NL2015663B1 - Inschuifbare mobiele sanitaire voorziening met deur. - Google Patents

Abstract

De uitvinding betreft een sanitaire voorziening (1), omvattende een behuizing, waarin de behuizing is voorzien van een eerste behuizingsdeel (10) en een tweede behuizingsdeel (20), dat beweegbaar ten opzichte van het eerste behuizingsdeel is. De sanitaire voorziening is ingericht voor beweging van het tweede behuizingsdeel tussen een rustpositie en een gebruikspositie. De behuizing is voorzien van één of meer deuren, waarin elke deur ten minste een eerste en een tweede deursegment (15, 25) omvat. Het eerste behuizingsdeel omvat het eerste deursegment en het tweede behuizingsdeel omvat het tweede deursegment. Het eerste deursegment (15) is hol uitgevoerd en het tweede deursegment (25) is verschuifbaar in het eerste deursegment opgenomen. Het eerste behuizingsdeel (10) is voorzien van holle eerste wandsegmenten (12, 13, 14), waarin tweede wandsegmenten (22, 23, 24) van het tweede behuizingsdeel (20) verschuifbaar zijn opgenomen.

Description

INSCHUIFBARE MOBIELE SANITAIRE VOORZIENING MET DEUR

De uitvinding betreft een sanitaire voorziening, omvattende een behuizing, waarin de behuizing is voorzien van een eerste behuizingsdeel en een tweede behuizingsdeel, dat beweegbaar ten opzichte van het eerste behuizingsdeel is aangebracht, waarin de sanitaire voorziening is ingericht voor beweging van het tweede behuizingsdeel tussen een rustpositie en een gebruikspositie, waarin de behuizing is voorzien van één of meer deuren, waarin elke deur ten minste een eerste en een tweede deursegment omvat, waarin het eerste behuizingsdeel het eerste deursegment omvat en waarin het tweede behuizingsdeel het tweede deursegment omvat.

Een dergelijke sanitaire voorziening is bekend uit W02008/089319. De bekende sanitaire voorziening is ingericht als toiletfaciliteit en bestemd voor mobiel gebruik bij evenementen, bouwlocaties of in noodsituaties. De bekende sanitaire voorziening heeft drie behuizingsdelen, die over elkaar heen schuiven.

De onderhavige uitvinding heeft tot doel om een verbeterde sanitaire voorziening van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, die bestemd is voor mobiel gebruik en door één persoon met behulp van gereedschap op snelle en betrouwbare wijze kan worden geïnstalleerd.

De sanitaire voorziening volgens de uitvinding heeft daartoe het kenmerk, dat het eerste deursegment hol is uitgevoerd en dat het tweede deursegment verschuifbaar in het eerste deursegment is opgenomen en dat het eerste behuizingsdeel is voorzien van holle eerste wandsegmenten, waarin tweede wandsegmenten van het tweede behuizingsdeel verschuifbaar zijn opgenomen. De holle wand- en deursegmenten van het eerste behuizingsdeel geleiden de wand- en deursegmenten van het tweede behuizingsdeel. Daarmee is een betrouwbare beweging tussen de rustpositie en de gebruikspositie gegarandeerd. Bovendien verkrijgt de sanitaire voorziening volgens de uitvinding hierdoor een stabiele constructie. Dientengevolge kan de sanitaire voorziening volgens de uitvinding door slechts één persoon met het juiste gereedschap in de gebruikspositie worden geïnstalleerd en na gebruik weer in de rustpositie worden teruggebracht. Dit levert een aanzienlijke besparing op in personeelskosten. In de rustpositie is de sanitaire voorziening volgens de uitvinding ongeveer de helft kleiner dan in de gebruikspositie, zodat tweemaal zoveel sanitaire voorzieningen volgens de uitvinding in dezelfde ruimte passen. Dit levert een aanzienlijke besparing op bij transport en opslag.

Opgemerkt wordt dat een sanitaire voorziening volgens de aanhef, waarin het eerste deursegment hol is uitgevoerd en het tweede deursegment verschuifbaar in het eerste deursegment is opgenomen, bekend is uit NL2013846 (niet vóórgepubliceerd) van dezelfde aanvrager. De bekende sanitaire voorziening van aanvrager is bestemd voor permanente plaatsing in de openbare ruimte. Daartoe zijn een derde, ondergronds behuizingsdeel alsmede een geïntegreerde aandrijving voorde behuizingsdelen aanwezig.

In een eerste voorkeursuitvoeringsvorm omvat de behuizing kokers voor het onderling verbinden van wandsegmenten met aangrenzende wandsegmenten, waarin het eerste behuizingsdeel eerste kokersegmenten omvat, die hol zijn uitgevoerd, waarin tweede kokersegmenten van het tweede behuizingsdeel verschuifbaar zijn opgenomen. De gesegmenteerde kokers bieden extra geleiding tussen het eerste en tweede behuizingsdeel en verhogen de betrouwbare werking en de stabiliteit van de sanitaire voorziening volgens de uitvinding. Bovendien verstevigen de gesegmenteerde kokers de constructie van de sanitaire voorziening volgens de uitvinding.

Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is het eerste behuizingsdeel voorzien van een bodem en is het tweede behuizingsdeel voorzien van een dak. De bodem respectievelijk het dak vormen elk een overspanning van het eerste behuizingsdeel respectievelijk het tweede behuizingsdeel waarmee de constructie van de sanitaire voorziening volgens de uitvinding nog verder wordt verstevigd.

Volgens een elegante voorkeursuitvoeringsvorm zijn de bodem en/of het dak voorzien van openingen voor opname van lepels van een vorkheftruck. Met behulp van een vorkheftruck kan eén persoon op voordelige wijze het gehele traject van opslag, installatie en de-installatie verzorgen.

Volgens een praktische voorkeursuitvoeringsvorm zijn de bodem en/of het dak voorzien van positioneerelementen voor het stapelen van sanitaire voorzieningen in de rust positie.

Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is elk deursegment scharnierbaar tussen een open en een gesloten positie aan het respectieve behuizingsdeel bevestigd. Bij voorkeur omvat de sanitaire voorziening een scharnierpen, welke scharnierpen een bovenste deel heeft, dat zich uitstrekt in het bovenste deursegment, en een onderste deel, dat zich uitstrekt in het onderste deursegment.

Bij voorkeur is het eerste behuizingsdeel voorzien van arreteermiddelen voor het arreteren van het eerste deursegment in de gesloten positie. De toepassing van arreteermiddelen vergroot de betrouwbaarheid van de sanitaire voorziening volgens de uitvinding.

In een tweede voorkeursuitvoeringsvorm omvat de behuizing meerdere instapplaatsen, die elk zijn voorzien van de deur met het eerste en tweede deursegment. Volgens een nadere uitwerking van de tweede voorkeursuitvoeringsvorm is de behuizing voorzien van gedeelde tussenwanden voor aangrenzende instapplaatsen, waarin elke tussenwand is voorzien van het eerste en het tweede wandsegment. In een alternatieve voorkeursuitvoeringsvorm is een mechanische aandrijving in de behuizing aangebracht. Bij grotere afmetingen, bijvoorbeeld met vier of meer instapplaatsen, vormen twee of meer spindels een goed alternatief voor de vorkheftruck.

Bij voorkeur is de sanitaire voorziening volgens de uitvinding bestemd als toiletfaciliteit, waarin één of meer opvangbakken voor menselijke uitwerpselen en/of urine in het eerste behuizingsdeel zijn aangebracht. Optioneel is in de bodem een opslagreservoir aangebracht en zijn de één of meer opvangbakken op het opslagreservoir aangesloten. Als alternatief zijn de één of meer opvangbakken verbindbaar met een afvoerleiding voor aansluiting op een bestaande riolering.

In een compacte voorkeursuitvoeringsvorm heeft de behuizing een algemeen rechthoekige doorsnede. In deze compacte voorkeursuitvoeringsvorm is de sanitaire voorziening volgens de uitvinding optimaal stapelbaar en kunnen meerdere sanitaire voorzieningen zo efficiënt mogelijk in een vrachtwagen worden geladen of in een opslagruimte worden opgeslagen.

De uitvinding zal nu in meer detail worden beschreven onder verwijzing naar de figuren.

Figuur 1A toont een schematisch aanzicht van een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van de sanitaire voorziening volgens de uitvinding in gebruikspositie met open deur;

Figuur 1B toont een schematisch aanzicht van de sanitaire voorziening uit figuur 1A in gebruikspositie met gesloten deur;

Figuur 1C toont een schematisch aanzicht van de sanitaire voorziening uit figuur 1B in rustpositie;

Figuur 1D toont het schematisch aanzicht uit figuur 1A vanuit een ander gezichtspunt;

Figuren 1E t/m H tonen delen van figuur 1D in meer detail;

Figuur 2A toont een twaalftal sanitaire voorzieningen volgens de uitvinding in rustpositie opgestapeld in vier rijen van drie;

Figuur 2B toont de twaalf sanitaire voorzieningen uit figuur 1A in gebruikspositie naast elkaar geplaatst in twee rijen van zes;

Figuur 3A toont een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van een sanitaire voorziening volgens de uitvinding in gebruikspositie; en

Figuur 3B toont de tweede voorkeursuitvoeringsvorm in rustpositie.

Figuren 1A, 1B en 1C tonen een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van een sanitaire voorziening 1 volgens de uitvinding in diverse posities. In figuur 1A is de sanitaire voorziening 1 getoond met open deur in gebruikspositie. In figuur 1B is de sanitaire voorziening 1 getoond met gesloten deur, eveneens in gebruikspositie en in figuur 1C is de sanitaire voorziening 1 getoond met gesloten deur in rustpositie.

De sanitaire voorziening 1 omvat twee ten opzichte van elkaar verschuifbare behuizingsdelen. Een eerste behuizingsdeel 10 omvat een bodem 11 van waaraf zich eerste wandsegmenten 12, 13 en 14 uitstrekken. Het eerste behuizingsdeel 10 omvat verder een eerste deursegment 15. Een tweede behuizingsdeel 20 omvat een dak of deksel 21 van waaraf zich tweede wandsegmenten 22, 23 en 24 uitstrekken. Het tweede behuizingsdeel 20 omvat verder een tweede deursegment 25.

In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm vormen wandsegmenten 12, 22 een zijwand evenals wandsegmenten 14, 24. Wandsegmenten 13, 23 vormen een achterwand.

In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm is de sanitaire voorziening bestemd voor gebruik als toilet. Daartoe is in het eerste behuizingsdeel 10 een opvangbak 30 voor menselijke uitwerpselen en/of urine aangebracht. De opvangbak 30 is tegen het eerste wandsegment 13 van de achterwand geplaatst.

Volgens de uitvinding is het eerste deursegment 15 hol uitgevoerd en is het tweede deursegment 25 verschuifbaar in het eerste deursegment opgenomen.

In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm zijn ook de eerste wandsegmenten 12 respectievelijk 14 hol uitgevoerd en zijn de tweede wandsegmenten 22 respectievelijk 24 daarin verschuifbaar opgenomen. Bij voorkeur schuift het tweede wandsegment 23 langs het eerste wandsegment 13.

Het eerste deursegment 15 is scharnierbaar aan het eerste behuizingsdeel 10 bevestigd en het tweede deursegment 25 is scharnierbaar aan het tweede behuizingsdeel 20 bevestigd. In de gebruikspositie is de deur daarmee een klapdeur, die scharnierbaar is tussen de open positie in figuur 1A en de gesloten positie in figuur 1B.

In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm zijn aangrenzende eerste wandsegmenten 12, 13 respectievelijk 13, 14 in het eerste behuizingsdeel 10 onderling verbonden door eerste kokersegmenten 17 respectievelijk 18. Aangrenzende tweede wandsegmenten 22, 23 respectievelijk 23, 24 in het tweede behuizingsdeel 20 zijn eveneens onderling verbonden middels tweede kokersegmenten 27 respectievelijk 28. In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm bevindt zich aan de voorzijde tussen het eerste deursegment 15 en het eerste wandsegment 12 eveneens een eerste kokersegment 16. In het tweede behuizingsdeel 20 is een tweede kokersegment 26 aangebracht tussen het tweede deursegment 25 en het tweede wandsegment 22. Het eerste deursegment 15 is bevestigd aan een eerste kokersegment 19 dat aangrenzend aan het eerste wandsegment 14 is aangebracht. Het tweede deursegment 25 is bevestigd aan een tweede kokersegment 29 dat aangrenzend aan het tweede wandsegment 24 is aangebracht. De eerste kokersegmenten 16, 17, 18, 19 zijn hol uitgevoerd en de tweede kokersegmenten 26, 27, 28, 29 zijn hierin verschuifbaar opgenomen.

De sanitaire voorziening 1 is ontwikkeld om door één persoon met mechanische hulpmiddelen te worden bewogen tussen de rustpositie en de gebruikspositie. In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm is het dak 21 van de sanitaire voorziening 1 voorzien van openingen 21A voor opname van de lepels van een vorkheftruck. De openingen 21A zijn bestemd voor het verschuiven van het tweede behuizingsdeel 20 ten opzichte van het eerste behuizingsdeel 10. De bodem 11 is eveneens voorzien van openingen 11A voor opname van de lepels van de vorkheftruck. De opening 11A zijn bestemd voor transport van de gehele sanitaire voorziening 1 in de ruststand.

Als alternatief voor het gebruik van een vorkheftruck kan een mechanische aandrijving, zoals een spindel, worden aangebracht in de sanitaire voorziening 1. Een of meer spindels kunnen bijvoorbeeld worden opgenomen in de kokers.

De sanitaire voorziening 1 is voorzien van vergrendelmiddelen voor het vergrendelen van het tweede behuizingsdeel 20 ten opzichte van het eerste behuizingsdeel 10 in de gebruikspositie. Diverse vergrendelmiddelen, die op zichzelf bekend zijn op het relevante vakgebied, kunnen hiervoor worden toegepast.

Het eerste behuizingsdeel 10 is verder voorzien van arreteermiddelen voor het arreteren van het eerste deursegment 15 ten opzichte van het eerste wandsegment 12, in het bijzonder het eerste kokersegment 16, in de gesloten positie van de deur.

Op het dak 21 zijn positioneerelementen aangebracht in de vorm van nokken 21P voor het stapelen van sanitaire voorzieningen 1 in de rustpositie. De bodem 11 van de sanitaire voorziening is optioneel voorzien van met de positioneernokken samenwerkende uitsparingen (niet getoond).

Figuur 1D toont de sanitaire voorziening 1 in de gebruikspositie met open deur vanuit een andere hoek. Figuren 1E t/m H tonen delen van figuur 1D uitvergroot.

De deur van de sanitaire voorziening 1 is voorzien van een slot 33, dat naar keuze op het onderste deursegment 15 of op het bovenste deursegment 25 kan worden aangebracht. Het slot 33 kan naar keuze een inbouwslot of een opbouwslot zijn.

Figuren 1E, 1F en 1G tonen schematische aanzichten ter illustratie van de scharnierende beweging S van de deur. In figuren 1E en 1G is het deursegment weggebroken. De sanitaire voorziening 1 omvat een scharnierpen, die uit twee delen bestaat. Het bovenste deel 35 van de scharnierpen strekt zich uit in het bovenste deursegment 25 en is bevestigd aan een lagerblok 36 in het dak 21. Het onderste deel 34 van de scharnierpen strekt zich uit in het onderste deursegment 15 en is bevestigd aan een lagerblok 37 in de bodem 11. Het bovenste deel 35 van de scharnierpen is bij voorkeur verschuifbaar opgenomen in het onderste deel 34.

Figuur 1H illustreert een dwarsdoorsnede door een zijwand met het holle eerste wandsegment 12, waarin het tweede wandsegment 22 verschuifbaar is opgenomen.

In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm heeft de behuizing van de sanitaire voorziening 1 een algemeen rechthoekige doorsnede. De wandsegmenten van de sanitaire voorziening 1 vormen een frame met een algemeen U-vormige doorsnede. Bij voorkeur is dit U-vormige frame van metaal uitgevoerd. De deursegmenten zijn bij voorkeur uitgevoerd in kunststof materiaal.

Ten behoeve van de afvoer van afvalwater uit de sanitaire voorziening kunnen de opvangbekken 30 verbindbaar zijn met een afvoerleiding voor aansluiting op een riolering. In een alternatieve uitvoeringsvorm is het eerste behuizingsdeel 10 voorzien van een opslagreservoir (niet getoond) waarop de opvangbekken 30 zijn aangesloten. Het opslagreservoir kan opgenomen worden in de bodem 11.

Figuur 2A toont een twaalftal sanitaire voorzieningen 1, elk in rustpositie of transportpositie, opgestapeld in tweemaal twee rijen van drie. Figuur 2B toont de twaalf sanitaire voorzieningen uit figuur 2A naast elkaar in twee rijen van zes in gebruikspositie.

Het is denkbaar dat de sanitaire voorziening volgens de uitvinding één behuizing met meerdere instapplaatsen omvat, die elk kunnen worden afgesloten met een deur. Figuur 3A toont een tweede voorkeursuitvoeringsvorm met een gezamenlijke behuizing en drie instapplaatsen in de gebruikspositie. Figuur 3B toont de tweede voorkeursuitvoeringsvorm in de rust- of transportpositie. De afmetingen van de gezamenlijke behuizing komen overeen met de afmetingen van drie sanitaire voorzieningen 1, hetgeen een in de praktijk hanteerbare maat vormt. De sanitaire voorziening 101 omvat twee ten opzichte van elkaar verschuifbare behuizingsdelen 110 en 120. De technische maatregelen van de sanitaire voorziening 101 corresponderen met de technische maatregelen van de sanitaire voorziening 1, zoals hiervoor beschreven. Alle overeenkomstige verwijzingscijfers zijn opgehoogd met 100.

Bij de gezamenlijke behuizing volstaat slechts een tweetal openingen 121A op het gezamenlijke dak121 om de gezamenlijke behuizing van het drietal sanitaire voorzieningen in één keer te heffen van de rustpositie naar de gebruikspositie.

In de tweede voorkeursuitvoeringsvorm is de gezamenlijke behuizing voorzien van drie deuren, elk met een eerste deursegment 115, dat hol is uitgevoerd, en met een tweede deursegment 125, dat verschuifbaar in het eerste deursegment 115 is opgenomen. De gezamenlijk behuizing is aanvullend voorzien van gedeelde tussenwanden om de instapplaatsen te scheiden. De tussenwanden omvatten bij voorkeur holle eerste wandsegmenten en tweede wandsegmenten die verschuifbaar in de holle eerste wandsegmenten zijn opgenomen. Aanvullende kokers strekken zich uit langs twee van de drie deuren en de tussenwanden. De aanvullende kokers bestaan uit eerste holle kokersegmenten 131, waarin tweede kokersegmenten 132 verschuifbaar zijn opgenomen.

In figuur 2B hebben de twaalf sanitaire voorzieningen 1 in twee rijen van zes de afmetingen van een gangbare container. In analogie met de tweede voorkeursuitvoeringsvorm is het denkbaar om een derde voorkeursuitvoeringsvorm met een gezamenlijke behuizing te voorzien, waarin de tussenwanden zijn gedeeld om een sanitaire voorziening met twaalf instapplaatsen, elk voorzien van een afsluitbare deur te vormen, met de afmetingen van een gangbare container. Deze grotere voorkeursuitvoeringsvorm dient te zijn voorzien van vier mechanische aandrijvingen zoals spindels, één op elke hoek, voor het heffen van de rustpositie naar de gebruikspositie. De openingen 121A en 111A zijn dan niet nodig. Ook in de derde voorkeursuitvoeringsvorm kan sprake zijn van gedeelde tussenwanden met holle eerste wandsegmenten en tweede wandsegmenten.

In een vierde voorkeursuitvoeringsvorm van de sanitaire voorziening volgens de uitvinding heeft de behuizing meerdere opvangbakken zonder scheidingswanden in één grote ruimte met slechts één gezamenlijke deur.

Andere varianten in vorm en afmetingen van de behuizing, het aantal deuren en/of het aantal opvangbakken vallen binnen het bereik van een deskundige op het vakgebied op basis van deze tekst.

De onderhavige uitvinding is derhalve uitdrukkelijk niet beperkt tot de getoonde en beschreven voorkeursuitvoeringsvorm. In plaats van opvangbakken 30 kan de sanitaire voorziening bijvoorbeeld zijn voorzien van een voorziening voor stromend water, zoals een douche of een wasbak. Hoewel de uitvinding is geïllustreerd aan de hand van voorkeursuitvoeringsvormen met twee behuizingsdelen, is het ook mogelijk om de sanitaire voorziening met één of meer verdere behuizingsdelen uit te voeren, die als tussengelegen behuizingsdelen tussen het eerste behuizingsdeel 10 en het tweede behuizingsdeel 20 zijn opgenomen. Het aantal deursegmenten is dan gelijk aan het aantal behuizingsdelen.

De uitvinding strekt zich derhalve uit tot elke uitvoeringsvorm die valt binnen de reikwijdte van de beschermingsomvang, zoals gedefinieerd in de conclusies en bezien in het licht van de voorgaande beschrijving en bijbehorende tekeningen.

Claims (15)

1) Sanitaire voorziening, omvattende een behuizing, waarin de behuizing is voorzien van een eerste behuizingsdeel en een tweede behuizingsdeel, dat beweegbaar ten opzichte van het eerste behuizingsdeel is aangebracht, waarin de sanitaire voorziening is ingericht voor beweging van het tweede behuizingsdeel tussen een rustpositie en een gebruikspositie, waarin de behuizing is voorzien van één of meer deuren, waarin elke deur ten minste een eerste en een tweede deursegment omvat, waarin het eerste behuizingsdeel het eerste deursegment omvat en waarin het tweede behuizingsdeel het tweede deursegment omvat, met het kenmerk, dat het eerste deursegment (15; 115) hol is uitgevoerd en dat het tweede deursegment (25; 125) verschuifbaar in het eerste deursegment is opgenomen, dat het eerste behuizingsdeel (10; 110) is voorzien van holle eerste wandsegmenten (12, 14; 22, 24) waarin tweede wandsegmenten (22, 24; 122, 124) van het tweede behuizingsdeel (20; 120) verschuifbaar zijn opgenomen.

2) Sanitaire voorziening volgens conclusie 1, waarin de behuizing kokers omvat, voor het onderling verbinden van wandsegmenten met aangrenzende wandsegmenten, waarin het eerste behuizingsdeel (10) eerste kokersegmenten (16, 17, 18, 19) omvat, die hol zijn uitgevoerd, waarin tweede kokersegmenten (26, 27, 28, 29) van het tweede behuizingsdeel (20) verschuifbaar zijn opgenomen.

3) Sanitaire voorziening volgens conclusie 1 of 2, waarin het eerste behuizingsdeel (10; 110) is voorzien van een bodem (11; 111) en waarin het tweede behuizingsdeel (20; 120) is voorzien van een dak (21; 121).

4) Sanitaire voorziening volgens conclusie 3, waarin de bodem (11; 111) en/of het dak (21; 121) zijn voorzien van openingen (11A, 21A; 111A, 121A) voor opname van lepels van een vorkheftruck.

5) Sanitaire voorziening volgens conclusie 3 of 4, waarin de bodem (11; 111) en/of het dak (21; 121) zijn voorzien van positioneerelementen (21P; 121P) voor het stapelen van sanitaire voorzieningen in de rustpositie.

6) Sanitaire voorziening volgens één of meer van de voorgaande conclusies, waarin elk deursegment (15, 25; 115, 125) scharnierbaar tussen een open en een gesloten positie aan het respectieve behuizingsdeel (10, 20; 110, 120) is bevestigd.

7) Sanitaire voorziening volgens conclusie 6, waarin de sanitaire voorziening een scharnierpen omvat, welke scharnierpen een bovenste deel (35) heeft dat zich uitstrekt in het bovenste deursegment (25) en een onderste deel (34) dat zich uitstrekt in het onderste deursegment (15).

8) Sanitaire voorziening volgens conclusie 6 of 7, waarin het eerste behuizingsdeel (10; 110) is voorzien van arreteermiddelen voor het arreteren van het eerste deursegment (15; 115) in de gesloten positie.

9) Sanitaire voorziening volgens één of meer van de voorgaande conclusies, waarin één of meer opvangbekken (30) voor menselijke uitwerpselen en/of urine in het eerste behuizingsdeel (10; 110) zijn aangebracht.

10) Sanitaire voorziening volgens conclusie 9, verwijzend naar conclusie 3, waarin een opslagreservoir is aangebracht in de bodem (11; 111) en waarin de één of meer opvangbakken (30) op het opslagreservoir zijn aangesloten.

11) Sanitaire voorziening volgens conclusie 9, waarin de één of meer opvangbakken (30) verbindbaar zijn met een afvoerleiding voor aansluiting op een riolering.

12) Sanitaire voorziening volgens één of meer van de voorgaande conclusies, waarin de behuizing meerdere instapplaatsen omvat, die elk zijn voorzien van de deur met het eerste en tweede deursegment (115, 125).

13) Sanitaire voorziening volgens conclusie 12, waarin de behuizing is voorzien van gedeelde tussenwanden voor aangrenzende instapplaatsen, waarin elke tussenwand is voorzien van het eerste en het tweede wandsegment.

14) Sanitaire voorziening volgens één of meer van de voorgaande conclusies 2 t/m 13, waarin in één of meer van de kokers een mechanische aandrijving, bijvoorbeeld een spindel, is aangebracht.

15) Sanitaire voorziening volgens één of meer van de voorgaande conclusies, waarin de behuizing (10, 20; 110, 120) een algemeen rechthoekige doorsnede heeft.