NL7907336A - Dynamiekvergroter voor electronische klaviermuziek- instrumenten, die snaar-klavierinstrumenten en andere klavierinstrumenten met uitstervende toonkarakteristiek imiteren. - Google Patents

Description

1.

* r . ,-.

Dynamiekvergroter voor electronische klaviermuziekins trumenten, die snaar-klavierinstrumenten en andere klavierinstrumenten met uitstervende toonkarakteristiek imiteren.

1 De hier beschreven uitvinding heeft betrekking op een electronische schakeling, die het mogelijk maakt een zeer goede dynamiek te halen bij electronische klaviermuziekinstrumenten, die klaviersnaarmuziekinstrumenten zoals piano, spinet en dergelijke nabootsen. Tot nu toe deed zich 5 de moeilijkheid voor dat er steeds, als er een redelijk volume werd gehaald bij genoemde imiterende electronische klaviermuziekinstrumenten die snaarklavierinstrumenten nabootsen, onvoldoende klankkwaliteit werd gehaald. Eerstens was dit het gevolg van bijgeluiden, die door externe invloeden kunnen ontstaan, alsmede door zogenaamde brom vanuit de voeding 10 en door instraling. Anderzijds was een veel grotere oorzaak de ruis die ontstaat ten gevolge van doorstraling van electronische schakelelementen en eventueel door capacitieve, inductieve als mede directe galvanische instraling van signalen vanuit het generatorsysteem. De genoemde invloeden zorgen steeds voor een hinderlijke achtergrondruis en/of brom die de 15 klankkwaliteit van het imiterende electronische klaviermuziekinstrument sterk nadelig beinvloedt. De hier beschreven vinding biedt een uitstekende oplossing voor het genoemde probleem. De werking zal nu worden verklaard .

De toon- of klankbeinvloeding.

20 Figuur 1 geeft een intensiteitsverloop van een snaarinstrumenttoon, die aanvangt op zijn sterkst op tijdstip to. De amplitude is hier A. De toon sterft langzaam uit en wordt ten slotte op tijdstip t3 nul. Door nu tijdens het zwakker worden van de gegeven toon de klank te beïnvloeden is het mogelijk dat er een veel grotere dynamiek ontstaat. Op moment to wordt 25 de juist gekozen klank niet beinvloedt. Pas op een moment B, waarop de bijgeluiden zoals brom en ruis hinderlijk worden, omdat ze niet meer voldoende zijn gemaskeerd, wordt een schakeling in werking gebracht die de hinderlijke bijgeluiden begint te onderdrukken. Dit kan op 2 manieren die verderop worden besproken. Het onderdrukken van de hinderlijke 30 bijgeluiden begint zeer zwak om geen abrupt effect te krijgen. In figuur I is het begin van het onderdrukken van bijgeluiden op punt B, waarna vervolgens het onderdrukken van de bijgeluiden steeds sterker wordt omdat het eigenlijke snaarinstrumentgeluid steeds zwakker wordt. Zo zal in figuur 1 op punt C de onderdrukking al groter zijn dan bij punt B.

790 73 36

Cf·- - V

2 35 Ten slotte is op punt t3 de onderdrukking van de bijgeluiden maximaal, zodat eigenlijk geen enkel achtergrondsgeluid meer hoorbaar hoeft te zijn.

De gelijkspanningsgestuurde frequentie-afhankelijke versterker.

In figuur 2 komt het al of niet reeds juist gefilterde klaviersnaarinstru-mentsignaal binnen op punt 1. Dit signaal gaat via punt 2 naar de ingang 40 van een gelijkspanningsgestuurde frequentie-afhankelijke verzwakker die nu kortweg G.G.F.A.V. wordt genoemd. De uitgang hiervan is punt 5 waar het snaarklavierinstrumentsignaal weer te voorschijn komt, om ten slotte, via punt 6, verder te worden verwerkt. De G.G.F.A.V. zal, als deze niet op punt 4 wordt geregeld met een signaal vanuit de AC/DC converter, volle 45 frequentiekorrekties toepassen, die nodig zijn voor het onderdrukken van alle bijgeluiden. Komt er op punt 1 een muzieksignaal, dan wordt dit via de AC/DC converter gelijkgericht en eventueel versterkt. De verkregen spanning stuurt op punt 4 de G.G.F.A.V. bij, die nu geen korrekties meer toepast en het inkomende signaal vanaf punt 1/2 frequentie-onge-50 korrigeerd doorlaat. Neemt nu echter de amplitude op punt 1/2/3 af, dan wordt ook de gelijkspanning op punt 4 minder. Hierdoor wordt de G.G.F.A.V. weer bijgestuurd en begint weer frequentiekorrektie plaats te vinden, die de bijgeluiden van punt 2 onderdrukt en gekorrigeerd op punt 5 aanbiedt. Hoe minder het signaal op punt 1/2/3 wordt, des te minder wordt de ge-55 lijkspanning op punt 4, en des te meer frequentiekorrektie vindt plaats in de G.G.F.A.V. De hier genoemde methode zorgt voor dynamiekvergroting door een versterkertrap (G.G.F.A.V.) frequentie-afhankelijk te laten versterken. Deze korrektie begint pas als de signaalamplitude van het muzieksignaal zo klein wordt dat de bijgeluiden niet meer worden gemas-60 keerd en de frequentiekorrektie neemt dan toe naar mate het oorspronkelijk muzieksignaal kleiner wordt.

De gelijkspanningsgestuurde frequentie-afhankelijke verzwakker.

Vrijwel gelijk aan figuur 2 werkt de gelijkspanningsgestuurde frequentie-afhankelijke verzwakker van figuur 3. De bijgegeven cijfers korresponderen 65 met die van figuur 2. Het verschil in de schakeling zit in de gelijkspanningsgestuurde frequentie-afhankelijke verzwakker, die hier kortweg G.G.V.A.A. wordt genoemd. Hierbij wordt frequentiekorrektie toegepast op basis van een verzwakkerprincipe. In figuur 2 vindt frequentiekorrektie plaats door in een versterkertrap (G.G.F.A.V.) bepaalde frequenties steeds 70 minder te gaan versterken, zodat de bijgeluiden verdwijnen. In figuur 3 vindt frequentiekorrektie plaats door de bijgeluiden te verzwakken.

790 7 3 36 3

Er vindt geen belangrijke verzwakking plaats als het muzieksignaal op punt 1/2/3 maximaal is. Staat er geen muziekinstrumentsignaal op punt 1/2/3 dan is de verzwakking van de frequenties, om de bijgeluiden te onderdruk-75 ken, maximaal. De sturing van de G.G.F.A.A. vindt ook plaats via een AC/DC converter die de stuurspanning levert voor de frequentie-afhankelij-ke verzwakker. Staat er geen signaal op punt 4 dan verzwakt de G.G.F.A.A. de bijgeluiden maximaal. Bij maximaal signaal op punt 1/2/3 valt de frequentiegekorrigeerde verzwakking weg waarna, bij afnemende amplitude, 80 de frequentiegekorrigeerde verzwakking begint toe te nemen en ten slotte maximaal is als het signaal op punt 1/2/3 verwaarloosbaar klein is geworden.

79073 36

Claims (3)

1, Dynamiekvergroter voor electronische klaviermuziekinstrumenten, die snaar-klavier instrumenten en andere klaviermuziekinstrumenten met uitstervende toonkarakteristiek imiteren, waarbij tijdens het uitsterven van tonen wordt ingegrepen op het in electrische vorm aanwezige geluid 5 in het electronisch klaviermuziekinstrument, zodat storende bij- en achtergrondsgeluiden zoals ruis en brom worden weggewerkt op het moment dat deze niet meer door het eigenlijke muziekinstrumentgeluid worden gemaskeerd.

2. Als 1, waarbij gebruik wordt gemaakt van frequentiekorrigerende 10 versterker- of verzwakker elementen, waarbij de mate van frequentie-korrektie toeneemt, naar mate de intensiteit van het uitstervende snaarinstrumentgeluid afneemt, zonder dat daarbij een hinderlijke signaal-verandering plaats vindt van het oorspronkelijk geluid, door het abrupt verschijnen van de genoemde frequentiekorrekties. 15

3.Als 1 en 2 waarbij ten slotte volledige frequentie-onafhankelijke verzwakking plaats vindt om een volledig stil achtergronds geluidsniveau te krijgen bij genoemde imiterende klaviermuziekinstrumenten. 790 73 36