NL8100555A - Anatomisch gevormd broekje. - Google Patents

Description

t- ^ 8T3Q30/Ke/sn

Korte aanduiding: Anatomisch gevormd broekje,,

De uitvinding heeft betrekking op een anatomisch gevormd broekje.

Broekjes zijn op zichzelf bekend. De broekjes die tot nu toe op de markt zijn bestaan uit meerdere delen: een voorstuk, een 5 achterstuk en een inzetsel. Deze drie delen moeten overeenkomstig de verschillende maten worden vervaardigd volgens een model. Een nadeel is daarbij dat er restanten overblijven die niet verder kunnen worden verwerkt.

Bovendien is het een nadeel dat de drie stukken aan elkaar 10 genaaid moeten worden, hetgeen tijdrovend en duur is. De plaatsen van de naden bezitten niet steeds de gewenste sterkte, zodat ze gemakkelijk lostarnen·

Er bestaan ook broekjes die vervaardigd worden uit twee zelfstandig gefabriceerde, even brede banen breiwerk', waarbij op be-15 paalde afstanden dwars op de lengterichting van de banen van het breiwerk de banen door aanelkaar breien worden verbonden. Op de plaats van het inzetstuk, dat de beide beenopeningen van elkaar scheidt, worden ook de beide banen van het breiwerk aan de randen aanelkaar gebreid.

20 De beide bekende broekjes zijn niet perfect doordat bij het dragen aanpassing plaats vindt aan de verschillende afmetingen van de lichaamspartijen - buikzijde/rugzijde -, als de beenopeningen precies aan de ene rand van elk van de stofhelften liggen.

De uitvinding beoogt op eenvoudige wijze een anatomisch ge-25 vormd broekje te vervaardigen.

Kenmerkend voor de uitvinding is daartoe dat in een dubbele breiwerkbaan dwars op de produktierichting opwaste afstanden de baanhelften van het breiwerk onderling zijn verbonden en in produktierichting op vaste afstand van de vouw in de baanhelft van het 30 breiwerk die de buikzijde vormt de dwarsverlopende draadvoering op de wijze van rapport is onderbroken voor de vorming van spleetvormi- 8100555 -2- ge openingen·

Doordat voor de fabricage van het broekje volgens de uitvinding een verdubbelde baan breiwerk wordt toegepast die continu wordt geproduceerd, en waarvan de draadvoering, in produktierichting ge-5 zien, op een vaste afstand van de vouwplaats in de buikzijde onderbroken is, ontstaan beenopeningen die aan de buikzijde liggen, zodat het noodzakelijk voor de rugzijde vereiste grotere stofoppervlak aanwezig is. Daarmee is een exacte anatomische aanpassing mogelijk, bij eenvoudige fabricage van het broekje, die speciaal ontstaat door 10 een dienovereenkomstige verbinding van de baanhelften van het breiwerk dwars op de produktierichting en door een speciale draadvoering in de beenopeningen.

De uitvinding zal hierna worden toegelicht aan de hand van de bijgaande tekening van een uitvoeringsvoorbeeld.

15 Fig. 1 toont perspektivisch een stuk van een produktiebaan van het broekje volgens de uitvinding; fig. 2 laat h± broekje volgens de uitvinding in vooraanzicht zien, en fig. 3 toont de draadvoering speciaal ter plaatse van een 20 beenopening.

Zoals blijkt uit fig. 1 wordt voor de vervaardiging van het broekje volgens de uitvinding een verdubbelde breiwerkbaan 1 geproduceerd. Dwars op de produktierichting F zijn op vaste afstanden a de gebreide halve banen la en 1b onderling verbonden. De beenopenin-25 gen ontstaan doordat op een vaste afstand b van de vouwlijn 2 in de halve baan 1a die de buikzijde vormt de in dwarsrichting lopende draadvoering als rapport onderbroken is voor de vorming van de spieetvormige openingen (beengaten) 3. De draadvoering van de halve gebreide banen la aan de buikzijde blijkt uit fig. 3. Voor de 30 vorming van de spieetvormige openingen 3 (beengaten) worden de in produktierichting F aankomende draden 4, die de stokjes van de mazen vormen, bij de aanvang van de spieetvormige openingen 3 door de in-slagdraden 5 slechts met elkaar verbonden tot aan de randen 6af 6b 8100555 van de gewenste plaats voor het doorsteken van het beene Deze draadvoering wordt aan het einde van de spleet beëindigd en dan wordt noimaal verder gewerkte Bij het volgende beengat 3 vindt dezelfde wijze van draadvoering plaats.

De afzonderlijke broekjes, zoals in fig. 2 weergegeven, vorden uit de breiwerkbaan verkregen doordat de dwars op de produktie-lichting lopende verbindingen 7 worden doorgesneden.

- conclusie -

Claims (1)

1. -4- Anatomisch gevormd broekje, met het kenmerk dat in een verdubbelde gebreide baan (1) dwars op de produktierich-ting (F) op vaste afstanden (a) de halve gebreide banen (la, 1b) onderling verbonden zijl en in produktierichting op vaste afstand (b) 5 van de vouwplaats (2) in de halve baan (1a) die de buikzijde vormt de dwarsverlopende draadvoering op de wijze van rapport is onderbroken voor de vorming van spieetvormige openingen (3)e 8100555