NL7900368A - Inrichting voor het transport van open vouwdozen. - Google Patents

Description

* P & c W 5403-2 Ned.

Sundpacma Aktiebolag te Malmö, Zweden Inrichting voor het transport van open vouwdozen.

De uitvinding heeft in het algemeen betrekking op verpakkingsmachines en in het bijzonder op een inrichting aan een verpakkingsmachine voor het verpakken van goederen in zogenaamde vouwdozen, speciaal voor het mechanisch brengen van de goederen in de dozen.

5 Een vouwdoos van het genoemde type kan worden vervaardigd van karton of een willekeurig ander materiaal en heeft tenminste aan de bodem twee paar sluitflappen, welke uitsteken in twee onderling loodrechte richtingen. De sluitflappen maken het sluiten vein de vouwdoos aan de bodem respectievelijk aan de bovenzijde mogelijk. Het sluiten vindt zodanig 10 plaats dat twee tegenover elkaar liggende flappen naar binnen worden gevouwen, waarna de beide andere tegenover elkaar liggende flappen over de eerste flappen naar binnen worden gevouwen en worden bevestigd in hun gevouwen stand door middel van nieten, plakstroken of soortgelijke middelen.

Bij bekende verpakkingsmachines, waarbij de goederen worden 15 verzameld in eenheden welke moeten worden verpakt in vouwdozen, worden de vouwdozen in het algemeen opgericht en de bodems daarvan gesloten als afzonderlijke bewerking voordat de dozen de machine binnengaan, waarna de eenheden van goederen in de vouwdozen worden gebracht. Na het inbrenger van de goederen worden de vouwdozen met de goederen overgebracht naar een 20 volgens station voor het sluiten en afdichten van de bovenzijde van de doos.

De bekende methode heeft enkele nadelen. Het sluiten van de bodem van de doos en het daarna brengen van de doos in de verpakkingslijn omvat werkzaamheden welke vaak met de hand worden gedaan en die daardoor 25 een vertraging kunnen veroorzaken van de continue werking van de ver pakkingsmachine. Daar de vouwdoos noodzakelijk moet worden gesloten aan de bovenzijde nadat de goederen erin zijn gebracht zou het van voordeel zijn wanneer zowel het sluiten van de bodem en het sluiten van de bovenzijde in een enkele handeling konden worden gedaan. Bij het mechanische transport 30 van de aan de bodem gesloten dozen moeten de te verpakken goederen hetzij van bovenaf in de doos worden gebracht terwijl deze vertikaal staat, of de doos moet worden gezwenkt zodat de goederen met een horizontale beweging in de doos kunnen worden geduwd. In het eerste geval moet de machine worden voorzien van een ingewikkelde en dure hefinrichting en van transport- 7900358 -2- 2 y organen voor de te verpakken goederen, welke organen kunnen uitvallen of de goederen kunnen beschadigen- In het tweede geval moeten de transport-organen voor de vouwdoos zijn voorzien van stangen, klemmen of dergelijke organen die de doos tijdens het zwenken vastgeklemd houden zodat de doos 5 de zwenkorganen niet verlaat en op de juiste plaats terechtkomt vóór de te verpakken goederen. Dergelijke stangen, klemmen of dergelijke organen kunnen het inbrengen van de goederen in de doos bemoeilijken en vaak moeten deze organen beweegbaar zijn door middel van geleidingsnokken of dergelijke elementen zodanig dat de vouwdoos wordt vastgeklemd terwijl 10 hij wordt gezwenkt. In de beide gevallen zijn de transportorganen vrij duur en ingewikkeld en kunnen zij gemakkelijk storingen in de werking veroorzaken.

De basis van de uitvinding is daarom het probleem van het verschaffen van een inrichting voor het transporteren van vouwdozen, in 15 het bijzonder in verband met het vullen van de dozen met goederen welke worden vervaardigd en/of verzameld in een lijn welke rechtstreeks is verbonden met de transportinrichting voor vouwdozen. Een belangrijk kenmerk van de uitvinding is dat de inrichting zodanig is uitgevoerd dat de vouwdoos wordt getransporteerd terwijl deze nog niet is afgedicht, zowel 20 aan de bovenzijde als aan de onderzijde, en dat de organen voor het geleiden en vasthouden van de vouwdoos tijdens het transport vast zijn en de vouwdoos vasthouden en geleiden door middel van delen van de vouwdoos zelf, in het bijzonder de sluitflappen en de zijkanten van de doos. De inrichting is zodanig gevormd dat de vouwdoos wordt vastgehouden zonder 25 stangen of andere organen aan of nabij de bovenzijde van de doos, welke organen het inbrengen van de goederen in de doos zouden bemoeilijken, en zonder de werking van beweegbare delen die via nokken de vouwdoos vastklemmen, zoals bij sommige van de bekende inrichting. De inrichting, volgens de uitvinding kan afzonderlijk worden gebruikt overal waar vouwdozen moeten 30 worden getransporteerd of andere dozen met twee paren sluitflappen aan de bodem, en de inrichting kan bij voorkeur worden toegepast als aanvullings-eenheid voor reeds aanwezige verpakkingsmachines, waardoor een geheel gemechaniseerd of automatisch transport bij deze machines plaatsvindt.

De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de 35 hand van de tekening, waarin een uitvoeringsvoorbeeld van de inrichting volgens de uitvinding is weergegeven.

7900368 -3- % 3

Fig. 1 is een aanzicht in perspectief van een vouwdoos van het type waarvoor de inrichting volgens de uitvinding is bestemd en in de stand vóór het transport.

Fig. 2 toont schematisch een zijaanzicht van de inrichting.

5 Fig. 3 is een bovenaanzicht van de inrichting.

Fig. 4 toont schematisch de werking van de inrichting.

Fig. 5 toont in doorsnede een deel van de inrichting voordat de goederen in de doos zijn geplaatst.

Fig. 6 komt overeen met fig. 5 maar nadat de goederen in de 10 doos zijn geplaatst.

De doos volgens fig. 1 kan zijn vervaardigd van karton of een ander geschikt materiaal, door uitstansen uit een vlakke plaat van een plano dat in buisvorm wordt gevouwen en in deze stand wordt gehouden door middel van nieten 1, lijm of dergelijke middelen. Tenminste aan de 15 bodem, maar bij voorkeur ook aan de bovenzijde, is de vouwdoos voorzien van twee paar sluitflappen, namelijk binnenflappen 3 en buitenflappen 4.

De flappen worden gebruikt voor het transport van de vouwdoos doordat de doos wordt gesteund door de binnenflappen en de onderranden van de zijkanten, terwijl de buitenflappen de doos zodanig vasthouden dat deze 20 niet naar omhoog kan worden bewogen. Dit wordt hieronder nader verklaard.

De inrichting, welke schematisch in fig. 2 en 3 is weergegeven, bestaat in hoofdzaak uit een machine 5 voor de fabricage van of het verzamelen van produkten of een groep produkten, welke moeten worden verpakt in een vouwdoos 2 of dergelijke doos. Met deze verpakkingsmachine is de 25 inrichting 6 volgens de uitvinding voor het transport van de vouwdozen 2 verbonden.

De machine 5 kan van een bekend type zijn, waarin een produkt of groep van produkten worden toegevoerd op een transporteur in de richting van de pijl 7, langs een tast- of stoporgaan 8 en worden verzameld in een 30 stand waarin zij kunnen worden gebracht in een doos. Een drukorgaan 10 is aangebracht voor het drukken van het produkt 9 of de groep produkten in de doos, waarbij het drukorgaan na een bepaald tijdsverloop het produkt 9 naar opzij drukt, in de voorbereide doos.

De transportinrichting 6 kan stationair zijn gemonteerd, waar-35 bij de verpakkingsmachine bij voorkeur is voorzien van organen voor het bewegen van de goederen van bovenaf in de doos, of het inbrengen van

7 9 0 0 3 S S

-4- 4 bovenaf van de goederen met de hand kan worden gedaan. Bij voorkeur echter is het transportorgaan 6 roteerbaar in een vertikaal vlak waardoor een voorbereide doos omhoog wordt bewogen door een zwenkbeweging naar de stand voor het opnemen van het produkt. In het weergegeven geval bestaat 5 het transportorgaan uit een wieg 11 in de vorm van een langwerpige U-vormige balk die aan de bovenzijde open is en is gemonteerd op een steun van Z-vormige gedaante, welke steun roteerbaar is gemonteerd om een as 13, welke horizontaal verloopt, evenwijdig aan de verpakkingsmachine 5. De wieg 11 kan bestaan uit twee L-profielen, welke tegenover elkaar zijn 10 aangebracht en instelbaar zijn ter aanpassing aan dozen met verschillende breedte, terwijl de L-profielen zodanige hoogte hebben dat zij een zijdelingse steun geven voor tenminste een deel van de zijkanten van de doos, echter zodanig dat dozen van verschillende hoogte kunnen worden getransporteerd. Aan de vertikale zijden is de wieg voorzien van rollen 14 of dergelijke 15 geleidingsorganen, waarop de gevulde doos kan bewegen en door middel waarvan de doos gemakkelijk kan worden gebracht van het toevoereinde 15 naar het afvoereinde 16. Het toevoereinde is bij voorkeur verbonden met een niet-weergegeven opzetinrichting voor de dozen en het afvoereinde is bij voorkeur rechtstreeks verbonden met niet-weergegeven organen voor 20 het af dichten of dichtplakken van de doos. Langs de wieg 11 verloopt een geleidings- en grendelstang 17 welke is gemonteerd aan en bevestigd aan de bodem van de wieg of aan de steun 12. De stang 17 omvat een vertikale steunplaat 18 en twee horizontale grendelstangen 19, 20, welke op een afstand boven elkaar zijn aangebracht en van de bodem van de wieg. De 25 onderste grendelstang 19 is iets smaller dan de bovenste grendelstang 20 teneinde het inbrengen te vergemakkelijken van de buitenflappen 4 van de doos tussen de beidé stangen 19, 20. Het bovenvlak van de bovenste grendelstang 20 ligt op dezelfde hoogte als de bovenzijde van de rollen 14.

Zoals het beste blijkt uit fig. 5 wordt de ledige vouwdoos 2 30 geschoven van het toevoereinde 15 in de transportinrichting met de buiten flappen 4 van de bodem gelegen tussen de beide horizontale grendelstangen 19, 20. De onderste stang 19 belet daarbij dat de flappen 4 naar omlaag zwenken, waardoor de doos 2 zou vrijkomen, en de bovenste grendelstang 20 houdt de doos vast in de wieg 11 door de aanraking tussen de grendelstang 35 20 en de bovenvlakken van de flappen 4. Afhankelijk van de verende werking tussen de flappen en de zijkanten van de doos blijft de doos op een hoogte 7900358 -5-

Claims (9)

15 De aandrijfinrichting 21 voor het zwenken van de doos is bij voorkeur gesynchroniseerd met organen in de verpakkingsmachine 5 en met organen in de niet-weergegeven inrichting voor het oprichten van de dozen, zodat de produkten continu worden getransporteerd. Zoals hierboven reeds is gezegd kan de wieg stilstaan of zwenkbaar zijn en de rotatie ervan kan 20 plaatsvinden over elke hoek tussen 0 en 90°.

1. Transportinrichting voor open vouwdozen van het type voorzien van twee paar sluitflappen, tenminste aan de bodem daarvan, welke inrichting 25 in het bijzonder dient voor het zwenken van de vouwdoos van een normaal horizontale stand naar een stand onder een hoek met het horizontale vlak, met het kenmerk dat de inrichting is voorzien van een wiegvormige stem (11) in de vorm van een U-vormige balk met open boveneinde, welke balk tevens open is aan de beide einden en aan de onderzijde is voorzien van 30 een geleidings- en grendelstang (17) welke in het midden van de balk verloopt in de langsrichting ervan, welke grendelstang door samenwerking met tenminste ëên paar (4) van de flappen aan de bodem van de vouwdoos (2) deze doos vasthoudt tegen beweging naar omhoog in de wieg 11 en tegelijk de stang 17 een langsbeweging toelaat van de vouwdoos in de wieg 11.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de wieg (1) is gemonteerd op een steun (12) welke zwenkbaar is om een horizontale 7900338 -6- as (13) en bij voorkeur rechtstreeks is verbonden met een machine (5) voor het transporteren van te verpakken produkten (9).

3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat de geleidings- en grendelstang (17) bestaat uit een steunplaat (18), 5 welke loodrecht omhoog steekt van de bodem van de wieg (11) en twee grendelstangen (19, 20) draagt, op verschillende hoogten, boven elkaar en loodrecht op de steunplaat (18), zodanig dat de samenwerkende flappen (4) van de vouwdoos (2) kunnen worden gebracht en bewogen in het gebied tussen de beide horizontale grendelstangen (19, 20),

4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk dat de onderste grendelstang (19) smaller is dan de bovenste grendelstang (20).

5. Inrichting volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk dat de stang (17) aan beide einden open is zodanig dat een vouwdoos (2) geheel door de wieg (11) en de stang (17) kan worden bewogen.

6. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de wieg (11) bestaat uit twee langwerpige delen welke in dwarsrichting instelbaar zijn ter aanpassing aan verschillende maten van de vouwdozen.

7. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het 20 kenmerk dat de zijkanten van de wieg (11) geleidingen of rollen (14) draagt waarover een gevulde vouwdoos gemakkelijk in de langsrichting van de wieg beweegbaar is.

8. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de wieg stationair is of zwenkbaar over een willekeurige hoek 25 tot 90° van de begins tand, waarin de wieg een ongevulde vouwdoos kan opnemen en een gevulde vouwdoos kan afgeven.

9. Inrichting volgens één der conclusies 2-8, met het kenmerk dat de wieg (11) is bevestigd aan een Z-vormige steun (12) welke zwenkbaar is om een horizontale as (13) en bedienbaar door een zuiger-cilindereenheid 30 (21), waardoor de steun (11) beweegbaar is van een aanvankelijk horizontale stand voor het opnemen van een lege vouwdoos en het afgeven van een gevulde vouwdoos, naar een in hoofdzaak vertikale stand, waarin de open bovenzijde van de vouwdoos is gelegen tegenover de te verpakken goederen (9) zodanig dat deze goederen rechtstreeks in de vouwdoos kunnen worden gedrukt. 7900368 '