NL2006663C2 - Eiertransportinrichting voor een verpakkingsinrichting voor eieren, verpakkingsinrichting voor eieren met een dergelijke eiertransportinrichting, werkwijze voor het verbeteren van de doorvoer van een verpakkingsinrichting voor eieren en werkwijze voor het verdelen van de eieren. - Google Patents

Eiertransportinrichting voor een verpakkingsinrichting voor eieren, verpakkingsinrichting voor eieren met een dergelijke eiertransportinrichting, werkwijze voor het verbeteren van de doorvoer van een verpakkingsinrichting voor eieren en werkwijze voor het verdelen van de eieren. Download PDF

Info

Publication number
NL2006663C2
NL2006663C2 NL2006663A NL2006663A NL2006663C2 NL 2006663 C2 NL2006663 C2 NL 2006663C2 NL 2006663 A NL2006663 A NL 2006663A NL 2006663 A NL2006663 A NL 2006663A NL 2006663 C2 NL2006663 C2 NL 2006663C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
distribution
egg
transport device
eggs
conveyor
Prior art date
Application number
NL2006663A
Other languages
English (en)
Inventor
Berend Derk Grootherder
Original Assignee
Hedipack Technology Ct B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority to NL2006663A priority Critical patent/NL2006663C2/nl
Application filed by Hedipack Technology Ct B V filed Critical Hedipack Technology Ct B V
Priority to DK12712388.3T priority patent/DK2701998T3/da
Priority to EP20120712388 priority patent/EP2701998B1/en
Priority to KR1020137030725A priority patent/KR101645073B1/ko
Priority to CN201280020816.XA priority patent/CN103619737B/zh
Priority to RU2013145413/11A priority patent/RU2595220C2/ru
Priority to BR112013027527-8A priority patent/BR112013027527B1/pt
Priority to PCT/NL2012/050176 priority patent/WO2012148263A1/en
Priority to ES12712388.3T priority patent/ES2539237T3/es
Priority to MYPI2013702024A priority patent/MY162304A/en
Priority to JP2014508306A priority patent/JP5977336B2/ja
Priority to US14/113,834 priority patent/US8931619B2/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2006663C2 publication Critical patent/NL2006663C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65GTRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
    • B65G47/00Article or material-handling devices associated with conveyors; Methods employing such devices
    • B65G47/34Devices for discharging articles or materials from conveyor 
    • B65G47/46Devices for discharging articles or materials from conveyor  and distributing, e.g. automatically, to desired points
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65GTRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
    • B65G43/00Control devices, e.g. for safety, warning or fault-correcting
    • B65G43/08Control devices operated by article or material being fed, conveyed or discharged
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65GTRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
    • B65G47/00Article or material-handling devices associated with conveyors; Methods employing such devices
    • B65G47/22Devices influencing the relative position or the attitude of articles during transit by conveyors
    • B65G47/24Devices influencing the relative position or the attitude of articles during transit by conveyors orientating the articles
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65GTRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
    • B65G47/00Article or material-handling devices associated with conveyors; Methods employing such devices
    • B65G47/22Devices influencing the relative position or the attitude of articles during transit by conveyors
    • B65G47/26Devices influencing the relative position or the attitude of articles during transit by conveyors arranging the articles, e.g. varying spacing between individual articles
    • B65G47/30Devices influencing the relative position or the attitude of articles during transit by conveyors arranging the articles, e.g. varying spacing between individual articles during transit by a series of conveyors
    • B65G47/31Devices influencing the relative position or the attitude of articles during transit by conveyors arranging the articles, e.g. varying spacing between individual articles during transit by a series of conveyors by varying the relative speeds of the conveyors forming the series
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65BMACHINES, APPARATUS OR DEVICES FOR, OR METHODS OF, PACKAGING ARTICLES OR MATERIALS; UNPACKING
    • B65B23/00Packaging fragile or shock-sensitive articles other than bottles; Unpacking eggs
    • B65B23/02Packaging or unpacking eggs
    • B65B23/06Arranging, feeding, or orientating the eggs to be packed; Removing eggs from trays or cartons

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Wrapping Of Specific Fragile Articles (AREA)
  • Attitude Control For Articles On Conveyors (AREA)

Description

Korte aanduiding: Eiertransportinrichting voor een verpakkingsinrichting voor eieren, verpakkingsinrichting voor eieren met een dergelijke eiertransportinrichting, werkwijze voor het verbeteren van de doorvoer van een verpakkingsinrichting voor eieren en werkwijze 5 voor het verdelen van de eieren.
BESCHRIJVING
De onderhavige uitvinding heeft volgens een eerste aspect betrekking op een eiertransportinrichting voor een inpakinrichting voor eieren 10 omvattende een zich in een transportrichting van een aanvoeruiteinde naar een afvoeruiteinde uitstrekkende aanvoermat die in de transportrichting gezien aan weerszijden is begrensd door zich althans in hoofdzaak in de transportrichting uitstrekkende geleiders, welke eiertransportinrichting is ingericht voor het over ten minste twee in een zich haaks op de transportrichting uitstrekkende breedterichting 15 verdeelde afvoerbanen van een afvoertransporteur afgeven van eieren. De afvoerbanen kunnen onderdeel zijn van een doseermat.
Een bekende eiertransportinrichting is als onderdeel van een verpakkingsinrichting voor eieren ingericht voor het over twee of meer, in de regel 5 of 6, afvoerbanen verdelen van eieren teneinde de eieren in een vervolgstap per 20 corresponderend aantal of veelvoud daarvan te verpakken. Een probleem van huidige eiertransportinrichtingen is dat het niet vanzelfsprekend is dat de distributie over de afvoerbanen ongestoord verloopt. Dat wil zeggen, de aanvoermatten zijn niet geschikt voor het continu afgeven van steeds het juiste aantal, stel n, eieren, met een snelheid die is afgestemd op de verpakkingscapaciteit van een te voeden 25 verpakkingsinrichting. Een reden daarvoor is dat de eieren vanwege hun vorm ongecontroleerd over de aanvoermat bewegen, waardoor de doorvoer naar één of meer afvoerbanen tijdelijk kan verstoppen. Het verhogen van de snelheid van de aanvoermat is geen oplossing, omdat hierdoor de kans op cumulatie van eieren en daarmee het risico van breuk van eieren als gevolg van een stuwdruk toeneemt.
30 Dit probleem van de bekende eiertransportinrichtingen is niet naar tevredenheid opgelost. Een suboplossing is er bij de bekende inrichtingen in gelegen de aanvoermat bij een verstopping tijdelijk stil te zetten, zodat de verstopping handmatig kan worden opgeheven, om te zorgen dat alle afvoerbanen vervolgens 2 weer eieren ontvangen. Dit geschiedt bij een zogenaamde parallelle inpakker. Een andere suboplossing is erin gelegen het ontbreken van één of meer eieren in een rij van een afvoerbaan in een nabewerking te compenseren, zodat toch alle verpakkingen geheel worden gevuld. Dit geschiedt bij een zogenaamde seriële 5 inpakker. Maar seriële inpakkers zijn langzamer dan parallelle inpakkers. De beide suboplossingen drukken de maximaal haalbare capaciteit van een verpakkingsinrichting.
De onderhavige uitvinding beoogt daarom volgens een eerste aspect een eiertransportinrichting volgens de inleiding te verschaffen waarmee 10 toegevoerde eieren met een grotere betrouwbaarheid en onder minder of geen handmatig ingrijpen aan alle afvoerbanen kunnen worden aangeboden dan met de bekende eiertransportinrichting. Dit doel wordt volgens de onderhavige uitvinding bereikt doordat de aanvoermat althans over een deel van diens lengte een eierdistributeur met ten minste twee zich parallel aan elkaar uitstrekkende en 15 onafhankelijk van elkaar door aandrijfinrichtingen aandrijfbare distributiematten en in het verlengde daarvan gelegen verdeelvakken omvat en dat verder sensoren zijn voorzien die in gebruik een afgifte van een ei aan een verdeelvak waarnemen. Een dergelijke distributeur verschaft de mogelijkheid de distributiematten in bepaalde situaties met verschillende snelheden aan te drijven, waardoor een verstopping 20 stroomopwaarts van de distributiematten kan worden voorkomen of sneller kan worden opgelost dan bij de bekende eiertransportinrichtingen. Aldus is de door de uitvinding beoogde doelstelling bereikt. De eiertransportinrichting is voorzien van de sensoren die zijn ingericht voor het meten van de doorstroming van eieren tussen de distributiebanden en de corresponderende verdeelvakken. Dit verschaft de 25 mogelijkheid de aandrijving van de distributiematten door middel van een besturingsinrichting te sturen op basis van door de sensoren gegenereerde gegevens. Bovendien kan de aandrijving van een voorgeschakelde aanvoer-transporteur op basis van waarneming door een sensor worden geregeld.
De verdeelvlakken zijn bij voorkeur gelegen tussen de 30 distributiematten en de afvoerbanen, maar kunnen daarin eventueel ook integraal in zijn opgenomen.
Bij voorkeur is aan het begin en/of aan het einde van elke afvoerbaan een sensor voorzien teneinde de passage van een ei waar te nemen.
3
Aldus kan het aantal eieren in een afvoerbaan worden bepaald als het verschil tussen het aantal eieren dat het begin en het einde van de afvoerbaan is gepasseerd. Door het aantal aanwezige eieren in de verschillende verdeelvakken te vergelijken kan een besturingsinrichting bepalen of de stuwdruk, en dus de 5 aandrijving, van een of meer distributiematten dient te worden aangepast.
Verder kunnen stroomopwaarts van de distributiematten een of meer sensoren zijn voorzien die zijn ingericht teneinde waar te nemen tot op welke afstand voor de verdeelvakken te distribueren eieren op de aanvoermat opeenhopen. Wanneer het aantal eieren voor de distributiematten relatief hoog is neemt de kans 10 op breuk door stuwdruk toe. Anderzijds dient een voldoende aantal eieren vóór de verdeelvakken aanwezig te zijn ten einde eieren op geschikte wijze en met voldoende doorvoer over de verdeelvakken te verdelen.
De aanvoermat is bij voorkeur over de breedte voorzien van scheidingsmiddelen ten einde een gezamenlijke aanvoerstroom te verdelen in een 15 gewenst aantal zich parallel aan elkaar uitstrekkende deelstromen. De scheidingsmiddelen kunnen bijvoorbeeld een strook met een met de verdeelvakken corresponderende gaten omvatten. Alternatief kunnen de scheidingsmiddelen poortjes vormen door middel van een of meer staanders die tussen twee beoogde gescheiden stromen haaks op de aanvoermat zijn voorzien.
20 Bij een voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding zijn de scheidingsmiddelen nabij een overgang tussen de distributiematten en de verdeelvakken voorzien. Aldus kan een gezamenlijke aanvoerstroom eieren nabij de betreffende overgang in deelstromen worden verdeeld.
Om te voorkomen dat eieren bij een overgang tussen een zich over 25 de gehele breedte uitstrekkende aanvoermat en twee of meer aansluitende distributiematten beschadigen kan een overnamestrip zijn voorzien die zich haaks op de transportrichting van de aanvoermat uitstrekt.
Het heeft de voorkeur wanneer een dwarse transportband haaks op de transportrichting tussen de distributiestransporteur en de distributiematten is 30 voorzien, welke dwarse transporteur haaks op de transportrichting van de eiertransportinrichting aandrijfbaar is. Door de overnamestrip gestuurd of willekeurig haaks op de transportrichting een heen en weer gaande beweging te laten maken kan het risico van verstoppingen verder worden verminderd.
4
Een dergelijke dwarse transportband stroomopwaarts van verdeelvakken of een doseermat zou het probleem dat de onderhavige uitvinding oplost ook onafhankelijk van de distributiematten althans in enige mate kunnen oplossen. Bijvoorbeeld als eiertransportinrichting voor een inpakinrichting voor eieren 5 omvattende een zich in een transportrichting van een aanvoeruiteinde naar een afvoeruiteinde uitstrekkende aanvoermat die in de transportrichting gezien aan weerszijden is begrensd door zich althans in hoofdzaak in de transportrichting uitstrekkende geleiders, welke eiertransportinrichting is ingericht voor het over ten minste twee in een zich haaks op de transportrichting uitstrekkende breedterichting 10 verdeelde afvoerbanen van een afvoertransporteur afgeven van eieren, met het kenmerk, dat de aanvoermat een dwarse transportband haaks op de transportrichting tussen de distributiestransporteur en de distributiematten omvat, welke dwarse transporteur haaks op de transportrichting van de eiertransportinrichting aandrijfbaar is. Bij voorkeur omvat de eiertransportinrichting sensoren die in gebruik een afgifte 15 van een ei aan een verdeelvak waarnemen. Aldus kan de dwarse transportband in afhankelijkheid van de waarnemingen van de sensoren door een besturing voor een aandrijving van de dwarse transportband worden bestuurd.
Voor een goede scheiding en/of geleiding van afzonderlijke deelstromen eieren heeft het de voorkeur dat zich tussen twee naburige 20 verdeelvakken een begrenzingsorgaan uitstrekt naar de corresponderende grens tussen twee verdeelvakken van een aansluitende of aan te sluiten afvoertransporteur. Hierdoor wordt voorkomen dat eenmaal van elkaar gescheiden stromen eieren zich na de scheiding alsnog vermengen.
Wanneer het aantal distributiematten correspondeert met het aantal 25 verdeelvakken kan de doorvoer van eieren naar elke afvoerbaan afzonderlijk worden aangedreven. Het is mogelijk dat het aantal verdeelvakken kleiner is dan het aantal afvoerbanen, bijvoorbeeld één verdeelvak per twee afvoerbanen of anderszins. Aangezien eieren bij bekende eiertransportinrichtingen de neiging hebben zich aan één van beide zijden van de aanvoermat opeen te hopen kan een verdeling van de 30 distributietransporteur in slechts twee distributiematten en twee verdeelvakken al een aanzienlijke verbetering bieden ten opzichte van de stand van de techniek.
Bij een voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding omvat de aanvoermat een zich over althans ten minste in hoofdzaak de gehele 5 breedte van de aanvoermat uitstrekkende transportband die in de transportrichting van de eiertransportinrichting aandrijfbaar is. Transportbanden zijn uitermate geschikt voor het transporteren van eieren.
Evenzo omvattende distributiematten van de eiertransportinrichting 5 bij voorkeur elk een transportband.
Een nog betere overgang tussen de distributiematten en corresponderende verdeelvakken wordt bereikt wanneer de distributiematten zich tot aan een voor de verdeelvakken over de breedte van de aanvoermat uitstrekkende overnamestrip uitstrekken. De overnamestrip ondersteunt een goede overgang 10 tussen de verschillende transporteurs en reduceert aldus het risico van breuk van eieren.
De onderhavige uitvinding heeft volgens een tweede aspect betrekking op een verpakkingsinrichting voor eieren omvattende een tussen een aanvoertransporteur en een afvoertransporteur aanwezige eiertransportinrichting 15 volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding. Uiteraard hoeft de eiertransportinrichting zich niet rechtstreeks tussen de aanvoertransporteur en de afvoertransporteur te bevinden. Bovendien moeten de termen aanvoertransporteur en afvoertransporteur in het kader van de onderhavige uitvinding breed worden geïnterpreteerd. Zo zou ook een direct op de eiertransportinrichting aansluitende 20 verpakkingsinrichting in dit kader dienen te worden beschouwd als een afvoertransporteur.
Volgens een derde aspect heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een werkwijze voor het verbeteren van de doorvoer van eieren van een bestaande verpakkingsinrichting voor eieren omvattende een aanvoertransporteur, 25 een eiertransportinrichting en een afvoertransporteur, omvattende de stap van het tussen de aanvoertransporteur en de afvoer-transporteur plaatsen van een eiertransportinrichting volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding. De eiertransportinrichting volgens de onderhavige uitvinding kan bijvoorbeeld een bestaande eiertransportinrichting vervangen. Door verbeterde distributie-30 eigenschappen van de eiertransportinrichting met een eierdistributeur volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding kan een zich stroomopwaarts van de distributiematten bevindende, zich over de breedte van de eiertransportinrichting uitstrekkende, aanvoermat relatief kort worden uitgevoerd, zodat de vervangende 6 eiertransportinrichting kan worden aangesloten op de aanvoertransporteur en afvoertransporteur zonder een van beide laatstgenoemde te hoeven verplaatsen.
De onderhavige uitvinding heeft volgens een vierde aspect betrekking op een werkwijze voor het met behulp van een eiertransportinrichting over 5 een gewenst aantal deelstromen verdelen van een gezamenlijke stroom eieren. Volgens de onderhavige uitvinding omvat de werkwijze de stap van het overbrengen van de eieren van een zich over de breedte van de eiertransportinrichting uitstrekkende aanvoermat naar ten minste twee zich parallel aan elkaar uitstrekkende en onafhankelijk van elkaar aandrijfbare distributiematten in het verlengde van de 10 aanvoermat. Ook dit mag breed worden geïnterpreteerd, in de zin dat de distributiematten niet per definitie direct op de aanvoermat hoeven aan te sluiten, maar dat zich daartussen intermediairs kunnen bevinden. Met de term in het verlengde wordt bedoeld, in het verlengde van de transportrichting, die niet rechtlijnig hoeft te verlopen.
15 De onderhavige uitvinding zal hiernavolgend worden toegelicht onder verwijzing naar de bijgevoegde figuren, waarin: figuur 1 een perspectivisch aanzicht toont van een deel van een verpakkingsinrichting voor eieren met een eiertransportinrichting volgens de onderhavige uitvinding; 20 figuur 2 een perspectivisch aanzicht toont van de inrichting uit figuur 1, echter u in bedrijf; en figuur 3 een schematisch bovenaanzicht toont van een deel van een verpakkingsinrichting voor eieren met een alternatieve eiertransportinrichting.
Figuur 1 toont een perspectivisch bovenaanzicht van een deel van 25 een verpakkingsinrichting voor eieren met een aanvoertransporteur 1, een eiertransportinrichting 4 en een afvoertransporteur 12. De aanvoertransporteur 1 heeft een spijlentransporteur 21 met een niet getoonde aandrijving en twee geleiders 22 die dienen om te voorkomen dat eieren aan de zijkant van de spijlentransporteur 21 kunnen vallen. Stroomafwaarts van de aanvoertransporteur 1 bevindt zich een 30 overnamestrip 2 die werkzaam is als een soort ontkoppeling tussen aangedreven aanvoerdistributeur 1 en aangedreven eiertransportinrichting 4. Eiertransportinrichting 4 heeft een transportband 3 met een niet getoonde aandrijving, een dwarse distributieband 18 en zes zich naast elkaar in de 7 langsrichting uitstrekkende distributiebanden 17, elk met een afzonderlijke, niet getoonde, aandrijving. Stroomafwaarts van transportband 3 bevindt zich een overnamestrip 5 die een overgang verschaft tussen de transportband 3 en distributiebanden 17. Stroomafwaarts van de distributiebanden 17 bevindt zich een 5 overnamestrip 5 die een overgang verschaft tussen de distributiebanden 17 en een zogenaamde doseermat 8 die eieren richting afvoertransporteur 12 voert. Boven doseermat 8 bevinden zich begrenzingswanden 11 die zes banen voor eieren definiëren. Boven de doseermat 8 bevinden zich eveneens aan het begin zes ingangssensoren 7 en nabij het einde zes uitgangssensoren 10 die meten hoeveel 10 eieren vanaf eiertransportinrichting 4 per baan op de doseermat worden afgegeven, respectievelijk hoeveel eieren per baan op de afvoertransporteur 12 worden afgelegd. Tussen de distributiebanden 17 en afvoerbanen van de doseermat bevinden zich zogenaamde verdeelvakken (niet getoond). Per distributieband 17 is er één verdeelvak. Bij een verdeelvak kunnen twee of meer afvoerbanen horen. In 15 het eerste geval kunnen de ingangssensoren zich ter hoogte van een verdeelvak van de afvoerbaan bevinden. In het tweede geval zal er een sensor ter hoogte van het verdeelvak de passage van eieren in het betreffende verdeelvak tellen. In dat geval kan er nog een ingangssensor per afvoerbaan worden voorzien, maar dat is niet noodzakelijk.
20 De transportband 3, de groep distributiebanden 17 en de doseermat 8 worden geflankeerd door geleiders 23, 24 die dienen te voorkomen dat eieren aan de zijkant van de eiertransportinrichting kunnen vallen. In geleiders 23 bevinden zich, in dit geval, drie buffersensoren 20 in de vorm van fotocellen die waarnemen of eieren tot de betreffende buffersensor 20 opeenhopen. Deze meting geschiedt 25 doordat de buffersensoren meten tot hoever de eieren voor de distributiebanden liggen. Aan de hand daarvan wordt de snelheid van de aanvoertransporteur 1 aangepast zodat op hoge snelheid en met weinig of geen storing te kunnen blijven inpakken. Stroomafwaarts van eiertransportinrichting 4 met doseermat 8 bevindt zich een afvoertransporteur 12. Afvoertransporteur 12 heeft een spijlentransporteur 25 30 met op iedere spijl zes transportrollen 13. De zes transportrollen van steeds twee naburige spijlen definiëren zes aflegplaatsen voor eieren. Afvoertransporteur 12 transporteert eieren naar een niet getoonde eierverpakkingseenheid die steeds met zes eieren per slag dient te worden gevoed.
8
Figuur 2 toont de inrichting uit figuur 1 in werking. Eieren worden via aanvoertransporteur 1 op spijlentransporteur 21 aangevoerd met een continue, doch variabele stroom eieren. De snelheid waarmee spijlentransporteur 21 wordt aangedreven is afhankelijk van de metingen van buffersensoren 20, die waarnemen 5 tot welk niveau een buffer eieren door eiertransportinrichting 4 aan doseermat 8 worden aangeboden. Eieren rollen van spijlentransporteur 21 via een (niet aangedreven) overnamestrip 2 op transportband 3 die de eieren verder richting distributiematten 17 en doseermat 8 transporteert, waarna de distributiematten 17 vanwege de onafhankelijke snelheidsregeling de eieren transporteren en distribueren 10 naar de verdeelvakken en de afvoerbanen. Boven doseermat 8 bevinden zich begrenzingswanden 11 die de gezamenlijke transportbreedte van de inrichting verdeelt in zes banen 9. Bij deze verdeling wordt de snelheid van de eieren tijdelijk afgeremd omdat de eieren die ongeordend via transportband 3 en distributiebanden 17 richting doseermat 8 worden gevoerd een weg naar één van de banen 9 moet 15 vinden. Deze snelheidsvermindering leidt tot een opeenhoping van eieren op distributiebanden 17 en transportband 3 voor de doseermat 8. Deze opeenhoping is enerzijds gewenst, omdat hierdoor steeds voldoende eieren aan de doseermat 8 worden aangeboden. Anderzijds is een (te) grote opeenhoping van eieren ongewenst vanwege het risico van breuk wanneer de stuwdruk van de eieren (te) groot wordt. 20 Aldus wordt de aanvoer van eieren via aanvoertransporteur 1 in afhankelijkheid van door buffersensoren 20 gemeten opeenhoping van eieren op transportband 3 geregeld, dat wil zeggen wanneer er zich (te) veel eieren op transportband 3 bevinden neemt de transportsnelheid van aanvoertransporteur 1 af.
Een ander fenomeen dat kenmerkend is voor eieren is het feit dat 25 eieren de neiging hebben om op een transportband naar één zijde te rollen. Dit is het gevolg van de asymmetrische vorm van eieren. Wanneer relatief veel eieren naar een bepaalde zijde van de transportband 3 rollen worden aan de betreffende zijde relatief veel eieren aangeboden, waardoor de buffersensoren 20 het signaal afgeven dat de transportband 3 relatief goed gevuld is. Het is dan echter mogelijk dat aan de 30 andere zijde relatief weinig eieren worden aangeboden. Na verloop van tijd zal deze situatie min of meer worden opgeheven doordat eieren, willekeurig, ook richting de relatief lege zijde rollen. Een meer gelijkmatige verdeling van eieren over de breedte van transportband 3 is echter gewenst.
9
Nog een ander fenomeen dat bij de eiertransportinrichting 4 optreedt is dat de eieren zich van een relatief ongeordende toestand naar een geordende toestand voor de banen 9 moeten verplaatsen. Als gevolg van het feit dat steeds eieren één of meer poorten op een van de banen 9 passeren, in combinatie met de 5 stuwdruk van eieren op transportband 3, verloopt dit proces behoorlijk. Soms echter wordt de toegang tot één of meer van de banen 9 geblokkeerd doordat de eieren voor de betreffende baan/banen 9 nagenoeg of geheel onbeweegbaar ten opzichte van elkaar komen vast te zitten. Bij de inrichting volgens de uitvinding, en in het bijzonder de inrichting volgens de voorkeursuitvoeringsvorm zoals hier besproken, 10 wordt met onafhankelijk van elkaar aandrijfbare distributiebanden 17 een maatregel verschaft die helpt bij het in belangrijke mate voorkomen, en indien van toepassing, het versneld oplossen, van verstoppingen op de eiertransportinrichting 4. Wanneer door middel van de ingangssensoren 7 een relatief verschil van aanvoer naar een of meer van de banen 9 wordt waargenomen, wordt de transportsnelheid van de 15 corresponderende distributieband(en) 17 ten opzichte van de snelheid van de overige distributiebanden 17 verhoogd. Aldus kan een opeenhoping van eieren aan, stel, de rechterzijde van transportband 9, worden gecompenseerd door de transportsnelheid van een of twee distributiebanden 17 aan de linkerzijde van de transportband 3 te verhogen. Dit klinkt op het eerste gezicht wellicht onlogisch, 20 omdat zich juist aan de linkerzijde relatief weinig eieren bevinden. Maar door de eieren aan de betreffende zijde sneller naar de betreffende baan/banen 9 te leiden zal de stuwdruk van de eieren een compenserend effect hebben. Als additionele, doch optionele, maatregel, is in de eiertransportinrichting 4 een dwarse distributieband 18 voorzien die in de breedterichting van transportband 3, dat wil 25 zeggen haaks op de transportrichting van de eieren, kan worden aangedreven om de eieren beter over de breedte van eiertransportinrichting 4 te verdelen. De distributieband 18 is een corrigerende maatregel. Aldus zal dwarse distributieband 18 bij een ideale verdeling van eieren over eiertransportinrichting 4 niet worden aangedreven. Echter, wanneer er zich een ongelijkmatige verdeling van eieren over 30 eiertransportinrichting 4 voordoet, bijvoorbeeld gemeten door buffersensoren 20 en/of ingangssensoren 7, wordt dwarse distributieband 18 tijdelijk ingeschakeld voor het naar de zijde met relatief weinig eieren verplaatsen van eieren via de dwarse distributieband 18. Wanneer vervolgens de transportsnelheid van één of meer 10 distributiebanden 17 aan de relatief lege zijde van de eiertransportinrichting 4 met een ten opzichte van de overige distributiebanden 17 relatief hoge snelheid worden aangedreven versterkt dat het effect van het verkrijgen van een betere verdeling van eieren over de breedte van de eiertransportinrichting 4. Evenzo, wanneer er een 5 opstopping voor één of meer van de banen 9 wordt waargenomen, wordt de stuwdruk voor de betreffende baan/banen verhoogd door het laten toenemen van de transportsnelheid van de corresponderende distributieband(en) 17. De eieren die op een van de banen 9 zijn geraakt rollen vervolgens door tot een buffer in de betreffende baan 9 vóór de overgang naar afvoertransporteur 12. Afvoertransporteur 10 12 neemt steeds een rij van zes eieren op en transporteert de eieren op op zich bekende wijze verder naar een verpakkingseenheid (niet getoond).
Figuur 3 toont een alternatieve uitvoeringsvorm van een deel van een verpakkingsinrichting voor eieren in bovenaanzicht. Met een aanvoertransporteur 41, een eiertransportinrichting 44 en een afvoertransporteur 52. 15 De aanvoertransporteur 41 heeft een spijlentransporteur 61 met een niet-getoonde aandrijving en twee geleiders 62 die dienen om te voorkomen dat eieren aan de zijkant van de spijlentransporteur 61 kunnen vallen. Stroomafwaarts van de aanvoertransporteur 41 bevindt zich een overnamestrip 42 die werkzaam is als een soort ontkoppeling tussen aangedreven aanvoerdistributeur 41 en aangedreven 20 eiertransportinrichting 44. Eiertransportinrichting 44 heeft een transportband 3 met een niet-getoonde aandrijving, een dwarse distributieband 58 en een overnamestrip 45. Dwarse transportband 58 is in de breedterichting ten opzichte van de verplaatsingsrichting van de eieren aandrijfbaar via een niet-getoonde aandrijving. Na de overnamestrip bevinden zich zes verdeelvakken 57 met begrenzingswanden 25 51 die zich vanaf doseermat 48 stroomopwaarts tot de overnamestrip 45 uitstrekken.
Doseermat 48 is ingericht voor het richting afvoertransporteur 52 voeren van eieren. Boven doseermat 48 bevinden zich de begrenzingswanden 51 die zes banen voor eieren definiëren. Boven de doseermat 48 bevinden zich eveneens aan het begin zes ingangssensoren 47 en daarbij het einde zes uitgangssensoren 50 die meten 30 hoeveel eieren vanaf eiertransporteur 44 per baan op de doseermat 48 worden afgegeven, respectievelijk hoeveel eieren per baan op de afvoertransporteur 52 worden afgelegd. Bij een verdeelvak kunnen twee of meer afvoerbanen horen. In figuur 3 is er per verdeelvak één afvoerbaan voorzien. Vanaf doseermat 48 11 vervolgen eieren het traject richting afvoertransporteur 52 zoals eerder beschreven onder verwijzing naar figuren 1 en 2.
De onderhavige uitvinding is in de figuren en bovenstaande beschrijving toegelicht aan de hand van slechts één uitvoeringsvoorbeeld volgens de 5 onderhavige uitvinding. Het moge echter duidelijk zijn, dat vele, al dan niet voor de vakman voor de hand liggende, varianten denkbaar zijn binnen de beschermingsomvang van de uitvinding die wordt gedefinieerd door de hiernavolgende conclusies. Zo is het aantal eieren in een rij varieerbaar. In de praktijk zal het aantal eieren in de regel vijf of zes per rij bedragen. Andere aantallen 10 per rij zijn eveneens denkbaar. De onderhavige uitvinding brengt vanwege de relatieve storingsongevoeligheid de mogelijkheid dichterbij zelfs een veelvoud van vijf of zes eieren per rij te gaan verpakken. De in de figuren getoonde transportinrichting heeft twee reeksen ten opzichte van elkaar uitgelijnde geleiders. Het is echter mogelijk dat de geleiders stroomafwaarts convergerend ten opzichte 15 van elkaar of anderszins zijn opgesteld. In de figuren is slechts de uitvoering getekend waarbij per baan een afzonderlijke distributieband is voorzien. Het is echter ook mogelijk een distributieband voor twee of meer afvoerbanen te voorzien, bijvoorbeeld drie distributiebanden en drie verdeelvakken voor steeds twee banen of twee distributiebanden en verdeelvakken voor twee banen gescheiden door een 20 distributieband en een verdeelvak voor één baan bij een verpakkingsinrichting waarin vijf eieren in een rij worden georiënteerd. Bij de beschreven uitvoeringsvorm is gekozen voor een spijlendistributeur als aanvoerband en transportbanden bij de distributeur. Het type transporteur is echter vrij te kiezen.
25

Claims (15)

1. Eiertransportinrichting voor een inpakinrichting voor eieren omvattende een zich in een transportrichting van een aanvoeruiteinde naar een 5 afvoeruiteinde uitstrekkende aanvoermat die in de transportrichting gezien aan weerszijden is begrensd door zich althans in hoofdzaak in de transportrichting uitstrekkende geleiders, welke eiertransportinrichting is ingericht voor het over ten minste twee in een zich haaks op de transportrichting uitstrekkende breedterichting verdeelde afvoerbanen van een afvoertransporteur afgeven van eieren, met het 10 kenmerk, dat de aanvoermat althans over een deel van diens lengte een eierdistributeur met ten minste twee zich parallel aan elkaar uitstrekkende en onafhankelijk van elkaar door aandrijfrichtingen aandrijfbare distributiematten en in het verlengde daarvan gelegen verdeelvakken omvat, en dat verder sensoren zijn voorzien die in gebruik een afgifte van een ei aan een verdeelvak waarnemen.
2. Eiertransportinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de verdeelvakken zijn gelegen tussen de distributiematten en de afvoerbanen.
3. Eiertransportinrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat aan het begin en/of aan het einde van elke afvoerbaan een sensor is voorzien teneinde passage van een ei waar te nemen.
4. Eiertransportinrichting volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat stroomopwaarts van de distributiematten één of meer sensoren zijn voorzien die zijn ingericht teneinde waar te nemen tot op welke afstand voor de verdeelvakken te distribueren eieren op de aanvoermat opeenhopen.
5. Eiertransportinrichting volgens één of meer van de voorgaande 25 conclusies, met het kenmerk, dat de aanvoermat over de breedte is voorzien van scheidingsmidden teneinde een gezamenlijke aanvoerstroom eieren te verdelen in een gewenst aantal zich parallel aan elkaar uitstrekkende deelstromen.
6. Eiertransportinrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de scheidingsmiddelen zich vanaf een overgang tussen de distributiematten en de 30 verdeelvakken tot de corresponderende afvoerbanen uitstrekken.
7. Eiertransportinrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat stroomopwaarts van de distributiematten een althans ten minste in hoofdzaak haaks op de transportrichting van de eiertransportinrichting aandrijfbare dwarse transportband is voorzien tussen de aanvoermat en de distributiematten.
8. Eiertransportinrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat zich tussen twee naburige verdeelvakken een 5 begrenzingsorgaan uitstrekt naar de corresponderende grens tussen twee verdeelvakken van een aansluitende of aan te sluiten afvoertransporteur.
9. Eiertransportinrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het aantal distributiematten correspondeert met het aantal verdeelvakken.
10. Eiertransportinrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de aanvoermat een zich over althans ten minste in hoofdzaak de gehele breedte van de aanvoermat uitstrekkende transportband omvat.
11. Eiertransportinrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de distributiematten elk een transportband 15 omvatten.
12. Eiertransportinrichting volgens één of meer van de conclusies 1 tot en met 11, met het kenmerk, dat de distributiematten zich tot aan een zich voor de verdeelvakken over de breedte van de aanvoermat uitstrekkende overnamestrip uitstrekken.
13. Verpakkingsinrichting voor eieren omvattende een tussen een aanvoertransporteur en een afvoertransporteur aanwezige eiertransportinrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies.
14. Werkwijze voor het verbeteren van de doorvoer van eieren van een verpakkingsinrichting voor eieren omvattende aanvoertransporteur, een 25 eiertransportinrichting en een afvoertransporteur, omvattende de stap van het tussen de aanvoertransporteur en de afvoertransporteur plaatsen van een eiertransportinrichting volgens één of meer van de conclusies 1 tot en met 12.
15. Werkwijze voor het met behulp van een eiertransportinrichting over een gewenst aantal deelstromen verdelen van een gezamenlijke stroom eieren, 30 omvattende de stap van het overbrengen van de eieren van een zich over de breedte van de eiertransportinrichting uitstrekkend eerste deel van een aanvoermat naar een tweede distributeur met ten minste twee zich parallel aan elkaar uitstrekkende en onafhankelijk van elkaar aandrijfbare distributiematten omvattend en in het verlengde van het eerste deel van de aanvoermat gelegen deel van de aanvoermat. 5
NL2006663A 2011-04-26 2011-04-26 Eiertransportinrichting voor een verpakkingsinrichting voor eieren, verpakkingsinrichting voor eieren met een dergelijke eiertransportinrichting, werkwijze voor het verbeteren van de doorvoer van een verpakkingsinrichting voor eieren en werkwijze voor het verdelen van de eieren. NL2006663C2 (nl)

Priority Applications (12)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2006663A NL2006663C2 (nl) 2011-04-26 2011-04-26 Eiertransportinrichting voor een verpakkingsinrichting voor eieren, verpakkingsinrichting voor eieren met een dergelijke eiertransportinrichting, werkwijze voor het verbeteren van de doorvoer van een verpakkingsinrichting voor eieren en werkwijze voor het verdelen van de eieren.
EP20120712388 EP2701998B1 (en) 2011-04-26 2012-03-22 Egg transport device for a packaging device for eggs
KR1020137030725A KR101645073B1 (ko) 2011-04-26 2012-03-22 달걀포장장치를 위한 달걀운반장치
CN201280020816.XA CN103619737B (zh) 2011-04-26 2012-03-22 蛋类包装设备的蛋类输送装置
DK12712388.3T DK2701998T3 (da) 2011-04-26 2012-03-22 Æggetransportanordning til en emballageanordning til æg
RU2013145413/11A RU2595220C2 (ru) 2011-04-26 2012-03-22 Транспортное и упаковочное устройство для яиц
BR112013027527-8A BR112013027527B1 (pt) 2011-04-26 2012-03-22 Dispositivo de transporte de ovos, dispositivo de embalagem para ovos, método para aperfeiçoamento do fluxo de ovos e método para distribuição de um fluxo combinado de ovos.
PCT/NL2012/050176 WO2012148263A1 (en) 2011-04-26 2012-03-22 Egg transport device for a packaging device for eggs
ES12712388.3T ES2539237T3 (es) 2011-04-26 2012-03-22 Dispositivo de transporte de huevos para un dispositivo de empaque de huevos
MYPI2013702024A MY162304A (en) 2011-04-26 2012-03-22 Egg transport device for a packaging device for eggs
JP2014508306A JP5977336B2 (ja) 2011-04-26 2012-03-22 卵包装装置用の卵輸送装置、卵包装装置、卵包装装置への卵の流れを改善する方法、および卵輸送装置を用いて卵の合併された流れを所望の数の下位流に分配する方法
US14/113,834 US8931619B2 (en) 2011-04-26 2012-03-22 Egg transport device for a packaging device for eggs

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2006663 2011-04-26
NL2006663A NL2006663C2 (nl) 2011-04-26 2011-04-26 Eiertransportinrichting voor een verpakkingsinrichting voor eieren, verpakkingsinrichting voor eieren met een dergelijke eiertransportinrichting, werkwijze voor het verbeteren van de doorvoer van een verpakkingsinrichting voor eieren en werkwijze voor het verdelen van de eieren.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2006663C2 true NL2006663C2 (nl) 2012-10-29

Family

ID=45930944

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2006663A NL2006663C2 (nl) 2011-04-26 2011-04-26 Eiertransportinrichting voor een verpakkingsinrichting voor eieren, verpakkingsinrichting voor eieren met een dergelijke eiertransportinrichting, werkwijze voor het verbeteren van de doorvoer van een verpakkingsinrichting voor eieren en werkwijze voor het verdelen van de eieren.

Country Status (12)

Country Link
US (1) US8931619B2 (nl)
EP (1) EP2701998B1 (nl)
JP (1) JP5977336B2 (nl)
KR (1) KR101645073B1 (nl)
CN (1) CN103619737B (nl)
BR (1) BR112013027527B1 (nl)
DK (1) DK2701998T3 (nl)
ES (1) ES2539237T3 (nl)
MY (1) MY162304A (nl)
NL (1) NL2006663C2 (nl)
RU (1) RU2595220C2 (nl)
WO (1) WO2012148263A1 (nl)

Families Citing this family (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN104276380B (zh) * 2014-09-26 2016-04-13 成都三可实业有限公司 一种包装机械的输糖装置
WO2016118967A1 (en) * 2015-01-24 2016-07-28 Ten Media, Llc Dba Ten Ag Tech Co. Method and system for increasing the aggregate production of food packaging operations
KR20160121634A (ko) 2015-04-09 2016-10-20 한남대학교 산학협력단 환부 보호용 방수 장치 및 그 방수 장치의 사용방법
CA177491S (en) * 2017-04-07 2019-01-23 Giordano Poultry Plast Retainer for transport trays of eggs
CN107176473B (zh) * 2017-05-26 2023-05-05 惠州市三协精密有限公司 一种葡萄干上料机构
CN107187654A (zh) * 2017-07-14 2017-09-22 无锡市荣景晨机械有限公司 香肠排序计数装置
CN109592374A (zh) * 2018-12-01 2019-04-09 淄博天型食品机械有限公司 鸡蛋输送装置的导向机构
CN112777031B (zh) * 2021-01-27 2022-06-28 厚德食品股份有限公司 一种大规模鸡蛋收集装箱装置
EP4124593A1 (de) 2021-07-30 2023-02-01 Uhlmann Pac-Systeme GmbH & Co. KG Fördervorrichtung und verfahren zum fördern von schüttgut

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3342012A (en) * 1964-02-12 1967-09-19 Barker Poultry Equipment Compa Egg packer
US4276977A (en) * 1977-05-05 1981-07-07 Moba Holding Barneveld B.V. Distribution and conveyor apparatus for eggs
JPS586816A (ja) * 1981-07-04 1983-01-14 Hiroshi Tomosue 球状物処理機に於ける多列整列供給装置

Family Cites Families (20)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3741368A (en) * 1971-03-11 1973-06-26 Us Industries Inc Egg packing machine
US4042100A (en) * 1976-07-29 1977-08-16 Otto Niederer Sons, Inc. Apparatus for arranging articles
US4086745A (en) * 1977-01-26 1978-05-02 Eggineers, Inc. Case packing apparatus
US4401207A (en) * 1978-12-18 1983-08-30 Garvey Corporation Product accumulator
NL8302210A (nl) * 1983-06-21 1985-01-16 Meyn Pieter Inrichting voor het ontstapelen of stapelen van gevulde eierdraagplaten.
NL8601304A (nl) * 1986-05-22 1987-12-16 Administratie En Automatiserin Eierspreidbaan.
DK155790C (da) * 1987-06-19 1989-10-02 Sanovo Eng As Aegaftagningsapparat
NL1003761C2 (nl) * 1996-08-07 1998-02-12 Food Processing Systems Doseerinrichting voor eieren of dergelijke in hoofdzaak ronde voorwerpen.
JP2003206016A (ja) * 2002-01-16 2003-07-22 Kyowa Machinery Co Ltd 卵整列装置
JP2004284598A (ja) * 2003-03-19 2004-10-14 Naberu:Kk 鶏卵の選別包装装置
US6811017B1 (en) * 2003-04-08 2004-11-02 Embrex, Inc. Egg transfer apparatus with converging-diverging guides that facilitate even distribution of eggs on a moving conveyor
US6776278B1 (en) * 2003-04-08 2004-08-17 Embrex, Inc. Egg transfer apparatus with converging guides that facilitate even distribution of eggs on a moving conveyor
US7322459B2 (en) * 2006-05-01 2008-01-29 Garvey Corporation Differential speed conveyor accumulation system and method
DE202006004894U1 (de) * 2006-03-24 2007-07-26 Big Dutchman International Gmbh Förderbandsteuerung mit Kraftsensor
JP5190186B2 (ja) * 2006-07-11 2013-04-24 株式会社ナベル 農畜産物の分配整列装置
JP5190188B2 (ja) * 2006-07-26 2013-04-24 株式会社ナベル 農畜産物の分配整列装置
WO2009012135A2 (en) * 2007-07-17 2009-01-22 Diamond Automations, Inc. Egg orienting and accumulating system with forward and reverse interconnected conveyors for preventing egg overflow/ride up and prior to exiting in individual rows upon spool bars
US9145220B2 (en) * 2007-09-21 2015-09-29 Nelson Yamasaki Packaging machine for incubator trays
CN201597773U (zh) * 2010-01-22 2010-10-06 浙江大学 一种多功能禽蛋包装设备
RU2012143707A (ru) * 2010-04-15 2014-05-20 Фпс Фуд Проуцессинг Системз Б.В. Устройство для перемещения яиц

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3342012A (en) * 1964-02-12 1967-09-19 Barker Poultry Equipment Compa Egg packer
US4276977A (en) * 1977-05-05 1981-07-07 Moba Holding Barneveld B.V. Distribution and conveyor apparatus for eggs
JPS586816A (ja) * 1981-07-04 1983-01-14 Hiroshi Tomosue 球状物処理機に於ける多列整列供給装置

Also Published As

Publication number Publication date
ES2539237T3 (es) 2015-06-29
RU2595220C2 (ru) 2016-08-20
US8931619B2 (en) 2015-01-13
JP2014516332A (ja) 2014-07-10
MY162304A (en) 2017-05-31
JP5977336B2 (ja) 2016-08-24
BR112013027527B1 (pt) 2020-05-26
KR101645073B1 (ko) 2016-08-02
DK2701998T3 (da) 2015-06-22
US20140054130A1 (en) 2014-02-27
KR20140004222A (ko) 2014-01-10
EP2701998A1 (en) 2014-03-05
WO2012148263A1 (en) 2012-11-01
EP2701998B1 (en) 2015-05-20
CN103619737A (zh) 2014-03-05
CN103619737B (zh) 2015-12-09
RU2013145413A (ru) 2015-06-10

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL2006663C2 (nl) Eiertransportinrichting voor een verpakkingsinrichting voor eieren, verpakkingsinrichting voor eieren met een dergelijke eiertransportinrichting, werkwijze voor het verbeteren van de doorvoer van een verpakkingsinrichting voor eieren en werkwijze voor het verdelen van de eieren.
US8839946B2 (en) Apparatus for conveying eggs
EP2178777A2 (en) Egg orienting and accumulating system with forward and reverse interconnected conveyors for preventing egg overflow/ride up and prior to exiting in individual rows upon spool bars
US9908646B2 (en) Method and apparatus for placing products into containers in a robot line
CA2850642C (en) Method and device for conveying strip- or plate-shaped products
CN101233955A (zh) 卸料斗以及卸载装有杆状产品的托架的方法
US20170320677A1 (en) Method for combining materials to be packaged, and device for conveying materials to be packaged
JP2023503515A (ja) 製品搬送装置及び方法
US20230339701A1 (en) Transport unit for articles
US20160167889A1 (en) Method for detecting the fill level of a transport section
NL1034704C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het staffelsgewijs stapelen van producten.
US20130174519A1 (en) Apparatus and method for manoeuvring products
GB2163717A (en) Conveyor arrangement for rod-like articles
JP5448356B2 (ja) アキュームコンベヤの搬送方法および装置
MXPA01007234A (es) Tabla de acumulacion dinamica de baja presion.
NL2024890B1 (en) System for transporting and delivering piece goods.
CN215885256U (zh) 用于将具有容器的容器集流输送往至少一个通道的设备
CN104768388B (zh) 用于生产条形物体,尤其是口香糖棒的方法和装置
NL1006157C2 (nl) Afneem- en inleginrichting voor hoogkant gepositioneerde platte produkten.
NL2008373A (nl) Werkwijze en systeem voor het besturen van de stroming van een stroom van producten.

Legal Events

Date Code Title Description
SD Assignments of patents

Effective date: 20130808

TD Modifications of names of proprietors of patents

Effective date: 20130808

MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20170501