NL7810768A - CONTROL DEVICE FOR FLUID FLOW. - Google Patents

CONTROL DEVICE FOR FLUID FLOW. Download PDF

Info

Publication number
NL7810768A
NL7810768A NL7810768A NL7810768A NL7810768A NL 7810768 A NL7810768 A NL 7810768A NL 7810768 A NL7810768 A NL 7810768A NL 7810768 A NL7810768 A NL 7810768A NL 7810768 A NL7810768 A NL 7810768A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
control device
reservoir
fluid
port
valve
Prior art date
Application number
NL7810768A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Sabco Ltd
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Sabco Ltd filed Critical Sabco Ltd
Publication of NL7810768A publication Critical patent/NL7810768A/en

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G05CONTROLLING; REGULATING
    • G05DSYSTEMS FOR CONTROLLING OR REGULATING NON-ELECTRIC VARIABLES
    • G05D16/00Control of fluid pressure
    • G05D16/04Control of fluid pressure without auxiliary power
    • G05D16/06Control of fluid pressure without auxiliary power the sensing element being a flexible membrane, yielding to pressure, e.g. diaphragm, bellows, capsule
    • G05D16/063Control of fluid pressure without auxiliary power the sensing element being a flexible membrane, yielding to pressure, e.g. diaphragm, bellows, capsule the sensing element being a membrane
    • G05D16/0644Control of fluid pressure without auxiliary power the sensing element being a flexible membrane, yielding to pressure, e.g. diaphragm, bellows, capsule the sensing element being a membrane the membrane acting directly on the obturator
    • G05D16/0655Control of fluid pressure without auxiliary power the sensing element being a flexible membrane, yielding to pressure, e.g. diaphragm, bellows, capsule the sensing element being a membrane the membrane acting directly on the obturator using one spring-loaded membrane
    • G05D16/0661Control of fluid pressure without auxiliary power the sensing element being a flexible membrane, yielding to pressure, e.g. diaphragm, bellows, capsule the sensing element being a membrane the membrane acting directly on the obturator using one spring-loaded membrane characterised by the loading mechanisms of the membrane
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16KVALVES; TAPS; COCKS; ACTUATING-FLOATS; DEVICES FOR VENTING OR AERATING
    • F16K21/00Fluid-delivery valves, e.g. self-closing valves
    • F16K21/04Self-closing valves, i.e. closing automatically after operation
    • F16K21/16Self-closing valves, i.e. closing automatically after operation closing after a predetermined quantity of fluid has been delivered

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Fluid Mechanics (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Automation & Control Theory (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Fluid-Driven Valves (AREA)
  • Fire-Extinguishing By Fire Departments, And Fire-Extinguishing Equipment And Control Thereof (AREA)
  • Valves And Accessory Devices For Braking Systems (AREA)
  • Control Of Fluid Pressure (AREA)
  • Self-Closing Valves And Venting Or Aerating Valves (AREA)

Description

' > * . .........'> *. .........

cc

-1- 20291/cv/MvdG-1- 20291 / CV / MvdG

Aanvrager: Sabco Limited te Albert Park, Australië Korte aanduiding: Regelinrichting voor fluïdumstroming 5 De uitvinding heeft betrekking op een regelinrichting voor fluïdum stroming welke kan wórden gebruikt voor het beëindigen van de stroming van fluïdum na een bepaald tijdsinterval.Verder zal het duidelijk zijn, dat onderhevig aan andere omstandigheden,zoals een althans in hoofdzaak gelijkmatige druk stromingsduut en hoeveelheid fluïdum synoniem zijn.Applicant: Sabco Limited of Albert Park, Australia. The invention relates to a fluid flow control device which can be used to terminate fluid flow after a certain time interval. It will be further understood that subject to other conditions, such as an at least substantially uniform pressure flow rate and amount of fluid are synonymous.

10 Er zijn uiteraard een oneindig aantal toepassingen voor regelin richtingen voor fluïdumstromingeh en ofschoon-in de hieronder volgende beschrijving in het bijzonder wofdt verwezen naar het gebruik van de inrichting voor het regelen van de stroming van water op huishoudelijk gebied en op landbouwkundig gebied is de uitvinding uiteraard niet be-15 perkt tot fluïdum in de vorm van water of de specifiek genoemde toepassingen.There are, of course, an infinite number of applications for fluid flow control devices, and although the following description refers in particular to the use of the water flow control device in the domestic and agricultural fields, the invention is obviously not limited to fluid in the form of water or the specific applications mentioned.

De bekende regelinrichtingen voor vloeistofstroming vallen in principe in twee groepen uiteen waarbij de eerste groep de groep is voorzien van een elektrisch of mechanisch timing mechanisme dat de stroming 20 toestaat gedurende een vooraf behaalde tijd welke wordt geregeld door het timing mechanisme.In de andere groep wordt vloeistof afgetapt van de hoofdvloeistofstroom door een geregelde opening in een kamer waarbij de werkperiode van de inrichting wordt geregeld in overeenstemming met de hoeveelheid vloeistof in de kamer.Het zal duidelijk zijn,dat de tijd, 25 die benodigd wordt opdat(de vereiste hoeveelheid vloeistof de kamer binnentreedt afhankelijk is van de grootte van de kamer en de snelheid waarmede de vloeistof vanuit de hoofdstroom in de kamer kan stromen.The known liquid flow control devices basically fall into two groups, the first group comprising an electric or mechanical timing mechanism which allows flow 20 to be controlled for a predetermined time which is controlled by the timing mechanism. liquid drained from the main liquid flow through a controlled opening in a chamber whereby the operating period of the device is controlled according to the amount of liquid in the chamber. It will be appreciated that the time required for (the required amount of liquid to entering the chamber depends on the size of the chamber and the rate at which the liquid can flow from the main stream into the chamber.

’ -· ... «- · ... «

De huidige uitvinding heeft betrekking op een regelinrichting van het laatstgenoemde type en let oogmerk van de uitvinding is het verkrijgen 30 van een dergelijke inrichting die betrouwbaarder in zijn werking is dan de momenteel bekende inrichtingen van dit type en welke geschikt is voor een snelle en goedkope vervaardiging.The present invention relates to a control device of the latter type and the object of the invention is to obtain such a device which is more reliable in operation than the currently known devices of this type and which is suitable for a quick and cheap production .

Met deze oogmerken in gedachte is er voorzien in een regelinrichting voor fluïdumstroming voorzien van een lichaam met inlaat en uitlaat-35 poorten en een hoofdleiding welke een doortocht vormt voor fluïdum van de inlaat naar de uitlaatpart, een hoófdkleporgaan dat in werking te stellen is voor het onderbreken van de fluïdumstroomverbinding tussen de 78 1 07 68With these objects in mind, there is provided a fluid flow control device comprising a body with inlet and outlet ports and a main conduit which forms a passage for fluid from the inlet to the outlet section, a main valve member operable for interrupting the fluid flow connection between the 78 1 07 68

-2- 20291/CV/MvdG-2- 20291 / CV / MvdG

inlaat en de uitlaatpoorten, een fluïdumreservoir, instelbare aftap-middelen welke de hoofdleiding aan de inlaatzijde van het hoofdklep-orgaan in verbinding stellen met het reservoir voor het afleiden van een deel van het het lichaam binnentredende fluïdum in het reservoir, 5 middelen voor het in werking stellen van het hoofdkleporgaan in antwoord op de druk in het reservoir voor het onderbreken van de verbinding tussen de inlaat en de uitlaatpoort bij een bepaald drukverschil bestaande tussen de hoofdleiding en-het reservoir.inlet and outlet ports, a fluid reservoir, adjustable draining means connecting the main line on the inlet side of the main valve member to the reservoir for diverting part of the fluid entering the body into the reservoir, 5 means for entering operating the main valve member in response to the pressure in the reservoir to interrupt the connection between the inlet and the outlet port at a given pressure difference existing between the main line and the reservoir.

Doelmatig omvatten de middelen voor het in werking stellen van het 10 hoofdkleporgaan een diafragma, dat een wand van het reservoir vormt.Advantageously, the means for actuating the main valve member comprises a diaphragm which forms a wall of the reservoir.

Het diafragma en het hoofdkleporgaan zijn zodanig opgesteld,dat de buiging van het diafragma het hoofdkleporgaan zal bewegen tussen standen om de stroming door de uitlaatpoort toe te staan resp. te onderbreken.The diaphragm and the main valve member are arranged such that the bend of the diaphragm will move the main valve member between positions to allow flow through the exhaust port, respectively. to interrupt.

Bij voorkeur is een tweede leiding aangebracht, welke in verbinding staat 15 met de hoofdleiding via een omleidingspoort.Het hoofdkleporgaan werkt voor het'sluiten van de omleidingspoort indien de uitlaatpoort open is en vice versa.Preferably, a second conduit is provided which communicates with the main conduit through a bypass port. The main valve member acts to close the bypass port when the outlet port is open and vice versa.

Bij voorkeur is een luchtaftap aangebracht om het mogelijk te maken dat lucht in het reservoir ontsnapt indien het fluïdum binnentreedt en 20 lucht binnentreedt indien het reservoir wordt geledigd.Een luchtaftap-klepsamenstel kan zijn voorzien van een poort in de wand van het reservoir en een aftapkleporgaan opgesteld om de poort te sluiten indien het fluïdum in het reservoir een vooraf bepaald niveau bereikt en de poort te openen indien het fluïdum onder dit niveau daalt.Het is doelmatig, 25 dat het aftapkleporgaan naar de open stand wordt gedrongen en drijfvermo-gen bezit,zodat de neiging van het kleporgaan om te drijven op de stijgende vloeistof het sluiten van de poort zal bewerkstelligen.Het niveau van fluïdum in het reservoir waarbij de aftapklep sluit is bij voorkeur onder het niveau dat het reservoir met fluïdum vult.De keuze van een dergelijk 30 niveau resulteert daarin dat een hoeveelheid lucht wordt opgesloten in het reservoir,welke hoeveelheid lucht dan wordt samengedrukt indien verder fluïdum door de aftapklep binnentreedt.Dienovereenkomstig zal indien het diafragma doorbuigt voor het openen van het hoofdkleporgaan de lucht in het reservoir uitzetten.Ofschoon de druk op het diafragma zal afnemen 35 bij doorbuiging van het diafragma zal deze druk voldoend hoger blijven dan het geval zal zijn indien het reservoir met vloeistof zou zijn gevuld.Op 78 1 07 68Preferably, an air bleed is provided to allow air to escape into the reservoir as the fluid enters and air to enter when the reservoir is emptied. An air bleed valve assembly may include a port in the wall of the reservoir and a bleed valve member arranged to close the gate when the fluid in the reservoir reaches a predetermined level and open the gate if the fluid falls below this level. It is expedient that the bleed valve member is forced to the open position and has buoyancy, so that the tendency of the valve member to float on the rising fluid will cause the port to close. The level of fluid in the reservoir at which the bleed valve closes is preferably below the level that the reservoir fills with fluid. The choice of such The level results in an amount of air being trapped in the reservoir, which amount of air then being compressed If further fluid enters through the bleed valve. Accordingly, if the diaphragm deflects before opening the main valve member, the air in the reservoir will expand. Although the pressure on the diaphragm will decrease upon deflection of the diaphragm, this pressure will remain sufficiently higher than the case. will be if the reservoir were filled with liquid. On 78 1 07 68

-3- 20291/CV/MvdG-3- 20291 / CV / MvdG

deze wijze wordt een rustiger sluiten van het hoofdkleporgaan verkregen en in het bijzonder een "hamerwerking" door het kleporgaan vermeden.in this way, a quieter closing of the main valve member is obtained and, in particular, a "hammer action" by the valve member is avoided.

Verder is gebleken,dat een beperking van de luchtaftapklep voor het handhaven van een tegendruk in het reservoir gedurende de intrede van 5 fluïdum door de aftapklep bijdraagt in de regeling van de fluïdumstroming in het reservoir,in het bijzonder indien de stromingssnelheid klein is.It has further been found that a restriction of the air bleed valve to maintain a back pressure into the reservoir during the entry of fluid through the bleed valve contributes to the control of the fluid flow in the reservoir, especially if the flow rate is small.

Tussen iedere werkingskringloop van de regelinrichting is het noodzakelijk het fluïdum uit het reservoir af té voeren,zodat eerst de uit-laatpoort wordt geopend en ten tweede fluïdum weer kan worden ingelaten 10 in het reservoir voor het bepalen van de stromingsperiode door de uit-laatpoort.Het aftappen van het reservoir wordt verkregen door het aanbrengen van een stortklep in het onderste gedeelte van het reservoir, zodat indien de stortklep open is het fluïdum onder invloed van de zwaartekracht wordt afgevoerd waardoor het reservoir wordt geledigd.De stort-15 klep is bij voorkeur automatisch in werking om te worden gesloten door middelen,die reageren op de druk in de hoofdleiding,die een bepaalde waarde overschrijdt en om te openen indien de druk onder die waarde daalt.Dit kan worden verkregen doordat de stortklep in werking wordt gesteld met behulp van een diafragma,dat wordt onderworpen aan de druk in de hoofdlei-20 ding.Between each operating cycle of the controller, it is necessary to drain the fluid from the reservoir so that first the outlet port is opened and second, fluid can be returned to the reservoir to determine the flow period through the outlet port. Draining the reservoir is accomplished by providing a dump valve in the bottom portion of the reservoir, so that if the dump valve is open, the fluid is drained under gravity to empty the reservoir. The dump valve is preferably automatically actuated to be closed by means responsive to the pressure in the main pipe exceeding a certain value and to open if the pressure drops below that value This can be obtained by actuating the dump valve by means of a diaphragm, which is subjected to the pressure in the main line.

In een alternatieve constructie kan het diafragma de vorm hebben van een bekleding van flexibel materiaal,afgedicht om de omtrek van het reservoir en gevormd overeenkomend met het inwendige van het reservoir.Het fluïdum,dat wordt afgetapt uit de hoofdleiding treedt het reservoir 25 binnen tussen de wand van het reservoir en de flexibele bekleding.Indien het reservoir wordt gevuld met vloeistof stijgt de bekleding op het fluïdum in vouwen of plooien totdat een deel van de bekleding een tussenvlak vormt tussen het fluïdum en een bedieningskop op een steel van de hoofdklep.De druk van het fluïdum in het reservoir wordt zodoende aangebracht op de 30 hoofdklep om deze te bewegen voor het sluiten van de uitlaatpoort.In an alternative construction, the diaphragm may be in the form of a coating of flexible material, sealed around the circumference of the reservoir and shaped to correspond to the interior of the reservoir. The fluid, which is drained from the main line, enters the reservoir 25 between the wall of the reservoir and the flexible cladding. If the reservoir is filled with liquid, the cladding on the fluid rises in folds or pleats until a portion of the cladding forms an interface between the fluid and an actuating head on a stem of the main valve. Thus, the fluid in the reservoir is applied to the main valve to move it to close the outlet port.

Het instelbare aftaporgaan kan een van een groot aantal vormen van een instelbare klep geschikt voor kleine stromingen bezitten.De instelbare klep kan een eenvoudige taps verlopende naald zijn,die is opgesteld in een poort met of zonder een daarmee samenhingend capillair voor het verkrijgen van 35 een viskeuze weerstand.Alternatief kan een klep van het schroeftype worden gebruikt waarbij het fluïdum beweegt langs een schroeflijnvormige baan waarvan de effectieve lengte en/of dwarsdoorsnede kan worden gevarieerd voor het 78 1 07 68The adjustable tap can be any of a variety of small flow adjustable valves. The adjustable valve can be a simple tapered needle disposed in a port with or without an associated capillary to provide a viscous resistance.Alternatively, a screw-type valve may be used in which the fluid moves along a helical path whose effective length and / or cross section can be varied for the 78 1 07 68

-4- 20291/CV/MvdG-4- 20291 / CV / MvdG

instellen van de stroming door het variëren van de viskeuze weerstand.setting the flow by varying the viscous resistance.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van enige in bijgaande figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeelden van de constructie volgens de uitvinding.The invention will be explained in more detail below with reference to some exemplary embodiments of the construction according to the invention shown in the accompanying figures.

5 Figuur 1 toont een bovenaanzicht op een regelinrichting volgens de uitvinding.Figure 1 shows a top view of a control device according to the invention.

Figuur 2 toont op grotere schaal een doorsnede over de in figuur 1 af* geheelde regelinrichting gezien volgens de lijn 2-2 in figuur 1.Figure 2 shows a larger-scale cross-section of the control device shown in Figure 1, seen along the line 2-2 in Figure 1.

Figuur 3 toont op grotere schaal een deel van de in figuur 1 weergeef) geven inrichting in doorsnede,gezien volgens de lijn 3-3 in figuur 1.Figure 3 shows on a larger scale part of the device shown in Figure 1 in section, seen along the line 3-3 in Figure 1.

Figuur 4 toont een bovenaanzicht op een tweede uitvoeringsvoorbeeld van een regelinrichting volgens de uitvinding.Figure 4 shows a top view of a second exemplary embodiment of a control device according to the invention.

Figuur 5 toont op grotere schaal een doorsnede over figuur 4,gezien volgens de lijn 5-5 in figuur 4.Figure 5 shows a larger section of figure 4, seen along the line 5-5 in figure 4.

15 Figuur 6 toont op grotere schaal een deel van de in figuur 4 weergegeven inrichting gezien volgens de lijn 6-6 in figuur 4.Figure 6 shows on a larger scale a part of the device shown in figure 4, seen along the line 6-6 in figure 4.

Figuur 7 toont op grotere schaal een doorsnede over een deel van figuur 6,gezien volgens de lijn 7-7 in figuur 6.Figure 7 is a larger-scale sectional view of part of Figure 6, taken along line 7-7 in Figure 6.

De in de figuren weergegeven regelinrichting is vervaardigd om te worden 2o gebruikt bij het regelen van de stroming van water,in het bijzonder in toepassingen zoals voor het vochtig houden van tuinen en een aantal van de inrichtingen kunnen in serie zijn verbonden om opeenvolgend te werken te beginnen met de het dichtstbij de waterbron gelegen inrichting.The control device shown in the figures is manufactured to be used in controlling the flow of water, particularly in applications such as for keeping gardens moist and some of the devices may be connected in series to work sequentially start with the establishment nearest to the water source.

De in de figuren 1-3 weergegeven regelinrichting omvat een lichaam 10 25 met een inlaatpoort 11 en een uitlaatpoort 12 evenals een aan het lichaam 10 bevestigd reservoir 13,waarbij de omtrek van een diafragma 14 tussen het reservoir en het lichaam is geklemd.The control device shown in Figures 1-3 includes a body 10 with an inlet port 11 and an outlet port 12 as well as a reservoir 13 attached to the body 10, the periphery of a diaphragm 14 clamped between the reservoir and the body.

De inlaatpoort 11 staat in verbinding met de uitlaatpoort 12 via een doortocht 15 en een kamer 16.Een afsluitklep 17,die is gelegen in de kamer 30 16,kan afdichtend samenwerken met een uitlaatklepzitting 18 of een om- leidingsklepzitting 19,zoals hieronder nader zal worden uiteengezet.Een omleidingskamer 20 staat in verbinding met een doortocht 21 en een omlei-dingspoort 22.De omleidingspoort kan een verbinding vormen met een andere regelinrichting of met hulpuitrusting,of indien de regelinrichting alleen 35 wordt gebruikt zal de omleidingspoort 22 met behulp van een niet nader weergegeven geschikt deksel zijn afgesloten.The inlet port 11 communicates with the outlet port 12 through a passage 15 and a chamber 16. A shutoff valve 17 located in the chamber 30 16 may cooperate sealingly with an outlet valve seat 18 or a bypass valve seat 19, as will be further described below. A diversion chamber 20 communicates with a passage 21 and a diversion port 22. The diversion port may connect to another control device or auxiliary equipment, or if the control device 35 is used alone, the diversion port 22 will be suitable lid (not shown) are closed.

78 1 07 68 V·''I-'-: . . . ·78 1 07 68 V '' I -'-:. . . ·

. < -ΐ -.¾ '-ïirMrW. <-ΐ -.¾ '-ïirMrW

ee

-5“ 20291/CV/MvdG-5 “20291 / CV / MvdG

Een ringvormig uitgevoerde filterkamer 25 staat in verbinding met de doortocht 15 via een filterdoortocht 26 en bevat een filterelement 25a.An annular filter chamber 25 communicates with the passage 15 through a filter passage 26 and contains a filter element 25a.

De filterkamer 25 wordt gevormd door complementaire bovenste en onderste secties 30 en 31,die ieder zijn voorzien van een buitenste omtreksflens 5 32 resp. 33.De bovenste en onderste secties van de filterkamer zijn uit gevoerd met in elkaar passende schouders en uitsparingen in de gebieden 34 en 34a,zodat indien de secties worden samengebouwd in een coaxiale verhouding met elkaar en met het lichaam 10 en het reservoir 13 de uitsparingen en schouders in de gebieden 34 en 34a afdichtingen vormen tus-10 sen de bovenste en onderste secties 30 en 31 voor het zodoende vormen van de continue ringvormig uitgevoerde filterkamer 25.Het filterelement 25a is eveneens ringvormig uitgevoerd en He binnenste en buitenste randgebieden daarvan worden vastgehouden tussen de in elkaar passende uitsparingen en schouders in de gebieden 34 en 34a.Het filterdement 25a wordt f5 zodoende doelmatig in zijn stand vastgehouden ten einde de filterkamer in een ongefilterd en gefilterd gebied te verdelen.Het grijpen van het filter tussen de uitsparingen en schouders kan ook bijdragen in het verkrijgen van de noodzakelijke afdichting tussen de bovenste en onderste secties 30 en 31 van de filterkaraers.The filter chamber 25 is formed by complementary top and bottom sections 30 and 31, each of which is provided with an outer peripheral flange 32 and 32, respectively. 33. The top and bottom sections of the filter chamber are formed with mating shoulders and recesses in areas 34 and 34a so that when the sections are assembled in a coaxial relationship with each other and with the body 10 and reservoir 13, the recesses and shoulders in regions 34 and 34a form seals between the upper and lower sections 30 and 31 to form the continuous annular filter chamber 25. The filter element 25a is also annular and the inner and outer peripheral regions thereof are retained between the mating recesses and shoulders in regions 34 and 34a. The filter element 25a is thus effectively retained in position f5 to divide the filter chamber into an unfiltered and filtered area. Grasping the filter between the recesses and shoulders may also contribute in obtaining the necessary seal between the top and bottom sections s 30 and 31 of the filter cartridges.

20 De filterdoortocht 26 in het lichaam 10 ligt in lijn met een doortöcht 26a in de bovenste sectie 30 van de filterkamer om een waterstroming vanuit de doortocht 15 in de filterkamer 25 bovenetrooms van het filterelement 25a mogelijk te maken.Een 0-ring is aangebracht om de omtrek van de doortocht 26 voor het verkrijgen van een afdichting tussen het lichaam 25 10 en de bovenste sectie van de filterkamer indien de regelinrichting is samengebouwd.The filter passage 26 in the body 10 is aligned with a passage 26a in the top section 30 of the filter chamber to allow water flow from the passage 15 into the filter chamber 25 upper rooms of the filter element 25a. An O-ring is provided to the circumference of the passageway 26 to provide a seal between the body 25 and the top section of the filter chamber when the control device is assembled.

Een continue cirkelvormige of ringvormige leiding 35 is gevormd tussen de flenzen 32 en 33 van de bovenste en onderste secties 30 en 31 van de filterkamer en staat in verbinding met het inwendige van de filter-30 kamer aan de benedenstroomse zijde van het filterelement via een aantal aan de omtrek aangebrachte op afstand van elkaar gelegen poorten 36,die zijn aangebracht in de onderste sectie 31 van de filterkamer.De vloeistof- • * stroomregeldoortocht 27 wordt gevormd door in lijn liggende doortochten in het reservoir 13,de bovenste en onderste flenzen 32 en 33 van de fil-35 tersecties,het lichaam 10 en de tussen deze bestanddelen gelegen pakkingen en het diafragma.Dit blijkt duidelijk uit figuur 3.A continuous circular or annular conduit 35 is formed between the flanges 32 and 33 of the top and bottom sections 30 and 31 of the filter chamber and communicates with the interior of the filter 30 chamber on the downstream side of the filter element via a plurality of circumferentially spaced ports 36 disposed in the lower section 31 of the filter chamber. The fluid flow control passage 27 is formed by aligned passages in the reservoir 13, the top and bottom flanges 32, and 33 of the filter sections, the body 10 and the gaskets between these components and the diaphragm, this is clearly shown in Figure 3.

78 1 07 6878 1 07 68

-6- 20291/CV/MvdG-6- 20291 / CV / MvdG

Het ondereinde van de regeldoortocht 27 staat via een leiding 27a in verbinding met het inwendige 29 van het reservoir en staat verder in verbinding met de ringvormige doortocht 35 door een onderbreking in de tussen de flenzen 32 en 33 gelegen pakking. Een regelschroef 5 28 is geschroefd in een boring 28a in het lichaam 10,zodat de stand van het taps verlopende eindgedeelte 28b van de regelschroef in axiale richting kan worden versteld in de regeldoortocht 27 voor het variëren van de stromingswaarde van vloeistof van de filterkamer 25 in het reservoir.Het O-ring-afdichtsamenstel 28c is op de regelschroef 28 10 aangebracht om ontsnapping van water door het bovenvlak van het lichaam 10 te voorkomen.The lower end of the control passage 27 communicates with the interior 29 of the reservoir through a conduit 27a and further communicates with the annular passage 35 through an interruption in the gasket located between the flanges 32 and 33. A control screw 28 is screwed into a bore 28a in the body 10, so that the position of the tapered end portion 28b of the control screw can be axially adjusted in the control passage 27 to vary the flow rate of liquid of the filter chamber 25 in The reservoir. The O-ring seal assembly 28c is mounted on the adjusting screw 28 10 to prevent water from escaping through the top surface of the body 10.

Een luchtaftapklepsamenstel 60 omvat een kleppoortorgaan 61,dat is aangebracht in de wand van het reservoir 13 en dat is voorzien van een poort 62,welke een verbinding tot stand brengt tussen het inwendige 15 van het reservoir 13 en de atmosfeer.Het kleporgaan 63 heeft de vorm van een vlotter,die wordt ondersteund op een veerkrachtig been 64,dat __ is bevestigd aan een deel van de wand van het reservoir 13.Een konisch eindgedeelte 63a van het kleporgaan 63 is axiaal in lijn' gelegen met de poort 62.De arm 64 staat zodanig onder voorspanning,dat het kleporgaan 20 normaal vrij is van de poort 62,indien het vloeistofniveau in het reservoir onder het niveau van de klep 63 is,zodat onder deze omstandigheden de poort 62 open zal zijn ten einde het mogelijk te maken,dat daardoorheen lucht beweegt.Indien het niveau van de vloeistof in het reservoir 13 stijgt zal het drijfvermogen van de klep 63 veroorzaken,dat het been 64 25 veerkrachtig verbuigt naar een meer omhoog gerichte stand,waardoor het konische eindgedeelte 63a van de klep zal bewegen voor het sluiten van de poort 62.Het zal duidelijk zijn,dat de klep 63 zal sluiten voordat het inwendige 29 van het reservoir geheel met vloeistof is gevuld en zodoende zal er een luchtlaag zijn opgesloten in het reservoir van welke luchtlaag 30 de werking hieronder nog nader zal worden uiteengezet.An air bleed valve assembly 60 includes a valve port member 61 mounted in the wall of the reservoir 13 and having a port 62 which establishes a connection between the interior of the reservoir 13 and the atmosphere. float shape supported on a resilient leg 64 secured to a portion of the wall of the reservoir 13. A conical end portion 63a of the valve member 63 is axially aligned with the port 62. 64 is biased such that valve member 20 is normally free from port 62 if the liquid level in the reservoir is below the level of valve 63, so that under these conditions port 62 will be open to allow, which moves air therethrough.If the level of the liquid in the reservoir 13 rises, the buoyancy of the valve 63 will cause the leg 64 to bend resiliently to a more upright position, causing it to The conical end portion 63a of the valve will move to close the port 62. It will be appreciated that the valve 63 will close before the interior 29 of the reservoir is completely filled with liquid and thus an air layer will be trapped in the reservoir of which air layer 30 the operation will be further explained below.

Een stortklepsamenstel 40 is aangebracht voor het afvoeren van fluïdum uit het reservoir 29 na de voltooiing van een werkingskringloop van de inrichting ten einde de inrichting weer in de toestand te brengen waarin deze gereed is voor het uitvoeren van een verdere kringloop.Het stort-35 klepsamenstel 40 omvat een stortkleppoort 41,die in verbinding staat met een klepkamer 42 waarin een stortklep 43 is opgesteld.De klepkamer 42 is 78 1 07 68 * * ·' fc * ίA dump valve assembly 40 is provided for draining fluid from the reservoir 29 after the completion of an operating cycle of the device to return the device to the state in which it is ready to perform a further cycle. 40 includes a dump valve port 41 communicating with a valve chamber 42 in which a dump valve 43 is disposed. The valve chamber 42 is 78 1 07 68 * * 'fc * ί

-7- 20291/CV/MvdG-7- 20291 / CV / MvdG

gescheiden van de drukkamer 44 door eèn diafragma 45 en bij aanbrenging van fluïdumdruk op de kamer 44 zal het diafragma 45 doorbuigen ten einde de klep 43 omhoog te bewegen tegen de werking van een veer 46 in,zodat de stortpoort 41 wordt gesloten.De stortdoortocht 47 verbindt 5 de kamer 42 met het uitwendige van het reservoir 13,zodat indien de klep 43 open is,het zich in het reservoir bevindende fluïdum daardoorheen kan wegstromen.Een in de wand van het reservoir 13 gevormde leiding 50 verbindt de kamer 44 met de feolte 35,welke op zijn beurt in verbinding staat met de filterkamer 25 en de doortocht 15.separated from the pressure chamber 44 by a diaphragm 45 and upon application of fluid pressure to the chamber 44, the diaphragm 45 will deflect in order to raise the valve 43 against the action of a spring 46 so that the dump port 41 is closed. connects the chamber 42 to the exterior of the reservoir 13, so that if the valve 43 is open, the fluid contained in the reservoir can flow therethrough. A conduit 50 formed in the wall of the reservoir 13 connects the chamber 44 to the defect 35, which in turn communicates with the filter chamber 25 and the passage 15.

10 Het zal duidelijk zijn,dat in4ieü de druk in de doortocht 15 en dus in de kamer 44 boven de atmosferische druk is.gelegen het diafragma 45 zal worden doorgebogen,zodat de stortpoort 41 wordt gesloten door de stortklep 43.Indien de druk in de doortocht 15 daalt tot de atmosferische druk zullen gelijke drukken bestaan in de stortklepkamer 42 Γ5 en de drukkamer 44 zodat de stortklep 43 open zal kunnen gaan en de vloeistof in het reservoir 13 zal worden afgevoerd door de stortpoort 41 en de afvoerdoortocht 47.De stortklep 42 werkt dus automatisch om de regelklep in een toestand te brengen voor een verdere kringloop indien eenmaal de inlaatpoort 11 is losgekoppeld van de onder druk staande 20 vloeistofbron of indien de vloeistofdruk in de doortocht 15 op andere wijze omlaag is gebracht tot op de atmosferische druk. *It will be clear that, in the case of the pressure in the passage 15 and thus in the chamber 44 above the atmospheric pressure, the diaphragm 45 will be bent, so that the pouring port 41 is closed by the pouring valve 43. passage 15 drops to atmospheric pressure, equal pressures will exist in the dump valve chamber 42-5 and the pressure chamber 44 so that the dump valve 43 will open and the liquid in the reservoir 13 will be discharged through the dump port 41 and the drain passage 47. thus automatically operates to bring the control valve into a state for further recirculation once the inlet port 11 is disconnected from the pressurized fluid source or the fluid pressure in the passage 15 is otherwise lowered to atmospheric pressure. *

De afsluitklep 17 wordt gedragen door een spil 70,die coaxiaal met de uitlaatpoort 12 en de klepzittingen 18 en 19 in het lichaam 10 wordt .. * ondersteund.De grote schijfvormige kop 71,die is aangebracht aan het 25 ondereinde van de spil 70 is iri aanraking met het centrale gedeelte Γ van het diafragma 14 en vormt tevens een zitting voor het ondereinde van een schroefveer 72,welke met zijn boveneinde aanligt tegen de wand van de filterkamer 25.Een afdichtsamenstel 73 is aangebracht tussen de spil 70 en het lichaam 10,zodat geen vloeistof kan bewegen vanuit de 30 kamer 20 in het gebied boven het diafragma 14.The shut-off valve 17 is supported by a pivot 70 supported coaxially with the outlet port 12 and the valve seats 18 and 19 in the body 10. The large disc-shaped head 71 mounted at the lower end of the spindle 70 is In contact with the central portion Γ of the diaphragm 14 and also forms a seat for the lower end of a coil spring 72 which rests its upper end against the wall of the filter chamber 25. A sealing assembly 73 is provided between the spindle 70 and the body 10 so that liquid cannot move from the chamber 20 into the area above the diaphragm 14.

Het zal duidelijk zijn,dat indien de druk aan weerszijden van het diafragma 14 gelijk is de veer 72 het diafragma in een onderste doorge-bogen stand,zoals afgebeeld in figuur 1,zal houden.Dientengevolge zal de klep 17 op de klepzitting 19 zijn gelegen,zodat vloeistof vrij van 35 de inlaatpoort 11 door de doortocht 15 en de kamer 16 naar de afvoerdoortocht 12 kan stromen.It will be understood that if the pressure on either side of the diaphragm 14 is equal, the spring 72 will hold the diaphragm in a lower bent position as shown in Figure 1. Consequently, the valve 17 will be located on the valve seat 19 so that liquid can flow freely from the inlet port 11 through the passage 15 and the chamber 16 to the discharge passage 12.

78 1 07 6878 1 07 68

-8- 20291/CV/MvdG-8- 20291 / CV / MvdG

Een regelinrichting zoals weergegeven in figuur 1 is in zijn normale vrije toestand gereed om met een werkingskringloop te beginnen.Indien de inlaatpoort 11 is verbonden met een bron van onder druk staande vloeistof en aan deze vloeistof wordt toegestaan om in de regelinrichting te 5 stromen zal deze vloeistof,zoals hierboven vermeld naar buiten stromen door de afvoerpoort 12 om in bepaalde uitrusting,zoals een sprinkler, te worden benut.A control device as shown in Figure 1 is in its normal free state ready to begin an operating cycle. If the inlet port 11 is connected to a source of pressurized liquid and this liquid is allowed to flow into the control device liquid, as noted above, flows out through the discharge port 12 for use in certain equipment, such as a sprinkler.

Indien de vloeistofstroom door de afvoerpoort 12 tot stand is gebracht zal dok vloeistof bewegen door de doortecht 26 in de filterkamer 25 10 en dientengevolge ook in de holte 35.Vanuit de holte 35 zal enige vloeistof stromen in de stortklepdrukkamer 44 ’en inwerken op het diafragma 45 om de stortklep 43 te bewegen in een stand waarin de poort 41 is afgesloten.If the liquid flow through the discharge port 12 is established, dock liquid will move through the spigot 26 into the filter chamber 25 and consequently also into the cavity 35. From the cavity 35 some liquid will flow into the dump valve pressure chamber 44 'and act on the diaphragm 45 to move the dump valve 43 to a position in which the gate 41 is closed.

Ook zal vloeistof vanuit de filterkamer 25 door de regeldoortocht 27 15 in het inwendige van het reservoir 13 stromen.De snelheid van vloeistof-stroming in het reservoir 13 wordt geregeld door de stand van het taps verlopende gedeelte van de regelschroef 28,welke door de bediener kan worden ingesteld.De instelling van de regelschroef 28 wordt gekozen in overeenstemming met de tijdsduur welke wordt vereist voor de aflevering 20 van vloeistof door de afvoerpoort 12.Also, liquid will flow from the filter chamber 25 through the control passage 27 15 into the interior of the reservoir 13. The rate of liquid flow into the reservoir 13 is controlled by the position of the tapered portion of the control screw 28, which is controlled by the operator The setting of the adjusting screw 28 is selected according to the length of time required for the delivery of liquid 20 through the discharge port 12.

Indien het vloeistofniveau in het reservoir voldoende stijgt om te bewerkstelligen,dat de luchtaftapklep 63 de aftappoort 62 op bovenbeschreven wijze sluit zal verdere vloeistofstroming in het reservoir 13 door de regeldoortocht 27 beginnen een drukstijging in het reservoir 13 voort te 25 brengen.Indien de als resultaat van de druk in het reservoir 13 op het diafragma 14 inwerkende kracht voldoende is om de invloed van de veer 72 en de op de klep 17 inwerkende waterdruk te overwinnen zal het diafragma 14 omhoog doorbuigen waardoor de spil 70 en de door deze spil gedragen klep 17 omhoog zullen worden bewogen.De klep 17 verlaat onmiddellijk de klepzit-30 ting 19 zodat de vloeistofdruk in de kamer 16 ook zal inwerken op de onderzijde van de klep 17 waardoor de kracht,die noodzakelijk is om de klep omhoog te bewegen,wordt verminderd,zodat daardoor het diafragma 14,de spil 70 en de klep 17 snel zullen bewegen naar een stand waarin de klep 17 op de afvoerklepzitting 18 zal zijn gelegen.Deze werking van de klep wordt 35 ook ondersteund door de aanwezigheid van lucht in het reservoir 13 daar deze lucht bij de beweging van het diafragma kan uitzetten en dus een hogere druk op het diafragma zal handhaven dan mogelijk zal zijn in het geval dat 78 1 07 68If the liquid level in the reservoir rises enough to cause the air bleed valve 63 to close the bleed port 62 in the manner described above, further liquid flow into the reservoir 13 through the control passage 27 will begin to produce a rise in pressure in the reservoir 13. If the result is of the pressure in the reservoir 13 acting on the diaphragm 14 is sufficient to overcome the influence of the spring 72 and the water pressure acting on the valve 17, the diaphragm 14 will bend upwards causing the spindle 70 and the valve 17 carried by this spindle The valve 17 immediately exits the valve seat 19 so that the fluid pressure in the chamber 16 will also act on the underside of the valve 17 thereby reducing the force necessary to raise the valve, so that the diaphragm 14, the spindle 70 and the valve 17 will move rapidly to a position where the valve 17 will be located on the discharge valve seat 18. This operation of the valve is also aided by the presence of air in the reservoir 13 as it can expand air during the movement of the diaphragm and thus maintain a higher pressure on the diaphragm than will be possible in the case that 78 1 07 68

-9- 20291/CV/HvdG-9- 20291 / CV / HvdG

" v iff het reservoir geheel zou zijn gevuld met vloeistof."if the reservoir were completely filled with liquid.

Indien.de klep 17 eenmaal op de afvoerzitting 18 is gelegen zal er geen verdere afvoer van vloeistof door de afvoerpoort 12 optreden maar de onder druk staande vloeistof kan nu door de kamer 20 en doortocht 21 5 in de omleidingspoort 22 bewegen.De omleidingspoort kan met behulp van een leiding zijn gekoppeld aan een andere regelklep,die overeenkomt met de hierboven beschreven en in de figuren afgebee1de regelklep,welke verdere regelklep op zijn beurt werkt voor het regelen van stroming van vloeistof naar een verdere sprinkler of dergelijke waarbij deze 10 verdere regelinrichting in overeenstemming met de hier juist beschreven kringloop zal werken.Het zal duidelijk zijn,dat ieder aantal van dergelijke regelinrichtingen in serie kunnen zijn aangesloten,zodat een aantal sprinklerinrichtingen opeenvolgend gedurende een bepaalde periode in werking worden gesteld.Once the valve 17 is located on the discharge seat 18, there will be no further discharge of liquid through the discharge port 12, but the pressurized liquid can now move through the chamber 20 and passage 21 into the bypass port 22. are coupled by means of a pipe to another control valve, which corresponds to the control valve described above and shown in the figures, which further control valve in turn acts for regulating flow of liquid to a further sprinkler or the like, whereby this further control device is It will work in accordance with the circuit just described herein. It will be understood that any number of such control devices may be connected in series so that a number of sprinkler devices are operated sequentially for a period of time.

15 Indien slechts een.regelinrichting wordt gebruikt is een plug aangebracht op de omleidingspoort 22 en zo lang als vloeistof onder druk in de doortochten 15 en 21 en de kamers 16 en 20 wordt gehouden zal de klep 17 worden gehouden in een stand waarin de afvoerpoort 12 is afgesloten, waarbij deze toestand wordt gehandhaafd door de op het diafragma 14 in-. 20 werkende druk.Indien de druk in de doortocht 15 en dientengevolge in de andere daarmede verbonden doortochten en kamers daalt tot ongeveer de atmosferische druk,zoals bijvoorbeeld door het loskoppelen van de vloeistofbron van de inlaatpoort 11,zal de stortklep 43 onmiddellijk openen op de hierboven beschreven wijze,zodat de vloeistof in het reservoir 13 25 door de doortocht 46 wordt afgevoerd.Tijdens de afvoer van het water uit het reservoir zal de luchtaftapklep 63 bewegen voor het openen van de poort 62 en het diafragma 14 zal naar beneden worden doorgebogen door de veer 72 ten einde het kleporgaan 17 terug te bewegen naar de omleidings-zitting 19.De regelinrichting wordt zodoende teruggebracht naar zijn 30 oorspronkelijke stand waarin de regelinrichting weer gereed is om een verdere werkingskringloop te beginnen.If only one control device is used, a plug is provided on the bypass port 22 and as long as pressurized liquid is held in the passages 15 and 21 and the chambers 16 and 20, the valve 17 will be held in a position where the discharge port 12 is closed, this condition being maintained by the on-diaphragm 14. Operating pressure. If the pressure in the passage 15 and consequently in the other passages and chambers associated therewith falls to approximately atmospheric pressure, such as, for example, by disconnecting the liquid source from the inlet port 11, the dump valve 43 will immediately open at the above as described, so that the liquid in the reservoir 13 is discharged through the passage 46. During the discharge of the water from the reservoir, the air bleed valve 63 will move to open the port 62 and the diaphragm 14 will be deflected downwards by the spring 72 in order to move the valve member 17 back to the bypass seat 19. The control device is thus returned to its original position in which the control device is again ready to start a further operating cycle.

De regelinrichting is weergegeven in een horizontale opstelling,maar de regelinrichting zal ook in een vertikale opstelling werken waarbij de inlaatpoort 11 omhoog zal zijn gericht,De drijfmogelijkheid van het aftap-· 35 kleporgaan zal ook functioneren voor het Sluiten van de aftapklep en de stortklep zal zich nog steeds bij de onderzijde van het reservoir bevinden om een aftappen van het reservoir ook mogelijk te maken indien de regelin- 78 1 0 7 6 8The control device is shown in a horizontal arrangement, but the control device will also operate in a vertical arrangement where the inlet port 11 will face upwards. The float of the drain valve member will also function to Close the drain valve and the dump valve will are still located at the bottom of the reservoir to allow the reservoir to be drained even if the controls are 78 1 0 7 6 8

-10- 20291/CV/MvdG-10-20291 / CV / MvdG

richting een vertikale stand inneemt.towards a vertical position.

In de figuren 4-7 is een verder uitvoeringsvoorbeeld van een regelin-richting volgens de uitvinding weergegeven,welke inrichting bepaalde voordelen heeft voor huishoudelijk gebruik waarbij de watertoevoerdruk 5 van de ene plaats tot de andere plaats aanzienlijk kan variëren.Figures 4-7 show a further exemplary embodiment of a control device according to the invention, which device has certain advantages for domestic use in which the water supply pressure 5 can vary considerably from one place to another.

In dit uitvoeringsvoorbeeld omvat de regelinrichting een lichaam 110 met een inlaatpoort 111 en een afleverpoort 112.Het lichaam 110 is verder uitgerust met een omleidingspoort 122,welke dezelfde functie heeft als de hierboven aan de hand van de figuren 1 en 2 beschreven omleidings-10 poort 22.Een cilindrisch filterelement 150 wordt ondersteund in de inlaatpoort 111 door een inzetstuk 151,welke een duwpassing heeft in het lichaam 110.Benedenstrooms van het filter 150 is een stromings-beperker 152 in de vorm van een diafragma aangebracht.Het diafragma 152 is vervaardigd uit een flexibel materiaal,zoals rubber of kunststof, 15 en is voorzien van een aantal bij voorkeur radiale sleuven,welke zich van het hart van het diafragma naar de omtrek daarvan uitstrekken.De sectors van het diafragma 152,die zijn gevormd door de radiale sleuven,worden afgebogen door de waterstroming vanaf de inlaatpoort 111,zoals met stippellijnen in figuur 5 is aangeduid,zodat het water door de regelinrichting 20 kan stromen terwijl tegelijkertijd een tegendruk tot stand wordt gebracht binnen het filterelement 150 waarvan het doel meer gedetailleerd hieronder zal worden uiteengezet.In this exemplary embodiment, the control device comprises a body 110 with an inlet port 111 and a delivery port 112. The body 110 is further equipped with a diversion port 122, which has the same function as the diversion port described above with reference to Figures 1 and 2. 22. A cylindrical filter element 150 is supported in the inlet port 111 by an insert 151, which has a push fit into the body 110. Downstream of the filter 150, a flow restrictor 152 in the form of a diaphragm is provided. The diaphragm 152 is manufactured of a flexible material, such as rubber or plastic, and is provided with a number of preferably radial slots extending from the center of the diaphragm to its periphery. The sectors of the diaphragm 152 formed by the radial slots , are deflected by the water flow from the inlet port 111, as indicated by dotted lines in Figure 5, so that the water flows through the control device 20 k flows while simultaneously creating a back pressure within the filter element 150, the purpose of which will be explained in more detail below.

Het klepelement 117 is opgesteld tussen de klepzittingen 118 resp. 119 en wordt normaal tegen de klepzitting 119 gehouden door een veer 172.The valve element 117 is disposed between the valve seats 118 and 11, respectively. 119 and is normally held against the valve seat 119 by a spring 172.

25 Het klepelement 117 werkt op precies dezelfde wijze en voor hetzelfde doel als de hierboven bij het eerste uitvoeringsvoorbeeld beschreven klep 17. ;The valve element 117 operates in exactly the same manner and for the same purpose as the valve 17 described above in the first exemplary embodiment;

Een regelreservoir 113 is aan het lichaam 110 bevestigd met behulp van een klemmoer 152.Het regelreservoir 113 is uitgerust met een omtreksrib 30 113a,welke samenwerkt met een inwendige schouder 152a van de moer 150.A control reservoir 113 is attached to the body 110 by means of a clamping nut 152. The control reservoir 113 is equipped with a circumferential rib 30 113a which cooperates with an inner shoulder 152a of the nut 150.

Het regelreservoir 113 heeft een inwendige bekleding 154,die is vervaardigd uit een flexibel materiaal zoals rubber of kunststof en die is voorzien van een omtreksflens 155,welke zich uitstrekt tussen de bovenrand van het regelreservoir 113 en een vlak van het lichaam 110 ten einde 35 daartussen een vloeistofafdichting te vormen.The control reservoir 113 has an inner lining 154, which is made of a flexible material such as rubber or plastic, and is provided with a peripheral flange 155, which extends between the top edge of the control reservoir 113 and a plane of the body 110 at the end therebetween. to form a liquid seal.

Een een variabel volume bezittende kamer 129 is op deze wijze gevormd door 78 1 0 7 6 8 * ;t';· / . * '^ΙΙA variable volume chamber 129 is formed in this way by 78 1 0 7 6 8 *; t '; /. * '^ ΙΙ

-11- 20291/CV/MvdG-11- 20291 / CV / MvdG

de bekleding 154 en het lichaam 110 waarbij de variaties in het volume worden verkregen door het aanbrengen van druk op het uitwendige oppervlak van de bekleding 154 op hieronder nader te beschrijven wijze.Gedurende de variaties in het volume van de kamer 129 kan lucht in of 5 uit de kamer bewegen via een luchtaftapdoortocht 162,die is aangebracht in het lichaam 110.the coating 154 and the body 110 wherein the variations in volume are obtained by applying pressure to the exterior surface of the coating 154 in a manner to be described further below. During the variations in the volume of the chamber 129, air may enter or move out of the chamber via an air bleed passage 162 mounted in the body 110.

Een stortklepsamenstel 140 is opgesteld in een onderste deel van het regelreservoir 113 onder het niveau van een zich in vrije toestand bevindende bekleding 154.Een etortklep 143 werkt samen met een afvoer-10 poort 141,zodat indien de klep 143 de poort 141 sluit zich vloeistof 5 zal ophopen in het regelreservoir 113,terwijl indien de stortklep 143 in de in figuur 5 weergegeven open stand is zich in de regelkamer 113 bevindende vloeistof vrij uit het reservoir kan wegstromen.A dump valve assembly 140 is disposed in a lower portion of the control reservoir 113 below the level of a free-standing casing 154. A dump valve 143 interacts with a discharge port 141, so that when valve 143 closes port 141, fluid 5 will accumulate in the control reservoir 113, while when the dump valve 143 is in the open position shown in FIG. 5, liquid contained in the control chamber 113 can flow freely out of the reservoir.

Een klepstang 140a verbindt de stortklep 143 met een diafragma 145, 15 dat in een stortklepkamer 144 is opgesteld.De kamer 144 staat via doortochten 156 en 157 en een holte 158 in verbinding met de afleverzijde van het filter 150.De inlaatpoort 111 biimentredend water wordt dus gefilterd voordat dit de kamer 144 binnentreedt en zodoende kan er gedurende een langere tijdsperiode geen opeenhoping van vast materiaal in de 20 kamer 144 optreden zodat een juiste functionering van het diafragma 145 niet door dergelijk materiaal zal worden gehinderd.A valve rod 140a connects the dump valve 143 to a diaphragm 145, 15 arranged in a dump valve chamber 144. The chamber 144 communicates with the delivery side of the filter 150 through passages 156 and 157 and a cavity 158. The inlet port 111 becomes biimed water. thus filtered before entering chamber 144 and thus no accumulation of solid material in chamber 144 can occur for an extended period of time so that proper function of diaphragm 145 will not be hindered by such material.

Indien het stortklepsamenstel 140 de in figuur 5 weergegeven stand heeft zal de veerkracht van het diafragma 145,bewerkstelligd door de gegolfde dwarsdoorsnede van het diafragma, de stortklep 143 in de 25 open stand houden,zodat in het regelreservoir 113 atmosferische druk heerst.Indien water onder druk de inlaatpoort 111 binnentreedt zal het water in de kamer 144 stijgen tot de druk van het binnenkomende water voor het overwinnen van de op de stang 140a als gevolg van de veerkracht van het diafragma 145 werkende kracht zodat de stortklep 143 wordt bewo-30 gen in een stand waarin de poort 141 ie afgesloten.De stortklep zal dan in deze gesloten stand blijven totdat de druk Ir de diafragmakamer 144 wordt opgeheven,zoals hierna zal worden beschreven.If the dump valve assembly 140 is in the position shown in Figure 5, the spring force of the diaphragm 145, effected by the corrugated cross-section of the diaphragm, will keep the dump valve 143 in the open position, so that atmospheric pressure in the control reservoir 113 prevails. when pressure enters the inlet port 111, the water in the chamber 144 will rise to the pressure of the incoming water to overcome the force acting on the rod 140a due to the resilience of the diaphragm 145 so that the dump valve 143 is moved into a position in which the gate 141 ie is closed. The dump valve will then remain in this closed position until the pressure Ir releases the diaphragm chamber 144, as will be described below.

Verder is de regelinrichting voorzien van een afmeetinrichting 118,die meer gedetailleerd in figuur 6 is weergegeven en waarmede de waterstroming 35 van de inlaatpoort 111 naar het inwendige van het regelreservoir 113 te beïnvloeden is.Een afmeetkamer 161 staat in verbinding met de inlaat- 78 1 07 68Furthermore, the control device is provided with a metering device 118, which is shown in more detail in figure 6, with which the water flow 35 from the inlet port 111 can be influenced to the interior of the control reservoir 113. A metering chamber 161 communicates with the inlet 78 1. 07 68

-12- 20291/CV/MvdG-12- 20291 / CV / MvdG

poort 111 via een doortocht 160,die zich uitstrekt vanaf het uitwendige oppervlak van het filter 150.Zodoende kan slechts gefiltreerd water de afmeetkamer 161 binnentreden,Een afmeetnaald 162 strekt zich uit door een afmeetpoort 163,welke de afmeetkamer 161 in verbinding 5 brengt met het regelreservoir 113 .De naald 162 is opgehangen aan een diafragma 164 met behulp van een naaldhouder 165 en een veer 166 werkt in op het vasthoudorgaan 165 om de naald 162 gezien in figuur 6 naar beneden te dringen.Een regelschroef 180 is in ingrijping met het andere einde van de veer 166 en zodoende kan door draaiing van 10 de schroef 160 de mate van samendrukking van de veer 166 worden gevarieerd.port 111 through a passageway 160 extending from the exterior surface of the filter 150. Thus, only filtered water can enter the metering chamber 161. A metering needle 162 extends through a metering port 163 which connects the metering chamber 161 to the metering chamber 161. control reservoir 113. The needle 162 is suspended from a diaphragm 164 using a needle holder 165 and a spring 166 acts on the retainer 165 to push down the needle 162 seen in Figure 6. One adjusting screw 180 is engaged with the other end of the spring 166, and thus the amount of compression of the spring 166 can be varied by rotating the screw 160.

Het zal duidelijk zijn,dat de door de veer 166 pp de naald 165 uitgeoefende kracht zal worden tegengewerkt door de kracht,die wordt aangebracht op het diafragma 164 door de druk van het water in de afmeetkamer 161.Dienovereenkomstig zullen variaties in de druk van het water 15 in de afmeetkamer 161 normaal resulteren in een benedenwaartse beweging van de naald 162 in de poort 163.Dienovereenkomstig zou,indien de naald 162 een gebruikelijke taps uitgevoerde naald zou zijn,een daling in druk in de afmeetkamer 161 resulteren in een vermindering %in de speling tussen de naald en de afmeetpoort.De daling in druk in de 20 afmeetkamer zou zodoende een samengesteld resultaat op de stroming van water door de afmeetpoort hebben; op de eerste plaats zal er een daling zijn in de stroming rechtstreeks resulterende uit de daling in druk en op de tweede plaats zal er een daling in stroming zijn resulterende uit de benedenwaartse beweging van de taps uitgevoerde naald 25 in de poort 163.It will be appreciated that the force applied by the spring 166 pp to the needle 165 will be counteracted by the force applied to the diaphragm 164 by the pressure of the water in the metering chamber 161. Accordingly, variations in the pressure of the water 15 in the metering chamber 161 would normally result in a downward movement of the needle 162 in the port 163. Accordingly, if the needle 162 were a conventional tapered needle, a drop in pressure in the metering chamber 161 would result in a decrease in% the clearance between the needle and the metering port. The drop in pressure in the metering chamber would thus have a composite result on the flow of water through the metering port; first, there will be a drop in flow resulting from the drop in pressure, and second, there will be a drop in flow resulting from the downward movement of the tapered needle 25 in port 163.

In een regelinrichting waarbij de huidige uitvinding toepasbaar is is het echter bijzonder gewenst dat de afmeetinrichting,zoals een inrichting 118 in staat is om te worden ingesteld voor het afgeven van een bepaalde stroming door de afmeetpoort 163 en zodanig dat stroming niet 30 ongewenst wordt gevarieerd door raogelijke schommelingen van de druk van de watertoevoer aan de inlaatpoort 111.Ten einde dit gewenste resultaat te bereiken is de naald 162 niet taps verlopend,maar heeft de naald een constante diameter over dat gedeelte van zijn lengte,dat samenwerkt met de poort 163.Langs dit gedeelte van de naald is er een zich in de 35 lengterichting uitstrekkende groef 162a aangebracht in het uitwendige oppervlak van de naald,welke groef in een diametraal vlak van de naald V-vormig 7| 1 0 7 6 8 , I .' ...........:However, in a control device in which the present invention is applicable, it is particularly desirable that the metering device, such as an apparatus 118, is capable of being adjusted to deliver a particular flow through the metering port 163 and such that flow is not undesirably varied by such fluctuations in the pressure of the water supply at the inlet port 111. In order to achieve this desired result, the needle 162 is not tapered, but the needle has a constant diameter along that portion of its length which interacts with the port 163. in this portion of the needle, a longitudinally extending groove 162a is formed in the outer surface of the needle, which groove is V-shaped in a diametrical plane of the needle 7 | 1 0 7 6 8, I. " ...........:

-13- 20291/CV/MvdG-13- 20291 / CV / MvdG

is en geleidelijk in diepte afneemt vanaf het naar het diafragma gekeerde einde van de groef tot het op niets uitlopende einde van de groef.Zodoende stroomt tijdens bedrijf Kater vanuit de afmeetkamer 161 door deze langsgroef 162a naar het regelreservoir 113.Indien er bij toepassing 5 van deze constructie een drukdaling in de kamer 161 is zal de naald 162 onder de werking van de veer 166 naar beneden worden bewogen waarbij dit zal resulteren in een toename in de dwarsdoorsnede van de stromings-doortocht door de poort 163,welke zal compenseren voor de drukvermindering en zodoende een althans nagenoeg constante stroming door de afmeetpoort 10 163 zal handhaven.and gradually decreases in depth from the diaphragm-facing end of the groove to the flared end of the groove. Thus, during operation, Hangover flows from the metering chamber 161 through this longitudinal groove 162a to the control reservoir 113. this construction is a pressure drop in the chamber 161, the needle 162 will be moved down under the action of the spring 166, resulting in an increase in the cross section of the flow passage through the port 163, which will compensate for the pressure drop and thus maintain an at least substantially constant flow through the metering port 10 163.

Het zal duidelijk zijn,dat twee of meer langsgroeven kunnen worden aangebracht in de naald waarbij deze groeven dezelfde Vormgeving kunnen hebben zoals hierboven is beschreven of als alternatief kan het effectieve gedeelte van de naald taps vèrlopend zijn waarbij het grootste einde 15 van het tapse deel zich bevindt bij het ondereinde van de naald en de kleinste diameter is gericht naar het met het diafragma verbonden einde van de naald.It will be appreciated that two or more longitudinal grooves may be provided in the needle, these grooves may have the same shape as described above or alternatively the effective portion of the needle may be tapered with the major end 15 of the tapered portion located at the lower end of the needle and the smallest diameter faces the end of the needle connected to the diaphragm.

Het de kamer 113 door de afmeetpoort 163 binnentredende water zal zich opeenhopen in het reservoir 113 buiten de bekleding 154 en zodoende zal, 20 indien de stortklep 143 gesloten is, de bekleding geleidelijk omhoog worden doorgebogen in het regelreservoir 113 en uiteindelijk met de kop 171 van de klepspil 170 in aanraking komen.De druk van het water in de regelkamer 113 zal dan worden aangebracht op de kop 171 en indien de resulterende kracht voldoende is voor het overwinnen van de werking van 25 de veer 174 zal de klep 117 omhoog worden bewogen om met de klepzitting 118 in aanraking te komen en daarbij de uitlaatpoort 112 af te sluiten, terwijl tegelijkertijd de omleidingspoort 122 met de inlaatpoort 111 wordt verbonden.The water entering the chamber 113 through the metering port 163 will accumulate in the reservoir 113 outside the casing 154 and thus, when the dump valve 143 is closed, the casing will gradually bend up into the control reservoir 113 and eventually with the head 171 of the valve spindle 170 comes into contact. The pressure of the water in the control chamber 113 will then be applied to the head 171 and if the resulting force is sufficient to overcome the action of the spring 174, the valve 117 will be raised to contact the valve seat 118 thereby closing the outlet port 112 while simultaneously connecting the bypass port 122 to the inlet port 111.

De werking van de hierboven aan de hand van de figuren 4-7 beschreven 30 regelinrichting is in principe gelijk aan de werking van de aan de hand van de figuren 1-3 beschreven inrichting.Kort gezegd is de werking dus zodanig,dat bij het aansluiten van de inlaatpoort 111 op een onder druk staande waterbron het water door de doortocht 115 over de klepzitting 118 naar de uitlaatpoort 112 stroomt,welke uitlaatpoort bijvoorbeeld is ver-35 bonden met een watersproeier of dergelijke inrichting.Het van de inlaatpoort 111 naar de afvoerpoort 112 bewegende water beweegt door het cilindrische 78 1 07 68The operation of the control device described above with reference to Figures 4-7 is in principle the same as the operation of the device described with reference to Figures 1-3. In short, the operation is thus such that when connecting From the inlet port 111 to a pressurized water source, the water flows through the passage 115 over the valve seat 118 to the outlet port 112, which outlet port is connected, for example, to a water sprayer or the like. From the inlet port 111 to the discharge port 112 moving water moves through the cylindrical 78 1 07 68

-14- 20291/CV/MvdG-14- 20291 / CV / MvdG

filterelement 150 waardoor dit water een continue reinigingswerking op dit inwendige oppervlak uitoefent en zodoende het filter in een volledig operationele toestand houdt.Indien de watertoevoer is verbonden met de inlaatpoort 111 beweegt ook water door het filterelement 150 in 5 de doortochten 157 resp. 160.Het de doortocht 157 binnentredende water beweegt door de kamer 158 en de doortocht 156 naar de stortklepkamer 144.filter element 150 whereby this water exerts a continuous cleaning action on this internal surface and thus keeps the filter in a fully operational state. If the water supply is connected to the inlet port 111, water also moves through the filter element 150 in the passages 157 and 157 respectively. 160. The water entering passage 157 moves through chamber 158 and passage 156 to the dump valve chamber 144.

De door het binnenkomende water in de kamer 144 opgebouwde druk werkt via het diafragma 145 om de stortklep 143 te bewegen voor het afsluiten van de poort 141.The pressure built up by the water entering the chamber 144 acts through the diaphragm 145 to move the dump valve 143 to close the port 141.

10 Onder de meeste normale werkomstandigheden is de bij de inlaatpoort 111 opgewekte tegendruk geschikt voor het verkrijgen van een effectieve werking van het stortklepsamenstel 140 en voor het omleiden van water naar het regelreservoir 113 via het filterelement 140 en de af meetinrichting 118.Onder lage stromingswaarde-omstandigheden in de inlaatpoort 15 en zonder de stromingsrestrictie 152 of een ander beperkingsorgaan kan echter de ontwikkelde tegendruk onvoldoende zijn om een betrouwbare werking van het stortklepsamenstel en het regelreservoir te verkrijgen.Under most normal operating conditions, the back pressure generated at the inlet port 111 is suitable for obtaining effective operation of the dump valve assembly 140 and for diverting water to the control reservoir 113 through the filter element 140 and the meter 118. conditions in the inlet port 15 and without the flow restriction 152 or other restrictor, however, the developed back pressure may be insufficient to obtain reliable operation of the dump valve and control reservoir.

Het stromingsbeperkingsorgaan 152 is ontworpen om te waarborgen,dat zelfs met lage stromingswaarden de tegendruk in de inlaatpoort niet onder een 20 bepaald minimum zal zijn.De vooraf bepaalde minimale tegendruk wordt gekozen met betrekking tot de druk,die wordt vereist voor een betrouwbare werking van de stortklep en de afmeetinrichting en is bij voorkeur in de orde van grootte van 4 PSI.The flow restrictor 152 is designed to ensure that even with low flow values the back pressure in the inlet port will not be below a certain minimum. The predetermined minimum back pressure is chosen with respect to the pressure required for reliable operation of the dump valve and the metering device and is preferably on the order of 4 PSI.

Ook het van het filter door de doortocht 160 bewegende water wordt 25 afgemeten door de naald 162 en de poort 163 in het regelreservoir 113 uitwendig van de flexibele bekleding 154.De stromingssnelheid van het water in het regelreservoir 113 is instelbaar roet behulp van de regeischroef 180,welke de samendrukking in de veer 166 bepaalt en dientengevolge de axiale beweging van de naald 162 onder de invloed van de waterdruk in de 30 kamer 161,die inwerkt op het diafragma 164,regelt.De werking van dit regelmechanisme is hierboven reeds meer gedetailleerd beschreven.Also the water moving from the filter through the passage 160 is measured by the needle 162 and the port 163 in the control reservoir 113 externally of the flexible covering 154. The flow rate of the water in the control reservoir 113 is adjustable with the aid of the control screw 180 , which determines the compression in the spring 166 and consequently controls the axial movement of the needle 162 under the influence of the water pressure in the chamber 161 acting on the diaphragm 164. The operation of this control mechanism has already been described in more detail above. .

De afgemeten hoeveelheid water zal doorgaan in het reservoir 113 te stromen waardoor veroorzaakt wordt dat de flexibele bekleding 154 geleidelijk omhoog wordt bewogen in een gevouwen en geplooide toestand,2oale 35 met stippellijnen in figuur 5 is aangeduid,totdat de bekleding in aanraking komt met de kop 171 van de klepsteel 170.Indien de bekleding de fase bereikt 781 07 68 ..........................................:.................'...............................-........................................................................."................:.......................... .....'..........:.........................."af......·ΐ|:~The measured amount of water will continue to flow into the reservoir 113 causing the flexible liner 154 to be gradually moved upward into a folded and pleated condition, indicated by dotted lines in Figure 5, until the liner contacts the head 171 of the valve stem 170 If the liner reaches the stage 781 07 68 ................................... .......: .................'........................ .......-.......................................... ............................... "................:. ......................... .....'..........: ........ .................. "off ...... · ΐ |: ~

-15- 20291/CV/MvdG-15- 20291 / CV / MvdG

dat deze niet langer kan worden gevouwen of geplooid zal de druk in het regelreservoir 113 beginnen te stijgen totdat deze druk de werking van de veer 174 en de op het kleporgaan 177 werkende druk overwint ten einde het kleporgaan te bewegen naar de zitting 118,waardoor de uitlaat-5 poort 112 wordt afgesloten en tegelijkertijd de doortocht 115 in verbinding wordt gebracht met de omieidingspoort 122.Het zal duidelijk zijn, dat indien de klep 143 de poort 141 sluit er eeü hoeveelheid lucht zal zijn opgesloten in het regelreservoir 113,welke hoeveelheid lucht niet kan ontsnappen indien het niveau van het water in het regelreservoir stijgt, 10 zodat een luchtkussen aanwezig zal zijn in het regelreservoir gedurende de periode van het in werking stellen van de klep 117,waarbij dit luchtkussen op soortgelijke wijze werkt als is uiteengezet aan de hand van het in de figuren 1-3 weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.that it can no longer be folded or pleated, the pressure in the control reservoir 113 will begin to rise until this pressure overcomes the action of the spring 174 and the pressure acting on the valve member 177 to move the valve member to the seat 118, causing the outlet-port 112 is closed and at the same time passage 115 is communicated with bypass port 122. It will be appreciated that if valve 143 closes port 141, an amount of air will be trapped in control reservoir 113, which amount of air cannot escape if the level of water in the control reservoir rises, so that an air cushion will be present in the control reservoir during the period of actuation of the valve 117, this air cushion operates in a similar manner as explained of the exemplary embodiment shown in Figures 1-3.

Zoals verder hierboven reeds is beschreven zal,indien de klep 117 de 15 uitlaatpoort 112 heeft gesloten,de regelinrichting in een statische toestand blijven totdat de waterdruk in de inlaatpoort 111 en de doortocht 115 daalt tot ongeveer de atmosferische druk.Bij deze drukdaling zal een soortgelijke drukdaling optreden in de kamer 144 en dientengevolge zal de veerkracht van het diafragma 145 de stortklep 143 verplaatsen naar de 20 open stand zodat het zich in het regelreservoir 113 bevindende water door de poort 141 zal worden afgevoerd.Bij de afvoer van het water uit het regelreservoir zal de veer 174 de klep 117 terug bewegen naar zijn aanvankelijke stand waarin de verbinding met de omleidingspoort 122 wordt afgesloten en de doortocht naar de uitlaatpoort 112 wordt geopend.As already described above, if the valve 117 has closed the outlet port 112, the control device will remain in a static state until the water pressure in the inlet port 111 and the passage 115 drops to approximately atmospheric pressure. At this pressure drop, a similar pressure drops occur in the chamber 144 and as a result, the resilience of the diaphragm 145 will move the dump valve 143 to the open position so that the water contained in the control reservoir 113 will be discharged through the port 141. When the water is drained from the control reservoir the spring 174 will return the valve 117 to its initial position in which the connection to the bypass port 122 is closed and the passage to the outlet port 112 is opened.

25 Het zal duidelijk zijn.dat enige of allen van de in het in de figuren 4-7 weergegeven uitvoeringsvoorbeeld opgenómen variatie* kunnen worden op-; genomen in de in de figuren 1-3 weergegeven uitvoeringsvorm en vice versa; dit wil zeggen dat bijvoorbeeld het gebruik maken van een flexibele bekleding 154 kan worden opgenomen in de in de figuren 1-3 afgebeelde constructie 30 als een vervanging voor het diafragma en de luchtaftapinrichting.Op soortgelijke wijze lan bijvoorbeeld het diafragma en de luchtaftapinrichting van het in de figuren 1-3 weergegeven uitvoeringsvoorbeeld worden opgenomen in het aan de hand van de figuren 4 en 5 beschreven uitvoeringsvoorbeeld.Op soortgelijke wijze kan de stortklepeonstructie,de waterafmeetinrichting of 35 het filter zoals beschreven aan de hand van ;de,'.figuren 4-7 afzonderlijk of in een of andere combinatie worden opgenomen in de in de figuren 1-3 afgebeelde constructie.It will be clear that some or all of the variation shown in the exemplary embodiment shown in Figures 4-7 can be included; taken in the embodiment shown in Figures 1-3 and vice versa; that is, for example, the use of a flexible cladding 154 may be incorporated into the structure 30 shown in Figures 1-3 as a replacement for the diaphragm and the air bleed device. Similarly, for example, the diaphragm and the air bleed device of the Figures 1-3 show the exemplary embodiment included in the exemplary embodiment described with reference to Figures 4 and 5. In a similar manner, the dump valve construction, the water metering device or the filter can be described as described with reference to the figures. 7 are incorporated individually or in some combination into the construction shown in Figures 1-3.

78 1 0 7 6 878 1 0 7 6 8

-16- 20291/CV/MvdG-16- 20291 / CV / MvdG

De maximale kringlooptijd van de regeiinrichting houdt verband met de capaciteit van het reservoir maar er kunnen voorzieningen worden getroffen om een of meer hulpreservoirs daarop aan te sluiten ter vergroting van de capaciteit.Ieder hulpreservoir zal bij voorkeur zijn voorzien 5 van een luchtaftapklep,maar voorop gesteld dat het hulpreservoir niet lager is dan het reservoir van de regeiinrichting worden aanvullende stortkleppen niet vereist.The maximum cycle time of the regulator is related to the capacity of the reservoir, but arrangements may be made to connect one or more auxiliary reservoirs to increase capacity. Each auxiliary reservoir will preferably be provided with an air bleed valve, but provided that the auxiliary reservoir is not lower than the reservoir of the regulator, additional dump valves are not required.

Enige van de belangrijkste voordelen van de hierboven beschreven regeiinrichting zijn: 10 1. Geen opnieuw instellen van de inrichting met de hand is tussen op eenvolgende werkingen noodzakelijk.Some of the main advantages of the above described control device are: 1. No manual device reset is necessary between subsequent operations.

2. Een aantal inrichtingen kan in serie worden gekoppeld om automatisch opeenvolgend te werken.2. A number of devices can be linked in series to work sequentially automatically.

3. De inrichting kan zowel in een vertikale als in een horizontale op-.15 stelling worden benut.3. The device can be used in a vertical as well as in a horizontal arrangement.

4. De inrichting kan doelmatig werken bij een ongefilterde watertoevoer.4. The device can work efficiently with an unfiltered water supply.

5. Het hoofdkleporgaan wordt gesloten gehouden door de druk van de watertoevoer indien eenmaal de uitlaatpoort ie gesloten 'door de werking van het water in het reservoir.5. The main valve member is held closed by the pressure of the water supply once the outlet port is closed by the action of the water in the reservoir.

20 78 1 07 6820 78 1 07 68

Claims (21)

1. Regelinrichting voor een fluïdumstroom voorzien van een lichaam met inlaat en uitlaatpoorten en een hoofdleiding welke een doortocht voor 5 fluïdum van de inlaat naar -de uitlaatpoort geeft,van een hoofdklep-orgaan,welke werkzaam is voor het onderbreken vim fluïdumatroeraver-binding tussen de inlaat en de uitlaatpoort,van een fluïdumreservoir, van instelbare aftapmiddelen,die in verbinding staan met de hcofdlei-ding aan de inlaatzijde van de hoofdklep met het reservdr voor het 10 omleiden van een deel van het fluïdum dat de hoofdleiding binnentreedt in het reservoir en vanmiddelen,die reageren op de druk in het reservoir voor het in werking stellen van de hoofdklep ter onderbreking van verbinding tussen de inlaat en de uitlaatpoort indien een bepaald drukver- ~ schil bestaat tussen de hoofdleiding en het reservoir. 15 2, Regelinrichting Volgens conclusie l,met het kenmerk,dat de inrichting is voorzien van een luchtaftapsemenstel voor het reservoir met een poort in het reservoir welke het inwendige daarvan in verbinding stelt met de atmosfeer en een aftapkleporgaan dat in werking te stellen is voor het afsluiten van de poort om ontsnapping van lucht uit het reservoir 20 te voorkomen indien het fluïdum in het reservoir een bepaald niveau heeft bereikt.1. Fluid flow control device comprising a body having inlet and outlet ports and a main conduit which provides a passage of fluid from the inlet to the outlet port of a main valve member operable to interrupt vim fluid nozzle connection between the inlet and outlet port, of a fluid reservoir, of adjustable draining means, which communicate with the header conduit on the inlet side of the main valve with the reserve conduit for diverting a portion of the fluid entering the main conduit into the reservoir and means , which respond to the pressure in the reservoir to actuate the main valve to interrupt connection between the inlet and the outlet port if a certain pressure difference exists between the main line and the reservoir. Control device according to claim 1, characterized in that the device is provided with an air bleed assembly for the reservoir with a port in the reservoir which communicates the interior thereof to the atmosphere and a drain valve element which can be actuated for the closing the port to prevent escape of air from the reservoir 20 when the fluid in the reservoir has reached a certain level. 3. Regelinrichting volgens conclusie 2,met het kenmerk,dat het kleporgaan met behulp van veerkracht naar een open stand wordt gedrongen.Control device according to claim 2, characterized in that the valve member is forced to an open position by means of spring force. 4. Regelinrichting volgens conclusie 2 of 3,met het kenmerk,dat het 25 vooraf bepaalde fluïdumniveau in het reservoir onder bet niveau is waarbij het reservoir met fluïdum is gevuld.4. Control device according to claim 2 or 3, characterized in that the predetermined fluid level in the reservoir is below the level, the reservoir being filled with fluid. 5. Regelinrichting volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, dat een stortklepsamenstel is aangebracht voor het regelen van de afvoer van fluïdum uit het reservoir waarbij het samenstel is aangepast 30 om te sluiten ter voorkoming vati afvoer van fluïdum indien de druk in de hoofdleiding een vooraf bepaalde waarde overschrijdt.Control device according to any one of the preceding claims, characterized in that a dump valve assembly is arranged for controlling the discharge of fluid from the reservoir, the assembly being adapted to close to prevent fluid discharge when the pressure in the main conduit exceeds a predetermined value. 6. Regelinrichting volgens conclusie 5,met het kenmerk,dat het stortklepsamenstel is voorzien van een stortkleporgaan,dat naar een open stand wordt gedrongen om de afvoer van fluïdum uit het reservoir mogelijk te 35 maken en van middelen,die in werking te stellen zijn door de druk van het fluïdum in de hoofdleiding om het stortkleporgaan naar een gesloten stand te bewegen ter voorkoming van afvoer van fluïdum indien de druk in de 78 1 0 7 68 -18- 20291/CV/MvdG leiding de vooraf bepaalde waarde overschrijdt.6. Control device according to claim 5, characterized in that the pouring valve assembly is provided with a pouring valve member, which is pushed to an open position to enable the discharge of fluid from the reservoir and means which can be actuated by the pressure of the fluid in the main line to move the dump valve member to a closed position to prevent fluid discharge if the pressure in the 78 1 0 7 68 -18- 20291 / CV / MvdG line exceeds the predetermined value. 7. Regelinrichting volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, dat de middelen voor het in werking stellen van de hoofdklep een diafragma omvatten,dat een wand van het reservoir vormt,waarbij het diafragma 5 werkzaam is verbonden met de hoofdklep om de hoofdklep in werking te stellen in antwoord op doorbuiging van het diafragma bij het tot stand brengen van het drukverschil. ft. Regelinrichting volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, dat het lichaam een tweede leiding omvat,welke via een omleidingspoort 10 in verbinding staat met de hoofdleiding,terwijl het hoofdkleporgaan beweegbaar is om naar keuze de uitlaatpoort of de omleidingspoort af te sluiten.Control device according to any one of the preceding claims, characterized in that the means for actuating the main valve comprises a diaphragm which forms a wall of the reservoir, the diaphragm 5 being operatively connected to the main valve in order to operating in response to diaphragm deflection when creating the differential pressure. ft. Control device according to any one of the preceding claims, characterized in that the body comprises a second conduit, which communicates with the main conduit via a bypass port 10, while the main valve member is movable to optionally close the outlet port or the bypass port. 9. Regelinrichting volgens conclusie 8,met het kenmerk,dat het hoofdkleporgaan onder voorspanning staat om te bewegen in de richting voor het 15 afsluiten Yan de omleidingspoort.Control device according to claim 8, characterized in that the main valve member is biased to move in the closing direction of the bypass port. 10. Regelinrichting volgens conclusie 8 of 9,met het kenmerk,dat de uitlaatpoort en de omleidingspoort in lijn zijn opgesteld in tegenover elkaar gelegen wanden van een kamer welke een deel vormt van de hoofdleiding, terwijl de hoofdklep in de kamer is opgesteld en wordt ondersteund 20 om daarin te bewegen voor het naar keuze afsluiten van de uitlaatpoort of de omleidingspoort.Control device according to claim 8 or 9, characterized in that the outlet port and the bypass port are aligned in opposing walls of a chamber forming part of the main conduit, while the main valve is arranged and supported in the chamber 20 to move therein for optionally closing the outlet port or the bypass port. 11. Regelinrichting volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, dat filtermiddelen zijn opgesteld tussen de leiding en het instelbare aftaporgaan ten einde naar het aftaporgaan bewegend fluïdum te filtreren.Control device according to any one of the preceding claims, characterized in that filter means are arranged between the conduit and the adjustable tapping member in order to filter fluid moving towards the tapping member. 12. Regelinrichting volgens conclusie 11,met het kenmerk,dat de filter middelen een kamer omvatten,welke is onderverdeeld in een bovenstroomse en een benedenstroomse sectie met behulp van een filterelement,waarbij de bovenstroomse sectie in verbinding staat met de hoofdleiding voor het daaruit opnemen van fluïdum en de benedenstroomse sectie in verbinding 30 staat met het instelbare aftaporgaan en het stortklepsamenstel voor het daaraan leveren van gefiltreerd fluïdum.Control device according to claim 11, characterized in that the filter means comprise a chamber divided into an upstream and a downstream section by means of a filter element, the upstream section communicating with the main conduit for receiving therefrom fluid and the downstream section communicates with the adjustable tap and dump valve assembly for supplying filtered fluid thereto. 13. Regelinrichting volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, dat een filterorgaan is opgesteld in de hoofdleiding,zodat in de hoofdleiding stromend fluïdum zal bewegen over een oppervlak van het filter-35 orgaan en zodanig dat fluïdum het filterorgaan door dit oppervlak binnen treedt om van de inlaatpoort naar de aftapmiddelen te stromen. 78 1 0 7 6 8 -191 20291/CV/MvdG t', * 'iControl device according to any one of the preceding claims, characterized in that a filter member is arranged in the main pipe, so that fluid flowing in the main pipe will move over a surface of the filter member and such that fluid enters the filter member through this surface. to flow from the inlet port to the draining means. 78 1 0 7 6 8 -191 20 291 / CV / MvdG t ', *' i 14. Regelinrichting volgens conclusie 13,met het kenmerk,dat het filterorgaan hol is en het oppervlak waarlangs het water stroomt het inwendige of het uitwendige oppervlak daarvan is.Control device according to claim 13, characterized in that the filter member is hollow and the surface through which the water flows is the internal or external surface thereof. 15. Regelinrichting volgens conclusie 14,met het kenmerk,dat het fil- 5 terorgaan buisvormig is en het water langs het inwendige oppervlak daar van stroomt.Control device according to claim 14, characterized in that the filter member is tubular and the water flows along its internal surface. 16. Regelinrichting volgens een der voorgaande conclusies,met Het kenmerk, dat in de hoofdleiding een filterorgaan is opgesteld zodanig dat in de hoofdleiding stromend water over een oppervlak van het filterorgaan 10 beweegt,terwijl fluïdum het filterorgaan door dit oppervlak binnentreedt om vanaf de inlaatpoort naar de aftapmiddelen en naar een met het stort-klepsamenstel in verbinding staande leiding te stromen.Control device according to any one of the preceding claims, characterized in that a filter member is arranged in the main pipe such that water flowing in the main pipe moves over a surface of the filter member 10, while fluid enters the filter member through this surface to pass from the inlet port to the tapping means and flow to a conduit communicating with the dump valve assembly. 17. Regelinrichting volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, dat de instelbare aftapmiddelen «en een variabele afmeting bezittende 15 poort bezitten evenals naar keuze instelbare middelen voor het instellen van de afmeting van de poort voor een vooraf bepaalde stromingswaarde door de poort bij een bepaalde intrededruk en automatische middelen voor het variëren van de gekozen afmeting om te compenseren voor druk-variatie van de vooraf bepaalde intrededruk.Control device according to any one of the preceding claims, characterized in that the adjustable tap means comprise a variable sized gate as well as optionally adjustable means for adjusting the size of the gate for a predetermined flow value through the gate at a determined entry pressure and automatic means for varying the selected size to compensate for pressure variation of the predetermined entry pressure. 18. Regelinrichting volgens conclusie 17,met het kenmerk,dat de een va riabele afmeting bezittende poort een poort en een zich daardoorheen ' » uitstrekkende naaldklep bezit Zodanig aangepast,dat de effectieve afmeting van de poortopening wordt bepaald door de axiale opstelling van de poort ten opzichte van de naald en de automatische middelen reageren 25 op de intrededruk voor het vergreten van de effectieve afmeting van de poort bij een afname in intrededruk en vice versa.Control device according to claim 17, characterized in that the variable-sized gate has a gate and a needle valve extending therethrough adapted so that the effective size of the gate opening is determined by the axial arrangement of the gate with respect to the needle and the automatic means, respond to the entry pressure to increase the effective size of the port upon a decrease in entry pressure and vice versa. 19. Regelinrichting volgens conclusie 18,met het kenmerk,dat de automatische middelen zijn voorzien van een beweegbaar orgaan,dat is onderworpen aan de intrededruk vóór het voortbrengen van beweging daarvan 30 in een richting,een op het orgaan inwerkende veer voor het vóórtbrengen van beweging in de tegengestelde richting,waarbij het beweegbare orgaan is verbonden met de naald,zodat beweging in de ene richting de naald zal bewegen in een richting voor het verminderen van de effectieve afmeting van de poort.Control device according to claim 18, characterized in that the automatic means comprise a movable member which is subject to the entry pressure before generating movement thereof in one direction, a spring acting on the member for producing movement. in the opposite direction, with the movable member connected to the needle, so that movement in one direction will move the needle in a direction to reduce the effective size of the port. 20. Regelinrichting volgens conclusie 19,met het kenmerk,dat het beweeg bare orgaan wordt gevormd door een diafragma. 7810768 * -20- 20291/CV/MvdGControl device according to claim 19, characterized in that the movable member is formed by a diaphragm. 7810768 * -20-20291 / CV / MvdG 21. Regelinrichting volgens een der conclusies 18-20,met bet kenmerk, dat de naald is voorzien van een werkzaam gedeelte dat tijdens beweging voor compensering van variaties in de intrededruk beweegt in de poort, waarbij dit werkzame gedeelte een dwarsdoorsnedeoppervlak heeft,dat ^ geleidelijk toeneemt in de richting van de tegengestelde beweging.21. Control device according to any one of claims 18-20, characterized in that the needle comprises an active part which moves in the port during movement for compensation of variations in the inlet pressure, said active part having a cross-sectional area which gradually increases in the direction of the opposite movement. 22. Regelinrichting volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, dat het lichaam is voorzien van een inwendige kamer en het orgaan voor het in werking stellen van de hoofdklep een flexibele bekleding omvat, welke is opgesteld in de kamer en is afgedicht langs de omtrek op het lichaam waarbij de bekleding de kamer verdeelt in een eerste sectie aan een zijde van de bekleding,welke in verbinding staat met de atmosfeer buiten het lichaam en een tweede sectie aan de andere zijde van de bekleding welke het reservoir vormt,en het orgaan voor het in werking stellen van de hoofdklep verder is voorzien van een in werking stelorgaan, dat zich uitstrekt in de eerste sectie van de kamer en werkzaam is ver- 15 bonden met de hoofdklep,waarbij het reservoir binnentredend fluïdum de flexibele bekleding verplaatst om met dit orgaan in ingrijping te komen en de hoofdklep te bedienen.Control device according to any one of the preceding claims, characterized in that the body is provided with an internal chamber and the means for actuating the main valve comprises a flexible covering, which is arranged in the chamber and is circumferentially sealed. on the body where the liner divides the chamber into a first section on one side of the liner communicating with the atmosphere outside the body and a second section on the other side of the liner which forms the reservoir, and the member for actuating the main valve further includes an actuating member extending in the first section of the chamber and operatively connected to the main valve, the reservoir of fluid entering displacing the flexible coating to engage with this member to engage and operate the main valve. 23. Regelinrichting volgens conclusie 22,met het kenmerk,dat de hoofdklep een kleporgaan omvat,dat in het lichaam wordt ondersteund ora te bewegen tussen een open en een gesloten verhouding ten opzichte van de uitlaat-poort waarbij het kleporgaan met het bedieningsorgaan is verbonden en een veer is aangebracht om het kleporgaan naar de open verhouding met de uitlaatpoort te dringen. 25 781 07 68Control device according to claim 22, characterized in that the main valve comprises a valve member which is supported in the body to move orally between an open and a closed relationship with respect to the outlet port, the valve member being connected to the actuating member and a spring is provided to urge the valve member to the open relationship with the exhaust port. 25 781 07 68
NL7810768A 1978-07-24 1978-10-30 CONTROL DEVICE FOR FLUID FLOW. NL7810768A (en)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US92704378A 1978-07-24 1978-07-24
US92704378 1978-07-24

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL7810768A true NL7810768A (en) 1980-01-28

Family

ID=25454078

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL7810768A NL7810768A (en) 1978-07-24 1978-10-30 CONTROL DEVICE FOR FLUID FLOW.

Country Status (11)

Country Link
JP (1) JPS5520975A (en)
BE (1) BE872757A (en)
DE (1) DE2847804A1 (en)
DK (1) DK501678A (en)
ES (1) ES475551A1 (en)
FR (1) FR2434324A1 (en)
GB (1) GB2026135A (en)
IT (1) IT1100798B (en)
NL (1) NL7810768A (en)
SE (1) SE7811808L (en)
ZA (1) ZA786138B (en)

Families Citing this family (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
IT1240930B (en) * 1990-03-08 1993-12-27 Fugas Di Matelli L. E Fugazza G. THREE-WAY VALVE PERFECTED
ES1017267Y (en) * 1991-04-24 1992-06-01 Construcciones Mecano-Electricas, S.A. PRESSURE REGULATOR.
WO2005019708A1 (en) * 2003-08-25 2005-03-03 Yooilsystem Co., Ltd Valve assembly for maintaining flow of water
WO2009057050A2 (en) * 2007-10-30 2009-05-07 South African Sugar Association Crop irrigation system

Also Published As

Publication number Publication date
GB2026135A (en) 1980-01-30
IT1100798B (en) 1985-09-28
DE2847804A1 (en) 1980-02-07
IT7830688A0 (en) 1978-12-11
ES475551A1 (en) 1979-04-01
SE7811808L (en) 1980-01-26
FR2434324A1 (en) 1980-03-21
ZA786138B (en) 1980-06-25
DK501678A (en) 1980-01-25
BE872757A (en) 1979-03-30
JPS5520975A (en) 1980-02-14

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4753394A (en) Trickle irrigation systems with improved emitters
US1501331A (en) Flushing device
SE469572B (en) VALVE AT PRESSURE SPREADER NOZZLE
US4834873A (en) Combined reverse osmosis unit and water inflow control valve for a water purification system
US4165951A (en) Water pressure booster system and control valve therefor
CA2587056C (en) Dual bypass for piston-type flushometer
US3478776A (en) Pressure regulating device for fluid dispensing systems
US6910499B2 (en) Valve assembly for pressurized fluid vessel
JP3189902B2 (en) Toilet tank valve
US4385640A (en) Hydraulic unloader
NL7810768A (en) CONTROL DEVICE FOR FLUID FLOW.
US5655748A (en) Metering valve
US4405084A (en) Hydro-pneumatic accumulator for impulse sprinkling
US2555452A (en) Gas distillate trap
US4071038A (en) Failsafe fluid control valve
GB2097687A (en) Fluid proportioning apparatus
RU2274842C2 (en) Method and device for maintaining pressure of liquid in certain volume
US1129533A (en) Valve for flushing-tanks and the like.
US700486A (en) Flush-valve.
US4471937A (en) Fluid flow control valve
US1034826A (en) Flushing-valve.
US4269217A (en) Separator valve
EP0424450A1 (en) Fluid flow control apparatus
EP1364144B1 (en) Float actuated fluid flow control device
JP4253040B2 (en) Method and apparatus for supplying control liquid to a centrifuge

Legal Events

Date Code Title Description
BV The patent application has lapsed