NL8003126A - Druk-zwenklager aan op zwenkhefbomen ondersteunde maaimessen van maaimachines. - Google Patents

Description

V 4 ’ 80e3205/M/Rdm/sme

Korte aanduiding: Druk-zwenklager aan op zwenkhefbomen ondersteunde maaimessen van maaimachines.

De uitvinding heeft betrekking op een druk-zwenklager aan op zwenkhefbomen ondersteunde maaimessen van maaimachines met heen en weerbeweegbare maaimessen in verschillende uitvoeringen, waarbij deze in het snijgebied voortdurend verend worden aangedrukt 5 om snijdend tegen elkaar aan te liggen.

Dergelijke snijmachines met dén of twee heen en weerbeweegbare maaimessen dienen om halm- en stengelgewassen, zoals gras, klaver, maïs of dergelijke steeds vrij van verstopping bij gering onderhoud te snijden.

10 Uit het Duitse octrooischrift 1 290 757 is het bekend om voor dit doel snijmachines met twee messen zodanig uit te voeren, dat de beide tegengesteld aan elkaar beweegbare messen aan zwenk-armen zodanig zijn ondersteund, dat de messen in het snijgebied voortdurend verend tegen elkaar worden gedrukt. Deze uitvoering be-15 zit echter verscheidene bezwaren, in het bijzonder omdat de zwenk-armen zonder een speciaal druklager direct op de maaimessen drukken en onder insluiting van een meenemer om de maaimessen grijpen. Door dit metaal op metaal aandrukken van de zwenkarmen ontstaat bij alle delen, zoals de zwenkarmen, de mesklingen en de meenemers door de 20 niet te beschermen glijdende wrijving een zeer grote slijtage in het bijzonder door de inwerking van zand en andere omstandigheden met vuil tijdens het maaien, zodat deze delen snel onbruikbaar zijn en verwisseld moeten worden. Ook bezit deze uitvoering nog het nadeel, dat de zwenkarmen in hun hoogtestand en in hun drukbelasting 25 op de maaimessen niet instelbaar zijn en dat deze voor het verwisselen van de messen op moeizame manier moeten worden opgelicht en in de opgelicbte stand αfgestoken moeten worden. Op grond hiervan konden deze maaimachines niet tot uitgebreide toepassing komen.

Volgens het Duitse octrooischrift 1 196 412 is een 30 verbeterde maai-snijinrichting volgens deze soort voorgesteld, waarbij bij de zwenkarmen van een mes met navering werkende zwenklagers, 800 3 1 26 - 2 - waarvan de belasting instelbaar is, zijn aangebracht waarmede de armen voor het verwisselen van de messen omhoog geklapt kunnen worden. Hierbij zijn de zwenkarmen van het andere mes met veerkrachtig werkende zwenkarmen ondersteund, die in de hoogterichting instelbaar 5 zijn.

Ook de bekende uitvoeringen van verend aandrukkende ondersteuningen voor zwenkarmen van enkel-mes-maaimachines, zoals bijvoorbeeld volgens de Duitse octrooischriften 803 685, en 1 119 581 en het Duitse Gebrauchsmuster 1 802 470 bezitten allen bij de plaats 10 van het lager tussen de zwenkarm en de maaimessen eveneens open druk-zwenklagers, die als glijlager zijn uitgevoerd en die aan bijzonder grote slijtage zijn onderworpen omdat de slag van de messen bij één-mesmaaimachines doorgaans groter is dan bij maaimachines die met twee messen werken.

15 Bovendien worden de messen van de reeds bekende snij- inrichtingen voo'r aan de klingen van de zwenkarmen weliswaar zwenk-baar maar in de rijrichting star aangegrepen, zodat elke grotere en slagvormige belasting op de maaimessen bij het werken hiermede, bijvoorbeeld bij het stuiten van de messen op vaste weerstanden on-20 gedempt op de zwenkarmen/overgedragen, waardoor/cleze delen dikwijls worden beschadigd, omdat zij buigen of afbreken. Bovendien bewerkt de door slijtage ontstane speling in de ondersteuning van zwenkarm-maaimessen bij het met een hoge frequentie heen en weer bewegen van de maaimessen een slagvormig meetrekken van de geleidingsarmen, 25 waardoor de aandrijfkrachten maximaal worden verhoogd en de klinkverbindingen van de propklingen van de maaimessen en de achterkant van de klingen van de maaimessen eveneens hieraan worden onderworpen, dat wil zeggen zij gaan snel loszitten en beschadigen dan geheel hetgeen tot het uitvallen van de snijinrichting leidt, waardoor 30 een groot verlies aan tijd en kosten voor reparatie wordt veroorzaakt. Voorts lijdt, door de speling in de lagers en het losraken van de delen, de goede ondersteuning van de maaimessen. Dikwijls springen de armen uit de proppen en raken tussen de meskanten van de klingen, 8003 1 26 *. 4 - 3 - waardoor de klingen en de zwenkarmen worden beschadigd of meestal geheel kapot gaan.

Ook veroorzaakt de lagerspeling en de losse klinkverbindingen van de delen een verhoging van het lawaai tijdens het 5 werken, hetgeen storend is.

De uitvinding heeft tot doel bij snijinrichtingen van maaimachines van de hierbovengenoemde soort een uitvoering van de drukondersteuning van de zwenkarmen op de maaimesklingen te verschaffen, waarbij slijtage door glijdende wrijving of vuilwordende rol-10 len -Ondersteuning of dergelijke is uitgesloten en waarbij het onderhoud weinig moeite kost en voorts een elastische, geruisarme, spelingvrije verbinding van de maaimessen met de zwenkarmen is gegarandeerd.

Dit doel wordt volgens de uitvinding daardoor bereikt, 15 dat het drukzwenklager tussen de zwenkarm en het maaimes een uit rubber en metaal samengesteld blok is, waarvan een binnenste en buitenste bus steeds draaiingsvast met het maaimes resp. met de zwenkarm is verbonden en waarbij deze verbinding als een insteekver-binding en snelkoppeling is uitgevoerd.

20 Volgens de uitvinding wordt een bijzonder voordeel verkregen bij een uitvoering waarbij de maaimessen van tapse en voor het meenemen van een verdraaiing afgevlakte of van afgeknotte pyramidevormige resp. in dwarsdoorsnede polygonaalvormige koppelings-pennen te voorzien, waarover de de in de zwenkarmen vastzittende 25 blokken uit rubber en metaal met hun binnenbussen met een aansluitende vormgeving grijpen.

Deze koppelingspennen worden met hun flankhoek ten opzichte van elkaar en volgens de uitvinding zodanig uitgevoerd, dat de in elkaar aangebrachte koppelingsdelen kort voor de grens van 30 zelfremming liggen, waardoor een veilig en goed vastzitten hiervan wordt bereikt.

De gaten in de mesklingen voor het klinken van deze koppelpennen op deze klingen worden bij voorkeur eveneens onrond of 800 3 1 26 - 4 - geprofileerd uitgevoerd, bijvoorbeeld als een elliptisch of vierkant gat of als slobgat of dergelijke, zodat na het klinken van deze pennen met de klingen deze verbinding ook met betrekking tot langdurige belasting draaiingsvast blijft, zelfs dan wanneer de klink-5 verbinding een weinig los zou geraken.

Bij een bijzondere uitvoering kan volgens de uitvinding deze ook zodanig zijn, dat de afgeknotte pyramidevormige kop-pelingspen door een niet-verspanende vervorming van de klink zelf tot stand wordt gebracht, hetgeen een eenvoudige en economische 10 vormgeving betekent. Een verdere uitvoering is volgens de uitvinding mogelijk, doordat de koppelingspen zich aan een dragend deel bevindt, dat met nagels die de mesklingen met de mesruggen verbinden of met een verdere eigen klinkverbinding met de mesruggen is verbonden.

Het draagdeel met de koppelingspen kan hierbij uit één enkel stuk 15 of uit twee delen, die door klinken of lassen met elkaar zijn verbonden, zijn vervaardigd. Dit is daarom bijzonder voordelig omdat de maaimesklingen dikwijls te verwisselen,aan slijtage onderhevige delen vormen en door deze uitvoering de koppelingspen steeds voor de totale levensduur van het maaimes behouden blijft resp. ook nog 20 van de te vernietigen maaimessen kan worden verwijderd en weer opnieuw worden gebruikt.

Het uit rubber en metaal vervaardigde blok kan eveneens op verschillende manieren zijn uitgevoerd en zo kan dit met zijn rubberen deel direct in de geleidingsarmen, bijvoorbeeld door in-25 persen resp. door invulcaniseren hierin zijn aangebracht, waarbij het rubberen deel met de binnenbus door vulcaniseren is verbonden.

Het uit rubber en metaal vervaardigde blok kan ook een buitenbus zoals een buis of dergelijke bezitten, die volgens een bijzondere uitvoering aan de tegenover de meskling liggende zijde omgezet is 30 en in axiale richting tegen het kopvlak van het rubberen deel aanligt en waarbij verder volgens de uitvinding tussen de gesloten buitenste kopzijde van de binnenbus aan deze zijde en de binnenste bodem van de zwenkarm een hierinliggende of aan de binnenbus vast- 800 3 1 26 * - 5 - Λ * gevulcaniseerde rubberen prop in het midden is aangebracht. Bij deze uitvoering neemt dan het rubberen deel in hoofdzaak de radiale krachten en de torsie op, terwijl de rubberen prop de axiale krachten overdraagt.

5 Het is echter ook mogelijk dat de buitenmantel en het binnendeel van het uit rubber en metaal samengestelde blok aan de zijden die naar het rubber zijn gekeerd zodanig conisch zijn uitgevoerd, dat de radiale en axiale krachten alsmede de torsie door de binnen- en door de buitenbus veilig door het rubberen deel kunnen 10 v/orden overgedragen, waarbij bovendien aan de buiten- en binnenbus zodanige omgezette delen kunnen zijn aangebracht, dat het rubberen deel in de belastingsrichting hier tegenaan ligt. Bij deze uit rubber en metaal samengestelde blokken kunnen de rubberen delen tussen de binnen- en buitenbussen zijn ingeperst of hieraan zijn vastgevulca-15 niseerd. Voor het goede vasthouden, in het bijzonder bij ingeperste rubberen delen en op den duur zonder radiale belasting,kunnen aan de randen van de afzonderlijke of van alle bussen dienovereenkomstige omgezette delen of kralen worden aangebracht.

Bij snijinrichtingen waarbij de zwenkhoek van de 20 zwenkarmen groot wordt door een grote slag van de messen of wanneer bij gebrek aan ruimte betrekkelijk korte zwenkarmen worden toegepast, worden de rubberen delen van dienovereenkomstig dikkere wanden voorzien of het is mogelijk een dubbel uit rubber en metaal samengesteld blok toe te passen waarbij twee uit rubber en metaal samengestelde 25 blokken radiaal om elkaar zijn aangebracht en dat één of bij elk blok een rubberen buffer in het midden hiervan is aangebracht voor het overnemen van axiale krachten.

Bij uitvoeringen waarbij het uit rubber en metaal samengestelde blok vast aan het maaimes is aangebracht, wordt vol-30 gens de uitvinding de zwenkarm van een komvormig koppelstuk voorzien waarvan het binnenste koppelgat conisch is uitgevoerd en waarbij deze conische kom voor het overnemen van de draaiingskrachten is geprofileerd en met bijvoorbeeld veelhoekige polygonvormige of van 800 3 1 26 - 6 - tapsverlopende uitbuigingen is uitgevoerd, waarbij het buitenste omtrekvlak van de buitenbussen van het uit rubber en metaal vervaardigde blok als contra-koppelstuk zodanig is uitgevoerd, dat een in vorm aansluitende verbinding wordt bereikt.

5 Bij vaste opstelling van het uit rubber en metaal vervaardigde blok op het maaimes kan ook een zodanige uitvoering aanwezig zijn, dat de zwenkarm met een tapse of wigvormig geprofileerde pen in een dienovereenkomstig uitgevoerd gat van de binnenbus van hst uit rubber en metaal samengestelde blok met aanliggende vorm-10 geving grijpt.

Bij zwenkarmondersteuningen waarbij de achterste zwenkas ongeveer loodrecht staat en waarbij snijinrichtingen worden toegepast, waarbij de messen naar voren en naar beneden toe onder een gebruikelijke hoek van 4-8° liggen, wordt volgens de uitvinding 15 voorgesteld de koppelingspen resp. het uit rubber en metaal samengestelde blok van het maaimes eveneens bij benadering loodrecht, dus ongeveer parallel verlopend met het achterste lager van de zwenkarm aan de balkrug van de snijinrichting aan te brengen.

Er wordt opgemerkt, dat de hierboven genoemde uitvoe-20 ringen niet tot de hierbij genoemde uitvoeringen van de details zijn beperkt, maar de beschreven kenmerken kunnen onderling uitgewisseld worden zonder dat afbreuk aan de uitvinding wordt gedaan.

De door de uitvinding bereikte voordelen bestaan in het bijzonder daarin, dat bij door middel van zwenkarmen ondersteunde 25 heen en weer beweegbare maaimessen ook voor het druk-zwenkleger van de zwenkarm op het maaimes een niet aan slijtage onderhevige ondersteuning verkregen is, die eenvoudig van constructie is, geen onderhoud behoeft en bovendien een in axiale en radiale richting elastische verbinding tussen het maaimes en de zwenkarm verschaft, die 30 stoten van de heen en teruggaande systemen op alle delen teniet doet en die qua aandrijving een omkering onder veerwerking veroorzaakt, omdat het/ruÊber en metaal samengestelde blok bij de zwenkbeweging in de tweede helft van de slag door verdraaiing wordt gespannen en 800 3 1 26 t « - 7 - deze spankracht bij het omkeren van de slag de aandrijving hiervan ondersteunt en waarbij bovendien een snelkoppeling van de spelings-vrije lagerverbinding tussen de zwenkarm en het maaimes aanwezig is zodat het uitwisselen van de messen gemakkelijk en snel uitvoerbaar 5 blijft terwijl een geruisarme ondersteuning is verkregen.

De uitvinding wordt aan de hand van de bijgaande tekening nader toegelicht, waarin: fig. 1 een dwarsdoorsnede door een van twee messen voorziene snijinrichting voor het maaien met een aan de balkrug 10 aangebrachte bovenste en onderste zwenkarm; fig. 2 een doorsnede volgens de lijn II—II in fig. 1; fig. 3 een doorsnede volgens de lijn III-IIÏ in fig. 1; fig, 4 een doorsnede volgens de lijn IV-IV in fig. 1; fig. 5 een doorsnede door het maaimes- en druk-zwenk- 15 lagergedeelte van een snijinrichting met twee messen, waarbij een afgeknotte pyramidevormige koppelpen voor het mes door vervorming van de kling is tot stand gebracht en een uit rubber en metaal samengesteld blok met conische buiten- en binnenmantel is aangebracht; fig. 6 een doorsnede volgens de lijn VI-VI in fig. 7 20 en wel door het mes van een snijinrichting met twee messen, waarbij de stompe pyramidevormige koppelingspen aan een dragend deel is aangebracht, dat ook met nagels van de mesklingen met de mesrug is verbonden; fig. 7 een bovenaanzicht van het gedeelte volgens 25 fig. 6; fig. 8 een doorsnede door het mesgedeelte van een snijinrichting met twee messen, waarbij de afgeknotte pyramidevormige koppelpen aan een draagdeel is aangebracht, dat met de rug van het maaimes onafhankelijk van de nagels van de messen door een 30 verdere klinkverbinding is verbonden; fig. 9 een doorsnede volgens de lijn IX-IX in fig. 8; fig. 10 een doorsnede van een gedeelte door een snijinrichting met enkel mes; 800 3 1 26 - 8 - fig. Π een doorsnede volgens de lijn XI-XI in fig. 10; fig. 12 een gedeeltelijke doorsnede door een maai-in-richting met één mes; fig. 13 een gedeeltelijke doorsnede volgens de lijn 5 XIII—XIII in fig. 14 door een snijinrichting met één mes, waarbij de zwenkarm met een wigvormig koppelingsstuk in de overeenkomstig gevormde binnenbus van het uit rubber en metaal samengestelde blok op het maaimes grijpt; en fig. 14 een bovenaanzicht van het gedeelte van 10 fig. 13 toont.

Volgens fig. 1 is het druk-zwenklager 1 boven het bovenste maaimes 2 aangebracht, doordat een uit rubber en metaal samengesteld blok 7 dat in een bovenste zwenkarm 10 is geplaatst met zijn binnenbus 6 over een afgeknotte pyramidevormige koppelings-15 pen 3 grijpt. Deze pen is met zijn sluitkop 4 met de meskling la verbonden. Het gat 5 in de meskling la is voor een deel vierkant uitgevoerd en de nagelschacht voor de sluitkop 4 van de koppelpen 3 past zich ofwel bij het klinken aan dit vierkante gat aan of deze is reeds voor het klinken vierkant uitgevoerd, In plaats van een 20 vierkant gat kan ook een slobgat of een willekeurig anders gevormd gat zijn aangebracht. De afgeknotte pyramidevormige tapse koppelpen 3 is zoals in de fig. 1 en 4 is getoond aan de voor- en achterkant afgevlakt en de binnenbus 6 van het uit rubber en metaal samengestelde blok 7 is met zijn koppelgat 7a aan de binnenzijde aan alle 25 zijden aan de vorm van de meeneempen aansluitend vervaardigd. Aan de zijde 8 van het buitenste kopvlak van de binnenbus 6 bevindt zich een rubberen prop 50 die aan de binnenbus 6 of aan het ondervlak 9 van de bovenste zwenkarm 10 door vulcaniseren kan zijn bevestigd of deze rubberen prop legt zich, zoals is afgebeeld, tegen 30 het ondervlak 9 van de bovenste zwenkarm 10 aan.Voor het axiaal aanliggen van de rubberen bus 14 is de buitenste bus 12 van het uit rubber en metaal samengestelde blok 7 aan zijn buitenste kopvlak van een omgezette rand 13 voorzien waartegen de rubberen bus 14 aan- 8003126 - 9 - ligt.

De koppelpen 16 van het onderste maaimes 15 is zoals in de fig. 1 en 3 is getoond, als afgeknotte vierzijdige pyramide uitgevoerd.

5 De koppelpen 17 volgens fig, 5 is vervaardigd door het dieptrekken uit het materiaal van de meskling 18. Het dwarsdoorsnede profiel kan hierbij verschillend zijn, bijvoorbeeld elliptisch, veelhoekig of dergelijke.

De koppelpen 19 volgens fig. 5 van de meskling 20 is 10 eveneens uit het materiaal van de kling gevormd, maar deze is echter aan zijn buitenzijde open waardoor een in verhouding grotere uitvoering van de koppelpen mogelijk is.

Het uit rubber en metaal samengestelde blok 21 volgens fig. 5 bezit een taps gevormde binnen- en buitenbus, waarbij de bui-15 tenbus 23 die in het hierbijpassende gat 22 van de bovenste zwenkarm 24 is geplaatst, aan de naar het maaimes toegekeerde zijde van een omgezet deel of een kraal 25 is voorzien, waartegen het rubberen deel 26 aanligt, Aén het andere eind ligt het rubberen deel tegen het omgezette deel of de kraal 27 van de binnenbus 23a aan, waardoor 20 een tezamenhouden van het totale uit rubber en metaal samengestelde blok in niet-belaste toestand gewaarborgd is. Bij het uit rubber en metaal samengestelde blok 28 bezit de buitenbus 29 aan de van het maaimes afgekeerde zijde een omgezet gedeelte of kraal 30 en de binnenbus 31 is aan de zijde van het mes van een kraal 32 voorzien.

25 Door deze kralen worden de axiale krachten die door de bovenste zwenkarm 24 en de onderste zwenkarm 33 op dit uit rubber en metaal samengestelde blok worden overgedragen, opgenomen. Het is ook mogelijk, dat de bussen van het blok 28 bovendien van kralen van het blok 21 worden voorzien, hetgeen dan in het bijzonder noodzakelijk 30 is, wanneer het rubberen deel niet met de bussen door vulcaniseren is verbonden.

De koppelpennen 17 en 19 van de maaimesklingen zijn in dwarsdoorsnede geprofileerd, zoals bijvoorbeeld veelhoekig of 800 31 26 - 10 - uit dergelijke en de hierbijbehorende binnenbussen van het/rubber en metaal samengestelde blok omsluiten met hun vormgeving deze koppel-pennen.

Bij het uitvoeringsvoorbeeld volgens de fig. 6 en 7 5 is de koppelpen 34 aan een draagdeel 35 aangebracht en kan hiermede uit een enkel stuk of afzonderlijk zijn vervaardigd dan wel door klinken respu door lassen, solderen of dergelijke hiermede zijn verbonden. Het draagdeel 35 is eveneens met de nagels 36 waarmede de mesklingen 37 met de mesrug 38 zijn verbonden hierop aangesloten.

10 Uit fig. 7 blijkt de als voorbeeld toegepaste drievoudige meerhoekige uitvoering van de koppelpen 34.

De koppelpen 40 volgens fig. 8 is eveneens aan zijn draagdeel 41 aangebracht, dat met de nagel 42 met de mesrug 43 is .om verbonden. Het draagdeel 41/sluit voor een zekere overdracht van de 15 door de mesrug op het draagdeel overgedragen krachten met zijn voorste zijdeel 44 en het achterste zijdeel 45 de mesrug 43, zodat het draagdeel 41 onafhankelijk van het klinken van de maaimesklingen is aangebracht. De binnenbus 47 van het uit rubber en metaal samengestelde blok 48 bezit aan de van de messen afgekeerde zijde een 20 kraal 49 en de zwenkarm 50 bezit aan de naar het maaimes toegekeerde zijde eveneens een kraal 51 voor het rubberen deel 52. Door deze beide kralen worden de belastingskrachten van de zwenkarm op het maaimes via de kopvlakken van de rubberen delen overgedragen.

Het dragend deel 54 ligt met zijn zijde van het voor-25 ste deel 55 tegen een dienovereenkomstig uitgevoerd afgeschuind gedeelte 55a van de mesrug 56 en met zijn achterste zijdedeel 57 tegen de achterkant hiervan.

Het uit rubber en metaal samengestelde blok 58 bestaat uit de binnenbus 59, het rubberen deel 60 en de rubberen prop 61 30 die zich tussen de binnenbus 59 en het bodemvlak 62 van de zwenkarm 63 bevindt. De koppelpen 40 is, zoals uit fig. 9 blijkt, drievoudig polyaonaal uitgevoerd.

Met de maaimeskling 65 volgens fig. 10 van een enkel 8003126 - π - deze mes "Mulch” snijinrichting 66 is door klinken van de pen 67/vast aangebracht en hierop wordt een uit rubber-metaal samengesteld blok 68 met zijn binnenbus 69 geperst. Tussen het kopvlak 70 van de pen 67 en het bodemvlak 71 van de buitenbus 72 ligt de rubberen prop 5 73. De buitenbus 72 is met zijn buitenste mantelvlak conisch uitgevoerd en hier van golfvormige ribben 74 voorzien en de koppelkap 75 van de zwenkarm 76 grijpt met aansluitende vorm om de buitenbus van het uit rubber en metaal samengestelde blok 68.

Bij het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 12 is de 10 koppelpen 78 met de meskling 79 van een enkel mes- vingersnijinrichting door klinken samengevoegd. De koppelstift 78 is zodanig uitgevoerd, dat deze ongeveer in loodrechte stand staat, terwijl het maaimes 79 onder een hoek c>C naar voren en naar beneden hellend is aangebracht. Hierdoor ligt deze ongeveer evenwijdig met de meestal 15 ongeveer loodrechtstaande zwenklagers 80 van de zwenkarm volgens fig. 1, zodat bij de zwenkbeweging ten gevolge van de slag van het mes geen extra opzijdrukken van het lager in het uit rubber en metaal samengestelde blok optreedt. Het dubbel uitgevoerde blok 81 volgens fig. 12 laat een betrekkelijk grote zwenkhoek toe en de 20 toepassing hiervan heeft dan voordeel, wanneer de verhouding tussen de grootte van de slag van het maaimes ten opzichte van de lengte van de zwenkarm grote zwenkhoeken aanwezig zijn. Tussen het kopvlak 82 van het binnendeel 83 van het binnenste uit metaal en rubber samengestelde blok en het bodemvlak 84 van de binnenbuis 85 van het bui-25 tenste uit rubber en metaal samengestelde blok is de rubberen buffer 89 aangebracht en tussen het bovenste kopvlak 86 van de binnenbus 85 en het bodemvlak 87 van de zwenkhefboom 88 bevindt zich het rubberen buffer 90. Beide buffers dienen voor het opnemen van axiale krachten.

Bij het uitvoeringsvoorbeeld volgens de fig. 13 en 14 30 is het dubbele blok 91 bijvoorbeeld via zijn lip 92 met de nagel 92a, die ook de mesklingen 93 bevestigen, aangebracht. De zwenkarm 94 grijpt met zijn afgeknotte vierzijdige pyramidevormige punt 95 in het ten opzichte hiervan door zijn vorm aansluitend uitgevoerde gat 800 3 126 - 12 - 96 van de binnenbus 97.

Tussen het kopvlak 98 en de binnenbus 97 van het buitenhuis 100 is een rubberen buffer 101 aangebracht. Het achterste gedeelte 102 van de meskling 93 ligt op een mesgeleidingsplaat 103, 5 zoals op zichzelf bekend is.

800 3 1 26

Claims (18)

1. Druk-zwenklager aan op zwenkhefbomen ondersteunde maaimessen van maaimachines met heen- en weerbeweegbare maaimessen in verschillende uitvoeringen, waarbij deze in het snijgebied voortdurend verend aandrukbaar zijn om snijdend tegen elkaar aan te lig- 5 gen, met het kenmerk, dat het druk-zwenklager (1) tussen de zwenkarm (10, 11, 24, 33, 76, 88, 94) en het maaimes (2, 15) een uit rubber en metaal samengesteld blok (7, 48, 58, 68, 81) is, waarvan binnen- (6, 23a, 31) en buitenbussen (12, 23, 29, 72) elk draai-ingsvast met het maaimes (2, 15) resp. met de zwenkarm (10, 11, 24, 10 33, 39, 76, 94) is verbonden, waarbij één van deze verbindingen als axiale snelkoppelings- en opsteekverbinding (3, 7a, 6, 16, 17, 23a, 40, 47, 72, 75, 78, 83) is uitgevoerd.

2, Druk-zwenklager volgens conclusie l,met het kenmerk, dat de koppelpen (3) taps en in dit gedeelte ongeveer 15 evenwijdig aan de tapse lijn is afgevlakt of dat de koppelpen (16, 17, 19, 34, 40, 78) als veelzijdig polygonvormig of elliptisch afgeknot pyramidevormig deel is uitgevoerd waaromheen het uit rubber en metaal samengestelde blok (7, 48, 58) met zijn binnenbus (6, 23a, 31) met aansluitende vorm grijpt. 20 3, Druk-zwenklager volgens conclusies 1 en 2, m e t het kenmerk, dat de flankhoek van de koppelpen zodanig is uitgevoerd, dat in verbinding met zijn contradelen de zelfremmende aansluiting een weinig overschreden is.

4. Druk-zwenklager volgens conclusies 1-3, met het 25 kenmerk, dat het gat (5) in de maaimeskling (1a) voor het vastklinken van de koppelingspen (3) als gat met speciale vorm, zoals vierkant of elliptisch of wel als slobgat is uitgevoerd. 8003126 - 14 -

5. Druk-zwenklacer volgens conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de koppelpen (17, 19) door niet verspanend vervormen van de kling (18, 20) is gevormd.

6. Druk-zwenklager volgens conclusies 1-3, met het 5kenmerk, dat de koppelpen (34) aan een dragend deel (35) is aangebracht welk deel met nagels (36) van de klingen (37) van het maaimes aan de mesrug is aangebracht.

7. Druk-zwenklager volgens conclusies 1-3, m e t het kenmerk, dat de koppelpen (40) aan een dragend deel (41) is 10 aangebracht, dat met een nagel (42) met de mesrug (43) is verbonden.

8. Druk-z’venklager volgens conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de dragende delen (35, 41) met hun voorste en achterste zijdelen (44, 45) resp. met hun voorste zijdeel (55) tegen een afschuining (55a) van de mesrug (56) en met het achterste zij- 15 deel (57) aan de achterkant van de mesruggen aanliggen.

9. Druk-zv/enklager volgens conclusies 1-3, met het kenmerk, dat het rubberen deel (14) van het uit rubber en metaal samengestelde blok (7) met een buitenbus (12) en een binnenbus (6) door vulcaniseren is verbonden.

10. Druk-zwenklager volgens conclusies 1-8, met het kenmerk, dat de rubberen bus (14) aan de binnenbus (6) is vast gevulcaniseerd en in de buitenbus (12) is geperst waarbij de buitenbus eveneens in een bovenste zwenkarm (10) is geperst. Π. Druk-zwenklager volgens conclusies 1-10, met het 25. e n m e r k, dat de buitenbus (12) aan de van de meskling afge-keerde zijde van een omgezet deel of kraal (13) is voorzien waartegen de rubberen bus (14) aanligt. 800 3 1 26 - 15 -

12. Druk-zwenklager volgens conclusies 1-10, met het k e n m e r k, dat tussen het buitenste kopvlck (8) νση de brnnen-bus (6) en het bodemvlck (9) van de bovenste zwenkarm (10) een rubberen prop (50) is aangebracht, die hierin los is geplaatst dan wel 5 aan één van de aanrakingsvlakken (8, 9) is vast gevulcaniseerd.

13. Druk-zwenklager volgens conclusies 1-8, met het k e n m e r k, dat de buitenbus (29) en de binnenbus (31) van het uit rubber en metaal samengestelde blok (28) conisch is uitgevoerd en vei zodanig dat de grootste diameter aan de zijde van het mes 10 ligt, waarbij aan de buitenbus (29) en de binnenbus (31) steeds een omgezet deel of kraal (30, 32) is aangebracht waartegen het rubberen deel (26) aanligt,

14. Druk-zwenklager volgens conclusies 1-8 en 13, m e t het kenmerk, dat uitsluitend of bovendien aan de van het 15 maaimes afgekeerde zijde de rand van de binnenbus (23a) en resp, of de rand van de buitenbus (23) aan de zijde van het mes van een kraal (27, 25) is voorzien.

15. Druk-zwenklager volgens conclusies 1-14, met het kenmerk, dat het uit rubber en metaal samengestelde blok (81, 20 91) als een dubbel blok is uitgevoerd.

16. Druk-zwenkiaaer volgens conclusies 1-15, m e t h e t kenmerk, dat bij het dubbele uit rubber en metaal samengestelde blok (81, 91) één (101) of bij elk deelblok een rubberen buffer (89, 90) is aangebracht.

17. Druk-zwenklager volgens conclusies 1, 3, 6, 7, 12, 15, 16, met het kenmerk, dat de zwenkarm (76) van een komvormige koppelkap (75) is voorzien waarvan de inwendige ruimte conisch is uitgevoerd en waarbij het conische vlak van golfvormige 8003126 - 16 - ribben (74) is voorzien.

18. Druk-zwenklager volgens conclusies 1, 3, 6, 7, 12, 15, 16, met het kenmerk, dat in de zwenkarm (88) een uit rubber en metaal samengesteld blok is geplaatst, waarvan het binnen- 5 deel (83) aanliggend samenvalt met de koppelpen (78) van het maai-mes.

19. Druk-zwenklager volgens conclusies 1-17, met het kenmerk, dat de koppelpen (78) bij maaimessen die onder een hoek (©O ten opzichte van het horizontale vlak hellend zijn aange- 10 bracht ongeveer evenwijdig aan de zwenkas van de zwenkarm ligt.

20. Druk-zwenklager volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat de zwenkarm (94) van een conisch of veelzijdig pyramidevormige punt (95) is voorzien die in het hiertoe overeenkomstig gevormde gat (96) van de binnenbus (97) grijpt. 800 3 1 26