NL2009505C2 - FOOTWEAR AND CLOSURE THEREFORE. - Google Patents

Description

SCHOEISEL EN SLUITING DAARVOORFOOTWEAR AND CLOSURE THEREFORE

De uitvinding heeft betrekking op schoeisel 5 omvattende een zool met bovenwerk waarin een voet gehouden kan worden, waarbij het bovenwerk een eerste randdeel en een tweede randdeel heeft, en een sluiting voor losmaakbare onderlinge bevestiging van het eerste en tweede randdeel. De uitvinding heeft tevens betrekking op een dergelijke 10 sluiting.The invention relates to footwear 5 comprising a sole with uppers in which a foot can be held, the uppers having a first edge part and a second edge part, and a closure for releasably securing the first and second edge part together. The invention also relates to such a closure.

Schoeisel, zoals een schoen of laars, wordt aangetrokken door de beide randdelen enigszins van elkaar af te bewegen en de voet via een tussenruimte tussen de beide randdelen door naar binnen te schuiven. Het schoeisel kan 15 vervolgens worden vastgemaakt aan de voet van de drager, bijvoorbeeld door de randdelen aan elkaar te bevestigen door middel van veters en de randdelen eventueel met behulp van de veters naar elkaar toe te trekken. Een bezwaar van het gebruik van veters is dat in elk van de randdelen een rij 20 vetergaten aangebracht moet worden. Om minder last van de veters te hebben wanneer ze in de vetergaten zijn aangebracht en tegen de voet worden gedrukt, wordt er vaak voorzien van een extra flap (ook wel de tong genoemd) die tussen de veters en de voet gerangschikt wordt. De veters 25 drukken nu niet meer direct tegen de voet. De vetergaten en de bijbehorende flap maken de schoen complexer en beïnvloeden bovendien het uiterlijk. Verder vergt het gebruik van veters extra handelingen voor de drager van het schoeisel.Footwear, such as a shoe or boot, is attracted by slightly moving the two edge parts apart and sliding the foot in through a gap between the two edge parts. The footwear can then be attached to the foot of the wearer, for example by attaching the edge parts to each other by means of laces and possibly pulling the edge parts towards each other by means of the laces. A drawback of the use of laces is that a row of lace holes must be provided in each of the edge parts. In order to have less trouble with the laces when they are fitted in the lace holes and pressed against the foot, it is often provided with an extra flap (also called the tongue) that is arranged between the laces and the foot. The laces 25 now no longer press directly against the foot. The lace holes and the corresponding flap make the shoe more complex and also influence the appearance. Furthermore, the use of laces requires extra actions for the wearer of the footwear.

30 Om het laatstgenoemde bezwaar te ondervangen is schoeisel bekend dat met klittenband kan worden gesloten.In order to obviate the latter drawback, footwear is known which can be closed with Velcro.

Een bezwaar van het gebruik van klittenband is dat het materiaal ruw aanvoelt. Verder is het moeilijk om het 2 schoeisel goed aan de voet vast te houden, bijvoorbeeld tijdens langdurig lopen en rennen wanneer er door de bewegingen van de voet telkens veel kracht op de sluiting wordt uitgeoefend. Verdere bezwaren van de toepassing van 5 klittenband zijn dat het tijdens het lopen een onaangenaam geluid kan maken en dat er vuil in verzameld kan worden. Klittenband is verder moeilijk los te maken, zeker voor mensen met verminderde motorische vermogens, zoals ouderen en reumapatiënten.A drawback of using Velcro is that the material feels rough. Furthermore, it is difficult to firmly hold the footwear on the foot, for example during prolonged walking and running when a great deal of force is exerted on the closure by the movements of the foot. Further drawbacks of the use of Velcro tape are that it can make an unpleasant noise while walking and that dirt can be collected in it. Velcro is also difficult to remove, especially for people with reduced motor skills, such as the elderly and rheumatism patients.

10 Het is een doel van de uitvinding schoeisel en/of een sluiting daarvoor te verschaffen waarin ten minste een van de bovengenoemde en/of andere bezwaren van de stand van de techniek is ondervangen.It is an object of the invention to provide footwear and / or a closure therefor in which at least one of the aforementioned and / or other drawbacks of the prior art is obviated.

Het is een verder doel van de uitvinding schoeisel 15 te verschaffen dat op snelle en efficiënte wijze kan worden geopend en worden gesloten, waarin het instapgemak en uittrekgemak kan worden verhoogd, en/of dat een attractief uiterlijk kan worden gegeven.It is a further object of the invention to provide shoes that can be opened and closed quickly and efficiently, in which the ease of entry and removal can be increased, and / or that an attractive appearance can be given.

Volgens een eerste aspect van de uitvinding kan 20 ten minste een van de doelen worden bereikt in schoeisel, in het bijzonder een schoen of laars, het schoeisel omvattende: - een zool met bovenwerk waarin een voet vastgehouden kan worden, waarbij het bovenwerk een eerste randdeel en een tweede randdeel heeft; en 25 - een sluiting voor losmaakbare onderlinge bevestiging van het eerste en tweede randdeel; waarbij de sluiting een sluitelement omvat dat is uitgevoerd om overlappend over het eerste en tweede randdeel gerangschikt te worden, waarbij het sluitelement met behulp 30 van een of meer magneetelementen op de beide randdelen vastklembaar is.According to a first aspect of the invention, at least one of the objectives can be achieved in footwear, in particular a shoe or boot, the footwear comprising: - a sole with an upper in which a foot can be held, the upper being a first edge part and has a second edge portion; and - a closure for releasable mutual attachment of the first and second edge part; wherein the closure comprises a closing element which is designed to be overlapped over the first and second edge part, wherein the closing element can be clamped onto the two edge parts with the aid of one or more magnetic elements.

De randdelen zijn over het algemeen aan de bovenzijde van het bovenwerk voorzien en kunnen zijn 3 opgebouwd uit soepele flappen of soortgelijke onderdelen. De randdelen strekken zich meestal ongeveer evenwijdig ten opzichte van elkaar uit zodat de tussenruimte tussen beide randdelen in beginsel een constante breedte heeft, maar dit 5 hoeft niet altijd het geval te zijn. In bepaalde uitvoeringen strekken de randdelen zich niet-evenwijdig ten opzichte van elkaar uit. De tussenruimte biedt ruimte voor de voet om in of uit het schoeisel geschoven te worden.The edge parts are generally provided on the upper side with the upper and may be constructed from flexible flaps or similar parts. The edge parts usually extend approximately parallel to each other so that the space between the two edge parts in principle has a constant width, but this need not always be the case. In certain embodiments, the edge portions extend non-parallel with respect to each other. The gap provides room for the foot to be pushed in or out of the footwear.

Omdat er geen veters of klittenband ter plaatse van de 10 tussenruimte aanwezig behoeft te zijn, ondervindt de voet minder belemmering wanneer deze in het schoeisel geschoven wordt en daar weer uit gehaald wordt. Bovendien kunnen in bepaalde uitvoeringen de randdelen door de afwezigheid van veters gemakkelijk ver uit elkaar getrokken worden om de zo 15 gecreëerde tussenruimte zo groot mogelijk te maken. Dit komt het instapgemak en het uitstapgemak ten goede. Wanneer een voet eenmaal in het schoeisel geplaatst is, worden de randdelen aan elkaar bevestigd zodat de voet tijdens activiteiten van de drager in beginsel in het schoeisel 20 opgevangen blijft.Because no laces or Velcro need be present at the location of the interspace, the foot experiences less hindrance when it is slid into the footwear and removed from it again. Moreover, in certain embodiments, the edge parts can easily be pulled far apart due to the absence of laces to make the gap thus created as large as possible. This benefits the ease of boarding and the way out. Once a foot has been placed in the footwear, the edge parts are attached to each other so that the foot in principle remains caught in the footwear during activities of the wearer.

Het is gebruikelijk om de randdelen van de schoen gaten aan te brengen voor het daarin geleiden van schoenveters. Met behulp van de schoenveters kunnen de randdelen aan elkaar bevestigd worden. Volgens uitvoeringen 25 van de uitvinding wordt er echter gebruik gemaakt van een magnetische sluiting. Meer in het bijzonder ontstaat door de magnetische aantrekking tussen enerzijds de beide randdelen en anderzijds een daaroverheen geplaatst sluitelement een voldoende mate van (statische) wrijving tussen een randdeel 30 en het sluitelement waardoor het sluitelement op zijn plaats blijft zitten en zijn sluitende werking kan vervullen.It is common to provide holes in the edge portions of the shoe for guiding shoelaces therein. The edge parts can be attached to each other with the help of the shoelaces. However, according to embodiments of the invention, use is made of a magnetic closure. More in particular, the magnetic attraction between on the one hand the two edge parts and on the other hand a closing element placed over it creates a sufficient degree of (static) friction between an edge part 30 and the closing element, as a result of which the closing element remains in place and can fulfill its closing action.

In het licht van het bovenstaande kunnen de gebruikelijke gaten voor het geleiden van schoenveters 4 achterwege worden gelaten. De schoen kan hierdoor een vlak en eventueel glad uiterlijk krijgen. In andere uitvoeringen zijn een of meer van de gaten gehandhaafd. In sommige van deze uitvoeringen wordt gebruikt gemaakt van in essentie 5 ringvormige magneetelementen. Het open centrale deel van een dergelijk magneetelement kan dan als gat voor het geleiden van schoenveters dienst doen. In deze uitvoering kan de drager nog steeds gebruik maken van veters.In view of the above, the usual holes for guiding shoelaces 4 can be omitted. This can give the shoe a flat and possibly smooth appearance. In other embodiments, one or more of the holes are maintained. In some of these embodiments, use is made of essentially ring-shaped magnetic elements. The open central part of such a magnetic element can then serve as a hole for guiding shoelaces. In this embodiment, the wearer can still use laces.

In bepaalde uitvoeringen omvat het sluitelement 10 ten minste een permanent magneetelement voor het opwekken van een magnetisch veld. Elk van de randdelen omvat materiaal dat is uitgevoerd om door het magnetische veld van het permanente magneetelement te worden aangetrokken. In bepaalde uitvoeringen het materiaal van de randdelen 15 permanent of tijdelijk magnetiseerbaar materiaal, meer in het bijzonder ferri-, ferro- of paramagnetisch materiaal.In certain embodiments, the closing element 10 comprises at least one permanent magnetic element for generating a magnetic field. Each of the edge portions includes material that is configured to be attracted by the magnetic field of the permanent magnet element. In certain embodiments, the material of the peripheral parts 15 is permanent or temporarily magnetizable material, more in particular ferric, ferrous or paramagnetic material.

In andere uitvoeringen omvat elk van de randdelen ten minste een permanent magneetelement voor het opwekken van een magnetisch veld. In deze uitvoeringen kan het 20 sluitelement voorzien zijn materiaal dat is uitgevoerd om door het magnetische veld van de permanente magneetelementen te worden aangetrokken.In other embodiments, each of the edge portions comprises at least one permanent magnet element for generating a magnetic field. In these embodiments, the closing element can be material that is designed to be attracted by the magnetic field of the permanent magnetic elements.

In nog andere uitvoeringen zijn zowel elk van de randdelen als het sluitelement voorzien van 25 magneetelementen. Hierbij zijn de magneetelementen zodanig gerangschikt (d.w.z. ten opzichte van elkaar georiënteerd) dat het sluitelement en de dragerelementen door magnetische aantrekking aan elkaar kunnen worden vastgeklemd.In yet other embodiments, both each of the edge parts and the closing element are provided with magnetic elements. The magnet elements are herein arranged (i.e. oriented relative to each other) such that the closing element and the carrier elements can be clamped to each other by magnetic attraction.

Combinaties van bovengenoemde uitvoeringen behoren 30 eveneens tot de mogelijkheden. In bepaalde uitvoeringen is magnetsich of magnetiseerbaar materiaal plaatselijk aangebracht in zowel het sluitelement als in ten minste één van de beide randdelen en zijn de magneten zodanig over het 5 sluitelement en de randdelen verdeeld dat er een afdoende aantrekking plaatsvindt.Combinations of the above-mentioned embodiments are also possible. In certain embodiments, magnetically or magnetizable material is arranged locally in both the closing element and in at least one of the two edge parts and the magnets are distributed over the closing element and the edge parts in such a way that sufficient attraction takes place.

In bepaalde uitvoeringen is het eerste randdeel voorzien van ten minste een eerste permanente magneet, is 5 het tweede randdeel voorzien van ten minste een tweede permanente magneet en is het sluitelement voorzien van paramagnetisch of ferromagnetisch materiaal. In deze uitvoeringen zorgen de beide randdelen van het bovenwerk van het schoeisel zelf dus voor een magnetisch veld waarmee het 10 sluitelement worden aangetrokken.In certain embodiments, the first edge part is provided with at least a first permanent magnet, the second edge part is provided with at least a second permanent magnet and the closing element is provided with paramagnetic or ferromagnetic material. In these embodiments, the two edge parts of the upper of the footwear itself thus provide a magnetic field with which the closing element is attracted.

Hoewel gebruik kan worden gemaakt van een enkel magneetelement, bijvoorbeeld aan langgerekte magnetische strip, is in andere uitvoeringen langs elk van de randdelen een rij permanente magneten aangebracht.Although use can be made of a single magnetic element, for example on an elongated magnetic strip, in other embodiments a row of permanent magnets is arranged along each of the edge parts.

15 In een uitvoeringsvorm is het sluitelement rekbaar uitgevoerd. Het sluitelement kan bijvoorbeeld geheel of gedeeltelijk vervaardigd zijn van rekbaar materiaal. Wanneer in een uitvoeringsvorm van de uitvinding tussen de beide randdelen een langgerekte, zich in langsrichting 20 uitstrekkende spleet aanwezig is, moet het sluitelement ten minste in de dwarsrichting (dwars op de langsrichting) rekbaar zijn. Het rekbaar zijn heeft tot gevolg dat bij het bewegen van de voet, bijvoorbeeld tijdens het lopen of rennen, een deel van de op het sluitelement uitgeoefende 25 schokken door het materiaal kunnen worden opgevangen. Dit zorgt voor een verminderd risico op het ongewild loskomen van het sluitelement van het bovenwerk.In one embodiment, the closing element is designed to be stretchable. The closing element can for instance be wholly or partly made of stretchable material. If in an embodiment of the invention an elongated, longitudinally extending gap is present between the two edge parts, the closing element must be stretchable at least in the transverse direction (transverse to the longitudinal direction). Being stretchable has the consequence that when the foot is moved, for instance during walking or running, a part of the shocks exerted on the closing element can be absorbed by the material. This ensures a reduced risk of unintentional release of the closing element from the upper.

Meer in het algemeen is de mate waarin het sluitelement op de randdelen bevestigd blijft, afhankelijk 30 van een aantal factoren. Allereerst is er de eerder genoemde statische wrijving die optreedt tussen enerzijds het sluitelement en anderzijds elk van de randdelen. De wrijving is evenredig met een statische wrijvingscoëfficiënt 6 vermenigvuldigd met de normaalkracht die met name onder invloed van het magnetische veld verschaft wordt. Hoe groter de normaalkracht des te steviger zit het sluitelement vastgeklemd aan het schoeisel. Anderzijds moet het 5 sluitelement niet te veel vastgeklemd zitten zodat het sluitelement relatief eenvoudig door de drager te verwijderen blijft. Verder speelt de rekbaarheid van het sluitelement een rol. Deze rekbaarheid kan bijvoorbeeld gerealiseerd worden door het sluitelement geheel of 10 gedeeltelijk van elastisch materiaal te vervaardigen. De rekbaarheid zorgt ervoor dat de sluiting minder de neiging heeft open te springen (waarbij het sluitelement gedeeltelijk los komt van een randdeel).More generally, the extent to which the closing element remains attached to the edge parts depends on a number of factors. First of all there is the aforementioned static friction that occurs between the closing element on the one hand and each of the edge parts on the other hand. The friction is proportional to a static coefficient of friction 6 multiplied by the normal force which is provided in particular under the influence of the magnetic field. The greater the normal force, the more solid the locking element is clamped to the footwear. On the other hand, the closing element should not be clamped too much so that the closing element remains relatively easy to remove by the carrier. The extensibility of the closing element also plays a role. This stretchability can be realized, for example, by manufacturing the closing element entirely or partially from elastic material. The extensibility ensures that the closure has less tendency to open (whereby the closure element is partially released from an edge part).

In bepaalde uitvoeringen is het sluitelement 15 vervaardigd van siliconenmateriaal, bij voorkeur siliconenrubber, in het bijzonder liquid silicone rubber.In certain embodiments, the closing element 15 is made of silicone material, preferably silicone rubber, in particular liquid silicone rubber.

In een verdere uitvoering zijn in het siliconenmateriaal magnetische of magnetiseerbare deeltjes aangebracht. Deze deeltjes kunnen metaaldeeltjes, in het 20 bijzonder ijzerdeeltjes omvatten. De deeltjes kunnen bijvoorbeeld tijdens het fabricageproces samen met kunststof (bijv. siliconenmateriaal) worden meegegoten zodat het materiaal in meer of mindere mate uniform over het sluitelement verdeeld kan worden. Dit kan zorgen voor een 25 vereenvoudigde fabricage van het sluitelement. In een verdere uitvoering omvat het materiaal een of meer zware metalen, zoals neodymium (Nd).In a further embodiment, magnetic or magnetizable particles are provided in the silicone material. These particles can comprise metal particles, in particular iron particles. The particles can for instance be co-cast together with plastic (e.g. silicone material) during the manufacturing process so that the material can be uniformly distributed over the closure element to a greater or lesser extent. This can ensure a simplified manufacture of the closing element. In a further embodiment, the material comprises one or more heavy metals, such as neodymium (Nd).

In een verdere uitvoering is de binnenzijde van het sluitelement voorzien van een materiaal met verhoogde 30 stroefheid en/of plakkerigheid zodat het sluitelement beter op zijn plaats (zich uitstrekkend over de genoemde randdelen) blijft zitten.In a further embodiment, the inside of the closing element is provided with a material with increased rigidity and / or stickiness, so that the closing element stays in place better (extending over the said edge parts).

Het sluitelement kan zijn gevormd als een 7 langgerekte strook, waarvan de breedte groter is dan de tussenafstand tussen het eerste en tweede randdeel. Het schoeisel kan eenvoudig gesloten worden door de strook over de beide randdelen te plaatsen en geopend worden door de 5 strook eenvoudigweg op te lichten.The closing element can be formed as an elongated strip, the width of which is greater than the distance between the first and second edge part. The footwear can easily be closed by placing the strip over the two edge parts and opened by simply lifting the strip.

Een uiteinde van de strook kan hierbij uit een stuk gevormd zijn met het bovenwerk of kan daaraan zijn bevestigd. Een voordeel hiervan is het sluitelement altijd met het schoeisel verbonden blijft en dus voorhanden is. In 10 andere uitvoeringen is het sluitelement los van de zool met bovenwerk uitgevoerd. Het is bijvoorbeeld mogelijk om hetzelfde schoeisel met afwijkende sluitelementen af te sluiten, bijvoorbeeld een rood sluitelement en een blauw sluitelement. Hiermee kan het uiterlijk van het schoeisel 15 door de drager naar believen worden aangepast.An end of the strip may be formed in one piece with the upper or may be attached thereto. An advantage hereof is that the closing element always remains connected to the footwear and is therefore available. In other embodiments, the closing element is made separately from the sole with upper. For example, it is possible to close the same footwear with different closing elements, for example a red closing element and a blue closing element. The appearance of the footwear 15 can hereby be adjusted as desired by the wearer.

Alhoewel in bepaalde uitvoeringen de hierin beschreven sluiting gecombineerd kan worden met een traditionele sluiting, bijvoorbeeld een vetersluiting, is er in andere uitvoeringen slechts sprake van een enkele 20 sluiting en vormt het sluitelement de enige verbinding tussen het eerste en tweede randdeel. De sluiting is immers voldoende stevig uit te voeren om het schoeisel onder de in de praktijk voorkomende omstandigheden gesloten te houden.Although in certain embodiments the closure described herein can be combined with a traditional closure, for example a lacing closure, in other embodiments there is only a single closure and the closure element forms the only connection between the first and second edge part. After all, the closure can be made sufficiently strong to keep the footwear closed under the circumstances that occur in practice.

In een verdere uitvoering omvat het 25 sluitelement een in hoofdzaak glad buitenoppervlak. Ook kan aan buitenoppervlak een gewenste textuur en/of kleur worden meegegeven.In a further embodiment the closing element comprises a substantially smooth outer surface. A desired texture and / or color can also be added to the outer surface.

Volgens een ander aspect van de uitvinding is de sluiting niet beperkt tot een sluiting voor schoeisel. De 30 sluiting kan meer algemeen onderdeel uitmaken van een kledingstuk. Een kledingstuk kan gevormd worden door schoeisel, maar bijvoorbeeld ook door ondergoed, een broek, rok, jurk, overhemd, jas en/of blouse.According to another aspect of the invention, the closure is not limited to a footwear closure. The closure can more generally be part of an item of clothing. A piece of clothing can be formed by footwear, but also, for example, by underwear, trousers, skirt, dress, shirt, jacket and / or blouse.

88

Verdere voordelen, kenmerken en uitvoeringen van de onderhavige uitvinding zullen worden verduidelijkt aan de hand van de navolgende beschrijving van enige uitvoeringsvormen daarvan. In de beschrijving wordt verwezen 5 naar de bijgevoegde tekeningen.Further advantages, features and embodiments of the present invention will be elucidated on the basis of the following description of some embodiments thereof. Reference is made in the description to the accompanying drawings.

Figuur 1 toont een aanzicht in perspectief van een schoen volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding; enFigure 1 shows a perspective view of a shoe according to an embodiment of the invention; and

Figuur 2 toont een bovenaanzicht van een verdere uitvoeringsvorm van een schoen volgens de uitvinding.Figure 2 shows a top view of a further embodiment of a shoe according to the invention.

10 In figuur 1 is een schoen 1 weergegeven. De schoen is ondermeer opgebouwd uit een zool 2 en een bovenwerk 3.Figure 1 shows a shoe 1. The shoe is constructed from, among other things, a sole 2 and an upper 3.

Het bovenwerk 3 is op gebruikelijke wijze gevormd met een opening 9 waarlangs een voet in het bovenwerk 3 geschoven kan worden. Verder eindigt het bovenwerk 3 ter plaatse van 15 de wreef van de voet op gebruikelijke wijze in een tweetal randdelen 4, 5. Tegen de onderzijde van de randdelen strekt zich een aan de binnenzijde van het bovenwerk bevestigde lip of tong 14 uit. Deze tong 14 kan in andere uitvoeringen achterwege worden gelaten.The upper 3 is formed in the usual manner with an opening 9 through which a foot can be slid into the upper 3. Furthermore, the upper 3 ends at the instep of the foot in the usual manner in two edge parts 4, 5. A lip or tongue 14 secured to the inside of the upper extends against the underside of the edge parts. This tongue 14 can be omitted in other embodiments.

20 Deze randdelen 4, 5 zijn langgerekte strookvormige gebieden die zich in hoofdzaak evenwijdig ten opzichte van elkaar uit strekken. In de getoonde uitvoeringsvorm is er een tussenruimte tussen de randdelen aanwezig (corresponderend met de tussenruimte nodig is in een 25 veterschoen om de randdelen met de veters naar elkaar toe te trekken). In andere uitvoeringen van de uitvinding kan deze tussenruimte kleiner dan gebruikelijk zijn of kan deze zelfs achterwege blijven.These edge parts 4, 5 are elongated strip-shaped regions which extend substantially parallel to each other. In the embodiment shown, there is a gap between the edge parts (corresponding to the gap in a lace-up shoe to pull the edge parts towards each other with the laces). In other embodiments of the invention, this spacing may be smaller than usual or may even be omitted.

In de figuur 1 is met stippellijnen 15 de 30 begrenzing van de randdelen weergegeven. Het is duidelijk dat de randdelen talloze vormen en afmetingen kunnen aannemen. Van belang is slechts dat de randdelen een mogelijkheid creëren om de opening 9 tijdelijk groter te 9 maken zodat de voet gemakkelijk in de schoen kan worden geschoven of daaruit kan worden verwijderd.In figure 1 the boundary of the edge parts is shown with dotted lines 15. It is clear that the edge parts can take numerous shapes and dimensions. It is only important that the edge parts create a possibility to make the opening 9 temporarily larger so that the foot can easily be slid into the shoe or removed from it.

In elk van de randdelen 4, 5 is een rij openingen 6 aangebracht, waarin de schoenveters geleid kunnen worden 5 om de schoen op gebruikelijke wijze vast te kunnen maken. Dergelijke schoenveters zijn optioneel, aangezien in de getoonde uitvoeringsvorm de sluiting van de schoen ook op een andere wijze kan plaatsvinden.A row of openings 6 is provided in each of the edge parts 4, 5, into which the shoelaces can be guided in order to be able to fasten the shoe in the usual manner. Such shoelaces are optional, since in the embodiment shown the closure of the shoe can also take place in a different manner.

Rondom elk van de in de randdelen 4, 5 10 aangebrachte openingen 6 is een ringvormige magneet 7 aangebracht. Deze ringvormige magneet 7 is bevestigd aan het materiaal van het betreffende randdeel, bijvoorbeeld door deze daarin op te nemen of door deze door op zich bekende koppelmiddelen aan het bovenwerk 3 te koppelen.An annular magnet 7 is arranged around each of the openings 6 provided in the edge parts 4, 5. This annular magnet 7 is attached to the material of the relevant edge part, for example by receiving it therein or by coupling it to the upper 3 by coupling means known per se.

15 Verder is voorzien in een sluitelement 8.Furthermore, a closing element 8 is provided.

Sluitelement 8 wordt in de getoonde uitvoeringsvorm gevormd door een langgerekte strook kunststof materiaal. De breedte van het sluitelement zijn zodanig gekozen, dat het sluitelement de eerder genoemde randdelen 4,5 overlapt. De 20 lengte van het sluitelement is zodanig gekozen dat de randdelen voldoende stevig bij elkaar kunnen worden gehouden.In the embodiment shown, closing element 8 is formed by an elongated strip of plastic material. The width of the closing element is chosen such that the closing element overlaps the aforementioned edge parts 4,5. The length of the closing element is chosen such that the edge parts can be held together sufficiently firmly.

In het sluitelement kan ferromagnetisch en/of paramagnetisch materiaal zijn aangebracht. Een voorbeeld van 25 ferromagnetisch materiaal zijn ijzer(houdende) deeltjes. Het materiaal is met name aangebracht langs de randen 12, 13 van het sluitelement 8 zodat deze randen 12, 13 precies bovenop de randdelen 4, 5 van het bovenwerk 3 van de schoen kunnen worden gepositioneerd. Als gevolg van de aantrekkende 30 werking van de rijen magneten 7 zal het sluitelement 8 strak tegen de randdelen 4, 5 van het bovenwerk van het schoeisel worden aangetrokken. Dit heeft in wezen het effect dat de randdelen door het sluitelement zodanig bijeengehouden 10 worden, dat de schoen stevig rondom de voet van de drager vastgehouden blijft.Ferromagnetic and / or paramagnetic material may be provided in the closing element. An example of ferromagnetic material are iron (containing) particles. The material is in particular arranged along the edges 12, 13 of the closing element 8 so that these edges 12, 13 can be positioned exactly on top of the edge parts 4, 5 of the upper 3 of the shoe. As a result of the attracting action of the rows of magnets 7, the closing element 8 will be pulled tightly against the edge parts 4, 5 of the upper of the footwear. This essentially has the effect that the edge parts are held together by the closing element such that the shoe remains firmly secured around the base of the wearer.

In uitvoeringsvormen van de uitvinding is het sluitelement 8 in meer of mindere mate rekbaar, in 5 het bijzonder elastisch, uitgevoerd. Deze rekbaarheid is met name in de dwarsrichting (d, figuur 1), zodat de bij het lopen optredende trekkrachten die vanaf de randdelen 4, 5 op het sluitelement 8 worden overgebracht, gedeeltelijk opgevangen kunnen worden. Hierdoor verkleint de kans dat de 10 randdelen 4, 5 teveel van elkaar gaan wijken en de schoen los komt te zitten.In embodiments of the invention, the closing element 8 is more or less elastic, in particular elastic. This stretchability is in particular in the transverse direction (d, figure 1), so that the tensile forces occurring during walking which are transferred from the edge parts 4, 5 to the closing element 8 can be partially absorbed. This reduces the chance that the edge parts 4, 5 will deviate too much from each other and the shoe will become loose.

Met in wezen hetzelfde doel is aan de onderzijde van het sluitelement 8 het oppervlak stroef uitgevoerd. Hierdoor verkleint de kans dat de randdelen 4, 5 tijdens het 15 lopen ten opzichte van het sluitelement 8 (in dwarsrichting) gaan verschuiven.For essentially the same purpose, the surface of the closing element 8 is made of a rough surface. This reduces the chance that the edge parts 4, 5 will shift relative to the closing element 8 (in the transverse direction) during the running.

Het is mogelijk om twee of meer verschillende sluitelementen voor een enkele schoen te voorzien. Het bovenwerk 3 van de schoen kan bijvoorbeeld worden gesloten 20 met het in figuur 1 getoonde sluitelement 8 dat aan de bovenzijde relatief glad is uitgevoerd, maar kan ook worden voorzien van een sluitelement 10, zoals in figuur 2 is weergegeven. Het bovenoppervlak van sluitelement 10 is voorzien van een aantal uitsteeksels (bijvoorbeeld in een 25 bepaald driedimensionaal patroon) waardoor het sluitelement en daarmee de aanzicht van de gehele schoen een apart uiterlijk krijgt. Ook kan er gevarieerd worden in kleur, textuur, vorm, etc. Op deze wijze kan het uiterlijk van de schoen naar wens van de drager eenvoudig en snel worden 30 aangepast.It is possible to provide two or more different closing elements for a single shoe. The upper part 3 of the shoe can for instance be closed with the closing element 8 shown in figure 1 which is relatively smooth on the top side, but can also be provided with a closing element 10, as shown in figure 2. The upper surface of closing element 10 is provided with a number of protrusions (for example in a certain three-dimensional pattern), whereby the closing element and thus the view of the entire shoe acquires a separate appearance. It is also possible to vary in color, texture, shape, etc. In this way the appearance of the shoe can be adjusted simply and quickly to the wishes of the wearer.

In de in figuur 1 weergegeven uitvoeringsvormen zijn de magneten aangebracht in het bovenwerk 3 van de schoen, terwijl een ijzerhoudend materiaal is aangebracht in 11 het sluitelement 8. In andere uitvoeringsvorm zijn echter een of meer magneten aangebracht in het sluitelement, terwijl paramagnetische of ferromagnetische materiaal, bijvoorbeeld ijzerhoudend materiaal, in de randdelen 4, 5 5 van de schoen zijn bevestigd. In andere uitvoeringen zijn zowel in het bovenwerk als in het sluitelement permanente magneten aangebracht. Bij een juiste onderlinge rangschikking van deze magneten (zodanig dat de tegengestelde polen bij het sluiten van de schoen tegenover 10 elkaar komen te liggen) kan ervoor gezorgd worden dat het sluitelement stevig aan het bovenwerk van de schoen bevestigd wordt.In the embodiments shown in Figure 1, the magnets are arranged in the upper 3 of the shoe, while an iron-containing material is arranged in the closing element 8. In another embodiment, however, one or more magnets are arranged in the closing element, while paramagnetic or ferromagnetic material , for example iron-containing material, are fixed in the edge parts 4, 5 of the shoe. In other embodiments, permanent magnets are provided both in the upper and in the closing element. With a correct mutual arrangement of these magnets (such that the opposite poles come to face each other when closing the shoe) it can be ensured that the closing element is firmly attached to the upper of the shoe.

In nog een andere uitvoeringsvorm is het sluitelement gevormd door een kunststof materiaal, waarin 15 tijdens het fabricageproces magnetische of magnetiseerbare deeltjes zijn aangebracht. De deeltjes kunnen bijvoorbeeld uniform over het gehele oppervlak van het sluitelement verdeeld worden. Er kan bijvoorbeeld gebruik worden gemaakt van zeldzame aarden, zoals neodymium (Nd). Er kunnen 20 bijvoorbeeld kleine deeltjes van zeldzame aarde gevormd worden. Deze deeltjes kunnen worden gemengd met een kunststof(bijv. een polymeer) en daarna via bijvoorbeeld een compression moulding of injection moulding techniek tot een strook worden gevormd die dienst kan doen als sluitelement. 25 In bepaalde uitvoeringen worden de deeltjes uniform over het oppervlak van het sluitelement verdeeld. In andere uitvoeringsvormen worden de deeltjes echter geconcentreerd op die plaatsen van het sluitelement die in gebruik tegenover de randdelen 4, 5 van de schoen zijn 30 aangebracht.In yet another embodiment the closing element is formed by a plastic material, in which magnetic or magnetizable particles are arranged during the manufacturing process. The particles can for instance be uniformly distributed over the entire surface of the closing element. For example, rare earths such as neodymium (Nd) may be used. For example, small particles of rare earth can be formed. These particles can be mixed with a plastic (e.g. a polymer) and then be formed, for example via a compression molding or injection molding technique, into a strip that can serve as a closing element. In certain embodiments, the particles are uniformly distributed over the surface of the closure element. In other embodiments, however, the particles are concentrated at those locations of the closure element which are in use arranged opposite the edge parts 4, 5 of the shoe.

In de getoonde uitvoeringsvorm zijn de sluitelementen 8, 10 geheel los van het bovenwerk 3 van de schoen uitgevoerd. De sluitelementen kunnen dus gemakkelijk 12 onderling verwisseld worden. In andere uitvoeringsvormen echter is een sluitelement ter plaatse, bijvoorbeeld aan een uiteinde daarvan, bevestigd aan of uit één stuk gevormd met het bovenwerk van de schoen. Een voordeel hiervan is dat het 5 sluitelement altijd voorhanden is en de drager de schoen altijd af kan sluiten.In the embodiment shown, the closing elements 8, 10 are entirely separate from the upper 3 of the shoe. The locking elements can therefore easily be exchanged. In other embodiments, however, a closure element is attached to, or formed in one piece with, the upper of the shoe at that location, for example at one end thereof. An advantage hereof is that the closing element is always available and the wearer can always close the shoe.

De onderhavige uitvinding is niet beperkt tot de hierin beschreven uitvoeringsvormen daarvan. De gevraagde rechten worden veeleer bepaald door de navolgende 10 conclusies, binnen de strekking waarvan talloze modificaties denkbaar zijn.The present invention is not limited to the embodiments thereof described herein. The rights sought are rather determined by the following claims, within the scope of which numerous modifications are conceivable.

Claims (22)

1. Schoeisel, in het bijzonder een schoen of laars, het schoeisel omvattende: 5. een zool met bovenwerk waarin een voet vastgehouden kan worden, waarbij het bovenwerk een eerste randdeel en een tweede randdeel heeft; en - een sluiting voor losmaakbare onderlinge bevestiging van het eerste en tweede randdeel; 10 waarbij de sluiting omvat: - een sluitelement dat is uitgevoerd om overlappend over het eerste en tweede randdeel gerangschikt te worden; waarbij het sluitelement met behulp van een of meer 15 magneetelementen op de beide randdelen vastklembaar is.Footwear, in particular a shoe or boot, the footwear comprising: 5. a sole with uppers in which a foot can be held, the uppers having a first edge part and a second edge part; and - a closure for releasable mutual attachment of the first and second edge part; The closure comprising: - a closing element which is designed to be arranged overlappingly over the first and second edge part; wherein the closing element can be clamped onto the two edge parts with the aid of one or more magnetic elements. 2. Schoeisel volgens conclusie 1, waarbij het sluitelement ten minste een permanent magneetelement voor het opwekken van een magnetisch veld en elk van de randdelen 20 een ferromagnetisch of paramagnetisch materiaal omvat dat door de permanente magneet kan worden aangetrokken.2. Footwear as claimed in claim 1, wherein the closing element comprises at least one permanent magnetic element for generating a magnetic field and each of the edge parts 20 comprises a ferromagnetic or paramagnetic material which can be attracted by the permanent magnet. 3. Schoeisel volgens conclusie 1 of 2, waarbij elk van de randdelen ten minste een permanent magneetelement voor 25 het opwekken van een magnetisch veld en het sluitelement een ferromagnetisch of paramagnetisch materiaal omvat dat door de permanente magneet kan worden aangetrokken.3. Footwear as claimed in claim 1 or 2, wherein each of the edge parts comprises at least one permanent magnetic element for generating a magnetic field and the closing element comprises a ferromagnetic or paramagnetic material that can be attracted by the permanent magnet. 4. Schoeisel volgens conclusie 1, 2 of 3, waarbij zowel 30 elk van de randdelen als het sluitelement zijn voorzien van magneetelementen, waarbij de magneetelementen zijn gerangschikt om het sluitelement via magnetische aantrekking aan elk van de dragerelementen vast te klemmen.4. Footwear as claimed in claim 1, 2 or 3, wherein both each of the edge parts and the closing element are provided with magnetic elements, wherein the magnetic elements are arranged to clamp the closing element to each of the carrier elements via magnetic attraction. 5. Schoeisel volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het eerste randdeel voorzien is van ten minste een eerste permanent magneetelement, het tweede randdeel is 5 voorzien van ten minste een tweede permanent magneetelement en het sluitelement voorzien is van door het magneetelementen aan te trekken materiaal, in het bijzonder paramagnetisch of ferromagnetisch materiaal.5. Footwear as claimed in any of the foregoing claims, wherein the first edge part is provided with at least a first permanent magnetic element, the second edge part is provided with at least a second permanent magnetic element and the closing element is provided with material to be attracted by the magnetic elements , in particular paramagnetic or ferromagnetic material. 6. Schoeisel volgens een van de voorgaande conclusies, omvattende langs elk van de randdelen gerangschikte rijen permanente magneetelementen.6. Footwear as claimed in any of the foregoing claims, comprising rows of permanent magnet elements arranged along each of the edge parts. 7. Schoeisel volgens een van de voorgaand conclusies, 15 waarbij ten minste een van de magneetelementen in essentie ringvormig is uitgevoerd.7. Footwear as claimed in any of the foregoing claims, wherein at least one of the magnet elements is essentially ring-shaped. 8. Schoeisel volgens conclusies 6 en 7, omvattende langs elk van de randdelen gerangschikte rijen ringvormige 20 permanente magneetelementen, waarbij het centrum van het ringvormige magneetelement open is.8. Footwear according to claims 6 and 7, comprising rows of annular permanent magnet elements arranged along each of the edge parts, the center of the annular magnet element being open. 9. Schoeisel volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het sluitelement rekbaar is uitgevoerd. 259. Footwear as claimed in any of the foregoing claims, wherein the closing element is stretchable. 25 10. Schoeisel volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het sluitelement is vervaardigd van siliconenmateriaal.Footwear according to any of the preceding claims, wherein the closing element is made of silicone material. 11. Schoeisel volgens conclusie 10, waarbij in het siliconenmateriaal paramagnetische of ferromagnetische deeltjes, in het bijzonder ijzerdeeltjes, zijn aangebracht.Footwear as claimed in claim 10, wherein paramagnetic or ferromagnetic particles, in particular iron particles, are arranged in the silicone material. 12. Schoeisel volgens een van de voorgaande conclusies, waarin de binnenzijde van het sluitelement voorzien is van een materiaal met verhoogde stroefheid en/of plakkerigheid.12. Footwear as claimed in any of the foregoing claims, wherein the inside of the closing element is provided with a material with increased skid resistance and / or stickiness. 13. Schoeisel volgens een van de voorgaande conclusies, waarin het sluitelement gevormd is als een langgerekte strook, waarvan de breedte groter is dan de tussenafstand tussen het eerste en tweede randdeel.Footwear as claimed in any of the foregoing claims, wherein the closing element is shaped as an elongated strip, the width of which is greater than the distance between the first and second edge part. 14. Schoeisel volgens conclusie 13, waarbij een uiteinde van de strook gevormd of bevestigd is aan het bovenwerk.The footwear of claim 13, wherein an end of the strip is formed or attached to the upper. 15. Schoeisel volgens een van de conclusies 1-14, 15 waarbij het sluitelement los van de zool met bovenwerk is uitgevoerd.15. Footwear as claimed in any of the claims 1-14, wherein the closing element is made separately from the sole with upper. 16. Schoeisel volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij in bevestigde toestand het sluitelement de enige 20 verbinding tussen het eerste en tweede randdeel vormt.16. Footwear as claimed in any of the foregoing claims, wherein in the attached state the closing element forms the only connection between the first and second edge part. 17. Schoeisel volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de beide randdelen zich in hoofdzaak evenwijdig ten opzichte van elkaar en met een bepaalde tussenafstand 25 uitstrekken en/of waarbij de randdelen schoenvetergatloos zi jn.17. Footwear as claimed in any of the foregoing claims, wherein the two edge parts extend substantially parallel to each other and with a certain intermediate distance and / or wherein the edge parts are shoe-less holeless. 18. Schoeisel volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het sluitelement een in hoofdzaak glad 30 buitenoppervlak omvat.18. Footwear as claimed in any of the foregoing claims, wherein the closing element comprises a substantially smooth outer surface. 19. Kledingstuk, bijvoorbeeld schoeisel, een broek, overhemd of dergelijke, het kledingstuk omvattende: - een eerste randdeel en een tweede randdeel; en - een sluiting voor losmaakbare onderlinge bevestiging van het eerste en tweede randdeel; waarbij de sluiting omvat: 5. een sluitelement dat is uitgevoerd om overlappend over het eerste en tweede randdeel gerangschikt te worden; waarbij het sluitelement met behulp van een of meer magneetelementen op de beide randdelen vastklembaar is. 10A piece of clothing, for example footwear, trousers, a shirt or the like, the piece of clothing comprising: - a first edge part and a second edge part; and - a closure for releasable mutual attachment of the first and second edge part; wherein the closure comprises: 5. a closure element configured to be overlapped over the first and second edge portion; wherein the closing element can be clamped onto the two edge parts with the aid of one or more magnetic elements. 10 20. Kledingstuk volgens conclusie 19, omvattende een sluitelement en randdelen zoals gedefinieerd in een of meer van de conclusies 1-18.A garment according to claim 19, comprising a closing element and edge parts as defined in one or more of claims 1-18. 21. Sluiting zoals gedefinieerd in een van de voorgaande conclusies.A closure as defined in any one of the preceding claims. 22. Gebruik van een sluiting voor het sluiten van een kledingstuk, in het bijzonder schoeisel, zoals gedefinieerd 20 in een van de voorgaande conclusies.22. Use of a closure for closing a garment, in particular footwear, as defined in one of the preceding claims.