NL2018421B1

NL2018421B1 - Electrically powered cylinder lock

Info

Publication number: NL2018421B1
Application number: NL2018421A
Authority: NL
Inventors: Jacobus Johannes Marinus Overbeeke Cornelis
Original assignee: M & C Protect B V
Priority date: 2017-02-24
Filing date: 2017-02-24
Publication date: 2018-09-17
Also published as: EP3585959A1; EP3585959B1; WO2018156024A1

Abstract

Cilinderslot voorzien van een elektromotor die een koppelmechanisme bediend, waarbij het koppelmechanisme is voorzien van een blokkeersamenstel met een stuurelement dat de positie van een blokkeerelement stuurt. Het blokkeerelement grijpt in een blokkeerstand aan in een blokkeeruitsparing in een buitenplug van het cilinderslot. Het stuurelement is via een overbrenging verbonden met een uitgaande rotatie-as van de elektromotor. De overbrenging is bij voorkeur voorzien van een bi -stabiel aandrijfsamenstel en een torsieveerelement dat het bi-stabiele aandrijfsamenstel verbindt met het stuurelement, zodat slechts een korte bekrachtiging van de elektromotor nodig is om het bi -stabiele aandrijfsamenstel van de ene stabiele stand in de andere stabiele stand te brengen en dat, wanneer het blokkeerelement niet direct in de blokkeerstand kan worden gebracht, de door de elektromotor geleverde energie tijdelijk als opgebouwde veerspanning wordt opgeslagen waarna het stuurelement verder roteert onder invloed van de veerspanning zodra het blokkeerelement in een blokkeeruitsparing kan bewegen.Cylinder lock provided with an electric motor operating a coupling mechanism, the coupling mechanism being provided with a blocking assembly with a control element that controls the position of a blocking element. The blocking element engages in a blocking position in a blocking recess in an outer plug of the cylinder lock. The control element is connected via a transmission to an output axis of rotation of the electric motor. The transmission is preferably provided with a bi-stable drive assembly and a torsion spring element that connects the bi-stable drive assembly to the control element, so that only a short excitation of the electric motor is required to move the bi-stable drive assembly from one stable position to the other stable position and that if the blocking element cannot be brought directly into the blocking position, the energy supplied by the electric motor is temporarily stored as accumulated spring tension, whereafter the control element rotates further under the influence of the spring tension as soon as the blocking element can move into a blocking recess.

Description

OctrooicentrumPatent center

Θ 2018421Θ 2018421

(21) Aanvraagnummer: 2018421 © Aanvraag ingediend: 24 februari 2017 @ Int. CL:(21) Application number: 2018421 © Application submitted: 24 February 2017 @ Int. CL:

E05B 47/00 (2017.01) E05B 47/06 (2018.01) E05BE05B 47/00 (2017.01) E05B 47/06 (2018.01) E05B

13/00 (2018.01)13/00 (2018.01)

(4^ Aanvraag ingeschreven: (4 ^ Request registered: (73) Octrooihouder(s): (73) Patent holder (s): 17 september 2018 September 17, 2018 M & C Protect B.V. te Didam. M & C Protect B.V. at Didam. (43) Aanvraag gepubliceerd: (43) Application published: - - (72) Uitvinder(s): (72) Inventor (s): Cornells Jacobus Johannes Marinus Cornells Jacobus Johannes Marinus (F) Octrooi verleend: (F) Patent granted: Overbeeke te Didam. Overbeeke in Didam. 17 september 2018 September 17, 2018 (45) Octrooischrift uitgegeven: (45) Patent issued: θ Gemachtigde: θ Authorized representative: 14 november 2018 November 14, 2018 ir. C.M. Jansen c.s. te Den Haag. ir. C.M. Jansen et al. In The Hague.

© Elektrisch bekrachtigd cilinderslot © Cilinderslot voorzien van een elektromotor die een koppelmechanisme bediend, waarbij het koppelmechanisme is voorzien van een blokkeersamenstel met een stuurelement dat de positie van een blokkeerelement stuurt. Het blokkeerelement grijpt in een blokkeerstand aan in een blokkeeruitsparing in een buitenplug van het cilinderslot. Het stuurelement is via een overbrenging verbonden met een uitgaande rotatie-as van de elektromotor. De overbrenging is bij voorkeur voorzien van een bi-stabiel aandrijfsamenstel en een torsieveerelement dat het bi-stabiele aandrijfsamenstel verbindt met het stuurelement, zodat slechts een korte bekrachtiging van de elektromotor nodig is om het bi-stabiele aandrijfsamenstel van de ene stabiele stand in de andere stabiele stand te brengen en dat, wanneer het blokkeerelement niet direct in de blokkeerstand kan worden gebracht, de door de elektromotor geleverde energie tijdelijk als opgebouwde veerspanning wordt opgeslagen waarna het stuurelement verder roteert onder invloed van de veerspanning zodra het blokkeerelement in een blokkeeruitsparing kan bewegen.© Electrically actuated cylinder lock © Cylinder lock provided with an electric motor that operates a coupling mechanism, the coupling mechanism being provided with a blocking assembly with a control element that controls the position of a blocking element. The blocking element engages in a blocking position in a blocking recess in an outer plug of the cylinder lock. The control element is connected via a transmission to an output axis of rotation of the electric motor. The transmission is preferably provided with a bi-stable drive assembly and a torsion spring element that connects the bi-stable drive assembly to the control element, so that only a short excitation of the electric motor is required to move the bi-stable drive assembly from one stable position to the other stable position and that if the blocking element cannot be brought directly into the blocking position, the energy supplied by the electric motor is temporarily stored as accumulated spring tension, whereafter the control element rotates further under the influence of the spring tension as soon as the blocking element can move into a blocking recess.

NL Bl 2018421NL Bl 2018421

Dit octrooi is verleend ongeacht het bijgevoegde resultaat van het onderzoek naar de stand van de techniek en schriftelijke opinie. Het octrooischrift komt overeen met de oorspronkelijk ingediende stukken.This patent has been granted regardless of the attached result of the research into the state of the art and written opinion. The patent corresponds to the documents originally submitted.

P114447NL00P114447NL00

Titel: Elektrisch bekrachtigd cilinderslotTitle: Electrically powered cylinder lock

VELDFIELD

De uitvinding heeft betrekking op een elektrisch bekrachtigd cilinderslotThe invention relates to an electrically powered cylinder lock

ACHTERGRONDBACKGROUND

Een dergelijk slot is uit de praktijk bekend en wordt bijvoorbeeld beschreven in US 6,865,916 B2. Bij het bekende slot zijn in de binnenknop een elektromagnetische spoel, permanente magneten, een drukveer, een voeding in de vorm van een batterij opgenomen. Met behulp van een in axiale richting verplaatsbare bedieningsstang die zich uitstrekt door een roteerbare binnenplug, die rotatievast is verbonden met een binnenknop, kan een koppelelement de binnenplug verbinden met een roteerbare buitenplug, welke buitenplug rotatievast is verbonden met een buitenknop. Tussen het koppelelement en de buitenplug bevindt zich ook nog een drukveer . De veerconstante van de drukveer in de binnenknop en de veerconstante van de drukveer tussen het koppelelement en de buitenplug zijn nauwkeurig op elkaar afgestemd, zodat met behulp van de elektromagnetische spoel en de permanente magneten een samenstel wordt verkregen dat de bedieningsstang in twee stabiele standen kan brengen, waarbij in een eerste stabiele stand van de bedieningsstang de buitenknop vrij roteerbaar is zodat het slot niet kan worden bediend en waarbij in een tweede stabiele stand van de bedieningsstang de buitenknop is gekoppeld via de buitenplug, het koppelelement met de binnenplug zodat het slot ook met de buitenknop bedienbaar is. De verplaatsing van de bedieningsstang wordt bewerkstelligd door een korte elektrische bekrachtiging van de elektromagnetische spoel. Als gevolg van de het feit dat bij het bekende slot sprake is van twee stabiele standen behoeft de elektromagnetische spoel slechts kort te worden bekrachtigd, zodat alleen vermogen wordt verbruikt om de bedieningsstang van de eerste stabiele stand naar de tweede stabiele stand te brengen en omgekeerd.Such a lock is known from practice and is described, for example, in US 6,865,916 B2. With the known lock, the inner knob includes an electromagnetic coil, permanent magnets, a compression spring, and a power supply in the form of a battery. With the aid of an operating rod which is displaceable in axial direction and which extends through a rotatable inner plug, which is rotationally connected to an inner knob, a coupling element can connect the inner plug to a rotatable outer plug, which outer plug is rotatably connected to an outer knob. There is also a compression spring between the coupling element and the outer plug. The spring constant of the compression spring in the inner knob and the spring constant of the compression spring between the coupling element and the outer plug are precisely matched to each other, so that with the aid of the electromagnetic coil and the permanent magnets an assembly is obtained which can bring the operating rod to two stable positions wherein in a first stable position of the operating rod the outer knob is freely rotatable so that the lock cannot be operated and wherein in a second stable position of the operating rod the outer knob is coupled via the outer plug, the coupling element with the inner plug so that the lock is also the outside button is operable. The displacement of the operating rod is effected by a short electrical excitation of the electromagnetic coil. Due to the fact that in the known lock there are two stable positions, the electromagnetic coil only needs to be energized briefly, so that only power is consumed to bring the operating rod from the first stable position to the second stable position and vice versa.

SAMENVATTINGRESUME

Een bezwaar van het bekende slot is dat het relatief veel onderdelen bevat en daardoor kostbaar is. Een ander bezwaar is dat de bekrachtiging plaatsvindt met een relatief ingewikkeld samenstel van een spoel en permanente magneten alsmede een aantal veren met nauwkeurig op elkaar afgestemde veerconstanten. In verband met de grootte van de spoel en de vereiste magneetkracht biedt het slothuis zelf onvoldoende ruimte om de spoel en de magneten te huisvesten. Vandaar dat deze onderdelen voor een groot deel zijn op genomen in de binnenknop.A drawback of the known lock is that it contains relatively many parts and is therefore expensive. Another drawback is that the excitation takes place with a relatively complex assembly of a coil and permanent magnets, as well as a number of springs with precisely matched spring constants. Due to the size of the coil and the required magnetic force, the lock housing itself offers insufficient space to accommodate the coil and the magnets. That is why these parts are largely included in the inner knob.

De uitvinding beoogt een elektrisch bekrachtigd cilinderslot waarbij tenminste een een aantal van de hierboven genoemde bezwaren althans ten dele is opgelost. Meer in het bijzonder beoogt de uitvinding een elektrisch bekrachtigd cilinderslot waarvan de bediening bij voorkeur in de binnenplug van een eurocilinder past, dat wil zeggen een diameter heeft van minder dan 13 mm, en waarbij gebruik kan worden gemaakt van een standaard gelijkstroommotor die tegen lage kosten verkrijgbaar zijn. Vanzelfsprekend beoogt de uitvinding ook een dat de levensduur van de batterij of accu voor het bekrachtigen van het slot zo optimaal mogelijk is. Tot slot dient manipulatie van het slot door onbevoegde, bijvoorbeeld door trilling, door gebruik van magneten of door het op hoge snelheid ronddraaien van de buitenknop niet tot het openen van het slot te leiden.It is an object of the invention to provide an electrically powered cylinder lock in which at least some of the above-mentioned drawbacks have been at least partially solved. More particularly, the invention contemplates an electrically powered cylinder lock, the operation of which preferably fits into the inner plug of a euro cylinder, that is to say has a diameter of less than 13 mm, and wherein use can be made of a standard DC motor which can be used at low cost. are available. It is, of course, also an object of the invention to ensure that the life of the battery or accumulator for energizing the lock is as optimum as possible. Finally, manipulation of the lock by unauthorized persons, for example by vibration, by the use of magnets or by turning the outer knob at high speed should not lead to the opening of the lock.

De uitvinding verschaft hiertoe een slot volgens conclusie 1. Meer in het bijzonder verschaft de uitvinding een cilinderslot omvattend:To this end, the invention provides a lock according to claim 1. More in particular, the invention provides a cylinder lock comprising:

• een slothuis voorzien van een cilindrische slothuisboring;• a lock housing provided with a cylindrical lock housing bore;

• een meennemer die is voorzien van een meenemernok en die roteerbaar is ten opzichte van het slothuis;• a driver that is provided with a driver cam and that is rotatable relative to the lock housing;

• een in hoofdzaak cilindrische binnenplug waarmee de meenemer rotatievast is verbonden, waarbij de cilindrische binnenplug roteerbaar rond een axiale harthjn in de slothuisboring is opgenomen, waarbij de cilindrische binnenplug is voorzien van een binnenplugkamer;A substantially cylindrical inner plug to which the driver is rotatably connected, wherein the cylindrical inner plug is rotatably received around an axial center in the lock housing bore, the cylindrical inner plug being provided with an inner plug chamber;

• een binnenknop of binnenkruk die rotatievast is verbonden met de cihndrische binnenplug of daarvan een integraal onderdeel uitmaakt;• an inner knob or inner handle that is rotationally connected to the cylindrical inner plug or that forms an integral part thereof;

• een in hoofdzaak cilindrische buitenplug die roteerbaar rond de axiale hartlijn in de slothuisboring is opgenomen en die is voorzien van ten minste één blokkeeruitsparing;A substantially cylindrical outer plug which is rotatably received around the axial axis in the lock housing bore and which is provided with at least one blocking recess;

• een buitenknop of buitenkruk die rotatievast is verbonden met de buitenplug of daarvan een integraal onderdeel uitmaakt;• an outer knob or outer handle that is rotationally connected to the outer plug or that forms an integral part thereof;

• een koppelmechanisme dat schakelbaar is in een gekoppelde toestand waarin de buitenplug rotatievast is verbonden met de cilindrische binnenplug en een ontkoppelde toestand waarin de buitenplug vrij roteerbaar is ten opzichte van de cihndrische binnenplug;A coupling mechanism that is switchable in a coupled state in which the outer plug is rotatably connected to the cylindrical inner plug and a disconnected state in which the outer plug is freely rotatable relative to the cylindrical inner plug;

• een elektromotor voorzien van een roteerbare uitgaande as die werkzaam is verbonden met het koppelmechanisme ter bediening van het koppelmechanisme;An electric motor provided with a rotatable output shaft which is operatively connected to the coupling mechanism for operating the coupling mechanism;

waarbij het koppelmechanisme (e. coupling mechanism) omvat:wherein the coupling mechanism comprises:

• een blokkeersamenstel (e. blocking assembly) voorzien van:• a blocking assembly (e. Blocking assembly) provided with:

o een stuurelement (e. control element) dat roteerbaar rond de axiale hartlijn in de cilindrische binnenplug is opgenomen en is voorzien van een stuurdeel met een omtrekscontour waarvan een deel een relatief grote diameter heeft en een ander deel een relatief kleine diameter heeft; en o ten minste één blokkeerelement (e. blocking element) dat is opgenomen in een dwarsboring die uitstrekt in een einddeel van de cilindrische binnenplug, welk einddeel een, ten opzichte van het overige deel van de cilindrische binnenplug kleinere diameter heeft, waarbij de dwarsboring zich loodrecht op de axiale hartlijn uitstrekt;o a control element (e. control element) which is rotatably received around the axial axis in the cylindrical inner plug and is provided with a control part with a peripheral contour of which one part has a relatively large diameter and the other part has a relatively small diameter; and o at least one blocking element (e. blocking element) received in a transverse bore extending into an end part of the cylindrical inner plug, which end part has a diameter smaller than the other part of the cylindrical inner plug, the transverse bore being extends perpendicular to the axial axis;

waarbij, in een eerste rotatieve stand van het stuurelement die de blokkeerstand is, het ten minste ene blokkeerelement aanligt tegen het deel van de omtrekscontour van het stuurelement met de relatief grote diameter, zodat het ten minste ene blokkeerelement zich in een radiaal buitenwaarts gelegen positie bevindt waarin het zich ten dele buiten de omtrek van het einddeel van de cilindrische binnenplug uitstrekt en daarbij aangrijpt op de buitenplug, zodanig dat de buitenplug rotatievast is verbonden met de cilindrische binnenplug;wherein, in a first rotational position of the control element which is the blocking position, the at least one blocking element abuts the part of the peripheral contour of the control element with the relatively large diameter, so that the at least one blocking element is in a radially outward position wherein it partially extends beyond the circumference of the end portion of the cylindrical inner plug and thereby engages the outer plug such that the outer plug is rotatably connected to the cylindrical inner plug;

waarbij, in een tweede rotatieve stand van het stuurelement die de deblokkeerstand is, het ten minste ene blokkeerelement aanligt tegen het deel van de omtrekscontour van het stuurelement met de relatief kleine diameter, zodat het ten minste ene blokkeerelement zich in een radiaal binnenwaarts gelegen positie bevindt waarin het zich binnen de omtrek van het einddeel van de cilindrische binnenplug uitstrekt zodat de buitenplug roteerbaar is ten opzichte van de cilindrische binnenplug; en waarbij het koppelmechanisme verder omvat:wherein, in a second rotational position of the control element which is the blocking position, the at least one blocking element abuts the part of the peripheral contour of the control element with the relatively small diameter, so that the at least one blocking element is in a radially inward position wherein it extends within the circumference of the end portion of the cylindrical inner plug so that the outer plug is rotatable relative to the cylindrical inner plug; and wherein the coupling mechanism further comprises:

• een overbrenging (e. transmission) die het stuurelement werkzaam verbindt met de roteerbare, uitgaande as van de elektromotor.• a transmission (e. Transmission) which effectively connects the control element to the rotatable, output shaft of the electric motor.

Doordat het ten minste ene blokkeerelement in radiale richting moet bewegen om het koppelmechanisme van de gekoppelde in de ontkoppelde stand te brengen en doordat het blokkeerelement zich bovendien diep in het slothuis bevindt, is het verplaatsen van de blokkeerelementen met behulp van een magneet ten behoeve van het ongeoorloofd van buitenaf bedienen van het cilinderslot niet mogelijk. Ook het op andere wijze saboteren van het cilinderslot is bijzonder lastig omdat de elektromotor nabij de binnenknop of binnenkruk is opgestelcl en omdat het ongeoorloofd benaderen van de in hoofdzaak cilindrische binnenplug vanaf de buitenzijde wordt verhinderd door de buitenplug die in de ontkoppelde toestand vrij roteerbaar is ten opzichte van de in hoofdzaak cilindrische binnenplug. De diverse onderdelen van het slot, waaronder de elektromotor en het koppelmechanisme kunnen zodanig klein worden uitgevoerd dat deze onderdelen in de in hoofdzaak cihndrische binnenplug passen, welke in hoofdzaak cilindrische binnenplug buitenafmetingen heeft die passen bij een standaard cilinderslot, zoals bijvoorbeeld gedefinieerd in DIN 18252, dat wil zeggen een in hoofdzaak cilindrische binnenplug met een buitendiameter van 13 nnn. Bovendien kan het aantal onderdelen tot een minimum worden beperkt en kan daarbij gebruik worden gemaakt van een standaard in de handel verkrijgbare elektromotor. Door het geringe aantal onderdelen en door de mogelijkheid om gebruik te maken van een standaard elektromotor, kan een cilinderslot met een relatief geringe kostprijs worden vervaardigd dat bovendien zeer robuust en betrouwbaar is.Because the at least one blocking element must move in the radial direction to bring the coupling mechanism from the coupled to the uncoupled position and because the blocking element is moreover deep in the lock housing, displacement of the blocking elements by means of a magnet for the purpose of unauthorized operation of the cylinder lock from the outside is not possible. Also sabotaging the cylinder lock in a different way is particularly difficult because the electric motor is arranged near the inner knob or inner handle and because unauthorized access to the substantially cylindrical inner plug from the outside is prevented by the outer plug which is freely rotatable in the uncoupled state. relative to the substantially cylindrical inner plug. The various parts of the lock, including the electric motor and the coupling mechanism, can be made so small that these parts fit into the substantially cylindrical inner plug, which substantially cylindrical inner plug has external dimensions that fit a standard cylinder lock, as defined for example in DIN 18252, that is, a substantially cylindrical inner plug with an outer diameter of 13 nnn. Moreover, the number of parts can be reduced to a minimum and use can be made of a standard electric motor that is commercially available. Due to the small number of parts and the possibility to use a standard electric motor, a cylinder lock can be manufactured with a relatively low cost price, which is moreover very robust and reliable.

In een uitvoeringsvorm, kan het cilinderslot zijn uitgevoerd op de wijze zoals beschreven in conclusie 2. Meer in het bijzonder kan de overbrenging zijn voorzien van een aandrijfsamenstel dat is voorzien van een eerste aandrijfsamenstelelement dat rotatievast is verbonden met de uitgaande as van de elektromotor. Daarbij kan het aandrijfsamenstel zijn voorzien van een tweede aandrijfsamenstelelement dat werkzaam is verbonden met het eerste aandrijfsamenstelelement en dat door het eerste aandrijfsamenstelelement roteerbaar is tussen twee stabiele eindstanden. Daarbij kan een eerste van de twee stabiele eindstanden een koppelstand zijn en een tweede van de twee stabiele eindstanden een ontkoppelstand. Verder kan in een dergelijke uitvoeringsvorm de overbrenging zijn voorzien van een torsieveerelement dat met een eerste uiteinde rotatievast is verbonden met het tweede aandrijfsamenstelelement en dat met een tweede uiteinde rotatievast is verbonden met het stuurelement, zodanig dat:In one embodiment, the cylinder lock can be designed in the manner as described in claim 2. More in particular, the transmission can be provided with a drive assembly provided with a first drive assembly element that is rotationally connected to the output shaft of the electric motor. The drive assembly can herein be provided with a second drive assembly element which is operatively connected to the first drive assembly element and which is rotatable between two stable end positions by the first drive assembly element. In this case, a first of the two stable end positions can be a coupling position and a second of the two stable end positions a decoupling position. Furthermore, in such an embodiment, the transmission can be provided with a torsion spring element which is rotationally connected to the second drive assembly element with a first end and which is rotationally connected to the control element at a second end, such that:

• in de koppelstand van het tweede aandrijfsamenstelelement het torsieveerelement een rotatiekracht op het stuurelement uitoefent die het stuurelement in de richting van de blokkeerstand duwt;• in the coupling position of the second drive assembly element, the torsion spring element exerts a rotational force on the control element which pushes the control element in the direction of the blocking position;

• in de ontkoppelstand van het tweede aandrijfsamenstelelement het torsieveerelement een rotatiekracht op het stuurelement uitoefent die het stuurelement in de deblokkeerstand duwt.• in the uncoupled position of the second drive assembly element, the torsion spring element exerts a rotational force on the control element which pushes the control element into the release position.

Het koppelmechanisme met een aldus uitgevoerde overbrenging met torsieveerelement verschaft op eenvoudige wijze het voordeel van het geringe elektrische vermogensverbruik voor het in de ontkoppelde en gekoppelde stand brengen en houden van het cilinderslot, doordat gebruik wordt gemaakt van een aandrijfsamenstel met twee stabiele standen en van een torsieveerelement dat het toelaat dat het ten minste ene blokkeerelement niet direct in de radiaal buitenwaarts gelegen positie beweegt wanneer de buitenplug zich niet in een zodanige stand bevindt dat het ten minste ene blokkeerelement in een blokkeeruitsparing kan worden opgenomen. In deze tussenfase is de door de elektromotor geleverde energie tijdelijk opgeslagen in het torsieveerelement als opgebouwde torsieveerspanning. Zodra de buitenplug zich wel in een stand bevindt dat het ten minste ene blokkeerelement in een blokkeeruitsparing kan worden opgenomen zal het stuurelement onder invloed van de torsieveerspanning verder roteren en zal het ten minste ene blokkeerelement naar de radiaal buitenwaarts gelegen positie bewegen en in aangrijping worden gebracht met de blokkeeruitsparing in de buitenplug.The coupling mechanism with a transmission with torsion spring element thus designed provides in simple manner the advantage of the low electrical power consumption for bringing and maintaining the cylinder lock in the uncoupled and coupled position, by using a drive assembly with two stable positions and a torsion spring element allowing the at least one blocking element not to move directly into the radially outward position when the outer plug is not in such a position that the at least one blocking element can be received in a blocking recess. In this intermediate phase, the energy supplied by the electric motor is temporarily stored in the torsion spring element as built-up torsional stress. As soon as the outer plug is in a position that the at least one blocking element can be received in a blocking recess, the control element will rotate further under the influence of the torsional stress and the at least one blocking element will move to the radially outward position and be brought into engagement. with the blocking recess in the outer plug.

Verdere uitvoeringsvormen van de uitvinding zijn beschreven in de volgconclusies en zullen hierna, onder verwijzing naar de figuren, verder worden verduidelijkt.Further embodiments of the invention are described in the subclaims and will be further clarified below with reference to the figures.

KORTE AANDUIDING VAN DE FIGURENBRIEF DESCRIPTION OF THE FIGURES

Fig. 1 toont een voorbeeld van een cilinderslot in perspectiefaanzicht;FIG. 1 shows an example of a cylinder lock in perspective view;

Fig. 2 toont een soortgelijk perspectief aanzicht van het cilinderslot met uiteen genomen delen;FIG. 2 shows a similar perspective view of the cylinder lock with exploded parts;

Fig. 3 toont een ander perspectiefaanzicht van het cilinderslot met uiteengenomen delen;FIG. 3 shows another perspective view of the cylinder lock with exploded parts;

Fig. 4 toont een perspectiefaanzicht van de cilindrische binnenplug met een daarop bevestigde meenemer;FIG. 4 shows a perspective view of the cylindrical inner plug with a catch mounted thereon;

Fig. 5 toont een soortgelijk perspectiefaanzicht van de cilindrische binnenplug als weergegeven in figuur 4 met uiteen genomen delen;FIG. 5 shows a similar perspective view of the cylindrical inner plug as shown in FIG. 4 with exploded parts;

Fig. 6 toont de cilindrische binnenplug met uiteen genomen delen uit figuur 5 vanuit een ander gezichtspunt in perspectief;FIG. 6 is an exploded perspective view of the cylindrical inner plug with exploded parts of FIG. 5;

Fig. 7 toont de cilindrische binnenplug waarbij het koppelmechanisme zich in een ontkoppelde toestand bevindt;FIG. 7 shows the cylindrical inner plug with the coupling mechanism in a disconnected state;

Fig. 8 toont de cilindrische binnenplug waarbij het koppelmechanisme bekrachtigd is geweest, waarbij het stuurelement echter nog niet geheel een kwartslag is verdraaid en de blokkeerelementen nog niet geheel in radiale richting buitenwaarts zijn bewogen doordat de buitenplug nog niet in daartoe geëigende stand stond, het torsieveerelement staat in deze toestand onder spanning;FIG. 8 shows the cylindrical inner plug in which the coupling mechanism has been actuated, but the control element has not yet been fully rotated a quarter turn and the blocking elements have not yet been moved completely outward in radial direction because the outer plug was not yet in the appropriate position, the torsion spring element is in this state under voltage;

Fig. 9 toont de cilindrische binnenplug waarbij stuurelement onder invloed van de spanning in het torsieveerelement verder is geroteerd en de blokkeerelement in radiale richting naar buiten zijn bewogen, zodat een rotatievaste koppeling tussen de binnenplug en de buitenplug tot stand is gebracht;FIG. 9 shows the cylindrical inner plug, wherein the control element is further rotated under the influence of the tension in the torsion spring element and the blocking element is moved outwards in a radial direction, so that a rotation-proof coupling between the inner plug and the outer plug is established;

Fig. 10 toont een bovenaanzicht van het in de vorige figuren getoonde voorbeeld van het cilinderslot; enFIG. 10 shows a plan view of the cylinder lock example shown in the previous figures; and

Fig. 11 toont een doorsnede-aanzicht over lijn XI-XI uit figuur 10.FIG. 11 is a sectional view taken on line XI-XI of FIG. 10.

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVINGDETAILED DESCRIPTION

In de hierna volgende gedetailleerde beschrijving wordt het cilinderslot volgens de uitvinding alsmede diverse uitvoeringsvormen daarvan onder verwijzing naar de figuren beschreven. De gedetailleerde beschrijving bevat weliswaar referentienummers die naar de figuren verwijzen, echter, de figuren tonen slechts een voorbeeld en de uitvoeringsvoorbeelden kunnen ook op andere wijze zijn belichaamd. De referentienummers dienen derhalve slechts tot verduidelijking en de uitvoeringsvoorbeelden die worden beschreven in de gedetailleerde beschrijving zijn geenszins beperkt tot het in de figuren getoonde voorbeeld. Net als voor de claims geldt ook voor de gedetailleerde beschrijving dat de verwijzigingscijfers de gedetailleerde beschrijving op geen enkele wijze beperken.In the following detailed description, the cylinder lock according to the invention as well as various embodiments thereof is described with reference to the figures. Although the detailed description contains reference numbers referring to the figures, the figures show only one example and the exemplary embodiments may also be embodied in a different manner. The reference numbers are therefore for clarification purposes only and the exemplary embodiments described in the detailed description are by no means limited to the example shown in the figures. As with the claims, the detailed description does not limit the detailed description in any way.

Het cihnderslot 10 omvat een slothuis 12 dat is voorzien van een cilindrische slothuisboring 14. Verder heeft het cihnderslot 10, zoals duidelijk is weergegeven in figuur 2, een meennemer 16 die is voorzien van een meenemernok 18 en die roteerbaar is ten opzichte van het slothuis Met behulp van de meenemernok 18 wordt een mechaniek in een deurslot bekrachtigd waarmee een deurschoot op algemeen bekende wijze kan worden bediend. Het cilinderslot 10 beschikt over een in hoofdzaak cilindrische binnenplug 22 waarmee de meenemer 16 rotatievast is verbonden. De cihndrische binnenplug 22 is in de slothuisboring 14 opgenomen en is roteerbaar rond een axiale hartlijn L. De cilindrische binnenplug 22 is voorzien van een binnenplugkamer 24 die zichtbaar is in bijvoorbeeld figuren 7-9 en 11. Het cihnderslot 10 omvat verder een binnenknop of binnenkruk 26 die rotatievast is verbonden met de cilindrische binnenplug 22 of die een integraal onderdeel uitmaakt van de binnenplug 22. Bovendien is het cilinderslot 10 voorzien van een buitenplug 72 die roteerbaar rond de axiale harthjn L in de slothuisboring 14 is opgenomen en die is voorzien van ten minste één blokkeeruitsparing 74. Verder omvat het cilinderslot 10 een buitenknop of buitenkruk 28 die rotatievast is verbonden met de buitenplug 72 of die een integraal onderdeel uitmaakt van de buitenplug 72. Met behulp van een schakelbaar koppelmechanisme 30 is de buitenplug 72 in gekoppelde toestand van het koppelmechanisme 30 rotatievast verbonden met de cilindrische binnenplug 22. In een ontkoppelde toestand van het koppelmechanisme 30 is de buitenplug 72 vrij roteerbaar ten opzichte van de cilindrische binnenplug 22. Het cilinderslot 10 beschikt over een elektromotor 32 die is voorzien van een roteerbare, uitgaande as 34 die werkzaam is verbonden met het koppelmechanisme 30 ter bediening van het koppelmechanisme 30. Het koppelmechanisme omvat een blokkeersamenstel voorzien van een stuurelement 36 dat roteerbaar rond de axiale hartlijn in de cilindrische binnenplug 22 is opgenomen en is voorzien van een stuurdeel 38 met een omtrekscontour waarvan een deel een relatief grote diameter heeft en een ander deel een relatief kleine diameter heeft. Verder is het blokkeersamenstel voorzien van ten minste één blokkeerelement 40 dat is opgenomen in een dwarsboring 42 die uitstrekt in een einddeel 22a van de cilindrische binnenplug 22. De dwarsboring 42 strekt zich loodrecht op de axiale hartlijn L uit. Het betreffende einddeel 22a heeft een, ten opzichte van het overige deel van de cilindrische binnenplug 22 kleinere diameter. Het ten minste ene blokkeerelement 40 ligt aan tegen het stuurelement 36. In een eerste rotatieve stand van het stuurelement 36 die de blokkeerstand is, ligt het ten minste ene blokkeerelement 40 aan tegen het deel van de omtrekscontour van het stuurelement 36 met de relatief grote diameter, zodat het ten minste ene blokkeerelement 40 zich in een radiaal buitenwaarts gelegen positie bevindt waarin het zich ten dele buiten de omtrek van het einddeel 22a van de cilindrische binnenplug 22 uitstrekt. In die radiaal buitenwaarts gelegen positie grijpt het ten minste ene blokkeerelement 40 aan in een genoemde blokkeeruitsparing 74 van de buitenplug 72, zodanig dat de buitenplug 72 rotatievast is verbonden met de cilindrische binnenplug 22. In een tweede rotatieve stand van het stuurelement 36 die de deblokkeerstand is, ligt het ten minste ene blokkeerelement 40 aan tegen het deel van de omtrekscontour van het stuurelement 36 met de relatief kleine diameter, zodat het ten minste ene blokkeerelement 40 zich in een radiaal binnenwaarts gelegen positie bevindt waarin het zich binnen de omtrek van het einddeel 22a van de cilindrische binnenplug 22 uitstrekt. In die radiaal binnenwaarts gelegen positie is het ten minste ene blokkeerelement 40 niet in aangrijping met de buitenplug 72, zodat de buitenplug 72 vrij roteerbaar is ten opzichte van de cilindrische binnenplug 22. Als gevolg daarvan kan de meenemer 16 niet met de buitenplug 72 worden geroteerd en dus het cilinderslot 10 niet worden bediend met de buitenplug 72. Het koppelmechanisme 30 omvat verder een overbrenging 44 die het stuurelement 36 werkzaam verbindt met de uitgaande as 34 van de elektromotor 32.The container lock 10 comprises a lock housing 12 which is provided with a cylindrical lock housing bore 14. Furthermore, as clearly shown in Figure 2, the lock container 10 has a driver 16 which is provided with a driver cam 18 and which is rotatable relative to the lock housing Met a mechanism is actuated in a door lock by means of the driver cam 18, with which a door bolt can be operated in a generally known manner. The cylinder lock 10 has a substantially cylindrical inner plug 22 with which the carrier 16 is connected for rotation. The cylindrical inner plug 22 is received in the lock housing bore 14 and is rotatable about an axial axis L. The cylindrical inner plug 22 is provided with an inner plug chamber 24 which is visible in, for example, figures 7-9 and 11. The cylinder lock 10 further comprises an inner knob or inner handle 26 which is rotationally connected to the cylindrical inner plug 22 or which forms an integral part of the inner plug 22. Moreover, the cylinder lock 10 is provided with an outer plug 72 which is rotatably received around the axial axis L in the lock housing bore 14 and which is provided with at least at least one blocking recess 74. Furthermore, the cylinder lock 10 comprises an outer knob or outer handle 28 which is rotationally connected to the outer plug 72 or which forms an integral part of the outer plug 72. With the aid of a switchable coupling mechanism 30, the outer plug 72 is in the coupled state of the coupling mechanism 30 rotatably connected to the cylindrical inner plug 22. In a disconnected In the condition of the coupling mechanism 30, the outer plug 72 is freely rotatable relative to the cylindrical inner plug 22. The cylinder lock 10 has an electric motor 32 which is provided with a rotatable output shaft 34 which is operatively connected to the coupling mechanism 30 for operating the coupling mechanism. 30. The coupling mechanism comprises a blocking assembly provided with a control element 36 which is rotatably received around the axial axis in the cylindrical inner plug 22 and is provided with a control part 38 with a peripheral contour of which one part has a relatively large diameter and the other part a relatively small diameter. Furthermore, the blocking assembly is provided with at least one blocking element 40 which is received in a transverse bore 42 which extends into an end part 22a of the cylindrical inner plug 22. The transverse bore 42 extends perpendicular to the axial axis L. The relevant end part 22a has a smaller diameter than the other part of the cylindrical inner plug 22. The at least one blocking element 40 abuts the control element 36. In a first rotational position of the control element 36, which is the blocking position, the at least one blocking element 40 abuts the part of the peripheral contour of the control element 36 with the relatively large diameter so that the at least one blocking element 40 is in a radially outward position in which it partially extends beyond the periphery of the end portion 22a of the cylindrical inner plug 22. In that radially outwardly located position, the at least one blocking element 40 engages in a blocking recess 74 of the outer plug 72, such that the outer plug 72 is rotatably connected to the cylindrical inner plug 22. In a second rotational position of the control element 36 which releases the blocking position is, the at least one blocking element 40 abuts the part of the peripheral contour of the relatively small diameter control element 36, so that the at least one blocking element 40 is in a radially inward position in which it is located within the circumference of the end part 22a of the inner cylindrical plug 22. In that radially inwardly located position, the at least one blocking element 40 is not engaged with the outer plug 72, so that the outer plug 72 is freely rotatable relative to the cylindrical inner plug 22. As a result, the carrier 16 cannot be rotated with the outer plug 72 and thus the cylinder lock 10 cannot be operated with the outer plug 72. The coupling mechanism 30 further comprises a transmission 44 which effectively connects the control element 36 to the output shaft 34 of the electric motor 32.

Dit samenstel van kenmerken van het cihnderslot volgens de uitvinding verschaft de voordelen die zijn beschreven in de hierboven gegeven samenvatting van de uitvinding die hier als ingelast wordt beschouwd en waarnaar wordt verwezen.This assembly of characteristics of the container lock according to the invention provides the advantages described in the above summary of the invention which is incorporated herein by reference and referred to.

Zoals algemeen gebruikelijk en ook zichtbaar in figuren 5 en 6 omvat de elektromotor 32 een motorhuis 32 a en een daarin op genomen rotor 32b die rotatievast is verbonden met de uitgaande rotatie-as 34. In het in de figuren weergegeven voorbeeld maakt de buitenknop 28 een integraal onderdeel uit van buitenplug 72. De uitvinding is hiertoe echter niet beperkt. Net als getoond bij de binnen plug 22 en de binnenknop 26, kunnen ook de buitenknop of buitenkruk 28 en de buitenplug 72 zijn uitgevoerd als twee onderdelen die rotatievast met elkaar zijn verbonden. Deze rotatievaste verbinding is bij voorkeur vormgesloten en kan bijvoorbeeld een vierkantig, zeskantig of dergelijk polygonaal gat in de buitenplug omvatten en een overeenkomstig vormgegeven pen die rotatievast is verbonden met de buitenknop of buitenhendel 28 of daarvan een integraal onderdeel uitmaakt. In een alternatieve uitvoering kan de buitenplug 72 zijn voorzien van een rechthoekige of zeskantige pen en kan de buitenknop 28 zijn voorzien van een rechthoekig of zeskantig gat waarin de genoemde pen opneembaar is. Verder heeft het in de figuren getoonde voorbeeld een slothuis 12 met een in hoofdzaak constante, zich in een axiale richting uitstrekkende omtrekscontour. Het slothuis is verder voorzien van een slothuisuitsparing 20 die het slothuis 12 verdeelt in een eerste en het tweede slothuisdeel. De meenemer 16 is in de slothuisuitsparing 20 opgenomen. In een eerste stand van de meenemer bevindt de meenemernok 18 zich in de slothuisuitsparing 20 tussen het eerste en het tweede slothuisdeel en bevindt de meenemernok 18 zich bovendien, gezien in axiale richting van het slothuis 12, binnen de omtrekscontouren van het slothuisAs is generally customary and also visible in figures 5 and 6, the electric motor 32 comprises a motor housing 32a and a rotor 32b accommodated therein, which is rotationally connected to the output axis of rotation 34. In the example shown in the figures, the outer knob 28 makes a integral part of outer plug 72. However, the invention is not limited thereto. Just as shown with the inner plug 22 and the inner knob 26, the outer knob or outer handle 28 and the outer plug 72 can also be designed as two parts that are rotationally connected to each other. This rotation-proof connection is preferably form-locked and may, for example, comprise a square, hexagonal or similar polygonal hole in the outer plug and a correspondingly shaped pin which is rotationally connected to the outer knob or outer handle 28 or forms an integral part thereof. In an alternative embodiment, the outer plug 72 may be provided with a rectangular or hexagonal pin and the outer knob 28 may be provided with a rectangular or hexagonal hole in which said pin can be received. Furthermore, the example shown in the figures has a lock housing 12 with a substantially constant circumferential contour extending in an axial direction. The lock housing is further provided with a lock housing recess 20 which divides the lock housing 12 into a first and the second lock housing part. The carrier 16 is received in the lock housing recess 20. In a first position of the driver the driver cam 18 is located in the lock housing recess 20 between the first and the second lock housing part and the driver cam 18 is, moreover, viewed in the axial direction of the lock housing 12, within the peripheral contours of the lock housing

12. Door rotatie is de meennemer 16 positioneert)aar in een tweede stand waarin de meenemernok 18 zich, gezien in axiale richting, buiten de omtrekscontouren van het slothuis 12 uitstrekt. De uitvinding is echter niet beperkt tot een aldus uitgevoerd slothuis met uitsparing 20 en twee slothuisdelen. Essentieel is slechts dat het slothuis 12 is voorzien van een cilindrische slothuisboring 14 en dat het cilinderslot 10 een meenemer 16 met meenemernok 18 heeft die roteerbaar is ten opzichte van het slothuis 12. In plaats van een integraal uitgevoerd slothuis 12 zoals getoond in de figuren is het ook mogelijk dat de twee slothuisdelen aparte delen zijn die onderling op bekende wijze met elkaar zijn verbonden via een brug.12. By rotation, the driver 16 is positioned in a second position in which the driver cam 18, viewed in the axial direction, extends outside the peripheral contours of the lock housing 12. However, the invention is not limited to a lock housing designed in this way with recess 20 and two lock housing parts. It is only essential that the lock housing 12 is provided with a cylindrical lock housing bore 14 and that the cylinder lock 10 has a catch 16 with catch cam 18 that is rotatable relative to the lock housing 12. Instead of an integrally designed lock housing 12 as shown in the figures it is also possible that the two lock housing parts are separate parts which are mutually connected in known manner via a bridge.

In een uitvoeringsvorm, waarvan een voorbeeld is getoond in de figuren, kan de overbrenging 44 een aandrijfsamenstel omvatten dat is voorzien van een eerste aandrijfsamenstelelement 46 dat rotatievast is verbonden met de uitgaande as 34 van de elektromotor 32. Het aandrijfsamenstel kan tevens zijn voorzien van een tweede aandrijfsamenstelelement 48 dat werkzaam is verbonden met het eerste aandrijfsamenstelelement 46 en dat door het eerste aandrijfsamenstelelement 46 roteerbaar is tussen twee stabiele eindstanden. Een eerste van de twee stabiele eindstanden wordt hierna aangeduid als koppelstand en een tweede van de twee stabiele eindstanden wordt hierna aangeduid als ontkoppelstand. Verder omvat de overbrenging een torsieveerelement 50 dat met een eerste uiteinde rotatievast is verbonden met het tweede aandrijfsamenstelelement 48 en dat met een tweede uiteinde rotatievast is verbonden met het stuurelement 36. In de koppelstand van het tweede aandrijfsamenstelelement 48 oefent torsieveerelement 50 een rotatiekracht uit op het stuurelement 36 die het stuurelement 36 in de richting van de blokkeerstand duwt. In de ontkoppelstand van het tweede aandrijfsamenstelelement 48 oefent het torsieveerelement 50 een rotatiekracht uit op het stuurelement 36 die het stuurelement 36 in de deblokkeerstand duwt.In an embodiment, an example of which is shown in the figures, the transmission 44 can comprise a drive assembly which is provided with a first drive assembly element 46 which is rotationally connected to the output shaft 34 of the electric motor 32. The drive assembly can also be provided with a second drive assembly element 48 operatively connected to the first drive assembly element 46 and rotatable by the first drive assembly element 46 between two stable end positions. A first of the two stable end positions is hereinafter referred to as coupling position and a second of the two stable end positions is hereinafter referred to as uncoupling position. Furthermore, the transmission comprises a torsion spring element 50 which is rotationally connected to the second drive assembly element 48 at a first end and which is rotationally connected to the control element 36 at a second end. In the coupling position of the second drive assembly element 48, torsion spring element 50 exerts a rotational force on the control element 36 which pushes the control element 36 in the direction of the blocking position. In the disengagement position of the second drive assembly element 48, the torsion spring element 50 exerts a rotational force on the control element 36 which pushes the control element 36 into the release position.

Door toepassing van het torsieveerelement 50 behoeft de elektromotor 32 slechts gedurende een zeer kort moment elektrisch te worden bekrachtigd om het tweede aandrijfsamenstelelement 48 van de ontkoppelstand (zie figuur 7) in de koppelstand (zie figuren 8 en 9) te brengen. Zelfs wanneer het ten minste ene blokkeerelement 40 als gevolg van een rotatieve stand van de buitenplug 72 niet de radiaal buitenwaarts gelegen positie kan worden gedrukt en dus het stuurelement 36 niet de volledige kwartslag kan maken (zie figuur 8), kan het tweede aandrijfsamenstelelement 48 wel geheel van de ontkoppelstand in de koppelstand worden geroteerd (zie figuur 8). Het torsieveerelement 50 komt in die situatie onder enige torsieveerspanning te staan zodat op het stuurelement 36 continu een rotatiekracht wordt uitgeoefend in de richting van de blokkeerstand die is geassocieerd met de gewenste radiaal buitenwaarts gelegen positie van het ten minste ene blokkeerelement 40. Zodra de buitenplug 72 wordt verdraaid zal het ten minste ene blokkeerelement 40 in een, in de buitenplug 72 aanwezige blokkeeruitsparing 74 bewegen onder invloed van de door het torsieveerelement 50 uitgeoefende kracht wanneer de betreffende uitsparing in lijn komt met het ten minste ene blokkeerelement 40. Het ten minste ene blokkeerelement 40 bevindt zich dan in de radiaal buitenwaarts gelegen positie zoals weergegeven in figuur 9. Als gevolg van deze constructie behoeft, zoals hiervoor reeds opgemerkt, de elektromotor 32 slechts heel kort te worden bekrachtigd, zodat het verbruik van elektrisch vermogen tot een minimum wordt beperkt en derhalve de levensduur van de batterij of accu optimaal is.By using the torsion spring element 50, the electric motor 32 only needs to be electrically energized for a very short moment in order to bring the second drive assembly element 48 from the disengaged position (see Figure 7) to the coupling position (see Figures 8 and 9). Even if the at least one blocking element 40 cannot be pressed into the radially outward position due to a rotational position of the outer plug 72 and thus the control element 36 cannot make the full quarter turn (see Figure 8), the second drive assembly element 48 can be rotated from the uncoupling position to the coupling position (see figure 8). In that situation, the torsion spring element 50 comes under some torsional stress so that a control force is continuously exerted on the control element 36 in the direction of the blocking position associated with the desired radially outward position of the at least one blocking element 40. As soon as the outer plug 72 is rotated, the at least one blocking element 40 will move into a blocking recess 74 present in the outer plug 72 under the influence of the force exerted by the torsion spring element 50 when the relevant recess comes into line with the at least one blocking element 40. The at least one blocking element 40 is then in the radially outward position as shown in Figure 9. As a result of this construction, as already noted above, the electric motor 32 only needs to be energized for a very short time, so that the consumption of electrical power is kept to a minimum and therefore the battery life or battery is optimal.

Het in de figuren getoonde voorbeeld van de aandrijving is slechts een voorbeeld. Er zijn vele andere soorten van bi-stabiele aandrijfconstructies denkbaar. Van belang is dat met een eenvoudige, standaard in de handel verkrijgbare elektromotor 32 een tweede aandrijfsamenstelelement van een eerste stabiele stand in een tweede stabiele stand kan worden gebracht. Dit kan bijvoorbeeld ook worden bewerkstelligd met een snap-constructie waarbij bijvoorbeeld een verende opgestelde kogel in twee uitsparingen kan snappen, waarbij elke uitsparing een stabiele rotatieve stand van het tweede aandrijfsamenstelelement bepaalt. Ook het gebruik van stangenstelsels of andere nok/curvesamenstellen voor het creëren van twee stabiele standen voor het tweede aandrijfsamenstelelement behoort tot de mogehjkheden.The example of the drive shown in the figures is only an example. Many other types of bi-stable drive structures are conceivable. It is important that with a simple electric motor 32, which is standard on the market, a second drive assembly element can be brought from a first stable position to a second stable position. This can also be achieved, for example, with a snap construction in which, for example, a resiliently arranged ball can snap into two recesses, each recess determining a stable rotational position of the second drive assembly element. The use of rod assemblies or other cam / curve assemblies for creating two stable positions for the second drive assembly element is also possible.

Het torsieveerelement 50 kan ook anders worden uitgevoerd dan getoond in de figuren. In de figuren is sprake van een op torsie belastbare spiraalveer (e. hehcal spring) die zich over een zekere lengte uitstrekt. Echter, in een alternatieve uitvoering van het torsieveerelement kan gebruik worden gemaakt van een platte spiraalveer (e. flat spiral spring). Ook is het mogelijk dat gebruik wordt gemaakt van een torsieveerelement in de vorm van een flexibele kunststof of rubber streng of een torderende bladveer.The torsion spring element 50 can also be designed differently than shown in the figures. In the figures there is talk of a torsion-resistant spiral spring (e. Hehcal spring) which extends over a certain length. However, in an alternative embodiment of the torsion spring element, use can be made of a flat spiral spring (e. Flat spiral spring). It is also possible that use is made of a torsion spring element in the form of a flexible plastic or rubber strand or a tipping leaf spring.

In een uitvoeringsvorm, waarvan een voorbeeld is getoond in de figuren, kan het eerste aandrijfsamenstelelement 46 een crankpen 52 omvatten die excentrisch ten opzichte van de axiale hartlijn L is op gesteld en roteerbaar is rond de axiale hartlijn L. Het tweede aandrijfsamenstelelement 48 kan daarbij roteerbaar zijn rond een tweede hartlijn L2 die zich evenwijdig uitstrekt aan de axiale hartlijn L en excentrisch ten opzichte van de axiale hartlijn L is gepositioneerd. Bij deze uitvoeringsvorm is het tweede aandrijfsamenstelelement 48 voorzien van een geleidesleuf 54 waarin de crankpen 52 verschuifbaar is opgenomen.In an embodiment, an example of which is shown in the figures, the first drive assembly element 46 may include a crank pin 52 that is eccentrically disposed with respect to the axial axis L and rotatable about the axial axis L. The second drive assembly element 48 may thereby be rotatable are positioned around a second axis L2 extending parallel to the axial axis L and eccentrically positioned with respect to the axial axis L. In this embodiment, the second drive assembly element 48 is provided with a guide slot 54 in which the crank pin 52 is slidably received.

Deze constructie is relatief eenvoudig en robuust en is aandrijfbaar met een standaard elektromotor 32 die tegen relatief geringe kostprijs verkrijgbaar is en die bovendien over een diameter kan beschikken die zo gering is dat deze elektromotor 32 in de binnenplugkamer 24 van de binnenplug 22 past, welke binnenplug 22 op zijn beurt weer een buitendiameter heeft die passend, roteerbaar opneembaar is een standaard slothuis 12 van een cilinderslot 10, bijvoorbeeld volgens DIN 18252. Dit in tegenstelhng tot de bekende elektrisch bekrachtigde sloten die ofwel met een elektromagnetische spoel worden bediend ofwel met een motor die buiten het slothuis 12 is op gesteld, bijvoorbeeld in de binnenknop van het slot, zoals getoond in US 6,865,916 B2. De onderhavige uitvoeringsvorm levert een bijzonder compacte constructie met een minimum aan onderdelen, zodat de kosten relatief laag zijn en de constructie bovendien bijzonder duurzaam is.This construction is relatively simple and robust and is drivable with a standard electric motor 32 which is available at a relatively low cost price and which moreover can have a diameter so small that this electric motor 32 fits into the inner plug chamber 24 of the inner plug 22, which inner plug 22, in turn, has an outside diameter that is suitably rotatably accommodated in a standard lock housing 12 of a cylinder lock 10, for example according to DIN 18252. This is in contrast to the known electrically powered locks which are operated either with an electromagnetic coil or with a motor which is arranged outside the lock housing 12, for example in the inner knob of the lock, as shown in US 6,865,916 B2. The present embodiment provides a particularly compact construction with a minimum of parts, so that the costs are relatively low and, moreover, the construction is particularly durable.

In een uitvoeringsvorm, waarvan een voorbeeld is getoond in de figuren, kan het tweede aandrijfsamenstelelement 48 zijn voorzien van een radiale arm 56 die zich in radiale richting ten opzichte van de tweede hartlijn L2 uitstrekt, waarbij de geleidesleuf 54 zich tevens in de genoemde radiale richting in de arm 56 uitstrekt.In an embodiment, an example of which is shown in the figures, the second drive assembly element 48 may be provided with a radial arm 56 extending radially with respect to the second axis L2, the guide slot 54 also extending in the said radial direction extends into the arm 56.

Bij een dergelijke uitvoeringsvorm beweegt de crankpen 52 bij overgang van de koppelstand naar de ontkoppelstand van het tweede aandrijfsamenstelelement 48 van een radiaal binnenwaarts gelegen positie van de geleidesleuf 54 naar een radiaal buitenwaarts gelegen positie en vervolgens weer naar de radiaal binnenwaarts gelegen positie. De radiaal buitenwaarts gelegen positie vormt in wezen een dood punt dat moet worden gepasseerd om het tweede aandrijfsamenstelelement 48 van de ene stabiele positie, bijvoorbeeld de ontkoppelstand, in de andere stabiele positie, bijvoorbeeld de koppelstand, te brengen. Door aanwezigheid van het dode punt dat moet worden gepasseerd, is er feitelijk sprake van twee stabiele uiterste standen met het daarmee samenhangende voordeel van gering verbruik van elektrisch vermogen dat hiervoor is beschreven. Opgemerkt zij dat de uitvinding niet is beperkt tot een uitvoeringsvorm met een dergelijk crankpen 52 en radiale arm 56 met geleidesleuf 54 constructie om twee stabiele standen te verschaffen. Ook andere mechanismen behoren tot de mogelijkheden, waarbij bijvoorbeeld gebruik wordt gemaakt van verende pennen of verend opgesteld kogels die vallen in daarmee geassocieerde uitsparingen om twee stabiele posities te verschaffen. In plaats van een crankpen 52/geleidesleuf 54-mechanisme kan ook gebruik worden gemaakt van een stangenstelsel. Het cankpen 52/geleidesleuf 54mechanisme biedt echter het voordeel dat dit robuust kan worden uitgevoerd en relatief eenvoudige montage mogelijk maakt.In such an embodiment, upon transition from the coupling position to the uncoupling position of the second drive assembly element 48, the crank pin 52 moves from a radially inward position of the guide slot 54 to a radially outward position and then back to the radially inward position. The radially outward position is essentially a dead-end point that must be passed to bring the second drive assembly element 48 from one stable position, for example, the uncoupled position, to the other stable position, for example, the coupling position. Due to the presence of the dead center to be passed, there are in fact two stable extreme positions with the associated advantage of low consumption of electrical power described above. It is noted that the invention is not limited to an embodiment with such a crank pin 52 and radial arm 56 with guide slot 54 construction to provide two stable positions. Other mechanisms are also possible, wherein, for example, use is made of resilient pins or resiliently arranged balls that fall in associated recesses to provide two stable positions. Instead of a crank pin 52 / guide slot 54 mechanism, a rod system can also be used. The cankpen 52 / guide slot 54 mechanism, however, offers the advantage that it can be made robust and allows relatively simple assembly.

In uitvoeringsvorm, waarvan een voorbeeld is getoond in de figuren,kunnen de eerste en tweede stabiele eindstanden van het tweede aandrijfsamenstelelement 48 wordt bepaald door een doodlopend einde van de geleidesleuf 54. Daarbij ligt zowel in de eerste als in de tweede stabiele eindstand de crankpen 52 aanligt tegen het doodlopende einde van de geleidesleuf 54, zodat verdere rotatie van het tweede aandrijfsamenstelelement (48) is begrensd. In een alternatieve uitvoering kan de eerste stabiele eindstand van het tweede aandrijfsamenstelelement 48 worden bepaald door een deel van de radiale arm 56 dat aanligt tegen een binnenwand van de binnenplugkamer 24. Daarbij kan de tweede stabiele eindstand van het tweede aandrijfsamenstelelement 48 ook worden bepaald door een deel van de radiale arm 56 dat aanligt tegen de binnenwand van de binnenplugkamer 24.In an embodiment, an example of which is shown in the figures, the first and second stable end positions of the second drive assembly element 48 can be defined by a dead end of the guide slot 54. The crank pin 52 is located in both the first and the second stable end position. abuts the dead end of the guide slot 54, so that further rotation of the second drive assembly element (48) is limited. In an alternative embodiment, the first stable end position of the second drive assembly element 48 can be determined by a part of the radial arm 56 which abuts against an inner wall of the inner plug chamber 24. In this case, the second stable end position of the second drive assembly element 48 can also be determined by a part of the radial arm 56 that abuts the inner wall of the inner plug chamber 24.

Voor beide hierboven beschreven alternatieve uitvoeringsvorm voor het verschaffen van de twee stabiele eindstanden behoeven geen speciale voorzieningen of elementen te worden verschaft om de twee eindstanden te definiëren. In feite zijn deze gedefinieerd door ofwel de lengte van de geleidesleuf 54, dat wil zeggen de positie van het doodlopende einde daarvan, ofwel door de diameter van de binnenplugkamer 24 in combinatie met de lengte en vorm van de radiale arm 56. Het aantal onderdelen kan derhalve met een dergelijke uitvoeringsvorm tot een minimum beperkt bhjven.For both of the alternative embodiments described above for providing the two stable end positions, no special provisions or elements need to be provided to define the two end positions. In fact, they are defined by either the length of the guide slot 54, i.e. the position of the dead end thereof, or by the diameter of the inner plug chamber 24 in combination with the length and shape of the radial arm 56. The number of parts can be therefore be kept to a minimum with such an embodiment.

Teneinde een eenvoudige montage van het cilinderslot 10 te verschaffen, kan een uitvoeringsvorm, waarvan een voorbeeld is getoond in de figuren, zijn voorzien van een eerste montagedeel 58 dat een cilindrische omtrekswand 60 en een eindwand 62 met een centrale opening 63 heeft en dat passend is opgenomen in de binnenplugkamer 24, zodanig dat het stuurelement 36 roteerbaar is opgenomen in de centrale opening 63 in eindwand 62 en tussen de eindwand 62 van het montagedeel 58 en een eindwand van de cilindrische binnenplug 22 is ingesloten.In order to provide a simple mounting of the cylinder lock 10, an embodiment, an example of which is shown in the figures, may be provided with a first mounting part 58 which has a cylindrical peripheral wall 60 and an end wall 62 with a central opening 63 and which is suitable included in the inner plug chamber 24, such that the control element 36 is rotatably received in the central opening 63 in end wall 62 and is enclosed between the end wall 62 of the mounting part 58 and an end wall of the cylindrical inner plug 22.

In een uitvoeringsvorm, waarvan een voorbeeld is getoond in de figuren, kan het tweede aandrijfsamenstelelement 48 eenvoudig worden gemonteerd onder gebruikmaking van een tweede montagedeel 64. Daarbij kan het tweede montagedeel 64 een cilindrische omtrekswand 66 en tenminste een eindwand 68 hebben en passend zijn opgenomen in de binnenplugkamer 24. De eindwand 68 is daarbij voorzien van een rond gat 70 waarvan het midden samenvalt met de tweede hartlijn L2 en waarbij het tweede aandrijfsamenstelelement 48 roteerbaar is opgenomen in het ronde gat 70.In an embodiment, an example of which is shown in the figures, the second drive assembly element 48 can be easily mounted using a second mounting part 64. The second mounting part 64 can have a cylindrical circumferential wall 66 and at least one end wall 68 and are suitably accommodated in the inner plug chamber 24. The end wall 68 is thereby provided with a round hole 70, the center of which coincides with the second axis L2 and wherein the second drive assembly element 48 is rotatably received in the round hole 70.

Ten behoeve van de duidelijkheid zijn in figuren 7-9 de beide montagedelen 58, 64 niet getoond omdat deze het zicht op de aandrijfsamenstelelementen 46, 48, de torsieveer 50 en een deel van het stuurelement 36 zouden belemmeren. De montagedelen 58, 64 zijn echter duidelijk zichtbaar in figuren 5, 6 en 11.For the sake of clarity, the two mounting parts 58, 64 are not shown in figures 7-9 because they would obstruct the view of the drive assembly elements 46, 48, the torsion spring 50 and a part of the control element 36. However, the mounting parts 58, 64 are clearly visible in Figures 5, 6 and 11.

In een uitvoeringsvorm, waarvan een voorbeeld is getoond in de figuren, kan het einddeel van de cilindrische binnenplug 22 met de dwarsboring 42 passend zijn op genomen in een uiteinde van de in hoofdzaak cilindrische buitenplug 72. De blokkeeruitsparingen 74 zijn uitgevoerd als een aantal, nabij het uiteinde van de in hoofdzaak cilindrische buitenplug 72 in een binnenwand daarvan aangebrachte, zich in axiale richting uitstrekkende groeven waarin het ten minste ene blokkeerelement 40 aangrijpt wanneer het stuurelement 36 zich in de blokkeerstand bevindt.In an embodiment, an example of which is shown in the figures, the end portion of the cylindrical inner plug 22 with the transverse bore 42 may be fittingly received in one end of the substantially cylindrical outer plug 72. The blocking recesses 74 are formed as a plurality, near the end of the substantially cylindrical outer plug 72 is provided in an inner wall thereof, grooves extending in axial direction into which the at least one blocking element 40 engages when the control element 36 is in the blocking position.

Door het aantal groeven niet te beperken tot slechts één paar van twee diametraal tegenover elkaar gelegen groeven, maar bijvoorbeeld te kiezen voor zes paren, behoeft de buitenplug 72 slechts over een geringe hoek, in dit voorbeeld maximaal ca. 25° te worden geroteerd om het aangrijpen van een blokkeerelement 40 in de dichtstbijzijnde blokkeeruitsparing 74 te bewerkstelligen nadat de elektromotor 3 is bekrachtigd voor het in de koppelstand brengen van het tweede aandrijfsamenstelelement 48 en het daarmee in de richting van de blokkeerstand duwen van het stuurelement 36. Een gebruiker die het cilinderslot 10 van buitenaf wenst te bedienen voelt in dat geval derhalve een niet werkzame hoekverdraaiing van de buitenplug 72 en de daarmee verbonden buitenknop of buitenkruk 28 van maximaal 25°. Overigens kan het aantal blokkeeruitsparingen ook lager of nog aanzienlijk hoger worden gekozen dan het hier genoemde voorbeeld van twaalf (zes paar).By not limiting the number of grooves to only one pair of two diametrically opposed grooves, but, for example, choosing six pairs, the outer plug 72 only needs to be rotated through a small angle, in this example a maximum of about 25 ° in order to to engage a blocking element 40 in the nearest blocking recess 74 after the electric motor 3 has been energized for bringing the second drive assembly element 48 into the coupling position and thereby pushing the control element 36 in the direction of the blocking position. A user operating the cylinder lock 10 wishing to operate from the outside therefore feels in that case an ineffective angular rotation of the outer plug 72 and the outer knob or outer handle 28 connected thereto by a maximum of 25 °. Incidentally, the number of blocking recesses can also be chosen lower or even considerably higher than the example of twelve (six pairs) mentioned here.

Ten behoeve van een eenvoudige axiale fixering van de buitenplug 72 in het slothuis 12, kan in een uitvoeringsvorm, waarvan een voorbeeld is getoond in de figuren, de buitenplug 72 zijn voorzien van een omtreksgroef 76. Een in het slothuis 12 opgenomen borgpen 78 kan daarbij in de omtreksgroef 76 reiken zodanig dat de buitenplug 72 in axiale richting is gefixeerd ten opzichte van het slothuis 12.For a simple axial fixation of the outer plug 72 in the lock housing 12, in an embodiment, an example of which is shown in the figures, the outer plug 72 may be provided with a circumferential groove 76. A locking pin 78 accommodated in the lock housing 12 can herein extend into the circumferential groove 76 such that the outer plug 72 is fixed in the axial direction with respect to the lock housing 12.

In een uitvoeringsvorm verschaft, waarvan ook een voorbeeld is getoond in de figuren, kan de binnenknop of binnenkruk 26 zijn voorzien van een holle cilindrische as 80 die roteerbaar is opgenomen in de slothuisboring 14. Daarbij is een uiteinde van de holle cilindrische as 80 van de binnenknop of binnenkruk 26 rotatievast verbonden met de cilindrische binnenplug 22. Deze rotatievaste verbinding maakt het mogelijk om de binnenplug 22 en daarmee de meenemer 16 altijd te roteren met behulp van de binnenknop of binnenkruk 26. In een alternatieve uitvoering kan de binnenknop 26 zijn voorzien van een vierkantige, zeskantige pen of een pen met een andere polygonale doorsnede. Daarbij kan de in hoofdzaak cilindrische binnenplug 22 zijn voorzien van een vierkantig of zeskantig gat waarin de pen rotatievast opneembaar is. Het is natuurlijk ook mogelijk dat de binnenknop 26 is voorzien van een vierkantig of zeskantig gat en dat de in hoofdzaak cilindrische binnen plug 22 is voorzien van een vierkantige of zeskantige pen waarop de binnenknop 26 met vierkantig of zeskantig gat monteerbaar is.In an embodiment provided of which also an example is shown in the figures, the inner knob or inner handle 26 may be provided with a hollow cylindrical shaft 80 which is rotatably received in the lock housing bore 14. In this case one end of the hollow cylindrical shaft 80 of the inner knob or inner handle 26 rotatably connected to the cylindrical inner plug 22. This rotation-proof connection makes it possible to always rotate the inner plug 22 and thus the driver 16 by means of the inner knob or inner handle 26. In an alternative embodiment, the inner knob 26 can be provided with a square, hexagonal pin or a pin with a different polygonal cross section. The substantially cylindrical inner plug 22 can herein be provided with a square or hexagonal hole in which the pin can be received rotationally. It is of course also possible that the inner knob 26 is provided with a square or hexagonal hole and that the substantially cylindrical inner plug 22 is provided with a square or hexagonal pin on which the inner knob 26 with a square or hexagonal hole can be mounted.

In een uitvoeringsvorm kan de binnenknop of binnenkruk 26 zijn voorzien van een kamer 82 waarin een batterij of accu en besturingselektronica voor de elektromotor 32 is opgenomen. De batterij of accu en de besturingselektronica voor de elektromotor 32 zijn in de figuren niet getoond, maar het is voor de vakman duidelijk hoe deze in de binnenknop of binnenkruk 26 zouden kunnen worden aangebracht. Aangezien er weinig vermogen nodig is om het cilinderslot 10 te kunnen bedienen, kan met een relatief kleine batterij worden volstaan. Ook de besturingselektronica voor de elektromotor 32 kan bijzonder klein worden uitgevoerd, zodat de kamer 82 relatief klein kan zijn en de esthetiek van de binnenknop of binnenkruk 26 daardoor niet nadelig behoeft te worden beïnvloed.In one embodiment, the inner knob or inner handle 26 may be provided with a chamber 82 in which a battery or accumulator and control electronics for the electric motor 32 are included. The battery or accumulator and the control electronics for the electric motor 32 are not shown in the figures, but it is clear to a person skilled in the art how they could be arranged in the inner knob or inner handle 26. Since little power is required to be able to operate the cylinder lock 10, a relatively small battery will suffice. The control electronics for the electric motor 32 can also be of particularly small design, so that the chamber 82 can be relatively small and the aesthetics of the inner knob or inner crank 26 need not thereby be adversely affected.

In een uitvoeringsvorm kan de stuurelektronica een draadloze ontvanger omvatten voor het ontvangen van een draadloos signaal dat wordt uitgezonden door bijvoorbeeld een smartphone of een transponder waarover de gebruiker beschikt.In one embodiment, the control electronics may comprise a wireless receiver for receiving a wireless signal transmitted by, for example, a smartphone or a transponder available to the user.

Bij het naderen van het slot kan een signaal van de smartphone of de transponder van de gebruiker worden herkend en kan het koppelmechanisme automatisch worden bediend om het stuurelement 36 in de richting van blokkeerstand te duwen, zodat, zodra wanneer de gebruiker de buitenplug 72 roteert, de rotatievaste koppeling tussen de binnenplug 22 en de buitenplug 72 tot stand wordt gebracht en het deurslot kan worden geopend.Upon approaching the lock, a signal from the smartphone or the user's transponder can be recognized and the coupling mechanism can be operated automatically to push the control element 36 in the direction of blocking position, so that as soon as the user rotates the outer plug 72, the rotation-proof coupling between the inner plug 22 and the outer plug 72 is established and the door lock can be opened.

Op dezelfde wijze als de buitenplug 72, kan ten behoeve van de eenvoudige montage van de binnenknop of binnenkruk 26 in een uitvoeringsvorm, waarvan een voorbeeld is getoond in de figuren, ook de holle cilindrische as 80 van de binnenknop of binnenkruk 26 zijn voorzien van een omtreksgroef 84. Daarbij kan een borgpen 86 die in het slothuis 12 is opgenomen in de omtreksgroef 84 reiken zodanig dat de binnenknop of binnenkruk 26 in axiale richting is gefixeerd ten opzichte van het slothuis 12. In een alternatieve uitvoeringsvorm kan de omtreksgroef 84 ook zijn aangebracht in de in hoofdzaak cilindrische binnenplug 22 en kan de binnenknop 26 via een pen/gat-verbinding, zijn verbonden met de binnenplug. Daarbij zijn pen en gat bij voorkeur niet-rond uitgevoerd, zodat een rotatievaste, vormgesloten verbinding tussen de binnenknop 26 en de binnenplug 22 tot stand kan worden gebracht.In the same way as the outer plug 72, for the simple mounting of the inner knob or inner handle 26 in an embodiment, an example of which is shown in the figures, the hollow cylindrical shaft 80 of the inner knob or inner handle 26 may also be provided with a circumferential groove 84. A locking pin 86 accommodated in the lock housing 12 can extend into the circumferential groove 84 such that the inner knob or inner handle 26 is fixed in axial direction with respect to the lock housing 12. In an alternative embodiment, the circumferential groove 84 can also be provided in the substantially cylindrical inner plug 22 and the inner knob 26 can be connected to the inner plug via a pin / hole connection. The pin and hole are preferably non-round, so that a rotation-proof, form-locked connection between the inner knob 26 and the inner plug 22 can be established.

De hiervoor genoemde rotatievaste verbinding tussen de holle cilindrische as 80 van de binnenknop of binnenkruk 26 en de cilindrisch binnenplug 22 kan in een uitvoeringsvorm zijn uitgevoerd als een vormgesloten verbinding. Dit kan bijvoorbeeld worden gerealiseerd doordat een althans deel van buitencontour van de cilindrische binnenplug 22 is voorzien van een afgeplat deel 88 en doordat een deel van de binnencontour van de holle cilindrische as 80 een afplatting 90 bevat die in gemonteerde toestand passend aanligt het afgeplatte deel 88 van de buitencontour van de cilindrische binnenplug 22. In plaats van een enkel afgeplat deel is het natuurfijk ook mogelijk gebruik te maken van meerdere afgeplatte delen. De buitencontour van de cilindrische binnenplug 22 kan bijvoorbeeld zijn uitgevoerd als een zeskant en kan de holle cihndrische as 80 zijn voorzien van een binnenzeskant. Het cihnderslot 10 kan zijn voorzien van een borgpen of borgschroef 92 die een verbinding tussen de binnenknop of binnenkruk 26 en de cilindrische binnenplug 22 bewerkstelligt.The aforementioned rotation-proof connection between the hollow cylindrical shaft 80 of the inner knob or inner handle 26 and the cylindrical inner plug 22 can in one embodiment be designed as a form-locked connection. This can be realized, for example, in that a at least part of the outer contour of the cylindrical inner plug 22 is provided with a flattened part 88 and in that a part of the inner contour of the hollow cylindrical shaft 80 comprises a flattening 90 which, in the mounted state, fits flush with the flattened part 88 of the outer contour of the cylindrical inner plug 22. Instead of a single flattened part it is naturally possible to make use of several flattened parts. The outer contour of the cylindrical inner plug 22 can for example be designed as a hexagon and the hollow cylindrical shaft 80 can be provided with an inner hexagon. The cylinder lock 10 may be provided with a locking pin or locking screw 92 which establishes a connection between the inner knob or inner handle 26 and the cylindrical inner plug 22.

De meenemer 16 kan op soortgelijke wijze rotatievast zijn verbonden met de in hoofdzaak cilindrische binnenplug 22, namelijk vormgesloten met ten minste twee met elkaar corresponderende afgeplatte delen 94, 96 en eventueel onder toevoeging van een borgpen of borgschroef 98.The carrier 16 can be similarly rotatably connected to the substantially cylindrical inner plug 22, namely form-locked with at least two corresponding flattened parts 94, 96 and optionally with the addition of a locking pin or locking screw 98.

In een uitvoeringsvorm, waarvan een voorbeeld is getoond in de figuren, kan het ten minste ene blokkeerelement 40 zijn uitgevoerd als twee kogels. Echter, ook andere uitvoeringsvormen behoren tot de mogelijkheden, zoals bijvoorbeeld twee radiale beweegbaar opgestelde borgpennen of verzwenkbare nokken. Kogels hebben echter het voordeel dat deze robuust zijn en niet eenvoudig met een boorbewerking kunnen worden vernield voor het verkrijgen van ongeoorloofde toegang via het cilinderslot 10. Ook kan gebruik worden gemaakt van een enkele kogel 40 of een enkelvoudig uitgevoerde borgpen in plaats van de twee kogels 40 die zijn getoond in de figuren.In an embodiment, an example of which is shown in the figures, the at least one blocking element 40 can be designed as two balls. However, other embodiments are also possible, such as for example two radially movably arranged locking pins or pivotable cams. However, balls have the advantage that they are robust and cannot easily be destroyed with a drilling operation for obtaining unauthorized access via the cylinder lock 10. Use can also be made of a single ball 40 or a single locking pin instead of the two balls 40 shown in the figures.

De diverse uitvoeringsvormen die hierboven zijn beschreven kunnen onafhankelijk van elkaar worden toegepast en met elkaar op verschillende wijze worden gecombineerd. De verwijzinggscijfers in de gedetailleerde beschrijving en de conclusies beperken de beschrijving van de uitvoeringsvormen de conclusies niet en dienen slechts ter verduidelijking.The various embodiments described above can be applied independently of each other and combined with each other in different ways. The reference numerals in the detailed description and the claims do not limit the description of the embodiments and the claims and are merely illustrative.

Claims

CONCLUSIESCONCLUSIONS

1. Cilinderslot (10) omvattend:A cylinder lock (10) comprising:

• een slothuis (12) voorzien van een cihndrische slothuisboring (14);• a lock housing (12) provided with a cylindrical lock housing bore (14);

• een meennemer (16) die is voorzien van een meenemernok (18) en die roteerbaar is ten opzichte van het slothuis (12);• a carrier (16) which is provided with a carrier cam (18) and which is rotatable relative to the lock housing (12);

• een in hoofdzaak cilindrische binnenplug (22) waarmee de meenemer (16) rotatievast is verbonden, waarbij de cilindrische binnenplug (22) roteerbaar rond een axiale harthjn (L) in de slothuisboring (14) is opgenomen, waarbij de cilindrische binnenplug (22) is voorzien van een binnenplugkamer (24);• a substantially cylindrical inner plug (22) to which the carrier (16) is rotationally connected, the cylindrical inner plug (22) being rotatably received around an axial center (L) in the lock housing bore (14), the cylindrical inner plug (22) is provided with an inner plug chamber (24);

• een binnenknop of binnenkruk (26) die rotatievast is verbonden met de cilindrische binnenplug (22) of daarvan een integraal onderdeel uitmaakt;• an inner knob or inner handle (26) that is rotationally connected to the cylindrical inner plug (22) or forms an integral part thereof;

• een in hoofdzaak cilindrische buitenplug (72) die roteerbaar rond de axiale hartlijn (L) in de slothuisboring (14) is op genomen en die is voorzien van ten minste één blokkeeruitsparing (74);• a substantially cylindrical outer plug (72) rotatably received around the axial axis (L) in the lock housing bore (14) and which is provided with at least one blocking recess (74);

• een buitenknop of buitenkruk (28) die rotatievast is verbonden met de buitenplug (72) of daarvan een integraal onderdeel uitmaakt;• an outer knob or outer handle (28) that is rotationally connected to the outer plug (72) or forms an integral part thereof;

• een koppelmechanisme (30) dat schakelbaar is in een gekoppelde toestand waarin de buitenplug (72) rotatievast is verbonden met de cihndrische binnenplug (22) en een ontkoppelde toestand waarin de buitenplug (72) vrij roteerbaar is ten opzichte van de cilindrische binnenplug (22);• a coupling mechanism (30) that is switchable in a coupled state in which the outer plug (72) is rotationally connected to the inner inner plug (22) and a disconnected state in which the outer plug (72) is freely rotatable relative to the cylindrical inner plug (22) );

• een elektromotor (32) voorzien van een roteerbare uitgaande as (34) die werkzaam is verbonden met het koppelmechanisme (30) ter bediening van het koppelmechanisme (30);• an electric motor (32) provided with a rotatable output shaft (34) operatively connected to the coupling mechanism (30) for operating the coupling mechanism (30);

waarbij het koppelmechanisme (e. coupling mechanism) (30) omvat:wherein the coupling mechanism (30) comprises:

• een blokkeersamenstel (e. blocking assembly) voorzien van: o een stuurelement (e. control element) (36) dat roteerbaar rond de axiale hartlijn in de cilindrische binnenplug (22) is opgenomen en is voorzien van een stuurdeel (38) met een omtrekscontour waarvan een deel een relatief grote diameter heeft en een ander deel een relatief kleine diameter heeft; en o ten minste één blokkeerelement (e. blocking element) (40) dat is opgenomen in een dwarsboring (42) die uitstrekt in een einddeel (22a) van de cilindrische binnenplug (22), welk einddeel (22a) een, ten opzichte van het overige deel van de cilindrische binnenplug (22) kleinere diameter heeft, waarbij de dwarsboring (42) zich loodrecht op de axiale hartlijn (L) uitstrekt;• a blocking assembly (e. Blocking assembly) comprising: o a control element (e. Control element) (36) which is rotatably received around the axial axis in the cylindrical inner plug (22) and is provided with a control part (38) with a peripheral contour of which one part has a relatively large diameter and another part has a relatively small diameter; and o at least one blocking element (e. blocking element) (40) received in a transverse bore (42) extending into an end part (22a) of the cylindrical inner plug (22), which end part (22a) is one, relative to the remainder of the inner cylindrical plug (22) has a smaller diameter, the transverse bore (42) extending perpendicular to the axial axis (L);

waarbij, in een eerste rotatieve stand van het stuurelement (36) die de blokkeerstand is, het ten minste ene blokkeerelement (40) aanligt tegen het deel van de omtrekscontour van het stuurelement (36) met de relatief grote diameter, zodat het ten minste ene blokkeerelement (40) zich in een radiaal buitenwaarts gelegen positie bevindt waarin het zich ten dele buiten de omtrek van het einddeel (22a) van de cilindrische binnenplug (22) uitstrekt en daarbij aangrijpt in een genoemde blokkeeruitsparing (74) van de buitenplug (72), zodanig dat de buitenplug (72) rotatievast is verbonden met de cilindrische binnenplug (22);wherein, in a first rotational position of the control element (36) which is the blocking position, the at least one blocking element (40) abuts the part of the peripheral contour of the control element (36) with the relatively large diameter, so that the at least one blocking element (40) is in a radially outward position in which it extends partly outside the circumference of the end part (22a) of the cylindrical inner plug (22) and thereby engages in a said blocking recess (74) of the outer plug (72) such that the outer plug (72) is rotationally connected to the cylindrical inner plug (22);

waarbij, in een tweede rotatieve stand van het stuurelement (36) die de deblokkeerstand is, het ten minste ene blokkeerelement (40) aanligt tegen het deel van de omtrekscontour van het stuurelement (36) met de relatief kleine diameter, zodat het ten minste ene blokkeerelement (40) zich in een radiaal binnenwaarts gelegen positie bevindt waarin het zich binnen de omtrek van het einddeel (22a) van de cilindrische binnenplug (22) uitstrekt zodat de buitenplug (72) roteerbaar is ten opzichte van de cilindrische binnenplug (22); en waarbij het koppelmechanisme (30) verder omvat:wherein, in a second rotational position of the control element (36) which is the unblocking position, the at least one blocking element (40) abuts the part of the peripheral contour of the control element (36) with the relatively small diameter, so that the at least one blocking element (40) is in a radially inward position in which it extends within the circumference of the end portion (22a) of the cylindrical inner plug (22) so that the outer plug (72) is rotatable with respect to the cylindrical inner plug (22); and wherein the coupling mechanism (30) further comprises:

• een overbrenging (e. transmission) (44) die het stuurelement (36) werkzaam verbindt met de uitgaande as (34) van de elektromotor (32).• a transmission (e. Transmission) (44) which effectively connects the control element (36) to the output shaft (34) of the electric motor (32).

2. Het cilinderslot volgens conclusie 1, waarbij de overbrenging (44) omvat:The cylinder lock of claim 1, wherein the transmission (44) comprises:

• een aanclrijfsamenstel omvattend:• a sign assembly comprising:

o een eerste aandrijfsamenstelelement (46) dat rotatievast is verbonden met de uitgaande as (34) van de elektromotor (32); en o een tweede aandrijfsamenstelelement. (48) dat werkzaam is verbonden met het eerste aandrijfsamenstelelement (46) en dat door het. eerste aandrijfsamenstelelement (46) roteerbaar is tussen twee stabiele eindstanden, waarbij een eerste van de twee stabiele eindstanden een koppelstand is en waarbij een tweede van de twee stabiele eindstanden een ontkoppelstand;o a first drive assembly element (46) that is rotationally connected to the output shaft (34) of the electric motor (32); and a second drive assembly element. (48) operatively connected to the first drive assembly element (46) and connected by the. first drive assembly element (46) is rotatable between two stable end positions, one of the two stable end positions being a coupling position and a second of the two stable end positions being a disengaging position;

• een torsieveerelement (50) dat met een eerste uiteinde rotatievast is verbonden met het tweede aandrijfsamenstelelement (48) en dat met een tweede uiteinde rotatievast is verbonden met het stuurelement (36), zodanig dat:• a torsion spring element (50) which is rotationally connected to the second drive assembly element (48) at a first end and which is rotationally connected to the control element (36) at a second end such that:

- in de koppelstand van het tweede aandrijfsamenstelelement (48) het. torsieveerelement (50) een rotatiekracht op het stuurelement (36) uitoefent die het stuurelement (36) in de richting van de blokkeerstand duwt;- in the coupling position of the second drive assembly element (48) the. torsional spring element (50) exerts a rotational force on the control element (36) which pushes the control element (36) in the direction of the blocking position;

- in de ontkoppelstand van het tweede aandrijfsamenstelelement (48) het torsieveerelement (50) een rotatiekracht op het stuurelement (36) uitoefent die het stuurelement (36) in de deblokkeerstand duwt.- in the uncoupled position of the second drive assembly element (48) the torsion spring element (50) exerts a rotational force on the control element (36) which pushes the control element (36) into the release position.

3. Het cilinderslot volgens conclusie 2, waarbij het eerste aandrijfsamenstelelement (46) een crankpen (52) omvat die excentrisch ten opzichte van de axiale hartlijn (L) is opgesteld en roteerbaar is rond de axiale hartlijn (L); en waarbij het tweede aandrijfsamenstelelement (48) roteerbaar is rond een tweede hartlijn (L2) die zich evenwijdig uitstrekt aan de axiale hartlijn (L) en excentrisch ten opzichte van de axiale hartlijn (L) is gepositioneerd, waarbij het tweede aandrijfsamenstelelement (48) is voorzien van een geleidesleuf (54) waarin de crankpen (52) verschuifbaar is op genomen.The cylinder lock of claim 2, wherein the first drive assembly element (46) comprises a crank pin (52) arranged eccentrically with respect to the axial axis (L) and rotatable about the axial axis (L); and wherein the second drive assembly element (48) is rotatable about a second axis (L2) extending parallel to the axial axis (L) and positioned eccentrically with respect to the axial axis (L), the second drive assembly element (48) being provided with a guide slot (54) in which the crank pin (52) is slidably received.

4. Het cilinderslot volgens conclusie 3, waarbij het tweede aandrijfsamenstelelement (48) is voorzien van een radiale arm (56) die zich in radiale richting ten opzichte van de tweede hartlijn (L2) uitstrekt, waarbij de geleidesleuf (54) zich tevens in de genoemde radiale richting in de arm (56) uitstrekt.The cylinder lock according to claim 3, wherein the second drive assembly element (48) is provided with a radial arm (56) extending radially with respect to the second axis (L2), the guide slot (54) also being in the said radial direction extends into the arm (56).

5. Het cilinderslot volgens conclusie 4, waarbij de eerste en de tweede stabiele eindstanden van het tweede aandrijfsamenstelelement (48) wordt bepaald door een doodlopend einde van de geleidesleuf (54), waarbij dat zowel in de eerste als in de tweede stabiele eindstand de crankpen (52) aanligt tegen het doodlopende einde van de geleidesleuf (54), zodat verdere rotatie van het tweede aandrijfsamenstelelement (48) is begrensd.The cylinder lock of claim 4, wherein the first and second stable end positions of the second drive assembly element (48) is defined by a dead end of the guide slot (54), wherein in both the first and second stable end positions, the crank pin (52) abuts the dead end of the guide slot (54), so that further rotation of the second drive assembly element (48) is limited.

6. Het cilinderslot volgens één van de voorgaande conclusies, omvattend:The cylinder lock according to any of the preceding claims, comprising:

• een eerste montagedeel (58) dat een cilindrische omtrekswand (60) en een eindwand (62) heeft en dat passend is opgenomen in de binnenplugkamer (24), zodanig dat het stuurelement (36) roteerbaar is opgenomen in de centrale opening (63) in eindwand (62) en is ingesloten tussen de eindwand (62) van het montagedeel (58) en een eindwand van de cilindrische binnenplug (22).• a first mounting part (58) that has a cylindrical circumferential wall (60) and an end wall (62) and that is suitably received in the inner plug chamber (24), such that the control element (36) is rotatably received in the central opening (63) in end wall (62) and is enclosed between the end wall (62) of the mounting part (58) and an end wall of the cylindrical inner plug (22).

7. Het cilinderslot volgens conclusie 3, omvattend:The cylinder lock of claim 3, comprising:

5 · een tweede montagedeel (64) dat een cihndrische omtrekswand (66) en tenminste een eindwand (68) heeft en dat passend is opgenomen in de binnenplugkamer (24), waarbij de eindwand (68) is voorzien van een rond gat (70) waarvan het midden samenvalt met de tweede hartlijn (L2) en waarbij het tweede aandrijfsamenstelelement (48)· A second mounting part (64) which has a circular peripheral wall (66) and at least one end wall (68) and which is suitably received in the inner plug chamber (24), the end wall (68) being provided with a round hole (70) the center of which coincides with the second axis (L2) and wherein the second drive assembly element (48)

10 roteerbaar is opgenomen in het ronde gat (70).10 is rotatably received in the round hole (70).

8. Het cilinderslot volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het einddeel van de cilindrische binnenplug (22) met de dwarsboring (42) passend is opgenomen in een uiteinde van de in hoofdzaak cilindrischeThe cylinder lock according to any of the preceding claims, wherein the end portion of the cylindrical inner plug (22) with the transverse bore (42) is suitably received in an end of the substantially cylindrical

15 buitenplug (72), waarbij de ten minste ene blokkeeruitsparing (74) is uitgevoerd als een aantal, nabij het uiteinde van de cilindrische buitenplug (72) in een binnenwand daarvan aangebrachte, zich in axiale richting uitstrekkende groeven (74) waarin het ten minste ene blokkeerelement (40) aangrijpt wanneer het stuurelement (36) zich in de blokkeerstand bevindt.Outer plug (72), wherein the at least one blocking recess (74) is formed as a plurality of axially extending grooves (74) disposed near the end of the outer cylindrical plug (72) in an inner wall thereof, wherein the at least one one blocking element (40) engages when the control element (36) is in the blocking position.

9. Het cilinderslot volgens conclusie 8, waarbij de in hoofdzaak cilindrische buitenplug (72) is voorzien van een omtreksgroef (76), waarbij een borgpen (78) in het slothuis (12) is opgenomen die in de omtreksgroef (76) reikt zodanig dat de buitenplug (72) in axiale richting is gefixeerd tenThe cylinder lock of claim 8, wherein the substantially cylindrical outer plug (72) is provided with a circumferential groove (76), wherein a locking pin (78) is received in the lock housing (12) extending into the circumferential groove (76) such that the outer plug (72) is fixed in the axial direction

25 opzichte van het slothuis (12).25 relative to the lock housing (12).

10. Het cilinderslot volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de binnenknop of binnenkruk (26) is voorzien van een holle cihndrische as (80) die roteerbaar is opgenomen in de slothuisboring (14), waarbij een uiteinde van de holle cilindrische as (80) van de binnenknop of binnenkruk (26) rotatievast is verbonden met de cilindrische binnenplug (22).The cylinder lock according to any of the preceding claims, wherein the inner knob or inner handle (26) is provided with a hollow cylindrical shaft (80) rotatably received in the lock housing bore (14), one end of the hollow cylindrical shaft (80) ) of the inner knob or inner handle (26) is rotationally connected to the cylindrical inner plug (22).

11. Het cilinderslot volgens conclusie 10, waarbij de binnenknop of binnenkruk (26) is voorzien van een kamer (82) waarin een batterij of accu en besturingselektronica voor de elektromotor (32) is opgenomen.The cylinder lock according to claim 10, wherein the inner knob or inner handle (26) is provided with a chamber (82) in which a battery or accumulator and control electronics for the electric motor (32) are included.

12. Het cilinderslot volgens conclusie 11, waarbij de stuur elektronica een draadloze ontvanger omvat voor het ontvangen van een draadloos signaal dat wordt uitgezonden door bijvoorbeeld een smartphone of een transponder waarover de gebruiker beschikt.The cylinder lock according to claim 11, wherein the control electronics comprise a wireless receiver for receiving a wireless signal transmitted by, for example, a smartphone or a transponder available to the user.

13. Het cilinderslot volgens één van de conclusies 10-12, waarbij de holle cilindrische as (80) van de binnenknop of binnenkruk (26) is voorzien van een omtreksgroef (84), waarbij een borgpen (86) in het slothuis (12) is opgenomen die in de omtreksgroef (84) reikt zodanig dat de binnenknop of binnenkruk (26) in axiale richting is gefixeerd ten opzichte van het slothuis (12).The cylinder lock according to any of claims 10-12, wherein the hollow cylindrical shaft (80) of the inner knob or inner handle (26) is provided with a circumferential groove (84), wherein a locking pin (86) in the lock housing (12) is received which extends into the circumferential groove (84) such that the inner knob or inner handle (26) is fixed in the axial direction with respect to the lock housing (12).

14. Het cilinderslot volgens één van de conclusies 10-13, waarbij de rotatievaste verbinding tussen de holle cilindrische as (80) van de binnenknop of binnenkruk (26) en de cilindrisch binnenplug (22) een vormgesloten verbinding is doordat een althans deel van buitencontour van de cilindrische binnenplug (22) is voorzien van een afgeplat deel (88) en een deel van de binnencontour van de holle cilindrische as (80) een afplatting (90) bevat die in gemonteerde toestand passend aanligt het afgeplatte deel (88) van de buitencontour van de cilindrische binnenplug (22).The cylinder lock according to any of claims 10-13, wherein the rotation-proof connection between the hollow cylindrical shaft (80) of the inner knob or inner handle (26) and the cylindrical inner plug (22) is a form-locked connection in that an at least part of outer contour of the cylindrical inner plug (22) is provided with a flattened part (88) and a part of the inner contour of the hollow cylindrical shaft (80) contains a flattening (90) which, when mounted, fits the flattened part (88) of the outer contour of the cylindrical inner plug (22).

15. Het cilinderslot volgens één van de conclusies 10-14, voorzien van een borgpen of borgschroef (92) die een verbinding tussen de binnenknop of binnenkruk (26) en de cilindrische binnenplug (22) bewerkstelligt.The cylinder lock according to any of claims 10-14, provided with a locking pin or locking screw (92) that establishes a connection between the inner knob or inner handle (26) and the cylindrical inner plug (22).

5 16. Het cilinderslot volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het ten minste ene blokkeerelement (40) twee kogels omvat.16. The cylinder lock according to any one of the preceding claims, wherein the at least one blocking element (40) comprises two balls.

4/104/10

Π5 C\JC5 C \ J