NL2013090B1 - Inrichting voor het verwateren van schaal- en/of schelpdieren - Google Patents

Inrichting voor het verwateren van schaal- en/of schelpdieren Download PDF

Info

Publication number
NL2013090B1
NL2013090B1 NL2013090A NL2013090A NL2013090B1 NL 2013090 B1 NL2013090 B1 NL 2013090B1 NL 2013090 A NL2013090 A NL 2013090A NL 2013090 A NL2013090 A NL 2013090A NL 2013090 B1 NL2013090 B1 NL 2013090B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
watering device
outer tray
product holder
channel
tray
Prior art date
Application number
NL2013090A
Other languages
English (en)
Other versions
NL2013090A (nl
Inventor
Frederik Johan Smit Willem
Original Assignee
Sybe Smit Octrooi B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Sybe Smit Octrooi B V filed Critical Sybe Smit Octrooi B V
Priority to NL2013090A priority Critical patent/NL2013090B1/nl
Priority to PCT/NL2015/050446 priority patent/WO2016003264A1/en
Priority to EP15734273.4A priority patent/EP3211993A1/en
Publication of NL2013090A publication Critical patent/NL2013090A/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2013090B1 publication Critical patent/NL2013090B1/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K63/00Receptacles for live fish, e.g. aquaria; Terraria
    • A01K63/02Receptacles specially adapted for transporting live fish
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K61/00Culture of aquatic animals
    • A01K61/50Culture of aquatic animals of shellfish
    • A01K61/54Culture of aquatic animals of shellfish of bivalves, e.g. oysters or mussels
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K61/00Culture of aquatic animals
    • A01K61/50Culture of aquatic animals of shellfish
    • A01K61/59Culture of aquatic animals of shellfish of crustaceans, e.g. lobsters or shrimps
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K63/00Receptacles for live fish, e.g. aquaria; Terraria
    • A01K63/04Arrangements for treating water specially adapted to receptacles for live fish
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02ATECHNOLOGIES FOR ADAPTATION TO CLIMATE CHANGE
    • Y02A40/00Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production
    • Y02A40/80Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production in fisheries management
    • Y02A40/81Aquaculture, e.g. of fish

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Marine Sciences & Fisheries (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Farming Of Fish And Shellfish (AREA)

Description

INRICHTING VOOR HET VERWATEREN VAN SCHAAL-EN/OF EN SCHELPDIEREN
De onderhavige uitvinding betreft een inrichting voor het verwateren van schaal-en/of schelpdieren.
Onder verwateren van levende schaal- en schelpdieren ofwel bentische organismen wordt verstaan, dat deze dieren voor een bepaalde tijd (“de retentietijd”) in leven worden gehouden, waarbij een (zee-) waterstroming door de productmassa heen in stand wordt gehouden en onderhouden. Deze (zee-) waterstroming zorgt voor de toevoer van benodigde voedingstoffen en de afvoer van de afvalstoffen, zoals zand en ook door de bentische organismen geproduceerde ammonium, faeces, pseudo-faeces en andere secreties. In het geval van uit zee afkomstige schaal- en/of schelpdieren wordt een zoutwaterstroming benut; en in het geval van zoetwaterdieren kan daarentegen een zoetwaterstroming worden toegepast.
Verwateren van het product wordt onder meer toegepast voor: tijdelijke natte opslag, die als “natte opslag” aan te duiden is omdat de bentische organismen zich in (zee-) water bevinden; voorraadvorming; ontzanding van de bentische organismen; als voorbewerking van een vervolgproces; voor het verwijderen van toxines (purifiëren); voor de opkweek van halfwas schaal- en schelpdieren na respectievelijk het post-larvale en pediveliger stadium, die als “opkweek” aan te duiden is, et cetera.
Verwatering is te onderscheiden in natuurlijke verwatering en kunstmatige verwatering. Bij natuurlijke verwatering worden de kwetsbare schaal- en schelpdieren met een geringe laagdikte geplaatst op natuurlijke zand- of leembanken (zeebodem), waarbij eb en vloed zorgen voor de benodigde over- en doorstroming. Deze natuurlijke over- en doorstromingen vinden plaats met zeer grote hoeveelheden (zee-) water.
Bij kunstmatige verwatering wordt het benodigde (zee-) water door middel van pompen toe- en afgevoerd.
Verder is verwatering onder te verdelen in verticaal verwateren en horizontaal verwateren. Het horizontaal verwateren van levende schaal- en schelpdieren wordt al sinds zeer lange tijd toegepast.
Verticale verwatering wordt pas sinds het einde van de 20ste eeuw toegepast. Dit vond in eerste instantie plaats door middel van qua omvang grote, metalen containers met inhouden variërend van 1 tot 15 ton met een enkelvoudige, verticale doorstroming.
In de praktijk is gebleken, dat verticale neerwaartse productdoorstroming betere resultaten opleverde dan horizontale productdoorstroming.
In nog een verdere ontwikkeling is bekend om kunststof verwateringcontainers toe te passen, hetgeen in gebruik is gekomen sinds het einde van de 20ste, begin van de 21ste eeuw. Deze kunststof verwateringsontainers zijn meervoudig te stapelen. Het voordeel van container stapeling is dat het toegevoerde (zee-) water meerdere malen kan worden gebruikt. Dit levert een besparing op met betrekking tot pompenergie en verbruikt (zee-) water.
De bekende technieken vertonen een aantal gezamenlijke nadelen. Zo zijn alle tot op heden ontworpen en/of gebruikte systemen specifiek ontworpen voor óf levende schelpdieren óf levende schaaldieren en dat de retentietijd in de verwatereenheden, afhankelijk onder andere van de temperatuur van het toegevoerde (zee-) water, nooit langer kan zijn dan ca. 14 dagen. De maximale retentietijd wordt bepaald door de bacteriegroei op de bodem van de verwatereenheden. Zelfs bij lage temperaturen, bijvoorbeeld 1°C, als het metabolisme van het product laag is, wordt zuurstof gebruikt en worden afvalstoffen geproduceerd (ammonium en excrementen als feces en pseudofeces). De ophoping van de vaste afvalstoffen op de bodem zijn de oorzaak van bacteriegroei die het product schadelijk beïnvloeden.
De bekende verwatereenheden zijn wegens de omvang daarvan ongeschikt voor de directe levering van product aan de detailhandel, wat de productversheid vermindert en product traceerbaarheid bemoeilijkt. Dit nadeel is vooral toe te schrijven aan de grootte van de bekende verwaterinrichtingen. Hierdoor is het gebruikelijk om de schaal- en/of schelpdieren bij voorkeur bij zo laag mogelijke positieve temperaturen in de bekende verwaterinrichtingen te houden, bij voorbeeld tot een moment, dat zo kort mogelijk ligt, voorafgaand aan bij voorbeeld consumptie of andersoortige verwerking. Bij het bereiken van de gewenste retentietijd worden de schaal- en/of schelpdieren uit de verwaterinrichtingen genomen, en bij voorbeeld in hanteerbare porties of hoeveelheden verpakt.
Door de daarmee gepaard gaande hoeveelheid uit te voeren handelingen (portioneren, wegen, klein verpakken, groot verpakken) is productschade relatief groot.
Verwezen wordt hier, als dichtst bij gelegen stand der techniek, naar FR-84.16.397 en/of NL-2.006.360, ten opzichte waarvan ten minste de eigenschappen in het kenmerkende deel van de onafhankelijke van de bijgevoegde conclusies nieuw zijn.
Volgens de onderhavige uitvinding worden met residuen als ammonium, en secreties, zoals faeces en pseudo-faeces, samenhangende problemen aangepakt. Volgens de uitvinding vertoont de verwaterinrichting hiertoe de eigenschappen dat de bodemplaat onder een schuinstand is aangebracht in de buitenbak en neerwaarts is georiënteerd naar een selectief afsluitbare en te openen uitstroomopening.
Bij voorkeur is de producthouder inzetbaar of uitneembaar in of uit de buitenbak. Voor transportdoeleinden kan alleen de producthouder worden vervoerd.
In een aanvullende of alternatieve uitvoeringsvorm van de uitvinding volgens het eerste aspect kan de verwaterinrichting volgens de uitvinding de eigenschappen vertonen dat het daalkanaal voert naar een ondergelegen buitenbak in een stapel buitenbakken.
In een aanvullende of alternatieve uitvoeringsvorm van de uitvinding volgens het eerste aspect met een stijg- en een daalkanaal kan de verwaterinrichting volgens de uitvinding de eigenschappen vertonen dat de bodemplaat een ruimte definieert in samenhang met een bodem van de buitenbak, waarin het daalkanaal uitmondt.
In een aanvullende of alternatieve uitvoeringsvorm van de uitvinding kan de verwaterinrichting de eigenschap vertonen dat de bodem van de buitenbak doorvoeropeningen naar de en ondergelegen buitenbak omvat.
In een aanvullende of alternatieve uitvoeringsvorm van de uitvinding kan de verwaterinrichting de eigenschap vertonen dat de producthouder is vervaardigd uit ten minste één van de materialen uit de groep, welke omvat: een kunststof; een metaal; et cetera.
In een aanvullende of alternatieve uitvoeringsvorm van de uitvinding kan de verwaterinrichting de eigenschap vertonen dat de producthouder ten minste één handgreep omvat.
In een aanvullende of alternatieve uitvoeringsvorm van de uitvinding kan de verwaterinrichting de eigenschap vertonen dat ten minste een bodem van de producthouder doorgangen omvat.
In een aanvullende of alternatieve uitvoeringsvorm van de uitvinding kan de verwaterinrichting de eigenschap vertonen dat ten minste één van de buitenbak en de producthouder ten minste één centreemok omvat.
In een aanvullende of alternatieve uitvoeringsvorm van de uitvinding kan de verwaterinrichting de eigenschap vertonen dat de buitenbak is vervaardigd uit ten minste één van de materialen uit de groep, welke omvat: een kunststof; een metaal; et cetera.
In een aanvullende of alternatieve uitvoeringsvorm van de uitvinding kan de verwaterinrichting de eigenschap vertonen dat de buitenbak stapelbaar is op of onder een aanvullende buitenbak.
In een aanvullende of alternatieve uitvoeringsvorm van de uitvinding kan de verwaterinrichting de eigenschap vertonen van een op de selectief afsluitbare en te openen uitstroomopening van een in een stapel boven- of ondergelegen buitenbak aan te sluiten afvoerkanaal. In een dusdanige uitvoeringsvorm kan het zijn, dat het afvoerkanaal buiten de wand van de buitenbak is aangebracht, waarbij een interne configuratie van het afvoerkanaal tevens binnen de reikwijdte van de onderhavige uitvinding is gelegen, en/of dat de afvoerkanalen van boven elkaar gelegen buitenbakken in een stapel buitenbakken op elkaar aan te sluiten zijn.
Na de voorgaande, in hoofdzaak generieke uiteenzetting van aspecten en eigenschappen van verwaterinrichtingen volgens de onderhavige uitvinding, zal onder een aantal uitvoeringsvormen in meer detail worden beschreven aan de hand van de bijgevoegde tekening, waarin gelijke of gelijksoortige componenten, elementen en eigenschappen kunnen zijn aangeduid met dezelfde referentienummers, en welke slechts illustratieve uitvoeringsvormen zijn zonder weerslag op de beschermingsomvang voor de onderhavige uitvinding, zoals die is gedefinieerd in de bijgevoegde conclusies. In de tekening toont:
Figuur 1 een schematisch zijaanzicht in dwarsdoorsnede van een samengestelde verwaterinrichting volgens de onderhavige uitvinding in een eerste uitvoeringsvorm;
Figuur 2 een perspectivisch aanzicht van een producthouder, zoals die toe te passen is in bij voorbeeld het samenstel van de verwaterinrichting in figuur 1;
Figuur 3 een schematisch zijaanzicht in dwarsdoorsnede van een samengestelde verwaterinrichting volgens de onderhavige uitvinding in een aanvullende en/of alternatieve uitvoeringsvorm;
Figuur 4 een schematisch zijaanzicht in dwarsdoorsnede van alleen een buitenbak van een verwaterinrichting volgens de onderhavige uitvinding in een aanvullende en/of alternatieve uitvoeringsvorm;
Figuur 5 toont een samenstel van op elkaar gestapelde buitenbakken in een uitvoeringsvorm met aanvullend een buitenwandig afvoerkanaal; en
Figuur 6 is een soortgelijke configuratie als Figuur 5, doch met een buisvormig afvoerkanaal.
Een inrichting in een eerste uitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding omvat in figuur 1 een samenstel van een uitneembare kunststof producthouder 1 met handgrepen 13 en een geperforeerde bodem 14 en een daaromheen passende buitenbak 2.
De buitenbak 2 is voorzien van handgrepen 15 en een treem okken 3 voor het centreren van de producthouder 1. De centreemokken 3 kunnen aan de producthouder 1 in de plaats van de buitenbak 2 zijn aangebracht.
Met de producthouder 1 in de buitenbak 2 wordt bij aanvoer van (zee-) water langs pijl A een laminaire, verticale neerwaarts gerichte (zee-) water stroming in de richting van pijlen B door de bentische organismen (schaal- en/of schelpdieren) heen in de producthouder 1 in stand gehouden.
Deze (zee-) waterstroming komt tot stand door de vorming van een gelijkmatig drukregelende laag (zee-) water 16 boven het product 6 in de producthouder 1, welke druk hoger is dan de gelijkmatig drukregelende laag (zee-) water 7 onder de geperforeerde bodem 14 van de producthouder 1. Door dit drukverschil in combinatie met een vooraf bepaalde, tussen een maximale en een minimale hoeveelheid toe te voeren (zee-) water ontstaat een vrijwel laminaire stroming in de richting van pijlen B door de productmassa 6, waardoor elk individuele schaal- en/of scheldier wordt omspoeld door het (zee-) water.
Tevens omvat de buitenbak 2 een schuin aflopende bodem 4 naar een relatief grote uitstroomopening 5, welke een bijbehorende snelafsluiting omvat. De snelafsluiting omvat een klep 17 aan een om een kantelpunt 19 draaibare bedieningsarm of -hendel 18, welke klep gesloten wordt gehouden door een op de bedieningshendel 18 inwerkend verend lichaam 12. Deze relatief grote uitstroomopening 5 wordt op te voren bepaalde tijdstippen geopend, waardoor op de schuine bodem 4 liggend sediment wordt uitgespoeld en schadelijke bacteriegroei wordt vermeden. Dit openen van de klep 17 kan handmatig geschieden of middels een besturing, desgewenst op afstand, bijvoorbeeld met een hydraulische of pneumatische cilinder of een (elektro)motor, of willekeurig andere vorm van een aandrijving.
De klep 17 kan iedere gepaste of geschikte vorm hebben, bijvoorbeeld een schuif-, en/of mes-afsluiter, een kogelkraan, een vlinderklep, een draaibare overstroombuis, etc
Bij “natte opslag” is de temperatuur van het toegevoerde (zee-) water zodanig laag, dat het product tijdens de retentietijd in een staat van bijna hibematie wordt gebracht en gehouden, waardoor het metabolisme van schaal- en/of schelpdieren sterk wordt verlaagd.
Hierdoor resulteert een laag zuurstofgebruik en verminderde excretie van ammonium, feces en pseudofeces.
Bij “opkweek” worden de condities van het toegevoerde (zee-) water vooraf ingesteld voor een optimale groei van het product, hetgeen vaak bij ten minste enigszins hogere temperaturen wordt bewerkstelligd dan in geval van retentie tot kort voorafgaand aan consumptie van (nagenoeg) volgroeide schaal- en/of schelpdieren 6, hetgeen veelal plaats vindt bij zo laag mogelijke positieve temperaturen. Opgemerkt wordt in deze context, dat opkweek in de samenstellen volgens de uitvinding mogelijk is gemaakt, waar dat met bekende verwaterinrichtingen volgens de stand der techniek uitgesloten was. Als aanvulling op hogere temperaturen voor opkweek dan voor opslag van (nagenoeg) volgroeide schaal- en/of schelpdieren valt binnen het kader van de onderhavige uitvinding tevens te overwegen om voedingsstoffen voor de op te kweken schaal- en/of schelpdieren te verschaffen in de stroom (zee-) water, zoals plankton, en kunnen andere eigenschappen van het (zee-) water worden ingesteld op een gunstige waarde, zoals de pH waarde, het zuurstofgehalte, et cetera. Verder valt voor een dergelijke nieuwe toepassing te denken aan het gebruik van een fijnmazig rooster of filter als geperforeerde of roostervormige bodem 14 van de producthouder 1, om wegspoelen van jonge, kleine schaal- en/of schelpdieren daarop of althans in de producthouder 1 te voorkomen.
Na passage door de schaal- en/of schelpdieren 6 heen, stroomt het (zee-) water vanuit ruimte 8 via stijgkanaal 9 in de richting van pijlen D, door daalkanaal 10 in de richting van pijlen E, en door ten minste één doorvoeropening 11 in de richting van pijl C naar een onder geplaatste samenstel van producthouder 1 en buitenbak 2.
Stroming door het stijgkanaal 9 tegen de richting van de laminaire stroming in van pijlen B bewerkstelligt dat sediment, ammonium, faeces, pseudo-faeces, et cetera, neerslaat naar de bodem 4, en niet wordt meegevoerd naar een ondergelegen samenstel van buitenbak 2 en producthouder 1. Hierbij dient opgemerkt, dat een deel van in het bijzonder de ammonium wél met de stroom kan worden meegevoerd, en bijvoorbeeld buiten de samenstellen of stapels daarvan worden behandeld en/of afgebroken. Door sedimenten in bepaalde mate in een samenstel te houden, kan kruiscontaminatie van ziektes en bacteriën vanuit een hoger gelegen samenstel naar alle ondergelegen samenstellen in een opstapeling effectief worden voorkomen.
De producthouder 1 is in Fig. 2 in meer detail getoond. De producthouder omvat gesloten wanden 20 en de geperforeerde bodem 14. Doordat de wanden 20 gesloten zijn, kan ten minste het stijgkanaal 9 eenvoudigweg zijn gedefinieerd door de producthouder in de buitenbak 2 te plaatsen, zoals in Fig. 1 in samengestelde toestand is getoond.
Als alternatief, bijvoorbeeld wanneer een alternatieve uitvoeringsvorm van de producthouder 1 in de vorm van een netmand (niet getoond) is vormgegeven, kan een scheidingswand (niet getoond) in de buitenbak worden benut om het stijgkanaal 9 te definiëren tussen een met de schuine bodem 4 verbonden binnenwand 21 (die al dient om met een buitenwand van de buitenbak het daalkanaal 10 te vormen) en deze scheidingswand. Het stijgkanaal 9 kan als nog ander alternatief worden verwezenlijkt in de vorm van een met de ruimte 8 verbonden buis of pijp 24 in Fig. 3 langs of aan de scheidingswand (of elders). Op soortgelijke wijze is het daalkanaal 10 te verwezenlijken in de vorm van een pijp of buis 25 aan of langs de buitenzijde van de buitenbak 23 in Fig. 3.
De alternatieve uitvoeringsvorm volgens Fig. 3 vertoont overigens een gekromde bodem 26 in de plaats van de schuin verlopende maar rechte bodem 14 in Fig. 1 en producthouder 22 kan een mandje zijn. De handgrepen 13 aan de producthouder 22 kunnen bij het inzetten van de producthouder 22 in de buitenbak 23 in de richting van pijlen F komen te rusten op de handgrepen 15 van de buitenbak 23.
In nog weer een andere uitvoeringsvorm omvat een (niet getoonde) buitenbak een door middel van een luik gevormde zijwand, waarlangs het mogelijk is (zee-) water in de buitenbak te laten ontsnappen, maar tevens een gehele producthouder in en/of uit de buitenbak te zetten/nemen is. Bij voorkeur zijn dan doorvoeropeningen 11 afsluitbaar. Zo doende hoeft een stapel buitenbakken niet uiteen te worden genomen om toegang te verschaffen tot een enkele producthouder in een buitenbak ergens in een stapel buitenbakken.
In fig. 4 is nog weer een andere uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding getoond. Daarin is een buitenbak 28 weergegeven, zonder producthouder (die op zich wel in een samengestelde gebruikstoestand in de buitenbak 28 geplaatst dient te worden), met in de buitenbak 28 een filterplaat 27, waarmee het stijgkanaal 9; 24 en het daalkanaal 10; 25 zijn komen te vervallen. (Zee-) water stroomt door de schuine filterplaat 27 heen naar de doorvoeropeningen 11, terwijl residuen op de filterplaat 27 achterblijven. Deze residuen zijn van de filterplaat 27 te verwijderen om de retentietijd te verlengen, door op gezette tijden of naar behoefte de klep 17 van de uitstroomopening 5 te bedienen, in het geval van de uitvoeringsvorm in Fig. 4 met behulp van een motor 30.
De producthouders 1 kunnen af te sluiten zijn met een bodemelement en eventueel een deksel. Na uitname van een producthouder 1 uit een buitenbak is de producthouder op deze wijze voor transport naar een afnemer af te sluiten voor behoud van de versheid van de schaal- en/of schelpdieren daarin.
In figuur 5 is een samenstel 33 van op elkaar gestapelde buitenbakken 34 getoond. Elke buitenbak 34 in de stapel 33 heeft een buitenwandig afvoerkanaal 31, met een opwaarts georiënteerde ingang 35 aan de bovenzijde van de betreffende buitenbak 34 voor opvang van uit een uitstroomopening 5 in geopende toestand van een bovengelegen buitenbak 34 stromend water met afval. De uitstroom opening kan bij wijze van voorbeeld worden geopend in de richting van pijl G.
In neerwaartse richting convergeert het afvoerkanaal 31 naar een smallere breedte bij de onderzijde van de betreffende buitenbak 34, en mondt uit bij een uitgang 36. Tevens is de ingang 35 afdoende groot en/of breed om water en afval van één of meer dan één bovengelegen buitenbak 34 op te vangen uit de uitstroomopening 5 en uit de uitgang 36.
In figuur 6 is een soortgelijke, maar andere configuratie getoond met een stapel 37 buitenbakken 38, die aan de buitenzijde zijn voorzien van een buisvormig afvoerkanaal 32. De afvoerkanalen 32 hebben aan de bovenzijde van de betreffende buitenbakken 38 een verbreding 39, voor doorvoer van uit een afvoerkanaal 32 van een bovengelegen buitenbak 38 afkomstig water en afval. De afvoerkanalen 32 hebben verder een zijdelingse vertakking 40 voor opvang van uit een uitstroom opening 5 van de bijbehorende buitenbak 38 afkomstig water en afval.
De kanalen 31, 32 zijn niet hoger, langer of lager dan de afmetingen van de betreffende buitenbak 34, 38. Zo zijn ten opzichte van de buitenbakken 34, 38 uitstekende delen vermeden. De afvoerkanalen zijn bij wijze van (niet getoond) alternatief ook inwendig in de buitenbakken aan te brengen.
In het algemeen zijn met de onderhavige vinding alle genoemde nadelen van systemen volgens bekende technieken verholpen of althans aanzienlijk verminderd, en zijn de volgende eigenschappen bewerkstelligd of althans te bewerkstelligen:
De eenheden zijn in bepaalde uitvoeringsvormen klein (maar kunnen groot zijn) en in het bijzonder doch niet uitsluitend in een kleine variant geschikt voor: detailhandelsgrootte, goede product traceerbaarheid, licht hanteerbaar (“eenvoudige handling”). Met de uitvinding is een ideale verticale, laminaire, neerwaarts gerichte en controleerbare productdoorstroming te verwezenlijken, waarbij elk individueel product wordt voorzien van voldoende toe- en afvoer van (zee-) water. Er kan een zuinige waterhuishouding worden verwezenlijkt, terwijl de uitvinding bij uitstek geschikt is voor schaal- en/of schelpdieren. Door middel van de grote stortklep met schuin geplaatste bodem is het mogelijk om op gezette tijden en al dan niet automatisch afgezette ophoping van excrementen, ammonium, faeces, pseudo-faeces en dergelijke afdoende te verwijderen en de retentietijd aanzienlijk te verlengen. Als gevolg van de schuinstand van de bodemplaat 4; 26 zullen dergelijke, te verwijderen stoffen zich al voor afvoer bereid ophopen in de nabijheid van de uitstroomopening 5 met stortklep 17.
Doordat de producthouder uitneembaar is, kan deze direct door een leverancier/visser/kweker worden gevuld met product, waardoor productschade en productmortaliteit te reduceren zijn, en hetzelfde geldt in hoofdlijnen voor de afzet aan (eind)afnemers/kopers/restaurants en dergelijke. De uitvinding is geschikt voor toepassing in een geautomatiseerd systeem.
Hoewel de onderhavige uitvinding in het voorgaande is beschreven en in de bijgevoegde tekening van verschillende uitvoeringsvormen is getoond als omvattende een inzetbare en uitneembare producthouder, dient opgemerkt dat de producthouder één geheel kan vormen met de buitenbak. Ook andere varianten vallen binnen de bescherming van de hierna volgende conclusies. Zo is het mogelijk dat de stijg- en daalkanalen, geperforeerde tussenbodem (product draagbodem), bodemplaat onder schuinstand en afvoeropening voor afvallen enz. één geheel vormt. Verder kan de buitenbak zijn of worden voorzien van uitsparingen en/of andere accommodaties in of bij de bodem voor transport door middel van bijvoorbeeld een heftruck, hefwerktuig, e.d. De uitstroomopening 5 kan zich ook aan de onderzijde bevinden in of bij de bodem van de buitenbak, in de plaats van in een zijwand. Het afvoerkanaal 31, 32 kan zijn geïntegreerd in (het binnenste van) ten minste één van de buitenbak en de producthouder, en hoeft niet aan de buitenzijde van de buitenbak te zijn aangebracht, maar kan aanvullend of als alternatief in het inwendige van de buitenbak zijn gepositioneerd en opgenomen.

Claims (14)

1. Een verwaterinrichting, welke is ingericht voor het bevatten van schaal- en/of schelpdieren, omvattende: - een buitenbak (2; 23; 28); - een producthouder (1; 22) in de buitenbak; - een stijgkanaal (9; 24) langs een wand van de buitenbak; en - een met het stijgkanaal (9; 24) verbonden daalkanaal (10; 25) langs een wand van de buitenbak, waarbij het stijgkanaal (9, 24) in verbinding staat met een ruimte (8), welke in samengestelde toestand tussen de producthouder (1; 22) en een bodemplaat (4; 26; 27) is gelegen, MET HET KENMERK, dat de bodemplaat (4; 26; 27) onder een schuinstand is aangebracht in de buitenbak en neerwaarts is georiënteerd naar een selectief afsluitbare en te openen uitstroomopening (5).
2. De verwaterinrichting volgens conclusie 1, waarbij de producthouder (1; 22)in en uit de buitenbak inzetbaar en uitneembaar is.
3. De verwaterinrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij het daalkanaal (10; 25) voert naar een ondergelegen buitenbak (2; 23; 28) in een stapel buitenbakken (2; 23; 28).
4. De verwaterinrichting volgens conclusie 3, waarbij de bodemplaat (4; 26) een ruimte definieert in samenhang met een bodem van de buitenbak, waarin het daalkanaal (10; 25) uitmondt.
5. De verwaterinrichting volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij de bodem van de buitenbak (2; 23; 28) ten minste één doorvoeropening (11) naar de ondergelegen buitenbak (2; 23; 28) omvat.
6. De verwaterinrichting volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij de producthouder is vervaardigd uit ten minste één van de materialen uit de groep, welke omvat: een kunststof; een metaal; et cetera.
7. De verwaterinrichting volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij de producthouder ten minste één handgreep omvat.
8. De verwaterinrichting volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij ten minste een bodem van de producthouder doorgangen omvat.
9. De verwaterinrichting volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij ten minste één van de buitenbak en de producthouder ten minste één centreernok omvat.
10. De verwaterinrichting volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij de buitenbak is vervaardigd uit ten minste één van de materialen uit de groep, welke omvat: een kunststof; een metaal; et cetera.
11. De verwaterinrichting volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij de buitenbak stapelbaar is op of onder een aanvullende buitenbak.
12. De verwaterinrichting volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, verder omvattende een op de selectief afsluitbare en te openen uitstroomopening (5) van een in een stapel boven- of ondergelegen buitenbak aan te sluiten afvoerkanaal (31; 32).
13. De verwaterinrichting volgens conclusie 12, waarbij het afvoerkanaal (31; 32) buiten de wand van de buitenbak is aangebracht.
14. De verwaterinrichting volgens conclusie 12 of 13, waarbij de afvoerkanalen van boven elkaar gelegen buitenbakken in een stapel buitenbakken op elkaar aan te sluiten zijn.
NL2013090A 2014-06-30 2014-06-30 Inrichting voor het verwateren van schaal- en/of schelpdieren NL2013090B1 (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2013090A NL2013090B1 (nl) 2014-06-30 2014-06-30 Inrichting voor het verwateren van schaal- en/of schelpdieren
PCT/NL2015/050446 WO2016003264A1 (en) 2014-06-30 2015-06-18 Device for depuration of crustaceans and shellfish
EP15734273.4A EP3211993A1 (en) 2014-06-30 2015-06-18 Device for depuration of crustaceans and shellfish

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2013090A NL2013090B1 (nl) 2014-06-30 2014-06-30 Inrichting voor het verwateren van schaal- en/of schelpdieren

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL2013090A NL2013090A (nl) 2015-10-12
NL2013090B1 true NL2013090B1 (nl) 2015-10-14

Family

ID=51302747

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2013090A NL2013090B1 (nl) 2014-06-30 2014-06-30 Inrichting voor het verwateren van schaal- en/of schelpdieren

Country Status (3)

Country Link
EP (1) EP3211993A1 (nl)
NL (1) NL2013090B1 (nl)
WO (1) WO2016003264A1 (nl)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
IS2993B (is) 2017-06-01 2018-03-15 Sæplast Iceland ehf. Hreinsunarkerfi
CN108338108B (zh) * 2018-03-26 2024-02-09 阮保国 水净化处理环保养殖网箱

Family Cites Families (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2382861A1 (fr) * 1977-03-11 1978-10-06 Casacrus International Sa Procede et conteneur mobile pour transporter, conserver et epurer des produits vivants ou des produits frais
US4537149A (en) * 1982-09-14 1985-08-27 Ryan William J Method and apparatus for cleaning tainted shellfish
FR2804283B1 (fr) * 2000-01-27 2007-11-16 Josselin Pompes Dispositif de stockage et de degagement de coquillage et crustacees
ES2187326B1 (es) * 2000-10-10 2004-11-16 Mariscos Veiro, S.L. Dispositivo depurador de moluscos mediante circulacion forzada de agua, y metodo correspondiente.
EP1545193A1 (en) * 2002-09-03 2005-06-29 Saeplast HF. A method and apparatus for simulating tide ebbs and tide flows in a container for marine species such as shellfish
ES1072423Y (es) * 2010-05-07 2010-10-06 Rotogal S L Contenedor para depuracion de moluscos
JP5610296B2 (ja) * 2011-02-09 2014-10-22 義裕 藤芳 二枚貝等の底棲生物の多段式養殖装置及び養殖方法並びにこれを用いたバイオフィルター

Also Published As

Publication number Publication date
EP3211993A1 (en) 2017-09-06
WO2016003264A1 (en) 2016-01-07
NL2013090A (nl) 2015-10-12

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL2014513B1 (en) Method and facility for breeding insects.
NL2014515B1 (en) Method and facility for breeding insects.
US7717065B2 (en) Aquaculture
NL2014514B1 (en) Method and facility for breeding insects.
NL1007744C1 (nl) Werkwijze voor het onafhankelijk van een seizoen opkweken, conditioneren en opslaan van schelp- en schaaldieren en inrichting voor het toepassen van deze nieuwe werkwijze.
RU2298319C2 (ru) Устройство трала
FR2555410A1 (fr) Dispositif et procede pour stocker et elever des crustaces
BE1025212B1 (nl) Inrichting voor het transporteren van paddenstoelen
NL2013090B1 (nl) Inrichting voor het verwateren van schaal- en/of schelpdieren
NL8203710A (nl) Werkwijze en inrichting voor het produceren van artemia nakomelingen; verpakking artemia nakomelingen; werkwijze voor het voeden van artemia's; werkwijze voor het bereiden van voer voor larven van vissen of kreeftachtigen; voeding omvattende met een voedingsadditief beklede deeltjes; en werkwijze voor het vervaardigen van dierlijk voedsel.
EP3965564A1 (fr) Unite, batiment et procede d'elevage de larves d'insectes
FR3068571A3 (fr) Machine de transfert pour deposer dans un batiment avicole sur un sol de celui-ci des oeufs qui se trouvent dans des tiroirs d'incubation dans lesquels ils ont ete precouves
KR101773291B1 (ko) 피쉬펌프를 이용한 양식생물 수확 및 배급시스템
EP1148778A1 (fr) Procede et dispositif de conditionnement, de transport et d'acclimatation de poissons exotiques ou de plantes aquatiques
FI82173B (fi) Uppfoedningsfoerfarande foer i vaetskemedium uppvaexande animallarver och medel foer anvaendning av detta foerfarande.
CN217407494U (zh) 一种养殖小龙虾捕捞装置
NL2024422B1 (en) Arrangement of a water pipe with drink nipples in an incubator
US20230240273A1 (en) System for Polychaete Production Comprising a Retrievable Tray, and Method for Polychaete Production
NO347667B1 (en) Arrangement and method for conveying and processing marine organisms
CN111109340A (zh) 一种水产品清洗装置
BE832334A (fr) Methode pour cultiver des plantes poussant individuellement dans des bacs separes, et appareil pour la mettre en oeuvre
FR2481065A1 (fr) Dispositif d'elevage de crustaces en particulier les homards
Barrento et al. Best Practice Guide on Holding and Conditioning Mussels
AU2005256163A1 (en) Aquaculture system
NO330890B1 (no) Anordning for behandling av fisk

Legal Events

Date Code Title Description
PD Change of ownership

Owner name: JFC MANUFACTURING CO., LTD.; IE

Free format text: DETAILS ASSIGNMENT: CHANGE OF OWNER(S), ASSIGNMENT; FORMER OWNER NAME: SYBE SMIT OCTROOI B.V.

Effective date: 20170303

MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20220701