NL7905021A - Inrichting voor het uit een vloeistof afscheiden van gesuspendeerde bestanddelen. - Google Patents

Inrichting voor het uit een vloeistof afscheiden van gesuspendeerde bestanddelen. Download PDF

Info

Publication number
NL7905021A
NL7905021A NL7905021A NL7905021A NL7905021A NL 7905021 A NL7905021 A NL 7905021A NL 7905021 A NL7905021 A NL 7905021A NL 7905021 A NL7905021 A NL 7905021A NL 7905021 A NL7905021 A NL 7905021A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
plates
liquid
tray
plate assembly
flow
Prior art date
Application number
NL7905021A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Pielkenrood Vinitex Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Pielkenrood Vinitex Bv filed Critical Pielkenrood Vinitex Bv
Priority to NL7905021A priority Critical patent/NL7905021A/nl
Priority to GB8019958A priority patent/GB2056872B/en
Priority to MX182837A priority patent/MX150607A/es
Priority to US06/161,289 priority patent/US4273654A/en
Priority to AU59605/80A priority patent/AU536057B2/en
Priority to DE3023724A priority patent/DE3023724A1/de
Priority to DE19808016801U priority patent/DE8016801U1/de
Priority to JP8672480A priority patent/JPS567611A/ja
Priority to CA354,962A priority patent/CA1134284A/en
Publication of NL7905021A publication Critical patent/NL7905021A/nl
Priority to SG306/83A priority patent/SG30683G/en
Priority to MY248/84A priority patent/MY8400248A/xx

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B01PHYSICAL OR CHEMICAL PROCESSES OR APPARATUS IN GENERAL
    • B01DSEPARATION
    • B01D21/00Separation of suspended solid particles from liquids by sedimentation
    • B01D21/0039Settling tanks provided with contact surfaces, e.g. baffles, particles
    • B01D21/0045Plurality of essentially parallel plates
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B01PHYSICAL OR CHEMICAL PROCESSES OR APPARATUS IN GENERAL
    • B01DSEPARATION
    • B01D17/00Separation of liquids, not provided for elsewhere, e.g. by thermal diffusion
    • B01D17/02Separation of non-miscible liquids
    • B01D17/0208Separation of non-miscible liquids by sedimentation
    • B01D17/0211Separation of non-miscible liquids by sedimentation with baffles

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Thermal Sciences (AREA)
  • Physical Or Chemical Processes And Apparatus (AREA)
  • Separating Particles In Gases By Inertia (AREA)
  • Devices And Processes Conducted In The Presence Of Fluids And Solid Particles (AREA)

Description

< , J
Lx 5552 Octrooibureau Lux
Drs·J.H.Mommaerts Den Haag
Aanvrager : Pielkenrood-Vinitex B.V. te
Assendelft
Titel ï Inrichting voor het uit een vloeistof afscheiden van gesuspendeerde bestanddelen·
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het uit een vloeistof afscheiden van daarin gesuspendeerde bestanddelen, omvattende een samenstel van onder een hoek met het horizontale vlak in hoofdzaak evenwijdig aan elkaar in een bak opgestelde platen, waartussen afscheidingsdoorgangen zijn gelegen, welke platen 5 van onderling evenwijdige golvingen zijn voorzien,waarvan de fceschrgveadsï een hoek van minder dan 90° met de lijn van grootste helling van ie platen insluiten, waarbij twee tegenovergestelde zijwanden van de bak, waarop de schuine zijranden van de platen aansluiten, zijn verbonden met een vloeistoftoevoer- resp· -afvoerkamef* , waarvan 10 de vorm en afmetingen althans in hopfdzaak overeenkomen met de doorsnede van het platensamenstel evenwijdig aan deze wanden, welke kamers , met een vloeistoftoevoer- resp· -afvoerleiding in verbinding staan, een en ander zodanig, dat de vloeistofstroom tussen de- . ze kamers door de afscheidingsdoorgangen in hoofdzaak dwars op.de 15 golvingen van de platen verloopt, terwijl de laagste resp. hoogste eindranden van deze platen aansluiten op verzamelkanalen voor zware resp. lichte in de afscheidingsdoorgangen afgescheiden bestanddelen, die in de laagste resp. hoogste gedeelten van de golvingen van de platen worden verzameld, en daarlangs naar het betrokken uiteinde 20 van de platen afglijden,' terwijl aan deze uiteinden van de golfplaten 4 *· naar een verzamelkamer voor de betrokken bestanddelen en .dwars op iese platen gerichte leischotten zijn nangebracht, die het vloeien van een vloeistofstroom buiten het platensamenstelfSunnen tegengaan.
Een dergelijke afscheidingsinrichting is uit NL-A 25 70 01 713 en 700^^9^ bekendo Het voordeel van deze zgn. dwars- * stroomafscheiding is, dat de afgescheiden bestanddelen min of meer in de schaduw van de golvingen buiten aanraking met do vloeiatcf-stroora kunnen afvloeien, en, in tegenstelling tot de meestal gebruikte langsstroomafscheiding, niet door een in dezelfde richting 30 en in dezelfde of tegengestelde zin stromende vloeistof worden beïnvloed, zodat minder hermenging door opwerveling zal plaatsvin- 7 9 o 5 o y.
2 ί * den· Het afscheidingseffeet kan dus bij dwarsstroomaiscneiumg beter zijn dan bij langsstroomafscheiding, mits er voor wordt gezorgd, dat de aan de uiteinden van de glofplaten afvloeiende bestanddelen niet weer door de vloeistofstroom worden meegesleept, waartoe 5 bij de voornoemde bekende afscheidingsinrichting de dwarse leischot ten dienen, die kortsluitstromen van de vloeistof langs het platen-samenstel kunnen onderdrukken·
Deze bekende inrichting heeft echter enige bezwaren· Het vervaardigen ervan is tamelijk ingewikkeld, daar op de bak, waar-10 in de platen worden aangebracht behalve de toevoer- en afvoerkamers voor de vloeistof nog verzamelkanalen voor de afgescheiden bestanddelen moeten aansluiten, hetgeen de opbouw van de bak ingewikkeld maakt, en voorts de nuttige ruimte voor de platen bij gelijke uitwendige afmetingen verminderd. De schuine ligging van de platen 15 dwars op de vloeistofstroom leidt verder tot ruitvormige doorsneden van het platensamenstel, hetgeen tot' een ongunstige ruimtebenutting van de bak zal leiden, of ingewikkelde scheve bakconstructies nodig maakt.
De uitvinding beoogt een eenvoudigere opbouw van een 20 dergelijke dwarsstroomafscheider te verschaffen, die dezebezwaren niet bezit, en die als kenmerk heeft, dat de golfplaten zich tot aan de betrokken zijwanden van de bak uitstrekken, en in het laagste punt met de golftoppen, en in het hoogste punt met de golfdalen met de betrokken zijwand van de bakruimte, waarin de platen zijn op-25 gesteld, in aanraking zijn, terwijl aldaar de golfdalen resp. ’-toppen van de betrokken zijwand verwijderd zijn, en aldus een afvoerdoorgang voor het aan dat uiteinde afvloeiende afgescheiden bestanddeel vormen, en dat de leischotten tegen de betrokken zijwand zijn aangebracht, en op een reeks van in hoofdzaak boven elkaar gelegen 30 golfdalen resp. toppen zijn uitgericht, in het bijzonder zodanig dat , deze schetten zich in de voornoemde doorgangen uitstrekken·
Aldus zijn geen afzonderlijke afvoerkanalen voor de afgescheiden bestanddelen meer nodig, zodat geen nuttige ruimte verloren gaat· Wanneer de afvoerdoorgangen nog onvoldoende zijn, 35 kunnen de golfplaten in de niet met de betrokken wand in aanraking zijnde golfgedeelten bijkomend zijn^itgesneden.
790 5 0 21 3 X *
Hoewel deze platen nu op eenvoudige wijze op steunpunten op de eindwanden of leischotten kunnen worden ondersteund, is het afzonderlijk plaatsen van de platen bezwaarlijk, terwijl dan ook het verwijderen ervan voor reinigingsdoeleinden.of dergelijke tijdro-55 vend wordt· Dit is van belang, daar de platen niet binnen de bak gemakkelijk kunnen worden gereinigd, aangezien de uiteinden van de golvingen niet of nauwelijks toegankelijk zijn·
Derhalve worden bij voorkeur de platensamenstellen verdeeld in deelsamenstellen, die bestaan uit een aantal door mid-10 del van afstandhouders op de juiste afstand gehouden en met elkaar verbonden platen van onderling gelijke lengte, welke deelsanenstel-len een althans ongeveer parallelogramvormige doorsnede in een vlak door boven elkaar gelegen golfassen hebben, welke deelsamenstellen o? elkaar kunnen worden gestapeld, terwijl in het bijzonder in de 15 dan vrijblijvende beneden- en bovenhoek deelsamenstellen kunnen worden aangebracht, die uit platen van verschillende lengte bestaan,en die een in.hoofdzaak driehoekige of trapeziumvormige doorsnede hebben. Vergelijke deelsamenstellen kunnen gemakkelijk worden vervoerd en geplaatst, terwijl ook het verwijderen ervan voor reinigingsdoeleinden 20 zeer eenvoudig is· Het aantal platen in een dergelijk' deelsamenstel is daarbij in beginsel niet beperkt, en wordt door praktische eisen bepaald, zoals bijv, het gewenste gewicht, de helling in verhouding tot de bakhoogte en dergelijke.
Het is daarbij gunstig gebleken een aantal platen door 25 middel van trekstangen onder tussenplaatsing van als afstandhouder werkende en deze stangen omgevende buisstukken met elkaar te verbinden, waarbij de stangen in hoofdzaak loodrecht op de platen zijn gericht. Aan ten minste een uiteinde kunnen deze trekstangen zijn uitgevoerd om als afstandhouder voor een aangrenzend deelsamenstel 50 te worden gebruikt, waarbij deze uiteinden ofw$l met een plaatgedee!!-.te van een aangrenzende plaat in aanraking komen, dan wel in of om een eindstuk van een stang van dit aangrenzende samenstel passen, wanneer de betrokken stangen in eikaars verlengde komen te liggen.
Wanneer de bak door in de stromingsrichting van de 55 vloeistof gerichte scheidingswanden in twee of meer deelruimten is verdeeld, kan in elke deelruimte een dergelijk platensamenstel worden geplaatst, zonder dat bijzondere voorzieningen voor het afvoeren van afgescheiden bestanddelen behoeven te worden getroffen· 790 5 0 21 . .: v k
Ce uitvinding zal in het onderstaande nader worden toegelicht aan de handvan een tekening; hierin toonts fig.1 een schematisch bovenaanzicht van een inrichting volgens de uitvinding; 5 fig.2 een schematische doorsnede volgens de lijn II - II van fig.1? fig*3 een deeldoorsnede op grotere schaal van een eindge-deelte van een platensamenstel van deze inrichting; fig.A- een bovenaanzicht van het gedeelte van fig.3; en 10 fig.5 een overeenkomstige deeldoosnede van andere gedeelten van dit samenstel met bijzondere afstandhouders·
In fig.1 en 2 is op sterk vereenvoudigde en schematische wijze een dwarsstroomafscheider volgens de uitvinding af-gebeeld. Eenvoudigheidshalve zal voorshands worden aangenomen, dat 15 deze voor het afscheiden van bezinkende bestanddelen is bestemde
In een bak 1 met rechthoekige doorsnede zijn golfplaten 2 onderling evenwijdig en onder een helling opgesteld, en wel in het afgebeelde geval in twee groepen ter weerszijden van een middenwand 3» waarbij de platen van de beide groepen een tegengestelde helling 20 hebben· Verder bevinden zich aan de uiteinden van de bak 1 een toe-voerkamer 4 resp. een afvoerkamer 5» die met een niet nader aangeduide toevoer voor de te behandelen vloeistof resp· afvoer voor de behandelde vloeistof in verbinding staan· Onder het platensamenr stel bevindt zich een verzameltrechter 6 voor tussen de platen afge- » 25 scheiden bezinksel.
In fig.3 is een deeldoorsnede door het benedeneinde 'i&a enige golfplaten 2 en de naburige zijwand 7 van de bak 1 afgebeeld, terwijl fig<>4 een overeenkomstig bovenaanzicht toont· l>e golfplaten 2 omvatten afwisselende golftoppen 8 en golfdalen 9, waarbij de pla-30 ten aan dit benedeneinde met hun golftoppen tegen de wand 7 rusten.
, Ma een gevolg van de golfvorm blijven dan de overeenkomstige uiteinden van de dalen op enige afstand van de wand 7, zodat doorgangen 10 ontstaan, waardoorheen het afgescheiden bezinksel naar beneden kan vallen, waarna het in de trechter 6 terecht komt.
35 Om te vermijden, dat de dwars op de golvingen gerich te vloeistofstroom tussen de platen het in de doorgangen 10 naar 79050 21 5 * beneden zinkende bezinksel zal meeslepen, zijn in ten minste een deel van de doorgangen 10 tegen de wand 7 leischotten 11 aangebracht· Deze schotten houden de vloeistofstroom weg van de doorgangen 10, zodat de bezinkselafvoer ongehinderd kan plaatsvinden- Boven-5 dien kunnen deze schotten richtend op de bezinkselstroom werken, die enige adhesie ten opzichte van deze schotten kan vertonen.
Aan het tegenovergestelde uiteinde nabij de middenwand 3 is de toestand omgekeerd. Daar rusten de uiteinden van de golfdalen tegen de wand, terwijl de toppen op een afstand daarvan blijven, 10 zodat weer doorgangen 10 ontstaan· Wanneer er opdrijvende bestanddelen in de vloeistof aanwezig zijn, zullen deze naar de hoogste uiteinden van de golftoppen ontwijken, vanwaar deze door de doorgangen 10 naar het vloeistofoppervlak kunnen opdrijven· Ook in deze doorgangen kunnen leischotten 11 worden aangebracht om de vloeistof-15 stroom van deze doorgangen weg te houden· In het bovengedeelte van de bak 1 dient dan een geschikt afvoermiddel voor opdrijvende bestanddelen in de vorm van een oUerloopgoot of dergelijke te worden aangebracht, hetgeen niet nader is aangeduid, daar dergelijke af-voermiddelen algemeen bekend zijn· 20 Hoewel het mogelijk is de platen 2 -afzonderlijk in de bak 1 aante brengen, en aan de uiteinden bijv. op aan de wanden 3 en/of 7 bevestigde steunen te doen rusten, waarbij eventueel de schotten 11 als dergelijke steunen kunnen worden uitgevoerd, is dit meestal te omslachtig, vooral omdat de platen ook voor reiniging 25 uit de* bak moeten kunnen worden verwijderd. Derhalve wordt de voorkeur aan een andere wijze van ondersteuning gegeven·
In fig.2 is met dikkerèjLijnen aangegeven, hoe een l platensamenstel in een aantal deelsamenstellen 12 met in hoofdzaak parallelogramvormige doorsnede en in de hoeken kleinere deelsamenstel-30 len 13 met trapeziumvormige doorsnede kan worden verdeeld· Het aantal platen is daarbij duidelijkheidshalve kleiner dan met de wer- % kelijke uitvoering overeenkomt. De uiterste hoeken kunnen met een sluitplaat 1½ worden afgesloten, daar aldaar de plaatlengte te gering zou worden. Op deze wijze kan althans nagenoeg de gehele doorsnede 35 van de bak 1 doeltreffend worden benut. In de deelsamenstellen zijn de platen 2, die in de samenstellen 12 alle evenjLang zijn, onderling verbonden, zodat deze deelsamenstellen elk als een eenheid 79050 21 6 in en uit de bak kunnen worden verplaatst·
Voor het onderling verbinden van de platen in een deelsamenstel worden trekstangen 15 gebruikt, die, zoals uit fig*3 blijkt, aan de uiteinden met een moer 16 of dergelijke worden 5 vastgezet, en die door buisstukken 17 zijn orageven, die tussen de . · . \ opeenvolgende platen als een afstandhouder werken· Dezetrekstangen 15 zijn daarbij loodrecht op de platen gericht· Het aantal aldus met elkaar verenigde platen hangt af van de toelaatbare lengte van het overstekende gedeelte 18, en dus ook van de helling van de 10 platen·
Be opeenvolgende deelsamenstellen worden op de in fig*5 afgeheelde wijze op elkaar ondersteund. Daarbij kan een uiteinde van een trekstang 15 als een steunvoet 19 zijn uitgevoerd, die, zoals afgebeeld, tegen een golftop van een bovenliggende plaat 15 dan wel het golfdal van een onderliggende plaat komt te rusten, welke voet ook, zoals afgebeeld, op*een buisstuk 17' kan zijn aangebracht, dat op het uiteinde van een trekstang 15 is gestoken. Vanneer trekstangen van naburige deelsamenstellen in eikaars verlengde komen te liggen, kan tussen de betrokken stangeinden op de rechts 20 in fig.5 afgebeelde wijze een afstandbus 17" worden· geplaatst.
Alleen aan het benedeneinde van de bak 1 dienen dan steunmiddelen voor het dragen van het platensaraenstel te wórden aangebracht, bijv· in de vorm van enige dit ondereinde overspannende stangen of dergelijke. Het aantal trekstangen 15 in de langsrichting 25 van de' golvingen kan gering zijn, daar de platen in die richting een grote stijfheid hebben.
Wanneer de doorgangen 10 niet groot genoeg zijn om de stroom van afgescheiden bestanddelen af te voeren, kunnen de platen 2 aldaar worden uitgesneden, zoals in fig.4 bij 21 is aange-30 duid· Dit heeft uiteraard vooral bij die platen zin, die zich dichter bij de verzamelruimte voor het betrokken bestanddeel bevinden.
Het kan soms aanbeveling verdienen bijkomende en in hoofdzaak horizontaal verlopende .schotten aan te brengen, die bijv. op de vertikale schotten 11 kunnen aansluiten, en die zich ofwel 35 aan de bovenzijde van de platen 2 bevinden, en zich dan tot boven het vloeistofoppervlak en beneden de daarop aanwezige drijflaag 790 5 0 21 * 7 uitstrekken, ten einde deze drijflaag tegen verstoring door de vloeistofstroom te beschermen, ofwel beneden de platen 2 zijn aangebracht, en zich dan tot in de bezinksellaag in de trechter 6 uitstrekken, eveneens met het doel aldaar de vloeistofstroom tegen te houden.
5 In het bijzonder kunnen aan de ingangs- en uitgangszijde dienovereenkomstige de vloeistofstroom begrenzende vensters worden aangebracht. Het is verder raogelijk dergelijke dwarsschotten en delen van de schotten 11 met de betrokken deelsamenstellen te verbinden.
Het zal voorts duidelijk zijn, dat de inrichting ook 10 met een enkele platenruimte of met meer dan twee platenruimten kan worden uitgevoerd, en dat de platen in twee aangrenzende ruimten ook dezelfde helling kunnen hebben, terwijl de hellingen in het in fig.2 afgebeelde geval ook tegengesteld kunnen zijn gericht.
% 790 50 21

Claims (8)

1· Inrichting voor het uit een vloeistof afscheiden van daarin gesuspendeerde bestanddelen, omvattende een samenstel van onder een hoek met het horizontale vlak in hoofdzaak evenwijdig aan elkaar in een bak opgestelde platen, waartussen afscheidingsdoorgangen zijn 5 gelegen, welke platen van onderling evenwijdige golvingen zijn voorzien, waarvan de beschrijvenden een hoek van minder dan 90® met de lijn van grootste helling van de platen insluiten, waarbij twee tegenovergestelde zijwanden van de bak,waarop de schuine zijranden van de platen aansluiten, zijn verbonden met een vloeistoftoevoer-10 reep· -afvoerkamer, waarvan de vorm en afmetingen althans in hoofdzaak overeenkomen met de doorsnede van het platensamenstel evenwijdig aan deze wanden, welke kamers met een vloeistoftoevoer- resp· -afvoerleiding in verbinding staan, een en ander zodanig, dat de vloeistofstroom tussen deze kamers in hoofdzaak dwars op de golvingen van deze platen 15 verloopt, terwijl de laagste dan wel hoogste eindranden van deze platen aansluiten op verzamelkanalen voor zware dan wel lichte afgescheiden bestanddelen, die in de laagste resp. hoogste gedeelten van de golvingen van de platen worden verzameld, en daarlangs naar het betrokken uiteinde van de platen afglijden, terwijl aan deze 20 uiteinden van de golfplaten naar een verzamelkamer voor de betrokken bestanddelen en dwars op de platen gerichte leischotten zijn aangebracht, die het vloeien van een vloeistofstroom buiten het platensamenstel om kunnen tegengaan, met het kenmerk, dat de golfplaten zich tot aan de betrokken zijwanden van de bak uitstrekken, 25 en in het laagste punt met de golftoppen, en in het Hoogste punt met de golfdalen met de betrokken zijwand van de bakruimte, waarin de platen zijn opgesteld, in aanraking zijn, terwijl aldaar de golfdalen resp. -toppen van de betrokken zijwand verwijderd zijn, en al-. dus een afvoerdoorgang voor het aan dat uiteinde afvloeiende af-^ gescheiden bestanddeel vormen, en dat de leischotten tegen de betrokken zijwand zijn aangebracht, en op een reeks van boven elkaar gelegen golfdalen resp. -toppen zijn uitgericht. 2·
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de ^ leischotten zich in de afvoerdoorgangen uitstrekken· 790 5 0 21 9·
3· Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de niet met de betrokken wand in aanraking zijnde golfgedeelten van een plaat ter vergroting van de betrokken doorgang bijkomend zijn uitgesneden· 5
4· Inrichting volgens een van de conclusies 1.·3, met het ken merk,, dat het platensamenstel uit deelsamenstellen bestaat, die elk bestaan uit een aantal van door middel van afstandhouders op de juiste afstand gehouden en met elkaar verbonden platen van in hoofdzaak dezelfde lengte, welke deelsamenstellen een in hoofdzaak 10 parallelogramvormige doorsnede in een vlak door boven elkaar gelegen beschrijvenden hebben·
5· Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat in de vrijblijvende hoeken deelsamenstellen zijn aangebracht, die uit platen van verschillende lengte bestaan, en een in hoofdzaak drie-15 hoekige of trapeziumvormige doorsnede hebben·
6· Inrichting volgens conclusie k of 5» met het kenmerk, dat elk platensamenstel een aantal platen omvat, die door middel van trekstangen onder tussenplaatsing van als afstandhouder werkende en deze stangen omgevende buisstukken met elkaar zij-n verbonden, 20 welke stangen in hoofdzaak loodrecht op de platen zijn gericht·
7· Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de trekstangen aan ten minste een uiteinde zijn uitgevoerd als een afstandhouder voor een aangrenzend deelsamenstel, welke afstandhouder ofwel met een plaatgedeelte van dit aangrenzende samenstel 25 dan wel met het eindstuk van een in het verlengde gelegen trekstang in aangrijping kan komen·
8. Inrichting volgens conclusies 1···?« met het kenmerk, dat de bak door middel van ten minste een langsscheidingswand in een dienovereenkomstig aantal deelruimten is verdeeld, in elk van welke deel-30 * ruimten een platensamenstel is aangebracht· 790 5 0 21
NL7905021A 1979-06-27 1979-06-27 Inrichting voor het uit een vloeistof afscheiden van gesuspendeerde bestanddelen. NL7905021A (nl)

Priority Applications (11)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL7905021A NL7905021A (nl) 1979-06-27 1979-06-27 Inrichting voor het uit een vloeistof afscheiden van gesuspendeerde bestanddelen.
GB8019958A GB2056872B (en) 1979-06-27 1980-06-18 Liquid separation device
MX182837A MX150607A (es) 1979-06-27 1980-06-19 Mejoras en separador de placas de flujo transversal para separar liquidos de sus componentes en suspension
US06/161,289 US4273654A (en) 1979-06-27 1980-06-20 Separation device
DE3023724A DE3023724A1 (de) 1979-06-27 1980-06-25 Vorrichtung zum abscheiden von in einer fluessigkeit in suspension gehaltenen teilchen
AU59605/80A AU536057B2 (en) 1979-06-27 1980-06-25 Separation device
DE19808016801U DE8016801U1 (de) 1979-06-27 1980-06-25 Vorrichtung zum abscheiden von in einer fluessigkeit in suspension gehaltenen teilchen
JP8672480A JPS567611A (en) 1979-06-27 1980-06-27 Device for separating component suspended in liquid from said liquid
CA354,962A CA1134284A (en) 1979-06-27 1980-06-27 Separation device
SG306/83A SG30683G (en) 1979-06-27 1983-06-01 Separation device
MY248/84A MY8400248A (en) 1979-06-27 1984-12-30 Separation device

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL7905021A NL7905021A (nl) 1979-06-27 1979-06-27 Inrichting voor het uit een vloeistof afscheiden van gesuspendeerde bestanddelen.
NL7905021 1979-06-27

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL7905021A true NL7905021A (nl) 1980-12-30

Family

ID=19833436

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL7905021A NL7905021A (nl) 1979-06-27 1979-06-27 Inrichting voor het uit een vloeistof afscheiden van gesuspendeerde bestanddelen.

Country Status (10)

Country Link
US (1) US4273654A (nl)
JP (1) JPS567611A (nl)
AU (1) AU536057B2 (nl)
CA (1) CA1134284A (nl)
DE (2) DE8016801U1 (nl)
GB (1) GB2056872B (nl)
MX (1) MX150607A (nl)
MY (1) MY8400248A (nl)
NL (1) NL7905021A (nl)
SG (1) SG30683G (nl)

Families Citing this family (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4337561A (en) * 1981-08-03 1982-07-06 William James Plate separator construction method
US4346005A (en) * 1981-08-03 1982-08-24 Crane Co. Tube settler module
IL94718A (en) * 1989-07-05 1994-10-21 Schering Ag Non-ionic carboxamide contrast agent and method of preparation
US5028333A (en) * 1990-02-23 1991-07-02 Mercer International, Inc. Phase separator module
US5499643A (en) * 1995-04-11 1996-03-19 Vincent, Jr.; C. Elmas Cleaning apparatus for removing oily waste
US6056128A (en) * 1998-08-04 2000-05-02 Glasgow; James A. Coalescer with removable cartridge
US6605224B2 (en) 2001-07-24 2003-08-12 Highland Tank And Manufacturing Company Coalescer apparatus in an oil/water separator
US6907997B2 (en) * 2003-02-19 2005-06-21 Hancor, Inc. Water clarification system with coalescing plates
NL2002494C2 (nl) * 2009-02-04 2010-08-05 Advanced Tail End Oil Company N V Inrichting voor het in fracties separeren van een stromend vloeistofmengsel, doorstroomtank en werkwijze ter vervaardiging van een platen-inrichting.
US8985343B1 (en) 2014-01-24 2015-03-24 Kirby Smith Mohr Method and apparatus for separating immiscible liquids and solids from liquids
RU2686890C1 (ru) * 2018-04-25 2019-05-06 Общество с ограниченной ответственностью "Компания "Армопроект" (ООО "Компания "Армопроект") Блок тонкослойного разделения неоднородных жидких систем

Family Cites Families (12)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR1098155A (fr) * 1954-01-09 1955-07-19 S E T U D E Procédé et dispositifs pour la décantation des liquides chargés de particules en suspension
US2868384A (en) * 1955-07-25 1959-01-13 Ca Nat Research Council Apparatus for settling fluid suspensions
US3385439A (en) * 1966-06-07 1968-05-28 Niels B. Bach Sedimentation method and apparatus
NL6618398A (nl) * 1966-12-30 1968-07-01
NL7001713A (nl) * 1970-02-06 1971-08-10 Pielkenrood Vinitex Bv
NL173021C (nl) * 1970-05-24 1983-12-01 Pielkenrood Vinitex Bv Afscheidingsinrichting.
US3741401A (en) * 1971-11-26 1973-06-26 Neptune Microfloc Inc Perforated tube module for liquid treatment
US3852199A (en) * 1972-11-17 1974-12-03 Ecodyne Corp Apparatus for separating solids from liquids
US3898164A (en) * 1974-06-24 1975-08-05 Neptune Microfloc Inc Perforated tube module for liquid treatment
DE2551623A1 (de) * 1975-11-18 1977-06-02 Wilms Gmbh Vorrichtung zum abscheiden von spezifisch schwereren stoffen aus stroemenden fluessigkeiten
US4132651A (en) * 1976-02-19 1979-01-02 Dejong Leendert W C Separating device to separate two liquids of different specific gravity
US4039449A (en) * 1976-05-20 1977-08-02 Ecodyne Corporation Floc barrier

Also Published As

Publication number Publication date
SG30683G (en) 1984-04-19
DE3023724A1 (de) 1981-01-29
DE3023724C2 (nl) 1990-06-21
MY8400248A (en) 1984-12-31
GB2056872A (en) 1981-03-25
MX150607A (es) 1984-06-06
AU536057B2 (en) 1984-04-19
DE8016801U1 (de) 1980-09-18
CA1134284A (en) 1982-10-26
US4273654A (en) 1981-06-16
GB2056872B (en) 1983-03-16
JPS567611A (en) 1981-01-26
AU5960580A (en) 1981-01-08

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL7905021A (nl) Inrichting voor het uit een vloeistof afscheiden van gesuspendeerde bestanddelen.
US6305274B1 (en) Fryer for food process lines
US7850860B2 (en) Plate settler with angular support members
US3552554A (en) Flow stabilizing through laminar separation apparatus
DE8204957U1 (de) Mehrphasenabscheider
NO136515B (nl)
NL8001303A (nl) Inrichting voor het behandelen van vloeistoffen.
IL173459A (en) Lamellar decanting module and block comprising plates that can be vertical
WO2015167396A1 (en) Lamella settler
DK157249B (da) Udskiller fortrinsvis til udskillelse af olie og sand fra afloebsvand
KR102173185B1 (ko) 경사판 침전장치
NL8600032A (nl) Dwarsstroomafscheider voor het afscheiden van in een vloeistof gesuspendeerde bestanddelen.
GB2050185A (en) Liquid purification device
NL7908539A (nl) Scheiding.
DE102012007873B4 (de) Lamellenabscheider mit Auffangwanne
NL8005591A (nl) Drukfilterinrichting voor vloeistof, in het bijzonder water.
NL2008384C2 (nl) Inrichting voor het uit een te zuiveren vloeistof afscheiden van opdrijfbare bestanddelen.
EP3421110B1 (en) Inclined sedimentation acceleration apparatus
CN212818290U (zh) 油水分离器
US2495512A (en) Bubble tower
TWI679055B (zh) 水中及水面之沉降物、懸浮物除去裝置
CN209662685U (zh) 松香脂液澄清设备
RU2019103119A (ru) Контейнер для хранения корнеплодов и картофеля
RU2364686C1 (ru) Ламель и модуль из собранных в пакет ламелей
DK154474B (da) Apparat til frembringelse af partikelvaekst ud fra partikler, der er suspenderet i stroemmende vaeske