NL8004395A - Rectangular panel assembled concreting formwork - has anchor holes at corners and away from them, for tiered panels (BR 23.12.80) - Google Patents

Rectangular panel assembled concreting formwork - has anchor holes at corners and away from them, for tiered panels (BR 23.12.80) Download PDF

Info

Publication number
NL8004395A
NL8004395A NL8004395A NL8004395A NL8004395A NL 8004395 A NL8004395 A NL 8004395A NL 8004395 A NL8004395 A NL 8004395A NL 8004395 A NL8004395 A NL 8004395A NL 8004395 A NL8004395 A NL 8004395A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
formwork
plates
corner
skin
anchors
Prior art date
Application number
NL8004395A
Other languages
Dutch (nl)
Other versions
NL186828C (en
NL186828B (en
Original Assignee
Schliephacke Heinrich
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Schliephacke Heinrich filed Critical Schliephacke Heinrich
Priority to NL8004395A priority Critical patent/NL186828C/en
Publication of NL8004395A publication Critical patent/NL8004395A/en
Publication of NL186828B publication Critical patent/NL186828B/en
Application granted granted Critical
Publication of NL186828C publication Critical patent/NL186828C/en

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G9/00Forming or shuttering elements for general use
    • E04G9/02Forming boards or similar elements
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G11/00Forms, shutterings, or falsework for making walls, floors, ceilings, or roofs
    • E04G11/06Forms, shutterings, or falsework for making walls, floors, ceilings, or roofs for walls, e.g. curved end panels for wall shutterings; filler elements for wall shutterings; shutterings for vertical ducts
    • E04G11/08Forms, which are completely dismantled after setting of the concrete and re-built for next pouring
    • E04G11/10Forms, which are completely dismantled after setting of the concrete and re-built for next pouring of elements without beams which are mounted during erection of the shuttering to brace or couple the elements

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Forms Removed On Construction Sites Or Auxiliary Members Thereof (AREA)

Abstract

A frame structure, and form skin with apertures for penetration by anchors located on two opposite edges, are incorporated in a system of formwork with rectangular panels. On each of these two edges there is one aperture (1) directly in one corner of the panel, and another (2) at an interval from the other corner. The apertures pref. have a tube-type sheathing (6,7) round them, terminating flush with the frame structure (3,4) on the side opposite to the form skin. With form panels arranged on top of each other, this enables both the top and bottom ones to be held with a single row of anchors in the horizontal joint area, whether they are upright or flat.

Description

f 1 * * \ VO 0791 tf 1 * * \ VO 0791 t

Beki stings systeem.Formwork system.

De uitvinding "betreft een beki stings systeem, bestaande uit een aantal samen te voegen, rechthoekige platen, welke telkens een raamconstructie en een bekistingshuid met openingen voor het daar, aan twee tegenoverelkaargelegen randen, doorheensteken en ankers be-5 vatten.The invention relates to a coating system consisting of a number of rectangular plates to be joined, each of which has a window construction and a formwork skin with openings for piercing and anchors at two opposite edges there.

Bij bekistingssystemen van deze soort is het bekend, een aantal platen van onderling gelijke hoogte naast elkaar te plaatsen en tot een bekistingswand met elkaar te verbinden. Door de aan de randen van de afzonderlijke bekistingsplaten aangebrachte openingen 10 worden ankers gestoken, teneinde twee tegenoverelkaargelegen bekistings-wanden met elkaar te verbinden. De ankers zijn voorzien van ankermoeren of platen, welke zo groot zijn, dat zij tot over de rand van de naburige platen heen reiken en aldus op een ontmoetingsplaats twee naast elkaar geplaatste platen houden.With formwork systems of this type it is known to place a number of plates of equal height next to each other and to connect them together to form a formwork wall. Anchors are inserted through the openings 10 arranged on the edges of the individual formwork plates, in order to connect two opposite formwork walls. The anchors are provided with anchor nuts or plates which are so large that they extend over the edge of the neighboring plates and thus hold two plates placed side by side at a meeting point.

15 Naar gelang van de hoogte van de platen kunnen twee, drie, of ook meer openingen in de plaatrand aangebracht zijn. Teneinde de onderste ankers en ankermoeren van de bekisting boven de vloer goed te kunnen bedienen, is het noodzakelijk, de eerste openingen in de plaatrand op voldoend grote afstand van de hoeken van de platen aan te 20 brengen.Depending on the height of the plates, two, three or even more openings can be provided in the plate edge. In order to properly operate the lower anchors and anchor nuts of the formwork above the floor, it is necessary to provide the first openings in the slab edge at a sufficient distance from the corners of the slabs.

Dit brengt als nadeel mee, dat bij boven elkaar geplaatste bekistingsplaten zowel in de bovenste opening van de onderste reeks platen als in de onderste opening van de bovenste reeks platen ankers moeten worden aangebracht. Platen van de hier beschreven soort 25 zijn b.v. bekend uit het Duitse Gebrauchsmusterschrift 67-51·166, welke platen door middel van hoekelementen op de hoeken van de bekisting onderling verbonden kunnen worden.This has the drawback that in the case of casing plates placed one above the other, anchors must be arranged in both the top opening of the bottom series of plates and in the bottom opening of the top series of plates. Plates of the type described here are e.g. known from German Gebrauchsmusterschrift 67-51 · 166, which plates can be mutually connected by means of corner elements at the corners of the formwork.

Voorts is een bekistingssysteem bekend (de zogenaamde "Paschal-Rasterbekisting" 9T3, bladzijde 11) waarbij de ankers niet 30 door openingen in de bekistingsplaten worden gestoken, doch waarbij de zijranden van de bekistingsplaten naar buiten open, halfcirkelvormige openingen bevatten, zodat bij twee naast elkaar geplaatste platen door de elkaar aanvullende openingen ankers kunnen worden gestoken, waarvan de ankermoeren de beide elkaar ontmoetende bekistingsplaten houden. Bij 800 4 3 95 “ V i .Furthermore, a formwork system is known (the so-called "Paschal-Raster formwork" 9T3, page 11) in which the anchors are not inserted through openings in the formwork plates, but in which the side edges of the formwork plates open outwards, so that two adjacent plates placed against each other can be inserted through the complementary openings of anchors, the anchor nuts of which hold the two meeting formwork plates. At 800 4 3 95 “V i.

2 dit systeem zijn de openingen voor het daar doorheen steken van ankers aan twee tegenoverelkaargelegen randen zodanig aangebracht, dat telkens één doorsteekopening op afstand van de hoek is aangebracht, terwijl een andere, kwartcirkelvormige opening rechtstreeks in het hoek-5 punt ligt. Dit systeem biedt de mogelijkheid, bij boven elkaar geplaatste bekistingsplaten in de horizontale stootvoeg met slechts één reeks ankers zowel de onderste als de bovenste platen te houden.2 in this system, the apertures for inserting anchors therethrough are arranged on two opposite edges such that one piercing aperture is spaced from the corner at a time, while another quarter-circular aperture is located directly at the angular point. This system makes it possible to keep both the bottom and top plates with one single set of anchors in the horizontal butt joint with superimposed formwork plates in the horizontal butt joint.

Een nadelige uitwerking heeft hierbij evenwel dat de bovenste reeks platen volgens het spiegelbeeld ten opzichte van de on-10 derste reeks platen moet worden aangebracht, aangezien vier in de hoeken aangebrachte, kwartcirkelvormige openingen telkens op een ontmoetingsplaats van vier platen bijeen moeten komen, teneinde een anker er doorheen te kunnen laten reiken. Als verder nadeel doet zich bij dit bekistingssysteem voor, dat de platen slechts staande naast elkaar 15 en - zoals zoeven beschreven - verdraaid boven elkaar aangebracht kunnen worden, doch niet gedeeltelijk staand en gedeeltelijk liggend. Dit systeem biedt derhalve niet de mogelijkheid, op een onderste, staande reeks platen, ter betere aanpassing aan een gewenste bekistingshoogte, een tweede reeks, smallere platen in liggende stand op te leggen.However, a disadvantageous effect here is that the top series of plates must be arranged in accordance with the mirror image relative to the lower series of plates, since four corner-shaped openings, which are arranged in the corners, must meet at a meeting place of four plates in order to form a anchor through it. A further drawback with this formwork system is that the plates can only be arranged standing next to each other and - as just described - twisted one above the other, but not partly standing and partly lying. This system therefore does not offer the possibility of laying on a lower, upright series of plates, in order to better adapt to a desired formwork height, a second series of narrower plates in the horizontal position.

20 In dat geval zouden de in de tafelranden aangebrachte half. respectievelijk kwartcirkelvormige openingen niet met elkaar stroken, zodat geen ankers zouden kunnen worden ingestoken.20 In that case, the edges arranged in the table edges would be half. or quarter-circle-shaped openings do not fit together, so that no anchors could be inserted.

Een verder nadeel van dit systeem bestaat in de noodzaak, aan het einde van de reeks naast elkaar gelegen bekistingsplaten 25 een extra bouwelement aan te brengen, teneinde de laatste rand van de laatste bekistingsplaten van ankers te voorzien, aangezien de halve openingen alleen aan het einde van een bekisting niet de mogelijkheid bieden tot het déorsteken van ankers. Een dergelijk bouwelement is beschreven in het Ikitse Offenlegungsschrift 2.203.999, in het bijzon-30 der op bladzijde 2 en op bladzijde 6, alsmede weergegeven in de figuren 2 en 3·A further drawback of this system consists in the need to provide an additional construction element at the end of the series of adjacent formwork plates 25, in order to anchor the last edge of the last formwork plates, since the half-openings only at the end of a formwork do not offer the possibility to derist anchors. Such a building element is described in Ikitse Offenlegungsschrift 2,203,999, in particular on page 2 and on page 6, as well as shown in figures 2 and 3 ·

Doel van de uitvinding is nu een bekistingssysteem, waarbij boven elkaar geplaatste bekistingsplaten in het bereik van de horizontale stootvoeg met slechts één reeks ankers worden gehouden, 35 ongeacht of alle bekistingsplaten in dezelfde zin overeind staan of naar keuze liggend aangebracht worden, en waarbij aan het einde van 80 0 4 3 95 * i 3 een reeks naast elkaar staande bekistingsplaten geen extra "bouwelement nodig is, teneinde de laatste ankers aan de bekistingsrand in te zetten, doch waarbij anderzijds hoeken en vereffeningsvlakken van de bekisting bijzonder eenvoudig geformeerd kunnen worden.The object of the invention is now a formwork system in which superimposed formwork plates are kept in the region of the horizontal butt joint with only one set of anchors, irrespective of whether all formwork plates are upright in the same sense or optionally arranged horizontally, and end of 80 0 4 3 95 * i 3 a series of side-by-side formwork plates, no extra "construction element is required, in order to deploy the last anchors at the formwork edge, but on the other hand corners and smoothing surfaces of the formwork can be formed very easily.

5 Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat aan elk van de beide randen van elke bekistingsplaat een opening rechtstreeks in de ene hoek van de plaat en een verdere opening op zekere afstand van de andere hoek, van de bekistingsplaat aangebracht is.According to the invention, this object is achieved in that at each of the two edges of each formwork plate an opening is provided directly in one corner of the plate and a further opening at a certain distance from the other corner, of the formwork plate.

Bij het opstellen van bekistingen is het niet steeds 10 mogelijk:,., twee tegenoverelkaargeplaatste bekistingswanden zo nauwkeurig op te stellen, dat de ankeropeningen een gemeenschappelijke rechtlijnig verlopende systeemas hebben. Het verdient derhalve bijzonder aanbeveling, wanneer de openingen voor het doorsteken van de ankers beperkt blijven tot de dikte van de bekistingshuid en naar de achterzijde buis-15 achtige ommantelingen aangebracht worden, welke met hun van de bekistingshuid af gekeerde einde strokend met de raamconstruetie eindigen en als tegensteunen voor de ankermoer dienst doen.When formwork is being arranged, it is not always possible to arrange two opposing formwork walls so precisely that the anchor openings have a common rectilinear system axis. It is therefore particularly advisable if the openings for piercing the anchors are limited to the thickness of the formwork skin and that tube-like sheaths are provided towards the rear, which end with their end facing away from the formwork skin and in line with the frame construction, and serve as counter supports for the anchor nut.

Het is bekend, bij bekistingssystemen hekistingsplaten van dezelfde hoogte, doch van verschillende breedten toe te passen, 20 teneinde de bekisting gemakkelijker te kunnen aanpassen aan de zich van geval tot geval op het werk voordoende omstandigheden. Aangezien bij het uitgevonden bekistingssysteem de bekistingsplaten staande of liggend kunnen worden aangebracht - waarbij telkens op de ontmoetingsplaats van twee platen steeds slechts één anker noodzakelijk is - wordt een 25 bijzonder hoge mate van aanpassingsvermogen aan alle afmetingen van de bekisting verkregen, wat betreft de breedte of hoogte, wanneer een plaat, b.v. de basisplaat van het systeem in hoogte of breedte dezelfde afmeting heeft. Op dergelijke vierkante platen kunnen smallere platen bij aanpassing aan een gewenste bekistingshoogte dwars opgelegd 30 worden, zonder het raster van de gehele bekistingswand te beïnvloeden. Bijzonder voordelig is het daarbij voorts, wanneer de opvolgend kleinere· bekistingsplaat van het systeem een breedte heeft van 2/3 van de hoogte, en de hierop volgende verdere, kleinere plaat een breedte van 1/3 van de hoogte heeft. Bij het willekeurig in een reeks samenvoegen 35 van dergelijke platen van onderling verschillende breedte, doch van dezelfde hoogte worden zowel in horizontale als in verticale richting de beste aanpassingsmogelijkheden met behoud van het basisraster van 800 4 3 95 k de platen verkregen. Hierbij is tevens voordelig, dat bij alle stoot-voegen steeds slechts êên plaatrand van ankers behoeft te zijn voorzien, welke tegelijkertijd met hun ankermoeren de belendende platen houden.It is known to use fence panels of the same height, but of different widths, in formwork systems, in order to be able to adapt the formwork more easily to the circumstances prevailing on the job. Since in the invented formwork system the formwork plates can be arranged upright or horizontal - whereby only one anchor is required at the meeting point of two plates at a time - a particularly high degree of adaptability to all dimensions of the formwork is obtained, in terms of the width or height, when a plate, e.g. the base plate of the system has the same dimensions in height or width. On such square plates, narrower plates can be placed transversely when adapted to a desired formwork height, without affecting the grid of the entire formwork wall. It is also particularly advantageous if the subsequently smaller formwork plate of the system has a width of 2/3 of the height, and the subsequent further smaller plate has a width of 1/3 of the height. By randomly assembling 35 such plates of different widths, but of the same height, in both horizontal and vertical directions, the best adaptation possibilities are maintained, while retaining the basic grid of 800 4 3 95 k the plates. It is also advantageous here that, at all butt joints, only one plate edge always has to be provided with anchors, which simultaneously hold the adjoining plates with their anchor nuts.

5 Voorts wordt overeenkomstig de uitvinding, een hoek element verschaft, dat voor de verbinding van de bekistingsplaten zowel op een buitenhoek als een binnenhoek kan worden toegepast, zodat voor beide soorten van hoeken een hoekelement van dezelfde uitvoering wordt gebruikt. Dit wordt bereikt, doordat de benen van dat hoekelement 10 ongelijk zijn, d.w.z. dat het éne hoekbeen langer is, dan het andere.Furthermore, according to the invention, a corner element is provided, which can be used for the connection of the formwork plates to both an outer corner and an inner corner, so that a corner element of the same design is used for both types of corners. This is accomplished in that the legs of that corner member 10 are uneven, i.e. one corner leg is longer than the other.

Een dergelijk ongelijkbenig hoekelement wordt voor het vormen van een buitenhoek zodanig aangebracht, dat telkens een bekistingplaat op de buitenzijde van êén been van het hoekelement wordt aangesloten. Hierbij vormt het deel van het langste hoekbeen dat door de aangesloten 15 bekistingsplaat vrij gelaten wordt, een deel van de bekistingshuid.To form an outer corner, such an isosceles corner element is arranged such that a formwork plate is connected to the outside of one leg of the corner element in each case. In this case, the part of the longest corner leg that is left free by the connected shuttering plate forms part of the shuttering skin.

Voor het vormen van een binnenhoek wordt daarentegen een bekistingsplaat op de buitenzijde van het kortste been en de andere bekistingsplaat op de binnenzijde van het langste been aangesloten. In dit geval vormt de gehele buitenzijde van het langste been een deel van de be- 20 kistingshuid.To form an inner corner, on the other hand, a formwork plate is connected to the outside of the shortest leg and the other formwork plate to the inside of the longest leg. In this case, the entire outside of the longest leg forms part of the casing skin.

Bij een hoek van deze soort is het.zinvol, de inrichtingen voor het aansluiten van de bekistingsplaten zodanig aan te brengen, dat deze in beide benen dezelfde afstand van het vrije einde van de benen hebben.At an angle of this type it makes sense to arrange the devices for connecting the formwork plates in such a way that they have the same distance from the free end of the legs in both legs.

25 Een bijzonder eenvoudige uitvoering van dit hoekele ment wordt - overeenkomstig de uitvinding - verkregen, wanneer voor aansluiting van bekistingsplaten in de benen openingen worden aangebracht. Hierbij speelt het geen rol, of deze openingen, welke voor het daar doorheen steken van verbindingsmiddelen dienst doen, b.v. cirkel-30 vormig, langwerpig of hoekig zijn.According to the invention, a particularly simple embodiment of this corner element is obtained when openings are provided in the legs for connecting formwork plates. It does not matter whether these openings serve for the insertion of connecting means, e.g. circle-30 shaped, elongated or angular.

Door toepassing van dergelijke hoekelementen voor hoekverbindingen wordt een aanmerkelijke besparing op kosten bereikt bij de aanschaffing van het bekistingssysteem, terwijl het in voorraad houden vereenvoudigd wordt en de bouwplaats op minder gecompliceerde 35 en snellere wijze bediend kan worden, aangezien bij alle hoeken steeds hetzelfde bouwelement wordt toegepast.By using such corner elements for corner joints, a considerable saving on costs is achieved in the purchase of the formwork system, while stocking is simplified and the construction site can be operated in a less complicated and faster manner, since the same building element is always used at all corners. applied.

800 4 3 95 — i Λ 5 -Voorts wordt overeenkomstig de uitvinding een staaf-vormig bouwelement voor het bekistingssysteem voorgesteld, dat bestaat uit een profiellichaam, waarbij een been, dat met de bekistings-huid een rechte hoek insluit, middelen bevat voor het aansluiten van.800 4 3 95 - i Λ 5 -Also, according to the invention, a rod-shaped construction element for the formwork system is proposed, which consists of a profile body, wherein a leg, which encloses a right angle with the formwork skin, contains means for connecting from.

5 gelijke bouwelementen. Deze middelen kunnen b.v. bestaan uit een reeks gaten, zodat bij twee naast elkaar geplaatste, staafvormige bouwelementen door deze met elkaar tot stroken komende gaten bouten kunnen worden gestoken en aan de andere zijde met ingedreven wiggen kunnen worden geborgd.5 equal building elements. These agents can e.g. consist of a series of holes, so that two rods placed next to each other can be used to insert bolts through these tapering holes and to secure them on the other side with driven wedges.

10 - De uitvinding biedt derhalve tevens de mogelijkheid, bekistingselementen, welke uit staafvormige bouwelementen met een " daarvoor geplaatste bekistingshuid bestaan, op in serie vervaardigde bekistingsplaten met metaalraamconstructies aan te sluiten. Dit geschiedt volgens de uitvinding, doordat de constructiehoogfce van het 15 staafvormige bouwelement en de dikte van de er aan te bevestigen bekistingshuid dezelfde afmetingen hebben, als de constructiehoogte van de aangesloten bekistingsplaat.The invention therefore also offers the possibility of connecting formwork elements, which consist of rod-shaped building elements with a formwork skin placed in front thereof, to series-produced formwork plates with metal frame constructions. This is done according to the invention, in that the construction height of the rod-shaped construction element and the thickness of the formwork skin to be attached to it has the same dimensions as the construction height of the connected formwork plate.

Wanneer voor de verankering van twee tegenoverelkaar-staande bekistingswanden do6r de openingen van de staafvormige bouw-20 elementen ankers heen gestoken worden, is het noodzakelijk, dat de ankerplaten in de volle omvang van het anker een voldoend oplegvlak voor het steun nemen van de bekistingselementen verkrijgen. Hebben de staafvormige bouwelementen of liggers een rechthoekig dwarsprofiel, dan zijn in het algemeen voldoende oplegvlakken voor de ankermoeren 25' aanwezig. Wanneer daarentegen de staafvormige bouwelementen uit hoek-profielen of dergelijke eenvoudigere profielen bestaan - hetgeen bij kleinere bekistingssystemen op grond van de geringere hoeveelheid benodigd materiaal een kostenbesparing oplevert - dan moet er voor worden gezorgd, dat in het bereik van de ankeropeningen dienovereenkomstige 30 oplegvlakken aanwezig zijn. Dit wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat de openingen voor het daar doorheen steken van bekistingsankers zijn omgeven door een buisachtige ommanteling, welke aan het, van de bekistingshuid af gekeerde einde, strokend met het bouwelement eindigen. Hierbij speelt het geen rol, of die buisvormige ommanteling een 35 rond, hoekig of zelfs een niet gesloten dwarsprofiel, resp. platte grond heeft.When anchors are inserted through the openings of the rod-shaped building elements for anchoring two opposing formwork walls, it is necessary that the anchor plates in the full extent of the anchor obtain a sufficient bearing surface for supporting the formwork elements. . If the rod-shaped building elements or beams have a rectangular cross-section, there are generally sufficient bearing surfaces for the anchor nuts 25 '. If, on the other hand, the rod-shaped building elements consist of corner profiles or similar simpler profiles - which, in the case of smaller formwork systems, results in cost savings due to the smaller amount of material required - then it is necessary to ensure that there are corresponding support surfaces in the area of the anchor openings. . This is achieved according to the invention in that the apertures for inserting formwork anchors therethrough are surrounded by a tube-like casing, which ends at the end facing away from the formwork skin, which is flush with the building element. It does not matter whether the tubular casing has a round, angular or even an unsealed cross section, respectively. flat ground.

800 4395 6800 4395 6

Wanneer twee tegenoverelkaarstaande bekistingswanden, welke uit beki stings element en van de in het voorgaande beschreven soort bestaan, met elkaar worden verankerd., is het voordelig de ankers in het hoekbereik van de bekistingselementen aan te brengen, aangezien 5 in dat geval twee of vier bekistingselementen in het hoekbereik tegelijkertijd met een ankerplaat kunnen worden af gesteund. Teneinde dit te bereiken, wordt, volgens de uitvinding, voorgesteld, dat telkens één opening voor het daar doorheen steken van bekistingsankers aan de einden van het staafvormige bouwelement en telkens een tweede opening tO op geringe afstand hier vandaan aangebracht worden.When two opposing formwork walls, which consist of formwork element and of the type described above, are anchored together, it is advantageous to arrange the anchors in the angular range of the formwork elements, since in that case two or four formwork elements are provided. in the corner area can be supported simultaneously with an anchor plate. In order to achieve this, it is proposed, according to the invention, that in each case one opening for inserting formwork anchors through them at the ends of the rod-shaped building element and in each case a second opening t0 be made a short distance away.

Bekistingselementen, welke telkens op de grond staan, moeten in hun onderste bereik verankerd worden. Aangezien de ankermoer en de ankerplaat een bepaalde ruimtelijke uitgestrektheid hebben en -ook dienovereenkomstige ruimte voor de bediening aanwezig moet zijn, T5 zijn de bovengenoemde, tweede openingen van de staafvormige bouwelementen aangebracht op geringe afstand van de einden van het staafvormige bouwelement.Formwork elements, which are always on the ground, must be anchored in their lower area. Since the anchor nut and the anchor plate have a certain spatial extent and corresponding space must also be provided for the operation, T5, the above-mentioned second openings of the rod-shaped building elements are arranged a short distance from the ends of the rod-shaped building element.

Wanneer de staafvormige bouwelementen symmetrisch ten opzichte van een as, welke dwars op hun langsuitgestrektheid verloopt, 2Q uitgevoerd worden, kunnen zij aan weerszijden van een bekistingsele-ment worden toegepast.When the rod-shaped building elements are constructed symmetrically with respect to an axis which extends transversely of their longitudinal extent, they can be used on either side of a formwork element.

De uitvinding zal thans, onder verwijzing naar de tekening, waarin uitsluitend bij wijze van voorbeeld voor de uitvinding een uitvoeringsvorm overeenkomstig de uitvinding is weergegeven, nog 25 nader worden toegelicht.The invention will now be further elucidated with reference to the drawing, in which an embodiment according to the invention is shown by way of example only for the invention.

Fig. 1 is een achteraanzicht van een vierkante bekis-tingsplaat volgens de uitvinding; de figuren 2A en 2B tonen het detail "A" uit fig. 1 op vergrote schaal, respectievelijk een doorsnede volgens de lijn a-a 30 met ingelegd anker; fig. 3 is een achteraanzicht van drie bekistingspla-ten van onderling verschillende breedte, doch van dezelfde hoogte; fig. k toont een voorbeeld voor de mogelijkheden van samenvoeging van de bekistingsplaten volgens fig. 3; 35 fig. 5 toont, op vergrote schaal, de op één punt bij eenkomende vier hoekpunten van een viertal bekistingsplaten; 800 4 3 95 - Wt ·* 7 fig. 6 toont het einde van een bekistingswand met ingezette ankers; fig. T laat naast elkaar staande, doch. in hoogte versprongen aangebrachte bekistingsplaten zien; 5 fig. 8 verduidelijkt de aanpassingsmogelijkheid van het uitgevonden bekistingssysteem op verschillende hoogten, met behoud van het basisraster; fig» 9 is een perspectivisch aanzicht van het boveneinde van een hoekelement; TO fig. 10 is een bovenaanzicht van een hoekbekisting met binnen- en buitenhoek, welke met behulp van een hoekelement volgens fig. 9 gevormd zijn; fig. 11 is een aanzicht van een staafvormig bouwelement aan de van de bekistingshuid af gekeerde zijde; 15 fig. 12 is een doorsnede van het bouwelement volgens fig. 11, overeenkomstig de lijn b-b; fig. 13 is een dwarsdoorsnede van het staafvormige bouwelement, op vergrote schaal, volgens de lijn c-c in fig. 11; fig. is een bovenaanzicht van enkele, naast el-20 kaar staande bekistingselementen; en fig. 15 is een bovenaanzicht van een hekistingsele-ment, vervaardigd uit een tweetal staafvormige bouwelementen met daar voor geplaatste bekistingshuid en een aangesloten bekistingsplaat met metaalraamconstructie.Fig. 1 is a rear view of a square form panel according to the invention; Figures 2A and 2B show the detail “A” from Figure 1 on an enlarged scale, respectively a section along line a-a 30 with inlaid anchor; Fig. 3 is a rear view of three formwork plates of mutually different width, but of the same height; Fig. k shows an example for the possibilities of joining the formwork plates according to Fig. 3 together; Fig. 5 shows, on an enlarged scale, the one point at four converging corners of four formwork plates; 800 4 3 95 - Wt * 7 fig. 6 shows the end of a formwork wall with deployed anchors; fig. T shows standing side by side, however. see formwork plates arranged in height offset; Fig. 8 illustrates the adaptability of the invented formwork system at different heights, while retaining the basic grid; Fig. 9 is a perspective view of the top end of a corner element; TO Fig. 10 is a top view of a corner formwork with inner and outer corners, which are formed by means of a corner element according to Fig. 9; Fig. 11 is a view of a rod-shaped building element on the side facing away from the formwork skin; Fig. 12 is a sectional view of the building element of Fig. 11, taken along line b-b; Fig. 13 is a cross-sectional view of the rod-shaped building element, on an enlarged scale, taken on the line c-c in Fig. 11; Fig. is a top plan view of some formwork elements adjacent to each other; and Fig. 15 is a top view of a fencing element made of two rod-shaped building elements with casing skin placed in front of it and a connected casing plate with metal frame construction.

25 De in de figuren 1 en 3 weergegeven bekistingsplaten bevatten aan twee tegenoverelkaargelegen randen openingen voor het daar doorheen steken van ankers 9> waarvan telkens een opening met het ver-wijzingscijfer 1 rechtstreeks in het hoekbereik en een andere opening 2 op afstand bij de andere hoek aangebracht is. Tussen de openingen 1 30 en 2 kunnen verdere openingen voor het daar doorheen steken van de ankers aangebracht worden.The formwork plates shown in Figures 1 and 3 contain openings at two opposite edges for inserting anchors 9> of which one opening with the reference number 1 directly in the corner area and another opening 2 at a distance at the other corner is applied. Further openings for inserting the anchors can be provided between the openings 1 and 2.

Bij dit uitvoeringsvoorbeeld bestaat de raamconstruc-tie van de bekistingsplaten uit platte staafprofielen 3 en 4, welke kunnen bestaan uit staal, lichtmetaal of ander materiaal. Als hekis-35 tingshuid 5 is een triplexplaat toegepast, welke met de raamconstruc-tie verbonden is.In this exemplary embodiment, the frame construction of the formwork plates consists of flat bar profiles 3 and 4, which may consist of steel, light metal or other material. A plywood sheet is used as the fence skin 5, which is connected to the window construction.

8 0 0 4 3 95 “ » 88 0 0 4 3 95 “» 8

De openingen 1 en 2 voor liet daar doorheen steken van de ankers 9 bevinden zich slechts in de hekistingshuid 5· Zij kunnen, ter vermindering van de slijtage, worden voorzien van een aan de achterzijde van de hekistingshuid 5 aangebrachte, in de tekening 5 niet nader weergegeven, dunne metaalplaat.The apertures 1 and 2 for passing the anchors 9 therethrough are only located in the fencing skin 5 · They can be provided with a rear side of the fencing skin 5 to reduce wear, not shown in the drawing 5 shown, thin metal sheet.

In het bereik van de openingen 1, 2 bevinden zich aan de achterzijde van de hekistingshuid 5, ommantelingen 6 en 7» welke vast verbonden zijn met de raamconstructie. Zij kunnen een rond of hoekig dwarsprofiel hebben en hebben een in de dag gemeten disme-10 ter, welke ten minste tweemaal zo groot is, als van de openingen 1,, 2 voor het er doorheen steken van de ankers.In the region of the openings 1, 2, on the rear side of the fencing skin 5, there are casings 6 and 7 »which are firmly connected to the window construction. They can have a round or angular cross-section and have a diode measured in the day, which is at least twice as large, as of the openings 1, 2 for inserting the anchors.

Het doel van deze ommantelingen blijkt uit fig. 2: zij doen dienst als oplegging voor de ankermberen 8. van het doorgestoken anker 9· Uit fig. 2 blijkt voorts, dat het onderste anker van 15 de bekisting zo ver van de bodem verwijderd ligt, dat onbelemmerde mogelijkheid tot bediening van het anker en. van de ankermoeren verzekerd is.The purpose of these sheathings can be seen from fig. 2: they serve as a support for the anchor bears 8. of the pierced anchor 9. Fig. 2 furthermore shows that the lower anchor of the formwork is so far from the bottom, that unimpeded ability to operate the anchor and. of the anchor nuts.

Overeenkomstig de uitvinding is het bijzonder zinvol, voor het bekistingssysteem drie plaatafmetingen toe te passen met als 20 verhouding tussen de zijden H (hoogte) : B (breedte) s H : B a 1 : 1, H : B = 1 : 2/3 en H : B = 1 : 1/3. ·In accordance with the invention it is particularly useful to use three panel sizes for the formwork system, with the ratio of sides H (height): B (width) s H: B a 1: 1, H: B = 1: 2/3 and H: B = 1: 1/3. ·

Haast een vierkante basisplaat 10 wordt een verdere plaat 11 met dezelfde hoogte doch 2/3 van de breedte en nog verdere plaat 12 met dezelfde hoogte, doch 1/3 van de breedte toegepast. De 25 mogelijkheden tot samenvoeging van deze platen zijn in fig. U bij wijze van voorbeeld weergegeven. Bij de wijze van aanbrengen van de anker-opening en de voorgestelde verhoudingen van de zijden van de platen, kunnen alle afzonderlijke platen in willekeurige opeenvolging en willekeurige stand, d.w.z. horizontaal of verticaal naast elkaar aangebracht 30 worden.Almost a square base plate 10, a further plate 11 with the same height but 2/3 of the width and still further plate 12 with the same height but 1/3 of the width is used. The possibilities of joining these plates together are shown in figure U by way of example. In the manner of arranging the anchor opening and the proposed proportions of the sides of the plates, all the individual plates can be arranged side by side in any sequence, that is, horizontally or vertically.

Aldus worden niet slechts aanpassingsmogelijkheden verkregen, die beter zijn dan hetgeen tot dusverre bereikbaar was, doch tevens wordt een hoge mate van gebruiksrendement van alle hekistings-platen verkregen, omdat elke plaat afmeting in elke stand in de bekis-35 tingswand toegepast kan worden.In this way not only are adaptation possibilities which are better than what has hitherto been attainable, but also a high degree of use efficiency of all fencing slabs is obtained, because each slab size can be used in any position in the formwork wall.

Op elk punt, waar vier bekistingsplaten bijeenkomen, 800 4395 * ί ; ' 9 wordt in een opening 1 een anker 9 geplaatst, waarvan de ankerplaat respectievelijk ankermoer 8 alle vier bijeenkomende hoeken bedekt en aldus voor alle vier platen het nodige houvast biedt. Hoewel de vorm van de ankermoer respectievelijk van de ankerplaat niet van doorslag 5 gevende betekenis is, is het voordelig, een ronde vorm toe te passen.At any point where four formwork plates meet, 800 4395 * ί; 9, an anchor 9 is placed in an opening 1, the anchor plate or anchor nut 8 of which covers all four converging corners and thus provides the necessary grip for all four plates. Although the shape of the anchor nut or of the anchor plate is not decisive, it is advantageous to use a round shape.

In fig. 5 is dit met een streeplijn weergegeven.This is shown in dashed line in Fig. 5.

Aangezien de openingen 1, 2 in de platen aangebracht zijn, kunnen aan het einde van een bekistingswand de laatste ankers zonder toepassing van aanvullende onderdelen in de laatste plaat ge-10 plaatst worden. Dit is weergegeven in fig. 6. De ankers 9 met hun an-kermoeren 8 zorgen hier voor de verankering van twee tegenoverelkaar-gelegen bekistingsplaten 11 aan het einde van de bekistingswand.Since the openings 1, 2 are arranged in the plates, the last anchors can be placed in the last plate at the end of a formwork wall without the use of additional parts. This is shown in Fig. 6. The anchors 9 with their anchor nuts 8 provide for the anchoring of two opposing formwork plates 11 at the end of the formwork wall.

Wanneer de openingen op de beschreven en weergegeven wijze binnen de platen zijn aangebracht, bedekken de ankermoeren 8 de 15 randen van de belendende platen en verlenen aan de samengevoegde bekisting het vereiste houvast. Hierdoor wordt als verder voordeel bereikt, dat naast elkaar staande, doch in hoogte ten opzichte van elkaar versprongen platen, ongeacht de grootte van de hoogte-versprin-gingsmaat volledig normaal verankerd kunnen worden. Uit fig. T blijkt, 20 dat een anker 13 in een plaat 1^ aangebracht is en aanvullend de plaat 15 houvast geeft. Daarentegen is een anker 16 d6or een opening in de plaat 15 gestoken en ondersteunt, en verleent in zijn bereik houvast aan, de plaat 1¼. Op soortgelijke wijze verleent een in de plaat 15 aangebracht anker 17 aanvullend houvast voor een plaat 18, welke op 25 zijn beurt weer door middel van een anker 19 verankerd is. Fig. 7 toont iin en ander slechts bij wijze van voorbeeld. Bij de praktische toepassing dient van geval tot geval te worden geslist, hoe veel ankers in het ontmoetingsbereik van naburige platen moeten worden toegepast.When the openings are arranged within the plates in the manner described and shown, the anchor nuts 8 cover the edges of the adjacent plates and give the joined formwork the required hold. This achieves the further advantage that plates standing next to each other, but offset in height relative to each other, can be anchored completely normally, irrespective of the size of the height offset measure. It can be seen from Fig. T that an anchor 13 is arranged in a plate 11 and additionally gives the plate 15 a hold. On the other hand, an anchor 16 is inserted through an opening in the plate 15 and supports, and in its range, lends support to the plate 1¼. Likewise, an anchor 17 arranged in the plate 15 provides additional support for a plate 18, which in turn is anchored by means of an anchor 19. Fig. 7 shows one and the other by way of example only. In practical application, it must be decided on a case-by-case basis how many anchors are to be used in the meeting area of neighboring plates.

Ofschoon de uitvinding onafhankelijk is van de effec-30 tieve afmetingen van de bekistingsplaten, is het voordelig, aan de basisplaat 10 afmetingen van 1,00 x 1,00 m te geven. De plaat 11 zou dan een breedte hebben van 0,67 m en de plaat 12 van 0,33 m. Uit fig.Although the invention is independent of the effective dimensions of the formwork plates, it is advantageous to give the base plate 10 dimensions of 1.00 x 1.00 m. The plate 11 would then have a width of 0.67 m and the plate 12 of 0.33 m.

8 blijkt, hoe door de breedteverhouding van de afzonderlijke platen elke gewenste bekistingshoogte in het raster van 1/3 van de basisafme-35 ting van de plaat kan worden bereikt. Bij het voorbeeld van de basisplaat 1,00 x 1,00 m zouden, volgens fig. 8, wandhoogten in een raster 800 4 3 95 Λ * ' 10 van 33 cm worden verkregen, waarbij volgens deze afbeelding aan de rechter rand een bekistingshoogte’van 2,67 a zou worden bereikt, welke hoogte correspondeert met de normale wandhoogte in de woningbouw.8 shows how the width ratio of the individual plates makes it possible to achieve any desired formwork height in the grid of 1/3 of the basic size of the plate. In the example of the base plate 1.00 x 1.00 m, according to fig. 8, wall heights in a grid 800 4 3 95 Λ * '10 of 33 cm would be obtained, whereby according to this figure a formwork height on the right edge' of 2.67 a would be reached, which height corresponds to the normal wall height in residential construction.

Het spreekt vanzelf, dat hetzelfde effect ook met 5 andere plaatafmetingen, in het bijzonder met de afmeting 0,90 x 0,90 m voor de basisplaat kan worden bereikt. Deze getallenvoorbeelden zijn slechts genoemd, om de hoge mate van aanpassingsvermogen aan alle bouw-afmetingen en de eenvoud van het systeem bij de bekistingswerkzaamhe-den te verduidelijken.It goes without saying that the same effect can also be achieved with 5 other sheet sizes, in particular with the size 0.90 x 0.90 m for the base sheet. These numerical examples are mentioned only to illustrate the high degree of adaptability to all construction dimensions and the simplicity of the system in formwork operations.

10 Voor de verbinding van naast elkaar staande platen kunnen de voor dit doel bekende en beproefde elementen, zoals bouten en wiggen, klemmen of dergelijke worden toegepast. Zij zijn in de tekening niet weergegeven, omdat zij voor de onderhavige uitvinding niet van primair belang zijn.The elements known and tested for this purpose, such as bolts and wedges, clamps or the like, can be used for joining side-by-side plates. They are not shown in the drawing because they are not of primary importance to the present invention.

15 Fig. 9 toont een voor het formeren van hoeken van de bekisting bestemd hoekelement 20, dat een lang been 21 en een korter been 22 bevat. In beide benen bevinden zich openingen 23 resp. 2k. De afstand van de openingen 23 in het been 21 van het buitenste vrije einde van het been, is even groot als de afstand van de openingen 2k van 20 het vrije einde van het been 22.FIG. 9 shows a corner element 20 intended for forming corners of the formwork, which contains a long leg 21 and a shorter leg 22. In both legs there are openings 23 resp. 2k. The distance of the openings 23 in the leg 21 from the outer free end of the leg is equal to the distance of the openings 2k from the free end of the leg 22.

Een dergelijk hoekelement 20 kan door afkanten van warm gewalst staal of plaatmetaal verkregen zijn.Such a corner element 20 can be obtained by chamfering hot-rolled steel or sheet metal.

De bovenaanzichtfiguur 10 van een bekiste hoek laat in de buitenbekisting de verbinding zien tussen twee bekistingsplaten 25 25 en 26 door middel van een hoekelement 20. In de buitenhoek worden de beide naburige bekistingsplaten 25 en 26 op de buitenzijden van de beide benen 21 en 22 van het hoekelement aangesloten.The top view figure 10 of a formwork corner shows in the outer formwork the connection between two formwork plates 25 and 26 by means of an angle element 20. In the outer corner, the two neighboring formwork plates 25 and 26 on the outer sides of both legs 21 and 22 of the corner element connected.

Bij de binnenhoek wordt een bekistingsplaat 28 op de buitenzijde van het kortste been 22 aangesloten. De andere belenden-30 de bekistingsplaat 29 wordt daarentegen op de binnenzijde van het langste been 21 aangesloten.At the inner corner, a formwork plate 28 is connected to the outside of the shortest leg 22. The other neighboring formwork plate 29, on the other hand, is connected to the inside of the longest leg 21.

Als verbindingsmiddel van alle bekistingselementen onderling zijn in de tekening bij wijze van voorbeeld bouten 30 en wiggen 31 weergegeven. Voor de uitvinding is het niet van belang, of 35 de ankers 33 tussen de bekistingsplaten in de bekistingsplaten zijn aangebracht. Er kunnen ook bekistingsplaten worden toegepast, die in 800 4 3 95 * ' 11 plaats van een houten bekistingshuid 22 een· bekistingshuid uit metaal bevatten.Bolts 30 and wedges 31 are shown in the drawing by way of example as connecting means for all formwork elements. It is not important for the invention whether the anchors 33 are arranged between the formwork plates in the formwork plates. Formwork sheets can also be used which contain a metal formwork skin in place of a wooden formwork skin 22 instead of a wooden formwork skin 22.

Het ih de figuren 11-15 bij wijze van uitvoerings-voorbeeld weergegeven, staafvormige bouwelement 41 is een hoekprofiel, 5 een U-profiel, of een profiellichaam met nog eens ander dwarsprofiel.In the exemplary embodiment shown in Figures 11-15, rod-shaped building element 41 is an angle profile, a U-profile, or a profile body with yet another cross-section.

In het naar de bekistingshuid toegekeerde been be-- vinden zich gaten 42, om een houten bekistingshuid door middel van schroeven of spijkers te kunnen bevestigen.Holes 42 are provided in the leg facing the formwork skin for fastening a wooden formwork skin by means of screws or nails.

In hetzelfde been bevinden zich doorsteekopeningen 10 · 43 en 44, waarvan de éne openingen 43 aan het einde van het staafvor-mige bouwelement 41 en de andere openingen 44 op geringe afstand van het einde van het bouwelement aangebracht zijn. De openingen 43 en 44-worden elk omgeven door een buisvormige ommanteling 45, welke aan het van de -bekistingshuid af gekeerde einde 46 strokend met het bouwelement 15 41 eindigen. In het onderhavige geval hebben de buisvormige ommantelin- gen 45 een vierkante plattegrond. Voor het steun geven van de ankerplaat kunnen echter ook ronde, ovale of anders gevormde ommantelingen worden toegepast. Ook speelt het voor het steun geven van de ankerplaat geen rol', of deze ommant elingen rondom gesloten zijn, dan wel uit en-20 kele afzonderlijke delen bestaan.In the same leg are piercing openings 10, 43 and 44, the one openings 43 of which are arranged at the end of the rod-shaped building element 41 and the other openings 44 at a small distance from the end of the building element. The openings 43 and 44 are each surrounded by a tubular casing 45, which terminate at the end 46 facing away from the formwork skin, flush with the construction element 41. In the present case, the tubular jackets 45 have a square plan. However, round, oval or other shaped casings can also be used to support the anchor plate. Nor does it play a role in supporting the anchor plate whether these enclosures are closed all round or whether they consist of individual parts.

In het bovenbereik van fig. 11 is door middel van een met een streeplijn weergegeven cirkel D aangeduid, hoe ver de ankerplaat naar alle zijden buiten het bouwelement 41 uitsteekt en aldus belendende bouwelementen resp. bekistingselementen mede steun kan ver-25 lenen.In the upper region of Fig. 11 it is indicated by means of a circle D shown by a dashed line, how far the anchor plate protrudes from all sides outside the building element 41 and thus adjoining building elements resp. formwork elements can provide support.

In een, met de bekistingshuid 47 een rechte hoek insluitend been van het bouwelement 41 is een reeks gaten 48 aangebracht, om bij het opbouwen van een bekisting belendende bekistingselementen door daarvoor geschikte middelen, zoals bouten en wiggen of schroeven 30 met moeren met elkaar te kunnen verbinden. Middelen van deze soorfc zijn op zichzelf bekend en in de figuren 14 en 15»slechts symbolisch, met streeppuntlijnen 49 aangeduid.In a leg of the construction element 41 enclosing a right angle with the formwork skin 47, a series of holes 48 is arranged to enable the formwork elements adjoining each other when building a formwork by means suitable for this purpose, such as bolts and wedges or screws 30 with nuts. to connect. Means of this type are known per se and are only symbolically indicated in FIGS. 14 and 15 with dashed lines 49.

Pig. 14 is een bovenaanzicht van naast elkaar geplaatste bekistingselementen, welke zijn opgebouwd uit staafvormige 35 bouwelementen 41 met een daar voor geplaatste bekistingshuid 47. Elk bekistingselement is aan één zijde van een doorgestoken bekistings- 8 0 0 4 3 95 12 anker 50 voorzien, waarvan de ankerplaat met moer Ui aan het naburige, staafvormige bouwelement en aldus aan het belendende bekistingselement mede steun geeft.Pig. 14 is a plan view of juxtaposed formwork elements, which are built up of rod-shaped construction elements 41 with a formwork skin 47 placed in front of them. Each formwork element is provided on one side with a pierced formwork anchor 50, of which the anchor plate with nut Ui on the neighboring, rod-shaped building element and thus also supports the adjacent formwork element.

In fig. 15 is daarentegen weergegeven, hoe een be-5 kistingselement met staafvormige bouwelementen ^1 op een in serie-vervaardigde bekistingsplaat 53 met metaalraamconstructie aangesloten wordt. Daarbij dient de constructiehoogte h van het bekistingselement -die bepaald wordt door de dikte van de houten bekistingshuid en de constructiehoogte van het daar achter gelegen staafvormige bouwelement Ui -tQ even groot te zijn, als de constructiehoogte h van de aangesloten bekistingsplaat met een metaalraam-constructie.In Fig. 15, on the other hand, it is shown how a formwork element with rod-shaped building elements 1 is connected to a series-made formwork plate 53 with metal frame construction. The construction height h of the formwork element, which is determined by the thickness of the wooden formwork skin and the construction height of the rod-shaped construction element Ui -tQ behind it, must be the same as the construction height h of the connected formwork plate with a metal frame construction. .

Wanneer bekistingselement en uit staafvormige bouwelementen en een daar voor geplaatste, houten bekistingshuid als paselementen tezamen met in serie vervaardigde bekistingsplaten met raam-T5 constructie worden toegepast, kunnen deze pasvelden tussen twee bekistingsplaten met metaalraamconstructie toegepast worden. Het is evenwel ook mogelijk, de paselementen zodanig te vervaardigen, dat zij aan de rand van de bekistingswand worden toegepast, b.v. op die plaatsen, waar de bekistingswand op een reeds bestaande beton- of metselwerkwand 20 53 aansluit. In een dergelijk geval wordt het staafvormige bouwele ment (Ui) op afstand van de rand van de houten bekistingshuid aange-bracht, zoals rechts in fig. 15 is weergegeven. Hierdoor is het mogelijk, de normale, opzij tot voorbij het staafvormige bouwelement uitstekende ankerplaten toe te passen, terwijl tegelijkertijd voldoende ruirn-25 te verkregen is om naast de bestaande wand 53 de ankermoeren 51 te bedienen.If formwork elements and rod-shaped building elements and a wooden formwork skin placed in front of them are used as fitting elements together with series-made formwork plates with window-T5 construction, these fitting fields can be used between two formwork plates with metal frame construction. However, it is also possible to manufacture the fitting elements such that they are used on the edge of the formwork wall, e.g. in those places where the formwork wall joins an already existing concrete or masonry wall 20 53. In such a case, the rod-shaped building member (Ui) is spaced from the edge of the wooden casing skin, as shown on the right in Figure 15. It is hereby possible to use the normal anchor plates projecting laterally beyond the rod-shaped building element, while at the same time sufficient space can be obtained to operate the anchor nuts 51 in addition to the existing wall 53.

80043958004395

Claims (10)

1. Bekistingssyst eem, "bestaande uit een aantal samen te voegen, rechthoekige platen, die elk zijn voorzien van een raamconstruc-tie en van een hekistingshuid met openingen voor het daar doorheen steken van ankers aan twee tegenoverelkaargelegen randen, met het ken- 5 merk, dat aan elk van de heide randen een opening (1) rechtstreeks in de ene hoek van de plaat en een verdere opening (2) op afstand van de andere hoek van de plaat aangehracht zijn.1. Formwork system, "consisting of a number of rectangular plates to be joined, each having a window construction and a fence skin with apertures for inserting anchors at two opposite edges, characterized that an opening (1) is provided directly on one of the heath edges in one corner of the plate and a further opening (2) at a distance from the other corner of the plate. 2. Bekistingssysteem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat hij elke opening (1, 2) voor het daar doorheen steken van de 10 ankers (9) is voorzien in een huisachtige ommanteling (6, 7), welke aan zijn van de hekistingshuid af gekeerde einde strokend eindigt met de raamconstructie (4, 3).Formwork system according to claim 1, characterized in that each opening (1, 2) for inserting the 10 anchors (9) therethrough is provided with a casing-like casing (6, 7) attached to the fencing skin turned end terminates flush with the window construction (4, 3). 3. Bekistingssysteem volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de in de dag gemeten diameter van de ommanteling (6, 7) 15 ten minste even groot is als de diameter van de bijbehorende opening (1, 2) in de hekistingshuid (6). U. Bekistingssysteem volgens ten minste een der voorgaan de conclusies, met het kenmerk, dat het systeem bestaat uit drie platen van dezelfde hoogte (H) doch met verschillende breedte (B), waar-20 hij de verhoudingen tussen de zijden van de drie plaatformaten H : B = 1 : 1; H : B * 1 : 2/3 en H : B = 1 : 1/3 bedragen.Formwork system according to claim 1 or 2, characterized in that the diameter of the casing (6, 7) measured in the day is at least as great as the diameter of the associated opening (1, 2) in the formwork skin ( 6). U. Formwork system according to at least one of the preceding claims, characterized in that the system consists of three slabs of the same height (H) but of different width (B), with the proportions between the sides of the three slab sizes. H: B = 1: 1; H: W * 1: 2/3 and H: B = 1: 1/3. 5. Bekistingssysteem volgens ten minste een der voorgaan de conclusies, met het kenmerk, dat als hoekverbinding van twee bekis-tingsplaten is voorzien in een hoekelement (20) met inrichtingen (23; 25 2i+) in de benen voor het aansluiten van de bekistingsplaten (25 en 26); (28 en 29), welk hoekelement onderling verschillend lange benen (21 en 22. heeft, aan de buitenzijde of binnenzijde waarvan het kopeinde van telkens êén bekistingsplaat losneembaar te bevestigen is.Formwork system according to at least one of the preceding claims, characterized in that the corner connection of two formwork plates is provided in a corner element (20) with devices (23; 25i +) in the legs for connecting the formwork plates ( 25 and 26); (28 and 29), which corner element has mutually differently long legs (21 and 22.), on the outside or inside of which the head end of each formwork plate can be detachably attached. 6. Bekistingssysteem volgens conclusie 5, met het ken-30 merk, dat de inrichtingen (23; 2h) voor het aansluiten van de bekistingsplaten (25, 26, 28, 29) in beide benen' (21 en 22) van het hoekelement (20) dezelfde afstand van het vrije einde van de benen hebben.Formwork system according to claim 5, characterized in that the devices (23; 2h) for connecting the formwork plates (25, 26, 28, 29) in both legs' (21 and 22) of the corner element ( 20) have the same distance from the free end of the legs. 7. Bekistingssysteem volgens conclusie 5 of 6, met het kenmerk, dat de inrichtingen (23; 2*0 voor het aansluiten van de be- 800 4 3 95 V kistingsplaten (25, 26, 28, 29) bestaan uit openingen in de benen (21, 22) van het hoekelément (20).Formwork system according to claim 5 or 6, characterized in that the devices (23; 2 * 0 for connecting the 800 4 3 95 V form plates (25, 26, 28, 29) consist of openings in the legs (21, 22) of the corner element (20). 8. Bekistingssysteem volgens ten minste één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het systeem een staafvormig bouw- 5 element voor het vervaardigen van bekistingselementen omvat, welk staaf-vormig bouwelement is voorzien van inrichtingen voor het bevestigen van een houten bekistingshuid en van openingen voor het déβrateken van bekistingsankers, welk staafvormig bouwelement in één vlak, dat met de bekistingshuid (7) een rechte hoek insluit, is voorzien van middelen 10 (8) voor het aansluiten op dezelfde of soortgelijke bouwelementen.8. Formwork system according to at least one of the preceding claims, characterized in that the system comprises a rod-shaped construction element for the production of formwork elements, which rod-shaped construction element is provided with devices for fastening a wooden formwork skin and with openings. for the slab of form anchors, which rod-shaped construction element in one plane, which encloses a right angle with the form skin (7), is provided with means 10 (8) for connecting to the same or similar construction elements. 9. Bekistingssysteem volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de constructiehoogte van het staafvormige bouwelement en de dikte van de er aan bevestigde bekistingshuid (1+7) gelijk is aan de constructiehoogte (h) van een aangesloten bekistingsplaat (52) met 15 metaalraamconstructie.Formwork system according to claim 8, characterized in that the construction height of the rod-shaped construction element and the thickness of the formwork skin (1 + 7) attached to it is equal to the construction height (h) of a connected formwork plate (52) with metal frame construction . 10. Bekistingssysteem volgens conclusie 8 of 9, met het kenmerk, dat de openingen (l+3, 44) voor het daar doorheen steken van bekistingsankers (50) worden omgeven door een buisachtige ommanteling (ij-5), welke aan het van de bekistingshuid af gekeerde einde (46) stro- 20 kend met het staafvormige bouwelement eindigt.Formwork system according to claim 8 or 9, characterized in that the openings (1 + 3, 44) for inserting formwork anchors (50) through it are surrounded by a tube-like casing (ij-5), which is attached to the formwork skin turned end (46) aligned with the rod-shaped building element. 11. Bekistingssysteem volgens ten minste een der conclusies 8 - 10, met het kenmerk, dat telkens een opening (43) voor het daar doorheen steken van bekistingsankers (50) aan de einden van het staafvormige bouwelement en telkens een tweede opening (1+4) op geringe 25 afstand hier vandaan aangebracht zijn. 800 4 3 95Formwork system according to at least one of Claims 8 to 10, characterized in that in each case an opening (43) for inserting formwork anchors (50) at the ends of the rod-shaped construction element and a second opening (1 + 4) ) are placed a short distance away. 800 4 3 95
NL8004395A 1980-07-31 1980-07-31 FORMWORK PLATE. NL186828C (en)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8004395A NL186828C (en) 1980-07-31 1980-07-31 FORMWORK PLATE.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8004395A NL186828C (en) 1980-07-31 1980-07-31 FORMWORK PLATE.
NL8004395 1980-07-31

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8004395A true NL8004395A (en) 1982-03-01
NL186828B NL186828B (en) 1990-10-01
NL186828C NL186828C (en) 1991-03-01

Family

ID=19835692

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8004395A NL186828C (en) 1980-07-31 1980-07-31 FORMWORK PLATE.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL186828C (en)

Also Published As

Publication number Publication date
NL186828C (en) 1991-03-01
NL186828B (en) 1990-10-01

Similar Documents

Publication Publication Date Title
DE60114553T2 (en) components
US3643607A (en) Shelving components
US9032682B2 (en) Free-standing wall
DE4228338A1 (en) Building wall with front panel facade - has each panel with several parallel, horizontal, longitudinal grooves on building facing rear side
NL7907645A (en) Apparatus for connecting formwork panels, in particular in the area of a staggered construction project.
NL8004395A (en) Rectangular panel assembled concreting formwork - has anchor holes at corners and away from them, for tiered panels (BR 23.12.80)
US4523417A (en) Radiant energy shielded enclosures
BE1007922A3 (en) Profiled beam central.
NL1007399C2 (en) Assembly for building a wall and / or building and method using this.
BE1010205A3 (en) Prefabricated construction and elements used to make it
NL8400058A (en) Moulded plastics fencing frame - has extruded profiled uprights and long boards engaging protruding parts of uprights
BE1019860A3 (en) CORNER CONNECTION FOR A CONSTRUCTION SYSTEM.
BE1025942B1 (en) METHOD FOR CONNECTING TWO BARS
GB2565001B (en) Improved panel connection system
BE1028103B1 (en) cladding
BE1027238B1 (en) FRAMEWORK FOR A GATE
BE1005505A3 (en) Anchoring clips for removable partitions
RU2204668C1 (en) Prefabricated construction unit
NL9302246A (en) Facade construction, as well as building provided with the facade construction and building element applicable in the facade construction.
BE1002801A6 (en) Partition construction and upright section and partition elements used forthis
BE1024792B1 (en) METHOD FOR MANUFACTURING A MAJOR-BASED WALL ELEMENT, WALL ELEMENT AND FRAME
NL8200302A (en) Poles for windproof wall - are of preserved wood and round with grooves in opposite sides
AU2011101638A4 (en) A Fence
NL1017066C2 (en) Pre=fabricated wall element with duct or pipe extending through holes in web plates, have hole shaped designed to provide support surfaces in two opposite directions
BE1004901A3 (en) Element for binding wooden partitions constructed of stacked beams and amethod that applies these elements

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee