de kamer 30 en de standpijp 36 gevuld, dan ontstaat ter 15 weerszijden van de afsluitklep 7 dezelfde waterdruk en de afsluitklep 7 sluit onmiddellijk door de kracht van de veer 20. Het water heeft aldus geen mogelijkheid met de in de kamer opgenomen verontreinigingen in het buisleidingnet te komen* 'When the chamber 30 and the standpipe 36 are filled, the same water pressure is created on both sides of the shut-off valve 7 and the shut-off valve 7 closes immediately by the force of the spring 20. The water thus has no possibility with the impurities contained in the chamber. pipeline network to come * '

Wanneer tenminste een' van de aan de st andpijp 36 aangebrachte 20 afsluitkleppen 39 geopend wordt, zakt de waterdruk in de kamer 30., de afsluitklep 7 opent onmiddellijk en.de verontreinigingen' vorden door middel van het aanstromende water uit de kraan in de atmosfeer getrans-porteerd.When at least one of the shut-off valves 39 fitted to the stand pipe 36 is opened, the water pressure in the chamber 30 drops, the shut-off valve 7 opens immediately and the contaminants are released into the atmosphere by means of the water flowing from the tap. transported.

Behalve de in fi.g.1 weergegeven' schroefveer kan de veer 20 oak 25 . uit een pakket schotelveren bestaan, waarbij in beide gevallen de veer 20 een zo vlak mogelijke veerkarakteristiek moet' hebbeir. 'In addition to the coil spring shown in Fig. 1, the spring 20 can also be 25. consist of a set of cup springs, in which case the spring 20 must have the flatest possible spring characteristic. '

De kleinst werkzame veerkracht moet tenminste zo groot zijn, dat bij een stoter in de bovenste stand en ter weerszijden-van de afsluitklep 7 dezelfde hydrostatische' druk.de afsluitklep 7 door veerkracht 30 tegen de klepzitting in het huis gedrukt wordt. De veerkracht is dus afhankelijk van de in het buisleidingnet maximaal heersende druk en de ter weerszijden van de klepschotel 23 werkzame vlakken van de afsluitklep.The least effective spring force must be at least so great that, with a ram in the upper position and on either side of the shut-off valve 7, the same hydrostatic pressure is applied to the shut-off valve 7 by spring force 30 against the valve seat in the housing. The spring force thus depends on the maximum pressure prevailing in the pipeline network and the surfaces of the shut-off valve acting on either side of the valve disc 23.

De maximaal mogelijke verscbuivingsveg van de afsluitklep 7 " *' 35 ten opzichte van de stoter' 6 moet daarbij groter-zijn, dan de mogelijke ; btuttst--- - 5 - « Μ " ?v verstelveg -van de stoter 6 door middel van de verstelspil 4.The maximum possible displacement sweep of the shut-off valve 7 "*" 35 with respect to the ram "6 must then be greater than the possible one, using --- - 5 -« Μ "? V of the ram 6 by means of the adjustment spindle 4.

In het veergegeven mtvoerings-voorbeeld is de afslxdtklep als kegelzittingklep uitgevoerd vaarbij ook andere afdiclitingssoorfcen zo-als b. v. een kogelzittingklep eveneens mogelijk zijn.In the spring example shown, the shut-off valve is designed as a cone seat valve, with other sealing types such as b also being used. v. a ball seat valve are also possible.

~—fr2D~2~Tr4---:-~ —Fr2D ~ 2 ~ Tr4 ---: -

Claims (6)

1. Brandkraan met een, op een buisleiding aansluitbare, een kamer bezittend huis, met een afsluitinrichting, velke een door een verstel-spil en een stoter tegen een klepzitting van het huis aandrukbare af-sluitklep heeft en met tenminste een afdekbare opening, velke aanslui- 5 ting voor buis- resp. slangleidingen heeft, met het kenmerk, dat de afsluitklep (7) ten opzichte van de stoter (6) in de richting van diens langsas verschuifbaar is en dat tenminste een tussen de stoter (6) en de· afsluitklep (7) verkende veer (20) aangebracht is.1. Fire hydrant with a chamber, which can be connected to a pipeline, with a shut-off device, which each has a shut-off valve that can be pressed by an adjusting spindle and a tappet against a valve seat of the housing and with at least one coverable opening. - 5 ting for pipe resp. hose lines, characterized in that the shut-off valve (7) is displaceable relative to the ram (6) in the direction of its longitudinal axis and that at least one spring (20) explored between the ram (6) and the shut-off valve (7) ) is fitted. 2. Brandkraan volgehs conclusie 1, met het kenmerk, dat de veer 10 (20) in een aan het ondereinde van de stoter (6) aangebrachte boring (18) gemonteerd is en dat op een in de boring (l8) verschuifbaar aangebrachte tap (19) de afsluitklep (7) drukt.Fire hydrant according to claim 1, characterized in that the spring 10 (20) is mounted in a bore (18) arranged at the bottom end of the ram (6) and on a stud (18) which is slidable in the bore (18). 19) press the shut-off valve (7). 3. Brandkraan volgens conclusie 2., met het kenmerk, dat de tap (19) een langssleuf (21) heeft, vaarin een als borg tegen verdraaiing 15. verkende pen (22) ingrijpt. Brandkraan volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat tussen de stoter (6) en .de afsluitklep (7). een, de boring (18) afdichten-de in langsrichting veranderlijke afdekking (25) is aangebracht.Fire hydrant according to claim 2, characterized in that the tap (19) has a longitudinal slot (21), in which a pin (22) explored as a safeguard against rotation engages. Fire hydrant according to claim 2 or 3, characterized in that between the tappet (6) and the shut-off valve (7). a longitudinally variable cover (25) sealing the bore (18) is provided. 5· Brandkraan volgens conclusies 1-^, metr het kenmerk, dat de 20 afsluitklep (7) als kegelzittingklep is uitgevberd.Fire hydrant according to Claims 1 to 4, characterized in that the shut-off valve (7) is provided as a cone seat valve. 6. Brandkraan volgens conclusies’1 - met het kenmerk, dat de afsluitklep (7) als kogelzittingklep is uitgevoerd. .6. Fire hydrant according to claims 1 - characterized in that the shut-off valve (7) is designed as a ball seat valve. . 7. Brandkraan volgens een van de conclusies ! - 6, met het kenmerk, dat de voorspankracht van de veer’ (20),tenminste' zo groot is, dat bij 25 ter veerszijden van de afsluitklep (7) gelijke hydrostatische druk de afsluitklep (7) door de veer (20) . tegen’ het’ afdiehtvlak. (26) van de klepzitting ge drukt kan vorden.. -8-2044-84--— . tFire hydrant according to one of the claims! - 6, characterized in that the pretensioning force of the spring (20) is at least so great that at 25 on the spring sides of the shut-off valve (7) equal hydrostatic pressure the shut-off valve (7) through the spring (20). against the sealing surface. (26) can be pressed off the valve seat. -8-2044-84 --—. t