NL2010264C2 - CONFIRMATION DEVICE, IN PARTICULAR A CONFIRMATION DEVICE FOR A SOLAR PANEL CONSTRUCTION ON A TANNED ROOF. - Google Patents

CONFIRMATION DEVICE, IN PARTICULAR A CONFIRMATION DEVICE FOR A SOLAR PANEL CONSTRUCTION ON A TANNED ROOF. Download PDF

Info

Publication number
NL2010264C2
NL2010264C2 NL2010264A NL2010264A NL2010264C2 NL 2010264 C2 NL2010264 C2 NL 2010264C2 NL 2010264 A NL2010264 A NL 2010264A NL 2010264 A NL2010264 A NL 2010264A NL 2010264 C2 NL2010264 C2 NL 2010264C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
roof
tile
clamping
fixing
batten
Prior art date
Application number
NL2010264A
Other languages
Dutch (nl)
Inventor
Ronald H W Jaspar
Peter L J Meijers
Original Assignee
Ibc Solar B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Ibc Solar B V filed Critical Ibc Solar B V
Priority to NL2010264A priority Critical patent/NL2010264C2/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2010264C2 publication Critical patent/NL2010264C2/en

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H02GENERATION; CONVERSION OR DISTRIBUTION OF ELECTRIC POWER
    • H02SGENERATION OF ELECTRIC POWER BY CONVERSION OF INFRARED RADIATION, VISIBLE LIGHT OR ULTRAVIOLET LIGHT, e.g. USING PHOTOVOLTAIC [PV] MODULES
    • H02S20/00Supporting structures for PV modules
    • H02S20/20Supporting structures directly fixed to an immovable object
    • H02S20/22Supporting structures directly fixed to an immovable object specially adapted for buildings
    • H02S20/23Supporting structures directly fixed to an immovable object specially adapted for buildings specially adapted for roof structures
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24SSOLAR HEAT COLLECTORS; SOLAR HEAT SYSTEMS
    • F24S25/00Arrangement of stationary mountings or supports for solar heat collector modules
    • F24S25/60Fixation means, e.g. fasteners, specially adapted for supporting solar heat collector modules
    • F24S25/61Fixation means, e.g. fasteners, specially adapted for supporting solar heat collector modules for fixing to the ground or to building structures
    • F24S25/613Fixation means, e.g. fasteners, specially adapted for supporting solar heat collector modules for fixing to the ground or to building structures in the form of bent strips or assemblies of strips; Hook-like connectors; Connectors to be mounted between building-covering elements
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02BCLIMATE CHANGE MITIGATION TECHNOLOGIES RELATED TO BUILDINGS, e.g. HOUSING, HOUSE APPLIANCES OR RELATED END-USER APPLICATIONS
    • Y02B10/00Integration of renewable energy sources in buildings
    • Y02B10/10Photovoltaic [PV]
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02EREDUCTION OF GREENHOUSE GAS [GHG] EMISSIONS, RELATED TO ENERGY GENERATION, TRANSMISSION OR DISTRIBUTION
    • Y02E10/00Energy generation through renewable energy sources
    • Y02E10/40Solar thermal energy, e.g. solar towers
    • Y02E10/47Mountings or tracking
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02EREDUCTION OF GREENHOUSE GAS [GHG] EMISSIONS, RELATED TO ENERGY GENERATION, TRANSMISSION OR DISTRIBUTION
    • Y02E10/00Energy generation through renewable energy sources
    • Y02E10/50Photovoltaic [PV] energy

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Sustainable Development (AREA)
  • Sustainable Energy (AREA)
  • Thermal Sciences (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Roof Covering Using Slabs Or Stiff Sheets (AREA)

Description

Korte aanduiding: Bevestigingsinrichting, in het bijzonder een bevestigingsinrichting voor een zonnepaneelconstructie op een pannendakBrief indication: Fastening device, in particular a fastening device for a solar panel construction on a tile roof

De uitvinding heeft betrekking op een bevestigingsinrichting, in het bijzonder een bevestigingsinrichting voor een zonnepaneelconstructie op een pannendakThe invention relates to a fixing device, in particular a fixing device for a solar panel construction on a tile roof

Om een zonnepaneel op een pannendak te bevestigen is doorgaans een bevestigingsinrichting benodigd die het boven het pannendak geplaatste zonnepaneel verbindt met op een onder de pannenlaag bevestigde subconstructie van het dak. Een bevestigingsinrichting omvat bijvoorbeeld een onder de pannenlaag te bevestigen voetelement en een beugelelement waarvan een einde is verbonden met het voetelement en het andere einde is ingericht voor bevestiging aan een zonnepaneel. De vorm van het beugelelement is zodanig dat deze zich tussen de dakpannen uitstrekt van de onderzijde van de pannenlaag naar de boven de pannenlaag bevindende zonnepaneelconstructie.To fix a solar panel on a tile roof, a fastening device is usually required that connects the solar panel placed above the tile roof to a sub-construction of the roof fixed under the tile layer. A fixing device comprises, for example, a foot element to be fixed under the tile layer and a bracket element, one end of which is connected to the foot element and the other end is adapted for fixing to a solar panel. The shape of the bracket element is such that it extends between the roof tiles from the underside of the tile layer to the solar panel construction located above the tile layer.

Het voetelement is in een bekende uitvoeringsvorm uitgevoerd als een plaat met een aantal bevestigingsgaten voor het daardoorheen plaatsen van een aantal schroeven of dergelijke. Op de plaat is verder een bevestigingspunt aangebracht voor het bevestigen van het beugelelement. Door de plaat vast te schroeven op het dak kunnen de door het zonnepaneel uitgeoefende krachten door de schroefverbinding op het dak worden overgebracht.In a known embodiment the foot element is designed as a plate with a number of fixing holes for placing a number of screws or the like therethrough. A fixing point is furthermore arranged on the plate for fixing the bracket element. By screwing the plate to the roof, the forces exerted by the solar panel can be transferred to the roof by the screw connection.

In bepaalde uitvoeringsvormen van een pannendak, omvat het pannendak een dakbeschot met daarop een lattenconstructie van tengels en in hoofdzaak loodrecht daarop geplaatste panlatten voor het ondersteunen van dakpannen. Het dakbeschot is een relatief vlakke waterdichte laag. De tengels worden van boven naar beneden lopend in een verticaal vlak op het dakbeschot aangebracht. Op de tengels worden in horizontale richting de panlatten aangebracht. De dakpannen omvatten een neus waarmee de dakpannen achter de panlatten blijven hangen.In certain embodiments of a tile roof, the tile roof comprises a roof boarding with a slatted structure of battens thereon and tile slats placed substantially perpendicularly thereto for supporting roof tiles. The roof boarding is a relatively flat waterproof layer. The battens are installed running from top to bottom in a vertical plane on the roof boarding. The battens are placed on the counter in the horizontal direction. The roof tiles have a nose with which the roof tiles stay behind the tile battens.

In sommige uitvoeringsvormen van een pannendak, kan het dakbeschot en/of de lattenconstructie onvoldoende steun geven voor het vastschroeven van een plaatvormig voetelement. Een dergelijk pannendak met relatief weinig constructieve bevestigingsmogelijkheden van buitenaf wordt bijvoorbeeld vaak in Nederland toegepast. In dergelijke gevallen kan het nodig zijn om alternatieve bevestigingsmogelijkheden voor een zonnepaneel te vinden.In some embodiments of a tiled roof, the roof boarding and / or the slatted structure cannot provide sufficient support for screwing a plate-shaped foot element. Such a tiled roof with relatively few structural fastening options from outside is often used in the Netherlands, for example. In such cases, it may be necessary to find alternative mounting options for a solar panel.

Het is bekend om een bevestigingsklem met bevestigingsbeugel vast te klemmen op de combinatie van een dakpan en een panlat. Door de klemming wordt een krachtoverdracht van de zonnepaneelconstructie naar het pannendak verkregen.It is known to clamp a mounting clamp with mounting bracket on the combination of a roof tile and a tile batten. The clamping results in a power transfer from the solar panel construction to the tile roof.

Een nadeel is dat voor de krachtsoverdracht een vastklemming op de dakpan wordt gebruikt. Een dergelijke vastklemming op de dakpan is ongewenst aangezien een dergelijke vastklemming kan leiden tot schade aan de dakpan, bijvoorbeeld door breuk van de dakpan. Deze schade aan de dakpan kan weer leiden tot het loskomen van de klemverbinding op dakpan en panlat wat vervolgens kan resulteren in het ten minste gedeeltelijk loskomen van de zonnepaneelconstructieA disadvantage is that a clamp on the roof tile is used for the power transfer. Such a clamping on the roof tile is undesirable since such a clamping can lead to damage to the roof tile, for example due to breakage of the roof tile. This damage to the roof tile can in turn lead to the loosening of the clamp connection on the roof tile and tile batten which can then result in at least a partial release of the solar panel construction

Het is een doel van de uitvinding een bevestigingsinrichting voor een zonnepaneelconstructie op een pannendak te verschaffen die een veilig en betrouwbaar monteren van de zonnepaneelconstructie op het pannendak mogelijk maakt, bijvoorbeeld wanneer het dakbeschot en/of de lattenconstructie onvoldoende steun geven voor het vastschroeven van een plaatvormig voetelement.It is an object of the invention to provide a mounting device for a solar panel construction on a tile roof that allows a safe and reliable mounting of the solar panel construction on the tile roof, for example when the roof boarding and / or the slatted structure provide insufficient support for screwing a plate-shaped foot element.

De uitvinding verschaft een bevestigingsinrichting voor het bevestigen van een object, in het bijzonder een zonnepaneelconstructie, op een pannendak, omvattende een op of aan het pannendak te bevestigen voetelement en een beugelelement, waarbij een eerste bevestigingsgedeelte van het beugelelement bevestigd of te bevestigen is aan het voetelement, en waarbij een tegenoverliggend tweede bevestigingsgedeelte is ingericht voor bevestiging van het object, met het kenmerk, dat het voetelement een klemgedeelte heeft dat is ingericht om klemmend te worden geplaatst tussen een dakbeschot en een panlat van het pannendak.The invention provides a mounting device for mounting an object, in particular a solar panel construction, on a tile roof, comprising a foot element to be mounted on or to the tile roof and a bracket element, wherein a first mounting part of the bracket element is attached or can be attached to the foot element, and wherein an opposite second fastening part is arranged for fastening the object, characterized in that the foot element has a clamping part which is arranged to be clamped between a roof boarding and a tile batten of the tiled roof.

Door het voetelement van een klemgedeelte te voorzien dat is ingericht om klemmend te worden geplaatst tussen een dakbeschot en een panlat van het pannendak, kan een bevestigingsinrichting worden bevestigd op een pannendak door deze te klemmen tussen het dakbeschot en een panlat. Hierdoor wordt de op het beugelelement uitgeoefende kracht overgebracht op het dakbeschot en de panlat, maar niet of substantieel minder op een of meer pannen van het pannendak. Hiermee wordt de gevaarlijke belasting van de relatief kwetsbare dakpannen vermeden.By providing the foot element with a clamping part which is arranged to be clamped between a roof boarding and a tile batten of the tile roof, a fixing device can be fixed on a tile roof by clamping it between the roof baffle and a tile batten. As a result, the force exerted on the bracket element is transferred to the roof boarding and the tile batten, but not or substantially less to one or more tiles of the tile roof. This avoids the dangerous load on the relatively vulnerable roof tiles.

Het beugelelement is bij voorkeur daarbij zodanig ontworpen dat deze na bevestiging in hoofdzaak contactvrij is van de dakpan of ten minste dat belasting op het beugelelement geen of weinig belasting op de dakpan veroorzaakt. Verder biedt het klemgedeelte voldoende steun voor het dragen van een gedeelte van een zonnepaneelconstructie.The bracket element is herein preferably designed such that after attachment it is substantially contact-free from the roof tile or at least that loading on the bracket element causes no or little load on the roof tile. Furthermore, the clamping part offers sufficient support for supporting a part of a solar panel construction.

Het voetelement is bij voorkeur zodanig ontworpen dat deze volledig contactvrij is van een dakpan. Het beugelelement is bij voorkeur na montage ook contactvrij van de dakpan waarover het beugelelement zich uitstrekt, zodat de krachtsoverdracht van het beugelelement naar de dakconstructie volledig buiten deze dakpan tot stand komt.The foot element is preferably designed such that it is completely contact-free from a roof tile. After mounting, the bracket element is preferably also contact-free of the roof tile over which the bracket element extends, so that the force transfer from the bracket element to the roof construction is effected completely outside this roof tile.

Bij voorkeur wordt het klemgedeelte van boven naar beneden tussen het dakbeschot en de panlat ingeklemd. Dit heeft als voordeel dat bij belasting als gevolg van de zwaartekracht, het klemgedeelte verder tussen dakbeschot en panlat wordt geduwd.The clamping part is preferably clamped from top to bottom between the roof boarding and the tile batten. This has the advantage that in the event of a load due to gravity, the clamping part is pushed further between the roof boarding and the batten.

Het klemgedeelte kan ook op elke andere geschikte wijze kunnen worden uitgevoerd. In een uitvoeringsvorm is het klemgedeelte wigvormig. Door het klemgedeelte van het voetelement wigvormig uit te voeren kan deze op eenvoudige wijze tussen het dakbeschot en de panlat worden geplaatst en vervolgens daartussen worden geduwd tot het klemgedeelte klemt tussen het dakbeschot en de panlat.The clamping portion can also be designed in any other suitable manner. In one embodiment, the clamping portion is wedge-shaped. By designing the clamping part of the foot element in a wedge-shaped manner, it can be placed in a simple manner between the roof boarding and the tile batten and then pushed between them until the clamping part clamps between the roof boarding and the batten.

Bovendien is een dergelijk klemgedeelte minder gevoelig voor afwijkingen in de afstand tussen het dakbeschot en de panlat.Moreover, such a clamping part is less sensitive to deviations in the distance between the roof boarding and the tile batten.

Daarbij zal, indien het klemgedeelte van boven naar beneden tussen het dakbeschot en de panlat is ingeklemd, belasting als gevolg van de zwaartekracht het wigvormige klemgedeelte juist verder tussen het dakbeschot en de panlat duwen.Thereby, if the clamping part is clamped down from top to bottom between the roof boarding and the tile batten, load due to gravity will push the wedge-shaped clamping part further between the roof boarding and the batten.

In een uitvoeringsvorm is een maximale hoogte van het wigvormige klemgedeelte maximaal 30 mm, bij voorkeur maximaal 25 mm. Het klemgedeelte heeft bij voorkeur een maximale hoogte die groter is dan de gebruikelijke afstand tussen een dakbeschot en een panlat. Deze gebruikelijke afstand wordt doorgaans bepaald door de hoogte van de tengels waarop de panlat is bevestigd.In one embodiment, a maximum height of the wedge-shaped clamping portion is at most 30 mm, preferably at most 25 mm. The clamping portion preferably has a maximum height that is greater than the usual distance between a roof boarding and a tile batten. This usual distance is usually determined by the height of the battens on which the tile batten is mounted.

De schuinte van het klemgedeelte is bijvoorbeeld 5-20 graden, bij voorkeur 10-15 graden. In een uitvoeringsvorm is de schuinte ongeveer 12 graden.The inclination of the clamping portion is, for example, 5-20 degrees, preferably 10-15 degrees. In one embodiment, the slope is approximately 12 degrees.

In een alternatieve uitvoeringsvorm is het klemgedeelte trapvormig.In an alternative embodiment, the clamping portion is stepped.

In een andere alternatieve uitvoeringsvorm van het klemgedeelte heeft het klemgedeelte twee ten opzichte van elkaar beweegbare klemelementen die ten opzichte van elkaar ten minste te plaatsen zijn in een plaatsstand, waarin de klemelementen eenvoudig tussen dakbeschot en panlat te plaatsen zijn, en een klemstand waarin de klemelementen verder van elkaar geplaatst zijn om geklemd te worden tussen het dakbeschot en de panlat. In een dergelijke uitvoeringsvorm zal in de plaatsstand de hoogte van het klemgedeelte kleiner zijn dan de afstand tussen dakbeschot en panlat, bijvoorbeeld tot maximaal 20 mm, maar in de klemstand ten minste gelijk of groter zijn dan de afstand tussen dakbeschot en panlat, bijvoorbeeld groter dan 22 mm.In another alternative embodiment of the clamping part, the clamping part has two clamping elements which are movable relative to each other and which can at least be placed with respect to each other in a position where the clamping elements can easily be placed between roof boarding and tile batten, and a clamping position in which the clamping elements are placed further apart to be clamped between the roof boarding and the tile batten. In such an embodiment, the height of the clamping section in the positional position will be smaller than the distance between roof boarding and tile batten, for example up to 20 mm, but in the clamping position will be at least equal to or greater than the distance between roof boarding and tile batten, for example greater than 22 mm.

De ten opzichte van elkaar beweegbare klemelementen kunnen bijvoorbeeld ten opzichte van elkaar worden verplaatst door een schroefelement of een scharnierconstructie. Daarbij kan een borginrichting zijn voorzien om ten minste in de klemstand de relatieve positie van de twee klemelementen ten opzichte van elkaar te borgen.The clamping elements movable relative to each other can for example be displaced relative to each other by a screw element or a hinge construction. A locking device can be provided for locking the relative position of the two clamping elements relative to each other at least in the clamping position.

In een uitvoeringsvorm is een bovenzijde van het klemgedeelte voorzien van een frictie verhogend middel, in het bijzonder een zaagtandvormig profiel. Door het zaagtandvormige profiel zal het klemgedeelte beter worden gehouden tussen het dakbeschot en de panlat, en kan het klemgedeelte minder snel loskomen bij bewegingen van het klemgedeelte. Andere maatregelen om de frictie tussen klemgedeelte en panlat te verhogen kunnen ook worden toegepast. Er kunnen ook frictieverhogende middelen zijn voorzien op het klemgedeelte om de frictie tussen dakbeschot en het klemgedeelte te vergroten.In one embodiment, an upper side of the clamping part is provided with a friction-increasing means, in particular a saw-tooth-shaped profile. Due to the saw-tooth-shaped profile, the clamping part will be held better between the roof boarding and the tile batten, and the clamping part can come loose less quickly with movements of the clamping part. Other measures to increase the friction between the clamping part and the pan batten can also be applied. Friction-increasing means may also be provided on the clamping portion to increase the friction between roof boarding and the clamping portion.

In een uitvoeringsvorm heeft het voetelement een bevestigingsgleuf voor het losneembaar bevestigen van het beugelelement. Door het voorzien van een bevestigingsgleuf voor het bevestigen van het beugelelement kan het beugelelement worden aangepast aan de specifieke omstandigheden op het dak. Ook kan er gebruik worden gemaakt van specifiek vormgegeven voetelementen, bijvoorbeeld voor een grotere afstand tussen het dakbeschot en de panlat zonder dat daar een afzonderlijke beugel wordt voorzien.In one embodiment, the foot element has a fastening slot for releasably fastening the bracket element. By providing a fixing slot for fixing the bracket element, the bracket element can be adapted to the specific conditions on the roof. Use can also be made of specifically designed foot elements, for example for a greater distance between the roof boarding and the tile batten without a separate bracket being provided there.

Bovendien kan een dergelijke bevestigingsgleuf worden gebruikt voor het aanpassen van de bevestigingslocatie van het beugelelement in de richting waar de bevestigingsgleuf loopt, bijvoorbeeld in horizontale en/of verticale richting.Moreover, such an attachment slot can be used to adjust the attachment location of the bracket element in the direction where the attachment slot runs, for example in the horizontal and / or vertical direction.

In een uitvoeringsvorm strekt de bevestigingsgleuf zich over een breedte van het voetelement uit. Door de bevestigingsgleuf zich over de breedte van het voetelement te laten uitstrekken, kan het beugelelement op elke geschikte locatie in de breedte van het voetelement worden bevestigd. In het algemeen heeft het de voorkeur het beugelelement in het midden van het voetelement te plaatsen. Maar wanneer dit niet gewenst is, bijvoorbeeld wanneer een beugelelement direct naast een tengel geplaatst moet worden of moet worden aangepast aan de vorm van de dakpan, kan het beugelelement op een andere geschikte locatie van de zich in de breedte uitstrekkende bevestigingsgleuf worden bevestigd.In one embodiment, the fastening slot extends over a width of the foot element. By allowing the fastening slot to extend over the width of the foot element, the bracket element can be fastened at any suitable location in the width of the foot element. In general, it is preferable to place the bracket element in the center of the foot element. But when this is not desired, for example when a bracket element has to be placed directly next to a batten or has to be adapted to the shape of the roof tile, the bracket element can be fixed at another suitable location of the widthwise fastening slot.

In een uitvoeringsvorm is een op het dakbeschot te plaatsen zijde van het voetelement in hoofdzaak vlak. Door de op het dakbeschot te plaatsen zijde van het voetelement in hoofdzaak vlak uit te voeren komt het voetelement stevig op het doorgaans vlakke dakbeschot te liggen. Hierdoor sluit het voetelement goed aan op het dakbeschot en kunnen de krachten die op het beugelelement worden uitgeoefend goed worden overgebracht op het dakbeschot en de rest van de dakconstructie. Daarbij vermindert een vlakke onderzijde de kans op beschadigingen van het dakbeschot.In one embodiment, a side of the foot element to be placed on the roof boarding is substantially flat. By making the side of the foot element to be placed on the roof boarding substantially flat, the foot element comes to rest firmly on the generally flat roof boarding. As a result, the foot element connects well to the roof boarding and the forces exerted on the bracket element can be transferred well to the roof boarding and the rest of the roof construction. A flat underside reduces the risk of damage to the roof boarding.

In een uitvoeringsvorm is het klemgedeelte in een insteekrichting klemmend tussen het dakbeschot en de panlat te plaatsen, waarbij het klemgedeelte een op het dakbeschot te plaatsen eerste klemwand heeft en een daartegenover gelegen tegen de panlat te plaatsen tweede klemwand heeft, waarbij de afstand tussen de eerste klemwand en de tweede klemwand in een aan de insteekrichting tegengestelde richting toeneemt. Deze relatief eenvoudige constructie met twee tegenover elkaar liggende klemwanden geeft een goede en betrouwbare klemmende werking van het klemgedeelte.In one embodiment, the clamping part can be clampedly positioned between the roof boarding and the tile batten in an insertion direction, the clamping part having a first clamping wall to be placed on the roof boarding and having a second clamping wall to be placed opposite the pan batten, the distance between the first clamping wall and the second clamping wall increases in a direction opposite to the insertion direction. This relatively simple construction with two opposite clamping walls gives a good and reliable clamping action of the clamping part.

In een uitvoeringsvorm heeft de inrichting een aanslag, ingericht om een afstand waarmee het klemgedeelte tussen het dakbeschot en de panlat kan worden geplaatst te maximaliseren. Door een aanslag te voorzien kan worden voorkomen dat de klemvoet te ver onder de panlat kan worden geduwd. Dit kan schade aan het dak, in het bijzonder de latten constructie van tengels en panlatten voorkomen bij een te krachtig plaatsen van de voetelementen tussen het dakbeschot en de panlat. Daarbij kan een dergelijke aanslag een goede feedback aan de monteur geven dat het voetelement op de juiste afstand onder de panlat is geduwd.In one embodiment the device has a stop adapted to maximize a distance with which the clamping part can be placed between the roof boarding and the tile batten. By providing a stop, it can be prevented that the clamping foot can be pushed too far under the pan batten. This can prevent damage to the roof, in particular the slat construction of battens and tile battens if the foot elements are placed too strongly between the roof boarding and the batten. Such a stop can provide good feedback to the fitter that the foot element has been pushed at the correct distance under the pan batten.

In een uitvoeringsvorm heeft het voetelement fixatiemiddelen voor het fixeren van het voetelement op het dakbeschot. Het voetelement wordt volgens de uitvinding met het klemgedeelte geklemd tussen het dakbeschot en de panlat. Dit geeft een stevig bevestigingspunt voor bijvoorbeeld een zonnepaneelconstructie op een pannendak zonder dat een grote belasting op de pannen nodig is. Evengoed kan het gewenst zijn het voetelement te fixeren om tegen te gaan dat het voetelement loskomt uit de klemming tussen dakbeschot en panlat.In one embodiment the foot element has fixing means for fixing the foot element on the roof boarding. According to the invention, the foot element is clamped with the clamping part between the roof boarding and the tile batten. This provides a solid attachment point for, for example, a solar panel construction on a tile roof without the need for a large load on the tiles. It may also be desirable to fix the foot element in order to prevent the foot element from coming loose from the clamping between roof boarding and tile batten.

De uitvinding heeft verder betrekking op een werkwijze voor het bevestigen van een zonnepaneelconstructie op een pannendak, omvattende een dakbeschot en ten minste een op afstand van het dakbeschot gelegen panlat, omvattende de volgende stappen: het op het dak bevestigen van een of meer bevestigingsinrichtingen volgens een van de conclusies 1-16, door het klemmend plaatsen van het klemgedeelte van het voetelement tussen het dakbeschot en de panlat, en het aan het beugelelement van de een of meer bevestigingsinrichtingen bevestigen van de zonnepaneelconstructie.The invention further relates to a method for attaching a solar panel construction to a tile roof, comprising a roof boarding and at least one pan batten remote from the roof boarding, comprising the following steps: attaching one or more fixing devices according to a of claims 1-16, by clampingly placing the clamping portion of the foot element between the roof boarding and the tile batten, and attaching the solar panel construction to the bracket element of the one or more fixing devices.

In een uitvoeringvorm, omvat de werkwijze verder het op een gewenste hoogte en/of een gewenste breedtepositie bevestigen van het beugelelement ten opzichte van het voetelement.In an embodiment, the method further comprises of fixing the bracket element relative to the foot element at a desired height and / or a desired width position.

De bevestigingsinrichting volgens de uitvinding is in het bijzonder geschikt voor het bevestigen van een zonnepaneelconstructie op een pannendak. Een dergelijke zonnepaneelconstructie omvat bijvoorbeeld een of meer zonnepanelen en een ondersteuningsconstructie, bijvoorbeeld een frame, voor het ondersteunen van de zonnepanelen. De ondersteuningsconstructie kan op het pannendak worden bevestigd met een aantal bevestigingsinrichtingen volgens de uitvinding met indien gewenst een aantal andere bevestigingsinrichtingen.The fixing device according to the invention is particularly suitable for fixing a solar panel construction on a tile roof. Such a solar panel construction comprises, for example, one or more solar panels and a support construction, for example a frame, for supporting the solar panels. The support structure can be attached to the tile roof with a number of fixing devices according to the invention with a number of other fixing devices if desired.

Verdere kenmerken en voordelen van de uitvinding zullen hiernavolgend verder worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld, waarbij wordt verwezen naar de figuren, waarin: - Figuur 1 een perspectivisch aanzicht toont van een uitvoeringsvorm van een bevestigingsinrichting volgens de uitvinding; - Figuur 2 een zijaanzicht toont van de uitvoeringsvorm van Figuur 1; en - Figuren 3 en 4 een zijaanzicht en een perspectivisch aanzicht tonen van een op een pannendak bevestigde bevestigingsinrichting volgens Figuur 1.Further features and advantages of the invention will be further elucidated hereinbelow on the basis of an exemplary embodiment, with reference to the figures, in which: - Figure 1 shows a perspective view of an embodiment of a fastening device according to the invention; Figure 2 shows a side view of the embodiment of Figure 1; and Figures 3 and 4 show a side view and a perspective view of a fixing device according to Figure 1 mounted on a tile roof.

Figuren 1 en 2 tonen een perspectivisch aanzicht en een zijaanzicht van een bevestigingsinrichting volgens de uitvinding, in het geheel aangeduid met het verwijzingscijfer 1. De bevestigingsinrichting 1 omvat een voetelement 2 en een beugelelement 3.Figures 1 and 2 show a perspective view and a side view of a fastening device according to the invention, indicated in its entirety by the reference numeral 1. The fastening device 1 comprises a foot element 2 and a bracket element 3.

Het voetelement 2 omvat een basisgedeelte 4, een klemgedeelte 5 een beugelbevestigingsgedeelte 6 en een fixatiegedeelte 7.The foot element 2 comprises a base part 4, a clamping part 5, a bracket fixing part 6 and a fixation part 7.

Het klemgedeelte 5 is wigvormig en is ontworpen om geklemd te worden tussen een dakbeschot en een panlat van een pannendak. Het klemgedeelte 5 omvat een op het dakbeschot te plaatsen eerste klemwand 8 en een tegen de panlat te plaatsen tweede klemwand 9. De afstand tussen de eerste klemwand 8 en de tweede klemwand 9 neemt in de richting van het basisgedeelte 4 toe. Hierdoor is het van het basisgedeelte 4 afgelegen deel van het klemgedeelte 5 eenvoudig tussen een dakbeschot en een panlat te plaatsen, en het klemgedeelte 5 vervolgens gemakkelijk verder te duwen tussen dakbeschot en panlat om het klemgedeelte 5 vast te klemmen.The clamping part 5 is wedge-shaped and is designed to be clamped between a roof boarding and a tile batten of a tile roof. The clamping portion 5 comprises a first clamping wall 8 to be placed on the roof boarding and a second clamping wall 9 to be placed against the tile batten. The distance between the first clamping wall 8 and the second clamping wall 9 increases in the direction of the base portion 4. As a result, the part of the clamping part 5 remote from the base part 4 can simply be placed between a roof boarding and a tile batten, and then easily push the clamping part 5 further between the roof boarding and the pan batten to clamp the clamping part 5.

De tweede klemwand 9 is aan de bovenzijde voorzien van zaagtandvormige ribbels 10 die het loskomen van het klemgedeelte 5 uit de klemming tussen dakbeschot en panlat tegengaan. Elke andere geschikte maatregel of vorm om loskomen van de klemming tegen te gaan, kan ook worden toegepast.The second clamping wall 9 is provided on the top with saw-toothed ridges 10 which prevent the clamping portion 5 from coming loose from the clamping between the roof boarding and the roof batten. Any other suitable measure or form to prevent release from the clamp can also be applied.

De hoogte van het klemgedeelte 5 loopt bijvoorbeeld op van 5 mm bij het laagste gedeelte tot 25 mm bij het hoogste gedeelte. In het algemeen is de maximale hoogte van het klemgedeelte 5 minimaal de maximale afstand tussen het dakbeschot en de panlat. Het klemgedeelte 5 in de getoonde uitvoeringsvorm heeft een hoogte die oploopt van ongeveer 10 mm aan de van het basisgedeelte 4 afgelegen zijde tot maximaal ongeveer 23 mm.The height of the clamping portion 5 ranges, for example, from 5 mm at the lowest portion to 25 mm at the highest portion. In general, the maximum height of the clamping section 5 is at least the maximum distance between the roof boarding and the tile batten. The clamping portion 5 in the embodiment shown has a height ranging from approximately 10 mm on the side remote from the base portion 4 to a maximum of approximately 23 mm.

De schuinte van het klemgedeelte 5, de hoek tussen eerste klemwand 8 en tweede klemwand 9, is bijvoorbeeld 5-20 graden, bij voorkeur 10-15 graden. In de getoonde uitvoeringsvorm is de schuinte ongeveer 12 graden.The inclination of the clamping portion 5, the angle between first clamping wall 8 and second clamping wall 9, is for example 5-20 degrees, preferably 10-15 degrees. In the embodiment shown, the slope is approximately 12 degrees.

De breedte van het klemgedeelte 5 en het gehele voetelement 2 is ongeveer 100 mm, maar het klemgedeelte 5 kan ook elke andere geschikte breedte.The width of the clamping portion 5 and the entire foot element 2 is approximately 100 mm, but the clamping portion 5 can also be any other suitable width.

Bij de overgang tussen het klemgedeelte 5 en het basisgedeelte 4 is een aanslag 11 gevormd. Deze aanslag 11 dient ervoor dat het voetelement 2 alleen met het klemgedeelte 5 onder de panlat kan worden geplaatst.A stop 11 is formed at the transition between the clamping portion 5 and the base portion 4. This stop 11 serves to ensure that the foot element 2 can only be placed with the clamping part 5 under the tile batten.

Het beugelbevestigingsgedeelte 6 vormt een bevestigingsgleuf 12 voor het bevestigen van het beugelelement 3 door middel van een hamerkopbout (niet getoond). De bevestigingsgleuf 12 strekt zich over de breedte van het voetelement 2 uit zodat het beugelelement 3 op verschillende locaties verspreid over de breedte van het voetelement 2 kan worden bevestigd. In het algemeen zal het gewenst zijn om het beugelelement 3 in het midden van de bevestigingsgleuf 12 (zoals getoond in Figuur 1) te bevestigen, maar in sommige gevallen kan het ook gewenst zijn om het beugelelement 3 uit het midden te plaatsen, bijvoorbeeld wanneer het beugelelement vlak naast een tengel dient te worden geplaatst, of wanneer de vorm van een dakpan daarom vraagt.The bracket mounting portion 6 forms a mounting slot 12 for mounting the bracket element 3 by means of a hammer head bolt (not shown). The fastening slot 12 extends over the width of the foot element 2 so that the bracket element 3 can be fastened at different locations spread over the width of the foot element 2. In general, it will be desirable to fix the bracket element 3 in the center of the fastening slot 12 (as shown in Figure 1), but in some cases it may also be desirable to place the bracket element 3 off-center, for example when bracket element should be placed right next to a batten, or when required by the shape of a roof tile.

Het fixatiegedeelte 7 is bedoeld om, indien gewenst, het voetelement 2 te fixeren op het dakbeschot, nadat het voetelement 2 is vastgeklemd tussen het dakbeschot en het klemgedeelte 5. Daarmee wordt de kans op een loskomen van een vastgeklemd voetelement 2 verder verkleind. Het fixatiegedeelte 7 omvat hiertoe een smalle groef 13 voor het plaatsen en geleiden van een zelftappende schroef door het fixatiegedeelte 7. In een alternatieve uitvoeringsvorm kan het fixatiegedeelte 7 zijn voorzien van gaten of sleuven voor het daardoorheen plaatsen van een of meer bevestigingselementen, zoals schroeven. Ook elk ander geschikt fixatiemiddel zou kunnen worden gebruikt voor het fixeren van het voetelement 2 op het dakbeschot. Daarbij, of als alternatief, is het ook mogelijk om het voetelement te fixeren ten opzichte van een andere element van de dakconstructie, zoals een tengel of panlat.The fixation part 7 is intended, if desired, to fix the foot element 2 on the roof boarding, after the foot element 2 has been clamped between the roof boarding and the clamping part 5. This further reduces the chance of a clamped foot element 2 being released. To this end, the fixation section 7 comprises a narrow groove 13 for placing and guiding a self-tapping screw through the fixation section 7. In an alternative embodiment, the fixation section 7 may be provided with holes or slots for placing one or more fixing elements, such as screws, therethrough. Any other suitable fixing means could also be used for fixing the foot element 2 to the roof boarding. In addition, or alternatively, it is also possible to fix the foot element relative to another element of the roof construction, such as a batten or tile batten.

Indien het fixeren van het voetelement 2 niet nodig wordt geacht, kan het fixatiegedeelte 7 eventueel worden weggelaten.If the fixation of the foot element 2 is not considered necessary, the fixation part 7 may possibly be omitted.

Het beugelelement 3 is vormgegeven om van een bevestigingslocatie onder de pannenlaag te reiken naar een locatie boven de pannenlaag om daar een bevestiging van een zonnepaneelconstructie of ander object mogelijk te maken. Het beugelelement 3 mag elke hiertoe geschikte vorm hebben.The bracket element 3 is designed to reach from a mounting location below the tile layer to a location above the tile layer to enable a solar panel construction or other object to be fixed there. The bracket element 3 may have any suitable shape.

In de uitvoeringsvorm getoond in de Figuren 1 en 2 heeft het beugelelement 3 een eerste bevestigingsgedeelte 14 waarmee het beugelelement 3 is bevestigd aan het voetelement 2 en een tweede bevestigingsgedeelte 15 voor het bevestigen van een zonnepaneelconstructie. Het eerste bevestigingsgedeelte 14 wordt gevormd door een eerste eindgedeelte van het beugelelement 3 en het tweede bevestigingsgedeelte 15 wordt gevormd door een tegenover het eerste eindgedeelte gelegen tweede eindgedeelte van het beugelelement 3. Het eerste bevestigingsgedeelte 14 en het tweede bevestigingsgedeelte 15 zijn met elkaar verbonden door middel van een verbindingsgedeelte 16.In the embodiment shown in Figures 1 and 2, the bracket element 3 has a first mounting portion 14 with which the bracket element 3 is attached to the base element 2 and a second mounting portion 15 for mounting a solar panel structure. The first attachment portion 14 is formed by a first end portion of the bracket element 3 and the second attachment portion 15 is formed by a second end portion of the bracket element 3 located opposite the first end portion. The first attachment portion 14 and the second attachment portion 15 are connected to each other by means of of a connecting portion 16.

Het eerste bevestigingsgedeelte 14 en het tweede bevestigingsgedeelte 15 hebben elk een sleufgat 17 dat zich in de lengterichting van het beugelelement 3 uitstrekt om het beugelelement 3 op verschillende hoogtesten opzichte van het voetelement 2 respectievelijk de zonnepaneelconstructie te kunnen bevestigen. De hoogte van het beugelelement kan bij bevestiging op het voetelement 2 dus worden aangepast aan de positie en hoogte van de dakpan waaroverheen het beugelelement 3 wordt aangebracht.The first mounting portion 14 and the second mounting portion 15 each have a slotted hole 17 extending in the longitudinal direction of the bracket element 3 to enable mounting of the bracket element 3 at different height tests relative to the base element 2 or the solar panel structure. The height of the bracket element, when attached to the base element 2, can thus be adjusted to the position and height of the roof tile over which the bracket element 3 is arranged.

In alternatieve uitvoeringsvormen is het bijvoorbeeld ook mogelijk om alleen een of meerdere bevestigingsgaten te voorzien dan wel om het beugelelement 3 vast aan het voetelement 2 te bevestigen, of zelfs het voetelement 2 en het beugelelement 3 als een integraal onderdeel te vervaardigen. Hiermee gaat wel de hoogteinstelmogelijkheid van het beugelelement 3 ten minste gedeeltelijk verloren.In alternative embodiments, it is also possible, for example, to provide only one or more fixing holes or to fix the bracket element 3 firmly to the foot element 2, or even to manufacture the foot element 2 and the bracket element 3 as an integral part. With this, the height adjustment possibility of the bracket element 3 is at least partially lost.

Het eerste bevestigingsgedeelte 14 en het twee bevestigingsgedeelte 15 hebben aan een zijde een ribbelstructuur 18 om het in hoogterichting verschuiven van het beugelelement 3 ten opzichte van het voetelement 2 of de zonnepaneelconstructie tegen te gaan. Hiervoor is het voetelement ook voorzien van een ribbelstructuur 18, en kan een bevestigingslocatie van een zonnepaneelconstructie of een deel van een bevestigingselement daarvan ook zijn voorzien van een ribbelstructuur om samen te werken met de ribbelstructuur 18 van het beugelelement 3.The first mounting portion 14 and the two mounting portion 15 have a ridge structure 18 on one side to prevent the bracket element 3 from shifting in height relative to the base element 2 or the solar panel construction. For this purpose, the foot element is also provided with a rib structure 18, and a mounting location of a solar panel construction or a part of a mounting element thereof can also be provided with a rib structure to cooperate with the rib structure 18 of the bracket element 3.

Het eerste bevestigingsgedeelte 14 en het twee bevestigingsgedeelte 15 hebben een verschillende lengte. Dit heeft als voordeel dat het beugelelement 3 in twee standen op het voetelement 2 kan worden gemonteerd, waarbij afhankelijk van de montagestand het verbindingsgedeelte 16 van het beugelelement 3 een hoge of een lage positie zal innemen. Het verschil in deze hoge positie en lage positie kan bijvoorbeeld voordeligerwijs worden gebruikt om de bevestigingsinrichting 1 aan te passen aan twee typen dakpannen.The first attachment portion 14 and the two attachment portion 15 have a different length. This has the advantage that the bracket element 3 can be mounted on the foot element 2 in two positions, wherein the connecting part 16 of the bracket element 3 will assume a high or a low position depending on the mounting position. For example, the difference in this high position and low position can advantageously be used to adapt the fixing device 1 to two types of roof tiles.

In het algemeen is het gewenst om het verbindinggedeelte 16 door het diepste gedeelte van een dakpan te laten lopen, d.w.z. in het deel van het bovenoppervlak van de dakpan dat relatief laag is. Op deze plek heeft het beugelelement 3 het minste invloed op de onderlinge positie van de dakpannen, en dus op de integriteit van de pannenlaag.In general, it is desirable for the connecting portion 16 to pass through the deepest portion of a roof tile, i.e., into the portion of the upper surface of the roof tile that is relatively low. At this location, the bracket element 3 has the least influence on the mutual position of the roof tiles, and thus on the integrity of the tile layer.

Echter er zijn verschillende typen dakpannen. Een eerste type dakpan heeft een hoge neus en een relatief kleine diepte, d.w.z. klein hoogteverschil tussen hoogste en laagste punt van het bovenoppervlak van de dakpan. Voor dit type is de hoge positie geschikt. Een tweede type dakpan heeft juist een lage neus, maar een grote diepte. Voor dit tweede type is nu juist een lage positie geschikt. Het beugelelement 3 kan ook worden aangepast aan andere typen dakpannen.However, there are different types of roof tiles. A first type of roof tile has a high nose and a relatively small depth, i.e. a small difference in height between the highest and lowest point of the upper surface of the roof tile. The high position is suitable for this type. A second type of roof tile has a low nose, but a great depth. A low position is suitable for this second type. The bracket element 3 can also be adapted to other types of roof tiles.

Door vormgeving van het beugelelement met bevestigingsgedeelten 14, 15 met verschillende lengtes, kan door het kiezen van de gewenste montagestand op basis van het type dakpan of een andere reden voor een voorkeur voor een hoge of lage positie van het verbindingsgedeelte 16, hetzelfde beugelelement 3 gebruikt worden voor verschillende omstandigheden. Als alternatief is het ook mogelijk om anders vormgegeven beugelelementen 3 toe te passen, bijvoorbeeld een beugelelement 3 met een eerste bevestigingsgedeelte 14 en een tweede bevestigingsgedeelte 15 met dezelfde lengte.By shaping the bracket element with fixing sections 14, 15 of different lengths, the same bracket element 3 can be used by choosing the desired mounting position based on the type of roof tile or another reason for a preference for a high or low position of the connecting section 16. for different circumstances. Alternatively, it is also possible to use differently designed bracket elements 3, for example a bracket element 3 with a first fastening section 14 and a second fastening section 15 of the same length.

Het voetelement 2 en het beugelelement 3 kunnen uit elk geschikt materiaal worden vervaardigd. Geschikte materialen voor het voetelement 2 en het beugelelement 3 zijn bijvoorbeeld staal, aluminium, en kunststof. Bijvoorbeeld is het voetelement 2 gemaakt uit aluminium, en is het beugelelement 3 vervaardigd uit staal, in het bijzonder roestvrijstaal.The foot element 2 and the bracket element 3 can be made of any suitable material. Suitable materials for the base element 2 and the bracket element 3 are, for example, steel, aluminum and plastic. For example, the base element 2 is made of aluminum, and the bracket element 3 is made of steel, in particular stainless steel.

Het voetelement 2 kan daarbij bijvoorbeeld worden gevormd door het extruderen van een aluminium profiel met de in Figuur 2 getoonde dwarsdoorsnede, en het vervolgens afzagen op de gewenste breedte ervan. Het beugelelement 3 kan worden vervaardigd door het op een hoek omzetten van twee eindgedeelten van een stalen staaf met rechthoekige doorsnede. De sleufgaten 17 en de ribbelstructuren 18 worden bij voorkeur aangebracht voor het buigen van de staaf.The foot element 2 can herein be formed, for example, by extruding an aluminum profile with the cross-section shown in Figure 2, and then sawing it to its desired width. The bracket element 3 can be manufactured by converting two end portions of a steel bar with a rectangular cross-section at an angle. The slotted holes 17 and the corrugated structures 18 are preferably provided for bending the rod.

Figuren 3 en 4 tonen in een zijaanzicht en een perspectivisch aanzicht een op een pannendak bevestigde bevestigingsinrichting 1.Figures 3 and 4 show in a side view and a perspective view a fastening device 1 mounted on a tile roof.

Het pannendak omvat een dakbeschot 30 dat dient als een waterondoorlatende laag, voor waterdicht afschermen van het dak. Het dakbeschot is bijvoorbeeld gevormd uit dakplaten die eventueel bedekt zijn met een waterdicht folie. Het dakbeschot kan ook gevormd worden door een laag beton, eventueel voorzien van een laag waterdicht folie.The tiled roof comprises a roof board 30 which serves as a water-impermeable layer, for watertight screening of the roof. The roof boarding is, for example, formed from roofing sheets that may be covered with a waterproof foil. The roof boarding can also be formed by a layer of concrete, optionally provided with a layer of waterproof foil.

Het dakbeschot loopt schuin naar beneden aangegeven door de verticale richting V. Op het dakbeschot 30 zijn een aantal schuin in een verticaal vlak aangebrachte tengels 31 die van boven naar beneden lopen. Op de tengels 31 zijn horizontaal lopende panlatten 32 aangebracht. Deze panlatten 32 dienen voor het houden van de dakpannen 33 die met een zogenoemde neus 34 aan de panlatten worden gehangen.The roof boarding is inclined downwards by the vertical direction V. On the roof boarding 30 are a number of battens 31 arranged obliquely in a vertical plane which run from top to bottom. Horizontal slats 32 are provided on the battens 31. These tile slats 32 serve to hold the roof tiles 33 which are hung on the tile slats with a so-called nose 34.

Voor bevestiging van het voetelement 2 aan het pannendak is het klemgedeelte 5 klemmend geplaatst tussen het dakbeschot en de panlat 32. Het voetelement 2 is in deze positie bevestigd door het klemgedeelte 5 van bovenaf onder de panlat 32 te schuiven totdat de aanslag 11 tegen panlat 32 aanligt. Deze aanslag 11 geeft aan de monteur aan dat het klemgedeelte 11 volledig onder de panlat 32 is geschoven.For fixing the foot element 2 to the tile roof, the clamping part 5 is clamped between the roof boarding and the tile batten 32. The foot element 2 is fixed in this position by sliding the clamping part 5 from above under the batten batten 32 until the stop 11 touches against batten batten 32 on. This stop 11 indicates to the fitter that the clamping portion 11 has been completely slid under the pan batten 32.

In alternatieve uitvoeringsvormen, kan het klemgedeelte 5 door een relatief lage afstand tussen dakbeschot 30 en panlat 32 maar gedeeltelijk onder de panlat 32 worden geschoven, maar biedt de klemming tussen klemgedeelte en het pannendak wel voldoende steun en sterkte.In alternative embodiments, due to a relatively low distance between roof boarding 30 and tile batten 32, the clamping portion 5 can only be partially slid under the batten batten 32, but the clamping between the clamping portion and the tile roof provides sufficient support and strength.

Daarbij zorgen de zaagtandvormige ribbels 10 en de eventuele buigzaamheid van de tweede klemwand 9 en eventueel de flexibiliteit van de panlat 32 voor verdere klemming van het voetelement tussen het dakbeschot 30 en de panlat 32.The sawtooth-shaped ridges 10 and the possible flexibility of the second clamping wall 9 and possibly the flexibility of the tile batten 32 ensure further clamping of the foot element between the roof baffle 30 and the tile batten 32.

Het wordt opgemerkt dat het basisgedeelte 4 een hoogte heeft die is aangepast aan de afstand tussen het dakbeschot 30 en de neus 34 van de dakpan 33, zodat de aanwezigheid van het voetelement 2 de samenwerking tussen neus 34 en panlat 32 niet nadelig beïnvloedt.It is noted that the base portion 4 has a height that is adapted to the distance between the roof board 30 and the nose 34 of the roof tile 33, so that the presence of the foot element 2 does not adversely affect the cooperation between nose 34 and tile batten 32.

Na klemming van het voetelement 2 tussen dakbeschot 30 en panlat 32, kan het voetelement 2, indien gewenst worden gefixeerd ten opzichte van het pannendak, bijvoorbeeld door het bevestigen van het fixatiegedeelte 7 met een zelftappende schroef aan het dakbeschot 30.After clamping the foot element 2 between roof baffle 30 and tile batten 32, the foot element 2 can, if desired, be fixed with respect to the tile roof, for example by fixing the fixation section 7 with a self-tapping screw to the roof baffle 30.

Vervolgens kan het beugelelement 3 aan het voetelement 2 worden bevestigd en/of, indien nodig, in de juiste positie worden gebracht. Zoals goed te zien is in Figuur 4 wordt het verbindingsgedeelte 16 van het beugelement 3 geplaatst net boven het laagste gedeelte van het bovenoppervlak van de dakpan 33, zodat er geen contact is tussen het verbindingsgedeelte en de dakpan 33, waarover het verbindingsgedeelte 33 zich uitstrekt.The bracket element 3 can then be attached to the foot element 2 and / or, if necessary, brought into the correct position. As can be clearly seen in Figure 4, the connecting part 16 of the longline element 3 is placed just above the lowest part of the upper surface of the roof tile 33, so that there is no contact between the connecting part and the roof tile 33, over which the connecting part 33 extends.

Indien vervolgens een volgende dakpan aansluitend op de getoonde dakpan wordt geplaatst zal de aanwezigheid van het beugelelement 3 slecht weinig of zelfs geen invloed hebben op de structuur van de pannenlaag. De volgende dakpan kan eventueel wel tenminste gedeeltelijk afsteunen op het beugelelement 3, maar de krachten van de zonnepaneelconstructie zullen niet via deze volgende dakpan worden overgebracht op de dakconstructie.If a subsequent roof tile is subsequently placed adjacent to the roof tile shown, the presence of the bracket element 3 will have only little or even no influence on the structure of the tile layer. The next roof tile can possibly at least partially support on the bracket element 3, but the forces of the solar panel construction will not be transferred to the roof construction via this next roof tile.

In Figuur 4 is verder goed te zien hoe de bevestigingsgleuf 12 de mogelijkheid biedt het beugelelement 3 op een willekeurig gewenste locatie verspreid over de breedte van het voetelement 2 te bevestigen, en het sleufgat 17 de mogelijkheid biedt de hoogtepositie van het beugelelement 3 ten opzichte van het voetelement aan te passen.In Figure 4 it is furthermore clear to see how the fixing slot 12 offers the possibility of fixing the bracket element 3 at any desired location spread over the width of the foot element 2, and the slot hole 17 offers the possibility of the height position of the bracket element 3 relative to adjust the foot element.

Het klemmend tussen het dakbeschot 30 en de panlat 32 geplaatste voetelement 2 geeft een goede basis voor bevestiging van een zonnepaneelconstructie aan het beugelelement 3.The foot element 2 placed clampingly between the roof boarding 30 and the tile batten 32 provides a good basis for attaching a solar panel construction to the bracket element 3.

De breedte van het voetelement 2 geeft een goede borging tegen kantelen. Daarbij zorgt de vlakke onderzijde van het voetelement 2 die op het vlakke dakbeschot 30 wordt geplaatst, alsmede de vlakke aansluiting van de tweede klemwand 9 op de panlat voor een goede krachtsoverbrenging van de bevestigingsinrichting 1 op de dakconstructie. Het is daarbij van voordeel dat de krachtsoverbrenging niet gaat via de relatief kwetsbare dakpan.The width of the foot element 2 provides a good safeguard against tilting. The flat underside of the base element 2 which is placed on the flat roof boarding 30, as well as the flat connection of the second clamping wall 9 to the tile batten ensures a good transfer of force from the fixing device 1 to the roof construction. It is thereby advantageous that the power transmission does not go through the relatively vulnerable roof tile.

Claims (17)

1. Bevestigingsinrichting voor het bevestigen van een object, in het bijzonder een zonnepaneelconstructie, op een pannendak, omvattende een op of aan het pannendak te bevestigen voetelement en een beugelelement, waarbij een eerste bevestigingsgedeelte van het beugelelement bevestigd of te bevestigen is aan het voetelement, en waarbij een tegenoverliggend tweede bevestigingsgedeelte is ingericht voor bevestiging van het object, met het kenmerk, dat het voetelement een klemgedeelte heeft dat is ingericht om klemmend te worden geplaatst tussen een dakbeschot en een panlat van het pannendak.A fixing device for fixing an object, in particular a solar panel construction, on a tile roof, comprising a foot element to be mounted on or to the tile roof and a bracket element, wherein a first fixing part of the bracket element is attached or can be attached to the foot element, and wherein an opposite second fastening portion is arranged for fastening the object, characterized in that the foot element has a clamping portion that is arranged to be clamped between a roof boarding and a tile batten of the tile roof. 2. Bevestigingsinrichting volgens conclusie 1, waarbij het klemgedeelte wigvormig of trapvormig is.Fixing device according to claim 1, wherein the clamping part is wedge-shaped or step-shaped. 3. Bevestigingsinrichting volgens conclusie 2, waarbij een maximale hoogte van het wigvormige klemgedeelte maximaal 30 mm is, bij voorkeur maximaal 25 mm is.Fastening device according to claim 2, wherein a maximum height of the wedge-shaped clamping part is at most 30 mm, preferably at most 25 mm. 4. Bevestigingsinrichting volgens conclusie 1, waarbij het klemgedeelte twee ten opzichte van elkaar beweegbare klemelementen heeft die ten opzichte van elkaar ten minste te plaatsen zijn in een plaatsstand, waarin de klemelementen eenvoudig tussen dakbeschot en panlat te plaatsen zijn, en een klemstand waarin de klemelementen verder van elkaar geplaatst zijn om geklemd te worden tussen het dakbeschot en de panlat.Fastening device as claimed in claim 1, wherein the clamping part has two clamping elements which are movable relative to each other and which can at least be positioned relative to each other in a position where the clamping elements can easily be placed between roof boarding and tile batten, and a clamping position in which the clamping elements are placed further apart to be clamped between the roof boarding and the tile batten. 5. Bevestigingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij een bovenzijde van het klemgedeelte is voorzien van frictie verhogende middelen, in het bijzonder een zaagtandvormig profiel.Fastening device according to one of the preceding claims, wherein a top side of the clamping part is provided with friction-increasing means, in particular a saw-tooth-shaped profile. 6. Bevestigingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het voetelement een bevestigingsgleuf heeft voor het losneembaar bevestigen van het beugelelement.Fastening device according to one of the preceding claims, wherein the foot element has a fastening slot for releasably fastening the bracket element. 7. Bevestigingsinrichting volgens conclusie 5, waarbij de bevestigingsgleuf zich over een breedte van het voetelement uitstrekt.A mounting device according to claim 5, wherein the mounting slot extends over a width of the foot element. 8. Bevestigingsinrichting volgens conclusie 5 of 6, waarbij het voetelement een basisgedeelte heeft, waarbij aan een zijde van het basisgedeelte het klemgedeelte is aangebracht, en aan de andere zijde de bevestigingsgleuf is aangebracht.A mounting device according to claim 5 or 6, wherein the foot element has a base portion, wherein the clamping portion is provided on one side of the base portion, and the mounting slot is provided on the other side. 9. Bevestigingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij een op het dakbeschot te plaatsen zijde van het voetelement in hoofdzaak vlak is.A mounting device according to any one of the preceding claims, wherein a side of the foot element to be placed on the roof boarding is substantially flat. 10. Bevestigingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het klemgedeelte in een insteekrichting klemmend tussen het dakbeschot en de panlat te plaatsen is, en waarbij het klemgedeelte een op het dakbeschot te plaatsen eerste klemwand heeft en een daartegenover gelegen tegen de panlat te plaatsen tweede klemwand heeft, waarbij de afstand tussen de eerste klemwand en de tweede klemwand in een aan de insteekrichting tegengestelde richting toeneemt.10. Fixing device as claimed in any of the foregoing claims, wherein the clamping part can be clamped in a plug-in direction between the roof boarding and the tile batten, and wherein the clamping part has a first clamping wall to be placed on the roof boarding and a second to be placed opposite to the pan batten has a clamping wall, the distance between the first clamping wall and the second clamping wall increasing in a direction opposite to the insertion direction. 11. Bevestigingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de inrichting een aanslag heeft, ingericht om een afstand waarmee het klemgedeelte tussen het dakbeschot en de panlat kan worden geschoven te maximaliseren.11. Fixing device according to one of the preceding claims, wherein the device has a stop, designed to maximize a distance with which the clamping part can be slid between the roof boarding and the tile batten. 12. Bevestigingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het eerste bevestigingsgedeelte en het tweede bevestigingsgedeelte worden gevormd door twee beugeleinden, waarbij het eerste bevestigingsgedeelte en het tweede bevestigingsgedeelte met elkaar zijn verbonden door een verbindingsgedeelte.A mounting device according to any one of the preceding claims, wherein the first mounting portion and the second mounting portion are formed by two long ends, wherein the first mounting portion and the second mounting portion are connected to each other by a connecting portion. 13. Bevestigingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het eerste bevestigingsgedeelte en/of het twee bevestigingsgedeelte is voorzien van een sleufgat voor bevestiging van het beugelelement aan het voetelement en/of het object.13. Mounting device according to one of the preceding claims, wherein the first mounting part and / or the two mounting part is provided with a slot for fixing the bracket element to the foot element and / or the object. 14. Bevestigingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het eerste bevestigingsgedeelte en het twee bevestigingsgedeelte een verschillende lengte hebben.Fastening device according to one of the preceding claims, wherein the first fastening part and the two fastening part have a different length. 15. Bevestigingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies waarbij het voetelement fixatiemiddelen heeft voor het fixeren van het voetelement op het dakbeschot.15. Fixing device according to one of the preceding claims, wherein the foot element has fixing means for fixing the foot element on the roof boarding. 16. Bevestigingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het beugelelement is vormgegeven om zich tussen twee pannen van het pannendak uit te strekken van een binnenzijde van een door het pannendak gevormde pannenlaag naar een buitenzijde ervan.Fastening device according to one of the preceding claims, wherein the bracket element is designed to extend between two tiles of the tile roof from an inside of a tile layer formed by the tile roof to an outside thereof. 17. Werkwijze voor het bevestigen van een zonnepaneelconstructie op een pannendak, omvattende een dakbeschot en ten minste een op afstand van het dakbeschot gelegen panlat, omvattende de volgende stappen: het op het dak bevestigen van een of meer bevestigingsinrichtingen volgens een van de voorgaande conclusies, door het klemmend plaatsen van het klemgedeelte van het voetelement tussen het dakbeschot en de panlat, en het aan het beugelelement van de een of meer bevestigingsinrichtingen bevestigen van de zonnepaneelconstructie.A method for fixing a solar panel structure on a tile roof, comprising a roof boarding and at least one pan batten remote from the roof boarding, comprising the following steps: fixing one or more fixing devices according to one of the preceding claims on the roof, by clampingly placing the clamping portion of the foot element between the roof boarding and the tile batten, and attaching the solar panel construction to the bracket element of the one or more fixing devices.
NL2010264A 2013-02-07 2013-02-07 CONFIRMATION DEVICE, IN PARTICULAR A CONFIRMATION DEVICE FOR A SOLAR PANEL CONSTRUCTION ON A TANNED ROOF. NL2010264C2 (en)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2010264A NL2010264C2 (en) 2013-02-07 2013-02-07 CONFIRMATION DEVICE, IN PARTICULAR A CONFIRMATION DEVICE FOR A SOLAR PANEL CONSTRUCTION ON A TANNED ROOF.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2010264A NL2010264C2 (en) 2013-02-07 2013-02-07 CONFIRMATION DEVICE, IN PARTICULAR A CONFIRMATION DEVICE FOR A SOLAR PANEL CONSTRUCTION ON A TANNED ROOF.
NL2010264 2013-02-07

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2010264C2 true NL2010264C2 (en) 2014-08-11

Family

ID=48142889

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2010264A NL2010264C2 (en) 2013-02-07 2013-02-07 CONFIRMATION DEVICE, IN PARTICULAR A CONFIRMATION DEVICE FOR A SOLAR PANEL CONSTRUCTION ON A TANNED ROOF.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2010264C2 (en)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE1028428B1 (en) * 2020-06-24 2022-02-01 Batimont Bvba DEVICE FOR ATTACHING A MOUNTING RAIL TO A SADDLE ROOF

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE202005004348U1 (en) * 2005-03-17 2005-07-28 Kaack, Peter Aluminium bracket for roof mounting solar panels has an angled strip secured to the roof and taking a support bracket with a clip fitting
DE102004012412A1 (en) * 2004-03-13 2005-09-29 Stiebel Eltron Gmbh & Co. Kg Solar panel securing device e.g. for securing to roof, has solar heat collectors resting on supporting bar and connected with catches being on the roof supports and roof slats connected are relocatable with supporting bar
DE102006012276A1 (en) * 2006-03-15 2007-09-20 Mhhsolartechnik Gmbh Attachment device for attachment of e.g. solar module on roof, has roof hook with metal rod that is curved in v-shaped manner and is manufactured from round steel, where metal rod is merged at two free ends in thread sections
DE202007011314U1 (en) * 2007-08-13 2007-11-08 Wilhelm Flender Gmbh & Co. Kg Variable bracket
DE202010001854U1 (en) * 2010-02-05 2010-09-09 Atamanenko, Andreas Screw-free fastening system (click system) for mounting framed photovoltaic modules on pitched roofs and facades

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE102004012412A1 (en) * 2004-03-13 2005-09-29 Stiebel Eltron Gmbh & Co. Kg Solar panel securing device e.g. for securing to roof, has solar heat collectors resting on supporting bar and connected with catches being on the roof supports and roof slats connected are relocatable with supporting bar
DE202005004348U1 (en) * 2005-03-17 2005-07-28 Kaack, Peter Aluminium bracket for roof mounting solar panels has an angled strip secured to the roof and taking a support bracket with a clip fitting
DE102006012276A1 (en) * 2006-03-15 2007-09-20 Mhhsolartechnik Gmbh Attachment device for attachment of e.g. solar module on roof, has roof hook with metal rod that is curved in v-shaped manner and is manufactured from round steel, where metal rod is merged at two free ends in thread sections
DE202007011314U1 (en) * 2007-08-13 2007-11-08 Wilhelm Flender Gmbh & Co. Kg Variable bracket
DE202010001854U1 (en) * 2010-02-05 2010-09-09 Atamanenko, Andreas Screw-free fastening system (click system) for mounting framed photovoltaic modules on pitched roofs and facades

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE1028428B1 (en) * 2020-06-24 2022-02-01 Batimont Bvba DEVICE FOR ATTACHING A MOUNTING RAIL TO A SADDLE ROOF

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US9624673B2 (en) Enhanced gutter hanger
CA2650170C (en) Fixing device for photovoltaic modules on sloping roofs
EP2333190B1 (en) Roof support system
US10267043B2 (en) Enhanced gutter hanger
NL2010264C2 (en) CONFIRMATION DEVICE, IN PARTICULAR A CONFIRMATION DEVICE FOR A SOLAR PANEL CONSTRUCTION ON A TANNED ROOF.
KR20120095763A (en) The structure of the ceiling frame
US20130240813A1 (en) U-section for mounting a railing panel in a fixed manner
EP2354370A1 (en) Device for connecting building boards
JP6595835B2 (en) Snow stop structure and building
EP2599930A1 (en) Tile assembly
NL1043510B1 (en) Method for installing a pitched roof, in which elongated roof elements are applied to span the distance between the side walls
JP7017243B2 (en) Mounting structure for rooftop installations
JP4860282B2 (en) Simple roof
JP6741290B2 (en) Roof mounting structure
KR101235253B1 (en) Carring clip
JP5648995B2 (en) Mounting structure of support frame and exterior structure
EP2735662B1 (en) Supporting structure and suspended ceiling system comprising such a supporting structure
CN1973102A (en) Wall face exterior structure of outer wall face insulation building and its wall face exterior furring, lateral furring strip frame for installing wall face exterior material and wall face exterior fo
AU2014100758B4 (en) External gutter system
JP6982919B1 (en) Solar panel mounting stand
EP2738822A1 (en) Mounting system for installing a panel, such as a photovoltaic panel, on a building
NL2005497C2 (en) FIXING SYSTEM FOR SOLAR PANELS.
NL1035234C2 (en) Plate-shaped balustrade mounting profile for e.g. balcony of building, has mutually parallel ribs provided part of base flange that extends from one side of arm facing base flange in direction of imaginary extension of arm
JP2013238008A (en) Ridge structure of tiled roof
AU2014202141B2 (en) External Gutter System

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20180301