NL2027529B1

NL2027529B1 - Neerklapbare vormkist

Info

Publication number: NL2027529B1
Application number: NL2027529A
Authority: NL
Inventors: Wiekens Jan
Original assignee: Scholtes Metaalbewerking B V
Priority date: 2021-02-09
Filing date: 2021-02-09
Publication date: 2022-09-09
Also published as: EP4039609A1; NL2027529A

Abstract

De uitvinding heeft betrekking op een kist (1) omvattende een frame, waarin een 5 aantal zijpanelen zijn aangebracht, die het frame aan de binnenzijden bedekken en in een gebruikstand een binnenruimte insluiten voor opname van goederen. De kist omvat een bodemframe (10) en een topdeel gevormd door vier wanden (21, 22, 23 24), dat op het bodemframe bevestigd is. De zijpanelen zijn op de wanden aangebracht. De wanden zijn roteerbaar aan het bodemframe bevestigd en zijn beweegbaar tussen de gebruikstand, 10 waarin de wanden zich vanaf het bodemframe uitstrekken en een transportstand, waarin de wanden op elkaar gestapeld zijn. (Figuur 1)

Description

NEERKLAPBARE VORMKIST De uitvinding heeft betrekking op een kist omvattende een frame, waarin een aantal zijpanelen zijn aangebracht, die het frame aan de binnenzijden bedekken en in een gebruikstand een binnenruimte insluiten voor opname van goederen.

Een dergelijke kist is bekend als vormkist, waarin de zijpanelen zachte goederen, zoals kazen, kunnen vormen. In de praktijk zijn deze vormkisten bekend voor het uitharden van jonge kaas die in folie is verpakt. Het is gebruikelijk om de foliekazen als voorbeeld in 8 stuks per laag 8 lagen hoog op een pallet te stapelen. De totale massa van de kaas is dan 1024 kilo. Omdat de foliekaas heel zacht is en alleen enigszins in vorm wordt gehouden door de vacuümgetrokken folie is er een ondersteuning nodig, die wordt aangeduid als vormkist.

Een vormkist is bijvoorbeeld bekend uit het Europese octrooi EP2177442 van dezelfde aanvrager.

De bekende vormkist heeft een vernieuwde constructie van een frame en losneembare zijpanelen, die de binnenruimte volledig afschermen. De bekende vormkist kan na het lossen van de goederen gedemonteerd worden naar een transportstand, waarin deze minder ruimte inneemt dan in de gebruikstand.

De onderhavige uitvinding heeft tot doel om een kist van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, die sneller en eenvoudiger in de transportstand gebracht kan worden.

De kist volgens de uitvinding heeft daartoe het kenmerk, dat de kist een bodemframe omvat en een topdeel met vier wanden, dat op het bodemframe bevestigd is, waarin de zijpanelen op de wanden zijn aangebracht, waarin de wanden roteerbaar aan het bodemframe bevestigd zijn en beweegbaar zijn tussen de gebruikstand, waarin de wanden zich vanaf het bodemframe uitstrekken en een transportstand, waarin de wanden op elkaar gestapeld zijn. De zijpanelen hoeven nu niet gedemonteerd te worden, omdat de wanden kunnen worden geroteerd naar de transportstand, hetgeen sneller plaats kan vinden en eenvoudiger is uit te voeren.

In een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van de kist volgens de onderhavige uitvinding vallen de wanden in de transportstand binnen de afmetingen van het bodemframe. De kisten nemen in de transportstand minimale ruimte in en kunnen bovendien gestapeld worden door de bodemframes op elkaar te stapelen zonder de wanden te raken.

In een andere voorkeursuitvoeringsvorm van de kist volgens de onderhavige uitvinding is de kist verder voorzien van een deksel, dat is ingericht voor plaatsing op het bodemframe in de transportstand en voor plaatsing op het topdeel in de gebruikstand. Het deksel faciliteert het stapelen van de kisten in de transportstand en in de gebruikstand en beschermt de wanden in de transportstand.

Volgens een versterkte voorkeursuitvoeringsvorm van de kist volgens de onderhavige uitvinding omvatten de wanden onderste en bovenste dwarsprofielen waarop de zijpanelen zijn bevestigd. In een elegante uitwerking hiervan omvat het bodemframe eerste hoekprofielen voor samenwerking met de onderste dwarsprofielen. Bij een praktische uitwerking zijn de onderste dwarsprofielen voorzien van zijwaarts uitstekende pennen en zijn de eerste hoekprofielen voorzien van openingen voor opname van de pennen.

Bij een compacte voorkeursuitvoeringsvorm van de kist volgens de onderhavige uitvinding omvatten de wanden een eerste paar wanden, die tegenover elkaar zijn gepositioneerd, en een tweede paar wanden, die tegenover elkaar zijn gepositioneerd, waarin de rotatieassen van het tweede paar wanden in hoogte verschuifbaar in het bodemframe zijn aangebracht. Wanneer wanden van het tweede paar als laatsten worden neergeklapt, zullen deze in de transportstand zoveel mogelijk vlak op de wanden in het eerste paar rusten. Bij een praktische uitwerking hiervan zijn een aantal van de openingen in de eerste hoekprofielen uitgevoerd als sleufgaten voor opname van de pennen van het tweede paar wanden.

Volgens een robuuste voorkeursuitvoeringsvorm van de kist volgens de onderhavige uitvinding zijn de wanden voorzien van samenwerkende vergrendelmiddelen. In een elegante uitwerking hiervan zijn de wanden in het tweede paar voorzien van tweede hoekprofielen voor samenwerking met de bovenste dwarsprofielen van de wanden in het eerste paar. Bij een praktische uitwerking zijn de tweede hoekprofielen voorzien van omgezette randen en zijn de wanden in het eerste paar ingericht voor samenwerking met de omgezette randen. Na het opklappen worden de wanden in het eerste paar hiermee in de gebruikstand vergrendeld in de wanden van het tweede paar.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de kist volgens de onderhavige uitvinding zijn de zijpanelen gesloten en aan de binnenzijden glad en is daardoor de binnenruimte geschikt voor het vormen van goederen, zoals verpakte kazen.

Bij voorkeur is het bodemframe ingericht voor plaatsing over een pallet, zodanig dat de bovenzijde van de pallet de bodem van de binnenruimte vormt. In een alternatieve voorkeursuitvoeringsvorm is het bodemframe ingericht voor samenwerking met een vorkheftruck en voorzien van een bodempaneel dat de bodem van de binnenruimte vormt.

Voor een optimaal gebruiksgemak zijn de wanden aan de buitenzijde voorzien van bedieningselementen, bijvoorbeeld beugels, voor het bewegen van de wanden tussen de gebruikstand en de transportstand.

De uitvinding zal nu verder worden toegelicht aan de hand van een aantal tekeningen, waarin Figuur 1 een schematisch aanzicht toont van een voorkeursuitvoeringsvorm van de kist volgens de uitvinding in gebruikstand; Figuur 2 een schematisch aanzicht toont van de voorkeursuitvoeringsvorm uit figuur 1 in transportstand; Figuren 3A t/m 3C schematisch aanzichten tonen van de voorkeursuitvoeringsvorm van de kist volgens de uitvinding met een eerste paar wanden in diverse tussenstanden; Figuren 4A t/m 4D schematisch aanzichten tonen van de voorkeursuitvoeringsvorm van de kist volgens de uitvinding met een tweede paar wanden in diverse tussenstanden; en Figuren 5A en 5B schematische aanzichten tonen van een deel van een alternatieve voorkeursuitvoeringsvorm van de kist volgens de uitvinding vanuit verschillende gezichtspunten.

Figuur 1 toont een schematisch aanzicht van een voorkeursuitvoeringsvorm van de kist volgens de uitvinding in gebruikstand.

De kist 1 omvat een bodemframe 10 en een topdeel 20, dat op het bodemframe bevestigd is. In de gebruikstand verschaft het topdeel 20 een binnenruimte voor opname van goederen. Optioneel is de kist 1 verder voorzien van een deksel, bijvoorbeeld een dekrand

30. Volgens de uitvindingsgedachte is de kist 1 beweegbaar tussen de gebruikstand en een transportstand. Het topdeel 20 is daartoe inklapbaar in het bodemframe 10 aangebracht. Figuur 2 toont een schematisch aanzicht van de kist 1 in de transportstand.

In de voorkeursuitvoeringsvorm omvat het topdeel 20 vier wanden 21, 22, 23, 24, die roteerbaar aan het bodemframe 10 zijn bevestigd en zich in de gebruikstand vanaf het bodemframe 10 omhoog uitstrekken. Het bodemframe 10 omvat bij voorkeur eerste hoekprofielen 11, waarin de wanden 21, 22, 23, 24 roteerbaar zijn bevestigd. Elke wand is afzonderlijk neerklapbaar en daartoe voorzien van een bedieningselement, in dit voorbeeld een beugel 50. Figuur 2 toont een schematisch aanzicht van de kist 1 in een transportstand, waarin alle wanden 21, 22, 23, 24 neergeklapt zijn en op elkaar zijn gestapeld liggen.

In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm is het bodemframe 10 ingericht voor plaatsing over een pallet 100, zodanig dat de bovenzijde van de pallet de bodem van de binnenruimte vormt. De hoekprofielen 11 in het bodemframe 10 zijn onderling verbonden middels steunprofielen 12, 13. De hoekprofielen 11 kunnen bijdragen aan een passende plaatsing van de kist 1 over de pallet 100.

In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de wanden een eerste en tweede wand 21, 22, die tegenover elkaar zijn gepositioneerd, en een derde en vierde wand 23, 24, die tegenover elkaar zijn gepositioneerd.

Figuren 3A t/m 3C illustreren het inklappen van de eerste en tweede wand 21, 22.

Figuren 4A t/m 4D illustreren het inklappen van de derde en vierde wand 23, 24.

In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm zijn de wanden 21, 22, 23, 24 elk voorzien van een zijpaneel 21P, 22P, 23P, 24P. De zijpanelen 21P, 22P, 23P, 24P zijn in de gebruikstand aangrenzend geplaatst en definiëren de binnenruimte van de kist 1. Bij voorkeur zijn de zijpanelen 21P, 22P, 23P, 24P aan de binnenzijden glad en is de binnenruimte daarmee geschikt voor het vormen/uitharden van verpakte kazen. De zijpanelen zijn 21P, 22P respectievelijk 23P, 24P zijn aangebracht op dwarsprofielen 26 respectievelijk 27 die samenwerken met de eerste hoekprofielen 11.

Figuur 3A toont een schematisch aanzicht van de kist 1 met een neerklappende eerste wand 21. Figuur 3B toont een schematisch aanzicht van de kist 1 met een neerklappende tegenovergelegen tweede wand 22. Ten behoeve van de duidelijkheid is de derde wand 23 weggelaten uit figuur 3B. Figuur 3C toont een doorsnedeaanzicht van de kist 1 ter plaatse van vlak A in figuur 3B, maar met neergeklapte wanden 21, 22. Duidelijk is te zien dat de eerste wand 21 rust op de pallet 100 en dat de tweede wand 21 | 22 rust op de eerste wand 21.

Figuur 4A toont een schematisch aanzicht van de kist 1 met een neerklappende derde wand 23. Figuur 4B toont een deel B van figuur 4A in meer detail. Figuur 4C toont een schematisch aanzicht van de kist 1 met een neerklappende tegenovergelegen vierde wand

24.

De eerste wand 21 en de tweede wand 22 zijn scharnierbaar aangebracht in het bodemframe 10.

In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm zijn de eerste wand 21 en de tweede wand 22 voorzien van zijwaarts uitstekende pennen 26A en zijn de eerste hoekprofielen 11 voorzien van gaten 16 voor opname van de pennen 26A. De rotatieassen van de eerste en de tweede wand 21, 22 verlopen in langsrichting van de pennen 26A. Bij voorkeur zijn de wanden 21, 22 voorzien van een onderste dwarsprofiel 26 waarop de pennen 26A zijn aangebracht.

De rotatieassen van de derde en de vierde wand 23, 24 zijn in hoogte verschuifbaar aangebracht in de hoekprofielen 11. In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm zijn de derde en vierde wand 23, 24 daartoe voorzien van zijwaarts uitstekende pennen 27A en zijn de eerste hoekprofielen 11 voorzien van sleufgaten 17 voor opname van de pennen 27A. De rotatieassen van de wanden 23, 24 verlopen in langsrichting van de pennen 27A. De langsrichting van de sleufgaten 17 verloopt in hoofdzaak dwars daarop en in langsrichting van de eerste hoekprofielen 11. Bij voorkeur zijn de wanden 23, 24 voorzien van een onderste dwarsprofiel 27 waarop de pennen 27A zijn aangebracht.

Figuur 4D toont een doorsnedeaanzicht van de kist 1 in de transportstand in het vlak C uit figuur 2. In de transportstand neemt het bodemframe 10 het ingeklapte topdeel 20 op. In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm vallen de neergeklapte wanden 21, 22, 23, 24 immers binnen de afmetingen van het bodemframe 10. In hoogte zijn de afmetingen van het bodemframe 10 bepaald door de lengte van de hoekprofielen 11. In lengte en breedte zijn de afmetingen van het bodemframe 10 bepaald door de afstand tussen de hoekprofielen 11.

Bij het bewegen van de transportstand naar de gebruikstand worden de wanden in omgekeerde volgorde opgeklapt.

5 De kist 1 is bij voorkeur ingericht voor het vergrendelen van de eerste en tweede wanden 21, 22 aan de derde en vierde wanden 23, 24.

In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm van de kist 1 zijn de derde en vierde wanden 23, 24 voorzien van tweede hoekprofielen 28. De tweede hoekprofielen 28 liggen in het verlengde van de eerste hoekprofielen 11 in de gebruikstand van de kist 1. De tweede hoekprofielen 28 zijn voorzien van omgezette randen 28A en de eerste en tweede wanden 21, 22 zijn ingericht voor samenwerking met de omgezette randen 28A.

De zijpanelen 21P, 22P respectievelijk 23P, 24P zijn aangebracht op bovenste dwarsprofielen 29 respectievelijk 25. De bovenste dwarsprofielen 29 werken samen met de tweede hoekprofielen 28.

In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm zijn de bovenste dwarsprofielen 29 bijvoorbeeld voorzien van groeven 29A voor opname van de omgezette randen 28A van de tweede hoekprofielen.

De bovenste dwarsprofielen 29 en de tweede hoekprofielen 28 zijn optioneel voorzien van eerste vergrendelmiddelen 41, 42. Diverse vergrendelmiddelen staan ter beschikking aan de deskundige op het vakgebied.

Een voorbeeld van een alternatieve voorkeursuitvoeringsvorm m.b.t. de vergrendeling is geïllustreerd in figuren 5A en 5B, waarin schematische aanzichten van de eerste wand 21 en de vierde wand 24 vanuit verschillende gezichtspunten zijn getoond. De vierde wand 24 bevindt zich in de gebruikstand. De eerste wand 21 bevindt zich tussen de gebruikstand en de transportstand in. De bovenste dwarsprofielen 29 en de tweede hoekprofielen 28 zijn optioneel voorzien van tweede vergrendelmiddelen 43, 45 en 44. In dit voorbeeld omvatten de tweede vergrendelmiddelen een rand 43, die deels over het bovenste dwarsprofiel 29 is aangebracht en is voorzien van een opening 45. Het tweede hoekprofiel 28 is voorzien van een lip 44 voor opname in de opening 45. De lip 44 verloopt parallel aan de omgezette rand 28A.

De dekrand 30 is zowel ingericht voor plaatsing op de eerste hoekprofielen 11 in de transportstand als voor plaatsing op de tweede hoekprofielen 28 in de gebruikstand.

De kist volgens de uitvinding is, mits voorzien van gesloten zijpanelen met een gladde binnenzijde, bijzonder geschikt voor toepassing als vormkist voor kaas, maar is daartoe uitdrukkelijk niet beperkt. De kist volgens de uitvinding is voor elke andere toepassing geschikt waarin producten enige tijd moeten worden bewaard.

Geschikt materiaal voor de zijpanelen is hout, bij voorkeur betonplex. Dit is een samengeperst hout met een filmlaag. Geschikt materiaal voor de hoekprofielen en steunprofielen is staal. Eventueel zijn andere materialen bruikbaar, waaronder kunststof of aluminium. In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm is het bodemframe geschikt voor samenwerking met een pallet. Bij voorkeur is het bodemframe ingericht voor plaatsing over een pallet, waarbij de hoekprofielen om de hoeken van de pallet worden geplaatst en samen met de steunprofielen de pallet omsluiten. De bovenkant van de pallet vormt de bodem van de binnenruimte. Als alternatief kan het bodemframe zelf zijn ingericht voor hantering door een vorkheftruck en bijvoorbeeld zijn voorzien van openingen voor de vorken.

In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm heeft de kist vier wanden en vier hoekprofielen. Hoewel dit de meest gangbare uitvoering betreft, kan dit aantal variëren. Een geschikt aantal wanden is een even aantal. Het aantal hoekprofielen is bij voorkeur gelijk aan het aantal wanden.

De uitvinding is ten slotte uitdrukkelijk niet beperkt tot de beschreven en getoonde uitvoeringsvorm, maar strekt zich in het algemeen uit tot elke uitvoeringsvorm die valt binnen de reikwijdte van de bijgevoegde conclusies bezien in het licht van de voorgaande beschrijving en tekeningen.

Claims

CONCLUSIES

1. Kist omvattende een frame, waarin een aantal zijpanelen zijn aangebracht, die het frame aan de binnenzijden bedekken en in een gebruikstand een binnenruimte insluiten voor opname van goederen, met het kenmerk, dat de kist een bodemframe omvat en een topdeel gevormd door vier wanden, dat op het bodemframe bevestigd is, waarin de zijpanelen op de wanden zijn aangebracht, waarin de wanden roteerbaar aan het bodemframe bevestigd zijn en beweegbaar zijn tussen de gebruikstand, waarin de wanden zich vanaf het bodemframe uitstrekken en een transportstand, waarin de wanden op elkaar gestapeld zijn.

2. Kist volgens conclusie 1, waarin de wanden in de transportstand binnen de afmetingen van het bodemframe vallen.

3. Kist volgens conclusie 1 of 2, waarin de kist verder is voorzien van een deksel, dat is ingericht voor plaatsing op het bodemframe in de transportstand en op het topdeel in de gebruikstand.

4. Kist volgens een van de voorgaande conclusies, waarin de wanden onderste en bovenste dwarsprofielen omvatten waarop de zijpanelen zijn bevestigd.

5. Kist volgens conclusie 4, waarin het bodemframe eerste hoekprofielen omvat voor samenwerking met de onderste dwarsprofielen.

6. Kist volgens conclusie 5, waarin de onderste dwarsprofielen zijn voorzien van zijwaarts uitstekende pennen en waarin de eerste hoekprofielen zijn voorzien van openingen voor opname van de pennen.

7. Kist volgens een van de voorgaande conclusies, waarin de wanden een eerste paar wanden omvatten, die tegenover elkaar zijn gepositioneerd, en een tweede paar wanden omvatten, die tegenover elkaar zijn gepositioneerd, waarin de rotatieassen van het tweede paar wanden in hoogte verschuifbaar in het bodemframe zijn aangebracht.

8. Kist volgens conclusie 7 verwijzend naar conclusie 6, waarin een aantal van de openingen in de eerste hoekprofielen zijn uitgevoerd als sleufgaten voor opname van de pennen van het tweede paar wanden.

9. Kist volgens een van de voorgaande conclusies, waarin de wanden zijn voorzien van samenwerkende vergrendelmiddelen.

10. Kist volgens conclusie 9 verwijzend naar conclusie 7, waarin de wanden in het tweede paar zijn voorzien van tweede hoekprofielen voor samenwerking met de bovenste dwarsprofielen van de wanden in het eerste paar.

11. Kist volgens conclusie 10, waarin de tweede hoekprofielen zijn voorzien van omgezette randen en waarin de wanden in het eerste paar zijn ingericht voor samenwerking met de omgezette randen.

12. Kist volgens een van de voorgaande conclusies, waarin de zijpanelen gesloten zijn en voorzien zijn van gladde binnenzijden.

13. Kist volgens een van de voorgaande conclusies, waarin het bodemframe is ingericht voor plaatsing over een pallet, zodanig dat de bovenzijde van de pallet de bodem van de binnenruimte vormt.

14. Kist volgens een van de voorgaande conclusies 1-12, waarin het bodemframe is ingericht voor samenwerking met een vorkheftruck en een bodempaneel omvat dat de bodem van de binnenruimte vormt.

15. Kist volgens een van de voorgaande conclusies, waarin de wanden aan de buitenzijde zijn voorzien van bedieningselementen, bijvoorbeeld beugels, voor het bewegen van de wanden tussen de gebruikstand en de transportstand.