NL7901511A - Werkwijze voor het op een ondergrond aanbrengen van zelfklevende symbolen, drager met symbolen en opplakvel ten gebruike bij het uitvoeren van de werkwijze. - Google Patents

Description

' i D Ho/Se/8 -------

Van den Berg & Slothouber B.V. te Dedemsvaart

Werkwijze voor het op een ondergrond aanbrengen van zelfklevende symbolen, drager met symbolen en opplakvel ten gebruike bij het uitvoeren van de werkwijze.

De uitvinding betreft een werkwijze voor het in een gewenst patroon aanbrengen van zelfklevende symbolen op een ondergrond, waarbij eerst de symbolen in het gewenste patroon op een opplakvel worden gerangschikt en vervolgens met behulp i van een over de symbolen aangebrachte plakstrook, waarvan de adhesie tot de symbolen kleiner dan die tussen de symbolen en de ondergrond is, opgenomen, en op de ondergrond geplakt worden, waarna de plakstrook verwijderd wordt. Een dergelijke werkwijze is bekend uit het Nederlandse octrooischrift .0 144.529.

De bekende werkwijze voldoet in de praktijk goed met name voor symbolen van relatief kleine afmetingen. Bij het toepassen van grotere symbolen kan een probleem ontstaan doordat bij het rangschikken van de symbolen op het opplakvel »5 de symbolen worden vervormd. Ook kan het moeilijk zijn grote re symbolen van een draagvel waarop een voorraad symbolen is aangebracht te verwijderen. Het gevaar doet zich voor, dat bij deze handeling het symbool vervormt en/of scheurt. Ook is het met name bij symbolen met grotere afmetingen moeilijk de >0 typografisch juiste spatiering tussen de symbolen op het op plakvel en derhalve later op de ondergrond te verkrijgen.

De uitvinding beoogt voor.deze problemen een oplossing te bieden. Dit wordt volgens de uitvinding oereikt doordat elk symbool tijdelijk op een eigen drager is geplakt, de dra-25 ger aan het opplakvel hecht en de adhesie tussen de drager en het opplakvel groter dan die tussen het symbool en de drager is.

ί 7901511 2

Doordat elk symbool tijdelijk op een eigen drager is geplakt, wordt het hanteren aanzienlijk vereenvoudigd. Het symbool wordt met zijn drager op het opplakvel aangebracht en het is derhalve mogelijk de dragers met de symbole te rangschikken 5 tot het gewenste patroon is verkregen, zonder dat het symbool zelf wordt beroerd. De drager die bijvoorbeeld vierkant of rechthoekig van vorm kan zijn, is uiteraard bij het manipuleren ongevoelig voor vervormingen. Na het verwijderen van de symbolen van de dragers blijven de dragers op het opplakvel 10 achter.

De hechting tussen het opplakvel en de dragers kan tot stand komen door een kleeflaag op het opplakvel of door een kleeflaag aan de onderzijde van de drager.

Het op een rechte lijn rangschikken van de dragers en de 15 symbolen wordt zeer vergemakkelijkt wanneer op het opplakvel een aanslag strook voor dragers is aangebracht. Men behoeft dan de dragers met een van de zijden slechts tegen de aanslag strook op het opplakvel aan te leggen om de symbolen op één lijn te richten. Het rangschikken wordt nog vergemak-20 kelijkt wanneer de naar de dragers gerichte zijde van het opplakvel een van de bovenzijde van de drager verschillende kleur vertoont. Door het contrast kan het rangschikken en richten van de dragers gemakkelijk uitgevoerd worden.

Bij het rangschikken van bijvoorbeeld letters dient de 25 onderlinge afstand van de letters volgens bepaalde typografische regels afhankelijk van de betreffende letter gekozen te worden. Dit wordt zeer vereenvoudigd wanneer de omtreks-vormen van de dragers in afhankelijkheid van het daardoor gedragen symbool wordt gekozen.

30 Bij de werkwijze kan een opplakvel worden gebruikt dat aan de bovenzijde een kleeflaag bezit. Ook kan de bovenzijde een aanslag strook dragen. Bij de uitvinding kunnen ook dragers met symbolen worden toegepast, waarbij de naar. het symbool gekeerde zijde bedekt is met een lijmafstotende laag. De 35 drager kan aan de van het symbool afgekeerde zijde een lijm- 7901511 €r * 3 laag dragen teneinde de drager op een opplakvel te kunnen opplakken. De lijmlaag kan een verwijderbare schutlaag dragen, die voorafgaande aan het gebruik wordt verwijderd. Het is ook mogelijk een schutvel bedekt met de dragers volgens de 5 uitvinding toe te passen. Voorafgaande aan het gebruik worden de dragers dan van het schutvel verwijderd. Het is ook mogelijk de lijmlaag aan de bovenzijde van het opplakvel aan te brengen. Het opplakvel draagt dan op de lijmlaag een verwijderbaar schutvel, dat voorafgaande aan het gebruik wordt ver-10 wijderd.

De uitvinding wordt aan de hand van de tekeningen van uitvoeringsvoorbeelden verduidelijkt.

In de tekeningen toont:

Figuur 1 een drager met symbool volgens de uitvinding.

15 Figuur 2 een opplakvel volgens de uitvinding vöör ge bruik,

Figuur 3 een opplakvel volgens de uitvinding tijdens gebruik,

Figuur 4 een doorsnedeaanzicht volgens de lijn IV-IV in 20 fig.3,

Figuur 5 de wijze van verwijderen van op het opplakvel aangebrachte symbolen,

Figuur 6 de wijze van aanbrengen van de op het opplakvel gerangeschikte symbolen op een ondergrond, 25 Figuur 7 een schutvel met dragers met symbolen,

Figuur 8 een doorsnede-aanzicht volgens de lijn VIII--VIII in fig.7,

Figuur 9 een opplakvel met dragers volgens de uitvin-d ing, en 30 Figuur 10 een doorsnede-aanzicht volgens de lijn X-X in fig.9.

7901511 *> 4

Het opplakvel 1 dient voor het rangschikken van de dragers 2 met daarop het symbool 3. Hetzij de bovenzijde van het opplakvel 1 hetzij de onderzijde van de drager 2 is van een lijmlaag voorzien. In de uitvoering van de figuren 1-6 is de 5 lijmlaag 4 op de drager 1 aangebracht. Voor het gebruik wordt het schutvel 5 verwijderd zodat de lijmlaag 4 toegankelijk wordt. Het opplakvel 1 vertoont een aanslag strook 6 teneinde het richten van de dragers 2 te vergemakkelijken. Het symbool 3 is voorzien van een lijmlaag 7 waardoor het zelfklevend is.

10 De drager 2 is lijmafstotend aan de naar het symbool gerichte zijde. Na het rangschikken van de dragers met de symbolen (zie fig.3) wordt een plakstrook 8 (zie fig.5) over de symbolen en de dragers geplakt. Vervolgens wordt de plakstrook 8 weggetrokken. Doordat de adhesie tussen de plakstrook 8 en de 15 symbolen 3 groter is dan die tussen de symbolen en de drager, neemt de plakstrook 8 de symbolen mede, daarbij de dragers op het opplakvel achterlatend (zie fig.6). Vervolgens plakt men de symbolen op de ondergrond.

Figuur 7 toont een schutvel waarop een aantal dragers 20 met symbolen zijn aangebracht. De dragers hebben aan de onderzijde een lijmlaag waardoor zij aan het schutvel geplakt blijven. In het gebruik verwijdert men eendrager+symbool van het schutvel en plakt het op de bovenbeschreven wijze op het opplakvel, dat in dit geval niet van een lijmlaag voorzien be-25 hoeft te zijn. Figuur 10 toont het opplakvel 10 , de drager 11 met aan de onderzijde de lijmlaag 12 en het symbool 13 met aan de onderzijde de lijmlaag 14. Figuren 7 en 8 tonen het schutvel 15 met daarop de dragers met de symbolen.

De dragers met de symbolen uit fig.7 hebben een van de 30 aard van het symbool afhankelijke vorm. volgens typografische regels dient de spatiering tussen b.v. letters afhankelijk van de vorm van de letter te zijn, teneinde een esthetisch verantwoord geheel te verkrijgen. De drager voor bijvoorbeeld de letter "A" heeft een andere vorm dan die voor de letter 35 7901511

Zr 5 "B". Volgens de typografische voorschriften kunnen bijvoorbeeld opeenvolgende letters "A" met de brede onderzijde van de drager tegen elkander liggend worden gerangschikt. Bij een letter "A" gevolgd door een letter "E" daarentegen dient het 5 versmalde deel van de drager van de letter "A" tegen de zijde van de drager van de letter "E" aangelegd te worden, waarbij dan het verbrede deel van de drager van de letter "A" over de drager van de letter "E" wordt geplakt.

10 7901511

Claims (11)

1. Werkwijze voor het in een gewenst patroon aanbrengen van zelfklevende symbolen op een ondergrond, waarbij eerst de symbolen in het gewenste patroon op een opplakvel worden gerangschikt en vervolgens met behulp van een over de symbolen aangebrachte plakstrook, waarvan de adhesie tot de symbolen kleiner dan die tussen de symbolen en de ondergrond is, opgenomen, en op de ondergrond geplakt worden, waarna de plakstrook verwijderd wordt, met het kenmerk, dat elk symbool tijdelijk op een eigen drager is geplakt, de drager aan het opplakvel hecht en de adhesie tussen de drager en het opplakvel groter dan die tussen het symbool en de drager is.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het opplakvel van een kleeflaag is voorzien.

3. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de drager aan de onderzijde van een kleeflaag is voorzien.

4. Werkwijze volgens conclusies 1-3, met het kenmerk, dat op het opplakvel een aanslagstrook voor dragers is aangebracht.

5. Werkwijze volgens conclusies 1-4, met het kenmerk, dat de naar de drager gerichte zijde van het opplakvel een van de bovenzijde van de drager verschillende kleur vertoont.

6. Werkwijze volgens conclusies 1-5, met het kenmerk, dat de omtreksvorm van de dragers in afhankelijkheid vari het daardoor gedragen symbool is gekozen.

7. Opplakvel ten gebruike bij de werkwijze volgens conclusies 1-2 en 4-6, met het kenmerk, dat het aan de bovenzijde is voorzien van een kleeflaag. 7901511 7 *

9. Drager met symbool ten gebruike bij de werkwijze volgens conclusies 1-6, met het kenmerk, dat de naar het symbool gekeerde zijde bedekt is met een lijmafstotende laag.

10. Drager met symbool ten gebruike bij de werkwijze volgens conclusies 1 en 3, met het kenmerk, dat de drager aan de van het symbool afgekeerde zijde een lijmlaag draagt.

11. Drager volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de lijmlaag een verwijderbare schutlaag draagt.

12. Drager volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de vorm van de buitenomtrek afhankelijk van het gedragen symbool gekozen is. 13.Schutvel bedekt met dragers volgens conclusie 10. 14.0pplakvel volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat het aan de bovenzijde op de kleeflaag een verwijderbaar schutvel draagt. 7901511