NL2003893C2

NL2003893C2 - METHOD FOR PLACING LIGHT MASTS ALONG A DRIVING ROAD AND A VEHICLE FOR CARRYING OUT SUCH METHOD.

Info

Publication number: NL2003893C2
Application number: NL2003893A
Authority: NL
Inventors: Krijn Haas
Original assignee: Handelsonderneming K De Haas B V
Priority date: 2009-12-01
Filing date: 2009-12-01
Publication date: 2011-06-06

Description

P89850NL00P89850NL00

Titel: Werkwijze voor het plaatsen van lichtmasten langs een rijbaan en voertuig voor het uitvoeren van een dergelijke werkwijzeTitle: Method for placing light towers along a roadway and vehicle for carrying out such a method

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het plaatsen van lichtmasten en dergelijke langs een rijbaan.The invention relates to a method for placing light towers and the like along a roadway.

Wanneer er werkzaamheden uitgevoerd dienen te worden aan een rijbaan, bijvoorbeeld van een snelweg, dienen daarlangs lichtmasten te 5 worden geplaatst alvorens de werkzaamheden te beginnen. Dit is benodigd omdat wegwerkzaamheden vaak slechts ’s nachts mogen worden uitgevoerd om het afsluiten van rijbanen te beperken en tevens het hinderen van verkeer langs de wegwerkzaamheden te minimaliseren. Op dit moment is het verschaffen van het benodigde aantal lichtmasten langs het bepaalde 10 traject van de rijbaan een ingewikkeld proces aangezien er met veel factoren rekening dient te worden gehouden. De bekende werkwijze voor het plaatsen van lichtmasten langs een rijbaan omvat meerdere stappen. Ten eerste dient de vluchtstrook langs de rijbaan afgezet te worden. Hiervoor worden door een wegwerker kegels langs de scheidingslijn tussen de rijbaan 15 en de daaraan gelegen vluchtstrook geplaatst. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een voertuig waarbij de wegwerker ofwel zich op het voertuig bevindt en vanaf het voertuig kegels op de scheidingslijn plaatst ofwel naast het voertuig loopt en dan de kegels van het voortuig op de scheidingslijn plaatst. Deze kegels worden na het plaatsen van de lichtmasten ook weer 20 verwijderd op vergelijkbare wijze. Tevens wordt de vluchtstrook voorzien van een stationaire afzetting voorzien van een lichtsysteem voor het waarschuwen van verkeer op de rijbaan. Wanneer de vluchtstrook te smal is om genoeg veilige ruimte tussen het voertuig en de scheidingslijn van de vluchtstrook met de rijbaan te verschaffen zal de rijbaan in verband met 25 veiligheidseisen ook afgezet dienen te worden, hetgeen kostentechnisch ongewenst is.When work is to be carried out on a roadway, for example on a highway, light towers must be placed along it before starting the work. This is necessary because roadworks can often only be carried out at night in order to limit the closure of roadways and also to minimize the hindrance of traffic along the roadworks. At present, providing the required number of light towers along the determined route of the carriageway is a complicated process since many factors have to be taken into account. The known method for placing light towers along a roadway comprises several steps. Firstly, the emergency lane must be deposited along the roadway. For this purpose, a road worker places cones along the dividing line between the roadway 15 and the escape lane located thereon. Use is made for this of a vehicle in which the road worker is either on the vehicle and places cones on the dividing line from the vehicle or runs next to the vehicle and then places the cones of the vehicle on the dividing line. These cones are also removed again in a similar manner after placing the light towers. The emergency lane is also provided with a stationary barrier provided with a light system for warning traffic on the roadway. If the escape lane is too narrow to provide enough safe space between the vehicle and the separation line of the escape lane with the roadway, the roadway will also have to be fenced off because of safety requirements, which is undesirable from a technical point of view.

22

Vervolgens worden handmatig gaten gegraven door de wegwerker aan een van de rijbaan afgelegen zijde van de vluchtstrook. Tenslotte worden de lichtmasten aangevoerd met behulp van een voertuig en één voor één bij elk gegraven gat van het voertuig afgehaald teneinde elk gat te 5 voorzien van lichtmast. Wanneer de lichtmasten zijn geplaatst kan pas worden begonnen aan de eigenlijke wegwerkzaamheden. Door de hoeveelheid uit te voeren handelingen brengt het voorbereiden van de wegwerkzaamheden relatief veel kosten met zich mee en het vertraagt tevens het moment waarop de eigenlijke wegwerkzaamheden kunnen 10 worden begonnen. Verder zijn de vluchtstroken in Nederland relatief smal waardoor de wegwerker en het verkeer op de rijbaan ter plaatse van de wegafzetting door de verschillende handelingen die uitgevoerd dienen te worden meerdere malen aan een verhoogd veiligheidsrisico blootgesteld.Holes are then dug manually by the road worker on a side of the lane remote from the roadway. Finally, the light towers are supplied with the aid of a vehicle and are collected one by one from each dug hole in the vehicle in order to provide each hole with a light tower. Once the lighting columns have been placed, the actual road works can only be started. Due to the amount of actions to be carried out, preparing the roadworks entails a relatively large amount of costs and it also delays the moment at which the actual roadworks can be started. Furthermore, the escape lanes in the Netherlands are relatively narrow, as a result of which the road worker and the traffic on the roadway at the location of the road barrier are exposed to an increased safety risk several times due to the various actions that must be carried out.

De uitvinding beoogt derhalve een werkwijze voor het plaatsen van 15 lichtmasten langs een rijbaan te verschaffen die op een efficiënte manier kan plaatsvinden. Meer in het bijzonder beoogt de uitvinding een werkwijze te verschaffen, waarbij het verkeer op de rijbaan zo min mogelijk hinder ondervindt van het plaatsen en verwijderen van zowel afzettingen als van de lichtmasten en tegelijkertijd de veiligheid van de weggebruiker alsmede 20 van de wegwerker zo veel mogelijk wordt gewaarborgd.The invention therefore has for its object to provide a method for placing light towers along a roadway that can take place in an efficient manner. More in particular, it is an object of the invention to provide a method in which traffic on the roadway is hindered as little as possible from the placement and removal of both deposits and light poles and at the same time the safety of the road user and the road worker as much as possible. is guaranteed.

Hiertoe verschaft de uitvinding een werkwijze voor het plaatsen van lichtmasten en dergelijke producten langs een rijbaan, waarbij de werkwijze de stappen omvat van: 25 - het verplaatsen van een voertuig over een strook, zoals een vluchtstrook, langs een rijbaan, waarbij het voertuig een breedte heeft van maximaal 2,00 meter, meer in het bijzonder van maximaal 1,80 meter, bij voorkeur van maximaal 1,77 meter, - het stoppen van het voertuig op vooraf bepaalde plaatsinglocaties langs 30 de rijbaan, 3 het met behulp van een op het voertuig voorziene graafinrichting graven van een gat op de ten minste ene plaatsinglocatie, bij voorkeur aan een van het voertuig afgelegen zijde van een vangrail langs de rijbaan, het met behulp van een op het voertuig voorziene grijpinrichting 5 plaatsen van een lichtmast in het ten minste ene gegraven gat, waarbij de ten minste ene lichtmast bij voorkeur aanwezig is op het voertuig en door de grijpinrichting van het voertuig wordt genomen.To this end, the invention provides a method for placing light towers and similar products along a carriageway, the method comprising the steps of: - moving a vehicle over a strip, such as an emergency lane, along a carriageway, the vehicle having a width has a maximum of 2.00 meters, more in particular of a maximum of 1.80 meters, preferably of a maximum of 1.77 meters, - stopping the vehicle at predetermined locations along the roadway, 3 using a digging a hole provided on the vehicle at the at least one placement location, preferably on a side remote from the vehicle of a guardrail along the roadway, placing a light tower in the at least at least one mounting pole provided on the vehicle a dug hole, the at least one light pole preferably being present on the vehicle and being taken through the vehicle's gripping device.

Met een dergelijke werkwijze kunnen lichtmasten op een veilige 10 wijze langs de vluchtstrook van de rijbaan worden geplaatst aangezien.With such a method, light towers can be placed in a safe manner along the escape lane of the roadway.

Doordat het voertuig een relatief geringe breedte heeft is het mogelijk om de werkwijze ook op smalle vluchtstroken uit te voeren, zonder dat daarbij ook nog een deel van de naast de vluchtstrook gelegen rijbaan afgezet dient te worden. Doordat de voor het graven en plaatsen van de lichtmasten gebruik 15 wordt gemaakt van een op het voortuig voorzien graafinrichting en grijpinrichting kan het graven van het gat en het plaatsen van de lichtmast in een relatief korte tijd worden bewerkstelligd. Hierdoor is het mogelijk om te werken met een rijdende afzetting waarbij het plaatsen van kegels om het traject waarlangs de lichtmasten geplaatst dienen te worden overbodig is.Because the vehicle has a relatively small width, it is possible to carry out the method also on narrow escape lanes, without a part of the roadway located next to the escape lane also having to be deposited. Because use is made of a digging and gripping device provided on the vehicle for digging and placing the light towers, digging the hole and placing the light towers can be effected in a relatively short time. This makes it possible to work with a moving barrier, whereby placing cones around the path along which the light towers must be placed is superfluous.

20 Ook dit brengt een tijdswinst met zich mee, hetgeen uit het oogpunt van de kosten gunstig is. Opgemerkt zij dat de werkwijze ook gebruikt kan worden voor het plaatsen van andere producten, zoals bijvoorbeeld verkeersborden.This also entails a gain in time, which is favorable from the point of view of costs. It is to be noted that the method can also be used for placing other products, such as, for example, traffic signs.

Om het voertuig met een dergelijk relatief geringe breedte stabiel af te steunen bij het plaatsen van de ten minste ene lichtmast is het 25 bijzonder gunstig, volgens een verdere uitwerking van de uitvinding, wanneer het voertuig, naast de gebruikelijke stempels, ten minste aan een van de rijbaan afgelegen zijde wordt afgesteund, bij voorkeur met behulp van een additionele afsteunvoorziening voorzien op het voertuig. Bij het plaatsen van de lichtmasten in de buitenberm wordt met behulp van de 30 afsteunvoorziening aan de bijrijderszijde van het voertuig afgesteund.In order to stably support the vehicle with such a relatively small width when placing the at least one light pole, it is particularly advantageous, according to a further elaboration of the invention, if the vehicle, at least one of the usual outriggers, has at least one of the road side remote is supported, preferably with the aid of an additional support provision provided on the vehicle. When placing the light towers in the outer reservation, support is provided with the aid of the support device on the passenger's side of the vehicle.

44

Volgens een verdere uitwerking van de uitvinding wordt de afsteunvoorziening geroteerd ten opzichte van het voertuig naar een van de rijbaan afgelegen zijde. Met andere woorden wordt de afsteunvoorziening geroteerd ten opzichte van het voertuig naar een gelijke zijde als waar het 5 gat voor de te plaatsen lichtmast zich bevindt. Afhankelijk van de uitvoering van de additionele afsteunvoorziening kan deze tevens ten opzichte van het voertuig worden verschoven. Bij voorkeur wordt het aan de afsteunvoorziening voorzien afsteunelement op een afstand van het voertuig op de grond geplaatst. Een dergelijke uitvoering van de afsteunvoorziening 10 maakt het mogelijk dat het voertuig zowel aan de bestuurderszijde als ook aan de bijrijderszijde kan worden afgesteund. Hierdoor kunnen lichtmasten volgens de werkwijze van de uitvinding in een middenberm worden geplaatst of in een berm aan een buitenste zijde van een weg. Door het afsteunelement op een afstand van het voertuig op de aanwezige ondergrond 15 te plaatsen kan het voertuig relatief dicht tegen een vangrail aan worden stil gezet. De afsteunvoorziening kan zich dan over de vangrail uitstrekken en kan het voertuig afsteunen op de grond aan de van het voertuig afgelegen zijde van de vangrail.According to a further elaboration of the invention, the support provision is rotated relative to the vehicle to a side remote from the roadway. In other words, the support provision is rotated relative to the vehicle to an equal side where the hole for the light pole to be placed is located. Depending on the version of the additional support device, it can also be shifted relative to the vehicle. The supporting element provided on the support device is preferably placed on the ground at a distance from the vehicle. Such an embodiment of the support device 10 makes it possible for the vehicle to be supported on both the driver's side and the co-driver's side. As a result, light towers according to the method of the invention can be placed in a central reservation or in a roadside on an outer side of a road. By placing the support element on the existing surface 15 at a distance from the vehicle, the vehicle can be stopped relatively close to a guard rail. The support device can then extend over the guard rail and can support the vehicle on the ground on the side of the guard rail remote from the vehicle.

Teneinde het plaatsen van lichtmasten langs een rijbaan in zo min 20 mogelijk tijd en met zo min mogelijk handelingen te laten plaatsvinden is het gunstig in dien volgens een nadere uitwerking van de uitvinding, tijdens het verplaatsen van het voertuig een kabel wordt uitgerold die zich langs de plaatsinglocaties uitstrekt, teneinde de lichtmasten elektrisch met elkaar te verbinden, waarbij een kabelopnemende haspeldoorn bij voorkeur op het 25 voertuig is voorzien.In order to place light towers along a roadway in as little time as possible and with as few operations as possible, it is advantageous if, according to a further elaboration of the invention, a cable is rolled out along the vehicle during the movement of the vehicle. extends placement locations in order to electrically connect the light towers, wherein a cable receiving reel is preferably provided on the vehicle.

Om de tijd voor het plaatsen van de lichtmasten nog verder te verkorten en de efficiency van de verschillende werkwijze stappen te vergroten kan, volgens een verder aspect van de uitvinding, het graven van het ten minste ene gat en het plaatsen van de ten minste ene lichtmast bij 30 voorkeur met een op het voertuig bevestigde kraaninrichting plaatsvinden, 5 waarbij de kraaninrichting bij voorkeur zowel de graafinrichting als ook de grijpinrichting omvat. De kraaninrichting kan daarvoor zijn voorzien van een snelkoppeling, waardoor deze als graafinrichting dient wanneer er een boor aangekoppeld wordt. Verder kan de kraaninrichting als kleminrichting 5 dienen wanneer er een klem aangekoppeld wordt.In order to further shorten the time for placing the light towers and to increase the efficiency of the different method steps, according to a further aspect of the invention, digging the at least one hole and placing the at least one light towers preferably with a crane device mounted on the vehicle, wherein the crane device preferably comprises both the excavating device and also the gripping device. The crane device can for this purpose be provided with a quick coupling, whereby it serves as an excavating device when a drill is coupled. Furthermore, the crane device can serve as a clamping device 5 when a clamp is coupled.

Volgens een verdere uitwerking van de uitvinding wordt de vluchtstrook waar het voertuig zich op bevindt afgezet met behulp van een rijdende afzetting tijdens de stappen van de werkwijze voor het plaatsen van de lichtmasten. Het voertuig vormt bij voorkeur tevens de rijdende 10 afzetting. Hiervoor kan het voertuig nabij een achterste einde daarvan zijn voorzien van een actieframe. Dit actieframe kan bijvoorbeeld een bord en alternerende verlichting omvatten. Hierdoor wordt ook op locaties waar geen matrixborden boven de weg aanwezig zijn voorkomen dat mobiele rijstrook signalering is benodigd. Mobiele rijstrook signalering is nodig op 15 locaties waar geen matrixborden boven de weg aanwezig zijn én tegelijkertijd de rijstrook naast de vluchtstrook uit het verkeer wordt gehaald omdat de vluchtstrook te smal is. De werkwijze volgens de uitvinding bewerkstelligt dat het gebruik van mobiele rijstrook signalering vaker achterwege kan worden gelaten dan bij de bekende werkwijze voor 20 het plaatsen van lichtmasten. Ook dit is gunstig uit het oogpunt van kosten en tijd. Door het voertuig tijdens de plaatsingswerkzaamheden tevens te configureren als rijdende afzetting is het niet nodig om de rijbaan af te zetten alvorens met de plaatsingswerkzaamheden te beginnen. Hierdoor kan gelijk met de plaatsingswerkzaamheden worden begonnen aangezien de 25 weg niet apart hoeft te worden afgezet. Verder wordt hierdoor voorkomen dat wegwerkers dicht bij het op de rijbaan rijdende verkeer komen, hetgeen uit veiligheidsoogpunt voor zowel de wegwerker als het rijdende verkeer bijzonder gunstig is.According to a further elaboration of the invention, the escape lane on which the vehicle is located is deposited with the aid of a moving deposit during the steps of the method for placing the light towers. The vehicle preferably also forms the traveling deposit. For this purpose the vehicle can be provided with an action frame near a rear end thereof. This action frame can for instance comprise a board and alternating lighting. This also prevents mobile lane signaling being required at locations where there are no matrix signs above the road. Mobile lane signaling is required at 15 locations where no matrix signs are present above the road and at the same time the lane next to the emergency lane is taken out of traffic because the emergency lane is too narrow. The method according to the invention ensures that the use of mobile lane signaling can be omitted more often than in the known method for placing light towers. This is also favorable from the point of view of costs and time. By also configuring the vehicle as a moving barrier during the installation work, it is not necessary to close the road before starting the installation work. As a result, the installation work can be started immediately since the road does not have to be marked separately. Furthermore, this prevents road workers from coming close to the traffic driving on the road, which is particularly advantageous for both the road worker and the traveling traffic from a safety point of view.

In een verdere uitwerking van de werkwijze volgens de uitvinding 30 worden de stappen van de werkwijze door eenzelfde voertuig uitgevoerd.In a further elaboration of the method according to the invention, the steps of the method are carried out by the same vehicle.

66

Het voertuig verplaatst zich in dit geval over de vluchtstrook. De wegwerker stapt aan het begin van het plaatsingstraject uit, bij voorkeur via de bijrijderszijde van het voertuig, en bedient achtereenvolgens de graaf- en kleminrichting zodat op elke plek een gat wordt gegraven of geboord en 5 vervolgens een lichtmast in het gat wordt geplaatst. De graaf- en kleminrichting kan bijvoorbeeld met behulp van een éénbands draadloze afstandsbediening worden bediend. Verder kan tegelijkertijd een kabel worden uitgerold die gebruikt wordt om elke geplaatste lichtmast van elektriciteit te voorzien. Wanneer de lichtmast is geplaatst rijdt het voertuig 10 verder en stopt bij een volgende plaatsingslocatie en voert dezelfde handelingen uit als bij de eerdere geplaatste lichtmast. Het is ook mogelijk dat het voertuig eerst alle gaten boort langs het plaatsingstraject en vervolgens nogmaals hetzelfde traject aflegt waarbij de lichtmasten worden geplaatst.In this case the vehicle moves over the emergency lane. The road worker gets out at the start of the placement route, preferably via the co-driver's side of the vehicle, and successively operates the digging and clamping device so that a hole is dug or drilled at each location and a light pole is then placed in the hole. The excavating and clamping device can for example be operated with the aid of a single-band wireless remote control. Furthermore, a cable can be rolled out at the same time, which is used to supply electricity to every light column installed. When the light tower is placed, the vehicle 10 continues to drive and stops at a next placement location and performs the same actions as with the previously placed light tower. It is also possible that the vehicle first drills all the holes along the placement route and then again travels the same route in which the light towers are placed.

15 In een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding kunnen de stappen van de werkwijze ook door een aantal gelijke voertuigen worden uitgevoerd, waarbij de voertuigen zich achter elkaar over de vluchtstrook verplaatsen, waarbij het voorste voertuig wordt gebruikt voor de graafwerkzaamheden, het volgende voertuig wordt gebruikt voor het 20 plaatsen van de lichtmasten, het daarna volgende voertuig wordt gebruikt voor het uitrollen van de kabel. Het achterste voertuig fungeert dan tevens als rijdende afzetting.In another embodiment of the invention, the steps of the method can also be carried out by a number of identical vehicles, the vehicles moving successively over the emergency lane, the front vehicle being used for excavation work, the following vehicle being used for placing the light towers, the subsequent vehicle is used to unroll the cable. The rear vehicle then also acts as a moving barrier.

De uitvinding heeft verder betrekking op een voertuig voor het 25 uitvoeren van werkzaamheden bijvoorbeeld langs een rijbaan, bijvoorbeeld voor het uitvoeren van een hierboven beschreven werkwijze, waarbij het voertuig een breedte heeft van maximaal meter, meer in het bijzonder van maximaal meter, bij voorkeur van maximaal meter, waarbij het voertuig is voorzien van een actieframe, dat zich bij voorkeur van een van het voorste 7 deel afgelegen einde van het voertuig uitstrekt, teneinde het voertuig als rijdende afzetting te gebruiken.The invention further relates to a vehicle for carrying out work, for example along a roadway, for instance for carrying out a method described above, wherein the vehicle has a width of at most meters, more in particular of at most meters, preferably of maximum meter, wherein the vehicle is provided with an action frame, which preferably extends from an end of the vehicle remote from the front part 7, in order to use the vehicle as a moving deposit.

Tevens heeft de uitvinding betrekking op een voertuigvoor het 5 plaatsen van lichtmasten, bij voorkeur met een hierboven beschreven werkwijze, waarbij het voertuig omvat: - een graafinrichting voor het graven van een gat voor een lichtmast, - een grijpinrichting voor het plaatsen van de lichtmast in het gegraven gat, 10 - een opneemvoorziening voor het opnemen van een aantal te plaatsen lichtmasten, waarbij de graafinrichting, de grijpinrichting en de opneemvoorziening bij voorkeur op een voorste deel van het voertuig zijn voorzien, waarbij het voertuig een breedte heeft van maximaal 2,00 meter, meer in het bijzonder van maximaal 1,80 meter, bij voorkeur van 15 maximaal 1,77 meter.The invention also relates to a vehicle for placing light towers, preferably with a method described above, wherein the vehicle comprises: - an excavating device for digging a hole for a light tower, - a gripping device for placing the light tower in the dug hole, a receiving device for receiving a number of light to be placed, the excavating device, the gripping device and the receiving device preferably being provided on a front part of the vehicle, the vehicle having a width of at most 2.00 meters, more in particular of a maximum of 1.80 meters, preferably of a maximum of 1.77 meters.

Dergelijke voertuigen bieden gelijke voordelen en effecten als die zijn beschreven bij de werkwijze voor het plaatsen van lichtmasten.Such vehicles offer the same advantages and effects as those described in the method for placing light poles.

20 Nadere uitwerkingen van de uitvinding zijn beschreven in de volgconclusies en zullen hierna, onder verwijzing naar de tekeningen verder worden verduidelijkt.Further elaborations of the invention are described in the subclaims and will be further clarified below with reference to the drawings.

Figuur 1 toont een schematisch bovenaanzicht van een voertuig 25 volgens de uitvinding op een weggedeelte tijdens het plaatsen van lichtmasten;Figure 1 shows a schematic top view of a vehicle according to the invention on a road section during the placement of light towers;

Figuur 2 toont een verder schematisch bovenaanzicht van het voertuig uit Figuur 1; en 8Figure 2 shows a further schematic top view of the vehicle from Figure 1; and 8

Figuur 3 toont een schematisch zijaanzicht van het voertuig voor het plaatsen van lichtmasten volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding.Figure 3 shows a schematic side view of the vehicle for placing light towers according to an embodiment of the invention.

5 In de verschillende figuren verwijzen gelijke verwijzingsnummers naar gelijke onderdelen.In the various figures, the same reference numbers refer to the same parts.

In Figuur 1 is een bovenaanzicht getoond van een gedeelte van een weg W voorzien van ten minste twee rijbanen Bi, B2 in gelijke richting Ri.Figure 1 shows a top view of a part of a road W provided with at least two carriageways Bi, B2 in the same direction Ri.

10 Deze weg W kan bijvoorbeeld een snelweg zijn. Naast een buitenste rijbaan B2 is een vluchtstrook 20 voorzien en aan een van de rijbaan B2 afgelegen zijde van de vluchtstrook 20 is een bermstrook 21 voorzien. Omdat aan ten minste de buitenste rijbaan B2 wegwerkzaamheden uitgevoerd dienen te worden en deze slechts op vastgestelde tijden kunnen plaatsvinden, 15 voornamelijk ’s nachts, dienen lichtmasten 10 langs het traject A van de geplande wegwerkzaamheden te worden geplaatst. Om de lichtmasten 10 te plaatsen wordt een voertuig 1 volgens een uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding gebruikt. Het voertuig 1 is zodanig ingericht dat de plaatsingswerkzaamheden van de lichtmasten 10 in een zo kort mogelijke 20 tijd kunnen plaatsvinden en zo min mogelijk hinder opleveren voor zowel het passerende verkeer V als ook voor de wegwerkers 30 die betrokken zijn bij de plaatsingswerkzaamheden. Tevens dient het plaatsen van de lichtmasten 10 zo veilig mogelijk voor de wegwerkers 30 en voor het langsrijdende verkeer V te gebeuren.This road W can, for example, be a highway. In addition to an outer carriageway B2, an emergency lane 20 is provided, and on a side of the emergency lane 20 remote from the carriageway B2, a roadside lane 21 is provided. Because roadworks must be carried out on at least the outer roadway B2 and these can only take place at set times, mainly at night, light poles 10 must be placed along the route A of the planned roadworks. To place the light towers 10, a vehicle 1 according to an exemplary embodiment of the invention is used. The vehicle 1 is arranged such that the placement work of the light towers 10 can take place in the shortest possible time and cause as little inconvenience as possible for passing traffic V as well as for the road workers 30 involved in the placement work. The positioning of the light towers 10 must also take place as safely as possible for the road workers 30 and for the passing traffic V.

25 Het voertuig 1 is een relatief smal voertuig met een breedte van ongeveer 1,77 meter. Bij voorkeur is de breedte b van het voertuig 1 in dat geval kleiner dan 0,65 maal de breedte a van de vluchtstrook 20. Bij is vluchtstrook 20 met een breedte a van 3,50 meter is de breedte b van het voertuig 1 bij voorkeur kleiner dan 0,5 maal de breedte a van de 30 vluchtstrook 20. Bij een vluchtstrook 20 met een breedte a van 4,10 meter 9 heeft het voertuig 1 bij voorkeur een breedte b van maximaal 0,45 maal de breedte a van de vluchtstrook 20.The vehicle 1 is a relatively narrow vehicle with a width of approximately 1.77 meters. In that case, the width b of the vehicle 1 is preferably smaller than 0.65 times the width a of the emergency lane 20. In the case of emergency lane 20 with a width a of 3.50 meters, the width b of the vehicle 1 is preferably smaller than 0.5 times the width a of the emergency lane 20. For a emergency lane 20 with a width a of 4.10 meters 9, the vehicle 1 preferably has a width b of at most 0.45 times the width a of the emergency lane 20.

Volgens de bekende werkwijze waarbij een bekend voertuig een breedteafmeting heeft van 2,40 meter is een vluchtstrookbreedte a van 5 minimaal 4,10 meter benodigd voor het plaatsen van de lichtmasten 10. Naast het voertuig dient namelijk een werkruimte 25 van 0,60 meter breed te zijn voorzien, evenals een veilige ruimte 22 van 0,60 meter breed en een afzetting 23 van 0,50 meter breed.According to the known method wherein a known vehicle has a width dimension of 2.40 meters, an emergency lane width α of at least 4.10 meters is required for placing the light towers 10. Namely, next to the vehicle, a working space 25 of 0.60 meters wide serves. be provided, as well as a safe space 22 of 0.60 meters wide and a deposit 23 of 0.50 meters wide.

Met de werkwijze volgens de uitvinding is slechts een 10 vluchtstrookbreedte a van 2,97 meter benodigd wanneer aan de bestuurderszijde 2 uit het voertuig 1 wordt gestapt. Immers, het voertuig 1 heeft een breedte b van ongeveer 1,77 meter. De benodigde werkruimte 25 is 0,60 meter breed en de benodigde veilige ruimte 22 is ook 0,60 meter breed. Doordat het voertuig 1 als rijdende afzetting fungeert, is er geen ruimte 15 nodig voor een afzetting tussen de rijstrook B2 en de vluchtstrook.20.With the method according to the invention, only an emergency lane width a of 2.97 meters is required when stepping out of the vehicle 1 on the driver's side 2. After all, the vehicle 1 has a width b of approximately 1.77 meters. The required working space 25 is 0.60 meters wide and the required safe space 22 is also 0.60 meters wide. Because the vehicle 1 acts as a moving barrier, no space 15 is required for a barrier between the lane B2 and the emergency lane.20.

Wanneer de wegwerker 30 aan de bijrijderszijde 3 uit het voertuig 1 stapt, is het zelfs mogelijk om het lichtmasten 10 te plaatsen langs een weg W, waarbij de vluchtstrook 20 maximaal 2,37 meter is. Het voertuig 1 is zodanig ingericht dat het niet noodzakelijk is om aan de bestuurderszijde 2 20 een werkruimte 25 voor het uitstappen van de wegwerkers 30 te verschaffen. Bij een vluchtstrook 20 met een breedte a van maximaal 2,37 meter is de breedte d van de veilige ruimte 22 waarop niet gewerkt mag worden 0,60 meter. Natuurlijk kan het voertuig 1 volgens de uitvinding ook op bredere vluchtstroken 20, op binnenste rijbanen Bi en op andere rijbanen 25 B worden gebruikt. Het is ook mogelijk dat er additioneel een veilige uitstapruimte 25 met een breedte e van 0,60 meter nodig is.When the road worker 30 steps out of the vehicle 1 on the co-driver's side 3, it is even possible to place the light towers 10 along a road W, the escape lane 20 being a maximum of 2.37 meters. The vehicle 1 is arranged such that it is not necessary to provide a working space 25 on the driver's side 2 for getting out of the road workers 30. With an emergency lane 20 with a width a of 2.37 meters at most, the width d of the safe area 22 on which work is not allowed is 0.60 meters. Of course, the vehicle 1 according to the invention can also be used on wider escape lanes 20, on inner carriageways Bi and on other carriageways 25B. It is also possible that a safe exit space 25 with a width e of 0.60 meters is additionally required.

Met het voertuig 1 volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding, waarbij het voertuig 1 bij voorkeur maximaal 1,77 meter breed is kunnen ook andere werkzaamheden langs een rijbaan B worden uitgevoerd. Een 30 dergelijk smal voertuig 1 dient dan wel te zijn voorzien van een actieframe 10 16 waardoor het voertuig 1 tijdens het uitvoeren van de werkzaamheden gelijk als rijdende afzetting kan fungeren. Het voertuig 1 kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor het wassen van borden langs de rijbaan B, bijvoorbeeld het wassen van hectometerbordjes of kilometerbordjes. Ook 5 kunnen andersoortige werkzaamheden met behulp van het voertuig 1 volgens de uitvinding worden uitgevoerd. Hiervoor kan het voertuig 1 zijn voorzien van voor de beoogde werkzaamheden geschikte middelen.With the vehicle 1 according to an embodiment of the invention, wherein the vehicle 1 is preferably a maximum of 1.77 meters wide, other activities along a roadway B can also be performed. Such a narrow vehicle 1 must then be provided with an action frame 16, as a result of which the vehicle 1 can function as a moving deposit during the execution of the work. The vehicle 1 can be used, for example, for washing signs along the roadway B, for example washing kilometer markers or kilometer signs. Other types of work can also be carried out with the aid of the vehicle 1 according to the invention. For this, the vehicle 1 can be provided with means suitable for the intended work.

Het in de Figuren getoonde voertuig 1 is bij voorkeur ingericht voor 10 het plaatsen van lichtmasten 10. Dit kunnen tijdelijke lichtmasten 10 zijn, die na verloop van tijd weer verwijderd worden of permanente lichtmasten 10. Het voertuig 1 omvat een voorste deel la en een daarachter voorzien achterste deel lb, bijvoorbeeld een aanhangwagen (zie ook Figuren 2 en 3). Om de lichtmasten 10 te kunnen opnemen kan de aanhangwagen lb 15 bijvoorbeeld een lengte hebben van ongeveer 12 meter. Bij voorkeur is het achterste deel lb van het voertuig 1 niet breder dan het voorste deel la van het voertuig 1, bijvoorbeeld ook maximaal 1,77 meter. Op het voorste deel la is een kraaninrichting 6 voorzien. De kraaninrichting 6 omvat een graafinrichting 4 voor het graven van een gat 12 voor een lichtmast 10. De 20 graafinrichting 4 kan daarvoor een boor 4a (zie Figuur 3) omvatten voor het boren van het gat 12. Verder omvat de kraaninrichting 6 een grijpin rich ting 5 voor het oppakken van een lichtmast 10 van de aanhangwagen lb en voor het verplaatsen van de lichtmast 10 in de richting van het gegraven gat 12. De grijpinrichting 5 kan hiervoor van een klem 5a, bijvoorbeeld een 25 hydraulische klem, zijn voorzien. In het getoonde uitvoeringsvoorbeeld van het voertuig 1 volgens de uitvinding zijn de grijpinrichting 5 en de graafinrichting 4 geïntegreerd in de kraaninrichting 6. De kraaninrichting 6 omvat hiervoor een snelkoppeling 6a waarmee de boor 4a gemakkelijk kan worden verwisseld voor de klem 5a. De arm 6b van de kraaninrichting 6 kan 30 uitschuifbaar zijn voorzien, bijvoorbeeld met behulp van een hydraulisch 11 systeem, zodat de lichtmast 10 naar een bepaalde afstand f van het voertuig 1 kan worden verplaatst. Verder kan de kraaninrichting 6 roteerbaar in een rotatierichting R2 op het voertuig 1 zijn voorzien (zie ook Figuur 2). Dit maakt het multifunctionele karakter van de kraaninrichting 6 volgens de 5 uitvinding mogelijk. Het voertuig 1 kan hierdoor ook gemakkelijk op een binnenste rijbaan Bi worden gebruikt voor bijvoorbeeld het plaatsen van lichtmasten 10 op de middenberm (niet getoond) van de weg W.The vehicle 1 shown in the Figures is preferably adapted to place light towers 10. These can be temporary light towers 10 which are removed again after some time or permanent light towers 10. The vehicle 1 comprises a front part la and a rear one provided with rear part lb, for example a trailer (see also Figures 2 and 3). In order to be able to receive the light towers 10, the trailer lb 15 can for instance have a length of approximately 12 meters. The rear part 1b of the vehicle 1 is preferably no wider than the front part 1a of the vehicle 1, for example also a maximum of 1.77 meters. A crane device 6 is provided on the front part 1a. The crane device 6 comprises an excavating device 4 for digging a hole 12 for a light pole 10. The excavating device 4 can for this purpose comprise a drill 4a (see Figure 3) for drilling the hole 12. Furthermore, the crane device 6 comprises a gripping pin rich 5 for picking up a light pole 10 from the trailer 1b and for moving the light pole 10 in the direction of the dug hole 12. The gripping device 5 can be provided for this purpose with a clamp 5a, for example a hydraulic clamp. In the exemplary embodiment of the vehicle 1 according to the invention shown, the gripping device 5 and the excavating device 4 are integrated in the crane device 6. For this purpose, the crane device 6 comprises a quick coupling 6a with which the drill 4a can be easily exchanged for the clamp 5a. The arm 6b of the crane device 6 can be provided with a slidable extension, for example with the aid of a hydraulic 11 system, so that the light pole 10 can be moved to a certain distance f from the vehicle 1. Furthermore, the crane device 6 can be rotatably provided on the vehicle 1 in a direction of rotation R2 (see also Figure 2). This makes the multifunctional nature of the crane device 6 according to the invention possible. The vehicle 1 can hereby also easily be used on an inner roadway Bi for, for example, placing light towers 10 on the central reservation (not shown) of the road W.

Teneinde het voertuig 1 stabiel af te steunen zodat het relatief smalle voertuig 1 niet kantelt bij het uitschuiven van de kraaninrichting 6 10 is het voertuig 1 voorzien van een aantal stempels 7 en van een additionele afsteunvoorziening 8. De stempels 7, bij voorkeur self-levelend, zijn nabij de hoekpunten lc van het voorste deel la van het voertuig 1 voorzien en worden neergelaten wanneer het voertuig 1 zich nabij een plaatsingslocatie langs het plaatsingstraject A bevindt. De additionele afsteunvoorziening 8 is 15 voorzien van een roteerbare steunarm 9a die roteerbaar is rond een bevestigingspunt 8a op het voorste deel la van het voertuig in een rotatierichting R3 (zie ook Figuur 2). Aan de roteerbare steunarm 9a is een afsteunelement, in dit voorbeeld een steunvoet 9b voorzien die zowel aan de bestuurderskant 2 als aan de bijrijderskant 3 van het voertuig op de grond 20 kan worden geplaatst. De steunarm 9a heeft een zodanige lengte dat de steunvoet 9b op een afstand van het voertuig 1 bijvoorbeeld voorbij de vangrail 24 in de bermstrook 21 kan worden geplaatst. Met behulp van de additionele afsteunvoorziening 8 wordt in een stabiele ondergrond voorzien voor de verplaatsbare kraaninrichting 6, ook wanneer de arm van de 25 kraaninrichting 6 in de meeste uitgeschoven positie is voorzien en een lichtmast 10 draagt.In order to stably support the vehicle 1 so that the relatively narrow vehicle 1 does not tilt when the crane device 6 is extended, the vehicle 1 is provided with a number of stamps 7 and with an additional support provision 8. The stamps 7, preferably self-leveling are provided near the corner points 1c of the front part 1a of the vehicle 1 and are lowered when the vehicle 1 is located near a placement location along the placement path A. The additional support device 8 is provided with a rotatable support arm 9a which is rotatable about a mounting point 8a on the front part 1a of the vehicle in a direction of rotation R3 (see also Figure 2). A supporting element, in this example a supporting foot 9b, is provided on the rotatable support arm 9a which can be placed on the ground 20 on both the driver's side 2 and the co-driver's side 3 of the vehicle. The support arm 9a has such a length that the support foot 9b can be placed at a distance from the vehicle 1, for example, beyond the guard rail 24 in the roadside strip 21. With the aid of the additional support device 8, a stable base is provided for the movable crane device 6, also when the arm of the crane device 6 is provided in the most extended position and carries a light pole 10.

In het achterste deel lb, dus in het getoonde uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding de aanhanger, is de opneemvoorziening 15 voor het opnemen van een aantal lichtmasten 10 voorzien. Deze opneemvoorziening 30 15 is zodanig ingericht dat de lichtmasten 10 gedurende transport op de 12 daarvoor bestemde plaats blijven liggen. De opneemvoorziening 15 heeft bij voorkeur een zodanig grootte dat deze geschikt is om een dagvoorraad lichtmasten 10 op te nemen. Hierdoor hoeft het voertuig 1 de vluchtstrook 20 niet te verlaten om nieuwe lichtmasten 10 te laden, hetgeen uit 5 kostenoogpunt gunstig is en hetgeen tevens een reductie in tijd bewerkstelligt. Tevens bewerkstelligt de opneemvoorziening 15 dat elke individuele lichtmast 10 gemakkelijk met behulp van de grijpinrichting 5 kan worden opgepakt. Op het achterste deel lb van het voertuig 1 is verder nog een haspeldoorn 13 voorzien waarop een haspel met kabel 14 is 10 voorzien. De haspeldoorn 13 kan worden afgerold tijdens het verplaatsen van het voertuig 1 over de vluchtstrook 20. De haspel kan op de haspeldoorn 13 worden geplaatst met behulp van de grijpinrichting 5. In een andere uitvoeringsvorm van het voertuig 1 volgens de uitvinding kan de haspeldoorn 13 ook op het voorste deel la van het voertuig worden 15 geplaatst. Tenslotte omvat de aanhanger lb van het voertuig 1 een actieframe 16 dat zich van een van het voorste deel la afgelegen einde van het achterste deel lb uitstrekt in een in hoofdzaak opwaartse richting R4 (zie Figuur 3). Het actieframe 16 kan bijvoorbeeld een bord en alternerende verlichting omvatten. In een verdere uitvoeringsvorm van het voertuig 1 20 volgens de uitvinding kan het actieframe 16 uitschuifbaar in een richting loodrecht op de richting R4 op het voertuig 1 zijn voorzien. Door het actieframe 16 van de aanhanger lb af te schuiven kan de lengte van de aanhanger lb worden vergroot, bijvoorbeeld tot 14 meter in plaats van 12 meter.In the rear part 1b, i.e. in the exemplary embodiment of the invention shown, the trailer, the receiving device 15 is provided for receiving a number of light towers 10. This pick-up device 30 is arranged such that the light towers 10 remain in the designated location during transport. The receiving device 15 preferably has such a size that it is suitable for receiving a day supply of light towers 10. As a result, the vehicle 1 does not have to leave the emergency lane 20 to load new light towers 10, which is favorable from a cost point of view and which also results in a reduction in time. The receiving device 15 also ensures that each individual light tower 10 can be picked up easily with the aid of the gripping device 5. Furthermore, a reel mandrel 13 is provided on the rear part 1b of the vehicle 1, on which a reel with cable 14 is provided. The reel mandrel 13 can be unrolled during movement of the vehicle 1 over the emergency lane 20. The reel can be placed on the reel mandrel 13 with the aid of the gripping device 5. In another embodiment of the vehicle 1 according to the invention, the reel mandrel 13 can also be placed on the front part 1a of the vehicle. Finally, the trailer 1b of the vehicle 1 comprises an action frame 16 extending from an end of the rear part 1b remote from the front part 1a in a substantially upward direction R 4 (see Figure 3). The action frame 16 may comprise, for example, a sign and alternating lighting. In a further embodiment of the vehicle 1 according to the invention, the action frame 16 can be slidably provided on the vehicle 1 in a direction perpendicular to the direction R4. By sliding the action frame 16 from the trailer lb, the length of the trailer lb can be increased, for example up to 14 meters instead of 12 meters.

2525

Onder verwijzing naar de Figuren 1 en 3 zal de werkwijze voor het plaatsen van lichtmasten 10 langs een weg W worden beschreven. Wanneer een plaatsingstraject A van een aantal lichtmasten 10 dient te worden voorzien, bijvoorbeeld vanwege geplande wegwerkzaamheden aan een 30 traject van een weg W, wordt een voertuig 1 volgens de uitvinding verschaft.With reference to Figures 1 and 3, the method for placing light towers 10 along a path W will be described. When a placement path A is to be provided with a number of light towers 10, for example due to planned road works on a path of a road W, a vehicle 1 according to the invention is provided.

1313

Door de geringe breedte b van het voertuig 1 kan dit voertuig 1 op relatief smalle vluchtstroken 20 worden gebruikt. Wanneer een wegwerker 30 de verschillende inrichtingen 4, 5, 6, 8 benadert via de bijrijderszijde 3 van het voertuig 1 en de bestuurder niet uit het voertuig 1 hoeft te stappen, is het 5 niet nodig om het plaatsingstraject A van de weg W eerst af te zetten, bijvoorbeeld met kegels langs de wegmarkering 24, zoals gebruikelijk bij de bekende werkwijze. Dit is bijzonder gunstig aangezien het plaatsen en verwijderen van afzettingsmateriaal in de praktijk grote risico’s met zich meebrengt vanwege het feit dat dan het passerende verkeer V heel dicht in 10 de buurt komt van de wegwerker 30 die de kegels plaatst en wegneemt. Verder kan er eerder met het plaatsen van de lichtmasten 10 worden aangevangen en daardoor is het plaatsen van lichtmasten 10 alvorens de wegwerkzaamheden te starten in een relatief kort tijdsbestek te bewerkstelligen.Due to the small width b of the vehicle 1, this vehicle 1 can be used on relatively narrow escape strips 20. When a road worker 30 approaches the different devices 4, 5, 6, 8 via the co-driver side 3 of the vehicle 1 and the driver does not have to get out of the vehicle 1, it is not necessary to first finish the placement route A of the road W for example, with cones along the road marking 24, as usual in the known method. This is particularly advantageous since the placement and removal of sedimentation material entails great risks in practice due to the fact that the passing traffic V comes very close to the road worker 30 who places and removes the cones. Furthermore, it is possible to start placing the light towers 10 earlier and, as a result, to install light towers 10 before starting the road works can be effected in a relatively short period of time.

15 Om de lichtmasten 10 te plaatsen wordt het voertuig 1 over de vluchtstrook 20 verplaatst in een rijrichting Ri. Wanneer het voertuig 1 het plaatsingstraject A bereikt wordt het voertuig 1 gestopt zodanig dat de kraaninrichting 6 zich nabij een te boren gat 12 bevindt. Vervolgens wordt ten minste het voorste deel la van het voertuig 1 gestabiliseerd door het 20 uitschuiven van de stempels 7 en het plaatsen van de additionele afsteunvoorziening 8. De afsteunvoorziening 8 is zodanig ingericht dat de kraaninrichting 6 en de afsteunvoorziening 8 zich beiden op een zelfde moment aan een gelijke zijde 2, 3 van het voertuig 1 bevinden. Een beveiliging voorkomt dat de kraaninrichting 6 of de additionele 25 afsteunvoorziening 8 over de rijbaan B2 heen beweegt terwijl daar verkeer V over verplaatst.To place the light towers 10, the vehicle 1 is moved over the emergency lane 20 in a direction of travel Ri. When the vehicle 1 reaches the placement path A, the vehicle 1 is stopped such that the crane device 6 is located near a hole 12 to be drilled. Subsequently at least the front part 1a of the vehicle 1 is stabilized by extending the outriggers 7 and placing the additional support device 8. The support device 8 is arranged such that the crane device 6 and the support device 8 are both located at the same time are located on an equal side 2, 3 of the vehicle 1. A safety device prevents the crane device 6 or the additional support device 8 from moving over the roadway B2 while traffic V is moving over it.

De graafinrichting 4 wordt ingeschakeld nadat de boor 4a in de snelkoppeling 6a van de kraaninrichting 6 is geplaatst. Bij voorkeur wordt de graafinrichting 4 bediend met behulp van een afstandsbediening 17. Deze 30 afstandsbediening 17 kan zijn ingericht om meerdere inrichtingen op het 14 voertuig 1 te bedienen. Dit kan zowel draadloos gebeuren als via een draad die de afstandsbediening 17 met de respectieve inrichtingen op het voertuig 1 verbindt. De wegwerker 30 staat bij voorkeur achter de vangrail 26 in de bermstrook 21. Bij voorkeur is de kraaninrichting 6 beveiligd zodat deze 5 niet naar de bestuurderskant 2 van het voertuig 1 draait en een gevaar kan veroorzaken voor het langsrijdende verkeer V. Wanneer de boor 4a een gat 12 heeft gegraven kan de kraaninrichting 6 worden omgebouwd tot grijpinrichting 5 door de boor 4a uit de snelkoppeling 6a te verwijderen en de klem 5a in de snelkoppeling 6a te plaatsen. De grijpinrichting 5 neemt 10 vervolgens een lichtmast 10 vanuit de opneemvoorziening 15 en verplaatst deze tot buiten het voertuig 1 zodanig dat de wegwerker 30 een kap 11 op de mast 10 kan bevestigen. Vervolgens wordt de lichtmast 10 gekanteld en met een onderste einde daarvan in het geboorde gat 12 geplaatst. Vervolgens wordt het gat 12 gedicht en wordt de lichtmast 10 daardoor vastgezet in het 15 gat 12. Tenslotte wordt de lichtmast 10 via een kabel 14 die van de haspeldoorn 13 wordt afgerold aangesloten op een elektriciteitsvoorziening (niet getoond). Het voertuig 1 verplaatst zich vervolgens naar een tweede locatie langs het plaatsingstraject A voor het aldaar plaatsen van een volgende lichtmast 10. Doordat een actieframe 16 nabij een achterste zijde 20 van het voertuig 1 is voorzien fungeert het voertuig 1 tijdens het verplaatsen gelijktijdig als rijdende afzetting. Hierdoor valt het plaatsen van de lichtmasten 10 niet binnen, eventueel in contracten opgenomen, afspraken betreffende lane-rental, hetgeen gunstig is uit kostentechnisch oogpunt. Wanneer het hele traject A is voorzien van lichtmasten 10 op de 25 daarvoor bestemde plekken kan begonnen worden met de eigenlijke wegwerkzaamheden aan de betreffende rijbaan Bi, B2 van de weg W. Het actieframe 16 kan bijvoorbeeld een pijlbord omvatten en van alternerende lampen zijn voorzien voor het waarschuwen van achteropkomend verkeer V. Een voertuig 1 dat als rijdende afzetting kan worden gebruikt mag volgens 30 de wet maximaal 15 minuten stilstaan op de vluchtstrook 20. Verder kan 15 het actieframe 16 naar achteren worden geschoven waardoor extra lengte kan worden gecreëerd op de aanhanger lb van het voertuig 1.The excavator 4 is switched on after the drill 4a has been placed in the quick coupling 6a of the crane device 6. The excavating device 4 is preferably operated with the aid of a remote control 17. This remote control 17 can be adapted to operate a plurality of devices on the vehicle 1. This can be done both wirelessly and via a wire connecting the remote control 17 to the respective devices on the vehicle 1. The roadworker 30 is preferably located behind the guard rail 26 in the roadside strip 21. The crane device 6 is preferably secured so that it does not turn towards the driver's side 2 of the vehicle 1 and can cause a danger to the traffic passing by V. When the drill 4a After having dug a hole 12, the crane device 6 can be converted into gripping device 5 by removing the drill 4a from the quick coupling 6a and placing the clamp 5a in the quick coupling 6a. The gripping device 5 then takes a light pole 10 from the pick-up device 15 and moves it outside the vehicle 1 in such a way that the road worker 30 can attach a hood 11 to the mast 10. The light tower 10 is then tilted and placed with a lower end thereof in the drilled hole 12. The hole 12 is then closed and the light tower 10 is thereby fixed in the hole 12. Finally, the light tower 10 is connected to a power supply (not shown) via a cable 14 unrolled from the reel mandrel 13. The vehicle 1 then moves to a second location along the placement path A for placing a next light pole 10. Because an action frame 16 is provided near a rear side 20 of the vehicle 1, the vehicle 1 functions simultaneously as a moving deposit during the movement . As a result, the placement of the light towers 10 does not fall within, possibly included in contracts, agreements concerning lane rental, which is favorable from a cost-technical point of view. When the entire route A is provided with light towers 10 at the places designated for this purpose, the actual roadworks on the relevant roadway B1, B2 of the road W. can be started. The action frame 16 can for instance comprise an arrow board and be provided with alternating lamps for the warning of following traffic V. A vehicle 1 that can be used as a driving barrier may, according to the law, be stationary for a maximum of 15 minutes on the emergency lane 20. Furthermore, the action frame 16 can be pushed back, whereby additional length can be created on the trailer. lb of the vehicle 1.

In een andere uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding is het natuurlijk ook mogelijk dat het voertuig 1 eerst alle 5 benodigde gaten 12 langs een plaatsingstraject A boort en vervolgens nogmaals langs het plaatsingstraject A rijdt om dan de lichtmasten 10 in de betreffende gaten 12 te plaatsen. Wanneer voor deze volgorde wordt gekozen zal het tijdsinterval waarin het voertuig 1 stilstaat korter zijn. Dit is gunstig wanneer het graven en plaatsen van een enkele lichtmast 10 langer 10 dan 15 minuten duurt zodat een rijdende afzetting niet voldoet. In weer een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding kan het plaatsen van de lichtmasten 10 ook plaatsvinden met behulp van meerdere voertuigen 1 die achter elkaar over de vluchtstrook 20 rijden langs het plaatsingstraject A. Elk voertuig 1 voert een aparte taak uit, bijvoorbeeld het boren van de gaten 15 12, het plaatsen van de lichtmasten 10 en het aansluiten van de lichtmasten 10 op de elektriciteitsvoorziening. Het moge duidelijk zijn dat voor het verwijderen van de tijdelijke lichtmasten 10 de werkwijze in hoofdzaak in een omgekeerde volgorde plaatsvindt. Met een hierboven beschreven werkwijze en voertuig 1 wordt het plaatsen van tijdelijke lichtmasten 10 in 20 een aanzienlijk kortere tijd bewerkstelligd dan met bestaande werkwijzen en voertuigen. Verder is een kleiner aantal voertuigen benodigd. Zo is een voertuig voor het plaatsen van de pionnen voor de wegafzetting langs de vluchtstrook 20 overbodig evenals een voorwaarschuwingsauto met pijlbord. Ook een botsabsorber is niet meer benodigd, aangezien het voertuig 1 25 volgens de uitvinding relatief smal is. Door gebruik van minder voertuigen, te weten een enkel voertuig 1 volgens de uitvinding, zijn tevens minder wegwerkers 30 benodigd. Deze efficiencyslag van de werkwijze volgens de uitvinding bespaart in mankracht, tijd en geld. Verder is de werkwijze veel veiliger voor het langsrijdende verkeer V en voor de wegwerkers 30 dan de 30 bekende werkwijze.In another embodiment of the method according to the invention, it is of course also possible that the vehicle 1 first drills all the required holes 12 along a placement path A and then drives again along the placement path A to then place the light towers 10 in the relevant holes 12. . If this order is chosen, the time interval in which the vehicle 1 is stationary will be shorter. This is favorable when digging and placing a single light pole 10 takes longer than 10 minutes so that a moving deposit is not sufficient. In yet another embodiment of the invention, the placement of the light towers 10 can also take place with the aid of a plurality of vehicles 1 which travel one behind the other along the escape lane 20 along the placement path A. Each vehicle 1 performs a separate task, for example drilling the holes 12, placing the light towers 10 and connecting the light towers 10 to the electricity supply. It will be clear that for removing the temporary light towers 10, the method takes place substantially in a reverse order. With a method and vehicle 1 described above, the placement of temporary light towers 10 is achieved in a considerably shorter time than with existing methods and vehicles. A smaller number of vehicles is also required. For example, a vehicle for placing the pawns for roadblocking along the escape lane 20 is superfluous, as well as an early warning car with an arrow sign. A crash absorber is also no longer required, since the vehicle 1 according to the invention is relatively narrow. By using fewer vehicles, namely a single vehicle 1 according to the invention, fewer road workers 30 are also required. This efficiency gain of the method according to the invention saves on manpower, time and money. Furthermore, the method is much safer for passing traffic V and for road workers 30 than the known method.

1616

Het is duidelijk dat de uitvinding niet is beperkt tot het beschreven uitvoeringsvoorbeeld maar dat diverse wijzigingen binnen het raam van de uitvinding, zoals gedefinieerd door de conclusies mogelijk zijn. De inrichting 5 voor het plaatsen van lichtmasten kan verschillende soorten voertuigen omvatten. Verder kan het voertuig zijn voorzien van een aanhanger, maar kan het voertuig in een verdere uitvoeringsvorm ook zonder aanhanger ingericht zijn voor het uitvoeren van de eerder beschreven handelingen. Ook kan het voertuig 1 zijn voorzien van additionele inrichtingen die voor andere 10 werkzaamheden kunnen worden gebruikt. Eventueel kan het voertuig 1 volgens de uitvinding worden gebruikt voor het plaatsen van andere objecten dan lichtmasten 10.It is clear that the invention is not limited to the exemplary embodiment described, but that various modifications are possible within the scope of the invention as defined by the claims. The device for placing light towers can comprise different types of vehicles. The vehicle can further be provided with a trailer, but in a further embodiment the vehicle can also be adapted without carrying out a trailer for performing the previously described operations. The vehicle 1 can also be provided with additional devices that can be used for other activities. The vehicle 1 according to the invention can optionally be used for placing objects other than light towers 10.

Claims

1. Werkwijze voor het plaatsen van lichtmasten (10) en dergelijke producten, waarbij de werkwijze de stappen omvat van: - het verplaatsen van een voertuig (1) over een strook, zoals een vluchtstrook (20) langs een rijbaan (Bi, B2), waarbij het voertuig een 5 breedte (b) heeft van maximaal 2,00 meter, meer in het bijzonder van maximaal 1,80 meter, bij voorkeur van maximaal 1,77 meter, - het stoppen van het voertuig op vooraf bepaalde plaatsinglocaties langs de rijbaan, het met behulp van een op het voertuig voorziene graafinrichting (4) 10 graven van een gat (12) op de ten minste ene plaatsingslocatie, bij voorkeur aan een van het voertuig (1) afgelegen zijde van een vangrail (26) langs de rijbaan (Bi, B2), het met behulp van een op het voertuig voorziene grijpinrichting (5) plaatsen van een lichtmast in het ten minste ene gegraven gat, waarbij 15 de ten minste ene lichtmast bij voorkeur aanwezig is op het voertuig en door de grijpinrichting van het voertuig wordt genomen.A method for placing light towers (10) and similar products, the method comprising the steps of: - moving a vehicle (1) over a strip, such as an emergency lane (20) along a roadway (Bi, B2) , wherein the vehicle has a width (b) of a maximum of 2.00 meters, more in particular of a maximum of 1.80 meters, preferably of a maximum of 1.77 meters, - stopping the vehicle at predetermined placement locations along the road, digging a hole (12) on the at least one placement location with the aid of an excavator (4) provided on the vehicle, preferably on a side of a guard rail (26) remote from the vehicle (1) carriageway (Bi, B2), placing a light tower in the at least one dug hole with the aid of a gripping device (5) provided on the vehicle, the at least one light tower preferably being present on the vehicle and by the gripping device taken from the vehicle.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij het voertuig ten minste aan een van de rijbaan afgelegen zijde wordt afgesteund, bij voorkeur met 20 behulp van een additionele afsteunvoorziening (8) voorzien op het voertuig.2. Method as claimed in claim 1, wherein the vehicle is supported at least on a side remote from the roadway, preferably with the aid of an additional support provision (8) provided on the vehicle.

3. Werkwijze volgens conclusie 2, waarbij de afsteunvoorziening geroteerd wordt ten opzichte van het voertuig naar een van de rijbaan afgelegen zijde en waarbij een aan de afsteunvoorziening voorzien 25 af steunelement (9b) bij voorkeur op een afstand van het voertuig op de grond wordt geplaatst.3. Method as claimed in claim 2, wherein the support provision is rotated relative to the vehicle to a side remote from the roadway and wherein a support element (9b) provided on the support provision is preferably placed on the ground at a distance from the vehicle .

4. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij tijdens het verplaatsen van het voertuig een kabel (14) wordt uitgerold die zich langs de plaatsinglocaties uitstrekt, teneinde de lichtmasten elektrisch met elkaar te verbinden, waarbij een kabelopnemende haspeldoorn (13) bij 5 voorkeur op het voertuig is voorzien.4. Method as claimed in any of the foregoing claims, wherein during the movement of the vehicle a cable (14) is rolled out which extends along the placement locations, in order to electrically connect the light towers with each other, wherein a cable receiving reel mandrel (13) is preferably is provided on the vehicle.

5. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het graven van het ten minste ene gat en het plaatsen van de ten minste ene lichtmast bij voorkeur met een op het voertuig bevestigde kraaninrichting 10 (6) plaatsvindt, waarbij de kraaninrichting bij voorkeur zowel de graafinrichting (4) als ook de grijpinrichting (5) omvatMethod according to one of the preceding claims, wherein digging the at least one hole and placing the at least one light pole preferably takes place with a crane device 10 (6) mounted on the vehicle, wherein the crane device preferably comprises both the excavating device (4) as well as the gripping device (5)

6. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij tijdens het uitvoeren van de stappen van de werkwijze de strook (20) waar 15 het voertuig zich op bevindt wordt afgezet met behulp van een rijdende afzetting, waarbij het voertuig tevens de rijdende afzetting vormt.6. Method as claimed in any of the foregoing claims, wherein during performing of the steps of the method the strip (20) on which the vehicle is situated is deposited with the aid of a moving deposit, wherein the vehicle also forms the moving deposit.

7. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de stappen van de werkwijze door eenzelfde voertuig worden uitgevoerd. 20Method according to one of the preceding claims, wherein the steps of the method are carried out by the same vehicle. 20

8. Voertuig (1) voor het uitvoeren van werkzaamheden bijvoorbeeld langs een rijbaan, bijvoorbeeld voor het uitvoeren van een werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het voertuig (1) een breedte (b) heeft van maximaal 2,00 meter, meer in het bijzonder van maximaal 1,80 25 meter, bij voorkeur van maximaal 1,77 meter, waarbij het voertuig (1) is voorzien van een actieframe, dat zich bij voorkeur van een van het voorste deel (la) afgelegen einde van het voertuig uitstrekt, teneinde het voertuig als rijdende afzetting te gebruiken. 30Vehicle (1) for carrying out work, for example along a roadway, for example for carrying out a method according to one of the preceding claims, wherein the vehicle (1) has a width (b) of a maximum of 2.00 meters, more in particular of a maximum of 1.80 meters, preferably of a maximum of 1.77 meters, wherein the vehicle (1) is provided with an action frame, which preferably has an end of the vehicle remote from the front part (1a) to use the vehicle as a traveling deposit. 30

9. Voertuig (1) voor het plaatsen van lichtmasten (10), bij voorkeur met een werkwijze volgens één van de conclusies 1-7, waarbij het voertuig omvat: - een graafinrichting (4) voor het graven van een gat (12) voor een 5 lichtmast, een grijpinrichting (5) voor het plaatsen van de lichtmast in het gegraven gat, een opneemvoorziening (15) voor het opnemen van een aantal te plaatsen lichtmasten, waarbij de graafinrichting, de grijpinrichting en de 10 opneemvoorziening bij voorkeur op een voorste deel (la) van het voertuig zijn voorzien, waarbij het voertuig (1) een breedte (b) heeft van maximaal 2,00 meter, meer in het bijzonder van maximaal 1,80 meter, bij voorkeur van maximaal 1,77 meter.Vehicle (1) for placing light towers (10), preferably with a method according to one of claims 1-7, wherein the vehicle comprises: - an excavating device (4) for digging a hole (12) for a light tower, a gripping device (5) for placing the light tower in the dug hole, a receiving device (15) for receiving a number of light towers to be placed, the excavating device, the gripping device and the receiving device preferably on a front part (1a) of the vehicle, wherein the vehicle (1) has a width (b) of at most 2.00 meters, more in particular of at most 1.80 meters, preferably at most 1.77 meters.

10. Voertuig volgens conclusie 8 of 9, waarbij de breedte (b) van het voertuig (1) kleiner is dan 0,65 maal de vluchtstrookbreedte (a) bij een vluchtstrookbreedte van maximaal 2,90 meter, waarbij de breedte (b) van het voertuig (1) kleiner is dan 0,5 maal de vluchtstrookbreedte (a) bij een vluchtstrookbreedte van maximaal 3,5 meter, waarbij de breedte (b) van het 20 voertuig (1) kleiner is dan 0,45 maal de vluchtstrookbreedte (b) bij een vluchtstrookbreedte van maximaal 4,10 meter.Vehicle according to claim 8 or 9, wherein the width (b) of the vehicle (1) is less than 0.65 times the lane width (a) at a lane width of at most 2.90 meters, wherein the width (b) of the vehicle (1) is smaller than 0.5 times the lane width (a) with a lane width of at most 3.5 meters, the width (b) of the vehicle (1) being less than 0.45 times the lane width ( b) with an emergency lane width of a maximum of 4.10 meters.

11. Voertuig volgens één van de conclusie 8-10, waarbij het voertuig is voorzien van een additionele afsteun voorziening (8) voor het afsteunen van 25 het voertuig, bij voorkeur aan een van de rijbaan afgelegen zijde ervan, waarbij de afsteunvoorziening bij voorkeur op het voorste deel van het voertuig is voorzien.11. Vehicle as claimed in any of the claims 8-10, wherein the vehicle is provided with an additional support device (8) for supporting the vehicle, preferably on a side thereof remote from the roadway, the support device preferably on the front part of the vehicle is provided.

12. Voertuig volgens conclusie 11, waarbij de afsteunvoorziening roteerbaar is voorzien op het voertuig teneinde het voertuig zowel aan een bestuurderszijde (2) als aan een bijrijderszijde (3) te kunnen afsteunen.The vehicle according to claim 11, wherein the support device is rotatably provided on the vehicle in order to support the vehicle on both a driver's side (2) and a co-driver's side (3).

13. Voertuig volgens één van de conclusie 9-12, waarbij de opneemvoorziening (15) is voorzien op een achterste deel (lb) van het voertuig, bijvoorbeeld een achter het voorste deel voorziene aanhangwagen.A vehicle according to any one of claims 9-12, wherein the receiving facility (15) is provided on a rear part (1b) of the vehicle, for example a trailer provided behind the front part.

14. Voertuig volgens één van de conclusie 8-13, waarbij het voertuig is 10 voorzien van een haspeldoorn (13), waarbij de haspeldoorn bij voorkeur op een achterste deel (lb) van het voertuig, bijvoorbeeld een achter het voorste deel voorziene aanhangwagen, is geplaatst.14. Vehicle as claimed in any of the claims 8-13, wherein the vehicle is provided with a reel mandrel (13), wherein the reel mandrel is preferably on a rear part (1b) of the vehicle, for example a trailer provided behind the front part, is placed.

15. Voertuig volgens één van de conclusie 9-14, waarbij de 15 graafinrichting (4) en de grijpinrichting (5) geïntegreerd zijn in één kraaninrichting (6) voorzien van een snelkoppeling (6a) voor het ten minste opnemen van een boorelement (4a) en/of een klemelement (5a).15. Vehicle as claimed in any of the claims 9-14, wherein the excavating device (4) and the gripping device (5) are integrated in one crane device (6) provided with a quick coupling (6a) for at least receiving a drilling element (4a) ) and / or a clamping element (5a).

16. Voertuig volgens één van de conclusie 9-15, dat verder is voorzien 20 van een actieframe (16), dat zich bij voorkeur van een van het voorste deel (la) afgelegen einde van het achterste deel (lb) van het voertuig uitstrekt.16. Vehicle as claimed in any of the claims 9-15, which is further provided with an action frame (16), which preferably extends from an end of the rear part (1b) of the vehicle remote from the front part (1a) .